J
•derde.
ABONNEMENTSCONCERT
MAX OROBIO DE CASTRO (Cello)
ANTON DRESDEN (Piano)
Openbare School Melissant.
Chr. U.L.O.-School, Middelharnis.
boekhoudblreau p. de vogel
J. v. d. HAVE - Tel. 295 - Kapelle-Biezelinge
aait steeds v. d. Have's Zaden en Zaaigranen
op ZATERDAG 23 MAART 8 uur
in de R.H.B.S. te MIDDELHARNIS
De Commissie:
F. A. BERNARD
H. DALSTRA
Dr. J. VERSEPUT
VRIJDAG 29 MAART 1946
prijs per kwartaal £1,50. Losse nummers f 0,15.
Advertentieprijs 1 30 mm 14 cent per mm.
Elke mm daarboven 10 cent.
Bij contract aanzienlijke korting.
OPBOUW
Christelijk-Nationaal Streekblad voor Goeree en Overflakkee
EERSTE JAARGANG - No. 48
Adres der Redactie en Administratie:
ZANDPAD B 282 - MIDDELHARNIS
Dit blad verschijnt iederen Vrijdag
Hoofdredacteur C. M. VOGELAAR
ARBEIDS
MOGELIJKHEDEN.
Aangifte van leerlingen
voor de NIEUWE CURSUS op Woensdag 27 Maart»
's avonds van half zeven tot S uur in de school.
Tevens bezichtiging van het werk.
Het hoofd der School.
H. T. BORGMAN.
OOR BENZINE, OLIE. ACCU'S EN AUTOBANDEN
is IN OUDE TONGE UW AANGEWEZEN ADRES
GARAGE PULLEMAN
Wij verwachten binnen eenige dagen moderne stoomapparaten»
waarop Uw Autobinnenbanden, Gummilaarzen en Fietsbanden
door een vakman worden gerepareerd
Ook zetten wij nieuwe hakken en zooien op Uw gummilaarzen
ONS WERK IS ONZE RECLAME
H.H. Garagehouders. Rijwielhandelaars
vraagt ons inlichtingen
Aanbevelend,
GARAGE PULLEMAN
Emmastraat 60, Oude Tonge
en Schoenmakers
over korting, enz.
De NIEUWE LEERLINGEN voor de eerste klas worden
1 verwacht op Dinsdag 2 April om 9 uur v m.
Het Hoofd der School.
M. A. DE FOKKERT.
Propaganda Vergadering
van de Antirev.-Ktésvereniging te Melissant
op Woensdag 27 April. Aanvang half acht.
Spreker: H. A. DIEPENHORST van Strijen.
Onderwerp: De Regering getoetst.
Gelegenheid tot vragen stellen
Ieder is welkom
't Is al geen goud
wat er blinkt
Ook dit geldt voor U, wanneer U Uw
Blauwe Kuikenbonnen inlevert. Wilt U
verzekert zijn dat er werkelijk niets aan Uw pluimvee
stapel mankeert, kijkt dan niet op een dubbeltje, maar
levert Uw bonnen in bij een erkend fokker met jaren
lange ervaring. U koopt dan toch voordeeliger, daar ons
fokmateriaal, hetwelk onder Rijkscontrole staat, tot de
beste van Nederland behoort
Ook leveren wij U Opfokvoeder en Kuikenzaad met
een werkelijk volmaakte samenstelling, waar wij dit jaar
de beste resultaten op ons eigen bedrijf mee bereikten.
Wij leveren dit tegen scherp concurreerende prijzen.
Campfens 6 Zn. Pluimveebedrijf
Pluimveevoeder en Veevoederhandel
Sommelsdijk Telefoon 368
|Eet Brood, Koekjes, Beschuit en Gebak
van D E E ftï 1 K. en
U heeft Uw bakker gevonden
'roeft onze heerlijke Botersprits
„Kwaliteit wint altijd"
Deenik's Bakkerijen
Voorstr. 233 - Middelharnis - Tel. 271
|>.S. Deze week boterkoekjes op de klantenkaart
•-I MELISSANT
Moderne boekhoudingen. Alle belastingzaken
E'KESD BELASTINGCONSULENT
ZAADTEELT - ZAADHANDEL
J-Iog af te geven
Blanca Zomertarwe
Orig. Nobel blauwm.zaad
Chichoreizaad
Groene erwten
Schokkers, enz. enz.
l^ert. G. W. H. Esselink Dzn. W. Achterweg A 189
Tel. 21, Middelharnis.
Adverteert in dit blad 1I
In een vorig artikel schreven we over de hooge
v.urde en groote beteekettis van den arbeid. Het
rbeidsvermogen van den mensch is een gave
JoJs, omdat Hij dien mensch schiep naar Zijn
«eld en gelijkenis. Deze opvatting schept ver
achtingen voor elk mensch en voor de samen
ging. Daarbij staat ons voor oogen het Schrift
oord dat de mensch kostbaarder is dan fijn goud.
pat beteekent niet, dat geld geen waarde heeft,
üoch wel dat dit slechts dienstbaar mag zijn aan
öe vervulling van de roeping van den mensch
diii de aarde te bouwen en te bewaren.
De werkeloosheid zal dan ook zooveel als moge
lijk is bestreden moeten worden. Niet alleen,
jnidat arbeid het middel van eerste orde moet
jijn, om in het levensonderhoud te voorzien,
doch ook, omdat daardoor de idieele zijde van
bet leven wordt verhoogd.
In den landbouw kan de werkloosheid bezwaar
lijk het geheele jaar worden opgeheven. Geduren-
[ie de wintermaanden zal het wel nimmer moge
lijk zijn alle landarbeiders in het vrije bedrijf aan
[bet werk te houden. De landbouwwerkzaamheden
-ijn nu eenmaal van Maart-October meerder dan
ja de andere maanden van het jaar. Toch kan
X)k hier meer gestreefd worden naar arbeids-
ipreiding over het geheele jaar, waarmede met
het teeltplan al rekening moet worden gehouden.
Wanneer men uitgaat van de opvatting de vaste
kern van het personeel zoo groot mogelijk te
houden, dan schept men voor de werknemers zoo
groot mogelijke bestaanszekerheid en daardoor,
arbeidsvreugde.
De Overheid zal van de seizoenwerkloosheid
gebruik moeten maken om in de aan arbeids-
mogelijkheid schaarsche maanden nuttige arbeid
:e doen uitvoeren. De werklooze arbeiders dienen
als een „arbeidsreserve" te worden beschouwd,
die terstond in het vrije bedrijf kan worden benut,
:oodra de werkzaamheden niet meer uitsluitend
door het vaste personeel kunnen worden verricht.
In dit verband lijkt ons de verhouding D.U.W.
en vrij bedrijf, zooals deze thans is, onjuist. Wij
pleiten ook voor de D.U.W.-werkzaamheden voor
een behoorlijke arbeidsbelooning. Ook daar is een
arbeider zijn -loon waardig. De verhouding dient
|:oo te zijn, dat de D.U.W. de arbeiders niet uit
het vrije bedrijf lokt, doch juist omgekeerd. De
trek naar het vrije bedrijf dient steeds bevorderd
te worden. De belooning in den D.U.W. dient
,:oo te zijn, dat het in het vrije bedrijf nog juist
iets beter is. Het vrije bedrijf is zelf gebaat, door
het complex van arbeidsvoorwaarden, die den
arbeiders rechts- en bestaanszekerheid geven.
Inderdaad kunnen nu over het Arbeidsbureau
steeds arbeiders uit den D.U.W. worden aange
vraagd. Bij toewijzing aan het vrije bedrijf worden
se dan denzelfden dag uit de D.U.W. verwijderd:
doch daardoor wordt de vrijheid en de goede
'arbeidsverhouding niet bevorderd. Heel duidelijk
willen we nog eens zeggen, niet onverantwoorde
lijke looaen te verdedigen, doch wanneer in de
D.U.W. 90 van het loon in het vrije bedrijf
zou worden verdiend, zou een redelijke verhou
ding in het leven worden geroepen.
De werkloosheid in den landbouw heeft voor
ons eiland nog andere moeilijkheden. Terwijl in
het geheele land een schrikbarend tekort is aanj
landarbeiders, heeft Flakkee thans nog een reserve
van ruim 800 man. Wij weten, dat de inundatie I
daaraan schuld heeft en dat deze menschen aan
het herstel van ons gebied werken. Echter ook
andere jaren bestond die moeilijkheid. Terwijl
elders in het land „oogstcolonnes" van stads-
arbeiders ingezet moeten worden, kan men hier
in het hoogseizoen juist alle menschen plaatseri.
Dat beteekent, dat er gedurende geruimen tijd
van het jaar hier arbeiders vrij zijn. In dit verband
is het opmerkelijk, dat gebieden als Voorne en
Putten, Rozenburg en Haarlemmermeer groote
behoeften hebben aan personeel voor pooten, in
zaaien en verpleging van gewassen.
Zeer begrijpelijk is dat van Overheidswege de
arbeidsvoorziening zoo geleid moet worden, dat
worden opgevoerd. Dit is een nationaal belang,
temeer waar nu, tengevolge van schaarschte een
verlaging van ons broodrantsoen is aangekondigd.
Met dit beeld voor oogen zouden de jongeren en
ongehuwden zich vrijwillig moeten melden elders
den noodzakelijken arbeid te gaan verrichten.
Daardoor zouden ze een volksbelang dienen van
eerste orde. We moeten den mensch steeds weer
zien in zijn beteekenis voor de gemeenschap, die
we niet mogen vereenzelvigen met den Staat.
Wanneer de nood dwingt, zullen onze land
arbeiders de helpende hand in andere gebieden
moeten verkenen. Daar is niets tegen, doch alles
voor te zeggen. Gewaarborgd dient dan echter te
worden een menschwaardige behandeling. Van
tevoren zal de ligging moeten worden gecontro
leerd, terwijl aan onderdak en voeding ook groote
aandacht zal geschonken moeten worden, terwijl
tenslotte de netto opbrengst zoo zal moeten zijn,
dat de achterblijvenden ook verzorgd kunnen
worden. In het algemeen verdient het aanbeveling,
dat aan werkgevers slechts eenmaal arbeiders
worden verwezen. De verhouding dient zoo te
groeien, dat werkgevers en werknemers leven uit
het besef elkander noodig te hebben en samen
arbeiden aan hetzelfde doel.
Wanneer wij een suggestie mogen doen, dan is
het deze, dat bij deze verdeeling van arbeidskrach
ten de gezinnen zooveel mogelijk gespaard worden.
Dit brengt mede, dat allereerst de ongehuwden
daarvoor in aanmerking komen. Deze laten het
minste achter en kunnen zich het eenvoudigst
aanpassen. Bovendien doen ze meerdere vak
kennis op en vestigen zich blijvend gemakkelijker,
Wanneer er toekomst aanwezig is. Een noodzake
lijke voorwaarde is, dat de werkgevers bij het
vccrjaarswerk bij voorkeur gehuwde arbeidskrach
ten aannemen, waardoor deze in elk geval arbeids
gelegenheid bij huis hebben. Het is ons bekend,
dat de besturen der drie landbouworganisaties op
ons eiland deze gedachte steunen. Zou de nood
m den landbouw elders niet opgeheven zijn, dan
nullen de gezinnen met grootere kinderen ontzien
boeten worden voor kinderlooze en kleine ge-
'"toen.
Tenslotte willen we ook wijzen op de mogelijk-
jjofen die den Noord-Oostpolder biedt. Een van
"«ttlands ondernemingsgeest getuigend plan
voot de welvaart van ons volk mag aanspraak
op aller belangstelling.
"t willen daar een volgend maal eens uitvoeri-
8er ty stilstaan.
van de kenmerken der echt Hollandsche
geest Vas steeds, dat we oog hadden voor alles
wal L' groot verband ons volk kon dienen. Zoo
hebben we werelddeelen ontdekt en naam ge
maakt over de geheele wereld.
In dien echt Vaderlandschen zin groeien ook
de jongeren op om mede te werken aan den ge-
meenschappeh/ken opbouw van ons Jand, overal
waar men de arbeidskrachten noodig heeft.
Gedichten in de Lijdenstijd
Het leek mij goed, naast de twee „Goede Vrij-
dag"-sonnetten van de Mérode (zie vorige krant)
te plaatsen twee gedichten over hetzelfde onder
werp van W7 A. P. Smit. We zien dan duidelijk
hoe eenzelfde onderwerp door verschillende dich
ters ook geheel verschillend gezien wordt. In het
eerste gedicht wil Smit ons met duidelijk spreken
de beelden (een vergrauwde vleermuis, een dode
kraai) iets laten voelen van het gruwzame van
deze marteling op Golgotha. Maar diep in dit
vreselijk lijden verborgen, blijft leven de heerlijk
heid van den Verlosser. Een graal is een prachtige
kelk. Transparant is: doorschijnend.
Het tweede gedicht leert ons enigermate be
grijpen, hoe door het lijden, het lijden tot de dood
toe, nieuw leven geschonken wordt. Het beeld is
menselijk en dus gebrekkig, maar toch, de liefde
van de moeder, die langs de rand van de dood,
het leven van haar jonge kind ontvangt, het zegt
ons iets aangaande de Liefde van den Heiland.
Misschien laat dit beeld ons nooit meer los.
J.
GOEDE VRIJDAG.
1.
Zooals een vleermuis aan het hout
Gespijkerd van een boerendeur,
In 't sterven langzaam-aan vergrauwt
En, dood, een vod wordt zonder kleur -
Zooals in het bezaaide land
Een doode kraai, die op den wind
Zich wiegt aan een verrafeld band,
In goorheid zijn vergaan begint -
En reeds Uw lijf verstard tot vaal:
Maar Uw gelaat draagt nog het
Als in een transparanten licht
Als in een transparanten graal!
In 't donker laaiend bloeit de brand,
Die door de broze wanden slaat -
Want lichtende houdt God daar stand,
Die eeuwig is en nooit vergaat!
2.
Zooals een vrouw haar pijnen lijdt
Om 't liefste, dat uit haar begint,
En in de felste smarten strijdt
Om 't aarzlend leven van een kind -
Zooals mijn Moeder duldloos leed
En daalde tot den grens der dood,
Maar door haar pijn mij worden deed
En mateloos het leven bood -
Zoo, Christus aan het kruis, zijt Gij I
Een moeder in den greep der pijn,
Dat met U, als Uw kind'ren, wij
In 't zelfde leven zullen zijn.
O Moeder, die de Christus heet
En deze hoogste Liefde zijt,
Voor wie ons hart geen bede weet
Dan: Jezus Christus, o Gij lijdt -
W. A. P. SMIT.
^IIIIlllllllJlIllllllllllllllllllllllllllllllllllUlIlllillillllUHIIIIIIIIIUlllllllUülllilIlllIIllllimilli^
ONDER DE LOUPE*
RECTIFICATIE
In het No. van 15 Maart j.l. plaatste ik enkele
opmerkingen over het enorme aantal ambtenaren,
dat we momenteel rijk zijn. Daarop is door iemand
gereageerd door te wijzen op een onjuistheid,
welke in dat stukje voorkwam.
Ik zeide toen, dat iemand, die het weten kon,
mij vertelde, dat we thans op de 3 inwoners 1
ambtenaar hebben, wat betekende, dat 2 mensen
voor 3 mensen de kost moeten verdienen. Voorts
noemde ik het getal van 3 millioen ambtenaren.
De protestant (d.i. iemand die protesteert)
rekende voor, dat er onmogelijk 3 milhoen ambte
naren in ons land kunnen zijn. Ons land telt wel
9 millioen zielen, maar daarvan bestaat ongeveer
de helft uit mannen en daarvan bestaat weer een
groot gedeelte uit minderjarigen.
Ik moet dit volkomen beamen. Daarom is het
nodig ter voorkoming van verdere onjuiste ge
volgtrekkingen een nadere verklaring te geven.
Wanneer ik schreef, dat er 1 ambtenaar op de
3 inwoners is, bedoelde ik daarmede werkende
personen. De werkende personen nu plachten de
kost te verdienen voor de met-werkenden. De
conclusie welke ik trok is dan ook juist n.l., dat 2
mensen (lees werkende mensen) voor 3 de kost
moeten verdienen. Immers die twee mensen
moeten de belasting opbrengen voor de ambte
naren, die uit de belastingen gesalarieerd worden.
Het aantal werkende personen bedraagt ruim
2 millioen. Het aantal ambtenaren, dat we bezitten
is dus rond 670 duizend. We kunnen dan «eer
komen tot het getal van 3 millioen als we berekenen
dat die 670 duizend ambtenaren met hun gezin
nen L/z van de Nederlandse bevolking uitmaken.
Niettemin, geachte protestant, ik ga accoord
met uw opmerking, dat zoals het in het No. van
15 Maart is gezegd onjuist is en onjuist opgevat
kan worden.
Ik hoop dat u accoord gaat met deze nadere
uiteenzetting, tevens dat u met mij van mening
bent, dat het huidige aantal ambtenaren de draag
kracht van ons volk te boven gaat.
DE NIEUWE ONDERGRONDSE
Ja lezer, er is weer een ondergrondse. Neen, ik
bedoel geen ondergrondse spoorweg of iets der
gelijks, maar een ondergrondse beweging. Een
beweging, gevormd door mensen, die niet openlijk,
bovengronds, maar heel in 't geheim strijden voor
een bepaald doel.
Denk nu niet dat het al nodig is u ongerust te
maken. Ook voor u, oud-illegalen, is dit nog
overbodig. De nieuwe ondergrondse opereert nog
niet met wapenen. U kunt in het donker nog
gerust uw pad lopen. Ik wil niet zeggen, dat ze
geen wapenen hebben, ook daarvan hoorde ik
iets, maar er mee schieten doen ze nog niet.
Neen, ze zijn nog maar in het beginstadium
Er wordt alleen nog maar gewerkt door middel
van hun ondergrondse pers.
Verleden week kreeg de redactie van „Opbouw"
No. 10 van de Je jaargang in haar bezit. De naam
van het ding is „Germanje".
Voorwaar een behoorlijke Nederlandse naam.
De redactie was van oordeel, dat het nuttig
zou zijn „Germanje" onder de loupe te nemen.
Ik wil dat gaarne doen. Ik citeer u dan het volgen
de uit het Nationaal Socialistische ondergrondse
blad „Germanje":
„Vele Germaanse strijders stonden in de afge
lopen weken weer voor de rechters, of liever voor
de BLOEDRAAD." „In ons land Ir. A. A.
Mussert, Leider van de Nationaal Socialistische
Beweging." „Wat hem ter laste werd gelegd, is
natuurlijk gemakkelijk te weerleggen, maar dan
alleen in een Gemiaansjp rechtstaat." „Wat nu
gebeurt is belachelijk."
Om te bulderen. „Germaanse rechtstaat"
Weet ge nog Flakkeeërs hoe die „Germaanse
rechtstaat" was? Herinnert ge u nog hoe in die
„Germaanse rechtstaat" talrijke Flakkeeërs bont
en blauw werden geslagen onder de verhoren?
Herinnert ge u nog het sadistisch gelaat van de
S.S.er, S.D.er Oskam, die dan eens poeslief, maar
even daarna met een trommelvuur van slagen,
stompen en andere pijnigingen zijn arrestant aan
't praten probeerde te krijgen? Herinnert ge u
nog hoe de in die tijd snel tot opper-luitenant
gepromoveerde van der Wedde, afdelingscoin-
mandant der Marechaussee, met zijn pistool het
gelaat van zijn arrestant zwart sloeg? Het is u
toch nog wel bekend hoe de verboren bij de S.D.
werden afgenomen? U hebt toch ook wel de ver
halen gehoord uit de Duitse concentratiekampen?
U las toch ook deze week de bekentenis van den
commandant van het kamp Auschwitz, Hoess,
die twee millioen mensen in de gaskamers heeft
laten ombrengen?
DAT IS DE „GERMAANSE RECHT
STAAT"!!!
„Toch zal het „Germaanse recht" zegevieren"!
is het slot van het artikel. Moge God, de rechter
dezer aarde, dit verhoeden.
De toon van geheel het ding geeft blijk, dat de
schrijvers (ontslagen politieke deliquenten?) neg
even arrogant zijn als ten tijde, dat hun Germaanse
vrienden ons land bezoedelden.
Hebben zij dan niets geleerd? Het antwoord
moet naar het mij voorkomt zijn: velen van hen
zijn nog dezelfde verraders, en nog steeds een
gevaar voor onze staat en ons volksleven.
Ik meen, dat het niet nodig is verder commen
taar te geven. Het verstrekt ons ongetwijfeld in
de mening, dat het niet goed gaat in ons land.
„Germanje" besluit met de opwekking: „Steunt i
onze strijd door geldelijke gaven."
Wil de redactie van „Germanje" voortaan naam1
en adres van hun penningmeester vermelden!
Ik heb n.l. (vermoedelijk velen met mij) veel
belangstelling voor dat adres.
OBSERVATOR.
UITSPRAAK
van den Minister van Landbouw,
Visscherij en Voedselvoorziening
t.a. v. het VoedselvoorzieningS'
apparaat tijdens den oorlog.
Uitspraak van den Minister van Landbouw,
Visscherij en Voedselvoorziening t.a.v. het;
Voedselvoorzieningsapparaat tldens den oor
log.
De Minister van Landbouw, Visscherij en
Voedselvoorziening heeft in de vergadering van
de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 29
Januari 1946, sprekende over het Voedselvoor
zieningsapparaat van zijn Departement waarin
dus ook behalve de ambtenaren, de Districts
voorzitters en Commissieleden begrepen zijn o.m.
het volgende gezegd:
„Dan moet ik er nog met nadruk op wijzen,
„dat dit apparaat buitengewoon goed werk heeft
„gedaan, dat er gedurende den oorlog door die
„ambtenaren zeer hard is gewerkt en dat dit:
„apparaat tenslotte heeft kunnen bereiken, dat!
„ons volk niet aan den hongersnood is prijs
gegeven, hoewel tenslotte de moeilijkheden in
„den winter van 1945 buitengewoon groot zijn
„geweest. Men hoort wel eens zeggen, dat dit
„Voedselvoorzieningsapparaat veel steun aan de
„Duitschers verleend heeft; ik kan dit ten stelligste
„ontkennen; ik heb dit zelf tijdens den oorlog
„meegemaakt. Hier is een felle strijd tegen de
„Duitschers gevoerd en men heeft ontzaglijk veel,
„niet alleen voor de boeren, maar ook in het alge-
„meen voor de Nederlandsche bevolking weten
„te bereiken."
Het is een goede gedachte van den Minister
tot bovenstaande publicatie over te gaan. Velen
hebben degenen, die in de bezettingsjaren bij de
Voedselvoorziening op hun post gebleven zijn
veroordeeld en besmeurd. Met de uitspraak van
onzen Minister van Landbouw, die in de bezet
tingsjaren voortreffelijk illegaal werk heeft ver
richt, zijn zij openlijk in het gelijk gesteld.
Trouwens, ieder die luisterde naar Radio Oranje
wist dit reeds.
De Minister-President wees in zijn radiorede
van 4 Februari 1943 er op, dat de ambtenaren
verplicht waren alle Duitse maatregelen, die ten
doel hadden het oorlogspotentieel te versterken,
tegen te werken.
Nadat hij met klem de ambtenaren op die ver
plichting gewezen had zeide hij letterlijk: „De
Regering kan ontheffing van deze opdracht tot
tegenwerking slechts verlenen voor die maat
regelen, welke de levensbelangen van de Neder
landse bevolking zelf raken. Ik noem voedselvoor
ziening en hygiene."
Dat wil natuurlijk niet zeggen, dat er bij de
voedselvoorziening geen fouten gemaakt zouden
zijn, dat er niet eens iemand geweest is, die de
bezetter in zijn kaart gespeeld heeft. Ongetwijfeld,
ook daar waren enkele verkeerden. Zij kwamen
echter schaars voor.
We mogen dankbaar zijn, dat de mensen'van
de voedselvoorziening trouw op hun post zijn
gebleven. Was dit niet gebeurd, dan had de
voedselpositie heel wat slechter geweest.
Bevestiging en intrede van
Ds. N. de Jong te Middelharnis
Na een zeer korte vacante tijd mocht dc Chr.
Geref. Gemeente te Middelharnis Donderdag 21
Maart j.l., haar nieuwen herder en leraar begroe
ten.
MEDITATIE
VOOR DEN ZONDAG
KRUISWEG
„En gij zult van allen gehaat worden."
Mattheus 10 22a
„En gij zult van allen gehaat worden" -
deze woorden geven erg veel stof tot nadenken
want wanneer de Heiland dit tegen Zijn discipe
len zegt in den ruimsten zin des woords - de
discipelen van toen èn van vandaag - ben ik dan
ook één van degenen die door allen gehaat zal
worden? -
„discipelen des Heeren" en „gehaat worden"
behoren heel nauw bij elkaar. Het zou dus eigenlijk
noodzakelijk zijn, dat ik in deze wereld gehaat
werd, en door „de wereld" gehaat werd, „de
wereld" die de discipelen uitstoot na hun Meester
Helemaal niet in orde is het, wanneer ik allemans
vriend maar ben, geëerd door hen die uit de kracht
van Christus willen leven, maar óók door hen die
als het er op aan komt, hun neus voor alles wat
met „de Kerk" te maken heeft optrekken.
„- Maar zijt ge er dan zo op gesteld om gehaat
te worden van de wereld -?"
ja, waarom is de wereld eigenlijk zo gebeten?
Zie, toen de Heere Jezus pas aan Zijn werk
begonnen was, hier op aarde, ging het vrij goed
my; die wereld. Het „addergebroed" was wel erg
giftig, omdat de Meester zei: „Ik ben het van
Wien geschreven is" -, maar met het volk had Hij
weinig last. Stromen mensen liepen achter Hem
aan, want wie zou geen Wonderdoener willen
die iedereen met woorden en met de daad hielp.
Maar toen de goede Meester ging zeggen: „Ik
ben een Heiland die jullie zó verlossen Zal, dat Ik
de dood zal sterven aan het kruis", toen zijn de
zaken radicaal omgekeerd - toen is de haat van de
Farizeërs overgegolfd naar de scharen, zoals een
golfkring in het water, want de wereld kan niet
tegen het kruis - de wereld is zo fel gebeten omdat
het Kruis op deze aarde is opgericht.
Want het Kruis gaat recht tegen de zin der
wereld in, daarom is voor de wereld het kruis de
grote ergernis, het haatblok, dè dwaasheid, want
de zin der wereld is: de vuist, de kracht, de praal,
het défilé, de vertoning, de roem, heldendom.
Het kruis is: zwakheid, bleekheid, uitgebloed-
zijn, de vertoning van een mens die het aflegt - het
kruis is het tegenovergestelde van aards heiden
dom, het is „uitgeworpen worden".En daarin
zou de redding der wereld liggen - ergerlijke
dwaasheid
En daarom is de wereld zo fel op al die mensen
die zeggen: ja, in dat Kruis ligt toch de reddkig
der wereld, in liet Kruis alleen ligt mijn werkelijk
behoud, omdat de werkelijke nood van de wereld
en van mij, de schuld is, die daar is overgenomen.
En de wereld kan mensen die dat zeggen, niet
uitstaan - vooreerst omdat door het kruis de
wereld veroordeeld wordt, radicaal, en vervolgens
omdat de wereld niet houdt van zwakke mensen,
van mensen die zich schuldbelijdend overgeven,
van mensen die zich laten redden, van mensen die
zichzelf verlochenen, want de zin der wereld is:
zelfhandhaving.
Daarom zult gij van allen gehaat worden -
daarom zal ik van
Maar ben ik er dan zo op gesteld om gehaat
te worden van de wereld?
- Eigenlijk niet, eigenlijk verzet zich daartegen
alles wat in me is, -
maar op de keper beschouwd is het toch een
haat die over me komt vanwege den gekruisigden
Christus, en daarvan hebben de discipelen gezegd:
„wat zijn wij blij dat wij om de wille van onzen
Meester smaadheid mochten lijden".
In hoogste zin is het heerlijk om de KRUIS
WEG te mogen gaan.
Herkingen. W. ANKER.
Gekomen van de gemeente Den Haag-West
werd Ds. N. de Jong tot zijn dienstwerk alhier
ingeleid door Ds, L. S. den Boer van Amsterdam.
Voorgelezen werd Psalm 134, waarna -de be
vestiger voorging in gebed.
Het is wel een zeer bijzondere ure, waarin ge
samengekomen zijt, aldus Ds. den Boer. Bijzonder
voor U, gemeente van Middelharnis, maar ook
voor U, geachte Ds. de Jong. Ge zult U vanmid
dag aan Uw nieuwe gemeente verbinden. Laat ik
U .mogen bevestigen met het woord Gods, dat
ge vinden kunt in 2 Corinthe 5 vers 19: Want God
was in Christus de wereld met Zichzelven verzoe
nende, hun zonden hun niet toerekenendeen heeft
het woord der verzoening in ons gelegd.
Hoofdgedachte van deze tekst is:
De bediening der verzoening.
We letten op de Godsdaad der verzoening,
de bedienaars der verzoening,
de boodschap der verzoening.
Verzoening - het schoonste woord dat in de
Bijbel staat. Verzoening tussen wie? Tussen God
en een verloren wereld.
God heeft in de eeuwigheid het plan der ver
zoening uitgedacht en in de volheid des tijds is
die verzoening een feit geworden door de geboorte
van den Middelaar des Verbonds, Jezus. Deze
Middelaar heeft het verzoeningswerk volbracht.
De kracht van die verzoening gaat door alle
eeuwen heen. Wie die verzoening deelachtig is,
krijgt straks een nieuwe hemel en een nieuwe
aarde, waarop gerechtigheid wonen zal. Dan
wordt het een nieuwe wereld, een nieuwe cosmos,
die een sieraad Gods zal zijn.
De tekst zegt verder: en heeft het woord der
verzoening in ons gelegd. In de eeuwigheid is dus
ook bepaald het aanstellen van de dienaars, om
de boodschap der verzoening te brengen. God
meent het dus goed met U, gemeente van Middel
harnis, maar nu is ook Uw verantwoordelijkheid
des te groter.
In het tekstwoord lezen we tenslotte: en heeft
het woord der verzoening in ons gelegd. In de
grondtekst staat het woord logos. Hiervan is ons
woord „logisch" afgeleid. De dienstknechten
Gods hebben dus een logisch, een redelijk woord
te brengen, namelijk de boodschap der verzoening.
Het geheim der verzoening is voor ons nooit op
te lossen. Het is souvereine genade als we behou
den worden en eigen schuld als we verloren gaan.
Deze boodschap der verzoening zal Uw nieuwe
dienstknecht U brengen van de kansel, aan het
ziekbed en misschien ook aan Uw sterfbed De
verzoenden zullen zich dan mogen voegen bij die
schare, die niemand tellen kan, gekleed in witte
klederen, voor de troon Gods.
Na de predikatie werd het formulier tot de be
vestiging van Dienaren des Goddelijken Woords
gelezen en werden de gebruikelijke vragen gesteld
en door Ds. de Jong beantwoord. De gemeente
zong daarop haar nieuwen predikant toe de drie
verzen van Ps. 134.
Ds. den Boer sprak den bevestigden predikant
nog enkele hartelijke woorden toe, waarna de
dienst werd beëindigd met dankzegging en hef
zingen van Ps. 90 vers 9.
INTREDE DS. DE JONG.
In de avonddienst heeft Ds. de Jong zich aan
zijn gemeente verbonden met een predikatie over
Johannes 1 vers 29, het laatste gedeelte: Zie het
Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt.
Zo staan wij dan, gemeente van Middelharnis,
in deze ure gereed om ons aan elkander te ver
binden. Het leeft in mijn hart: Heere, trekt Gij
mede op! Nimmer had ik gedacht, dat ik op deze
plaats nog eens staan zou als Uw herder en leraar.
Veel, zeer veel heb ik los moeten laten. Zeer veel,
dat mij lief en dierbaar was. De bede leeft in mijn
hart: Heere, doe ons kennelijk Uw nabijheid en
Uw gunst ervaren.
Geheel vreemd zijt Ge voor mij niet, gemeente
In mijn studententijd ben ik dikwijls met aan
genaamheid in Uw midden geweest. Toen ge
voor 't eerst met het roepiugswerk begon, werd
een beroep op mij uitgebracht. Ik moest toen
bedanken. FJa het vertrek van Ds. Laman werd
ik ten tweede male beroepen. Wederom mocht ik
niet aannemen. Nu, na liet vertrek van Ds. Visser,
voor de derde maal door U beroepen, moest ik
dit beroep aannemen met de verzuchting: In mij
Heere is geen kracht, maar mijn ogen zijn op U.
Ik wil U vanavond wijzen op Hem, die alleen
j-de grond kati zijn voor U en mij in leven en in
sterven, 't Is dc lust mijns harten, van Hem te
mogen getuigen. De grond der gerechtigheid ligt
allee» in Jezus Christus. Ik hoop in elke prediking
heen te wijzen naar het Lam Gods, Dat dc zonde
der wereld wegneemt. We lezen dat woord.in onze
tekst. Ik wil U dan wijzen op:
De taak van den prediker: wij'zen op het
Lam Gods.
Ten eerste: Zijn persoon.
Ten tweede: Zijn werk.
Als Johannes den Doper spreekt over het Lam
Gods, is deze naamgeving voor het Israëlitische
volk niet vreemd. Spreken de profetiën niet van
het Lam Gods en werden op het grote feest van
Pascha niet duizenden lammeren geslacht? Dan
werd bij vele Israëlieten het verlangen verleven
digd naar het Lam Gods. Nu mag Johannes naar
hét Lam wijzen, door de patriarchen verkondigd,
door de profeten geprofeteerd.
Johannes is hier niet alleen de boetgezant, maar
ook de liefelijke gids, die heenwijst naar het Lam
Gods. Deze benaming is de schoonste en heer
lijkste voor de borgtochtelijke bereidwilligheid,
reinheid, onschuld en lieflijkheid van het Lam
Gods. Hij is het Lam, dat zich Gode ten offer
gaat wijden en er is geen andere Naam waarin
wij kunnen zalig worden.
Op dat Lam te wijzen is onze dure roeping en
onze grote taak. Alleen in Hém kunnen we God
ontmoeten. Hij is de Weg, de Waarheid en het
Leven.
Ten tweede iets over Zijn Werk.
In de tekst wordt niet gesproken over zonden
in het meervoud, maar over zonde in het enkel
voud. In de grond der zaak is alle zonde één,
namelijk afval, rebellie, opstand tegen de goed
heid Gods. Dat is de zonde van het ganse mense
lijke geslacht. De cosmos zucht onder de gevolgen
der zonde. Maar nu is de Christus niet alleen
gekomen om dé schuld der zonde weg te nemen,
maar ook de gevolgen der zonde op te heffen. De
vrucht van het werk van het Lam Gods zal niet
alleen zijn.een herboren mensheid, maar ook een
nieuwe hemel en een nieuwe aarde.
Het Lam Gods, dat de zonde der wereld weg
neemt, d.w.z. het is een altijd voortdurend werk.
Wegnemen wil feitelijk zeggen: Het Lam Gods
zal die zonden nemen en ze begraven, zodat God
in den Hemel, en ook de mens zelve, ze niet meer
terugvinden kan.
Ook in Zijn verhoogden Staat is Hij nog met
dit borgtochtelijk werk bezig. Nog altijd treedt
de Borg met zijn bloed tussenbeide. Gelukzalig
is de mens, die dit bloed mag nodig hebben.
Na het zingen van Ps. 89 vers 8 spreekt de
leraar allereerst tot zijn bevestiger, Ds. L. S. den
Boer. Ik ben blij, dat U mij bevestigd hebt. Het
wonderlijke is wel, dat U straks mijn opvolger
zult zijn in mijn geliefde gemeente, Den Haag-
West. De Here zegene U in Uw ambt, in Uw
gemeentelijk, persoonlijk en huiselijk leven, door
het bloed des Lams.
Het doet mij goed Ds. Laman, dat U ook hier
heen gekomen zijt. We zijn reeds jaren door de
band der vriendschap verbonden. De Here zegene
ook Uw arbeid in R'dam-West.
Kerkeraad, met U moet ik in bijzondere zin
samenwerken. Ik hoop, dat dit in liefde zijn mag.
Moge onze sterkte zijn in Hem, wiens kracht in
Zwakheid wordt volbracht.
Regering van Middelharnis. Het spijt me, dat
de Burgemeester door ongesteldheid niet aan
wezig kan zijn. De Here geve JJ wijsheid in het
besturen onzer gemeente.
Afgevaardigden van Ned. Herv. Gemeente en
Gereformeerde Gemeente, ook U betuig ik mijn
oprechte dank. De Here zegene ook Uw arbeid.
God hele nog eens de breuk die geslagen is
Afgevaardigden van mijn oude gemeente, als ik
U zie, gaat veel in mij om. Brengt mijn oprechten
dank aan den Kerkeraad over. Er liggen onver
breekbare banden. Ook mijn vrienden uit Den
Haag hier aanwezig, mijn hartelijke dank, dat ge
de reis naar hier hebt willen maken.
Catechisanten: Vliedt dc wereld. Gedenkt aan
Uw Schepper in de dagen Uwer jongelingschap.
Alle verenigingen in ons midden bidden wc
Gods zegen toe.
Hoofden en personeel van onze Christelijke
Scholen te M'harnis-SommelsdijkFuudccr de
jeugd op de grondslag van Gods getuigenis.
Gemeente van Middelharnis: Ontvang mij en
mijn gezin in liefde. Veel moest ik achterlaten;
laat ik in Uw liefde iets mogen vinden, dat dit
verlies vergoeden zal.
Ouderling A. Driesse spreekt een hartelijk wel
komstwoord tot Ds de Jong.
De afgevaardigde van Den Haag-W. sprak
eveneens hartelijke woorden van afscheid en feli
citeerde *de gemeente Middelharnis met haar
nieuwen predikant.
Namens het Gemeentebestuur sprak Wethouder
Vroegindewcij: Ik hoop, dat hoewel gc ouder ge
worden zijt, gc jong moogt blijven in dc prediking
des Woords en oud moogt worden in dc genade
Gods. Wil voor de kerkelijke en burgerlijke ge
meente een licht zijn op de kandelaar.