STöOMBÖOTDiENST
PREDIKBEURTEN.
Dienstregeling
AAMBEIEN.
DE SALAMANDER JL
WOENSDAG
30 MEI 1934
MOTTEN.
Ratten vernielen zolder
en dak.
Geeft U op als Abonné.
leek te weaen, dacht men aan een
>of. Na lang zoeken vond men het
atpaar, dat het kind verzorgde en
negermethoden opvoedde, Toen
I wilde aanklagen, vertelden z(] echter
piedenia van het kind, die even eigen-
i verachrikkeiyk is. Ongeveer ander-
|r geleden verrasten de beide negers
oke vrouw in het bosch, toenzy juist
punt stond haar kindje van ongeveer
If jaar oud te dooden. Op het laatste
@ik sprongen de negers te voorschy'n
ekten de vrouw om hun het kind te
I daar zy er zelf geen hadden. De
scheen de vertwijfeling nab(j, en wil?
|et verzoek in. Hoewel het hier dus
volbloed Europeesch kind gaat, kan
Kt den zwarten op geen enkele wyze
len. Niemand zal in staat zyn het
pchtige en tragische verleden van dit
doorgronden, tenzy natuuriyk de
plotseling weer opduikt. Het kind
■flink en wordt door de negers reuze
ld.
FAILLISSEMENTEN.
|egeven door Van der Graaf Co.,
afd. Handelsinformatisn.)
ïesproken:
[erdam, 23 Mei. Cornells Maarten Tiele-
vinkelier in manufacturen, Sommels-
lïing 143. R.c.: mr. J. M. de Moor;
nr. W. J.C.A.NyghteHellevoetsluis.
reheven:
I. Vogelaar, koopman te Middelharnis.
Zondag 27 Mei 1934.
lERLANDSCH HERVORMDE KERK.
bamis, Ym. en 's av. ds. Meijers uit Utrecht.
Ilsdgk, vm. leeskerk en 's av. ds. v. Asch.
|Dd, vm. en 'sav. ds. v. d. Wal.
■gen, vm. en 'sav. dhr. O verweel.
Int, vm. ds. Bouw en 'sav. leeskerk.
■dam, vm. en 'sav. dhr. Bouman.
leede, vm. dhr. v. d. Boogaart uit S'dijk.
l-p, vra. ds. v. d. Wal uit Wageningen
|am. ds. Bouw.
i Tonge, vra. ds. v. Asch en 's av. leeskerk.
[Tonge, vm. ds. Verkerk en 's av. leeskerk.
nsplaat, vm. en 's av. ds. Kleijne.
Iraat, vm. dhr. Vetter.
|ommel, vra. leeskerk en nam. ds. Verkerk.
Tau 't Haringvliet, vm. en 's av. ds. Polhuijs.
GEREFORMEERDE KERK.
■bamis, vm. en 'sav. ds. Zeilstra.
lant, vm. en 'sav. leeskerk.
pdam, vm. en 'sav. dhr. Brinkman.
Irp, vm. leeskerk en nam. ds. Zeilstra.
I vm. en 'sav. ds. Reenders.
1 S^meK v3Q» en 'sav. ds. Schaafsma.
.TuirinvUei vm- en 's av-ds- de Graaff.
|and,rT
bgen, vui., nam. en 'sav. leeskerk.
I>rp, vm. en nam. leeskerk.
J GHR. GEREFORMEERDE KERK.
|lharnis, vm. en 's av. ds. Laman.
DOOPSGEZINDE GEMEENTE,
brp, vm. ds. R. Foppema.
N.V. Rotterd. Tramweg Maatschappij
Gevestigd te Rotterdam
MIODELHARNIS-ROTTERDAM v.v.
via VLAARDiNGEN
s.s. „MIDDELHARNIS"
aanvangende 15 Mei 1934
van Middelharnis
op Maandag en Dinsdag
(behalve Feestdagen
V. Middelharnis 4.30 vm. A. Vlaard. 7.00 vm.*
A. Rotterdam 8.00 vm.
Overige dagen (beb. Zon- en Feestd.)
y.Middelharnis 6.40 v ro. A. Vlaard. 9. lOvm.**
A.Rotterdam 10 00 vm. A.Brielle 10.30vm.§
van .Rotterdam
op Maandag en Dinsdag
(behalve Feestdagen
V. Rotterdam 2.15 nm. V. Vlaard. 3.90nm. f
A. Middelharnis 5.30 nm.
Overige dagen (beb. Zon- en Feestd.)
V. Rotterdam 3.15 nm V.Vlaard. 4.00 nm +t
V. Brielle 2.25 nm.§[ A. Middelharnis 6.30
Op 21 Mei (2e Pinksterdag)
V. Middelh.6.40 vm. A. Vlaard.9.10 vm.**
A. Rotterd. 10.00 vm. A. BrieJle 10.50vm.§
V. Rotterdam 7.00 nm. V. Vlaard. 7.45 nm.
aankomst Middelharnis 10.15 nm.
In aansluiting op den trein van 7.24 vm.
en 7.11 vm. van Vlaardingen (Station).
In aansluiting op den trein van 9.20 vm.
en 9.38 vm. van Vlaardingen (Station),
t In aansluiting op den trein van 14.38
(2.38 n m.) en 14.51 (2.51 nm.) te Vlaar
dingen (Station).
tt In aansluiting op den trein van 15.38
(3.38 nm.) en 15.52 (3.52 nm.) te Vlaar
dingen (Station).
Op Zaterdag 1.25 n.m.
Te Vlaardingen overstappen.
Als Feestdagen xljn te beschouwen:
Mloawliartdag, 2e Paatchdsg, Hemehaartadag
Pinksterdag en de helde Kerstda?on.
Ligplaats Boompjes
tegenover Reederijstraat.
RADICALE GENEZING
de hardnekkigste Aambeien
kunt U genezen binnen enkele weken,
Kipstraat 59, R'dam
Prijs per kwartaal f 1,
Losse nummers 0,075
ADVERTENTIËN
van 16 regels 1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen enDienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
16E JAARGANG. - N°. 57
De gevolgen van niet tijdig selecteeren.
Zorgt voor goede afscheidingen.
De Plantenziektenkundigen Dienst te Wa
ningen heeft in het begin dezer maand een
bericht in diverse bladen gepubliceerd, waarin
de aandacht werd gevestigd op het vroeg-
tydig en nauwkeurig selecteeren van voor
pootgoed bestemde aardappelvelden.
Wij achten het gewenscht de aardappel
telers er op attent te maken dat einde dezer
week of uiteriyk begin der volgende week
een aanvang zal worden gemaakt met de
eerste keuring.
By deze eersto keuring worden de velden,
waarin te veel zieke planten voorkomen,
direct afgekeurd, terwyi de aangehouden
perceelen voorloopig worden geklassificeerd.
Na deze eerste klassificatie kunnen de aan,
gehouden velden by latere keuringen wel in
een lagere klasse worden ondergebracht of
afgekeurd, doch nimmer in een hoogere
klasse worden gerangschikt, tenzy by de
eerste keuring het gewas in een lagere klasse
werd geplaatst als gevolg van het voorkomen
van planten van een ander ras.
Hieruit volgt dus, dat het niet of onvol
doende verwijderen der zieke planten vóór
de eerste keuring van grooten invloed kan
zyn op den keuringsuitslag.
Een perceel aardappelen, waarin b.v. de
eerste keuring 4 mozaïek en 2 bladrol
werd geconstateerd, is niet meer geschikt om
voor goedkeuring in aanmerking te komen.
Indien de helft der zieke planten voor de
eerste keuring is verwijderd en men telt
de open plekken mede, kan het hoogstens
voor rubriek C worden aangehouden, doch
wanneer alle planten zorgvuldig worden ver
wijderd, kan het gemakkelijk in de B-klasse
worden geplaatst.
Het niet vroegtijdig verwyderen der zieke
planten is tevens een der voornaamste oor
zaken van de teleurstellingen in de nateelten.
Yan de vele proeven, die werden genomen
om dit te bewyzen willen wy er slechts van
één, welke onder onze contröle werd uitge
voerd, het resultaat vermelden:
In 1926 werden 200 Eigenheimerknollen
in 2 stukken gesneden en beide helften van
dezelfde knol van eenzelfde nummer voor
zien, en daarna afzonderiyk op twee veldjes,
welke 50 Meter uit elkaar lagen, en waar
binnen eenzelfden afstand geen aardappe
len groeiden, in een bietenveld uitgeplant.
In beide veldjes werden 6 planten, dus
3 telkens afkomstig van dezelfde knollen,
als zynde mozaiekziek, verwyderd. In veldje
A werden de zieke planten telkens uitge
trokken, zoodra de ziekteverschijnselen wer
den geconstateerd, terwyi zy in veldje B 3
weken later werden verwyderd.
Het gewas werd r(jp gerooid en de op
brengst in 1927 geheel uitgepoot. De nako
melingen van veldje A bestonden uit 5300
planten, waarin 7.6% mozaiekziek werd ge
constateerd, terwyi veldje B 5116 planten
gaf met 23.5 mozaïek.
Verschillende aardappelverbouwers selec
teeren niet voldoende, omreden zy van mee-
FEUILLETON.
OUIDA
Naar het Engelsch door
C. BAARSLAG.
24)
Vere's oogen wendden zich strak, als die van
een kind, dat, uit den slaap gewekt, in het gaslicht
kijkt, in de richting waarheen de waaier gewezen
had, en beschouwden Miss Leach opmerkzaam.
Zij zag eert bevallig persoontje, met fijne trekken,
eene slanke gestalte, een gelaatstint als fijn porse
lein, kunstig opgemaakt, goudkleurig haar, een
klein wipneusje en eene uitdrukking van guitigheid
en stoutmoedigheid op haar gelaat. Dit persoontje
had hare voeten op eene ottomane, hare handen
achter haar hoofd, een rozeknopje in haar mond
en eene groep heeren om zich heen.
„Ik zal niet van haar houden; ik verlang niet
haar te ieeren kennen, sprak Vere langzaam.
„Zeg dat niet, beste meid," zeide Lady Stoat.
„Het klinkt aisof men jaloersch is, weet gij, als
het eene aardige meisje dat van het andere zegt."
„Zij is geen beschaafde vrouw," hernam Vere.
„Daar hebt gij gelijk in," zeide Lady Stoat. „Die
vindt men tegenwoordig niet veel. Maar zoo iets
moet gij juist niet zeggen. Het zou ten uwen
nadeele aangehaald worden en u o, zooveel vijanden
maken, lieve!"
„Komt dat er dan zooveel op aan?" vroeg Vere
afgetrokken. „Wat zou Corrèze wel van Miss
ning zpn, dat zy de zieke planten niet kun
nen onderscheiden; andere laten het gewas
een of twee keer doorloopen en meenen
daarmede te kunnen volstaan. De eerste
nemen het te zwaar op en komen er zoo
doende niet toe tydig een begin te maken,
terwyi de andere er te licht over heen loopen.
De beste methode l(jkt ons herhaaldeiyk
het gewas te bljjven doorloopen en daarby
nauwkeurig de zieke planten uittrekken
(loof en knollen medenemeu en niet een of
meer dagen laten liggen) en zich daarbij niet
blind staren op zwakke twyfelaars; deze
laatste komen indien zy werkeiyk ziek
mochten zijn, een volgenden keer aan de
beurt.
Systeem moet dus zyn zoo vroeg mogeiyk
beginnen met selecteeren, wat duidelijk ziek
is verwyderen; laat desnoods de twyfelaars
staan, doch zorg er voor geregeld met korte
tusschenpoozen terug te komen, wat een
vorigen keer twyfelachtig of nog geheel niet
zichtbaar was wordt dan verwyderd en indien
het ziek biykt te zyn of biyft staan indien
de eerste afwyking door andere oorzaken
waren ontstaan.
Voorts vestigen wy er de aandacht op,
dat het in het belang van de goede uitvoering
der keuringen en in het belang van den teler
noodzakelpk is, dat waar noodig door
middel van flink boven het gewas uitateken-
de paaltjes, goede afscheidingen worden aan
gebracht.
Het ontbreken van goede afscheidingen
kan tot gevolg hebben, dat het gewas in een
lagere klasse wordt gerangschikt dan noodig
zou zyn.
De Hoofd-Gontroleur v/d KZH.
G. A. VAN DER WAAL.
Klaaswaal, 28 Mei 1934.
Twee metselaars en een timmerman hebben bij het
herstellen van de door ratten vernielde zolder
verdieping van het huis van den Heer Smolenaars
te Nederweert meer dan 500 doode ratten gevon
den. De Heer S. schreef ons, dat hij na vele vruch-
telooze pogingen om van de rattenplaag verlost
te worden „Rodent" gebruikte, waarna hij geen
rat meer heeft gezien. Geen rat of muis ontkomt
aan Rodent, de radicale rattendooder. Koop nog
heden een doos van 50 ets. of een dubbele doos
a 90 ets. Elke drogist kan U Rodent uit voorraad
leveren. Imp.Fa. B. Meindersma - Den Haag "B 40
(Adv.)
Vervolg rede van den heer Smits,
Hoofd Landbouwschool teSommelsdjjk,
gehouden op de algem. verg. tot be
vordering Landbouwonderwijs.
Na de algemeene inleiding over de ver
schillende zwam-soorten bezag spreker ver
schillende gewassen afzonderlek, ten opzichte
van vruchtenwisseling en plantenziekten.
Granen. Deze zyn t.o. van elkaar zeer
verdraagzaam. Men heeft hierbij weinig last
van insecten in den grond. Er zLjn wel
eenige ziekten, als stuif- en steenbrand, maar
dit zit in het zaaizaad. Roest in de tarwe,
b.v. vindt zyn oorzaak in andere planten.
Door bodem-infectie worden dus granen
niet besmet. In het Oosten van Brabant zaait
men jaar in jaar uit rogge, en met succes.
In het Zuiden, in Zeeland, heeft in ge
slachten de stelregel gegolden, nooit wit op
wit laten volgen. En die stelregel valt te
verdedigen.
Fuschia Leach gezegd hebben?" dacht zij.
„Of het er op aankomt vijanden te hebben!
herhaalde Lady Stoat. „O, mijn lieve Vere, komt
het er op aan of iemand u den heelen dag met eene
speld prikt? Eene speld is zeker iets heel kleins,
maar toch kan zij 't ons lastig maken."
„Zij is geen beschaafde vrouw," herhaalde Vere,
en een oogenblik fronsten zich hare fijngeteekendc
wenkbrauwen.
„O, lieve meid, als gij die verwacht!" Lady
Stoats glimlach gaf te kennen dat zij, als zij die
verwachtte, veel meer vergde dan de wereld.
„En haar niet te wilJen Ieeren kennen gek
heid gij moet nooit iets tegen iemand hebben,
met wie gij in gezelschap zijt. Zij is zeer aardig,'
ging Lady Stoat voort. „Dat zijn die Amreikaan-
sche meisjes dikwijls; maar ze zijn allen als de
poupées de modiste. De besten niet te na
sproken, gelijken zij allen op die meisjes, die bij
Pingal of Worth ons de modes aanpassen; en dc
klceding maakt altijd den indruk alsof 't het eerste
toilet is, dat zij ooit gehad hebben, ik weet niet
waarom, want ik hoor dat ze zich in Amerika uit
muntend kleeden en er aan gewoon zijn, maar ze
zien er nu eenmaal zoo*uit; dat is niet weg te
nemen. Gij hebt gelijk, lieve: zij zijn niet beschaafd,
maar zeg dat niemand. Men zou het oververtellen,
en het zou niet aardig klinken; en als gij niet iets
kunt zeggen, dat aardig klinkt moet gij liever
niets zeggen."
„Ik zou iemand, dien ik niet kan achten, liever
tot vijand dan tot vriend hebben," zeide Vere
met de stijfhoofdigheid van een kind.
Lady Stoat glimlachte.
„Praatjes, lieve! praatjes! Ge hebt nog veel te
ieeren, mijn kind."
In Groningen, waar men wel wit na wit
zaait, (haver na tarwe) komen meer ziekte?
verschijnselen voor, o.m. de tarwehalm
dooder. Deze ziekte openbaart zich in het
laatst van Juli, waardoor vooze, wel recht
opstaande, maar leege aren ontstaan.
Dan de tarwehalm-breker, of vlekkenziekte
waardoor de halmen als 't ware worden
kapot gebroken. Beide ziekten richten groote
schade aan. Oorzaak: zwam, in de grond
aanwezig. Ontwikkelt by geregeld tarwe
zaaien, vermindert of verdwijnt, byna geheel,
wanneer op hetzelfde land in jaren geen
tarwe wordt gezaaid.
Vlekkenziekte ontwikkelt zich snel by
ge temperatuur. Dan is er ook de smalle
gr aanvlieg. Overwintert in den grond, niet in
kale, maar in overdekte aarde, b.v. in klaver
veld. Het doodt de kiemplantjes, legt inde
worteltjes een eitje, en ontwikkelt zich zoo
doende. Wanneer er b.v. tarwe is gezaaid
naast een stuk Lucerne, beperkt zich de
schade tot een strook. Het is niet raadzaam
tweemaal achter elkaar tarwe te zaaien, is
ze absoluut gezond, dan kan men het wel
eens doen, maar het derde jaar oppassen.
2e groep: Suikerbieten en mangelwortels.
Deze hebben weinig last van ziekten, die
overgaan op een ander gewas. De eenige
ziekte is het wortel- of bieten-aaltje, waar
mee alle gewassen besmet kunnen worden.
By bietenrmoeheid, moet men een jaar
of zeven wachten, weer bieten te zaaien.
Komt op armoedige kalkhoudende grond het
meeste voor. By stikstofbemesting, zwavel
zure ammoniak vermindering, by Chili en
kalksalpeter uitbreiding der ziekte. Ook by
droog, schraal weer, breidt bieten-moeheid
sterk uit. Door bepaalde vruchtwisseling toe
te passen is vermindering toe te passen,
geheel wegkrijgen is onmogeiyk.
3e groep. Aardappels. Hierby ontwaren
we niet veel ziekten in den grond. Als ze
er zyn is het in hoofdzaak de wratziekte.
Gelukkig komt het niet veel voor. Wrat
ziekte onistaat door een zwam^in den grond,
en is erg besmetteiyk. Men weet niet, hoe
die ziekte te verdry ven. Raadzaam is, by
dergelijke ziekte, minstens zeven jaar geen
aardappels te telen.
Een ander geval is ringvuur. Het open
baart zich in het loof, later in den knol,[als
een ring van lichtbruine stippeltjes by elkaar.
Deze aardappelen zijn hard, worden niet
gaar, zyn ongeschikt voor consumptie. De
zwam is niet uit den grond wegtekrygen.
Het eenige is een jaar wachten, maar men
blijft het houden.
Zwartbeeniglieid. Zit in den grond. Als de
aardappelen geplant zyn, treedt het op.
De stengel wordt van onder zwart en rot
vlug. De knollen zien er volkomen gaaf uit.
Doorsnydt men ze, ziet men een blauwen
ring. Dit worden in den hoop de zacht rotte
aardappels.
Nu komen een aantal gewassen, die ge
voeliger zijn voor verschillende ziekten.
Koepeen of paar denpeen. Hebben van niet
veel ziekten last. Maar als ziekte optreedt
is het dubbel erg.
Worm in de peen wordt veroorzaakt door
de wortelvlieg.
Dit vliegje legt bij de worteltjes een eitje.
Het vermeerdert snel. Trekt men de zieke
wortels uit, wordt het'nog erger, omdat van
de andere de wortelhalzen zijn ontbloot die
beter plaats geven voor meerdere eitjes. De
laatste generatie is van September, deeier-
„lk wil van Miss Leach niet Ieeren."
„Welnu, ik loop zelve ook juist niet hoog met
haar weg. Maar ik behoor tot eene oude school.
Ik ben eene oude vrouw, en heb mijne vooroor-
deelen," zeide Lady Stoat vriendelijk. „Miss Leach
heeft de wereld aan hare voeten; zij heeft er
plezier in haar als een bal te schoppen en hare
enkels te laten zien. Over zes maanden zult gij
hetzelfde doen, lieve, met dat onderscheid dat gij
uwe enkels niet zult laten zien."
En nu meende Lady Stoat, die, hoewel zij zich-
zelve eene oude vrouw noemde, het zeer kwalijk
genomen zou hebben als een ander dit van haar
gezegd had, dat zij voor ditmaal genoeg voor de
dochter van dat „arme poesje" gedaan had, en
begon weder te coquetteeren met een kaalhoofdig
en gedecoreerd gezant.
Vere bleef alleen zitten, ont rond te zien en haar
opmerkingen te maken.
De heeren keken naar haar en zeiden dat zij
een allerliefst kind was, maar zij bleven op een
afstand. Zij waren bevreesd voor eene ingönue;
en dan was er immers Fuschia Leach, die nooit eene
ingénue was geweest, maar eene coquette op haar
derde en eene vrouw van de wereld op haar zesde
jaar.
Jura was de eenige, die bij Vere kwam zitten.
„Hoe bevalt het u?" zeide hij, met een eigen-
aardigen glimlach.
't Is heel aardig om te zien," antwoordde Vere.
„O ja. Een mooie vertooning zoolang het nieuw
tje er niet af is. Wat dunkt u van Fuschia Leach?"
Vere herinnerde zich de waarschuwing van Lady
Stoat, en antwoordde dus slechts:
„Ik vind dat zij er goed uitziet."
„Dat geloof ik wel; zij heeft uw neef Muil weg-
larven overwinteren als pop in den grond.
Worden weer peen gezaaid, of vlak naast
bet land, is men inden aap gelogeerd, want
het wordt steeds erger.
Karwei heeft ook last van. dezelfde vlieg.
Hiervoor geldt hetzelfde menu, niet naast
elkaar, of op elkaar zaaien, daar beïnvloer
ding en vermeerdering zeer groot is.
Uien. Over den last van het stengelaaltje
by deze vrucht, hebben we het al gehad.
Een andere ziekte is zwarte kroef of mot
in den vorm van zwarte plekjes. Komt in
Nederland weinig, in Noord-Amerika veel
voor. Een afdoend middel is, dat achter het
zaaibakje een blikje is bevestigd, waarin
formaline gedaan is. Het uienzaad loopt uit
den zaadbak en de grond wordt|door de for
maline ontsmet, absoluut afdoend middel.
De derde ziekte by uien is de uienvlieg.
Dit is hetzelfde verschynsel als by de koe
peen. De laatste generatie overwintert in den
grond. Als men een veld met uien gehad
heeft, waarop de vlieg voorkomt, is het
gewenscht er ook geen uien naast te zaaien,
want een volgend jaar vergaat men in de
vliegen.
Zeer veel miBère geven erwten en vlas.
Erwten hebben veel last van St. Jansziekte,
die ongeveer met St. Jan uitbreekt.
Oorzaak: zwam in den grond. Komt ook
voor op paardeboonen en wikken. De laatste
gaat er niet van dood, erwten wel. Zaai nooit
erwten als St. Jan er in zit, ook niet na
5 of 8 jaar. Men raakt er niet af, er is niets
tegen te doen.
Ten tweede hebben erwten veel last van
vlekken-ziekte. De groene peulen vertoonen
donkere vlekken, net als vetvlekken. De
erwten krimpen in, soms ook is er niets aan
de erwten te|zien. De oorzaak ligt in den
grond, ook wel in 't zaad.
Besmet zaad (ascochyta?) kan niet ontsmet
worden. Het eenige om gezond zaad te krygen
is, een aantal peulen te plukken, die niet
besmet zijn.
De bladrandkever richt bij erwten ook veel
scbade aan. Hij vreet de blaadjes weg,
verdwynt echter weer heel snel en komen
een heel jaar niet terug. De larven over
winteren in den grond en met het voorjaar
openbaren ze zich opnieuw.
De knopmadeliegt eitjes in den|knop van
de erwt als deze in bloei gaat. Kruipt er uit
eu iaat zich aan een draadje naar beneden
zakken op den grond, waar het blyft en zich
verder ontwikkelt.
De bladroller, een ander insect, vreet van
het blad, rolt de blaadjes op, kruipt in de
peulen en vreet van de jonge zaden. De
faecalien van deze beestjes zyn zwart en
duidelijk zichtbaar. De bladroller overwintert
in deu grond.
Met de blaaspooten is het hetzelfde. Deze
tasten de koppen van de erwten aanhier
door ontstaan weinig of geen bloemen.
Men kan hieruit opmaken, dat het ge
wenscht is, het andere jaar, op of naast
zoo'n besmet erwtenveld, geen erwten te
zaaien.
Vlas. Vlasbrand is een gevaarlyke ziekte.
Leeft ook in wortels van kruisbloemige ger
wassen (tasjes). Aan erwten doet het geen
kwaad, vlas gaat er van dood. Toch zyn er
een paar gewassen waar deze ziekte niet
in kan leven, als suikerbieten en tarwe. Dus
een akker, waarvan men niet goed weet of
er tarwebrand in voorkomt, bezaaie men
eerst met bieten, dan tarwe, dan vlas.
gesmeten alsof hij eene vuile laars was; zoo doet
zij met menigeen. Zij heeft iets in baar gezicht,
ik weet zelf niet wat het is; ik geloof dat het in
hare wangen zit. Dat zeg ik altijd als ik met Dolly
neem mij niet kwalijk, ik wil zeggen uwe moe
der over haar spreek."
Vere had hem dikwijls „Dolly" hooren zeggen,
en begreep niet waarom hij nu verontschuldigingen
maakte.
„Mijne moeder bewondert haar?" zeide zij, op
vragenden toon. Jura lachte.
„Zij zegt het ten minste. De vrouwen zeggen
altijd dat zij eene gevierde schoonheid bewonderen.
Dat staat goed. Zij roemen allen hardop de schoon
heid van mevrouw Dawtry, en in haar hart vinden
zij haar leelijk."
„Wie is mevrouw Dawtry?"
„Weet gij dat niet? Goede Hemel I Maar ge
weet natuurlijk ook nog niets van onze wereld,
't Is jammer dat gij er ooit iets van Ieeren zult.
Wie met pik omgaat gij kent het oude spreek
woord
Dat was, in andere bewoordingen, hetzelfde wat
Corrèze gezegd had.
„Maar de wereld, zooals gij 't noemt, bcteekent
toch mannen en vrouwen? Zij moet toch zijn als
die haar maken. Zij zouden haar, als zij wilden,
goed kunnen maken," zeide Vere, met den ernst
dien hare moeder verfoeide.
„Maar zij willen het niet, ziet gij. Daar zit dc
knoop," sprak Jura, inet een zucht. ,,lk weet niet
hoe het komt, maar als men eenmaal in den maal
stroom is, kan men er niets aan verandeien, men
moet wel met de anderen meedoen. Men doet
zooveel met tegenzin, maar alleen omdat anderen
het ook doen."
Kwade koppen in vlas ontstaan door de
blaaBpoot. Met vlas en erwten naast elkaar
moet men dus voorzichtig zyn.
Nog een bodemziekte by vlas is doode
harrtl. Hier is nietB tegen te doen, ook niet
by vruchtverwisseling.
De laatste groep is klavers. Men moet
Lucerne van de andere soorten onderschei
den.
Lucerne liggen bloot voor een ziekte, die
niet overgaat op andere gewassen, knobbel
voet geheeten. De vruchten komen daardoor
pierig op, en gaan er tenslotte van dood.
Ook kunnen klavers last hebben van
violette rhizoctonia, die ook voorkomt op
mangels en koepeen. Deze voedt zich ook
met humes. Vertoonen zich op mangels en
koepeen als fijne spinrag, met bet bloote
oog niet te zien. Als de wortels aan den
hoop komen vermeerderen de draden, waar
door de wortels boter-achtig zacht worden
en bedekt zyn met gryze schimmel.
De laatste jaren is dit bjj mangels en koe.-
peen heel veel voorgekomen. 20% van het
product wordt daardoor waardeloos.
Meestal worden de zieke mangels op het
land, of op den mesthoop geworpen.|In een
enkelen mangel zitten millioenen van deze
draden. Later komt de mest op 't land, en
bevordert alzoo de besmetting. Beter is, de
zieke wortelen in een apart putje te depo»
neeren. Omdat de ziekte ook weer overgaat
op de klavers veroorzaakt het heel veel last.
Klaverkanker. Alle klavers hebben hier
door een beetje dikken kop en vertoonen
witte uitwas. Komt ook voor by uien. De
aantasting vindt plaats by het oogsten der
uien.
Dit is de Sclerotinia die by de uien rot
veroorzaakt.
„Zachte nekken" noemt men ze ook wel.
De buitenste vliezen zyn gezond, de andere
rot. Veel heeft men de gewoonte de uien
op het land of op den mesthoop te werpen.
Het doet aan de andere gewassen geen
kwaad, maar wei worden de klavers besmet.
Conclusie: By vruchtverwisseling zoo weinig
mogeiyk wit op wit. Nooit na elkaar 2 ge
wassen. Genoegzame wortelgewassen zijn er
ter afwisseling. Tarwe, suikerpeen, erwten,
haver, aardappelen, karwei, bruine boonen
of koepeen.
Graangewas af te wisselen door wortelge
was, daarop handelsgewassen.
Hoe nu precies de volgorde is, valt niet
precies te zeggen. Het hangt veel van den
grond af. In handelsgewassen is een heele
keus. Echter nooit geen paardepeen op karwei
of omgekeerd. Ook nooit geen erwten na vlas.
De invloed van stalmest is voor vele para
sieten gunstig. Daarom gebruike men stal
mest meest voor suikerbieten.
By naleving van deze wenken, zullen de
verschillende ziekte-verschynselen het best
kunnen worden vermeden. (Applaus).
Met onverdeelde aandacht werd deze uit
eenzetting aangehoord.
Door verschillende landbouwers werden
vragen gesteld, die door den heer Smits tot
genoegen werden beantwoord.
De Voorzitter dankte den redenaar in
warme bewoordingen voor zyn nuttige wen
ken en hoopte dat by volgende gelegenheid,
de vergadering weer van zyn veelzijdige
kennis zou mogen proflteeren.
„Dat is zeer verachtelijk," betuigde Vere, op dien
smadelijken toon, die haar zoo aardig afging.
„Ik geloof ook dat wij dat zijn," zeide Jura
droog; en op zulk eene gulle bekentenis was geen
antwoord mogelijk, dacht Vere.
't Is zonderling, hij zeide nagenoeg hetzelfde,
sprak Vere, half overluid, bij zichzelve. „Maar,"
liet zij er op volgen, „hij zeide het als een dichter,
en gij gij spreekt zoo kluchtig."
„Hoe spreek ik dan?" vroeg Jura lachend.
„Gij spreekt alsof de woorden zoo duur zijn dat
gij er zuinig op moet wezen en daarom de kortste
maar kiest. Het Engelsch is zulk eene mooie taal:
als gij Milton of Jeremias Taylor, of Beaumont en
Fletcher, of een van de oude godgeleerden en
dramaschrijvers leest..."
Zij hield op omdat Jura lachte.
„Godgeleerden en dramaschrijvers! Kindlief,
daar weten wij niets van; wij 'lezen Fransche
modejournalen; dat is onze lectuur van god
geleerdheid en het drama. Wie was die „hij" die
als een dichter sprak, terwijl ik spreek als een
straatveger?"
„Ik heb niet gezegd dat gij als een straatveger
spreekt en met „hij" bedoelde ik den markies
de Corrèze."
„O, uw zanger? Noem hem geen markies. Hij
is niets anders dan de prins der tenorzangers."
„Hij is een markies," hernam Vere, met eene
zekere koelheid. „Zij waren eene zeer voorname
familie. Gij kunt alles van hen lezen in het „Livre
d'Or" van Savoye; zij hebben, evenals de Mar
kiezen Costa dc Beauregard, in twee-en-negentig
alles verloren. Dat mooie boek van Monsieur de
Beauregard: „Un homme d'autrefois", hebt gij
zeker wel gelezen?" (Wordt vervolgd.)