delharnis
EERSTE BLAD
De Mm ra Joegoslavië rennaard.
|ed Gereedschap
't Halve Werk
Ijzerwerk
HEKKENS4 Co.
;rtentie tarief.
ïlwel, Wassenaar),
jaren gedrukt ter
verzorgen?
VRIJDAG
12 OCTOBER 1934
iDRAlSp-vAN-VALKErmiRG'S-
e A •"iLEVERTRAAf
MOTTEN
schuit verder varen, wordt U be
rstten, kuchen en keelpijn. Een
in huis en, laat komen wat wil,
ïENK op het doosje. Vraagt uit-
In daarbij een
lagelijksch
>enot.
waarborgt geringe
onderhoudskosten.
If.Feiienooid's Ijzerhandel
d, Takstraat 24
(ROTTERDAM
pet, Interc. 5018852141
evestlflO sedert 1892.
VBIUMtiSBKUIOUT
Vrjjdug 5 October 1034
Tuinbouw- eu Veilingsvereeu.
„OOSTVOORNE".
1,50 per lOu krop.
,20 per 100 bos.
0 tot 4.SO per 100 bos.
2,— tot 8,60 pel' 100 K.G.
0,40 tot 1,40 per K G.
ruiveu ƒ0,17 tot 0,26 per KG.
0,02 tot 0,04 per K.G.
ners (w.) 0,70 tot ƒ2,- p. lOOst.
0,12 tot 0,85 per kistje.
j>0 tot ƒ5,— per 100 bos.
fl,10 tot 2,50 per 100 K.G.
stam ƒ4,— tot ƒ8,50 p. 100 K.G.
d.) ƒ6,— tot 14,50 per 100 K.G.
6,— tot 7,40 per 100 K.G.
ker 14, - tot 21,—per 100 K.G.
Ie) 2,60 tot ƒ4,20 per lOOstuks.
>ye) 2,20 tot 4,70 per 100 st.
11/ 3,30 tot 9,50 per 100 stuks.
II ƒ1,50 tot ƒ4,- per lOOstuks.
f 0,S0 tot ƒ2,— per 100 krop.
70 per 100 K.G.
1 ƒ6.— tot 22,— per 100 K G.
en ƒ4,50 tot 13,— per 100 K.G.
pelen 1,10 tot ƒ6,50 per 100 K.G.
ren 3,50 tot S,— per 100 K.G.
2,50 tot 8,50 per 100 K.G.
1 0,04 tot 0,17 per stuk.
1,30 per 100 bos.
Jtto) ƒ4.— per 100 stuks,
netto) 4,10 per 100 stuks.
J 3,20 per 100 stuks,
loer 28.742 stuks.
^ERKOOPINGEN.
S'SDAG, 17 October 1934 bij Inzet;
SSDAG, 24 October 1934 bij Afslag,
des avonds 7 uur in het Hötel
te Middelharnis.
UIS en ERF aan de Schoolstraat
lelharnis en
DIS met SCHUUR en ERF aan den
reg te Sommelsdljk. Breeder bij
n omschreven. Ten verzoeke van
'ed. A. BORN - Nieuwi.asd te Apel-
Notaris VAN BUUREN.
IsSDAG, 17 OCTOBER 1934 bi) Inzet
h'SDAG, 24 OCTOBER 1934 bij Afslag
t des avonds 7 uur in het Hdtel
te Middelharnis. tegelijk met de
Jping van Mej. Wed. A. Born, Het
(HAVENZICHT" op den hoek van
ngeriing te Middelharnis. Ten ver-
Ivan den Heer Joh. van Beek te
tisdQk.
Notaris VAN BUUREN.
Prijs per kwartaal f 1,
Losse nummers 0,07"
ADVERTENTIËN
van 16 regels„1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen enDienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdagmorgen en Vrijdagavond.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
JAARGANG, - N°. 96
Ook een Fransch Minister.
Dinsdag zou do Koning van Joegoslavië
een bezoek aan Frankrijk brengen en te
Marseille aan land komen. Deze stad had
zich opgemaakt om den Koning eenfeeste-|
lijke ontvangst voor te bereiden.
Na eenig ceremonieel werd een rijtoer aan
gevangen door Ue versierde stad. In de eerste
auto was Koning Alexander, Minister Bar-
thou en een Fransch generaal gezeten.
Een geweldige menschenmassa vulde de
straten en het Koninklijk bezoek werd geest
driftig toegejuicht, waardoor üe stoet zich
slechts langzaam en met moeite een weg
kon banen.
Het was des nam. 4.10 uur, toen de eerste
auto het beursgebouw naderde. Op dat oogen-
blik zag men eensklaps, hoe 'n man zich uit
de menigte losmaakte, een agent van politie
voorbljsnelde, die aan den rand van het trot
toir stond opgesteld, voor het paard langs
rende van kolonel Piollet, die naast den
koninklijken auto reed en met getrokken
revolver op de treeplank van den wagen
sprong. Wel trachtte de kolonel, door blik
semsnel zijn paard om te werpen,den man
nog te beletten, aan zijn moordplannen ge
volg te geven, doch het was reeds te laat.
Schoten knallen.
Te midden van het gejuich der menigte,
van wie in het eerste oogenblik slechts en
kelen hadden opgemerkt, wat er gaande
was, weerklonken eenklaps de korte scherpe
knallen van een groot aantal snel achtereen
afgevuurde revolverschoten.
Men zag koning Alexander als ter afweer
de handen voor het gelaat houden en ver
volgens zwaar gewond ineenzakken. Op het
zelfde oogenblik zonken ook minister Barthou
en generaal Georges door de kogels van den
moordenaar getroffen in de kussens van den
auto neer evenals de hofmaarschalk des
konings, generaal Dimitrijewitsj.
Gedurende enkele seconden heerschte on
der de menigte, die als met ontzetting was
geslagen, een doodsch stilzwijgen. Toen steeg
een woest gehuil op uit de menigte, die het
politie-cordon verbrekend in de richting
stormde van den koninklijken auto, waar
intusschen ook de chauffeur zijn revolver
had getrokken en kolonel Piollet ;den moor
denaar met een geweldigen sabelhouw tegen
den grond had geslagen. Terwijl hjj reeds
doodeiyk gewond op den grond lag. schoot
de moordenaar in het wilde weg zijn revolver
leeg op de omstanders.
De verdere slachtoffers,
Het aantal slachtoffers van den aanslag
te Marseille bedraagt tot dusver drie: n.l.
Koning Alexander, minister Barthou en de
politiebeambte Galy.
In het ziekenhuis bevinden zich als gevolg
van dezen aanslag nog negen personen, waar
onder de Fransche generaal Georges, die des
nachts geopereerd is en wiens toestand nog
steeds zeer ernBtig is, verder drie Franschen,
waaronder een film-operateur, vier Francises
en een 14-jarige knaap.
Twee andere gewonden worden in hun
woning verpleegd, n.l. een inspecteur vau
politie, die een schot in het been opliep en
een weduwe.
Een dor gewonde vrouwen overleden.
Het aantal slachtoffers vau den moordaan
slag op Koning Alexander is tot vier ge.
stegen, aangezien één der vrouwen uit het
publiek, die door de kogels van deu moordce
naar gewond worden, Woensdagmorgen aan
haar verwondingen is bezweken.
HET MYSTERIE KALKMEN.
Moeiljjk vast te stollen identiteit.
Verdaclito Griek te Marseille gearresteerd
PARIJS, 20 October. Omtrent de juiste
identiteit van den moordenaar, Petrus Kale-
men, tast men nog in het duister. De naam
Kalemen bleek b(j navraag bij den Burgelij
ken Stand te Zagreb, aldaar slechts éénmaal
voor te komen, eu wel als die vau een oud
afgevaardigde der Raditsj-party. Ook is de
moordenaar niet identiek met een mysteri-
euzen Kroaat, die zich in de Fransche hoofd
stad verborgen houdt en die een complot
tegen het leven van koning Alexander op
touw had gezet, een desperado, van wien de
politie naam en signalement bezit en waar-
vau zij zegt, dat hLj Para's niet heeft verlaten.
Een feit is, dat de Fransche consul te Zagreb
niet het visum verstrekt heeft, dat voorkomt
op het bjj den moordenaar gevonden paspoort,
dat geen Joegoslavisch maar een Cechiscb
paspoort is. Zijn naam komt daarop voor als
Petrus Kalemen; als woonplaats wordt ver
meld Praag eu als geboorteplaats Zagreb
(Joegoslavië). De pas was geldig voor .alle
landen, met uitzondering van Rusland. Men
vond er grensstempels in van Joegoslavië,
Zwitserland en Frankrijk.
Thans verneemt men nog, dat Dinsdag bij
de Augustijner kerk te Marseille, kort voordat
de stoet zou voorbijtrekken, een Griek zou
zijn gearresteerd, Patrademetriou geheeten,
die als verdacht individu was gesignaleerd,
Zijn signalement correspondeert met een der
foto's, die door de Parljsche politie waren
verstrekt. De man bleek een geladen revolver
bij zich te hebben.
(Adv.)
Zware gang eener vorstin.
MARSEILLE, 10 Oct. Koningin Maria
van Joegoslavië is hedenmorgen vroeg in
Marseille aangekomen. De koningin, die do
reis in een extra-trein had gemaakt, werd
door de autoriteiten in de met zwart be-
kleede wachtkamer ontvangen.
Het was de koningin aan te zien, hoe
zwaar zy door den slag was getroffen. Bleek
en moe, met kommervolle trekken, had zjj
moeite zich staande te houden. Ondersteund
door mevrouw Herriot werd zij naar den
voor haar bestemden auto geleid, die voor
den ingang van het station wachtte. Een
groote menigte groette de vorstin zwy'gend;
de mannen ontblootten het hoofd, de vrou
wen stonden daar diep ontroerd, tot tranen
toe bewogen.
Koningin Maria begaf zich in gezelschap
van mevrouw Herriot naar de prefectuur van
politie, om van haar echtgenoot afscheid te
nemen. Meer dan een half uur vertoefdezy
FEUILLETON.
OUÏDA
Naar het Engelsch door
C. BAARSLAG.
63)
Zij gevoelde zich veeleer teleurgesteld dan ver
licht. Zij zou gaarne reden gehad hebben om in
het openbaar den slag toe te brengen; zij was het
moede Zouroff's ontrouw langer stilzwijgend te
dulden.
„Als het waar is, spijt het mij," zeide zij pein
zend, en zij nam het kwalijk dat iemand zich ver
stoutte aan haar te schrijven, verscheurde den
brief en wierp de stukken in zee.
Zij ging haar ochtendbezoek brengen aan hare
paarden en hare oranjerieën, wandelde den bloem
tuin door, en kwam tegen elf uur onverschillig in
huis terug.
De gasten kwamen juist beneden: om de kermis
wat vroeger dan gewoonlijk. Madame Jeanne
reeds in hare Vlaamsche kleedcrdracht, met
gouden versierselen, die zij eens van eene Mechel-
sche boerin had gekocht, cenc keurige hooge muts,
roodc kousen en echte klompen was druk aan
het praten en uitleggen en lachen, met de noodige
luidruchtigheid en levendigheid in hare bewegingen.
Zouroff stond achter haar, met een gezicht als
een onweerswolk. Toen men zijne vrouw zag aan
komen, -scheen de groep rondom de klompen der
hertogin eensklaps met stomheid geslagen te zijn,
Madame Nelaguine, wier bevallige tact haar
nooit begaf, wendde zich tot Vere en zeide op
achteloozcn toon:
„Er is eene groote revolutie in ons plan gekomen,
Verc. Mademoiselle Noisette, de actrice, is van
ochtend met den eersten trein naar Parijs ver
trokken. Het verlies is onherstelbaar, zegt men,
want niemand kan met een zakdoek en een
in de kamer, waar de vermoorde konin^op-
gebaard ligt. Gedurende dien tyd heerschte
er in het geheele gebouw en ook daar buiten
een diepe stilte. Nadat koningin Maria nog een
laatsten blik op haar man had geworpen,
verliet zy diep ontroerd het vertrek.
Zy bedankte den prefect van politie voor
de talrijke bljjken van belangstelling, die zy
van de autoriteiten en van de bevolkiag had
mogen ondervinden en voor alles, wat hy
voor koning Alexander na den aanslag had
gedaan. Daarop verzocht de vorstin den pre
fect den laatsten wensch van haar overleden
echtgenoot te vervullen. Op uitdrukkeiyk
verzoek van den koning zal hij in veldtenue
gekleed worden, dezelfde uniform, die hy
tijdens den oorlog als soldaat heeft gedragen
en die hij zoozeer geëerd heeft.
PETER II TOT KONING GEPROCLA
MEERD.
BELGRADO, 9 Oct. De Joegoslavische
ministerraad is hedenavond bijeengekomen
en heeft prins Peter tot koning geprocla
meerd, onder den naam Peter II. De regent-
schapsraad zal later worden benoemd.
(Reuter.)
Eind-Koning.
Een jongetje van 11 jaar, pas aangekomen
op een Engelsche kostschool en nog niet
heelemaal gewend en nu is hij eensklaps
Peter II, koning van Joegoslavië.
Gelukkige volken hebben geen geschiede
nis. Is er een geschiedenis van gelukkige
kinderen? Natuurlyk is die er, maar het is
een geschiedenis, die niet geschreven wordt
voor anderen: zij blijft besloten in de intimi
teit van een gezin, ook als dat gezin een
koninklijk gezin is. Wat weet de wereld nu,
op dit tragisch moment, van de kinderjaren
van den kleinen koning?
's Konings testament.
Op initiatief van prins Paul, den neef van
wijlen koning Alexander, zijn Dinsdagavond
minister-president Oezoenowitsj, de politie-
prefect van Belgrado en de commandant van
de koninklijke garde generaalZifkowitsj, (de
eerste minister uit de dictatuur) bijeenge
komen. Prins Paul deed in tegenwoordigheid
van den eersten adjudant des konings den
aanwezigen mededeeling van den minister
van buitenlandsche zaken het telegrafisch
bericht van den dood des konings te hebben
ontvangen. Hierop reikte de prins den minis
ter-president een couvert waarop geschreven
stond: „Eigenhandig actestuk. dat ik op grond
van art. 42 der constitutie van 3 September
1931 heb opgesteld en geteekend. Voor den
minister-president.^ Volgende besluiten ge
nomen:
Het omslag was met twee roode zegels
voorzien die het wapencijfer van het konink
lyk huis droegen. De minister-president
opende het couvert, dat een op blauw papier
geschreven stuk bleek te bevatten, gedateerd
Bied 5 Januari 1984. De inhoudt luidt:
„Uit vrijen wil en in de stellige overtuiging
hiermede het belang van mijn geliefd vader
land,ons dierbaar volk en ook mijn koninklijk
huis het best te dienen, bepaal ik op grond
van art. 4 der constitutie het volgende:
„Voor het geval, dat de troonopvolger om
de redenen, die art. 41 der grondwet noamt,
de koninklijke macht niet kan uitoefenen
hebben dit als plaatsvervangers te doen:
Prins Paul Kara-Georgewitsj,RadenkoStan-
kowitsj, senator en minister van onderwijs
en dr. Iwan Perowitsj, baanderheer van het
banaat van de Save. Als plaatsvervanger van
penny-fluitje zoo goed den Punch vertoonen als
zij."
Vere zeide niets; wie haar gelaat gadesloeg kon
er geen verandering op bespeuren. Zij gevoelde
voor 't oogenblik zoowel toorn als teleurstelling,
maar zij liet er niets van blijken. Zouroff stond
zich te verbijten van wrevel. Voor de eerste maal
in zijn leven had hij zijn zin niet gekregen.
,Aan wie geeft gij die tent nu?" vroeg Vere de
hertogin, zeer bedaard. Deze haalde de schouders
op en trok de wenkbrauwen omhoog, met een
wanhopig gebaar.
„Dat zal het comité te Trouvillc wel beschikt
hebben. Er is geen tijd geweest om ons te raad
plegen."
Op fluisterenden toon zeide Vere tot hare
schoonzuster: ,,'t Is immers waar? 't Is immers
geen poets, die mij gespeeld wordt?"
„Neen, den Hemel zij dank, 't is waar!" ant
woordde Madame Nelaguine. „Ik heb het telegram
gezien gij kunt het zelve lezen; haar directeur
heeft eene nieuwe pensionnaire, die in hare groote
rol, Julie Malmaison, zal optreden; zij was buiten
zichzelven, heb ik gehoord, zij heeft geraasd en
getierd, en was niet. te houden."
Op dit oogenblik werd er een brief aan Madame
Jeanne ter hand gesteld, die in hare klompen
opsprong van vreugde. Het was een brief van een
lid van het comité te Trouville.
„Corrèze is gekomen," riep zij. „Gisteren is hij
hier een paar uren geweest, en heeft beloofd voor
de kermis "terug tc zijn; cn nu zal hij Noisette's
plaats vervullen! Hoe jammer dat wij dc Mis niet
hebben! maar op eene kermis is hij onnavolg
baar; hij kan altijd prullen voor duizenden ver-
koopen, en als diseur dc bonnes aventures ishij
meesterlijk I"
Een lichte blos overtoog Vere's gelaat, cn dit
ontging de Duchesse de Sonnaz niet h ewtl niemand
anders het opmerkte. Nu begreep Vere wie den
brief geschreven had, wie dc roeier was geweest.
Zij was verbaasd cn verlegen; maar het leven
scheen haar toch aangenamer toe dan zij eenige
uren vroeger mogelijk had geacht.
Sergius Zouroff zeide niets; hij wist niet aan
grootvorst Paul wys ik aan generaal Tomitsj,
commandant van Belgrado, als plaatsvervan
ger van Stankowitsj senator Benjamin en
als plaatsvervanger van Perowitsj dr. Zetsj.
„Dit stuk heb ik eigenhandig geschreven
in twee exemplaren en geteekend. Het eene
moet de koningin in bezit houden, het tweede
de voorzitter van den ministerraad. Deze
twee stukken bekrachtig ik met myn zegel.
(Geteekend) Alexander Kara-Georgewitsj,
koning van Zuid-Slavië."
Van de opening van dit stuk is daarop
een protocol opgemaakt.
Art. 42 der constitutie van 3 September
1931 waarop de benoeming van het regent
schap steunt, luidt als volgt:
Na den dood van den koning gaat diens
waardigheid over op den troonopvolger voor
zoover deze meerderjarig is. Is dat niet het
geval dan gaat het regentschap over op drie
personen die door den koning in een byzond9r
actestuk of in zfin testament zyn genoemd
en voor wie de koning ook dadeiyk 3 plaats
vervangers aanwijst. Is er geen actestuk of
testament aanwezig dat deregenten bepaalt,
dan kiest de nationale vergadering in ge
heime stemming deze regenten. Dit kunnen
slechts ZuidrSlavische staatsburgers zyn. De
inhoud van deze paragraaf 42 van 1931, van
de grondwet der dictatuur dus, wykt belang
rijk af van de vroegere welke reeds bepaalde
persooniykheden voor het regentschap aangaf
en wel de koningin-weduwe, den orthodoxen
patriarch, den president van het hof van
cassatie en den voorzitter van den staatsraad.
„Was ik maar by moeder".
Het eenige woord van den kleinen
Peter, toen hij hoorde dat hij koning
was geworden.
LONDEN, 10 Oct. Reeds heel vroeg
hedenmorgen werd de jonge koning Peter
van Joegoslavië, die zich, zooals bekend,
bevond op de Sandroyd School te Cobham,
gewekt. Om zes uur zat hy aan zijn ont
bijt, nog onbekend van hetgeen er met zijn
vader was gebeurd, omdat men hem niet
in zijn nachtrust had willen storen. Aan de
ernstige gezichten van het schoolpersoneel
had de jonge vorst echter reeds gemerkt,
dat er iets bijzonders was en hij legde dan
ook heel weinig eetlust aan den dag.
Om zeven uur werd hy bij het hoofd der
school geroepen, die hem mededeelde, dat
hy koning van Joegoslavië was geworden
en dat hy onmiddellijk naar zijn land moest
terugkeeren. Op welke vreeselljke wyze zyn
vader den dood had gevonden, werd hem
echter vooralsnog niet medegedeeld. De elf
jarige knaap hoorde het nieuws met bleek
en vertrokken gelaat; hij hield zich flink,
maar zei niets anders dan: „Was ik maar
bij moeder".
Alexander's uitvaart uit Marseille.
Het stoffelijk overschot van den vermoor
den Koning is gistermiddag weer aan boord
gebracht van den Zuid-Slavischen torpedo?
bootjager Dubrovnik, die den vorst naar
Marseille vervoerd had. Begeleid door twee
Pransche oorlogsschepen, de vlaggen in sjouw,
heeft het schip de haven van Marseille al
weer verlaten.
Het stoffelijk overschot van den Koning
is met militaire eer naar de haven geleid.
President Lebrun schreed naast Koningin
Maria aan het hoofd van den stoet. Daarop
volgden de ZuidrSlavische minister van bui
tenlandsche zaken Jeftitsj, de president van
de Fransche Kamer en andere hoogwaardig
heidsbekleders. De doodsbaar werd door 6
Fransche officieren gedragen, die haar by
de haven aan 6 Zuid-Slavische officieren
overgaven; deze laatsten droegen haar aan
boord.
De minister van marine, Piétri, die zooals
gemeld, tezamen met maarschalk Pétain, den
minister van oorlog, de uitvaart van den
Koning in zijn land zal bijwoneD, zal het
Btoffeiyk overschot naar Zuid-Slavië bege
leiden. Hy heeft zich daartoe ingescheept
aan boord van één der kruisers, die de
Dubrovnik escorteeren.
Voor het vertrek was het stoffelijk over
schot van den Koning in het gebouw van
de prefectuur in statie gelegd. Het was ge
kleed in de Servische generaalsuniform met
het Grootkruis van het Legioen van Eer op
de borst.
Tegen den middag leidde de chef van het
protocol van het Fransche departement van
buit. zaken Koningin Maria en President
Lebrun in de chapelle ardente. Om 16 uur
werd de kist naar de haven gedragen.
In de chapelle ardente hielden generaal
Souchez en 7 Fransche officieren de wacht.
Onder de toonen van het Zuid-Slavische
volkslied werd de kist naar buiten gedragen.
Langs den weg dien de stoet volgde, stond
een enorme zwijgende menigte. Troepen
brachten het militaire eerbetoon.
Voor de Dubrovnik vertrok, werd een mi
nuut stilte in acht genomen.
Reuter meldt nader:
Nadat de kist aan boord gedragen en daar
temidden van ontelbare kransen op een kata
falk geplaatst was, zegende een priester het
stoffelijk overschot. Daarop trad Koningin
Maria, die met moeite haar tranen bedwong,
naar voren gevolgd door de aanwezige leden
van de Zuidslavische koninklijke familie en
president Lebrun. De priester zegende de
kist ten tweede maal. De Koningin knielde
voor de kist en kuste eenige malen het dek
sel. Vervolgens boog president Lebrun diep
voor het stoffelijk overschot, waarna de
ministers Herriot en Tardieu en andere hooge
autoriteiten naar voren traden. De troepen
presenteerden het geweer; de muziek speelde
de treurmarsch van Chopin. De Koningin
keerde vervolgens, ondersteund door baar
hofdames, naar haar auto terug. Zy begaf
zich opnieuw naar het gebouw van de pre
fectuur.
k TOT 30 NOVEMBER 1934 ONTVANGT U. TEGEN INLEVERING
VAN 60 VOORZIJDEN VAN PRESTO-PAICJES AAN ONS ADRES
TE AMERSFOORT. GRATIS EEN PRACTISCH GESCHENK
(Adv.)
wien hij zijne kwade luim zou kunnen koelen
Hij sprak zijne vrouw geen woord toe, maar toen J
zijne oogen de liare ontmoetten, lager eene woeste,
toornige uitdrukking in zijn blik. Het zou hem,'
zijn halve vermogen waard geweest zijn als hij
Noisette nog tc Trouville had gehad.
„Mijne waarde prinses," fluisterde Madame de
Sonnaz haar toe, terwijl zij haar ter zijde nam;!
„nu die vrouw zoo gelukkig weg is, komt gij toch,
niet waar? Maak vooral geen scène: uw man is al
boos genoeg, 't Was alles mijne schuld. Ik had er
sterker tegen moeten zijn dat zij ook eene tent
had, maar ziet gij, de wereld is tegenwoordig zoo
onverschillig, en cn ik kou ook niet denken
dat gij het wist."
Een blos van ergernis kleurde Vere's gelaat.
Dc ontrouw van haar echtgenoot kon zij verdragen,
maar zij kon niet aanjhooren dat eene andere vrouw
er toespelingen op maakte.
„Ik zal komen," zeide zij kortaf, „als gij meent
dat daardoor onaangenaamheden vermeden wor
den. Het hoofddoel van 't leven schijnt wel te zijn
te voorkomen wat gij „scènes" noemt.
„Van dc mannen ten minste wel," zeide Madame
Jeanne. „Dc vrouwen houden van scènes, maar
de mannen zijn er afkeerig van; waarschijnlijk
omdat zij altijd ongelijk hebben en er slecht af
komen. Ik was het volkomen met u eens ten opzichte
van Mademoiselle Noisette, maar ik geloof niet
dat ik gedaan zou hebben zooals gij gedaan hebt,
dat ik gesproken zou hebben zooals gij. 't ls de
moeite niet waard. Geloof mij, het verandert er
toch niets aan."
„Wie heeft u gezegd wat ik gedaan, hoe ik
gesproken heb?" vroeg Vere eensklaps, hare vrien
din strak aanziende.
Madame de Sonnaz was, voor 't oogenblik, een
weinig verlegen.
„Er zijn maar twee menschen, die het weten,"
zeide Verc; „Nadine cn haar broeder."
„Nadinc heeft liet mij niet gezegd," antwoordde
de hertogin zich herstellende en met een lachje.
„Gij moest nu al weten, Vera ik mag u immers
wel Vera noemen? dat uw man geen geheimen
1 voor mij heeft. Sergius en ik zijn reeds zoo lang
goede vrienden geweest zoo verschrikkelijk
lang dat ik mij werkelijk oud gevoel als ik de!
jaren tel sedert ik hem voor dc eerste maal in het
Bois zag rijden. O le beau temps! Morny was nog
niet dood, Parijs was nog niet republikeinse!!, het
haar werd nog niet plat gedragen, het realisme
was nog niet uitgevonden en ik was nog geen
twintig jaar. O le beau temps! Ja, Sergius heeft mij
alles verteld van dc scène die gij hem gemaakt
hebt hij noemde het eene scène; ik' zeide hem
dat er gevoel van betamelijkheid uit sprak en het
vleiend voor hem was, en toen werd hij verschrik
kelijk boos, en het speet mij dat ik zoo onbedacht
zaam gesproken had. Mijne lieve, gij zijt nog zoo
jong; gij weet dat nog zoo niet, maar gij moet een
man nooit laten merken dat gij jaloersch zijt, al
zijt gij het ook,"
„Jaloersch!" Al het bloed der Herberts werd als
vuur in Vere's aderen, cn met eene uitdrukking
van onuitsprekelijke verachting cn verontwaardi
ging zag zij Madame de Sonnaz aan. Deze lachte
plagend.
„Jaloersch, wel zeker, jaloersch. Als gij niet
jaloersch waart, waarom zoudt gij dan zoo op het
vertrek van die vrouw aangedrongen hebben?"
„Waar niets anders dan afschuw bestaat, is geen
jaloezie mogelijk," zeide Vere snel. met op elkaar
geklemde tanden. „Dat schijnt gij niet te be
grijpen; men gevoelt beleedigingen voor zichzelf.
Zulk eene beleediging is voor eene vrouw, wat een
slag in 't aangezicht voor een man is."
Madame Jeanne haalde de schouders op.
„Mijne waarde, dan zijn we allen bont cn blauw
geslagen, nous autres. In theorie hebt gij natuurlijk
gelijk, maar in praktijk gevoelt niemand dat zoo;
of wie het zoo gevoelt, zegt liet tenminste niet.
Maar wij zullen er niet verder over spreken. De
vrouw is weg. Nu komt gij, omdat gij gezegd hebt
dat gij in uwe tent zoudt staan als de hare was
weggenomen. Wij nemen die niet weg, omdat wij
er geen tijd voor hebben, maar wij hebben ze aan
Corrèze gegeven. Gij hebt hem wel ontmoet in
gezelschap, bedoel ik? Ik geloof het wel."
„Tc nauwernood," zeide Verc; en zij voelde haar
gelaat gloeien, omdat zij zeker was dat de brief
van hem was gekomen, en dat de visscher, die
met zijne boot wegge roei d, geen ander was dan
de Venetiaansche luitspeler.
„Zij heeft hem wel eens ontmoet, en zij wil het
niet zeggen," dacht Madame Jeanne, vlug in het
opmerken, vlug in het maken van gevolgtrekkingen
en, evenals alle menschen van ondervinding, ge
neigd om er het ergste uit af te leiden.
Maar de bellen van de paarden, als Vlaamsche
karrepaarden opgetuigd, voor de rijtuigen gespan
nen, klonken in de oprijlaan, en de met kwasten
en linten versierde postiljons klapten met hunne
zweepen. Er was geen tijd te verliezen, en met
weerzin liet zij Vere gaan. Toen zij met Sergius
Zouroff in| zijn phaëton naar Trouville reed, gaf
zij hare eigene lezing van haar gesprek met Vere.
Eenige dingen overdreef zij, en andere verzachtte
zij; zij gaf hem alle reden om tc gevoelen dat zijne
viouw hem verafschuwde, maar zij zeide niets van
Corrèze, omdat zij eene voorzichtige tactiek had,
en eene vrucht nooit aanraakte voordat zij rijp
was om te plukken.
„Misschien verbeeldde ik het mij maar," dacht
zij, terwijl zij, in al de drukte van hare loterij en
al het gedrang van de haar bewonderende menigte,
tijd vond om menigen blik naar de tent van
Corrèze te werpen en opmerkte dat hij zich vol
strekt niet met zijne buurvrouw aan de overzijde
bemoeide. Overal elders was hijJiij deed wonderen
van overredingskracht en had cm- uitmuntend den
slag van om zijne waar, den halven inhoud der
winkels van het Palcis Royal, aan den man tc
brengen, altijd omringd door een troep kinderen,
die hij met suikergoed als overstroomdemaar geen
oogenblik was hij bij Prinses Zouroff. Hij had
Noisette's vlag weggenomen, en er eene voor in
de plaats gesteld met zijn eigen embleem: een
Amor, wiens vleugels in eene doornige rozestruik
verward waren. Hij was een waarzegger, een clair
voyant; hij kleedde zich als een Savoyaavd, en
zong vreemde, welluidende liederen bij eene oude
ivoren gitaar.
(Wordt vervolgd).