VOOR GOEREE EN OVERFLAKKEE Leidende figuren voor hei Tribunaal at en ion int. Zoo niet Nieuwe vrijlatingen v« Beek vezwijgt de financiën Beschier bang voor zijn hachje f MEDITATIE VOOR DEN ZONDAG J picr- dit :md tvce m- I n- Ivij rnis OPBOUW contract aanzienlijke korting CHRISTELIJK NATIONAAL STREEKBLAD VRIJDAG 27 SEPT. 1946 prijs per kwartaal f 1,50 Losse nummers f 0,15 Advertentieprijs 1—30 mm 14 cent per mm. Elke mm Tweede jaargang No. 39 Adres der redactie en Ad ministratie Voorstr. A 239 Postbus 14 Middelharnis Tel. No. 332 Dit blad verschijnt iedere Dinsdag en Vrijdag Het personeel van de Amsterdamsche gemeentetram is Dinsdag in staking gegaan als protest tegen het uitzenden van troepen naar Ned. Indië. Ook in verschillende andere bedrijven o.a. Blauwhoedenveem, levens middelen bed rijven Albert Heijn, Hille en Verkade, de Amsterdamsche Droogdok maatschappij braken om dezelfde reden wilde stakingen uit. De bedoeling is duide lijk. De Overheid, die naar Gods Woord, vecht en gerechtigheid, rust en orde in het c.Aele Rijk heeft te handhaven, acht het ...dig militairen naar Ned. Indië te zenden. A'.lllioenen Nederlandsche onderdanen zijn avergeleverd aan moord en terreur. De Overheid heeft daar haar Goddelijke roeping te vervullen, niet door koloniale verhou dingen, die er overigens ook voor 1941 al rl'.t meer waren te herstellen, doch door Ned. Indië, overeenkomstig aard en ont wikkeling, te leiden tot zelfstandigheid binnen het Rijksverband. Die roeping is k'een uitvoerbaar, wanneer orde en veilig heid weer algemeen heerscht. Voor den wederopbouw en de ware vrijheid in Indië is erkenning en handhaving van het wettig gezag onmisbare voorwaarde. Voor de uitoefening van die taak heeft de Overheid hier en in Indië een leger noodig, om als het moet, wat God genadig verhoede, desnoods met krachtige middelen de rust en veiligheid te herstellen. De uitzending van het leger is op volkomen wettige wijze geschied. Bestond op grond van art. 186 der Grondwet eenigen twijfel of uitzending van dienstplichtigen zonder hun toestem- mi ,g mogelijk was, na de behandeling in de Volksvertegenwoordiging is alle twijfel opgeheven. Op voorstel der Regeering hebben onze beide Kamers met bijna alge- meene stemmen besloten de uitzending goed re A'euren en daarmede dë Overheid in staat stellen haar taak te kunnen uitvoeren. Dit brengt voor vele gezinnen een zwaar ■iter mede. Na jaren van ernstige spanning, deportatie, onderduiken, volgt nu weer een scheiding voor geruimen tijd. Dat is hard tn moeilijk, maar niettemin noodzakelijk. De stakingen in verschillende bedrijven dcoogen nu te protesteeren tegen de hande lingen der regeering, die handelde naar eigen roeping in overeenstemming met de vrijwel geheele vertegenwoordiging des volks. Een kleine minderheid, die het woord „democratie" zoo gaarne voor zich opeischt, tracht door een lamlegging van het maatschappelijk ieven, de Overheid terug te brengen van haar heilige roeping. Wij aarzelen niet dit revolutionair te noemen in den slechtsten zin en in strijd met alle gezonde invloed om staatkundig terrein. Het is weer eens een bewijs, dat het communisme den geordenden weg gebruikt om ook daar baar invloed te doen gelden, maar tevens elk middel geoorloofd acht, om een spaak in het wiel te steken, wanneer de meerderheid naar haar niet hooren wil. De revolutionaire agitatie gebruikt daarvoor ook de staking als politiek wapen. Het recht van staken wordt in christelijk-socialen-kring vrij algemeen aanvaard. Men acht dit wapen in het uiterst geval geoorloofd, wanneer alle vreedzame middelen ais gemeenschappelijk overleg, scheidsgerecht hebben gefaald en alle middelen zijn uitgeput. Daarbij is nadrukkelijk aangenomen d9t moedwillige contractbreuk ernstig is af te keuren, terwijl ook een opzegtermijn in acht dient te worden genomen. In Christeiijken kring spreekt men can ook niet van een recht, doch van een plicht tot staking. Die plicht kan aanwezig zijn, wanneer iemand genoodzaakt wordt arbeid te verrichten in een goddelooze of :n een zedeloze omgeving, of indien diensten gevergd worden, die tegen het geweten ingaan. Voorts kan het plicht zijn, ingeval diensten gevergd worden, die tegen het geweten ingaan of terwille van zichzelf, zijn gezin of zijn naaste. In al deze gevallen gaat' het om het herstel van het recht Gods, om ue eere van Zijn Naam en de daartoe aan te wenden middelen, dienen dan daarmede in overeenstemming te zijn. De politieke staking, zooals thans gepro clameerd was, heeft een geheel andere beteekenis. Men wil bepaalde politieke wenschen ingewilligd zien. Vroeger was dat b.v. de verwerping der Vlootwet, thans verlangt men het niet-uitzenden van mili tairen naar Ned. Indië. Men wil van de Regeering zekere maatregelen afdwingen, die zij langs parlementairen weg niet kon verkrijgen. Politieke invloed behoort te worden verkregen door politieke partijen. Door middel van partij-organisatie en stembiljet spreke men zich uit over beginsel en beleid der Regeering. Dat is recht en plicht. Wanneer de staking als politiek wapen wordt gebruikt schendt men over eenkomsten met werkgevers op gronden, die buiten de arbeidsverhoudingen liggen en pleegt men contractbreuk. Maar ook wordt de bedrijfsvrede voortdurend in gevaar gebracht. De goede ontwikkeling der verhoudingen wordt dan voortdurend bedreigd. Deze revolutionairing van het volk neemt hand over hand toe. Wat thans de communisten doen is door de S.D.A.P. in het verleden niet afgekeurd. Integendeel. Men gebruikte ook dit wapen om politieke invloed te winnen. Qnder den invloed van de dictatuur is men weer het pleit gaan voeren voor de grondwettelijke instellingen. De Revolutie is echter alleen overwinbaar door het Evangelie. Sterk staat de Overheid alleen, wanneer zij het Overheidsgezag ziet als een opdracht Gods. Daarin ligt tevens de waarborg der vrijheid. Ons volk moet leven onder de tucht van het Woord Gods en diene zoo het Overheidsgezag om Gods wil te gehoorzamen. In geloofsgehoorzaam heid heeft het door lidmaatschap en mede leven de Christelijke politieke partijen te steunen, omdat die de vastheden, die God gegeven heeft, willen handhaven en zoo een dam opwerpen tegen alle revolutionaire machten, tot heil van het geheele volk en tot Eer van God. Pres.: Mr. C. Jonker., Adj. Seer.: Mr. J. M. Hovenkamp. Leden: C. L. de Wit en L. Kreeft. Uitspraken J. C. Melissant te Herkingen: Internering voor de tijd in bewaring doorgebracht. Ont zetting uit de kiesrechten. Verbeurdverkla ring van zijn vermogen voor een bedrag van 2500, N. de Gast te Dirksland: Internering voor den duur in bewaring doorgebracht. Ontzetting uit de kiesrechten. Verbeurd verklaring van 500, A. C. v. d. Mast te Melissant: Internering van 12 Mei '45 tot 25 Juni '46. Ontzetting uit beide kiesrechten. WIE WAREN DE S.D. SPIONNEN OP ONS EILAND? Acte van beschuldiging tegen Beschier v. d. Nieuwendijk te Middelharnis. 1. Huip en steunverlening door: a. Kohlenlagerverwalter te worden. b. Jongens op te warmen lid te worden van de N.S.B. c. Abonné te worden van Vova en daarvoor te colporteren. d. Abonnement te nemen op het Dis trictsblad. e. Kringvertegenwoordiging en Propa- gandavoering voor dienstname bij de Nie- der Saksisché Wachtdienst. Niet te verhinderen dat zijn minder jarige zoon dienst nam bii de S.S. g. ofschoon hij wist dat er drie S.D. spionnen op het eiland waren, deze niet aan te geven. h. in samenwerking met Lisseveld een klacht te verzenden over v. d. Brugge, hem een saboteur noemende. 2. Blijk van Duitse ingenomenheid door: vrijwillig en vriendschappelijke om gang niet Duitsers. b. niet te verhinderen dat zijn dochter vertrouwelijke omgang met de Duitsers had. 3. Lidmaatschappen enz. van: a. N.S.B.opgetreden als groepleider, districts- en kring vertegenwoordiger van arbeidsinzet e.d. b. lid W.A. c. lid W.H.N, en N.V.D. d. N.A.F., waarnemend leider dienst geldzaken, 5 avonden georganiseerd voor vreugde en arbeid, e. lid Germaanse S.S. (was wederver- koper„storm" en gaf rapporten over politieke reactie van de bevolking van Flakkee. 4. Blijk van N.S.B.-gezindheid door: a. eedaflegging op Mussert. b. het dragen van een zwart hemd. c. minderjarige kinderen niet te ver hinderen dat ze aan de Jeugdstorm gingen. d. de beruchte plakkatie uit te voeren tegen de Joden in '43 b.v. (Hier heerst de Eng. ziekte, enz.) 5. Voordeel getrokken van den vijand door: a. brandstoffen te benutten in de func tie van kolenfuhrer. b. toelage van zijn S.S.-zoon te ontvan gen, groot 45,—. Een doortrapte N.S.B.-er? De Pres.: Wat heb je op deze waslijst te zeggen? v. d. N.: Om bij het begin te beginnen. Gezien mijn politieke richting ben ik tot al deze handelingen gekomen en dus in de eerste plaats kolenfuhrer geworden? Pres.: Waarom gezien die richting? Maar aangenomen dat U dat gedaan hebt, dan had U toch nog niet bij de S.S. enz. behoe ven te gaan. Er is bijna geen enkel ding dat U niet hebt bedreven. v. d. N.: Wat betreft die ledenwerving, deze mensen waren communistisch getint en zijn zich vrijwillig bij mij wezen melden. Pres.: Goumare is in dezen Uw beschul diger. v. d. N.: Het is niet waar. Ik ben geeti doortrapte N.S.B.-er. Pres.: Dit vindt ik belachelijk. Er is niemand die zoveel op zijn geweten heeft hier als U. v. d. N.: Zij hebben mij misschien nog voor meer zaken willen gebruiken, dan ik gedaan heb. Pres.: Als ik zo eens kijk, had U bijna geen tijd over om nog mèer te doen. v. -d. N.: Het waren geen baantjes, Mijnh. de Pres. Ik deed alies gratis. Pres.: Al wordt het niet betaald, dan is dat toch nog een baantje. Maar U was, blijkens de gegevens, een rasechte N.S.B.- er. Uw zoon hebt ge ook'niet verhinderd naar de S.S. te gaan. f v. d. N.: Het is niet met mijn toestem- ming dat mijn zoon in de S.S. ging, maar 1T}ijn kinderen zijn opgevoed in een Duitse sfeer. Mijn dochter heeft wei omgang met Duitsers gehad, maar op een nette manier. Mijn zoon is niet in de strijd geweest. Flij is ondergedoken en Sept. 1944 krijgsgevan gene gemaakt. Hij zit vanaf die tijd in Engeland. Pres.: U wist dat hier op Flakkee 3 spionnen waren, maar U maakte hun namen nic-t bekend. v. d. N.: Mijn verdediger zal deze zaak nader toelichten. Pres.: Fachberater Seits had een tele foongesprek met Vlaardingen, waarbij hij mededeling deed, dat van der Brugge sabo teerde. Dat wist hij van U. v. d. N.: v. d. Brugge heeft met mij altijd zeer vertrouwelijk gesproken. In '41 kon ik voor 1700,op een Arb.bureau komen, maar dit heb ik ook niet aanvaard. Pres.: Dat doet hier niet terzake. Er zijn 2 getuigen die het verklaren dat U de aan klacht hebt ingediend, v. d. N. ontkent het. Pres.: Stemt U toe dat Uw dochter ver trouwde omgang had met Duitsers? v. d. N. met klem: Ik wens het woord ver trouwde omgang niet gebruikt te zien. Pres.: Vindt U het geen vertrouwde om gang, ais zij er mee wandelc? v. d. N.: Als die Duitsers bij mij niet waren geweest, dan was dit nooit voor gekomen. Wie heeft er gevochten toen zij in Nederland nog niet zo vies waren van de N.S.B.Ik ben te ver gegaan, ik heb het uit bezorgdheid voor mijn gezin ge daan. De Pres. met minachting: Zelfs rasechte N.S.B.-ets zijn zo ver niet gegaan, in Sept. 1940 aangesloten bij de N.S.B. en daarna allerlei baantjes gekregen. v. d. N.: Alles werd mij automatisch aangesmeerd. Ik heb nooit geen W.A.- uniform gedragen of derg. Pres.: Ook was U aangesloten bij de S.S. en verspreidde „Storm", het vuilste blad van de Moffen U droeg zwarte hemden. Uw kinderen waren lid van de Nationale jeugd storm. En dan die piakkerij. De zwarte bladzijde v. d. N.: Die piakkerij is een van de zwartste bladzijden van mijn leven, het was schunnig. Één ding wil ik zeggen, ik heb er spijt van gehad en ik heb het de volgende a'vond eraf wezen halen. Jurylid Kreeft merkt op: Volgens zijn beweringen is v. d. N. uit vrees lid van de N.S.B. geworden in 1940, maar toen was het nog koek en ei tussen Duitsland en Rusland. v. d. N.: In 1940 werden de communisten Mijn hulp is van den Heere, die hemel en aarde gemaakt heeft. Psalm 121 2 Psalm 121 is een lied Hamaaioth, een der liederen dus, die gezongen werden door Israels pelgrims, wanneer ze in groote groepen opgingen naar de feesten te Jeru zalem. De onbekende dichter leeft ver van Jeruzalem te midden van een hem vijandige omgeving. Flij heeft daar een moeilijk leven. En nu verlangt zijn hart naar Jeruzalem. Hij wil zoo graag daar in den tempel zich sterken in zijn God. Als een sterke magneet trekt hem de heilige stad. Eindelijk neemt hij het besluit om stad en tempel te bezoe ken. Maar hij weet de reis zal moeilijk en gevaarlijk zijn. Wie weet hoeveel gevaren hem wachten! Zijn weg zal door woestijnen et? langs afgronden gaan. En dat benauwt hem. Hij ziet al in gedachten de berggevaar ten, die hij overtrekken moet. En de bange vraag komt op: vanwaar zal mijn hulpe komen? Maar neen, dat is toch geen vraag meer. Hij weet het heel zeker: mijn hulp is van den Heere! Hij heeft een bondgenoot, die hem niet begeven zal. HEERE, Verbondsgod is Zijn naam! Op dien God kan hij staat maken, want als HEERE is Hij Zijn woord aan hem kwijt. O, neen, dan zijn de gevaren niet weg, maar grooter dan de helper is de nood toch niet. Want die bondgenoot is de Almachtige, de Schepper van hemel en a'arde. Wie zou tegen dien God iets ver mogen? Mag de dichter dat zoo maar zeggen? Is het geen overmoed te zeggen: mijn hulp is van den Heere? Geenszins,want dedich- ter gelooft in God. Hij grijpt zich vast aan Gods eigen woord: roep Mij aan in den dag der benauwdheid. En wie gelooft, wie zich aan Gods genade overgeeft, wie het alles van Hem verwacht, die mag zeker zijn van Gods hulp. Wie den Heere niet vreest, wie zich van God afkeert en Christus veracht, die mag ook geen staat maken op Gods hulp. De Almachtige is een helper alleen voor hen, die in Christus Jezus Hem zoeken. En daarom gaan deze dingen ook ons aan. Onze levensreis is niet minder moeilijk als die van den dichter. Gevaren en ver leiding en zonden zijn er overal. Maar wie nu zijn levensreis gaat ais een pelgrim op weg naar het Nieuw-Jeruzalem, wie ver langt naar Gods feest in den tempel hier boven, en dtts ais zondaar tot Christus vlucht, die mag zich zeker weten van Gods hulp. Wie God zoekt, die vindt Hem in Christus als zijn Vader. Hem zullen alle dingen medewerken ten goede. Hoe donker ook de weg mag wezen, Hij ziet in gunst op die Hem vreezen. Reist dan uw pelgrimstocht met God. Dan inoogt gij zeggen: Mijn hulp is van den HEERE. En eenmaal aangekomen op het groote feest in het Nieuw-Jeruzalem zult ge uw God eeuwig danken voor Zijn liefde en trouwe hulp. Stada/hH. v. d. Hoorn.

Krantenbank Zeeland

Opbouw | 1946 | | pagina 1