VOOR GÖËREE EN OVERFLAKKEE
C MEDITATIE VOOR
DEN ZONDAG
J
- Bi CHRISTELIJK NATIONAAL STREEKBLAD Dinsdag en Vrijdag
OPRUIMING
Landverhuizers
De vacatures in de
Ned. Herv. Kerk.
Zonder punten of vergunningen
Op Genemilidermatten tijdens de opruiming 10 korting.
Rotterdam-Zuid (bij Tramhalte Hillesluis)
VRIJDAG 14 Febr. 1947.
Prijs per kwartaal f 1,50
Losse nummers f 0,15
OPBOUW
Tweede jaargang - No. 77
Adres der redactie en Ad
ministratie Voorstr. A 239
Postbus 14
Advertentieprijs 12 cent per «w Middelharnia Tel. No. 332
aanzienlijke korting
Oommissie van Redactie i Ds W. Anker, W. A. de Bakker, N. v. d. Brugge, A. van Eek, C. Edewaard, Mr. J. J, Groeneveld,
Ds. N. de Jong, C. P. Kijkuit, C. M. Vogelaar.
Het Moderamen van de Generale Synode
der Gereformeerde Kerken heeft aan alle
Gereformeerde Kerken verzocht om Zon
dag 9 Februari a.s. in gemeenschap met de
zusterkerken in Amerika in de Godsdienst
oefening God te danken voor het feit, dat
het dien dag een eeuw geleden is, dat onder
leiding van Ds. A. C. van Raalte een greep
afgescheiden geloovigen, door geestelijken
en maatschappelijken nood gedreven, naar
Amerika emigreerde en daar onder Gods
zegen mocht meewerken tot een hernieuw
den opbloei van het £ereformeerd-kerke-
lijke leven.
Dit herdenken is niet alleen van kerke
lijke, doch eveneens van nationale beteeke-
nis, waarom we ook in ons blad bij dit
feit willen stilstaan.
De emigratie naar Amerika was een
gevolg van den geestelijken en maatschap-
pelijken nood in het begin der vorige eeuw.
De Koning had aan de Ned. Herv. Kerk
de reglementen opgelegd, waaronder zij
jaren zou zuchten. Ongeloof en geloof
kregen in Gods Kerk gelijke rechten
Liberalisme en conservatisme beide vruch
ten der revolutie heerschten in kerk en
maatschappij. In de kerk leidde dit tot de
schorsing van den bekenden Ulrumschen
predikant, Ds. Hendrik de Cock, hetwelk
leidde tot de Afscheiding van 1834. Een
moeilijke tijd brak voor deze menschen
aan. Eenerzijds ziende de gehoorzaamheid
aan den Kon ing der Kerk, ondervond men
anderzijds smaad en vervolging, zoodat
zelf de Overheid het de geloovigen met
gevangenis boete en miitair geweld moeilijk
maakten. De verdraagzaamheid, waarop de
eenheidsbeweging zich thans beroept, was
toen allerminst te bespeuren. Een andere
wijs,
was
moeilijkheid voor de afgescheidenen was
het gebrek aan Christelijk Onderwijs. De
belofte voor God en Zijn gemeente afge
legd, hun kinderen op te voeden in de
vreeze van Zijn Naam was hen diepen
ernst. Terecht zagen zij de schoolopvoeding
als taak der ouders, waarvoor zij veratwoor-
ding aan God schuldig waren. Daaraan
beantwoordde het toenmalige onderwijs
niet. De school .waaraan de natie gehecht
was" was een eenheidsproduct, waar niets
geleerd mocht worden, waartegen ook maar
iemand bezwaar mocht hebben. Het moest
zoo gegeven worden, dat Jood en heiden
er geen aanstoot aan konden nemen. Naar
het woord van Groen van Prinsterer v/as
het een flauw geteem, het hoogste, dat
bereikt kon worden. Wanneer Christenen
daar genoegen mee namen, verzaakten zij
een der eerste opdrachten, die God de
ouders had opgelegd. Vrijheid van onder
was er practisch niet en voor velen
deze gewetensdwang een ontzaglijke
last. Het is niet teveel gezegd, dat om des
gewetens wil den geestelijken nood groof
was. Ook op inaatschappelijk gebied waren
de omstandigheden slecht. De gevolgen
van den Belgischen Opstaaid in 1830 had
den Nederland negenjaren gemobiliseerd
gehouden. Daardoor waren hooge belas
tingen noodzakelijk, die naar evenredig
heid niet het minst op den minderen man
drukten. Het woord „malaise" werd toen
reeds door een Minister der Kroon ge
bruikt om den economischen toestand aan
te duiden. Daarbij kwam, dat er een
gebrek aan ondernemingsgeest algemeen
te bemerken viel, waardoor nijverheid,
handel, industrie niet tot ontplooiing kwa
men. In aanmerking nemende, dat arbeids
toestanden evenals de armenzorg zich op
een zeer laag peil bevondenwas de uitdruk
king van grocte maatschappelijke ellende niet
te kras. Daarbij kwam in 1845 een ernstige
aardappelziekte, die dit hoofdvcedsel van
den arbeidenden stand aantastte, terwijl
bovendien de pest onder het vee groote
schade aanrichtte. Was het wonder, dat
vele ernstige christenen, in al deze ellende
Gods slaande hand over Nederland zagen,
tengevolge van het verlaten van Zijn wegen.
Ook verschillende afgescheidenen vroegen
zich af, of God, dit lijden en verdrukking
niet zond om hun oogen te openen voor
dc nieuwe wereld, waar vrijheid en over
vloed was. Nadat een jong onderwijzer A.
Hartgerink op verkenning was uitgeweest,
namen de plannen steeds vasteren vorm
aan. Ds. A. C. van Raalte schreef een
Brief aan de geloovigen in de Vereenigde
Staten van Nocrd Amerika, die gelijk
een schrijven van drenkelingen in een
flesch aan de baren der zee werd toever
trouwd. „Deze brief kwam in handen van
Ds. J. N. Wijskoff, president in de Dutch
Reformed Church, die den brief in het
Engelsch vertaald in een blad publiceerde
en een vereeniging werd opgericht in
Amerika om aan de emigranten uit Neder
land de noodige hulp en bijstand te ver-
leenen. De beslissing inzake emigratie was
niet gemakkelijk. Het beteekende het ver
breken van hechte banden in het Moeder
land en het koersen naar onbekende ge
bieden. Ontroerend is het kennisnemen van
de wijze van afscheid nemen. Woorden uit
het hart, roerende betuigingen van dank,
vooi betoonde hulp van eenheid in het
geloof, waarvoor men samen gestreden
en geleden had, wisselden elkander af.
Dan werden Psalmen als 91, 121 en 123
gelezen. Ds. Brummelkamp ging voor.
Men zong hem de zegenbede van Psalm
134 toe en eindelijk knielden allen voor,
het laatste gebed. Een gebed, voor hen
die zwerven gingen op de groote wateren
in optocht begeleidde men de vertrekken
den. Wie zoo vertrekken zijn geen geluk
zoekers maar gaan in het geioof. Ds. van
Raalte, de man, die in Nederland de
emigranten met raad en daad bijstond werd
in 1846 ziek. Op zijn ziekbed rijpte de
overtuiging, dat ook hij aan de emigranten
geestelijk leiding moest geven en verant
woordelijk was voor hun geestelijk welzijn
in den vreemde. Reeds in September 1846
nam hij afscheid van zijn gemeente Arnhem
en kwam op 17 November in Amerika aan.
Daar begon hij het onderzoekingswerk
De plaats der kolonie moest gezocht worden
Sociale, economische, geografische gege
vens moesten verzameld worden. Tenslotte
koos hij Michiqan. Zoo ving op 9 Februari
1847 de pioniersarheid aan.
Hun eerste daad as op den hardgevrcren
grond neer te knielen, God almachtig om
zijn hulp'aan te roepen en na dit gebed,
hief wie een bijl had, den bijl op en de
aanval op het woud begon. God heeft
Zijn zegen niet,onthouden- Tal van neder
zet tings ontstonden. Holland, Zeeland,
Drenthe, Nieuw Gronlqgen, Noord
'and Graafschap. Bewezen werd dat het
geloof, staalt tot den arbeid. Thans tellen
de kerken 130.00 leden. Er is een Hooge
School, waarvan Prinses Juliana in 1941
het doctoraat in de rechten ontving. Van
dit hooge College ontving Amerika honder
den Christenen voor openbare ambten
De nationale beteekenis der pioniersarbeid
ligt hierin, dat het Calvinisme uitgedragen
werd ook in de Nieuwe wereld
„VOOR AND'REN VOLDAAN"
Hebr. 5 7-9.
De Apostel schrijft in dit hoofdstuk: de
Goddelijke werkzaamheid van den Eeuwi
gen Hoogepriester; en al noemt hij nu den
naam van Aaron, diens roeping en arbeid,
doch om dien volheerlijken Priester Gods
voor te stellen, wil hij ons leeren dat een
ziel alleen om diens oorzaak welgelukzalig
kan worden. De Priester des Ouder Verb,
zelf met zwakheid bevangen, moest eerst
voor zichzelf, daania offeren voor het volk,
doch de eeuwige Hooggepriester heeft
zichzelf geofferd, opdat de zijnen daardoor
zouden gedekt zijn. Christus, de volmaakte
in Zichzelf, heeft Zichzelf niet willen ver
heerlijken, doch die tot Hem gesproken had
„Gij zijt mijn Zoon, heden heb ik U ge
genereerd". Jezus' doel was dé verheerlij
king Zijns Vaders en de eeuwige verlossing
der verkorenen, daarom heeft Hij het vlees
aangenomen, omdat door geen anderen weg
verbinding tot stand kon komen tusschen
den eeuwigen Vader en den diepgezonken
zondaar. Welk een vernedering voor Hem,
die als den Vader gelijk was in eeuwige
heerlijkheid, om 's menschen ziel te kunnen
verlossen van den eeuwigen toorn; gebeden
en smeekingen opzond tot den Vader, die
vertoornd was vanwege den valsbreuk des
menschen. Verneem de smeekingen des
Lams, zie de Hooggepriester, Hij ligt te
worstelen voor den troon des Vaders. Tot
niemand wendde de Christus zich in Zijn
lijdensweg, dan tot den Vader, uit wien Hij
was van eeuwigheid, daar bij niemand
gehoor was te verkrijgen. Hij heeft zichzelf
vernederd, in gestalte een dienstknecht
zijnde, buigt Hij zich neder voor den eeuwi
gen Vader der lichten, en Zijn verzuchtingen
klimmen op tot Gods troon. Niets heeft Hij
ontzien, want Hij wilde naar ziel en lichaam
lijden, daarnaar ziel en lichaam was ge
zondigd, opdat een eeuwige heerlijkheid en
verlossing het deel zoude worden van allen
die de verschijning van Christus hebben
liefgehad. O zeker, de vijanden lagen zoowel
in als buiten den tempel op de loer, doch
Christus de held van Sion trad manmoedig
te voorschijn om als leeuw uit Juda's stam
te bestrijden de macht der hel. Welk een
macht heeft de helsche leeuw, hij spant
alles saam om de Zone Gods te verderven,
zelfs ontziet hij om die heilige menschen van
den joodschen raad te gebruiken, opdat
Christus' werk verijdeld worde. Christus
heeft uit 't diepst Zijner Ziele geroepen met
tranen tot Vader: Verneem de diepe klacht,
Vader, indien het mogelijk is, laat deze
drinkbeker voor mij voorbijgaan?; terwijl
de helsche machten aanspannen tot verderf.
Want het ging om behoud dergenen, wier
naam geschreven staat in het boek des levens
en des Lams.Hoe diep zonk Immanuël weg,
een worstelen voor 's Heeren aangezicht
met sterk roepen vanuit den weg van bloed
en tranen. O hoe dierbaar; is toch het werk
van Christus God, door menschen verstoo-
ten, door Satan geslagen, maar nu, door den
eertijds zwijgenden Vader geantwoord,,
wanneer het zweet bloed wordt, daalt een
engel omlaag ter ondersteuning. De geeste
lijke Jakob worstelt en pleit, niet voor zich
zelf, doch voor and'ren, hoewel Zone Gods
zijnde, gehoorzaam gebleven tot den dood
des kruises. En nu lag de gansche mensch
heid onder den vloek om der zende wille,
Christus kwam om zich gansch op te
offeren, opdat Hij de oorzaak zou zijn van
de gëlulczakigheid Zijns volks. Want zonder
dien lijdenden, zichzelf opofferende Hooge
priester, zoude nimmer één menschenziel
zich in het eeuwig heil hebben kunnen
verheugen. O welk een vernedering, wat
een worsteling, uitgieting der zieletranen
in de benauwdheid Christo, doch Dij heeft
gezegepraald en verworven de kroon dei-
gelukzaligheid voor Zijn Bruid, en Vader
was voor eeuwi voldaan.
M'harnis.
Vetter.
dat
door de Nederlandsche kolonie de beteeke
nis en de waarde van Nederland getoond
is in Amerika. De sympathie, die Nederland
ook thans heeft ervaren, zou die niet mede
vrucht zijn van des geloofsdaad der land
verhuizers. van 1847
In het „Hervormd Weekblad", orgaan
van de Herv. Raad voor Kerk en publiciteit,
komt een leerzaam artikel voor van de
hand van het Synode- en moderamen lid
Ds. Wesseldijk van Eindhoven. De schrij-
verdeelt daarin interessante bijzonderheden
mede over de .vaccatures in de Herv. Kerk
onder de titel: Leegstaande pastorieën,
waaruit wij hier één en ander overnemen.
Na gewezen te hebben op het feit, dat er
een eigenaardige tegenstelling is tuschen-
Trap- en Ganglopers per Meterfl
Meubel- en Gordijnstoffen 140 cm. breed p.M.
Deurmatten extra zwaar
Schilderijen van fl 29.75 voor
Deze prijzen zijn geldig tot/met 22 Februari 1947.
Magazijn „De Overkant" A, J. SITSKOORN
STRIJENSCHESTRAAT 1-3 hoek Polderlaan - Tel. 73140
3.49
8.37
3.89
17.95
de groote woningnood en de vele leeg
staande pastorieën en op het funeste van
het ontbreken van een predikant voor het L
gemeentewerk, noemt hij een aantal cijfers.
In de ring 's Hertogenbosch zijn alle
predikantsplaatsen op één na leeg! Er zijn
15 ringen, waar de helft van de predikanten
vertrokken is, 32, waar een derde der
pastorieën leeg staat en nog 18, waar een
kwart vertrokken is. Slechts in 4 van de
39 ringen is geen enkele vacature. In
meer dan een derde deel der ringen moest
de hulp van een naburige ring ingeroepen
worden omdat meer dan een derde der
predikantsplaatsen vacant is.
Van de 1833 predikantsplaatsen waren
er op 1 November 1946 in totaal 440
vacant, n.l. 320 in één mansgemeenten en
120 in plaatsen met meer predikanten. In
320 dorpen is dus geen Herv. predikant.
Daarvan zijn er 77, die te klein zijn om
te beroepen en 20, die niet beroepen
kunnen, omdat niet volddaan is aan het
Reglement op de predikantstractementen.
Het is echter zoo, dat wanneer er momen
teel 400 Candida ten beschikbaar kwamen,
zij allen binnen enkele maanden een
plaats gevonden zouden hebben.
Omtrent de oorzaken van dit hooge aan
tal vacatures merkt Ds. W. op, dat dit
allereerst ligt in het feit van de toename van
het aantal predikantsplaatsen. Sinds 1938
is dat aantal gestegen van 1674 op 1933,
dus een toename van 159. Dit is verheu
gend. Een tweede oorzaak is gelegen in
het verplichte emeritaat op 65-jarige leef
tijd, dat in 1943 tot gevolg had, dat 150
predikanten' uit het ambt gingen, terwijl
er vroeger per jaar 50 heengingen. Voorts
is eên 20-tal predikanten benoemd als
Vervolg pag. 2, le kolom