Vereniging voor Bedrijfsvoorlichting
Goeree-Overflakkee
Ouddorp voor het voetlicht
VOOR DE KINDEREN
In ons blad
Voor ieder wat
->
->
-)
-)
5)
Welke mogelijkheden biedt de toekomst
in verband met:
1. Mechanisatie
2. Kruidenteelt
3. Rassenkeuze
4. Ruilverkaveling
Op Maandag 17 en Woensdag 19 Febr.
^werden onder zeer grete belangstelling
enkele Voorlichtingsbijeenkomsten gehou
den in Café Akershoek te Ouddorp. Na
opening door den Voorzitter, dhr. Mol, trad
als eersté spreker op de Rijkslandbouw-
consulent voor dit gebied, Ir. C. W. C. van
Beekom, met als onderwerp: Ouddorps
toekomst landbouwkundig bezien". Spreker
begon met er op te wijzen dat de toekomst
van Ouddcr^D nu niet bepaald gunstig
genoemd mag worden, d.w.z. voor zover
wij dit kunnen voorzien. Het is n.l. zo dat
sjalotten en witlof en, misschien in iets
mindere mate, ook de cichorei de belang
rijkste gewassen voor de kleine grondge
bruiker in deze streek zijn. Daar dit voor
de toekomst financieel onzekere gewassen
zijn, is het echter zeer gewenst dat men op
alle manieren zijn toekomst tracht te ver
stevigen.
De mogelijkheden hieromtrent zijn:
a. Ruilverkaveling, waarbij mag worden
opgemerkt, dat een radicale doorvoering
hiervan practisch onuitvoerbaar is. Dit
neemt echter niet weg, dat het onderling
ruilen van percelen zeer groot nut voor de
Ouddorpse boer kan afwerpen.
b. Algemeen mijnpijl. Vooral voor de
polder het Oude-Nieuwland zou het van
zeer groot belang zijn wanneer iedereen op
eenzelfde diepte mijnde. Pas dan is een
meer geperfectioneerde ontwatering moge
lijk.
c. Coöperatief gebruik van landbouw-
werktuigen. Hierbij krijgt ook de kleine
grondgebruiker gelegenheid te profiteren
van de mogelijkheden, welke de mechani
satie biedt.
d. Selectie. Meer aandacht besteden
aan selecteren en vroeg rooien van aard
appelen.
e. Aan de verpakking en sortering van
witlof dient de ift'erste zorg te worden
besteed.
f. Bloemzadenteelt biedt zeer zeker cok
gunstige perspectieven.
g. Ook kruidenteelt opent nieuwe mo
gelijkheden, temeer daar Duitsland als
leverancier hiervan is uitgevallen.
h. Rassenkeuze vooral bij sjalotten en
cichorei, terwijl de teelt van vroede uien,
door middel van plantuitjes eveneens
mogelijkheden biedt.
Spreker eindigde zijn betoog met er op
te wijzen, dat door samenwerking o.a. op
het gebied van landbouwwerktuigen, drogen
van kruiden en telen en bewaren van
plantuien, zeer zeker in de toekomst heel
wat valt te bereiken.
De tweede spreker was de heer JL.
Koert, Hoofdassistent le klasse bij de Ned.
Uien-Federatie. Aan de hand van proefVeld-
resultaten over de jaren 1942 tot en met '46
behandelde spr. het rassenvraagstuk bij de
sjalot.
Bij deze proefnemingen werden de rassen
Ouddorpse Bruine, N.H.-strogele en Gro
ningse vergeleken zowel wat de opbrengst
als wat de houdbaarheid betreft.
Over de bovengenoemde 5 jaren gaf de
N.H.-strogele 3 en de Groningse 6
meer opbrengst dan de Ouddorpse Bruine.
In jaren waarin veel meeldauw optrad, was
de opbrengst van de Strogele echter lager
dan die van de Bruine, doch wanneer dit
niet het geval was, gaf de Strogele 15-30
meer dan de Bruine. Afdoende bestrijdings
middelen tegen valse meeldauw zijn nog
niet bekend. De houdbaarheid van herfst
tot voorjaar was steed s ten gunste van de
Strogele. Gemiddeld over 3 jaren hield men
van de Strogele 26 en van de Groningse
28% meer over din van de Ouddoipse
Bruine. Daar d;e grondsoort ook van invloed,
is bij d e rassenkeuze en de houd baai he:d
zal getracht woiden nog enkele rassenproef-
velden op meer uiteenlopende grondsoorten
aan te leggen. Op arme, droge gronden zal
de Strogele i.hta. beter voldoen dan de twee
andere genoemde rassen, bovendien heeft ze
het voordeel van meer gewicht bij groen
afleveren, terwijl verder de houdbaarheid
ook beter is.
Als derde en laatste spreker van de eerste
avond gaf Ir. P. A. v. d. Ban, Rijksland-
bouwconsulent in Algemenen Dienst, een
uiteenzetting over het Coöperatief gebruik
van lundbouwwerktuigèn. Spr. begon met
er op te wijzen dat de kosten, welke thans
aan het houden van paarden zijn verbonden,
op pl.m. 700,per dier per jaar moeten
worden geschat. Rekent men daarbij nog
het loon van de knecht, dan komt men tot
de conclusie, dat van diezelfde man, wan
neer hij beschikt over een tractor, de arbeids
prestatie veel hoger ligt, wat een belangrijke
tijd- en /oonbesparing geeft, vooral wanneer
het transporten op lange afstand betreft,
welke uiteraard in deze omgeving veelvuldig
voorkomen. Voor deze omgeving geniet een
wieltrekker dan ook de voorkeur. Een
bezwaar van wieltrekkers is echter het z.g.
slippen of doordraaien der wielen op natte
grond. Spr. liet achtereenvolgens verschil
lende middelen de revue passeren, welke
dit bezwaar, zij het dan slechts ten dele,
kunnen ondervangen, zoals lagere spanning
der banden, het aanbrengen van punten of
nokken, slipkettingen enz. De gemiddelde
werktijd van een tractor bedraagt 1520
uur per Ha. per jaar. In de practijk is
gebleken, dat een prestatie van 1000 uren
Zeer wel mogelijk is, hetgeen dus zeggen wil
dat men met één tractor 5075 Ha. kan
bewerken. Met de aanschaffing van een
wieltrekker, luchtbandenwagen, ploeg en
verdere bijbehoren, is een bedrag van
ongeveer 10.000,gemoeid.
Bij coöperatieve aanschaffing door bedrij
ven beneden 6 Ha. geeft de Overheid een
subsidie op de aanschaffingskosten van 50%
Dit percentage wordt kleiner naarmate de
gemiddelde bedrijfsgrootte der deelnemers
groter is.
Hierna werd de vergadering geschorst tot
de volgende dag. De blijde gebeurtenis in
ons Prinselijk Gezin gaf er echter aanleiding
toe het vervolg van de vergadering uit te
stellen tot Woensdag 19 Februari.
Deze middag trad als eerste spreker op
de heer Blaauw, assistent bij de Rijks-
tuinbouwvoorlichtingsdienst. Dhr. Blaauw
behandelde voor een evenals de eerste avond
overvolle zaal, de vraag „Opent kruidenteelt
nieuwe mogelijkheden voor den kleinen
grondgebruiker'?"
Oorspronkelijk werden geneeskruiden
gezoch^ in de natuur. Pas later werden
Brieven en oplossingen aan 't Bureau van
.Opbouw". In de linkerbovenhoek melden:
Tante Mar".
Lyda v. N. te O. T. Goed, dat je dok
voor de vogeltjes zorgt. Heb jij ook nog
wat geloot met het feest van de geboorte
van Prinses Marijke?
L. H. te O. T. Weer een nicht of neef
zonder een voornaam. Leen, Leonard,
Lammerd, Leo, Lijsje, Leentje. Wat is de
goede
L. A. te St. a/h H. Weer een zonder
voornaam. Nee, Tante Mar is zo kwaad
niet, hoor. Maar wèl, als je je voornaam niet
schrijft. Je moest nu haar boze gezicht
maar eens zien.
Rietje H. teS. Wat heb jij toch een leuk
postpapier. Ik geloof, dat het al lente is bij
die meisjes, die erop staan. Fijn, dat je zo
goed volhoudt met de brieven. Rietje!
Leen K. te D. B. Dat mooie krantje „de
Paleispost" heb ik ook gezien. Dat is een
prachtkrantje. En dat vers op de wijs van:
„In naam van Oranje" vind ik ook mooi.
Je raadsels zijn goed hoor!
Corrie M. te O. Bedankt voor je post
zegels. Je doet er maar niet al te veel tegelijk
in, hoor!
te Ouddorp. Dat is er één
zonder voor- en achternaam. Nu heb ik
maar een voor- en achternaam van vraag
tekens gemaakt. Jij mag mijn neef worden,
hoor! En nog wel een neef die dichter is.
Dat mooie gedicht zal ik eens opschrijven:
Mag ik uw neefje zijn?
dat vind ik reuze fijn.
Ik zal altijd naar U schrijven.
Ook al zitten we met z'n vijven
bij de tafel rond de haard.
Naar U schrijven is veel waard.
Joh. en Gerrit K. te N. T. Een aardig
verhaaltje schreef je GerritStuur de post-
Zegels maar naar mij, Johan. Ik zorg dan
vfel dat ze verder komen.
Corrie M. te St. a/h H. Ik zou nu zelf
de oplossingen van de raadsels maar op
sturen, dan kunnen jullie het de volgende
keer allebei doen. Dan heeft Rina, als ze
de raadsels goed heeft, natuurlijk niet zoveel
kans om een prijs te winnen als jij.
Leen v. O. te M. Ik denk, dat wel heel
veel neven en nichten de vogels zullen
voeren. Ook de wilde eenden. Jongens,
denk toch aan die arme beesten.
Jan v. E. te N. T. De oplossingen zijn
goed, Jan. Tot de volgende keer.
Jopie H. te D. B. Wat schrijf jij mooie,
rechte letters. Zit jij bij de nieuwe school-'
meester?
Martha L. te M. Deze keer was het
maar een kort briefje, Martha. Had je een
botte punt of was je inkt op?
M? L. te D.B. Hoe is je voornaam?
Een vriendinnetje mag je natuurlijk van me
worden en je briertje een vriendje.
Jaap v. W. te HGelukkig ook eens
een paar neven uit Herkingen. Ik heb
vroeger ook wel eens een paar neven uit
H. gehad. Die heetten Witvliet. Ken je die,
Jaap?
Huib M. te D. B. Een fijne, lange brief,
Huib. Gelukkig maar, dat je er nog heel
huids afkwam met dat sleedje-rijden. Ik
ben 13 Maart jarig, Huib. Dat is al gauw,
hè.
Adrie v. A. te N. T. Nu is er dan een
kindje geboren, Adrie, en nog wel een
Prinsesje. Vindt je het ook dat ze een
mooie naam heeft?
Rinus H. te D.B. Alweer een nieuw
neefje. De oplossingen zijn best, hoor.
Dag, Rinus!
Maartje W. te O. 't Is best, dat je me
de postzegels stuurde. Bedankt, hoor!
Oplossing raadsel V:
Oplossing raadsel VI:
E
z
r
a
z
O
a
r
r
a
m
a
a
r
a
d
Raadsel VII.
X
X
X
X
X
X
1
2
3
4
5
6
Op de kruisjesrij moet de naam van de
nieuwe Prinses komen.
regel 1: de naam van één van de vier
prinsesjes, wat ook de naam van een b oem
is.
regel 2: de naam van de moeder van de
Prinsesjes.
regel 3: de naam van de oudste van de
prinsesjes.
regel 4: de naam van de jongste prinses,
regel 5: de naam van de Prins met wien
de Koningin getrouwd was.
regel 6 :de naam van de Prinses, welke
betekent: vrede.
Raadsel VIII.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
xxxxxxxxx
Op de kruisjes komt een spreekwoord
van 9 letters.
5. 7. 3. 9. wat er over is noemen we
de
8. 4. 2. 2. 1. je stuurt met een
5. 2. 8. 4. de stam van het werkwoord
rusten.
4. 6. 7. ander woord voor dicht.
TANTE MAR 1
I
sommige kruiden in cultuur genomen, In
1914 stelde de regering zich de vraag, hoe
men zich in oorlogstijd kon verzekeren van
voldoende geneeskruiden voor Binnenland
se behoeften. Opgericht werd toen de
„Nederlandse Vereniging voor Genees-
kruidentuinen". Ir. v. d. Slikke te 'Leeuwar-
den specialiseerde zich op dit terrein en is
begonnen met practische proeven en weten
schappelijk onderzoek op dit gebied. In
1926 werd 10 Ha. met diverse geneeskrui
den beteeld, wat in 1946 tot 50 Ha. was
uitgegroeid. In Friesland is een Coöpera
tieve Vereniging opgericht met 45 leden,
welke zich ten doel stelt om gezamenlijk
zaad en plantgoed aan te schaffen. Ook
tracht men samen tot een goede droging
en verwerking van de kruiden te komen.
Voorts is de afzetmogelijkheid van de
kruiden groter als de regering reeds tevoren
weet hoeveel en wat er in ons land ter
beschikking zal komen. De teelt van
geneeskruiden wordt in ons land steeds als
nevenbedrijf uitgeoefend. Vooral op het
kleine landbouwbedrijf, zoals dat in Oud
dorp veel wordt aangetroffen, zou de
kruidenteelt in de toekomst een belangrijke
bron van inkomsten kunnen zijn. De rege
ring heeft het voornemen twee drogerijen
voor de kruidenteelt te bouwen, waarvan er
één in Friesland (Buitenpost) zal komen.
Kruiden, waarbij het gaat om de wortel,
worden meest op zandgrond verbouwd.
Een zware bemesting is nodig, zowel met
stal- als kunstmest. De sluier van geheim
zinnigheid, die steeds over de kruiden teelt
lag, zal misschien door het aanleggen van
proeftuinen verdwijnen.
Mogen de hierboven vermelde plannen
van de Overheid een stimulans zijn voor de
Ouddorpse kleine grondgebruikers, om zich
aaneen te sluiten en dan op Coöperatieve
grondslag te trachten om de tweede door
de regering in het vooruitzicht gestelde
kruidendrogerij in Ouddorp geplaatst te
krijgen. Cichorei-drogerijen zijn voor het
drogen van verreweg de meeste kruiden
absoluut ongeschikt, gezien bij dit systeem
de verbrandingsgassen in aanraking komen
met het drogenproduct, waardoor dit ten
dele waardeloos wordt.
De volgende spreker van deze middag
was de heer P. Luijendijk, Hoofdassistent
le klasse bij de R.L.V.D., welke sprak over
„Het rassenvraagstuk bij cichorei". Spreker
begon met er op te wijzen, dat men evenals
bij andere gewassen, ook bij cichorei de
Rassenlijst kan en moet raadplegen, om te
zien welk ras of welke selectie het beste
voldoet. De Palingkop, die hier van 1900
tot 1910 veel werd verbouwd, had een hoog
drogestofgehalte en ook een goede
brandkwaliteit. Omstreeks 1910 deed de
Smouter zijn intrede. In 1930 kwam de
Lange Flakkeese meer naar voren, waarmee
thans ongeveer 80 van de op Flakkee
verbouwde oppervlakte cichorei wordt
beteeld. De totale hoeveelheid groene
wortelen per Ha. is goed, maar het droge
stofgehalte is vergeleken met de Paling
koppen aanmerkelijk gedaald. In België,
waar de fabrieken uitbetalen naar het droge
stofgehalte, worden veel Palingkoppen ver
bouwd. Daar de kwaliteit van de gebrande
cichorei, afkomstig van Palingkoppen, beter
is, is het gevaar niet denkbeeldig, dat België
met een beter artikel aan de markt komt
dan Nederland. Van de Lange Flakkeese
is de selectie van H. Lodder te Goedereede
steeds het hoogst in opbrengst, terwijl die
van Kr. Breen te Ouddorp zeer goede
brandkwaliteit heeft. De selecties van G.
Tanis te Goedereede en van E. Grinwis te
Ouddorp zijn goede Smouters. Daar deze
selecties ook in de Rassenlijst zijn opge
nomen, geeft de afzet van zaad voor deze
kwekers geen moeilijkheden.
Mochten anderen menen dat in hun
cichorei-selectie meer dan gewone pers
pectieven zitten, dan kunnen zij met de heer
Hoefman, assistent voor Ouddorp en
Omstreken, contact opnemen, waarbij dan
de mogelijkheid bestaat dat de betreffende
selectie ter onderzoek wordt opgenomen in
de selectie-proefvelden.
Tot slot van deze vergadering gaf de heer
Hoefman een beknopte doch zeer duidelijke
samenvatting van hetgeen door de ver
schillende sprekers naar voren was gebracht.
Spreker zeide dat men terug kon zien cp
twee leerzame bijeenkomsten, waarvan hij
hoopte dat ze in de toekomst hun nut
zullen afwerpen.