OPBOUW
No. 55. 22 November 1946
TWEEDE BLAD
Kort Raadsgeding
te Dirksland
Herbeplanting van Flakkee
Schermerhorn en Soekarno
Weet u wie Soekarno is?
Het is de president van de door hemzelf,
op suggestie van Japan, uitgeroepen repu
bliek Indonesië, enkele dagen na de Japanse
capitulatie. Het is de man, die door Japan-
nezen werd uitgekozen om de massa te
beïnvloeden ten gunste van Japan. Het is
de man, die een willig werktuig in de handen
van Nippon bleek te zijn. Het is de man,
die de bezittingen der Indonesiërs uitlever
de ten behoeve van de Japanse oorlogsvoe
ring. Het is de man, die meewerkte aam de
deportatie van honderdduizenden Javanen,
waardoor duizenden in den dood werden
gedreven. Het is de man, die de Javanen
dwong dienst te nemen in het Japanse leger.
Het is de man, die Indië met woord en daad
overleverde aan Japan. Het is de man,
die in de Japanse volksraad zwoer, dat hij
met Japan zou leven en sterven, gedurende
de oorlog en na de oorlog. Het is de man,
die thans van de Japanners gekregen wapens
met geweld zijn republiek tracht te vestigen.
Het is waarlijk niet overdreven wat het
Londens „Vrij Nederland" van hem zeide:
„Soekarno heeft niet enkel met de Japanners
geheuld, hij is hun volhardende bondgenoot
geweest. Bij honderdduizenden zijn de
Indonesische broeders van die man in de
dood gedreven, in slavernij weggevoerd en
op vele wijze mishandeld en beroofd, met
een wreedheid waarover het nu verslagen
Japan beweert zich diep te schamen. Bij al
deze misdaden en deze gewetensdwang was
hij de bondgenoot van Japan door dik en
dun. Zelfs na de capitulatie veranderde
zijn houding niet. Hij propageerde na de
nederlaag van het fascisme nog de fascisti
sche ideeën en liet zich huldigen met om
hoog gestrekte arm".
Van hetzelfde oordeel waren vooraan
staande Indonesiërs. Zelfs naaste mede
werkers van Soekarno vonden hem geen
representatief figuur om met de Nederl.
regering te spreken. Het is dan ook volko
men begrijpelijk, dat de regering Schermer
horn in October 1945 verklaarde dat de
regering niet kan ingaan op suggesties om
met hetz.g. Soekarno-bewind besprekingen
te voeren. 18 October 1945 zeide Minister
Logemann met de nationalisten niet te
zullen spreken voordat zij het wettig gezag
weer zouden eerbiedigen. Met Soekarno
zou niet gepraat worden verklaarde de
regering categorisch.
Praat en daad zijn nog niet hetzelfde.
Men is begonnen met de vertegenwoordiger
van Soekarno, Sjahrir, te spreken en te
onderhandelen. Thans heeft men in de
dagbladen een foto kunnen zien van Prof.
Schermerhorn met Soekarno aan de Confe
rentietafel.
Wanneer men zich op de helling der
revolutie begeeft, glijdt men steeds verder.
De verrader Mussert werd ter dood ver
oordeeld en gefusilleerd. In hetzelfde
Koninkrijk zit men met de verrader Soekar
no genoeglijk te confereren en te dineren.
Wnd. Burg. Ottink opent de vergadering
met gebed, deelt mede dat de heer Baart
van verhindering heeft kennis gegeven, laat
de notulen lezen en stelt deze vast. Mar
cheert vervolgens i n snel tempo door een
aantal ingekomen stukken, die voor kennis
geving worden aangenomen en stelt aan de
orde het verzoek van M. Maasdam om
vergoeding voor het bezoeken aan de
U.L.O.-school van een leerplichtig kind.
B. en W. stelt voor hier 25,voor uit
te trekken. De Raad gaat hiermee accoord.
Als lid bestuur Algem. Drinkwaterleiding
G. en O. worden dhrn. Joh. Baart en A.
Knöps met algemene stemmen benoemd.
B. en W. acht het gewenst in verband
met de dalende lijn der Gemeente-financiën
tot heffing van 20 Vermakelijkheidsbe
lasting over te gaan.
De heer de Bonte verklaart zich hier in
principe tegen. Hij ziet deze belasting
uiteindelijk drukken op de Verenigingen
zelve, begrijpt volkomen dat de zure appel
opgepeuzeld moet worden, maar zag toch,
indien enigszins mogelijk, de heffing ver
minderd en deze zodra een gunstiger
financieel tijdperk aanbreekt, geroyeerd.
De heer Roon voelt wel aan wat de heer
de Bonte zegt, maar vindt toch dat Gem.
belang voor alles gaat.
De heer de Bonte geeft nogmaals als zijn
overtuiging te kennen dat de Verenigingen
door de heffing hun entré-prijs zullen
moeten verminderen.
De heer Geloof verklaart zich voorstander
van de heffing. In toneel, bioscoop en
danspartijen ziet spr. geheel geen nut.
De heer Poortvliet zou het percentage van
deze dingen hoger willen stellen dan dat
voor eigen Verenigingen. Of b.v. jaarlijks
enige uitvoeringen gratis.
De Voorzitter wijst de Raad erop dat deze
maatregel past in het kader van een goed
financieel beleid der gemeente. Dirksland
is nog niet noodlijdend en zou het niet
moeten worden ook. Volgens spr.'s mening
zal een waar kunstliefhebber met evenveel
genoegen mede in het belang der gemeente
inplaats van 1,wel 1.20 betalen. Het
verdwijnen van deze verordening kan hij
nu niet beoordelen. Het idee 2 gratis
voorstellingen voor de muziek lijkt hem wel
aannemelijk.
De heer Knops wil hieraan ook nog Zang
en Gymnastiekver. aan toevoegen.
De Voorzitter voelt alleen voor muziek.
Men begeeft zich anders op gevaarlijk
terrein.
De heer de Bonte apprecieert dit wel,
maar zegt dat „Amicitia", om twistpunten
mis te gaan, zeer zeker het spreekwoord:
„Gelijke monniken, gelijke kappen", zal
voorstaan. Spr. kan zich niet met de ver
ordening verenigen, maar zal datgene wat
het zwaarst moet wegen, het zwaarst laten
wegen. Door deze royale houding wordt
het voorstel met algemene stemmen aan
genomen.
Een aantal verzoeken om ontheffing van
Hondenbelasting zijn door B. en W. onder
zocht. Deze krijgen nu de goedkeuring van
de Raad.
Niemand heeft bezwaar om per 1 Mei '46
opnieuw voor 5 jaren de rente van het
legaat Naai- en Breischool te bestemmen
voor de beide bewaarscholen.
Als leden voor de Commissie tot nazien
van de gemeente-rekening '44 en onderzoek
begroting '47 worden aangewezen dhrn.
Geloof, Poortvliet en de Bonte.
De Voorzitter zet daarna het doel der
Stichting F. G. uiteen en verzoekt de Raad
tot toetreding.
De heer Knops wil zijn stem niet ont
houden, maar vindt 5 cent per inwoner wel
wat veel. Hij is ook. bang dat een zekere
groep particulieren zich hiermee op de
voorgrond willen brengen. Ook vreest spr.
dat de autonomie der gemeente zal worden
aangetast.
De Voorzitter zegt, dat, wanneer D'sland
een vertegenwoordiger in de F. G. heeft,
deze voor contributievermindering kan
pleiten. Het gaat er nu om, toetreden op
grond van de basiscijfers. Verdachtmakin
gen als dhr. Knöps uit, mogen zonder grond
van bewijs eigenlijk niet worden gesugge
reerd.
De heer Geloof ziet ook de F. G. als een
eilandbelang. Hij vindt echter de Raad ten
opzichte van Polderbesturen enz. met één
man te zwak vertegenwoordigd.
Met algem. stemmen wordt de Voorzitter
als vertegenwoordiger benoemd, die toezegt
de wensen van de heren aan de algemene
vergadering kenbaar te maken.
De reorganisatie van de Brandweer heeft
tengevolge dat er thans een hoofdmachinist
is belast met het regelmatig toezicht op het
brandweermateriaal.
B. en Wt wou dit met een jaarwedde van
50,honoreren. Hieruit vloeit voort, dat,
mede met nog enige andere postjes, de
gemeentebegroting 1946 moet worden
gewijzigd.
Dit naar het genoegen van de Raad zijnde
sluit de Voorzitter de vergadering.
Voor en nadelen
van de beplanting
II
Alvorens een overzicht over de mogelijk
heden van herbeplanting te geven dienen
wij in het kort de voor- en nadelen van de
beplanting voor den landbouwer na tegaan.
U zult misschien vragen, waarom is dat
nodig; u zegt toch zelf dat de bewoners
van Óost-Flakkee momenteel voor herbe
planting voelen. Inderdaad is dit wel zo,
maar, men moet niet vergeten, dat de dijk
en wegbeplanting voor zover het particu
liere eigendommen geldt (ambachtsheer
lijkheden bijvoorbeeld) afhankelijk is van
de goede wil van den eigenaar, die vaak
elders woont en dus de last van het kale
land niet heeft. En voorts is er ook nog
West-Flakkee. Dit heeft wel niet onder
inundatie geleden, doch erg veel minder
kaal ziet het er niet uit. Rijdt maar eens
van Dirksland tot Ouddorp, uw vergezicht
zal dan vrijwel voortdurend in alle rich
tingen tot de horizon reiken l Bovendien
is in het Westen in de laatste oorlogswinter
met zijn nijpend gebrek aan brandstof veel
opgaand hout voor centrale keukens en
voor particulier gebruik gekapt, zodat we
ook hier van oorlogsschade spreken kunnen.
Laat ons beginnen met de nadelen van
de beplanting. Zij zijn eenvoudig, reëel en
gemakkelijk in maat en getal uit te drukken.
Een boom neemt plaats in en op die plaats
kan geen ander gewas terecht. En verder
pleegt een boom schaduw te geven en in die
schaduw brengen bijna alle gewassen meet
baar minder op; de suikerbiet blijft kleiner,
de tarweaar bevat minder en kleinere kor
rels, enfin de opbrengst daalt en geen boer
met hart voor zijn werk vindt dat prettig.
Die schaduw heeft natuurlijk het meeste
invloed voor zover het weg- en dijkbeplan-
ting geldt- En hier is een Oost-West ver
lopende beplante weg weer schadelijker
(aan de Noordzijde komt dan vrijwel geen
zon) dan een Noord-Zuid verlopende.
Maar met die veel aangehaalde schadelijke
schaduw zijn we eigenlijk, wat de nadelen
betreft, vrijwel uitgepraat. En nu komen de
voordelen, waarvan er enige voor de i nd-
bouw zwaarder wegen dan men oppervlak
kig zou denken.
L,aat ik beginnen met het minst in getal
uit te drukken voordeel, het aesthetische
het goed beboomde land wordt mooier.
Haalt nu niet direct de schouders op en
zegt niet dadelijk, wat kan het mij schelen
hoe het land er uit ziet, als ik er mijn brood
maar kan verdienen. Want dat is niet
waar! Een ieder houdt van de landstreek,
waar hij geboren is, de stedeling van zijn
stad, de plattelander van zijn gebied. Hij
ziet gaarne dat ook anderen dit land of die
stad waarderen. Zéker, ook het wijde Ffak-
keesche polderland heeft zijn aparte schoon
heid. Prachtige zonsondergangen, machtige
wolkenluchten, het vaak felle, en dan Weer
grijzige licht, dat aan de nabijheid van de
zee herinnert, het zijn alle bronnen van
schoonheid die tot ieder spreken, die ge
voelig is voor de natuur. Nergens is ook de
indrukwekkende kracht der elementen zo
duidelijk voelbaar. Wanneer de storm het
land beukt met wilde kracht voelt de mens
zich klein tegenover de natuurkrachten en
buigt het hoofd voor den Almachtige die
dit alles in Zijn hand houdt. Maar een mooie
beplanting brengt afwisseling en een zekere
lieflijkheid in het landschap, de neerdruk
kende eentonigheid wijkt, er komen meer
vogels, er is meer levendigheid en op den
duur is dit ook van invloed op de bevolking,
waardoor een gevoel van welbehagen, van
meer op zijn gemak zijn, ontstaat. Het land
zonder bomen is een troosteloze cultuur
steppe, waarin men zijn kinderen niet
gaarne wil laten opgroeien en waarin men
zelf ook niet gelukkig leven kan, ook ais
landbouwer niet.
Nu de economische voordelen. Het zijn
de volgende: r
1. Het hout heeft in vele gevallen waarde.
Na verloop van een aantal jaren kan
het gekapt worden en brengt een be
hoorlijk bedrag op. Men denke b.v. aan
populierenhout voorde klompenmakerij
2. Voor het houden van vee is de beplan
ting voordelig. De dieren voelen zich
behagelijker en kunnen beschutting
tegen het weer zoeken. En hoeveel
prettiger is het, hen in de luwte, waar
ze met storm vanzelf bijeenkomen, te
melken dan op de kale winderige vlakte.
3. De boom en vooral ook het lagere hout
(z.g.n. windhagen) vormt een gunstige
broedgelegenheid voor talrijke insec
tenetende vogels, die den landbouwer
van groot nut kunnen zijn. Misschien
hangt hiermede samen het feit dat op
sommige plaatsen in Oost-Flakkee deze
zomer zeer veel last ondervonden werd
van een rupsenplaag.
4. De erfbeplanting heeft natuurlijk zeer
voor de hand liggende economische
voordelen. Storm en regenschade zijn
veel geringer dan zorftier bomenbe-
scherming. Vraag het maar aan de
boeren van Oost-Flakkee hoe de pannen
van hun daken zwieren wanneer de
Zuid-Westcr aan het opspelen is. En
vanzelfsprekend weet ieder die verstand
van een boomgaard heeft, dat een
windhaag rondom onmisbaar is voor
een goede gang van zaken.
5. Behalve schaduw geven bomen ook
luwte en tezamen geeft de beplanting
een belangrijke vermindering van de
gemiddelde windkracht. Nu heeft die
luwte een onmiskenbaar gunstige in
vloed op de opbrengst van sommige
gewassen- Het zijn vooral de groot-
bladige gewassen die veel van de wind
kunnen lijden, en die dus door luwte
gunstig worden beinvloed- Er zijn
in Denemarken proeven verricht, waar
uit blijkt dat gewassen als suikerbieten
en aardappelen tot25 meeropbrengst
gaven in de luwte dan op de plaats
waar*zij aan de volle windkracht waren
blootgesteld. Dit geldt niet voor de
granen. Daarop heeft de wind geen
schadelijke invloed en kan de luwte
zelfs een weinig schadelijk zijn door
minder snelle droging in de oogsttijd.
Tenslotte zijn er mijns inziens ook medi
sche voordelen van beplanting te verwach
ten. Verminderde windkracht geeft ver
mindering van blootstelling van de mens
aan eenzijdige afkoeling. Het is juist deze,
die verschillende acute rheumatische ziek
ten als spit, ischias e.d. die hier zo opvallend
veel voorkomen, veroorzaakt. Koude op-
zichzelf is veel minder gevaarlijk. Doch
bezweet zijn en dan aan eenzijdige afkoeling
door de wind blootstaan sleept vaak nare
gevolgen met zich. Deze ziekten zijn de oor-
zzak van veel arbeidsongeschiktheid onder
de .andarbeiders en hebben dus ook eco
nomische nadelen. Meer beplanting met
daaruit voortvloeiende vermindering van
de windkracht laag bij de grond zou dus
zeer goed een vermindering vandeze ziek
ten met zich kunnen brengen.
U ziet het is niet alleen „het oog wil ook
wat", maar ook met het oog op de porte-
monnaie en eveneens met het oog op de
gezondheid is er voor inter bomen heus nog
wel veel goeds te zeggen.
Dr. O. STOEL.
Clandestiene handel in melkbonnen
Een inwoner van Middelharnis werd
onlangs betrapt op clandestienen handel in
distributiebonnen. Controleurs van den
C.C.D. namen o.a. 426 melkbonnen in
beslag Drie dagen later veroordeelde de
Officier van Justitie den man tot zes weken
gevangenisstraf met verbeurdverklaring van
de inbeslaggenömen goederen.
Spreuk van de week
Er is veel verstand toe noodig om
sommige dingen onbegrijpelijk te
vinden.
^SCMAAKHÜBRIEK^
No. 29
Adres: A. WAGNER, Jaagpad 40. Delft.
Over probleem 25 ben ik U een verkla
ring schuldig. De tweezet van Eerkes heeft
namelijk, zoals de stand gegeven werd 2
oplossingen. Toch zit er geen fout in die
voor mijn rekening of die van den drukker
ligt. De stand staat precies zo in het boekje
waaruit ik het probleem nam. De verklaring
die ik nu wel moet geven is dat dit probleem
in deze vorm nooit een eervolle vermelding
behaald kan hebben. Ik schreef den com
ponist om inlichtingen, maar hoorde nog
niets erover. Dus 2 sleutelzetten. 1. Pb4-d5
en 1. Pb4-d3. Waarschijnlijk bevat mijn
boekje hier een fout, want de inhoud is ook
niet zo bijster; er zijn meerdere dreigingen
en weinig varianten. Elke oplosser weet
echter dat een onderscheiden probleem
slechts één opl. heeft. Het is dan niet
kwalijk te nemen dat men niet verder zoekt
De ladderstand over deze maand wordt
nu:
C, Poortvliet
B. Boeter
J. L. Braber
L. Jordaan
B. Vis
J. C. Wisse,
De prijs over deze maand gaat dus naar
C. Poortvliet.
Oplossingen van No. 28 opsturen vóór
7 December.
No. 28. Dr. G. Cristoffantni.
22
23
24
25
Totaal
2
2
2
4
10
2
"2
2
2
8
2
2
2
2
8
2
2
2
2
8
2
2
2
2
8
2
-1
2
4
7
a bcdefgh
Wit geeft mat in 2 zeticn.