VOOR GOEREE EN OVERFLAKKEE
m
CHRISTELIJK NATIONAAL STREEKBLAD Dinsdag en Vrijdag
Burgemeester Slobbe
verlaat Ooltgensplaat
l
J
5je
f MEDITATIE VOOR
DEN ZONDAG
*g
in
seer
cert
bl,
VRIJDAG 17 Jan. 1947.
Ptljs per kwartaal f 1,50
Losse nummers f 0,15
Advertentieprijs 1-30 mm
12 cent per mm. Elke mm
daarboven 10 cent. Bij
contract aanzienlijke korting
OPBOUW
Tweede jaargang - No. 69
Adres der redactie en Ad
ministratie Voorstr. A 239
Postbus 14
Middelharnis Tel. No. 332
Oommissie van Redacties Ds W. Anker, W. A. de Bakker,N. v. d. Brugge, A. vap Eck, C. Edewaard, Mr. J. J. Groeneveld,
Ds. N. de Jong. C. P. Kijkuit, C. M. Vogelaar.
Een beleid gevoerd in een moeilijke periode, gehaat door
den vijand, niet begrepen door eigen burgers, maar des
ondanks een stuwkracht voor gemeente- en eilandbelang
Burgemeester Slobbe.
Mijn gedachten gaan in deze dagen
terug naar 1938, toen ik voor het eerst in
Ooltgensplaat kennis maakte met het
ambtenarencorps. Bij de aanvaarding van
mijn ambt, werd mijn lang gedroomde wens
vervuld en ik kwam optimistisch naar
Ooltgensplaat. Zoals een jong Burgm. doet:
ik stak mijn neus in de papieren en als
enthousiast man begon ik mijn werk. Wat
zijn we in de jaren die volgden teleurgesteld.
De dreiging van het grote internationale
gebeuren hing toen reeds over qns hoofd.
Ik herinner me de verschrikkelijke daarop
volgende oorlogsnacht, de spannende oor
logsdagen, de tijding dat de Duitsers
kwamen, de zwarte dag van de capitulatie,
dat al nog kinderspel van wat het later
werd. De eerste ontvangst van de bezetter
was hier nog correct, maar het bleef niet zo.
Er zijn moeilijkheden geweest, ik kan het
nu zeggen, moeilijkheden voornamelijk
veroorzaakt door mensen die alles wat hier
gebeurde overbrachten naar de N.S.B.
Mijn ontslag en mijn verblijf in de kampen,
dat toch weer aangename dingen had, om
dat ik daar blijken ontving van de Plaatse
bevolking. Daarna mijn bevrijding, later
bij herhaling opnieuw onderduiking. Deze
jaren, ja, zij hebben veel zorg en moeite
gebracht. Het was een periode van meer
leed dan lief. Toen mijn komst in '45 bij
deze ontredderde gemeente. Mijn ontslag
heeft gesteund op de punt van de bajonet;
maar in Mei '45 kwam ik, zij het dan nog
als verstekeling» naar Ooltgensplaat. Ik mag
zeggen in vergelijking tot andere gemeenten
is O. weer een bewoonde wereld geworden.
Op dit ogenblik nu ik mijnambt neerleg kan
ik zeggen over mezelf voldaan te zijn.
Helaas heb ik van mijn vele idealen bijna
niets kunnen verwezelijken, ik noem pol-
derwerken, electrificatie, riolering en wo
ningbouw. Ondanks Zorgen en moeite
moet ik tot mijn schaamte zeggen, dat ik
voor Ooltgensplaat niets tot stand heb
kunnen brengen; al was het dan ook doo
omstandigheden buiten mijn wil. Al mijn
arbeidskracht is hier verteerd zonder dat
we verder zijn gekomen. Dit stemt tot
droefheid. Gelukkig hebben we in deze
jaren in de raad wel verschil van inzicht
gejjad, maar geen moeilijkheden. Wanneer
ik fouten heb gemaakt in mijn beleid, dan
bied ik mijn excuus aan. Ik stel het werk
vast en vraag clementie. Dan nog iets tot
de burgerij. In brede kringen is mijn arbeid
niet gewaardeerd. Misschien heeft dit de
vruchtbaarheid van mijn arbeid geschaad.
Ik hoop dat de dragers van het gezag in de
toekomst alhier meer waardering zullen
vinden.
In de richting van mijn ambtenaren
en politie-personeel wijzend, kan ik bogen
op zeer veel medewerking. Er waren ook
geschillen, maar de verhoudingen waren
goed. In Gastel heb ik dat in 't bijzonder
ondervonden. De resultaten na de bevrij
ding heeft de bevolking te danken aan jullie
arbeid. Ik was niet gemakkelijk voor mijn
ambtenaren, vroeg 100 maar het werd
ook gegeven. Ge hebt het gedaan, wetende
dat het gemeente belang was. Het valt me
moeilijk om van jullie weg te gaan. Ik vind
het prettig om naar Zwijndrecht te gaan,
omdat ik nu toch eenmaal een man van
buiten blijf. Tevens omdat men mijn arbeid
heeft gewaardeerd en een grote gemeente
als Zwijndrecht gegeven. Het bestuur der
gemeente leg ik in handen der Heren Wet
houders. Ik dring aan op de geest van
samenwerking. Dit gezelschap kan met
elkander Ooltgensplaat een goede toekomst
geven. Ik wens besluitend allen toe: „Het
ga U goed in Ooltgensplaat, verheug U op
een spoedige welvaart, moge God de ge
meente zijn onmisbaren en rijken zegen
geven".
De opvolger, Weth. Waling nam
daarna het woord.
Geichte Heer Burgemeester
Nu gij voor de laatste maal als Burgm.
van Ooltgensplaat onze Raadsvergadering
presideert, en gereed staat te vertrekken
naar Uw nieuwe gemeente Zwijndrecht, zij
het mij vergund U hartelijk geluk te wensen
met Uw «promotie. Want ontegenzeggelijk
is het een promotie als men van Ooltgens
plaat naar Zwijndrecht als Burgm. wordt
benoemd.
Het is bijna 10 jaar geleden dat U in deze
genieent Uw intrede deed als Burgm. en
veel is er sinds dien tijd gebeurd. Vijf bange
ooilogsjaren gingen over ons henen met
al hun leed. U werdt als gijzelaar gevangen
genomen en weggevoerd. Een ander per
soon van de nieuwe orde nam tijdelijk Uw
plaats in, doch God bestuurde het zo dat
gij weer Uw plaats onder ons mocht
innemen.
Onze gemeente leefde in dien tijd met
U en Uw gezin mede en thans gaat gij ons
verlaten. U begrijpt dat Uw vertrek ons als
gemeenteraad niet onverschillig kan zijn.
Want immers onze gemeente werd door
het oorlogsgeweld zwaar getroffen.-. Veel
wacht op herstel en opbouw. De financiële
toestand der gemeente is critiek en alles
is nog niet zoals het wezen moet. Wij heb
ben dus behoefte aan krachtige, voorzich
tige leiding.
Wij moeten echter in Uw vertrek berus
ten en hopen dat het U en Uw gezin in
Uwe nieuwe gemeente wel moge gaan.
Moge Gods zegen daar op Uw arbeid
rusten. Wij zeggen U dank voor Uwen
arbeid in deze gemeente verricht. En al
zult Gij ook wel niet tot aller tevredenheid
hebben gewerkt, wat trouwens nooit het
geval is, wij zijn dankbaar voor Uw leiding.
Daarna sprak Weth. van der Woude
Heer Burgemeester,
Op deze dag waarop wij van U afscheid
nemen een paar woorden. Ik betreur het
ogenblik waarop ons trio wordt verbroken,
een trio waarvan wij bij U als aanvoerder
een zeer grote wil tot hechte samenwerking
hebben gevonden. Ik noem Uw werk,
initiatief en voorbereiding een stuwing voor
Flakkee. Ooltgensplaat mag U zeer erken
telijk zijn. Gods zegen zij met U en de
Uwen.
De Heer van Es sprak namens de Raad
Voorzitter, ik weet de jaren die U hier
als Burgemeester doorbracht waren zeer
moeilijk, maat een leerschool voor Uw ver
dere leven. Vooral na de bevrijding is er
onder Uw initiatief verbazend veel werk
verricht. Ik denk alleen aan de glasvoor
ziening, aan Uw medewerking voor de
getroffen gezinnen. Uw inschakeling van
ons bij de noodgebieden, Brabant en Lim
burg. Hartelijk dank ook voor de aange
name uren te samen met de Raad in deze
„En als de duivel alle verzoeking
volei'ndigd had, week hij van Hem
voor een tijd."
Lucas 4 13.
De verzoeking in de woestijn is een
gebeurtenis in het leven van den Zaligmaker
vol geheimen en diepten, die wij met ons
verstand nooit zullen kunnen peilfen.
't Was de worsteling tusschen hemel en
hel, tusschen den Koning des levens en
den vorst des verderfs, als worsteling, die
eindigt met de overwinning van Jezus
Christus, die gekomen is om de werken des
duivels te verbreken.
Daar in de woestijn, nabij Bathabara,
waar de Vader zich zoo heerlijk aan Hem
geopenbaard had en waar Hij de zalving
van den Heiligen Geest ontvangen had,
strijdt Hij nu veeftig dagen lang als de
tweede Adam tegen dien menschenmoorder
van den beginne.
Zelf heeft Hij, gedreven door den Geest,
satan opgezocht op zijn eigen terrein.
Immers allen sprak men daar van de vloek
Gods vanwege de zonde, sprak daar van
verlatenheid van Gods Gunst en genade.
De woestijn, die vlakte des doods, is nu
veertig dagen lang 't worstelpark van den
allergrootsten strijd, die ooit gestreden is.
Had Satan eenmaal den mensch opge
zocht in het Paradijs om dien mensch van
God te doen afvallen om daarin God te
hoonen, dat Hij toch geen goed werk
geleverd had; hier ië de tweede Adam, Die
nu door bange worsteling heen laat zien,
dat het niet aan God gelegen had, omdat
Hij den mensch niet voldoende had toe
gerust den hof te betreden, maar uitsluitend
aan den mensch, die zijn natuur verkeerd
had geleid.
Hier in de woestijn presenteert God in
Christus opnieuw de menschelijke natuur
aan Satan, hoewel nu op andere wijze met
God verbonden.
Hier komt G°d Zelf in de gestalte van
'n mensch, ja, God en mensch in eenigheid
van Zijn Goddelijken Persoon onder zijn
bereik.
Terstond schiet Satan op Hem af, hij
weet 't, nu gaat het voor hem er op of er
onder, maar hoe hij zich ook inspant, al die
veertig dagen, 't wil hem niet gelukken
Jezus af te brengen van Zijn middelaars-
werk.
Dan begint Satan zijn laatste groote
offensief, wat ons zoo breedvoerig is op-
geteekend. Hij wijzigt het front en komt in
zichtbare verschijning tot den Heiland (zoo
zullen wij dat wel hebben te verstaan als
Mattheus schrijft: „en de verzoeken tot
Hem gekomen zijnde").
Ja, God geeft aan Satan de volle ruimte
om Jezus te verzoeken. Als God het noodig
keurt om ons, zwakke schepselen, door
Satan te laten verzoeken, geeft Hij hem
slechts beperkte vrijheid, omdat Hij reke
ning houdt met onze Zwakheid.
Ten opzichte van Jezus alzoo niet. Satan
krijgt het volle pond. Hij gal straks niet
kunnen zeggen, dat de hand Gods hem
tegenhoudt om den Christus te sparen.
't Vuur onder de smeltkroes wordt zoo
heet mogelijk gemaakt. Maar Jezus Christus
heeft ook uit dit lijden gehoorzaamheid
geleerd en Hij heeft volhard in den strijd
tegen den Booze, ziende op de vreugde, die
Hem voorgesteld was.
Al 'svijands aanslagen pareert Hij met
het zwaard des Geestes, hetwelk is Gods
Woord. Dan moet Satan wel 't veld ruimen,
hij is in beginsel reeds overwonnen. Hij
komt nog wel terug, maar hij weet 't reeds,
nu, dat hij zijn meerdere gevonden heeft
De booze geesten vluchten voor Jezus.
Bezetenen geneest de Heiland. Demonen
spreken Hem niet tegen. Hij geeft Zijn
discipelen macht op slangen en schorpioe
nen te treden. Profetie van de vernieuwing
van hemel en aarde, als Satan voor eeuwig
uit de scb?pp -tg aal gebannen zijn.
Waar Deze van God beschoren Held op
Golgotha den kop der slang vermorzeld
heeft, daar zal Hij straks finaal met hem
afrekenen en hem werpen in den poel des
vuurs.
Hij werkt Zijn ze'gepraal ook in de Zijnen
uit. Door den Geest, dien Hij in Zijn ge
meente, heeft uitgestort, leert Hij ook Zijn
volk in den strijd des geloofs te grijpen
naar dat machtig wapen, dat zwaard des
Geestes, hetwelk is Zijn Woord.
Dat Woord wekt U altijd weer op niet
alleen te strijden, maar uw hulp alleen van
Hem te verwachten, van Wien 't volk zijn
sterkte heeft. In Hem alleen zijt gij sterk,
ja in Hem zijt gij door het geloof meer dan
overwinnaar.
Ouddorp.
d. VEEN.
zaal doorgebracht. Ook Flakkee zal U
missen, 'k denk aan de brugverbinding en
electrificatie. In Uw mooie nieuwe ge
meente zij Gods zegen met U en Uw gezin.
De Heer P. Bom, ambtenaar ter
secretarie sprak namens het secretarie-
personeel, het personeel van de Distri
butiekring Ooltgensplaat en het politie
personeel.
Er zijn in het leven der mensheid dagen,
die ver boven andere dagen uitsteken. Die
dagen 'kennen we in ons gezinsleven, maar
ook in ons ambtelijk bestaan. Zo is dan de
tijd, dat gij deze gemeente gaat verlaten en
gereed staat Uw ambt in een nieuwe ge
meente te aanvaarden zeer zeker een rpijl-
paal op Uw levensweg.
Er wordt thans een periode van 8 jaar en
3 maanden, de tijd dat gij aan deze gemeente
verbonden waart, afgesloten.
Ik wil in het kort een overzicht geven van
Uw ambtsperiode in deze gemeente. Gij
zijt met ingang van 1 October 1938 tot
Burgm. dezer gemeente benoemd. De voor
bij gegane 8 jaar en 3 maanden zöuden wij
in drie periodes kunnen indelen, n.l. van
1 October 1938 tot 14 Juli 1942; 2e van
14 Juli 1942 tot 5 Mei 1945 en 3e van 5 Mei
1945 tot 16 Januari 1947.
Van een normalen tijd, waarin gij onge
stoord aan den opbouw van het gemeente
lijk apparaat kon arbeiden, was al spoedig
geen sprake meer. Reeds in October 1938
was de internationale politieke hemel zwan
ger van donkere onweerswolken.
De 3e September 1939 kwam de uit
barsting. De Burgemeesters werden belast
met de uitvoering van abnormale overheids
bemoeiingen. U herinnert zich b.v. nog wel
de vele moeilijkheden met betrekking tot
het vaststellen van de kostwinnersver
goedingen aan verwanten van dienstplich
tigen en tal van andere problemen waarvoor
de Burgemeesters in dien tijd waren gesteld.
Dit alles toch was nog maar kinderspel
bij wat zich gedurende de bezettingsjaren
heeft afgespeeld. Het zou ons te ver voeren
alles te herhalen wat in de bezettingstijd is
gebeurd.
Uw ideaal, om in een leidinggevende
functie in het bestuursapparaat te helpen
de gemeenschap op te bouwen, kon in die
jaren niet worden verwezenlijkt. Gij moest,
zij het dan ook schoorvoetend, Uwe mede
werking geven aan de afbraakpolitiek van
de bezettende macht.
Wat hebben wij in die dagen veel ge
sproken over de nationale en internationale
gebeurtenissen, waarvan wij allen zo ver
vuld waren. Wat hebben wij vaak met
gesloten deuren geluisterd naar de nieuws
berichten van Radio Oranje. Juist in die
dagen zijn er banden gelegd tussen U en
ons.
Gij werdt op Dinsdag 14 Juli 1942 in de