f 1.15
-EDRAGFN
Stad a. 't Har i n g vliet
eerste blad
onze Flanel
ade - Middelharnis
'ktuigen - Motoren
en het beste vindt U bij
GRATIE-INRICHTING
:LGISCHE MAATSCHAPPIJ
ÏEMEENE ASSURANTIËN N.V.
G. PENNING ZOON - DIRKSLAND
UDIE-WATERVERF
Beste
VRIJDAG
17 AUGUSTUS 1934
Hollanders in den Alpenrit.
MOTTE N.
1
r
feels hun reis voortzetten.
Volgens het voorloopig onderzoek moet het
|ngeluk veroorzaakt zijn door een fout van
en der treinbeambten.
De botsing.
De botsing geschiedde tusschen een snel
trein, die Halle had verlaten en een binnen-
amenden extra-trein uit Leipzig.
De machinist van den extra-trein werd ge
lood.
Nader vernemen wij, dat de gedoode pas-
hgier een vrouw is; zij stierf aan hartverlam
ming tengevolge van den hevigen schrik.
Het ongeluk is op een afstand van 100 M.
|an het station gebeurd. De machinist van
en specialen trein had reeds bemerkt, dat hij
een verkeerde lijn reed, en had daarom de
|aart verminderd. Daaraan is het te danken
at het ongeluk nog niet ernstiger is geweest,
[lietteniin zijn toch de beide voorste wagons
elkaar geschoven. De locomotief van den
|xtra trein is geheel vernield.
AANSLAG OP EEN TREIN.
De sneltrein MoekdenKirin in Mandsjoe-
Jje is tengevolge van een aanslag ontspoord,
lij de ontsporing kwamen 16 menschen 0111
Jet leven, terwijl 20 reizigers min of meer
(rnstig gewond werden.
VERKOOPINGEN.
bp ZATERDAG 11 AUGUSTUS bij inzet
1 en ZATERDAG 18 AUGUSTUS, bij af
slag, telkens des avonds 6 uur (zomertijd) te
Ouddorp in het Logement Akershoek, ten
verzoeke van den heer Klaas Mastenbroek
wonende te Ouddorp: 2.77.40 H.A. of 6 G.
12 R.V.M. bouwland te Stellendam in den
I polder Nieuw Stellendam onder den Dam-
dijk. Kadaster Sectie A No. 354, in 3 koo-
pen en combinatie, te aanvaarden bloot-
schoof 1934, 0.49.15 HA. of 321 R.V.M.
I bouwland ,te Ouddorp in het West-Nieuw-
land, aan de he van Pieternella Musch,
I kadaster Sectie A No. 901, verhuurd aan
A. en T. Westdijk tot 11 Nov. 1939 voor
75,- per jaar; 0.57 H.A. of 375 R.V.M.
bouwland te Ouddorp in het Oude-Nieuw-
land achter het Waaigat, kadaster Sectie B
I No. 1209 verhuurd aan A. en T. Westdijk
tot 11 Nov. 1939 voor 75,- per jaar;
1.85.10 HA. of 4 Gem. 9 R.V.M. weiland
te Ouddorp in het Oude-Nieuwland aan den
Langeweg, bij de Broekmanstee, gunstig
gelegen voor den bouw van landhuizen,
kadaster Sectie B No. 1188, in 2 koopen en
massa, te aanvaarden 1 Nov. 1934; 0.86.5.
H.A. of 1 Gem. 265 R.V.M. weiland te
Ouddorp in het Oudeland, nabij den Kel-
derweg, Kadaster Sectie E No. 2455, te
1 aanvaarden 1 Nov. 1934 en 1.29.70 H.A
of 2 Gem. 247 R.V.M. weiland te Ouddorp
I op de Jonkerstee, Kadaster Sectie D No.
968, te aanvaarden 1 Nov. 1934.
Notarissen VAN DER SLUIJS en
VAN DEN BERG.
Iditeit 70 c.M.
van 4.10 M.
Iteeds slechts
p uitgebreiden zin.
tncurreerendst
Complete werktuigen bij aan-
>r hun volle gebruikswaarde
VAN
met Nederlandsch kapitaal, onder Neder-
I branden ln Nederland sedert 1914
Comm. in Effecten.
eiken boekhandel.
Prijs per kwartaal f 1,
Losse nummers 0,076
ADVERTENTIËN
van 16 regels1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen enDienstaanvragen
f ]f— per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Interlaken-St. Moritz.
Dit is een zware en ook een veelbewogen
dag geweest, waarop de emoties reeds des
morgens om 4 uur aanvingen. Toen toch raak
te bekend, dat Mutsaerts den vorigen dag
10 strafpunten opgeloopen had. Als een loo
pend vuur ging dit bericht door alle Holland-
sche kamers en binnen enkele minuten stond
het geheele gezelschap in pyjama op den
gang, dit opzienbarende feit te bespreken.
Mutsaerts, de Brabantsche Ford-rijder, die
tot dusverre zoo'n uitstekenden wedstrijd ge
reden had, een toonbeeld van rust en van
'kalmte, die nooit een enkel risico nam en
overal op tijd, met een veilige speling van
enkele minuten aankwam, zou daar nu op
eens met 10 strafpunten belast zijn? Niemand
begreep er iets van en de zonderlingste ver
onderstellingen werden door de opgewonden
menschen in nachtgewaad geuit. Totdat ten
slotte Mutsaerts zelf verscheen en kalm als
altijd een verklaring van het geval gaf. Bij
het verzegelen van de radiateur bemerkte hij,
dat een der zegels een weinig beschadigd was,
en had hij dit terstond aan één der officials
getoond, die daarvan dan ook aanteekening
maakte op zijn routekaart. Deze aanteekening
was door de controle-commissie gezien, die
daaruit de gevolgtrekking maakte, dat het
zegel tijdens den rit beschadigd was, waarop
10 strafpunten stonden. Een vergissing dus,
die spoedig opgehelderd zou worden.
Bakker Schut en Krabbenbos verschenen,
aan de startplaats met een nieuwe voorruit,
die de Forddealer te St. Moritz hen bezorgd
had. Het kostte hun een kleine 10 minuten
deze te monteeren, een tijdverlies, dat aan
Bakker Schut wel toevertrouwd was om vóór
de eerstvolgende controle in te loopen. Het
koppel Van Beeck Calkoen-Van Wamelen,
was nauwelijks gestart, toen zij een verkeerde
straat insloegen en de geheele startplaats was
opeens in rep en roer. Een heidensch spek
takel van claxons, motoren van motorrijders,
auto's die draaiden enz. had gelukkig het
resultaat, dat Calkoen opmerkzaam werd ge
maakt op zijn fout, waarna hij snel keerde,
om den goeden weg in te slaan.
Het was een bitter kouden morgen en de
route was een aaneenschakeling van hooge
bergpassen, die de rijders tot boven het
sneeuwgebied voerden, waar de temperatuur
tot rondom het vriespunt daalde. De eene
bergpas volgde bot op de andere, de Grimsel
was bestegen en afgedaald toen zonder over
gang de bestijging van de Furka weer begon.
Een dertigtal kilometers door de laagvlakte en
dan volgde alweer de Oberalppas.
Zoo tegen een uur of half acht stonden de
eerste rijders zich reeds te verkleumen voor
de controle de Disentis en trachtten zij zich
met warme koffie te verwarmen. Hierna werd
het leven beter. Wij daalden af naar de Tes-
sino, het Italiaansche gedeelte van Zwitser
land, waar het warm was.
De Bernardino-pas voerde steil naar boven
en daarop volgde dadelijk de Splügenpas,
waar het koud, nat en mistig was. Op deze
pas, bijna boven aan den top, zagen wij een
aantal menschen op den weg staan, die heftig
gesciculeerend ons beduidden te stoppen en
eenige meters verder stonden wij voor een
ruïne. De Ford van Wieleman met een ge
broken vooras tegen een Zwitsersche Packard,
FEUILLETON.
OUÏDA
Naar het Engelsch door
C. BAARSLAG.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
41)
Zij was zoo •verlangend de stem van Faust weder
te hooren.
..Ais gij niet vermoeid zijt, dan zijt gij grillig, ma
chère," sprak Zouroff lachend. Ik heb u hier ge
bracht opdat men u zou zien; men heeft u gezien;
nu ga ik naar de club. Kom."
Hij sloeg haar mantel van witte veeren om haar
heen, alsof zij geheel met sneeuw bedekt was, en
verliet met haar den schouwburg toen de gordijn
weder opging.
Hij liet haar alleen naar huis rijden en ging naar
de Rue Scribe.
Daar was zij blijde om.
„Je hebt valsch gezongen, Corrèze!" zeiden
spottende vrouwenstemmen vroolijk tot hem in de
foyer. Hij was zoo ten toppunt van zijn roem, dat
er met een kleinen flater, dien hij gemaakt had,
gerust geschertst kon worden.
„Pardieu!" zeide Corrèze, de schouders ophalen
de. „Pardieti! denkt ge dat ik dat niet weet? Er
was eene vlieg in mijne keel gevlogen. Het zal zeker
morgen in al de bladen staan. Dat is de aangename
zijde van beroemdheid."
Hij maakte zich van zijne kwelgeesten af, en ging
naar zijn rijtuig zoodra hij van kleeding had ver
wisseld. Het was pas éen uur, en hij had heel Parijs
om zich te vermaken.
Maar hij gevoelde zich ontstemd en op heel Pa
rijs misnoegd; nog éen valsche halve toon en Parijs
zou hem uitfluiten hem zelfs.
Hij ging naar zijne woning in de Avenue Marigny
en zond zijn koetseir neg.
„Dat beest!" zeide hij bij zichzelven, terwijl hij
zijne kamer binnentrad; hij dacht aan Sergius Zou-
die in elkaar geramd scheen en waarvan alle
ruiten in scherven hingen. Een zwaar bloe
dend heer, door de glasscherven gesneden,
werd juist weggevoerd en een dikke chauffeur,
wien het bloed uit een paar snijwonden langs
het achterhoofd stroomde, stond temidden
van een aantal menschen, die hem op heftige
wijze verweten, de oorzaak van het ongeluk
te zijn. Langs den rand van den weg zat van
Vessem, Wieleman's mederijder, wiens witte
overall bedekt was met bloed uit een hoofd
wond. Eindelijk ontdekten wij ook Wieleman,
die blijkbaar geen letsel had bekomen, be
houdens enkele kneuzingen. Nortier bracht
van Vessem, die blijkbaar met zijn hoofd tegen
de voorruitsteun was gestooten, naar een hotel
op een paar honderd meter afstand, waar een
toevallig aanwezige Hollandsche dame zich
verder over hem ontfermde. Een geneesheer,
die onder het publiek aanwezig was, consta
teerde dat Wieleman niets mankeerde, terwijl
van Vessem slechts een ongevaarlijke snij-
wond op het voorhoofd had, zoodat dit on
geluk voor beide rijders nog wonderwel afliep.
Maar de wagen was onbruikbaar en Wieleman
was dus uit den strijd. Toen eenige minuten
later ook Dr. Posthumus verscheen met zijn
Ford V-8, en hij even stilhield om hem te
onderzoeken, weigerde Wieleman alle hulp.
- „Rij door," zeide hij, „wij kunnen onszelf
helpen, jullie moeten rijden om den Gletscher-
beker te winnen."
Op den top van de Splügenpas, eenige kilo
meters verder, bevond zich de controle. De
laatste 80 kilometer naar de Finish in St. Mo
ritz voerde nogmaals over eenige bergpassen,
terwijl een gedeelte, dat op Italiaansch grond
gebied lag, tot tweemaal toe een grens
overschrijding bracht. Hoe vlug de douane
beambten ook werkten, toch gingen daarbij
enkele kostbare minuten verloren, die slechts
op de laatste 20 kilometer langs het meer weer
konden ingehaald worden, maar alle Hollan
ders, die nog in den strijd waren wisten op
tijd de finish te bereiken. Het was wel een
heel zware dag geweest, vooral voor de wagens,
die 361 K.M. lang zoo goed als voortdurend
door moeilijk bergterrein en over zware berg
passen hadden moeten zwoegen. Vooral van
de motoren en ook van de remmen is ontzet
tend veel gevergd. En de geheele route was
doorploegd met diepe remsporen in de on
telbaar vele bochten.
St. MoritzVenetie.
De vierde dag is een ware pechdag voor
de Hollanders geworden, waar zij zich echter
moedig doorheen geworsteld hebben. Het
begon al bij den start, toen het koppel Posthu-
mus-van der Mark niet gewekt werden. Bij
die weinige nachtrust, die de rijders genieten,
is een dergelijke vergeetachtigheid fataal. Meer
dan een half uur te laat kwamen zij aan de
startplaats, alle nummers uit hun omgeving
en ver daarachter waren reeds vertrokken en
nu wachtte hun de taak om al deze wagens
op de nauwe Zwitsersche wegen, die boven
dien door den regen gevaarlijk glad waren,
in te halen. Het is hun gelukt, maar hoe
hebben zij hun Ford daarvoor de sporen moe
ten geven Elkander afwisselend aan het stuur
joegen zij door de bochten, telkens haalden
zij wagens, die voor hen lagen in en tenslotte
is het hun gelukt, zij kwamen aan de eerste
controle nog binnen hun tijd, zij bleven zonder
strafpunten - een waarlijk wonderbaarlijke
prestatie, wanneer men bedenkt, dat daar-
tusschen nog de snelheidsproef op den Stelvio
lag, waarvoor zij hun Ford toch nog eenigszins
moesten sparen. Zij hebben alles op alles
gezet en zij zijn er gekomen, waarmede zij
roff. Hij viel in zijn leunstoel neder, en zat, in ge
peins verzonken, alleen, terwijl hij aan een souper
te vergeefs verwacht werd en menig vrouwelijk
hart door zijne afwezigheid bitter teleurgesteld was.
„Wie had kunnen denken dat het mij zóó schok
ken zou haar weder te zien!" zeide hij, met zelf
verachting. „Een valsche toon! Ik!"
HOOFDSTUK XIII.
'Het was voor geheel het aristocratisch Parijs een
verblijdend verschijnsel dat de in 't rood gekleede
Suisse, met zijn stok met gouden knop, weder aan
de deur van het Hotel Zouroff op zijn post stond
en de lakeien in de voorportalen en entréekamers
luierden, omdat dit teekenen waren dat Prins en
Prinses Zouroff en ville waren, en dat de beroemde
schoonheid van het Winterpaleis hare bekoorlijk
heid en hare diamanten in de wereldhoofdstad had
gebracht.
Het Hotel Zouroff was, onder Nadine Nelaguine,
altijd eene verzamelplaats geweest van al wat voor
naam was; een neutraal terrein, waar alle politiek
verschil vergeten werd, waar het Keizerrijk met
de Foubourg en de Prinsen van Orleans met de
maarschalken van de Republiek in aanraking
kwamen. Het Hotel Zouroff was nooit zeer uit
sluitend, maar altijd zeer schitterend geweest. On
der de jonge Prinses zag Parijs echter in dat er
waarschijnlijk meer aanzien des persoons en, dien
tengevolge, ook misschien minder gezelligheid zou
zijn. Er was in hare stille eenvoudigheid, haar
trotschen ernst, iets van het oude régime, dat het
nieuwe afschrikte.
„Gij hadt honderd jaar vroeger geboren moeten
zijn," zeide haar echtgenoot wrevelig tot haar. „Gij
zoudt het huis tot een Hotel Rambouillet maken."
„Ik ben niet op de aardigheden uit de „Figaro"
aan mijne tafel gesteld, evenmin als op de wilde
figuren van den cotillon in mijne balzaal; maar 't is
uw huis, het moet er ingericht zijn zooals gij ver
kiest," antwoordde zij bem, en zij gaf Madame Nela
guine de teugels van het huiselijk bestier in handen
én hield er zich buiten.
een prachtprestatie hebben geleverd.
De Stelvio is Europa's hoogste bergpas,
2800 meter hoog en 18 K.M. lang, langs een
weg, die met ontelbare haarspeldbochten naar
boven loopt. Deze berg moest bestegen wor
den met een voor iedere klasse vastgesteld
gemiddelde, dat voor de zware klasse, waarin
alle Hollanders, behalve Cornelius, mede
reden, 40 K.M. per uur bedroeg. Cornelius
had pech en liep 40 strafpunten op, maar alle
andere Hollanders kwamen ver beneden hun
tijd boven, behalve Nortier, die 9 strafpunten
kreeg en daarmede de mooiste prestatie,
niet alleen van alle Hollanders, maar van alle
118 deelnemers, die nog in den strijd waren,
leverde. Ziehier wat hem overkomen is: 6 KM.
na den start kreeg hij een lekken achterband,
12 K.M. naar de top lagen voor den boeg
en hij waagde het er op om door te rijden.
Hobbelend sprong de wagen over den weg,
slingerend sleurde hij door de bochten na;
enkele kilometers was de band totaal gerui-
neerd en vloog in stukken van den velg af,
maar Nortier reed door op den velg. „Een
Fordwiel houdt het waarschijn ijk nog wel",
was het eenige wat hij zeide toen de wagen
met een oorveidoovend lawaai over den weg
begon te springen als een dolle geit. Daar
kwamen Fissette-Weber aan, voor wie nog
plaats gemaakt moest worden om op den
smallen weg den slingerenden wagen voorbij
te schieten, een Engelsch koppel loeide ook
om plaatsruimte en ging voorbij en zoo na
derde langzaam de top van den Stelvio, waar
honderden toeschouwers, waaronder de direc
teur van de Nederlandsche Fordfabriek, de
heer Both, naar het wonderlijke schouwspel
stonden te staren van een wagen, die in een
oorverscheurend spektakel springend en zwaai
end naar den top toedanste.
Toen ten slotte de top bereikt was, werd
vliegensvlug van wiel verwisseld en het wiel
zonder band, waarvan de velg aan alle kanten
gedeukt en gebutst was, als trophee achter
aan den wagen gehangen, waar het verder den
geheelen dag de bewonderende belangstelling
van alle mederijders en officials trok. Tot zelfs
aan de controle te Padua en aan de finish te
Venetië, tot waar het gerucht van den Stelvïo-
klim op een wiel zonder band reeds door
gedrongen was, stonden de nieuwsgierigen de
aankomst van Nortier's Ford af te wachten.
Na den Stelvio lag Italië, het paradijs voor
alle wedstrijdrijders voor de deelnemers open.
Met welk een enthousiasme, gepaard aan een
gracieuse dicipline die niets stroefs of afstoo-
telijks heeft, werden de rijders daar begroet.
In alle steden en dorpen was de weg volkomen
vrij, met een honderd kilometer vaart konden
de wagens door de straten razen, men wist
het, iedere bocht was vrij, uit geen enkele
zijstraat kon een wagen, een fietser of wat
dan ook schieten. Op de bergpassen stonden
de tegemoetkomende auto's stil, de zware auto
bussen en vrachtwagens kropen naar den
uitersten rand van den weg en overal waar de
deelnemers voorbijkwamen juichten de voor
bijgangers op de wegen en de langs de straten
geschaarde menigte in steden en dorpen hen
toe en vuurden hen aan om sneller te gaan.
En als er dan een vrouwelijke deelneemster
aan het stuur verscheen, dan klaterde de geest
drift door de straten, dan klapten de vrouwen
en wierpen de mannen met bloemen. Alle
logeergasten in de vele pensions op de Costa
Lunga en Rollo pas zaten op de terrassen en
holden naar den rand van den weg, zoodra
in de verte een wagen verscheen om te juichen
en te wuiven. Zoo slingerde de weg zich voor
de rijders uit over bergen en over passen,
vele kilometers hoog om dan weer af te dalen
Maar hoe zij zich ook zooveel mogelijk op den
achtergrond stelde, toch maakte die slanke, fiere
gestalte, dat bleek, ernstig gelaat, zoo koel en toch
zoo onschuldig, een niet te beschrijven indruk watt
neer zij de gasten van het Hotel Zouroff ontving;
en de partijen, die daar gegeven werden, mochten
in fijner toon winnen, maar verloren in entrain.
Vere was niet voor haar tijd geschikt.
De geest der bewoners deelt zich aan het huis
mede, en zelfs in het Hotel Zouroff heerschte, on
danks traditiën en het srandpunt, dat het had in
genomen, ondanks zijne dwaze en buitensporige
weelde, een frisscher en zuiverder atmospheer
sedert de nieuwe prinses er ingekomen was.
„Gij hebt eene jonge heilige getrouwd, en men
krijgt in uw huis ook reeds een gevoel alsof men
in eene sacristie is," zei de Duchesse de Sonnaz tot
Sergius Zouroff; „ga nous obsède, mon vieux!"
Dit was het gevoelen van de wereld. Zij was zeer
bekoorlijk; zij was voornaam, zij wist veel, en hoe
wel zij weinig sprak, sprak zij goed, maar zij was
obsédante; zij gaf iemand een gevoel alsof men in
de kerk was.
Niettemin was Prinses Zouroff te Parijs de heldin
van den dag. Al de hccrschende schoonheden waren
voor 't oogenblik onttroond, en evenals men vroe
ger in zijne club over zijne renpaarden en zijne
maitresses had gesproken, sprak men nu over de
\rouw van Sergius Zouroff.
Lat ernstig, bleek gelaat, zoo onschuldig en toch
zoo fiei, zoo kinderlijk en toch zoo verstandig van
uitdrukking, met zijne sprekende oogen en zijn
fijnbesneden mond, werd het studiebeeld van schil
ders, het voorwerp van aanbidding der dandies
ert van de wanhoop der vrouwen. Als meisje zou
men haar bekoorlijk, maar te koel gevonden hebben
en haar voorbijgegaan zijn. Gehuwd, had zij die
positie, die ccnc vrouw sieraad bijzet, evenals
diamanten dc schoonheid verhoogen, en het be
korende van verboden vrucht, die den onverzadig-
den smaak prikkelt.
Zij maakte époque.
Haar echtgenoot had dit wel voorzien, maar ook
evenzeer dat zij zou tegenvallen.
„Zij zal voor éen seizoen de rage zijn, om haar
naar de vallei, voortdurend onder een bran
dende zon, temidden van een onafgebroken
eestroes der bevolking, die aanstekelijk
werkte op de rijders en hen alle moeilijkheden
licht deed tellen. Zij vergaten bijna hoe zwaar
deze weg eigenlijk was, een afstand van 617
K.M., bijna voortdurend over bergen met
slechts af en toe een klein stukje vlakke weg.
Na Padua lag het bergland achter den rug
en liepen de laatste 41 K.M. naar het eind
punt in Venetië over een autostrade, waar voor
de tweede maal dien dag de wagens zwaar
op proef gesteld werden in een snelheidsproef
over 10 K.M. met een zeer hoog gemiddelde,
dat bij de zware klasse 110 K.M. per uur
bedroeg. Hier vielen vele strafpunten, maar
alle Hollanders voldeden glansrijk, de meeste
Hollandsche wagens kwamen ver boven de
geëischte snelheid uit en reden den proef met
een gemiddelde van tusschen de 120 en 124
K.M. per uur.
Zoo tegen een uur of zeven 's avonds arri
veerden de eerste deelnemers in Venetië en
werden per gondel naar hun hotel gebracht,
waar zij ongeveer 8 uur aankwamen. De laatste
uit de klasse der lichte wagens moesten de
snelheidsproef op de verlichte autostrade in
het donker afleggen en waren tegen midder
nacht in hun hotel. De ontevredenheid over
een dergelijke organisatie was algemeen. Men
liet den rijders het beloofde land zien, niet
van uit de verte, neen van vlakbij, maar zij
mochten het niet ingaan. Een korte wandeling
door de straten en het St. Marcoplein en dat
was alles. Door de kanalen gleden de gondels
in een schemerlicht, over het water klonk gui-
taarmuziek en zang op de terrassen der café's
genoten honderden van de zwoele Venetiaan-
sche avondsfeer, die heel Venetië baadde in
een mijmerroes van droomgeluk.maar de
rijders moesten naar bed om den volgenden
morgen om 3 uur op te staan.
Van de wedstrijdorganisatie is het een groote
psychologische fout geweest de route tot Ve
netië uit te strekken. Men had verstandiger
gedaan dien dag in Padua te beëindigen.
V enetie-Zagr eb.
Drie uur in den nacht, een zwoele Veneti-
aansche nacht. Nu hangt de stilte over de
stad, waar overdag en 's avonds de feestroes
onafgebroken opklatert. Nortier en ik staan
voor het open raam van onze slaapkamer reeds
half gekleed en kijken uit over het stille water
van het^ Canal Grande, waarover zich het
licht van een enkele lantaarn droomt. Het is
heel stil en heel donker buiten, maar op het
water onderscheiden wij een vage figuur, die
langzaam voortschuift. Éen gondel glijdt voor
bij, guitaarmuziek tokkelt haast onmerkbaar
bij het neuriën van een vrouwenstem, die ijl
wegzweeft over het water. Dan verdwijnt de
gondel onhoorbaar om een hoek van het ka
naal en gemelijk kleeden wij ons verder aan.
Eenige minuten later zijn wij in de hall van
het hotel, waar de Duitsche wedstrijd Official
ons begroet met „Heil Hitier. Frisch auf meine
Herren, das fröhliche Rennen fangt wieder
an".
Waarom men dezen vijfden dag eigenlijk
in het programma opgenomen heeft? Waarom
ons te slepen van Venetië naar Zagreb, langs
een route die geen enkele moeilijkheid biedt?
Wij hebben nu reeds twee alpenritten mee
gemaakt, de eerste georganiseerd door de Ita
liaansche, de tweede door de Fransche Auto
mobielclub. De organisatie van dezen derden
Alpenrit is mustergiltig maar is gespeend van
alle elegance. Het programma is volgestopt
als een Frankfurter worst met alle mogelijke
automobilistische prestaties, die op zichzelf
voorkomen," Jiad hij reeds de eerste week na zijn
huwelijk bij zichzelven gezegd. „Dan zal men haar
entêtée en dom vinden, en zich tot eene andere
wenden." Hij dacht in alle oprechtheid dat zij dom
was.
Zij kende Grieksch en Latijn, en zoo al meer,
maar van alles, waardoor eene vrouw schittert,
wist zij niets.
Het leven dat zij leidde scheen Vere onbeschrij
felijk woelig, vervelend en onbeteekenend toe; het
was haar alsof zij gestadig gekleed en weer gekleed
werd voor 'n nieuwe vertooning; altijd door vleiers
omringd, verstoken van vrienden en nooit alleen.
Zij vond het onverklaarbaar dat menschen, die hun
leven naar hun zin konden inrichten, vrijwillig
gedurige vermoeienis kozen en dat dan vermaak,
noemden. Zij begreep er niets van. Dat hare moe
der, na twintig jaar zulk een leven geleid te hebben,
het nog met opgewondenheid en uit verkiezing kon
voortzetten, scheen haar zoo wonderlijk toe dat zij
er van huiverde. Zij had geen uur om na te denken,
nauwelijks een oogenblik om te bidden. Zij was nog
zeer jong, en terwijl de wereld nog sliep, stond zij
vroeg op en zocht wat tijd te vinden voor hare
oude gewoonten, hare oude bezigheden, hare oude
studiën, maar dat viel haar zeer moeilijk; het
maakte haar duizelig, het matte haar af, het ging
niet. „Daarvoor ben ik dan verkocht," dacht zij
met bitterheid. Haar echtgenoot was er bijzonder
op gesteld dat zij er goed uit zag, en stond er on
verbiddelijk op dat zij zich gedurig zou vertoonen;
voor 't overige sprak hij niet met haar, of het moest
zijn om haar scherp tc berispen als zij in een of
ander opzicht, zonder het te weten, tegen de éti
quette gezondigd had.
Te midden van den schitterendsten kring in
Europa was Vere zoo eenzaam als een gevangen
vogel. Zij zou gaarne een vriend of eene vriendin
gehad hebben, maar zij was beschroomd en trotsch,
de vrouwen benijdden haar, en de mannen waren
bevreesd voor haar. Zij was niet zooals hare wereld
of haar tijd. Zij was schoon, maar niemand zou er
ooit aan gedacht hebben haar te rangschikken
onder „de schoonheden", die als zoodanig bekend
waren door den lof van vorsten en door photo-
waardevol zijn, maar die niet in eenzelfde
kader passen. De geheele wedstrijd brengt
iederen dag doorslaande bewijzen van het
kolossale organisatievermogen der wedstrijd
commissie, maar de belangen der deelnemers
zijn totaal uit het oog verloren. Inderdaad,
het is een kunststuk van organisatie om een
rit met zooveel deelnemers door zes verschil
lende landen te voeren op een wijze, dat alles
klopt en nergens iets hapert. Maar daarvoor
moeten die ruim honderd wagens, die geko
men zijn om hun krachten te meten in een
zwaren strijd door de hoogste bergen van
Europa, dan ook een geheelen dag zoek bren
gen op een 447 K.M. route voor toeristen,
die geen enkele moeilijkheid biedt.
De weg van Venetië naar Zagreb, 250 K.M.
lang is een autostrada, die voert door schitte
rende natuur, langs die onvergetelijke mooie
kust der Adriatische Zee, waaraan Triest en
Fiume liggen.
Na Fiume gaat de weg het tamme Yougo-
Slavische bergland in, over breede, nogal
kronkelende wegen, die over lage bergen voe
ren. Het wegdek is slecht, de banden hebben
in de vier voorgaande dagen veel geleden
zoodat tal van deelnemers lekke banden kre
gen. Nortier had er zelfs twee. Toen korten
tijd na het verwisselen van wiel Nortier voor
een gesloten spoorwegovergang kwam, waar
reeds meerdere deelnemers stonden te wach
ten, liepen Davids en Habnit alle wagens af
om de bestuurders te verzoeken aan Nortier
den voorrang te geven, zoodra de boomen
open gingen, opdat hij zijn verloren tijd zou
kunnen inhalen. En er was geen enkele die
niet aan dit verzoek voldeed. Om deze geste
op zijn volle waarde te kunnen schatten moet
men de wolken stof gezien hebben, die een
wagen op de Yoego-Slavische wegen opwerpt.
Het is een besliste onmogelijkheid om daar een
ander te passeeren en een rijder, die door een
of ander ongeval is achter geraakt hangt on
herroepelijk van de welwillendheid zijner con
currenten af om weer op zijn plaats volgend
startnummer te komen. Het koppel van Beeck
Calkoen-van Wamelen liep hierdoor zelf 12
strafpunten op. Zij waren achter geraakt door
een klein defect, dat spoedig hersteld was,
maar inmiddels waren verscheidene deel
nemers gepasseerd, die niet bemerkten, dat
er een wagen achter hen was, die verloren
tijd moest inhalen. In de dorpen, waar de
straten natgespoten waren, ging het nog, maar
daarbuiten hingen de stofwolken een ondoor
dringbaar gordijn van honderden meters ver
achter iederen wagen.
Bij aankomst in Zagreb wachtte den deel
nemers nog een onaangename verrassing.
Bij de Yougo-Slavische douaneformaliteiten
behoort ook het aangeven van al het geld,
dat ieder reiziger bij zich heeft. Een deel
nemer aan een Alpenrit, die door zes ver
schillende landen gaat, heeft natuurlijk veel
verschillende deviezen bij zich, waarvan op
gave verstrekt moest worden aan één enkelen
functionaris. Urenlang hebben daar de deel
nemers met brandend dorstige kelen van het
Yougoslavische stof staan wachten totdat het
hun beurt was om aan de douaneformaliteiten
te voldoen. En daarna eindelijk konden zij
hun hotel opzoeken, dat de voorste nummers
den volgende morgen om half vier weer
moesten verlaten, teneinde om 4 uur te kunnen
starten.
Zagreb-Muenchen.
's Morgens half vier in pikkedonker stonden
de rijders uit de zware klasse, waaronder alle
Hollanders, behalve Cornelius, reeds op de
startplaats. Het zou de langste dagroute wor-
graphieën voor iedereen verkrijgbaar.
Soms was haar echtgenoot daar trotsch op, soms
ergerde hij zich daarover. Weldra gevoelde hij even
min trots als ergernis, maar werd onverschillig.
De wereld merkte op dat zij zelden glimlachte.
Wanneer een glimlach zich op haar gelaat ver
toonde, was die koud als het schijnsel van de maan,
dat, door eene bewolkte lucht heen, vluchtig een
landschap opheldert. Zeer nauwkeurige opmerkers
zagen wel dat het geen koelheid was, maar eene
droefgeestigheid te diep voor hare jaren, die den
glans van hare sprekende oogen had verdoofd;
maar nauwkeurige opmerkers zijn schaars, en de
wereld waarin zij verkeerde, achtte haar algemeen
niet in staat tot eene andere aandoening of eenig
ander gevoel dan dat van trotschheid.
Men wist niet dat het, in plaats van trotschheid
een bitter gevoel van vernedering was, dat haar
nacht en dag kwelde, een gevoel van vernede
ring. dat men niet begrepen en waarmede niemand
gesympathiseerd zou hebben; een gevoel van
schaamte, dat haar tot zichzelve deed zeggen, toen
zij naar hare tribune te Chantilly ging om de paar
den van haar echtgenoot te zien wedrennen: „Mijne
plaats moest daar buiten daar onder die verworpen
vrouwen zijn; ben ik wel iets beter dan zij?"
Zij verachtte zichzelve cn dat is het bitterste
gevoel van schande.
„Gij zijt onredelijk, mijn kind," zeide hare schoon
zuster, die, op hare koele wijze, van haar hield en
medelijden met haar had. „Elke andere jonge
vrouw zoo jong als gij zou gelukkig zijn. Mijn broe
der is uw ideaal niet. Neen, dat was niet te ver
wachten maar hij laat u uw eigen zin volgen; hij is
geen dwingeland, gij kunt doen waar gij vermaak
in vindt en hebt geen geld te ontzien. Geloof mij,
dat komt het geluk al zoo nabij als 't in het huwelijk
te vinden is overvloed van geld te hebben en
zijn zin tc kunnen doen. Gij verlangt geluk, dat
weet ik, maar ik twijfel sterk of er wel ergens op
aarde geluk bestaat, of gij moet het weten te vinden
in dc zegepraal van boven anderen uit te blinken,
zooals dc meeste gelukkige vrouwen doen. Ik geloof
dat gij onredelijk zijt. Ik heb u immers niet be-
leedigd? Neen?" (Wordt vervolgd).