AENIS
w
PHILIP'
trum - Middelharnis
- Voorstraat A 253
OVERFLAKKEE.
LHOUWER
rigineele echte prima Java-Kapok
WOENSDAG
21 JUNI 1933
LANDBOl
LANDBOUW en VEETEELT
tnoordherberg „Het Ankertje",
U P L U E
PLUIMVEETEELT
Gatrouwd: J. van der Slu(js 49 jaar en
H. G. Visser 39 jaar.
Overleden: J. M. Polak 33jaar echtgenoot
van T. Broekhujjaen.
HERRINGEN.
Geboren: Johannis Willem, z. v. W. M.
van der Veer en L. de Geus; Marinus, z. v.
C. van 't Hof en J. de Ruiter
Gehuwd: P. C. Kalle j.m. 24j.enG.Mans
j.d. 21 j.
GOEDEREEDE.
Geboren: Jacomljntje, d. v. Pieter van
Heest en Pieternella Grinwis.
Getrouwd: Jan v. d. Wende, 27 j ,te Rot
terdam en Cornelia de Ketjzer, 2S i Kom
mer Willem Tanis, 30 j. en Jacom(jntje van
Splunder, 23 j.
Overleden: Jannetje van Splunder, 66 j.,
eehtgenoote van Krijn Troost; Abel de Vries,
77 j., ongehuwd; Levenloos kind van het
mannelijk geslacht van KI. Boshoven en
Elizabeth Heerschap.
a 7J ets. van Dr. J. B. MEENK en U
an kiespijn. Portret in de poeder en drie-
fop. Neemt niets andets bij Uw Drogist.
stratie zonder verplichting
Philips Reparateur
VOOR
het grootst goedkoopst
TAPIJTMAGAZIJN
SOMMELSDIJK
damast, zware vulling f 40,50. Gevuld met de
|ok. 2 pers. Bedstel bestaande uit Bed, Peluw en
t allerbeste prima Java Kapok met goede kwa-
idzak compleet f 4,75, f 6,95.
f 8,35. Kinderledikantjes verschillende maten,
_i f5,95, f6,75. f8,25. Nachtkastjes f3,90 f4,50.
ïaschkast f 7,95.
Itjes voor wieg of wagen f 1,35, voor Kinder-
Jïprei t 1,05, f 2,45, zeer mooi.
N9,75. Loostijk 37, 57 cent per el.
|(draad- of Netmatrassen
E,75, f 16,75. 15 jaar garantie.
Kussenvulling 24 en 29 cl. per pond
uit tot een bezoek aan ons magazijn,
bver onze kwaliteiten en lage prijzen.
KOOP
Prij's per kwartaal
Losse nummers
f 1,-
0,07'
ADVERTENTIËN
van 1—6 regels1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
15E JAARGANG. - N°. 63
VRETER1J VAN HET
SCHILDPADTORRETJE EN DE LARVEN
VAN DE AASKEVER IN BIETEN.
Door het Instituut voor suikerbietenteelt te
[Bergen op Zoom werd de Plantenziekten-
cundigen Dienst in kennis gesteld met het op
reden van vreterij van het schildpadtorretje
n de larven hiervan in bieten in het Zuiden
•an ons land. Deze mededeeling en het feit,
at in andere deelen van ons land de larve
an den aaskever schade aanricht in het jonge
ietengewas, geven er aanleiding toe hier de
ndacht te vestigen op de middelen, waar-
lede deze vreterij kan worden tegengegaan.
Het schildpadtorretje en zijn larven vreten
iten in de bladeren, zoodat deze er erg ge
wend uitzien. Het kevertje heeft een schild-
ïdaehtig voorkomen. Het is in het begin iets
oenachtig en daarna meer vuilbruin ge-
urd. De larve is meer geelgroen. Aan de
uiten van het lichaam van de larven be
nden zich zijdelings vertakte dorentjes, ter
ijl eveneens een soort staart aan het lichaam
lorkomt, die gewoonlijk over het lichaam is
bogen en waarop de uitwerpselen worden
rzameid. De larven van den aaskever zijn
at en zwart van kleur. Ze vreten, wanneer
t gewas nog jong is, soms de bladeren in hun
heel op, bij oudere bladeren blijven alleen de
jofdnerven over.
De bestrijding van beide parasieten kan o.a.
ischieden door het gewas te bespuiten met
'senicum houdende middelen zooals Parijsch-
•oen en loodarsenaat. Parijschgroen wordt
ngewend in een verhouding van 1 op 1000
us I ons op 100 1. water), terwijl hieraan
nige kalk wordt toegevoegd 1 kg. op
0 liter). Een goede menging en verdeeling
>rdt verkregen door van het benoodigde
irijschgroen met een weinig water en kalk
n papje te maken, en dit papje alsdan met
rest van het water te mengen.
Loodarsenaat is als droog poeder en als
sta verkrijgbaar. Van het poedervormige
darsenaat wordt een oplossing gemaakt ter
:rkte van 0.3 (dus 3 ons op 100 1. water),
n de pasta een oplossing ter sterkte van
(dus 5 ons op 100 liter water) genomen.
De vloeistof wordt met behulp van een
Iverisateur over het gewas verspoten.
Daar zooveel Parijschgroen ais loodarsenaat
are maaggiften zijn, betrachte men de noo-
;e voorzichtigheid.
N'adere inlichtingen zijn verkrijgbaar bij
n Plantenziektenkundigen Dienst te Wage-
gen en bij de hierbij werkzame ambtenaren,
mede bij de rijkslandbouwconsulenten.
(PORT NAAR DENEMARKEN ONRUST
BAREND GEDAALD.
Onze handelsbalans dreigt passief te
worden.
[Terwijl wij hier te lande met een overvloed
vee zitten en de rundveeprijzen zich op
J laag niveau blijven bewegen, zoodanig, dat
■CrisisVarkenswet in haar werking wordt ge-
laad, gaan wij nog steeds door met het in-
fren van buitenlandsch vleesch. Geen won-
1 is het, schrijft het „Alg. Ned. Landbouw
dat onze boeren korzelig worden als ze
Iren, dat elke week hier te lande circa 500
geslachte Deensche koeien worden aangevoerd,
terwijl wij deze gemakkelijk zelf konden leve
ren. En daarnevens komt hier nog steeds het
bevroren rundvleesch uit Argentinië, al loopt
deze hoeveelheid volgens de gegevens van de
Statistiek den laatsten tijd belangrijk terug.
Het is ons bekend, dat indertijd de invoer
van Deensch vleesch ietwat ruimer is gemaakt,
omdat onze handelsbalans naar dat land actief
was, m.a.w., dat wij meer invoerden in Dene
marken dan Denemarken in Nederland. Ten
behoeve van deze uitvoer naar Denemarken
van veekoeken, cokes, zwavelzuren ammoniak,
ruw ijzer, schoeisel, kleeding, cacaoboter en
gepelde rijst en nog veel meer artikelen, moes
ten de belangen van de veehouderij wijken.
Het wil ons intusschen voorkomen, dat,
ondanks deze tegemoetkomendheid onzerzijds,
Denemarken al aardig bezig is door middel
van zijn deviezenregeling onzen export naar
dat land om hals te brengen.
Volgens de gegevens van het Centraal Bu
reau voor de Statistiek bedroeg de waarde van
onzen export naar Denemarken in de jaren
1930, 1931 en 1932 resp. 30.9 millioen, 26.2
millioen en 9.8 millioen gulden. Vergeleken b'ij
1931 daalde dus deze export in 1932 met niet
minder dan 62.5 pCt. Wij weten wei, dat een
belangrijk deel van deze waardedaling op
rekening komt van de daling der prijzen als
gevolg van de inflatie van het Deensche ruil
middel. Doch dit is niet meer dan 30 Dank
zij zijn rigoureuzen deviezenmaatregelen heeft
Denemarken dus den invoer uit Nederland met
32.5 doen verminderen. Onze handelsbalans
met Denemarken, welke in 1930 nog met 14
millioen gulden actief was, en in 1931 nog met
9.3 millioen, is in 1932 zoodanig verslechterd,
dat het actiefsaldo tot 2.2 millioen is gedaald.
Het is dus te verwachten, dat de rollen
spoedig zullen zijn omgekeerd, dat n.l. Dene
marken hier meer zal invoeren dan ons land
naar Denemarken zal leveren. Onder die om
standigheden is het toch wel wat te veel ge
vraagd, dat de invoer van Deensch vleesch
hier nog maar steeds zal worden toegelaten.
Wij zien geen enkele reden waarom, nu in
i Denemarken blijkbaar ten gunste van Enge-
I land, onze invoer meer en meer teruggaat, wij
niet hetzelfde zouden doen. Ook begrijpen wij
niet, waarom het nu weer onze veehouders
moeten zijn, die hier voor de naar Denemarken
uitvoerende bedrijven, het gelag moeten be
ialen. Ook voor deze aangelegenheid zal de
conferentie te Londen eenig licht kunnen ver
schaffen, besluit het blad.
I
FOUTIEVE OPGAVEN VAN TARWEBOUW?
Belangrijke verschillen in Groningen.
1 GRONINGEN, 15 Juni. De gewestelijke
tarwe-organisatie heeft bij het uitoefenen van
controle ontdekt, dat verschillende opgaven
omtrent de grootte van met tarwe beplante
oppervlakten en de werkelijke oppervlakte
nogal uiteenloopen. In een geval was de op
gave 25 grooter dan de werkelijkheid. Men
verwacht dat strenge maatregelen zullen wor
den genomen tegen foutieve opgaven.
GROOTE PARTIJEN GROENTE „DOOR-
GEVEILD".
Te Hoogezand heeft men de laatste dagen
groote partijen groente „doorgeveild". Giste
ren 18.337 stuks spitskool, 2725 stuks bloem
kool en 1100 kroppen salade. Het grootste
deel hiervan wordt vernietigd. Hetjcrisiscomité
krijgt wel naar behoefte, doch die behoefte is
zeer klein.
I
FEUILLETON.
te DORDRECHT.
I de geschiedenis der lijfstraffelijke rechtpleging).
Zou die tasch met geld maar hier laten
ld," zei Jan Smldt. „Dat is maar heen en
f loopen en dan geeft zoo'n tasch met geld
lr zorg voor niks."
Tit gc mal, die zorg gesp 'k om me lendenen
I," lachte de schipper, die zijn rol meesterlijk
(de en de daad bij het woord voegend, deed
lot straks hoor Smidt," riep hij, de deur uit
end met Marie.
juten gekomen haalde hij verlicht adem.
Pi net huis, Rome genaamd, gekomen, dat
Se passen verder gelegen was, rukte hij zich
'aps los, greep haar gevoelig bij den arm
'egde haar ernstig toe:
(at u met me hebt willen doen, doe dat
land meer, meisje. Door een toeval..., door
I genade, ben ik aan uw schandelijken toeleg
jrnien. Waag het nu met niemand meer, want
I„. J rs llct Berecht aanklagen."
- woorden maakten op Maric een diepen
Vhinn w'lde zich zwijgend verwijderen, doch
CrinEa 'laar vast en terwijl hij haar
El ?anzaB, voegde hij haar toe
L.nori Waar Jacobs de goudsmid van
L.nrdv.m ,,vcn is - Nergens anders dan in
r U|L ik weet dit, want zelf heb ik hem
SPECIFIEKE WERKING VAN LIJNMEEL.
Minder belangrijk dan veelal aangenomen
wordt.
Aan het rijkslandbouwproefstation te Hoorn
is door dr. E. Brouwer een onderzoek naar de
specifieke werking van lijnmeel ingesteld. De
resultaten van het onderzoek worden als volgt
samengevat:
Met behulp van 26 tuberculosevrije, zwart
bonte melkkoeien werd een voederproef ge
nomen, waarbij per koe en per dag 2 K.G. lijn
meel werd vergeleken met een mengsel van
1.2 K.G. grondnotenmeel 0.6 K.G. maïs
meel. Het lijnmeel was volgens opgave van
den fabrikant in ons land bereid uit Laplata-
zaad. Het doel der proef was na te gaan of
op deze wijze een specifieke werking van het
lijnmeel, in vergelijking met het vermelde
mengsel, aan den dag zou treden. Om de even-
tueele gunstige werking zoo duidelijk mogelijk
naar voren te brengen, ontvingen de beiae
groepen in de voorperiode, ja zelfs reeds lang
daarvóór, geen lijnkoek of meel, terwijl de
hoofdperiode zoo lang mogelijk werd genomen
(acht weken).
Van een specifieke werking werd echter niets
waargenomen. De opbrengsten aan melk en
vetvrije droge stof waren bij de twee groepen
namelijk practisch gelijk. De vetopbrengst en
het vetpercentage waren bij de met lijnmeel
gevoederde groep een weinig hooger, maar het
verschil was zoo gering, dat wij hieraan geen
wezenlijke beteekenis mogen toekennen. Het
gehalte der melk aan vetvrije droge stof en
kaasstof was eveneens practisch gelijk. Ook
bij', het levend gewicht deden zich geen ver
schillen voor. Ook de glans van het^haarkleed,
de consistentie van den mest en dergelijke
waren practisch gelijk; hetzelfde was het geval
met de gehaltes van het bloedserum aan kalk
en anorganisch phosphaat. Het joodgetal van
het botervet werd door de iijnmeelvoedering
een weinig verhoogd; echter niet méér dan
I) a2 eenheden.
"Al bleek dus op deze wijze van een specifieke
werking van het lijnmeel, behalve op het jood-
getal van het botervet, practisch niets, de
mogelijkheid blijft natuurlijk open, dat deze
wél aan den dag zou zijn getreden, indien een
ander, minder gevarieerd, eenzijdig grond-
rantsoen zou zijn gegeven, of indien de proef
perioden nog veel langer hadden kunnen wor
den gerekt. Toch blijkt duidelijk, dat de speci
fieke werking van het lijnmeel geenszins zóó
sterk aan den dag treedt als men veelal meent.
ENTEN VAN LUCERNEZAAD MET GOEDE
RESULTATEN.
Hooger eiwitgehalte van de planten.
Door dr. F. C. Gerretsen is een onderzoek
ingesteld naar de resultaten van het enten van
lucernezaad met bacteriën-preparaten.
De verkegen resultaten vat hij als volgt
samen:
In de onderzochte klei- en zavelgronden in
het Noorden van ons land komen wel lucerne-
bacteriën voor, doch niet in zoo grooten getale,
dat enting overbodig wordt.
Tusschen het aantal knolletjes, dat aan de
lucerneplanten werd gevonden en de dikte van
de stengelbasis bleek een duidelijk verband te
bestaan.
Een onvoldoende kalktoestand van boven
zoowei als ondergrond teekende zich af in een
verminderde opbrengst aan lucerne.
Door enting werd op alle gronden de hooi-
opbrengst vermeerderd, varieerend tusschen 6
en 780 pet., welke gunstige invloed soms na
3 en 4 jaren nog was waar te nemen.
Door enting werd in 85 pCt. van de gevallen
het eiwitgehalte van de planten verhoogd, ge
middeld met 14 pCt.
Een normale stikstofbemesting op ongeënte
lucerne gaf in meerdere gevallen aanleiding tot
een verminderde opbrengst in de tweede en
volgende sneden, en is uit dien hoofde ten
sterkste af te raden.
Bij niet onder dekvrucht gezaaide lucerne,
welke ozen o Ween geringe stikstofbemesting
heeft ontvangen, kan men door enting het on
kruid tot een minimum beperken.
indringers dood gevonden
In de fouragepakhuizen van den heer Jellesma te
St. Nicolaasga wemelde het van ratten, die den eigenaar
groote schade toebrachten. Op aanraden van een
drogist werd een proef genomen met Rodent en
het resultaat was verrassend. „Ik ben nu zoo goed
als geheel van ratten bevrijd" schrijft genoemde heer
ons daarna, „en had het geluk met één doosje 120
ratten te dooden." Zulke successen zijn niet zeld
zaam, eiken dag doodt Rodent duizenden ratten en
muizen. Indien dit ongedierte Uw eigendommen ver
nielt, koop dan nog heden een doosje Rodent,
gebruik het op de voorgeschreven manier en mor
gen zult U van rat en muis bevrijd zijn. Enkele
doos 50 ct., dubbele doos 90 ct. importeurs: Fa.
B. Meindersma - Den Haag. B 44
(Adv.)
er achter gelaten. Maar God heeft niet gedoogd,
dat ook ik.
Toen liet hij haar los en ze verwijderde zich
snel, zonder een woord terug gezegd te hebben.
De schipper bleef haar nog een oogenblik na
staren en keerde in zwaarmoedige stemming naar
zijn schip terug.
De geheele familie was in de gelagkamer tegen
woordig, toen Marie er in terugkeerde.
Ook Andries, haar broeder, was er thans bij.
Ontsteld zagen ze haar aan en zij richtten allerlei
vragen tot het meisje, dat op een bank was neer
gezonken.
„Wat is er met u gebeurd?" vroeg Jan Smidt,
z'n dochter met een trek van angst aanziende.
„We zijn verraden!...
„...III!...."
„Wat?..."
„Verrraéaaóden?.
„Als Willem van Dongen z'n mond niet houdt!"
sprak Marie bevend.
„Waarom hebt ge 'm niet teruggebracht?"...
„Dat is het juist".
„Vooruit dan! Vertel dan..."
„Op straat gekomen heeft hQ me gezegd, dat
hij gezien had wat ik hem wilde doen.Hij heeft
me gewaarschuwd het met niemand anders meer
te probeeren, daar hij ons anders zal aanklagen.
Ook wist-ie dat.
„Wat wist-ie dan?.
„Dat Jacobs, de goudsmid, hier in huis gebleven
was.
Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door onze
abonné's worden gezonden aan Dr. te Hennepe. Dier
gaardesingel 96a te Rotterdam. Postzegel voor antwoord
insluiten en blad vermelden.
Mijn Kippenhouderij in Treurzang.
Heden ontving ik een bijzonder zielige brief
naar aanleiding waarvan ik een en ander zou
willen bespreken. De brief luidt als volgt:
„Mijn kippenhouderij is een treurzang. Be
gonnen met kuikens koopen, spoedig haast
alles dood. Pullorum, ook nog een partij met
allemaal zwerende koppen. Na een paar dagen
kon men groote harde stukken etter uit de
oogleden drukken. Met tobben bracht ik 120
kippen groot van de 900 kuikens. Maar toen
kwam diphtherie en kippen met zwerende
oogen, het slot was: ik had nog ongeveer 50
kippen. Nu stierven er de laatste week tien
kippen. Ze laten een paar dagen de vlerken
hangen, de kam en lellen worden blauw en
binnen twee dagen zijn ze dood. Ik sneed er
zelf een open, volgens mij was alleen de lever
ziek, ik dacht bijna: Is 'dat geen soort ver
giftiging! Van de tien kippen waarover ik
schreef, werden er twee door mij afgemaakt
omdat ze verlamming hadden in de pooten.'
De rest stierf aan de verschijnselen waaraan
de twee kippen stierven, die ik naar de Rijks-
seruminrichting gezonden heb. Ik meen dat
mijn kippen achtereenvolgens vijf of zes ziek
ten doorgemaakt hebben. Er loopen er nu nog
een paar te sukkelen en wat ik ook doe, altijd
is het resultaat de dood!"
Hier zien we nu een der vele voorbeelden
hoe men met kippenhouderij veel geld ver
liezen kan en er nog een hoop moeite en
zorgen door op den koop toe heeft. Verder zien
we hoe leelijk wij gedupeerd zijn als we be
ginnen met kuikens waar pullorum onder heeft
gezeten, iets waarvoor ik altijd waarschuw.
Meestal houdt men van kuikens waar pullorum
onder geheerscht heeft een partij zwakke dier
tjes over, die aan allerlei ziekten ten offer val
len. Daarvan is deze brief wel een treurig be
wijs. Nadat de pullorum uitgewoed was trad
blijkbaar snot op, waardoor de dikke koppen
en zwerende oogen ontstonden. Van de 900
kuikens waren nu nog 120 kippen over en
daaronder brak diphtherie uit, zoodat erjnaar
50 overbleven.
Hier is dus de fout begaan dat de roch reeds
zwakke diertjes niet bijtijds tegen diphtherie
ingeënt zijn. Laat nu eiken lezer alvast notee*
ren dat hij al zijn kuikens tegen dat ze vier
a vijf maanden oud zijn door den dierenarts
Iaat inenten tegen diphtherie. Deze enting is
bijzonder goedkoop geworden doordat de
Rijksseruminrichting de entstof tegen uiterst
lagen prijs voor de dierenartsen beschikbaar
stelt. Dit is nu juist gedaan om de kippen
houders in deze sombere tijden er toe te bren
gen hun pluimvee in te laten enten en dat
door deskundigen te laten doen. Ga niet zelf
met dat werk beginnen, het lijkt gemakkelijk
en goedkoop doch het loopt heel veel op ge
knoei en mislukkingen uit. Wendt U daarom
tot den dierenarts, dan wordt U betrouwbaar
geholpen. Wacht nu echter vooral niet tot de
jonge kippen al aan den leg zijn of totdat het
gure najaar gekomen is, dan is het meestal te
laat! Als de kippen aan den leg zijn is het te
laat, omdat ze dan door de enting een schok
krijgen waardoor de eierproductie vermindert
en wij dus schade lijden en als we wachten
tot het gure najaar is het te laat, omdat dan
meestal de ziekte er al is en we dan ondanks
de enting vele dieren kunnen verliezen.
Onthoudt eens en vooral dat de enting tegen
de diphtherie der kippen is een voorbehoeden
de enting, die bijgezonde jonge dieren toe
gepast moet worden. Het is geen geneesmiddel
zooals 99 van de 100 kippenhouders denken en
hopen. Laat men dus enten op den leeftijd van
4 a 5 maanden, dit raad ik U ten sterkste
aan, wacht niet tot de ziekte er is, dan is het
te laat en lijdt men groote schade.
Dat is dus punt één! Onze briefschrijver
heeft zijn dieren, die het dubbel noodig had
den, niet bijtijds laten inenten en houdt dus
na een heele zomer tobben van 900 kuikens,
zegge 50 hennen over. Nu begaat hij de tweede
enorme foutl Van deze hennen gaan er een
paar dood en hij gaat ze zelf opensnijden en
„vindt alleen de lever ziek" en „denkt" „dat
ze vergiftigd zijn." Kan men nu ooit duide
lijker voorbeeld vinden voor mijn telkens her
haalde waarschuwing: „snijdt nooit zelf zieke
of gestorven kippen open." Ten eerste omdat
zelfs de beste deskundige aan een open
gesneden kip meestal de ziekte niet herkennen
kan. Ik mag toch wel van eenige ervaring
spreken na misschien in de laatste jaren een
dertig duizend kippen opengemaakt te heb
ben. Ik kan het niet zien als'ik er niet allerlei
laboratorium fulpmiddelen bij haal, zooals de
microscoop en voedingsbodem om bacteriën
te kweeken.
Welk nut heeft het dus als een leek of een
deskundig een kip openmaakt zonder die labo
ratorium hulpmiddelen? Door wat we zien als
kip open is worden we toch niet wijzer
Daarvoor is een veel dieper gaand onderzoek
noodig.
Maar ten tweede bestaat het groote gevaar
dat door het opensnijden smetstof verspreid
wordt en dat is hier blijkbaar ook gebeurd.
Een leek kan een kip niet zóó opensnijden of
hij besmet de heele omgeving.
Ten derde zijn er ziekten ook voor den
mensch gevaarlijk, zooals tuberculose en para-
Vrouw Smidt slaakte een gil, die niets men-
schelijks had.
„Dan zijn we verraden..."
„Zwijg, moeder," riep Andries de zoon. „Maak
geen lawaai. U schreeuwt het uit, of heel Dordt
het moet hooren... Heb maar geen vrees. De
schipper vertrekt morgenochtend vroeg. Wat kan
hij trouwens tegen ons getuigen?..."
„Voor mij zal hij dat niet doen!" sprak Marie.
„Hij heeft het me beloofd."
„Maar welke duivel heeft hem dat ingeblazen?"
riep de moeder,
„Ja wie?"
„De ekster is niet in de gelagkamer geweest!"
riep Jan Smidt.
„Verraad heeft er plaats gehad," stampvoette
Andries. „Laten we haar.die Jans, eens onder
vragen."
Allen wendden zich tot het meisje, dat met
bleek gelaat de gesprekken had aangehoord.
„Waarom hebt ge hem gewaarschuwd?"
Deze woorden stieten vaderen zoon bijna gelijk
tijdig uit, terwij! ze het meisje eenige duwen gaven.
„Waarom hebt ge het gedaéón?..." riep de
vader met een vloek.
„Nu ja... ik heb hem gewaarschuwd, omdat
ik hem wilde redden. Omdat ik het niet langer
kan aanzien, dat hier in huis steeds hemeltergende
misdaden gepleegd worden. Ik ga weg en zal hier
nimmer terugkeeren.
„Daarmede hebt gij te lang gewacht, huiche
laarster," beet dc moeder haar toe. „Nee, meisje,
nu wilt ge er uit... Maar nu blijft ge hier. Ge
zijt onze medeplichtige cn ge zult wel wachten
ons te verraden."
„Verraden zal ik jelui niet, want God zal jelui
toch wel slaan. M'n aanklacht is dus overbodig.
Gij zijt m'n vader en gij m'n moeder, als 'k jelui
zoo nog moet beschouwen. Ik zal jelui niet aan
klagen. Maar ik bid u... kom terug van dit
vreeselijk misdadig leven..."
„Hoort me nou zoo'n vrome eens een boet
predikatie houden," schreeuwde Andries. „Trap
ze direct het huis uit... direct..."
„Ja weg, meid," schreeuwde Jan Smidt. „Weg,
me huis uit!"
„Op den brandstapel zie 'k jelui nog, als jelui
zoo doorgaat," riep Jansje.
Andries begon haar nu vreeselijk te mishandelen
en ook de vader liet zich niet onbetuigd. Dit
gruwelijk tooneel werd kalm aangezien door de
moeder en Marie.
Dan plotseling greep Andries het arme meisje
aan en terwijl de vader de deur opende, smakte
de zoon zijn zuster de straat op.
Ze bleef niet lang liggen. Het bloed vloeide uit
haar neus en mond.
Waar moest ze heen?
Zonder doe! liep ze den kant van dc Rietpoort
uit. Dc Merwede ziende, bekroop haar de lust er
zich in te storten, omdat het leven voor haar
toch niets meer was.
Den ganschen nacht doolde ze rond cn uren
huilde zij haar leed uit, zittend tegen een paal,
waaraan schepen gemeerd werden.
Langzamerhand begon het te dagen en op de
schepen werd het levendiger.
Plotseling hoorde zij haar naam roepen en op
ziende ontwaarde zij den jongen schipper van den
vorigen avond.
„Heil... holèl.
„Heil... hola!... Zijt gij niet Jansje Smidt?"
„Ja," riep ze terug.
„Kom op de loopplank, meid, want ik heb,
geloof ik, m'n leven aan u te danken."
Hij kwam haar tegemoet en hielp haar over de
plank gaan.
„Maar wat is u overkomen, Jansje?" riep hij,
Jiaar bebloed gelaat ziende.
„Ze hebben me mishandeld..."
„Het tuig!"
„Ik moet hier weg. Ik kan niet langer in Dordt
blijven. Ik heb geld noch kleeren en ik weet nie
mand waarheen ik me begeven kan."
„Maak u niet bezorgd, Jansje," sprak de schip
per getroffen. „Dat alles komt terecht. Voorloopig
zijt gij op mijn schip en ik breng u, waar gij
wezen wilt. Neem m'n uitnoodiging aan en laat
me naast God uw besten vriend in nood zijn...
Ik heb hier aan boord een zuster en aan haar zal
ik u toevertrouwen. Zij zal goed voor u zijn,
omdat gij mij hebt gered."
Het eerlijke gelaat van den jongen schipper trof
haar en vol vertrouwen liep ze achter hem aan
naar het achterste deel van het schip, waar zich
de roef bevond.
11.
DE MOORD.
Er is een jaar verloopen en het is in begin
September 1538. Twee mannen, aan hun kleeding
te oordeelen tot den burgerstand behoorend, sloe
gen den weg in van Breda naar Oudenbosch.
(Wordl vervolgd).