J •derde. ABONNEMENTSCONCERT MAX OROBIO DE CASTRO (Cello) ANTON DRESDEN (Piano) Openbare School Melissant. Chr. U.L.O.-School, Middelharnis. boekhoudblreau p. de vogel J. v. d. HAVE - Tel. 295 - Kapelle-Biezelinge aait steeds v. d. Have's Zaden en Zaaigranen op ZATERDAG 23 MAART 8 uur in de R.H.B.S. te MIDDELHARNIS De Commissie: F. A. BERNARD H. DALSTRA Dr. J. VERSEPUT VRIJDAG 29 MAART 1946 prijs per kwartaal £1,50. Losse nummers f 0,15. Advertentieprijs 1 30 mm 14 cent per mm. Elke mm daarboven 10 cent. Bij contract aanzienlijke korting. OPBOUW Christelijk-Nationaal Streekblad voor Goeree en Overflakkee EERSTE JAARGANG - No. 48 Adres der Redactie en Administratie: ZANDPAD B 282 - MIDDELHARNIS Dit blad verschijnt iederen Vrijdag Hoofdredacteur C. M. VOGELAAR ARBEIDS MOGELIJKHEDEN. Aangifte van leerlingen voor de NIEUWE CURSUS op Woensdag 27 Maart» 's avonds van half zeven tot S uur in de school. Tevens bezichtiging van het werk. Het hoofd der School. H. T. BORGMAN. OOR BENZINE, OLIE. ACCU'S EN AUTOBANDEN is IN OUDE TONGE UW AANGEWEZEN ADRES GARAGE PULLEMAN Wij verwachten binnen eenige dagen moderne stoomapparaten» waarop Uw Autobinnenbanden, Gummilaarzen en Fietsbanden door een vakman worden gerepareerd Ook zetten wij nieuwe hakken en zooien op Uw gummilaarzen ONS WERK IS ONZE RECLAME H.H. Garagehouders. Rijwielhandelaars vraagt ons inlichtingen Aanbevelend, GARAGE PULLEMAN Emmastraat 60, Oude Tonge en Schoenmakers over korting, enz. De NIEUWE LEERLINGEN voor de eerste klas worden 1 verwacht op Dinsdag 2 April om 9 uur v m. Het Hoofd der School. M. A. DE FOKKERT. Propaganda Vergadering van de Antirev.-Ktésvereniging te Melissant op Woensdag 27 April. Aanvang half acht. Spreker: H. A. DIEPENHORST van Strijen. Onderwerp: De Regering getoetst. Gelegenheid tot vragen stellen Ieder is welkom 't Is al geen goud wat er blinkt Ook dit geldt voor U, wanneer U Uw Blauwe Kuikenbonnen inlevert. Wilt U verzekert zijn dat er werkelijk niets aan Uw pluimvee stapel mankeert, kijkt dan niet op een dubbeltje, maar levert Uw bonnen in bij een erkend fokker met jaren lange ervaring. U koopt dan toch voordeeliger, daar ons fokmateriaal, hetwelk onder Rijkscontrole staat, tot de beste van Nederland behoort Ook leveren wij U Opfokvoeder en Kuikenzaad met een werkelijk volmaakte samenstelling, waar wij dit jaar de beste resultaten op ons eigen bedrijf mee bereikten. Wij leveren dit tegen scherp concurreerende prijzen. Campfens 6 Zn. Pluimveebedrijf Pluimveevoeder en Veevoederhandel Sommelsdijk Telefoon 368 |Eet Brood, Koekjes, Beschuit en Gebak van D E E ftï 1 K. en U heeft Uw bakker gevonden 'roeft onze heerlijke Botersprits „Kwaliteit wint altijd" Deenik's Bakkerijen Voorstr. 233 - Middelharnis - Tel. 271 |>.S. Deze week boterkoekjes op de klantenkaart •-I MELISSANT Moderne boekhoudingen. Alle belastingzaken E'KESD BELASTINGCONSULENT ZAADTEELT - ZAADHANDEL J-Iog af te geven Blanca Zomertarwe Orig. Nobel blauwm.zaad Chichoreizaad Groene erwten Schokkers, enz. enz. l^ert. G. W. H. Esselink Dzn. W. Achterweg A 189 Tel. 21, Middelharnis. Adverteert in dit blad 1I In een vorig artikel schreven we over de hooge v.urde en groote beteekettis van den arbeid. Het rbeidsvermogen van den mensch is een gave JoJs, omdat Hij dien mensch schiep naar Zijn «eld en gelijkenis. Deze opvatting schept ver achtingen voor elk mensch en voor de samen ging. Daarbij staat ons voor oogen het Schrift oord dat de mensch kostbaarder is dan fijn goud. pat beteekent niet, dat geld geen waarde heeft, üoch wel dat dit slechts dienstbaar mag zijn aan öe vervulling van de roeping van den mensch diii de aarde te bouwen en te bewaren. De werkeloosheid zal dan ook zooveel als moge lijk is bestreden moeten worden. Niet alleen, jnidat arbeid het middel van eerste orde moet jijn, om in het levensonderhoud te voorzien, doch ook, omdat daardoor de idieele zijde van bet leven wordt verhoogd. In den landbouw kan de werkloosheid bezwaar lijk het geheele jaar worden opgeheven. Geduren- [ie de wintermaanden zal het wel nimmer moge lijk zijn alle landarbeiders in het vrije bedrijf aan [bet werk te houden. De landbouwwerkzaamheden -ijn nu eenmaal van Maart-October meerder dan ja de andere maanden van het jaar. Toch kan X)k hier meer gestreefd worden naar arbeids- ipreiding over het geheele jaar, waarmede met het teeltplan al rekening moet worden gehouden. Wanneer men uitgaat van de opvatting de vaste kern van het personeel zoo groot mogelijk te houden, dan schept men voor de werknemers zoo groot mogelijke bestaanszekerheid en daardoor, arbeidsvreugde. De Overheid zal van de seizoenwerkloosheid gebruik moeten maken om in de aan arbeids- mogelijkheid schaarsche maanden nuttige arbeid :e doen uitvoeren. De werklooze arbeiders dienen als een „arbeidsreserve" te worden beschouwd, die terstond in het vrije bedrijf kan worden benut, :oodra de werkzaamheden niet meer uitsluitend door het vaste personeel kunnen worden verricht. In dit verband lijkt ons de verhouding D.U.W. en vrij bedrijf, zooals deze thans is, onjuist. Wij pleiten ook voor de D.U.W.-werkzaamheden voor een behoorlijke arbeidsbelooning. Ook daar is een arbeider zijn -loon waardig. De verhouding dient |:oo te zijn, dat de D.U.W. de arbeiders niet uit het vrije bedrijf lokt, doch juist omgekeerd. De trek naar het vrije bedrijf dient steeds bevorderd te worden. De belooning in den D.U.W. dient ,:oo te zijn, dat het in het vrije bedrijf nog juist iets beter is. Het vrije bedrijf is zelf gebaat, door het complex van arbeidsvoorwaarden, die den arbeiders rechts- en bestaanszekerheid geven. Inderdaad kunnen nu over het Arbeidsbureau steeds arbeiders uit den D.U.W. worden aange vraagd. Bij toewijzing aan het vrije bedrijf worden se dan denzelfden dag uit de D.U.W. verwijderd: doch daardoor wordt de vrijheid en de goede 'arbeidsverhouding niet bevorderd. Heel duidelijk willen we nog eens zeggen, niet onverantwoorde lijke looaen te verdedigen, doch wanneer in de D.U.W. 90 van het loon in het vrije bedrijf zou worden verdiend, zou een redelijke verhou ding in het leven worden geroepen. De werkloosheid in den landbouw heeft voor ons eiland nog andere moeilijkheden. Terwijl in het geheele land een schrikbarend tekort is aanj landarbeiders, heeft Flakkee thans nog een reserve van ruim 800 man. Wij weten, dat de inundatie I daaraan schuld heeft en dat deze menschen aan het herstel van ons gebied werken. Echter ook andere jaren bestond die moeilijkheid. Terwijl elders in het land „oogstcolonnes" van stads- arbeiders ingezet moeten worden, kan men hier in het hoogseizoen juist alle menschen plaatseri. Dat beteekent, dat er gedurende geruimen tijd van het jaar hier arbeiders vrij zijn. In dit verband is het opmerkelijk, dat gebieden als Voorne en Putten, Rozenburg en Haarlemmermeer groote behoeften hebben aan personeel voor pooten, in zaaien en verpleging van gewassen. Zeer begrijpelijk is dat van Overheidswege de arbeidsvoorziening zoo geleid moet worden, dat worden opgevoerd. Dit is een nationaal belang, temeer waar nu, tengevolge van schaarschte een verlaging van ons broodrantsoen is aangekondigd. Met dit beeld voor oogen zouden de jongeren en ongehuwden zich vrijwillig moeten melden elders den noodzakelijken arbeid te gaan verrichten. Daardoor zouden ze een volksbelang dienen van eerste orde. We moeten den mensch steeds weer zien in zijn beteekenis voor de gemeenschap, die we niet mogen vereenzelvigen met den Staat. Wanneer de nood dwingt, zullen onze land arbeiders de helpende hand in andere gebieden moeten verkenen. Daar is niets tegen, doch alles voor te zeggen. Gewaarborgd dient dan echter te worden een menschwaardige behandeling. Van tevoren zal de ligging moeten worden gecontro leerd, terwijl aan onderdak en voeding ook groote aandacht zal geschonken moeten worden, terwijl tenslotte de netto opbrengst zoo zal moeten zijn, dat de achterblijvenden ook verzorgd kunnen worden. In het algemeen verdient het aanbeveling, dat aan werkgevers slechts eenmaal arbeiders worden verwezen. De verhouding dient zoo te groeien, dat werkgevers en werknemers leven uit het besef elkander noodig te hebben en samen arbeiden aan hetzelfde doel. Wanneer wij een suggestie mogen doen, dan is het deze, dat bij deze verdeeling van arbeidskrach ten de gezinnen zooveel mogelijk gespaard worden. Dit brengt mede, dat allereerst de ongehuwden daarvoor in aanmerking komen. Deze laten het minste achter en kunnen zich het eenvoudigst aanpassen. Bovendien doen ze meerdere vak kennis op en vestigen zich blijvend gemakkelijker, Wanneer er toekomst aanwezig is. Een noodzake lijke voorwaarde is, dat de werkgevers bij het vccrjaarswerk bij voorkeur gehuwde arbeidskrach ten aannemen, waardoor deze in elk geval arbeids gelegenheid bij huis hebben. Het is ons bekend, dat de besturen der drie landbouworganisaties op ons eiland deze gedachte steunen. Zou de nood m den landbouw elders niet opgeheven zijn, dan nullen de gezinnen met grootere kinderen ontzien boeten worden voor kinderlooze en kleine ge- '"toen. Tenslotte willen we ook wijzen op de mogelijk- jjofen die den Noord-Oostpolder biedt. Een van "«ttlands ondernemingsgeest getuigend plan voot de welvaart van ons volk mag aanspraak op aller belangstelling. "t willen daar een volgend maal eens uitvoeri- 8er ty stilstaan. van de kenmerken der echt Hollandsche geest Vas steeds, dat we oog hadden voor alles wal L' groot verband ons volk kon dienen. Zoo hebben we werelddeelen ontdekt en naam ge maakt over de geheele wereld. In dien echt Vaderlandschen zin groeien ook de jongeren op om mede te werken aan den ge- meenschappeh/ken opbouw van ons Jand, overal waar men de arbeidskrachten noodig heeft. Gedichten in de Lijdenstijd Het leek mij goed, naast de twee „Goede Vrij- dag"-sonnetten van de Mérode (zie vorige krant) te plaatsen twee gedichten over hetzelfde onder werp van W7 A. P. Smit. We zien dan duidelijk hoe eenzelfde onderwerp door verschillende dich ters ook geheel verschillend gezien wordt. In het eerste gedicht wil Smit ons met duidelijk spreken de beelden (een vergrauwde vleermuis, een dode kraai) iets laten voelen van het gruwzame van deze marteling op Golgotha. Maar diep in dit vreselijk lijden verborgen, blijft leven de heerlijk heid van den Verlosser. Een graal is een prachtige kelk. Transparant is: doorschijnend. Het tweede gedicht leert ons enigermate be grijpen, hoe door het lijden, het lijden tot de dood toe, nieuw leven geschonken wordt. Het beeld is menselijk en dus gebrekkig, maar toch, de liefde van de moeder, die langs de rand van de dood, het leven van haar jonge kind ontvangt, het zegt ons iets aangaande de Liefde van den Heiland. Misschien laat dit beeld ons nooit meer los. J. GOEDE VRIJDAG. 1. Zooals een vleermuis aan het hout Gespijkerd van een boerendeur, In 't sterven langzaam-aan vergrauwt En, dood, een vod wordt zonder kleur - Zooals in het bezaaide land Een doode kraai, die op den wind Zich wiegt aan een verrafeld band, In goorheid zijn vergaan begint - En reeds Uw lijf verstard tot vaal: Maar Uw gelaat draagt nog het Als in een transparanten licht Als in een transparanten graal! In 't donker laaiend bloeit de brand, Die door de broze wanden slaat - Want lichtende houdt God daar stand, Die eeuwig is en nooit vergaat! 2. Zooals een vrouw haar pijnen lijdt Om 't liefste, dat uit haar begint, En in de felste smarten strijdt Om 't aarzlend leven van een kind - Zooals mijn Moeder duldloos leed En daalde tot den grens der dood, Maar door haar pijn mij worden deed En mateloos het leven bood - Zoo, Christus aan het kruis, zijt Gij I Een moeder in den greep der pijn, Dat met U, als Uw kind'ren, wij In 't zelfde leven zullen zijn. O Moeder, die de Christus heet En deze hoogste Liefde zijt, Voor wie ons hart geen bede weet Dan: Jezus Christus, o Gij lijdt - W. A. P. SMIT. ^IIIIlllllllJlIllllllllllllllllllllllllllllllllllUlIlllillillllUHIIIIIIIIIUlllllllUülllilIlllIIllllimilli^ ONDER DE LOUPE* RECTIFICATIE In het No. van 15 Maart j.l. plaatste ik enkele opmerkingen over het enorme aantal ambtenaren, dat we momenteel rijk zijn. Daarop is door iemand gereageerd door te wijzen op een onjuistheid, welke in dat stukje voorkwam. Ik zeide toen, dat iemand, die het weten kon, mij vertelde, dat we thans op de 3 inwoners 1 ambtenaar hebben, wat betekende, dat 2 mensen voor 3 mensen de kost moeten verdienen. Voorts noemde ik het getal van 3 millioen ambtenaren. De protestant (d.i. iemand die protesteert) rekende voor, dat er onmogelijk 3 milhoen ambte naren in ons land kunnen zijn. Ons land telt wel 9 millioen zielen, maar daarvan bestaat ongeveer de helft uit mannen en daarvan bestaat weer een groot gedeelte uit minderjarigen. Ik moet dit volkomen beamen. Daarom is het nodig ter voorkoming van verdere onjuiste ge volgtrekkingen een nadere verklaring te geven. Wanneer ik schreef, dat er 1 ambtenaar op de 3 inwoners is, bedoelde ik daarmede werkende personen. De werkende personen nu plachten de kost te verdienen voor de met-werkenden. De conclusie welke ik trok is dan ook juist n.l., dat 2 mensen (lees werkende mensen) voor 3 de kost moeten verdienen. Immers die twee mensen moeten de belasting opbrengen voor de ambte naren, die uit de belastingen gesalarieerd worden. Het aantal werkende personen bedraagt ruim 2 millioen. Het aantal ambtenaren, dat we bezitten is dus rond 670 duizend. We kunnen dan «eer komen tot het getal van 3 millioen als we berekenen dat die 670 duizend ambtenaren met hun gezin nen L/z van de Nederlandse bevolking uitmaken. Niettemin, geachte protestant, ik ga accoord met uw opmerking, dat zoals het in het No. van 15 Maart is gezegd onjuist is en onjuist opgevat kan worden. Ik hoop dat u accoord gaat met deze nadere uiteenzetting, tevens dat u met mij van mening bent, dat het huidige aantal ambtenaren de draag kracht van ons volk te boven gaat. DE NIEUWE ONDERGRONDSE Ja lezer, er is weer een ondergrondse. Neen, ik bedoel geen ondergrondse spoorweg of iets der gelijks, maar een ondergrondse beweging. Een beweging, gevormd door mensen, die niet openlijk, bovengronds, maar heel in 't geheim strijden voor een bepaald doel. Denk nu niet dat het al nodig is u ongerust te maken. Ook voor u, oud-illegalen, is dit nog overbodig. De nieuwe ondergrondse opereert nog niet met wapenen. U kunt in het donker nog gerust uw pad lopen. Ik wil niet zeggen, dat ze geen wapenen hebben, ook daarvan hoorde ik iets, maar er mee schieten doen ze nog niet. Neen, ze zijn nog maar in het beginstadium Er wordt alleen nog maar gewerkt door middel van hun ondergrondse pers. Verleden week kreeg de redactie van „Opbouw" No. 10 van de Je jaargang in haar bezit. De naam van het ding is „Germanje". Voorwaar een behoorlijke Nederlandse naam. De redactie was van oordeel, dat het nuttig zou zijn „Germanje" onder de loupe te nemen. Ik wil dat gaarne doen. Ik citeer u dan het volgen de uit het Nationaal Socialistische ondergrondse blad „Germanje": „Vele Germaanse strijders stonden in de afge lopen weken weer voor de rechters, of liever voor de BLOEDRAAD." „In ons land Ir. A. A. Mussert, Leider van de Nationaal Socialistische Beweging." „Wat hem ter laste werd gelegd, is natuurlijk gemakkelijk te weerleggen, maar dan alleen in een Gemiaansjp rechtstaat." „Wat nu gebeurt is belachelijk." Om te bulderen. „Germaanse rechtstaat" Weet ge nog Flakkeeërs hoe die „Germaanse rechtstaat" was? Herinnert ge u nog hoe in die „Germaanse rechtstaat" talrijke Flakkeeërs bont en blauw werden geslagen onder de verhoren? Herinnert ge u nog het sadistisch gelaat van de S.S.er, S.D.er Oskam, die dan eens poeslief, maar even daarna met een trommelvuur van slagen, stompen en andere pijnigingen zijn arrestant aan 't praten probeerde te krijgen? Herinnert ge u nog hoe de in die tijd snel tot opper-luitenant gepromoveerde van der Wedde, afdelingscoin- mandant der Marechaussee, met zijn pistool het gelaat van zijn arrestant zwart sloeg? Het is u toch nog wel bekend hoe de verboren bij de S.D. werden afgenomen? U hebt toch ook wel de ver halen gehoord uit de Duitse concentratiekampen? U las toch ook deze week de bekentenis van den commandant van het kamp Auschwitz, Hoess, die twee millioen mensen in de gaskamers heeft laten ombrengen? DAT IS DE „GERMAANSE RECHT STAAT"!!! „Toch zal het „Germaanse recht" zegevieren"! is het slot van het artikel. Moge God, de rechter dezer aarde, dit verhoeden. De toon van geheel het ding geeft blijk, dat de schrijvers (ontslagen politieke deliquenten?) neg even arrogant zijn als ten tijde, dat hun Germaanse vrienden ons land bezoedelden. Hebben zij dan niets geleerd? Het antwoord moet naar het mij voorkomt zijn: velen van hen zijn nog dezelfde verraders, en nog steeds een gevaar voor onze staat en ons volksleven. Ik meen, dat het niet nodig is verder commen taar te geven. Het verstrekt ons ongetwijfeld in de mening, dat het niet goed gaat in ons land. „Germanje" besluit met de opwekking: „Steunt i onze strijd door geldelijke gaven." Wil de redactie van „Germanje" voortaan naam1 en adres van hun penningmeester vermelden! Ik heb n.l. (vermoedelijk velen met mij) veel belangstelling voor dat adres. OBSERVATOR. UITSPRAAK van den Minister van Landbouw, Visscherij en Voedselvoorziening t.a. v. het VoedselvoorzieningS' apparaat tijdens den oorlog. Uitspraak van den Minister van Landbouw, Visscherij en Voedselvoorziening t.a.v. het; Voedselvoorzieningsapparaat tldens den oor log. De Minister van Landbouw, Visscherij en Voedselvoorziening heeft in de vergadering van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van 29 Januari 1946, sprekende over het Voedselvoor zieningsapparaat van zijn Departement waarin dus ook behalve de ambtenaren, de Districts voorzitters en Commissieleden begrepen zijn o.m. het volgende gezegd: „Dan moet ik er nog met nadruk op wijzen, „dat dit apparaat buitengewoon goed werk heeft „gedaan, dat er gedurende den oorlog door die „ambtenaren zeer hard is gewerkt en dat dit: „apparaat tenslotte heeft kunnen bereiken, dat! „ons volk niet aan den hongersnood is prijs gegeven, hoewel tenslotte de moeilijkheden in „den winter van 1945 buitengewoon groot zijn „geweest. Men hoort wel eens zeggen, dat dit „Voedselvoorzieningsapparaat veel steun aan de „Duitschers verleend heeft; ik kan dit ten stelligste „ontkennen; ik heb dit zelf tijdens den oorlog „meegemaakt. Hier is een felle strijd tegen de „Duitschers gevoerd en men heeft ontzaglijk veel, „niet alleen voor de boeren, maar ook in het alge- „meen voor de Nederlandsche bevolking weten „te bereiken." Het is een goede gedachte van den Minister tot bovenstaande publicatie over te gaan. Velen hebben degenen, die in de bezettingsjaren bij de Voedselvoorziening op hun post gebleven zijn veroordeeld en besmeurd. Met de uitspraak van onzen Minister van Landbouw, die in de bezet tingsjaren voortreffelijk illegaal werk heeft ver richt, zijn zij openlijk in het gelijk gesteld. Trouwens, ieder die luisterde naar Radio Oranje wist dit reeds. De Minister-President wees in zijn radiorede van 4 Februari 1943 er op, dat de ambtenaren verplicht waren alle Duitse maatregelen, die ten doel hadden het oorlogspotentieel te versterken, tegen te werken. Nadat hij met klem de ambtenaren op die ver plichting gewezen had zeide hij letterlijk: „De Regering kan ontheffing van deze opdracht tot tegenwerking slechts verlenen voor die maat regelen, welke de levensbelangen van de Neder landse bevolking zelf raken. Ik noem voedselvoor ziening en hygiene." Dat wil natuurlijk niet zeggen, dat er bij de voedselvoorziening geen fouten gemaakt zouden zijn, dat er niet eens iemand geweest is, die de bezetter in zijn kaart gespeeld heeft. Ongetwijfeld, ook daar waren enkele verkeerden. Zij kwamen echter schaars voor. We mogen dankbaar zijn, dat de mensen'van de voedselvoorziening trouw op hun post zijn gebleven. Was dit niet gebeurd, dan had de voedselpositie heel wat slechter geweest. Bevestiging en intrede van Ds. N. de Jong te Middelharnis Na een zeer korte vacante tijd mocht dc Chr. Geref. Gemeente te Middelharnis Donderdag 21 Maart j.l., haar nieuwen herder en leraar begroe ten. MEDITATIE VOOR DEN ZONDAG KRUISWEG „En gij zult van allen gehaat worden." Mattheus 10 22a „En gij zult van allen gehaat worden" - deze woorden geven erg veel stof tot nadenken want wanneer de Heiland dit tegen Zijn discipe len zegt in den ruimsten zin des woords - de discipelen van toen èn van vandaag - ben ik dan ook één van degenen die door allen gehaat zal worden? - „discipelen des Heeren" en „gehaat worden" behoren heel nauw bij elkaar. Het zou dus eigenlijk noodzakelijk zijn, dat ik in deze wereld gehaat werd, en door „de wereld" gehaat werd, „de wereld" die de discipelen uitstoot na hun Meester Helemaal niet in orde is het, wanneer ik allemans vriend maar ben, geëerd door hen die uit de kracht van Christus willen leven, maar óók door hen die als het er op aan komt, hun neus voor alles wat met „de Kerk" te maken heeft optrekken. „- Maar zijt ge er dan zo op gesteld om gehaat te worden van de wereld -?" ja, waarom is de wereld eigenlijk zo gebeten? Zie, toen de Heere Jezus pas aan Zijn werk begonnen was, hier op aarde, ging het vrij goed my; die wereld. Het „addergebroed" was wel erg giftig, omdat de Meester zei: „Ik ben het van Wien geschreven is" -, maar met het volk had Hij weinig last. Stromen mensen liepen achter Hem aan, want wie zou geen Wonderdoener willen die iedereen met woorden en met de daad hielp. Maar toen de goede Meester ging zeggen: „Ik ben een Heiland die jullie zó verlossen Zal, dat Ik de dood zal sterven aan het kruis", toen zijn de zaken radicaal omgekeerd - toen is de haat van de Farizeërs overgegolfd naar de scharen, zoals een golfkring in het water, want de wereld kan niet tegen het kruis - de wereld is zo fel gebeten omdat het Kruis op deze aarde is opgericht. Want het Kruis gaat recht tegen de zin der wereld in, daarom is voor de wereld het kruis de grote ergernis, het haatblok, dè dwaasheid, want de zin der wereld is: de vuist, de kracht, de praal, het défilé, de vertoning, de roem, heldendom. Het kruis is: zwakheid, bleekheid, uitgebloed- zijn, de vertoning van een mens die het aflegt - het kruis is het tegenovergestelde van aards heiden dom, het is „uitgeworpen worden".En daarin zou de redding der wereld liggen - ergerlijke dwaasheid En daarom is de wereld zo fel op al die mensen die zeggen: ja, in dat Kruis ligt toch de reddkig der wereld, in liet Kruis alleen ligt mijn werkelijk behoud, omdat de werkelijke nood van de wereld en van mij, de schuld is, die daar is overgenomen. En de wereld kan mensen die dat zeggen, niet uitstaan - vooreerst omdat door het kruis de wereld veroordeeld wordt, radicaal, en vervolgens omdat de wereld niet houdt van zwakke mensen, van mensen die zich schuldbelijdend overgeven, van mensen die zich laten redden, van mensen die zichzelf verlochenen, want de zin der wereld is: zelfhandhaving. Daarom zult gij van allen gehaat worden - daarom zal ik van Maar ben ik er dan zo op gesteld om gehaat te worden van de wereld? - Eigenlijk niet, eigenlijk verzet zich daartegen alles wat in me is, - maar op de keper beschouwd is het toch een haat die over me komt vanwege den gekruisigden Christus, en daarvan hebben de discipelen gezegd: „wat zijn wij blij dat wij om de wille van onzen Meester smaadheid mochten lijden". In hoogste zin is het heerlijk om de KRUIS WEG te mogen gaan. Herkingen. W. ANKER. Gekomen van de gemeente Den Haag-West werd Ds. N. de Jong tot zijn dienstwerk alhier ingeleid door Ds, L. S. den Boer van Amsterdam. Voorgelezen werd Psalm 134, waarna -de be vestiger voorging in gebed. Het is wel een zeer bijzondere ure, waarin ge samengekomen zijt, aldus Ds. den Boer. Bijzonder voor U, gemeente van Middelharnis, maar ook voor U, geachte Ds. de Jong. Ge zult U vanmid dag aan Uw nieuwe gemeente verbinden. Laat ik U .mogen bevestigen met het woord Gods, dat ge vinden kunt in 2 Corinthe 5 vers 19: Want God was in Christus de wereld met Zichzelven verzoe nende, hun zonden hun niet toerekenendeen heeft het woord der verzoening in ons gelegd. Hoofdgedachte van deze tekst is: De bediening der verzoening. We letten op de Godsdaad der verzoening, de bedienaars der verzoening, de boodschap der verzoening. Verzoening - het schoonste woord dat in de Bijbel staat. Verzoening tussen wie? Tussen God en een verloren wereld. God heeft in de eeuwigheid het plan der ver zoening uitgedacht en in de volheid des tijds is die verzoening een feit geworden door de geboorte van den Middelaar des Verbonds, Jezus. Deze Middelaar heeft het verzoeningswerk volbracht. De kracht van die verzoening gaat door alle eeuwen heen. Wie die verzoening deelachtig is, krijgt straks een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waarop gerechtigheid wonen zal. Dan wordt het een nieuwe wereld, een nieuwe cosmos, die een sieraad Gods zal zijn. De tekst zegt verder: en heeft het woord der verzoening in ons gelegd. In de eeuwigheid is dus ook bepaald het aanstellen van de dienaars, om de boodschap der verzoening te brengen. God meent het dus goed met U, gemeente van Middel harnis, maar nu is ook Uw verantwoordelijkheid des te groter. In het tekstwoord lezen we tenslotte: en heeft het woord der verzoening in ons gelegd. In de grondtekst staat het woord logos. Hiervan is ons woord „logisch" afgeleid. De dienstknechten Gods hebben dus een logisch, een redelijk woord te brengen, namelijk de boodschap der verzoening. Het geheim der verzoening is voor ons nooit op te lossen. Het is souvereine genade als we behou den worden en eigen schuld als we verloren gaan. Deze boodschap der verzoening zal Uw nieuwe dienstknecht U brengen van de kansel, aan het ziekbed en misschien ook aan Uw sterfbed De verzoenden zullen zich dan mogen voegen bij die schare, die niemand tellen kan, gekleed in witte klederen, voor de troon Gods. Na de predikatie werd het formulier tot de be vestiging van Dienaren des Goddelijken Woords gelezen en werden de gebruikelijke vragen gesteld en door Ds. de Jong beantwoord. De gemeente zong daarop haar nieuwen predikant toe de drie verzen van Ps. 134. Ds. den Boer sprak den bevestigden predikant nog enkele hartelijke woorden toe, waarna de dienst werd beëindigd met dankzegging en hef zingen van Ps. 90 vers 9. INTREDE DS. DE JONG. In de avonddienst heeft Ds. de Jong zich aan zijn gemeente verbonden met een predikatie over Johannes 1 vers 29, het laatste gedeelte: Zie het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt. Zo staan wij dan, gemeente van Middelharnis, in deze ure gereed om ons aan elkander te ver binden. Het leeft in mijn hart: Heere, trekt Gij mede op! Nimmer had ik gedacht, dat ik op deze plaats nog eens staan zou als Uw herder en leraar. Veel, zeer veel heb ik los moeten laten. Zeer veel, dat mij lief en dierbaar was. De bede leeft in mijn hart: Heere, doe ons kennelijk Uw nabijheid en Uw gunst ervaren. Geheel vreemd zijt Ge voor mij niet, gemeente In mijn studententijd ben ik dikwijls met aan genaamheid in Uw midden geweest. Toen ge voor 't eerst met het roepiugswerk begon, werd een beroep op mij uitgebracht. Ik moest toen bedanken. FJa het vertrek van Ds. Laman werd ik ten tweede male beroepen. Wederom mocht ik niet aannemen. Nu, na liet vertrek van Ds. Visser, voor de derde maal door U beroepen, moest ik dit beroep aannemen met de verzuchting: In mij Heere is geen kracht, maar mijn ogen zijn op U. Ik wil U vanavond wijzen op Hem, die alleen j-de grond kati zijn voor U en mij in leven en in sterven, 't Is dc lust mijns harten, van Hem te mogen getuigen. De grond der gerechtigheid ligt allee» in Jezus Christus. Ik hoop in elke prediking heen te wijzen naar het Lam Gods, Dat dc zonde der wereld wegneemt. We lezen dat woord.in onze tekst. Ik wil U dan wijzen op: De taak van den prediker: wij'zen op het Lam Gods. Ten eerste: Zijn persoon. Ten tweede: Zijn werk. Als Johannes den Doper spreekt over het Lam Gods, is deze naamgeving voor het Israëlitische volk niet vreemd. Spreken de profetiën niet van het Lam Gods en werden op het grote feest van Pascha niet duizenden lammeren geslacht? Dan werd bij vele Israëlieten het verlangen verleven digd naar het Lam Gods. Nu mag Johannes naar hét Lam wijzen, door de patriarchen verkondigd, door de profeten geprofeteerd. Johannes is hier niet alleen de boetgezant, maar ook de liefelijke gids, die heenwijst naar het Lam Gods. Deze benaming is de schoonste en heer lijkste voor de borgtochtelijke bereidwilligheid, reinheid, onschuld en lieflijkheid van het Lam Gods. Hij is het Lam, dat zich Gode ten offer gaat wijden en er is geen andere Naam waarin wij kunnen zalig worden. Op dat Lam te wijzen is onze dure roeping en onze grote taak. Alleen in Hém kunnen we God ontmoeten. Hij is de Weg, de Waarheid en het Leven. Ten tweede iets over Zijn Werk. In de tekst wordt niet gesproken over zonden in het meervoud, maar over zonde in het enkel voud. In de grond der zaak is alle zonde één, namelijk afval, rebellie, opstand tegen de goed heid Gods. Dat is de zonde van het ganse mense lijke geslacht. De cosmos zucht onder de gevolgen der zonde. Maar nu is de Christus niet alleen gekomen om dé schuld der zonde weg te nemen, maar ook de gevolgen der zonde op te heffen. De vrucht van het werk van het Lam Gods zal niet alleen zijn.een herboren mensheid, maar ook een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Het Lam Gods, dat de zonde der wereld weg neemt, d.w.z. het is een altijd voortdurend werk. Wegnemen wil feitelijk zeggen: Het Lam Gods zal die zonden nemen en ze begraven, zodat God in den Hemel, en ook de mens zelve, ze niet meer terugvinden kan. Ook in Zijn verhoogden Staat is Hij nog met dit borgtochtelijk werk bezig. Nog altijd treedt de Borg met zijn bloed tussenbeide. Gelukzalig is de mens, die dit bloed mag nodig hebben. Na het zingen van Ps. 89 vers 8 spreekt de leraar allereerst tot zijn bevestiger, Ds. L. S. den Boer. Ik ben blij, dat U mij bevestigd hebt. Het wonderlijke is wel, dat U straks mijn opvolger zult zijn in mijn geliefde gemeente, Den Haag- West. De Here zegene U in Uw ambt, in Uw gemeentelijk, persoonlijk en huiselijk leven, door het bloed des Lams. Het doet mij goed Ds. Laman, dat U ook hier heen gekomen zijt. We zijn reeds jaren door de band der vriendschap verbonden. De Here zegene ook Uw arbeid in R'dam-West. Kerkeraad, met U moet ik in bijzondere zin samenwerken. Ik hoop, dat dit in liefde zijn mag. Moge onze sterkte zijn in Hem, wiens kracht in Zwakheid wordt volbracht. Regering van Middelharnis. Het spijt me, dat de Burgemeester door ongesteldheid niet aan wezig kan zijn. De Here geve JJ wijsheid in het besturen onzer gemeente. Afgevaardigden van Ned. Herv. Gemeente en Gereformeerde Gemeente, ook U betuig ik mijn oprechte dank. De Here zegene ook Uw arbeid. God hele nog eens de breuk die geslagen is Afgevaardigden van mijn oude gemeente, als ik U zie, gaat veel in mij om. Brengt mijn oprechten dank aan den Kerkeraad over. Er liggen onver breekbare banden. Ook mijn vrienden uit Den Haag hier aanwezig, mijn hartelijke dank, dat ge de reis naar hier hebt willen maken. Catechisanten: Vliedt dc wereld. Gedenkt aan Uw Schepper in de dagen Uwer jongelingschap. Alle verenigingen in ons midden bidden wc Gods zegen toe. Hoofden en personeel van onze Christelijke Scholen te M'harnis-SommelsdijkFuudccr de jeugd op de grondslag van Gods getuigenis. Gemeente van Middelharnis: Ontvang mij en mijn gezin in liefde. Veel moest ik achterlaten; laat ik in Uw liefde iets mogen vinden, dat dit verlies vergoeden zal. Ouderling A. Driesse spreekt een hartelijk wel komstwoord tot Ds de Jong. De afgevaardigde van Den Haag-W. sprak eveneens hartelijke woorden van afscheid en feli citeerde *de gemeente Middelharnis met haar nieuwen predikant. Namens het Gemeentebestuur sprak Wethouder Vroegindewcij: Ik hoop, dat hoewel gc ouder ge worden zijt, gc jong moogt blijven in dc prediking des Woords en oud moogt worden in dc genade Gods. Wil voor de kerkelijke en burgerlijke ge meente een licht zijn op de kandelaar.

Krantenbank Zeeland

Opbouw | 1946 | | pagina 1