ldelharnis
EERSTE BLAD
fc WENNENS Co.
verkoopingen.
ïoed Gereedschap
't Halve Werk
Ijzerwerk
DIE-WATERVERF
leste
eiwel, Wassenaar),
e jaren gedrukt ter
iverzorgen?
VRIJDAG
21 September 1934
16* jaargang. - n°. 90
Opinie's van een Flakkeeënaar.
feuilleton.
MOTTE N.
van encephalitis zijn wel is waar min-
[requent, maar daarbij valt te bedenken,
aantal vaccinaties sterk is teruggeloo-
onder den invloed van de ongunstige
'gen.
Idezen stand van zaken kan naar hot oor-
|van den minister nog niet gezegd worden,
et gevaar van de vaccinatie geweken is;
kan aan herstel van den indirecten
tot vaccinatie nog niet gedacht worden.
eindoordeel over het encephalitis-
stuk is nog niet mogelijk. Men zoekt nog
vegen naar een oplossing. Zoolang ten
I niet zekerheid bestaat, hetzij in positie-
etzij in negatieven zin, blijft er voor den
ver geen andere keuze over dan verder
M.
opschorting wordt daarom voorgesteld
Januari 1937.
DONDERDAG, 20 SEPTEMBER 1934
I Inzet in het Cafu 03sewe(jer,
DONDERDAG, 27 SEPTEMBER 1934
Afslag in het Café Schipper, te Nieuwe-
nge, telkens des avonds S uur (zomert
|t huis met erfpacht van den grond
het perceel aan den Noordlandschen
Ik te Nieuwe-Tonge, Sectie A nr. 1602,
pot 72 centiaren. Ten verzoeke van de
ven J. Muije v. d. Veer.
Notaris VAN BUUREN.
bONDERDAGEN 20 EN 27 SEPTEM-
lR 1934, telkens 's nam. 3 uur (Zomertijd)
Oude Tonge, resp. in Hotel „Van Veen"
„De Weerd", Veiling en Afslag van
Een Huis met Koetshuis, te Oude Tonge,
de Voorstraat; b. 14.18.70 H.A. (30 Gem.
R. V. Maat) Bouwland, te Oude Tonge
lien Polder „Het Oudeland", en c. 8.SS.80
V (19 Gein. 106 R. V. Maat) Bouwland,
INieuwe Tonge, in den polder „Batte-
Ird". Breeder omschreven bij Notitie die
Itis verkrijgbaar is. Behoorende tot de na-
Tnschap van Mejde Wed W. van Putten
Geelhoed te Oude Tonge.
L. VAN DER SLUYS, Dirksland,
en A. I. GEELHOED, Maassluis.
ONWEER BOVEN FRIESLAND.
|ERENVEEN, 16 Sept. In den afge-
nacht on-tlasttezich boven het Z.-O. van
land een kort doch op sommige plaatsen
Iwaar onweder. De blisem sloeg te Ech-
polder in de woning van den heer B.
Iwaar groote schade werd aangericht. De
|iers waren vanwege het onweer naar de
gegaan, zoodat deze glukkig geen let-
Ikwamen.
rt daarop werd de woning van den kapper
raaf, getroffen. De lampen werden hier
lid, maar verder geen schade aangericht.
Tiiiiende telefoonpalen zijn versplinterd,
leulen van den heer Muurling werd in de
1 gedood, terwijl verder in tal van plaat-
te in slooten geraakte, zoodat de boeren
lat moeite hadden het weer op het droge
Ingen.
en daarbij een
dagelijksch
genot.
Tej. M. R
waarborgt geringe
onderhoudskosten.
I.V.Feiienoortl's Ijzerhandel
|v. d. Takstraat 24
ROTTERDAM
|eleï. Interc. 50188—52141
Gevestigd sedert 1892.
ïlken boekhandel.
Prijs per kwartaal
Losse nummers
f 1
0,076
ADVERTENTIËN
van 16 regels1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen enDienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdagmorgen en Vrijdagavond.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
„Nog eens over het Geld".
li.
We hebben de vorige week zoo opge
merkt in ons vorig artikel dat geld feite
lijk alles in onze maatschappij beteekent.
We hebben dit niet gedaan met de be
doeling „geld" tot „godsdienst" te maken.
Maar alleen om er op te wijzen, dat geld
een machtige factor vormt in ons leven
en ten slotte „het spilletje" waar de wereld
om draait.
Wat is geldl Geld is de benaming voor
een vast waarde- en ruilmiddel, waarin
wij de waarde van alle dingen uitdrukken.
Wij koopen er machines voor, maar; we
koopen er ook arbeidskracht mee. De
„vermenging" van deze tweegeeft een
product, dat „geld" waard is, dus „nieuw
geld" vormt. Uit deze conclusie volgt, dat
zij die geld maken, industrie, landbouw,
nijverheid, eigenlijk de meest gewaardeer
de menschen hooren te zijn in onze samen
leving. En om nog een stapje verder te
gaan komen we hierop: dat handel en
nijverheid (de geld-makers) den welstand
van een land bepalen.
Helder hierop volgt weer, dat wanneer
„men" bepalingen maakt die wel geld
kosten, maar niet opbrengen men feitelijk
een misslag doet tegen het economisch
leven in.
Alle wettelijke bepalingen, die handel
en bedrijf belemmeren (waar men „het
geld" maakt) ondermijnen de welvaart.
In deze tijden klinkt dit heel logisch, we
weten nu zoetjes aan de gevolgen van
contigenteering, van invoerverboden wel.
Een van deze ingrijpende factoren
is de belasting. Belasting is de nood
zakelijke opbrengst aan den staat om de
staatsdiensten te bekostigen, (publieke
veiligheid, onderwijs (lager en hooger)
ambtenaren, enzj.Niemand zal belasting als
zijn aandeel in de staatszorg onbillijk
kunnen vinden maar daartegenover
staat dit, dat de belastingen ook zoo laag
mogelijk moeten zijn en niet meer vormen
dan de strikt noodzakelijke bedragen'
Hooge belastingen zijn een strop voor het
land het geld, dat anders „verteerd
kan worden moet nu gespaard worden
voor belasting. We komen op een hellend
pad, als steeds hoogere belastingen het
nog voorradige geld opeischen.
Natuurlijk komt een gedeelte van het
belastinggeld toch handel en nijverheid
ten goede. Maar een groot gedeelte is
niet bestemd om opnieuw in het productie
proces ingeschakeld te worden.
Te veel bureaucratie (men bedenke dat
ambtenaren geen nieuw geld maken gelijk
de industrie! maar wel geld z/ezbruiken)
vormt een geld-verspillend concern, waar-
OUÏDA
Naar het Engelsch door
C. BAARSLAG.
57)
„Waarom verveelt gij iemand nooit?" zeide Zou-
roff tot haar, toen hij, bij gelegenheid van een der
prachtigste feesten van het winterseizoen, met
haar op de Newa walste.
Madame Jeanne lachte.
„Misschien omdat ik Ieelijk ben, of omdat, zoo
als gij eens gezegd heb, j'ai Ie talent de m'enca-
nailler. Maar er zijn zoovelen, die dat hebben!"
Hij zeide niets; maar als hij haar voelde draaien
en zweven met de vlugheid van eene zwaluw, en
zoo veerkrachtig en onvermoeid, alsof hare heupen
op stalen veeren wiegelden, begreep hij dat het
kwam doordat zij zichzelve nooit verveelde. „Elle
se grise si bien," zeide hij van haar, toen hij haar
dien avond aan een officier van de Lijfwacht had
overgedaan. Se griser door drinken, of door spel,
of door dwaasheden, of door politiek is de kunst,
die aan de orde van den dag is. Matig wezen is dom.
Zijne vrouw, in haar hermelijn, dat in breede
plooien om hare gestalte golfde als een kleed van
sneeuw, door geen enkele kleur afgewisseld, met
hare ernstige, trotsche oogen en hare stille, lang
zame bewegingen, mocht de bewondering van het
hof en de stad trekken, maar voor hem had zij
niets bekoorlijks. Zij behoorde hem; hij had voor
haar een prijs betaald, waar hij soms spijt van had,
en zij had hem vernederd. In zekeren zin was zij
eene gestadige vernedering voor hem, want hij
bezat verstand genoeg om hare zedelijke waarde
te erkennen, en te weten dat hij nooit waardig was
geweest een voet over den drempel harer kamer
te zetten, den zoom van haar kleed aan te raken.
In den grond van zijn hart gevoelde hij onwille
keurig een zekeren norschen eerbied voor haar, die
bij we vooral niet zeggen dat ambtenaren
hun geld niet waard zijn, maar alleen dit,
dat hoe minder ambtenaren de staat, door
goede en practische indeeling van zijn
systeem, noodig heeft, hoe beter het dien
staat zal gaan
We hebben wel eens hooren zeggen:
„de staat (is er goed voor" met geld of
wat ook, maar alles is minder juist dan
dit. Hoe minder geld de staat noodig
heeft, hoe beter het voor het land zelf is.
Lage belastingen brengen welvaarten
hieraan moeten de gemeenteraden mede
werken. En als zij de gemeenteraden
geld uitgeven dan dienen ze zich eerst
at te vragen wat de economische gevolgen
van die daad zijn. En niet wat het gods
dienstig ideaal is. Op Flakkee moet men
daar voortaan maar eens beter aan gaan
denken. Volgende week Vrijdag gaan we
weer door. J. B.
1) Er zijn natuurlijk nog meer factoren als grond-
stolfen (die dikwijls een soortgelijke weg gegaan
hebben); maar dit zullen we om de zaak eenvoudig
te houden, buiten beschouwing laten.
2) De bedoeling is heelemaal niet om „den
zakenman" als .waarde voor de samenleving"
boven den ambtenaar te zetten. Beiden hebben
haar eigen gebied, dat zij bestrijken en een goed
ambtenaar die zijn taak en positie begrijpt in onze
samenleving .is even belangrijk en onontbeerlijk
al de besten van de andere catagorie „menschen".
DRAIStftA-vAN-VALKmBURG'S-
e A -'i LEVÉRTRAM
Prijs verlaagd tot 70 ct. per flacon.
(Adv.)
Verslag van de vergadering van den Raad
der Gemeente Ouddorp, op Dinsdag
18 September, des namiddags te 2.30
uur.
Voorzitter: Burgemeester Gobius du Sart.
Afwezig met kennisgeving de heer J. West
hoeve.
De VOORZITTER opende de vergadering
met gebed en heette in het bijzonder welkom
den heer Mastenbroek, die wegens ziekte 'ang
de vergaderingen niet heeft kunnen bijwonen.
Daarna werden de notu'en gelezen en on
veranderd vastgesteld.
Ingekomen stukken:
De begrooxing van den Keuringsdienst van
Waren waarin voor deze gemeente een bij
drage is uitgetrokken van 399,91.
De Secretaris deelde mede dat dit aanzien
lijk beneden het geraamde bedrag is.
Van het Ministerie van Onderwijs, K. en W.
bericht dat een voorschot verleend zal worden
voor de kosten van het lager onderwijs over
1934 van 6000,
Van Ged. Staten bericht dat goedgekeurd
is een wijziging van de Gem. begrooting.
Van den Keuringsdienst van Waren de
hem met eiken dag slechts des te meer van haar
vervreemdde.
„Waarom zijt gij ook met eene jonge heilige
getrouwd?" zeide zijne vriendin, Madame Jeanne,
altijd op een toon van spottend beklag tot hem.
Had hij dan liever gewild dat zij ook zondigde?
Er waren oogenblikken dat hij dit bijna wenschte;
dat hij, zelfs ten koste van hetgeen hij er zelf bij
zou verliezen, dat hoofd wel onder het bewustzijn
van kwaad gebogen, die oogen van schaamte neer
geslagen had willen zien, om haar ten minste eens
een bitteren scheldnaam naar 't hoofd te kunnen
werpen.
Want er waren oogenblikken dat hij haar bijna
haatte om de reinheid, die uit haar blik straalde,
om de edele fierheid van haar karakter, om het stil
geduld waarmee zij zijne veelvuldige beleedigingen
verdroeg. „Wat geeft haar eigenlijk het recht,"
dacht hij, „zich zoover boven ons allen te stellen?
Zij heeft zich aan mij overgegeven om mijn rang,
evenals anderen gedaan hebben om mijn goud."
De koude winter ging in eene gestadige afwisse
ling van genot voorbij, en te midden daarvan ge
voelde Vere eene treurigheid, waarin eene zekere
wroeging lag. De oude hertogin te Bulmer stierf
na eene ongesteldheid van éen dag; zij was ge
storven zonder dat er iemand bij haar was dan
hare getrouwe dienstboden, en onder de oude eiken
op de kust van de noordelijke zee begraven. Vere
betreurde haar oprecht. „Zij is gestorven zonder
mijne ware geschiedenis te kennen," dacht zij, met
bittere smart; en de overledene had geen woord
van vergiffenis, niets ter herinnering achtergelaten
om haar te troosten.„Wij zijn eene haatdragende
familie," dacht Vere verdrietig. „Ik kan ook niet
vergeven. Verdragen kan ik, maar vergeven niet."
Dit sterfgeval en haar eigen gezondheidstoestand
gaven haar eene reden en eene verontschuldiging
om zich eene poos aan de wereld te onttrekken.
Zij leefde in afzondering, terwijl haar echtgenoot
met de Duchesse Jeanne op Keizerlijke bals en
winterfeesten walste en soupers gaf in de café's
waar de kamers lustpireelen van palmen en rozen
waren en waar tot zonsopgang gedronken werd.
Zij bleef in hare eenzaamheid in het groot, weel-
Balans, Verlies en Winstrekening over 1933,
welke sluit met een ontvang en uitgaaf van
6678,15.
De goedkeuring over de gemeenschappelijke
regeling van den Vleeschkeuringsdienst.
De Begrooting van dezen dienst voor het
jaar 1935 welke smit met een ontvang en uit
gaaf van 4433,27.
Deze begrooting wordt vastgesteld.
De rekening van dezen dienst geeft over
19v,o ecii w.nstu.tkeenng voor deze gemeente
aan van 19,21
De VOORZITTER deelde mede dat het
salaris van den keurmeester eveneens met
5 is gekort.
Vaststelling wijziging ambtenarenreglement.
VOORZITTER zeide dar de betreffende
bonden gehoord zijn over de voorstellen tot
het aanvullen van dit reglement, ingevolge
ministrieel schrijven met de verbodsbepalingen
inzake de revolutionaire gezindheid. j
De Bonden hebben op deze wijziging goed
gunstig beschikt en thans stellen B. en W.
voor deze wijziging definitief vast te stellen.1
Daartoe werd besloten.
Van den Algem. Nederl. Politiebond was een
schrijven ingekomen, waarin werd aangedron
gen het salaris van de gemeenteveldwachters
niet te verlagen, waardoor zij beneden het peil
der bezoldiging van de Rijksveldwachters
komen.
VOORZITTER zeide dat dit ook eigenlijk
onbillijk is. Maximum kan de veldwachter aan
inkomen genieten netto 1750,waar de.
Minister echter de salarisgrenzen heeft be
paald, hebben B. en W. geen vrijmoedigheid
hiervan af te wijken en hooger salaris toe te
kennen. I
Daarna werd besloten de salarissen vast te.
stellen van 1400,tot 1900,met 10
pensioenverhaal.
Van den Commissaris der Koningin was een
schrijven ingekomen inhoudende een verzoek
om de politieambtenaren te laten deelnemen
aan den politiecursüs 19341935, waarvan de
kosten bedragen 25,per cursist.
De meerderheid van B. en W. stelde voor
het bedrag ad 50,ie voteeren. Wethouder
WESTHOEVE verklaarde zich er tegen. Spr.
meende dat de politie zelf haar opleiding moet
betalen.
A. PADMOS vroeg of men gedwongen zou
kunnen worden dit bedrag ce voteeren.
VOORZITTER zeide zulks niet te weten.
A. PADMOS meende dat het geven van dit
cursusgeld eigenlijk niet in orde is. Bij de be
noeming moet men zien of de sollicitant vol
doende onderlegd en voor zijn taak berekend
is. Het gaat niet aan zich te bekwamen voor
het vak waartoe men reeds benoemd is op
kosten van de gemeenschap. Het leeren van
die geraffineerde schurkenstreken, en om die
daarna hier in praktijk te brengen, moet voor
dien gebeurd zijn. Het voorstel van de meerder
heid van B. en W. werd in stemming gebracht
en verworpen met 9 tegen 1 stem, die van
wethouder Breen.
Van Ged Staten was wederom een schrijven
ingekomen, inzake hei te maken streekplan
voor Goeree en Overflakkee, teneinde de lint
bebouwing langs de Prov wegen te weren
VOORZITTER zeide, dat deze gemeente er
inderdaad niet zoo'n groot belang bij heeft als
andere gemeenten op dit eiland. Toen voor
ziet spr. dat het t.z.t. noodzakelijk zal blijken
dat een uitbreidingsplan voor deze gemeente
gemaakt zal moeten worden om in de be
bouwing een weinig orde te scheppen. Het
maken van zoo'n uitbreidingsplan kost in, den
regel veel geld. B. en W. hebben daarom ge
meend wel de gevraagde subsidie te verleenen
derig, zorgvuldig verwarmd paleis der Zouroffs,
waar nooit een tochtje binnendrong. Hare gezond
heid leed door die gevangenschap in eene oranjerie,
die even onnatuurlijk voor haar was als het voor
een der jonge eiken van Bulmer-Chase, of voor
eene van de reeën, in de Bulmersche bosschen ge
boren, geweest zou zijn.
Een tweede kind werd geboren, maar kwam
dood ter wereld: een teer, bleek wicht, dat het
levenslicht niet aanschouwde. Zij was lang ziek, en
zelfs hare langdurige zwakte was haar welkom als
eene tijdelijke bevrijding van het hofleven, van de
wereld en van haar echtgenoot.
Toen zij eindelijk sterk genoeg was om in de
lucht te komen, was de Newa niet meer met ijs
bedekt, knopten zelfs in Rusland de boomen, en
sproten de teedere grasscheuten uit de aarde.
De Duchesse de Sonnaz was reeds lang te Parijs
terug, en Prins Zouroff was er ook heengegaan,
omdat hij daar zaken had. Per telegram ontbood
hij er zijne vrouw, zoodra zij in staat was de reis
te ondernemen, en zij kwam er met Madame Nela-
guine, toen al de seringen in de tuinen der Tuile-
rieën cn van het Luxemburg en achter het Hotel
Zouroff in de Avenue de Bois de Boulogne in bloei
stonden.
Een jaar was verloopen sedert zij Corrèze het
laatste had gezien.
Zij had bij geruchte vernomen dat hij alle enga
gementen in Rusland had afgeslagen, onder voor
wendsel dat zijne keel den vorigen keer door het
klimaat geleden had. Zij had in de nieuwsbladen
gelezen dat hij te Madrid en te Weenen gezongen
had, dat hij, om zich te ontspannen, te Rome was
geweest cn sedert eenige maanden als altijd de af
god "van Parijs was.
Toen zij daar kwam, dacht zij terstond weder
aan hem.
Een blos van opgewekt leven kwant op haar
bleek gelaat te voorschijn, en haar hart klopte
snel bij het vooruitzicht van weder in de opera de
stem te zullen hooren, die de „Nuit de Mai" ge
zongen had. Het was nu Mei, maar voor haar was
het nacht, een lange, donkere, hopelooze nacht.
„Voilé la belle Princesset" zeide eene jonge hand
voor dit streekplan,'echter onder voorwaarde,
dat tevens een uitbreidingsplan voor deze ge
meente gemaakt zal worden.
Wethouder WESTHOEVE voelde voor die
bijdrage niet veel en zag de noodzakelijkheid
voor een uitbieidingsplan nog niet in.
BOSLAND zeide het te moeten betreuren
dat de vrijheid van bebouwing zoo aan banden
zal worden gelegd. Spr. zag liever dat elk kon
laten bouwen waar en hoe hij dat wenschte.
VOORZITTER zeide dat dit nU eenmaal
niet meer gaat. Ook de bouwverordening geeft
beperkende bepalingen en wij mogen toch con-
stateeren dat een bouwverordening noodig en
nuttig is gebleken. Ieder geniet in alles een
zekere mate van vrijheid, zoolang deze blijft
binnen het kader van de wet.
A. PADMOS meende dat het streekplan Van
geen belang was en dat een weigerende hou
ding xegen dit plan geen zondigen was tegen
den geest der wet. Spr. meende, dat het tijd
genoeg was dit geld te voteeren als men de
gemeente met de wet daartoe dwingt.
VOORZITTER zeide dat er reeds een ver
bod is om langs de Prov. wegen te bouwen.
BOSLAND: Dan behoeven wij dit toch nu
nog niet eens te gaan beperken, dan is ons dat
ve.bod reeds voldoende.
VOORZITTER zeide dat het eigenlijk geen
bouwverbod was, doch de Provincie geeft geen
uitweg voor woningen, zoodat het daardoor
onmogelijk wordt gemaakt langs de wegen te
bouwen.
Daarna kwam het voorstel van B. en W.
om alsnog mede te werken aan het streekplan
in stemming, dat werd verworpen met 7 tegen
3 stemmen. Voor stemden de heeren Breen,
Hameeteman en Westdijk.
Van de Wed. H. Komtebedde was een ver
zoek ingekomen om een rioleering nabij haar
woning.
VOORZITTER zeide dat het reeds voordien
een pünt van bespreking heeft uitgemaakt;
het is echter gebleken dat het daar wel nood
zakelijk is en mitsdien stelden B. en W. voor
aan dit verzoek te voldoen. Daarna werd alzoo
besloten.
De VOORZITTER zeide, dat in de vorige
vergadering de stemming heeft gestaakt over
navolgende voorstellen:
1°. het salaris van den Burgemeester on
veranderd vast te stellen, althans Ged. Staten
dit te adviseeren, op 3700,2°. het voor
stel van B. en W. om het salaris van den
lsten ambtenaar ter secretarie te bepalen op
1600,waardoor het eenigszins in overeen
stemming is gebracht met de bezoldigingen
van zijn ambtgenooten in andere plaatsen ook
van dit eiland en daarop dan 10 pensioen-
verhaal toe te passen
De VOORZITTER vroeg of iemand daar
over nog het woord verlangde
TANIS vroeg of in de gemeentewet een
wijzig'ng was gekomen, want vroeger kon geen
discussie meer worden toegestaan over onder
werpen waarover de stemmen staakten
VOORZITTER zeide dat zulks inderdaad
is gewijzigd
Allereerst kwam, toen geen der leden daar
over meer vragen had te stellen of opmerkin
gen te maken, het voorstel Breen in stemming
om het salaris van den Burgemeester niet te
verlagen. Dit voorstel werd verworpen met
6 tegen 4 stemmen. Voor stemden de heeren
Wethouders, Hameeteman en Westdijk.
Bij punt twee zeide de Voorzitter dat in de
vorige vergadering een lijst van bezoldigingen
ter tafel is geweest van de gemeenten buiten
het eiland. Ook van de gemeenten op het
eiland is een overzicht verkregen en daaruit
bleek dat een bezoldiging van 1600,nog
werkster, met een zucht van afgunst, terwijl zij
toevallig bij Jiet groote, vergulde hek van het Hotel
Zouroff stond, toen Vere het binnenreed, achter
over leunend tegen de kussens van haar rijtuig,
lusteloos door physieke en moreele afmatting, wat
het meisje voor de trotsche onverschilligheid en
traagheid van eene groote dame hield. Zij was
schooner dan ooit, maar zag er veel ouder uit dan
zij was; hare jeugd was in haar bevroren; in hare
aderen, in haar hoofd, in haar hart, scheen alles ijs
te zijn. Prins Zouroff ging haar tot onder aan de
trap tegemoet. Hij was sedert twee maanden te
Parijs.
„Ik hoop dat gij niet al te vermoeid zijt?" zeide
hij beleefd, en gaf haar zijn arm om de trap op te
gaan. „Gij ziet verschrikkelijk bleek," liet hij er
op volgen, toen zij in het salon alleen waien. „Gij
zult werkelijk rouge moeten opleggen; geloof mij."
En alsof hij zich een plicht herinnerde, gaf hij
haar een onverschilligen kus.
„Ik vertrouw dat gij v wèl genoeg zult gevoelen
om van avond naar Orloff te gaan?" ging hij voort;
„ik heb beloofd dat gij komen zoudt, en Worth
heeft ntij gezegd dat hij een nieuw wonderstuk,
opzettelijk voor u vervaardigd, gezonden heeft,
't Is eene partij ter eere van den groothertog."
„Ik zal zeker wèl genoeg zijn," antwoordde Vere
eenvoudig. „Als gij 't mij vergunt, zal ik naar mijne
kamer gaan om wat uit te rusten."
Zij begaf zich naar hare slaapkamer, waar de
„slavin" van Geróme aan den wand hing.
„Dat alles is van ochtend en gisteren voor Ma
dame gekomen," zeide hare kamenier, haar een
tafel vol brieven, uitnoodigingskaarten en een
grooten ruiker rozen te midden daarvan aanwij
zende.
Den geheelen winter had zij zich in Petersburg
door rozen omringd gezien, doch dit waren zulke
bijzonder frisschc bloemen, niet in de kassen ge
kweekt, in alle verscheidenheid van klem en soort,
en liefelijk van geur; maar tusschen al die fijne
rozen in stak ccne gewone mosroos, en daarnaast
een takje egelantier.
Zij boog het gelaat over de geurige bloemen.
„Van wien komt die ruiker?" vroeg zij; en eer
maar heel normaal is en de gemeente zich dan
nog mag verheugen in een goedkoope huis
houding voor het administratieve werk.
Daarna kwam ook dit voorstel in stemming
en wederom staakten de stemmen. Voor stem
den de heeren Breen, Bosland, Hameeteman,
Westdijk en KI. Westhoeve.
VOORZITTER zeide dar geacht moest wor
den, dat het voorstel was verworpen.
A. PADMOS had een hatelijkheidje aan het
adres van den heer Bosland over diens ge
wijzigde houding over dit punt.
VOORZITTER zeide dat zulks ongepast
was en geen critiek uitgeoefend mag worden
over een stemming.
A. PADMOS: Nu ja, enfin, ik heb het toch
lekker eens gezegd.
Van den Bestuürdersbond was een schrijven
ingekomen waarin werd aangedrongen:
1°. Om een toeslag op óe steünuitkeering
voor de premie van het Ziekenfonds, in deze
S.B.Z.;
2°. Om meer en op ruimere schaal goed
koope Margarine te verstrekken;
3°. Om uiikeering van een brandstoffen-
toeslag.
VOORZITTER zeide, dat het eerste punt
meerdere malen een punt van bespreking in
B. en W. is geweest. B. en W. meenden echter
dai dit een vrij gevaarlijk punt was, omdat
het co"ege verwachtte, dat een zeer groot
aantal werkeloozen dan de premie niet meer
zal betalen, zoodat zoowat alles ten laste van
de gemeente zal komen.
Inzake het op ruimer schaal verkrijgbaar
stellen van goedkoope margarine kunnen B. en
W. mededeelen, dat reeds bij herhaling daartoe
bij den Minister is aangedrongen. Wij zijn
reeds dikwijls verder gegaan dan we mochten,
zagen dikwijls wat door de vingers, doch bij
de controle werd dit ontdekt en ons gewezen
op de overtreding. Wij kunnen dus niet verder
gaan, tenzij een nieuw wettelijk voorschrift
verschijnt.
Voor wat betreft den toeslag voor brand
stoffen moeten wij eveneens wachten op den
Minister, die heeft te bepalen of dit mag.
A. PADMOS zeide dat hij er in principe
voor was dat elk voor zich zelf zorgde, doch
hoe kan een werkelooze, die 4,90 of 5,40
steun geniet, die premie betalen en verder de
hoogst noodige artikelen koopen. Laten wij
liever trachten geen toeslagen te geven, doch
de steunbedragen verhoogd te krijgen met
b.v. 1,50.
VOORZITTER zeide dat dit thans niet aan
de orde is, dat Padmos daarover in de rond
vraag voorstellen kan doen.
VOORZITTER ste»de voor om B. en W; te
machtigen om te zien wat er nog in het belaög
van de werkeloozen gedaan kan worden. Alzoo
werd besloten.
Vaststelling Gemeenterekening, dienst 1933.
T. TANIS rapporteerde namens de commis
sie van onderzoek, dat deze sloot in ontvang
met ƒ83.355,51, u.tgaaf ƒ78.056,47, alzoo met
een voordeelig saldo in gewonen dienst van
5299,04, en in Kapitaaldienst met een voor
deelig slot van ƒ99,61. De commissie had geen
opmerkingen direct op de rekening, al advi
seerde zij B. en W. wat zuiniger te zijn, daar
de ambachtslieden knap hoog schreven.
Daarna werd de rekening vastgesteld.
Eveneens werd vastgesteld de rekening van
het Burgerlijk Armbestuur met een nadeelig
saldo van 9,42.
Rondvraag.
De VOORZITTER gaf allereerst den heer
A. Padmos gelegenheid zijn voorstellen té be
handelen inzake verhooging van steunnormen.
PADMOS zeide dat hij thans eigenlijk niet
zij het vroeg, wist zij het.
Niemand anders in huis wist het. De ruiker was
dien ochtend voor haar gebracht. Er was geen
andere naam bij genoemd dan de hare. Het takje
egelantier zeide haar echter dat het de welkomst
groet van Corrèze was, die haar niet vergeten had.
Welk een andere welkomstgroet dan die van haar
echtgenoot, die haar bevolen had rouge op te leg
gen en naar een bal te gaan.
„Ik dacht niet anders of hij was mij vergeten!"
peinsde zij; en hoe vermoeid zij ook was, zette zij
eigenhandig de rozen in eene vaas, en zij stonden
dicht voor haar bed toen zij in slaap viel.
Zij, die zoo trotsch was, bezat geen ijdelheid. Zij
vond het zonderling dat hij, in zijne schitterende
en bedrijvige loopbaan, vol afwisseling en zege
praal, zich dien zomerochtend aan zee, met een
kind, kon herinneren.
Dien avond ging zij naar het schitterend feest
bij prins Orloff; zij legde geen rouge op, maar Parijs
vond dat zij er nooit zoo bekoorlijk had uitgezien
onder de diamanten op hare borst had zij een takje
egelantier gestoken, dat niemand zag. Dit scheen
haar toe een talisman te zijn, uit haar vroeger
leven afkomstig toen zij en de wereld elkander
vreemd waren.
Het was eene groote partij. Corrèze was een van
de gasten; hij naderde haar niet.
Een volgenden avond zat zij in hare loge in de ope
ra. Corrèze zong in de „Prophéte". Van het tooneel
af, ontmoetten zijne oogen de hare, en in zijn blik
lag iets, dat haar hart doortintelde en haar bij
bleef. Nooit was hij meer in zijne kracht geweest
dan dien avond. De Duchesse de Sonnaz, die Vere
vergezelde, applaudisseerde dat haar waaier er van
brak.
„Men zegt dat er twee tenorstemmen zijn; la
voix de clairon et la voix de clarinctte," zeide zij.
„De stem van Corrèze is de voix de clairon van een
aartsengel."
Vere zuchtte diep.
Jeanne de Sonnaz zag haar eensklaps vorschend
aan.
(Wordt vervolgd).