k De smak, dien Tabbernee heeft gemaakt. Griep PLUIMVEETEELT Leest „Onze Eilanden," BRANDEN. ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 28 JANUARI 1933. vooraanstaande kweekers niet by de pakken neerzitten en trachten zich aan de gewyzig- de omstandigheden, voor zoover mogeiyk, aan te passen. Wanneer iemand van een stalen heftoren afduikt, is het effect van den sprong van weinig beteekenis Er is geen veerplank, dus met de parabolische beweging is het snel gedaaD. Natuurkundig gesproken gaat het lichaam direct over in den„vryen val". De lucht geeft weliswaar eentgen weerstand, maar die kan practisch gereduceerd worden tot nul in het geval van iemand, die van 70 M. hoogte recht naar beneden duikt De beginsnelheid, waarmee Tabbernee zich door de lucht bewoog, kan ook op nul worden gesteld. Dan is de snelheid, waarmee by hei water bereikte, eenvoudig te berekenen met de „vryo val-formules". In de eerste plaats moet dan de t,yd be rekend worden, dien hij over den duik of over den val (voor mechanische berekeningen doet het karakter van den sprong er niets toe) doet. De tyd laat'zich berekenen met de formule „s is gelijk aan een half g maal t kwadraat". S is daarbij de hoogte: 70 M G is de versnelling in den vryen val en be draagt voor elk lichaam, ongeacht het ge wicht, 9 8 M. per sec. T is de ifld. Dus 7u is geiyk aan een half maal 9 8 maal der tyd in het kwadraat. De tyd bedraagt dai 3 8 sec. De eindsnelbeid. dus de snelheid waarmee het water wordt bereikt, haai» men vervolgens uit de formule „v is gelijk aai g maal t". V is daarbQ de onbekende. G i> weer 9 8 ea t is 3.8. V is dus 37.24 M- sec. De snelheid, waarmee Tabbernee het water bereikte bedroeg derhalve 134 K.M. per uur! Dat is de snelheid van een race-auto. Als Vlasblom dus op het laatste oogenblik heeft gewacht om zijn tweede salto te raakeD het eenige middel om aan den smak te ont komen, door eerst het zwaartepunt van hei lichaam te verplaatsen (men vouwt zich dubbel) en d3n om zijn as heen het watei in te draaien, hoofd en uitgestoken han den naar voren, dan is hij, gezien de snelheio op het laatste oogenblik, wel ontstellend scherp en koelbloedig op zyn qui-vive ge weest. Op het moment, dat de salto wordt gemaakt en het lichaam uit den verticalen val van het zwaartepunt weg schiet, teneinde het plotselioge geweld van de aanraking van het water te keeren, moet echter wel het totale arbeidsvermogen door het lichaam worden verricht, dat in alle gevallen eender ia. Valt iemand, zonder meer, dan krijgt by voorbeeld het hoofd alleen alle arbeids vermogen te verwerkenBeheerscbt de duiker het licnaam in een goed gerichte salto, dan fungeert het heele lichaam als afnemer van arbeidsvermogen. Hoe groot dit arbeidsvermogen is, moge biyken uit het volgende: Er moet een hoe veelheid water verplaatst worden ongeveer van het volume van het lichaam. Het gewicht van een menscheiyk lichaam is ongeveer even groot als het gewicht van bet ver plaatste water. Dit is du3 gemiddeld 75 k g Deze 75 k.g. water kan, tengevolge van de SDelheid van het proces, niet door een har monische golfbeweging uit den wegkomen. Zulks is alleen mogelijk bij een goed ge richte salto. Bij een val moet het water plotseling uit den weg Het spuit dus om hoog. In een twintigste seconde is het lichaam ondeF water, als het rechtstandig valt In het gemiddelde geval is het lichaam dus verdwenen in een veertigste seconde. In het gemiddelde geval heeft het water zich dan over een afstaDd van de helft van de lengte van het lichaam, d i. plus minus 0 85 M., te verplaatsen, en wel omhoog. De te verrichten arbeid in een veertigste seconde is dan 0 85 maal 75 k.g.M Iq één seconds (eenheid van tyd) 40 maal 0.85 maal 75 k.g M. H^t arbeidsvermogen van één pa irdekracbt is 75 k.g.M. sec. Dus iemand die van 70 M. hoogte in het water spring» en door een evenwichtsveranderiDg (door een salto) den smak met meer kan afleiden, krijgt op de plaats, waar by terecht komt, een klap van 34 paarden! Zuiver mechanisch is deze klap vlugger berekend. Het vallende lichaam heeft „ar beidsvermogen van beweging". Dit is gelijk aan den weerstand, dien het vallende lichaam in het water krijgt. Die weerstand leidt zichzelf Diet in een harmonische golfoewe- ging af, moet ineens doorstaan woiden.Die weerstand, uitgedrukt in arbeidsvermogen van plaats, bedraagt dan het gewicht maal de snelheid van de laatste seconde, dat is ook 34 P K. Tabbernee heeft zich in zyn roekeloosheid laten martelen dooreen vernielingsvermogen van 34 paarden. Zoo'n arbeid kan geen enkel lichaam weer staan Vlasblom moet dan ook, zoodra hy gedeeltelik in bet water was gekomen, het hoofd in den nek hebben geworpen en als het ware afgegleden z$n op den weerstand van het water, toen hy dook. Hy dook als het ware öp en kan niet lang „onder" z(jn geweest. Op die manier zette by een deel van het arbeidsvermogen, dat geen enkel lichaam kan verstouwen, om in nieuwe vaart en golven. Dit zyn, in ruwe trekken, de mechanische problemen, die aan de roekeloosheid van twee jongens vast hebben gezeten, waar schijnlijk zonder dat zy er zich voldoende van bewust waren. In het ziekenhuis aan den Coolsingel te Rotterdam is de sectie verricht op het l(jk van den jongeman. Het resultaat van de sectie is vooral hierom vermeldendswaard, omdat er door wordt aangetoond met welk een enorme kracht do jongen op het water terecht is gekomen. Geconstateerd werd dat de ruggegraat in den schedel was gedrongen, het gebroken rechter sleutelbeen was door het hart gedrongen, alle organen in borst en buik bleken te zijn gescheurd. Inflnpn7!) Al wat u nood|s 1 illHUCIlLtt» heeft om spoedig te herstellen, zijn een paar Mijnhard't Poeders. Per stuk 8 ct.; doos 45 ct. Bij Uw Drogist. (Adv.) Vo e tb alp rikk e ling. 'tSjongen wat ben ik geschrokken, Van 't berichtje in de krant, Ouddorp vraagt nieuwe wetten, Oude worden dan verbrand. 'Tis dan ook verschrikkeiyk erg, Met dat bioote beenenspel En dan die gekleurde borstrok Korte broeken. Kippenvel Zou je er van kiygen als je datgesjou aanziet. Maar dat is nog niet het ergste, Men verdwijnt er zoo je ziet. Googel brok ken, Tooverballen, Liedjeszanger, Muzikant, Een vrolyke avond-Zanguitvoering, Alles wordt hier afgedankt. Geef het strand ook nog een knaauwtje, Ruim dat zaakje ook maar op, Vreemdelingen dagjesmenschen, Karrebies en rollen drop. Laat dan alles maar verdwyuen. Z-»lfs het plankje naar het strand, Waar je alleen maar op mag komen, Met vyf centen in je hand. Dus ze gaan het beter maken... Wat komt er voor de jongelui, Of krygen die soms houten huisjes Om te schuilen voor een bui. Zou dat dan veel beter wezen, Dan het sporten op een veld. Maar gezondheid, spieren stalen, Wordt daar zeker niet geteld. Maar gelukkig zqn daar menschen Met een heldere kop verstand, Die wellicht wel zullen zeggen, Jullie zijn wat uit verband. 'tZou dan ook belacheiyk wezen, In een badplaats zoo'n verbod. Op iedere weg een bordje zeker, 't Heele dorp is op slot. Toch moet je niet raar staan kijken, Als het volgende geschiedt. Dat ze wel van voetbal houwen, Maar 'tlaten weten... doen ze niet. Als bij dan op Zondagavond, Lekker in z'n stoeltje ligt, Stiekum ligt te prakiseeren, Men z'n oogies half dicht, Vliegt hij plotseling naar boven, Vrouw ik hoor alweer een rat, Man je zal wat zitten suffen, Ik weet zeker 'tis de kat. Neen bestaat niet zegt hy zeker, Dat leven ken ik veel te goed. 'kZal eens gauw een val gaan halen, Vlug mijn toffels en mijn hoed. En in 't Pikkestikke donker Sloop bij op z'n toffels heen, Trok eens lekker aan zyn pupe, Menschen zag hy er geen één. Op een aardig sukkeldrafje, Kwam hij nogal hijgend aan, 'N klop op 't deurtje, toen naar binnen, Zeg eens vriend hoe is 'tgegaan? Ja, dat zal ik je is vertellen, Dat valt voor jou beslist niet mee, Zwitserland dat heit gewonnen, Holland niks en zullie twee. Maar mijn vriend dat is verschrikkelijk, Dat is voor mij een kwade zaak, Holland heeft de mets verloren, En my kost het nog een knaak. PATTY. Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door onze abonné's worden gezonden aan Dr. te Hennepe, Dier gaardesingel 96a te Rotterdam. Postzegel voor antwoord insluiten en blad vermelden. Bloed in Eieren. Het nieuwe jaar zet goed iol Deze week een stortvloed van vragen over allerlei onder werpen, waarvan ik er enkele uitkies om ten algemeenen nutte verder te besprekern Twee vragen betreffen bloed in eieren. De een vraagt: oorzaak en bestrijding van bet euvel dat er bijna in al de geraapte eieren het gebeele jaar door een tipje bloed zit. De ander vraagt of het aan bet voer ligt en of ze hard voer mogen hebben en veel groen voer. Beide schrijvers vergeten te vermelden waar het bloed in de eiereD zich bevindt, op den dooier of in het eiwit en toch is dat wel van belang, althans voor de verklaring van het feit. Zooals we weten wordt de dooier van het ei in den eieratok gevormd, groeit ala het ware daar als een druif aan een tros. Het groote verschil met een druiventros is echter dat bit een normale druiventrosalle druiven vrijwel even groot zijn, doch dat aan den eierstok telkens maar één dooier rijpt en m-n aan een gezonde in werking zijnde eierstok dus één groots dooier vindt en daar naast een aantal steeds kleiner wordende dooiers. Hot aantal kleine dooiertjes loopt b(j een kip in de honderden. Heel interessant ia dat de dooiers als het ware opgebouwd worden uit lagen eigeel die er vau buiten af omheen gelegd worden en dat afgeschei den wordt door een zeer bloedrijk vliesje waarin de dooier ligt. Ais men kippen met bepaalde kleurstoffeu voert, b.v. om den an deren dag, dan kan men dooiers krijgen die op doorsnede zuiver regelmatige ringen ver- toonen van gekleurd eigeel en gewoon eigeel. Na voedering van de kleurstof vormt zich ooi den dooier in aanleg een sterk gekleurde laag en na een gewone dag vormt zich weer een laag gewoon dooiergeel. Nu moet men voortaan eeus goed opletten als men een kip slacht die aan den leg is. Men ziet dan de dooiers in hun bloedvaat- vliezig omhulsel aan den eierstok, maar op een bepaalde plaats bij den dooier ziet men duidelijk een ongeveer 2 c.M. lange en on geveer 3 m m. breede, totaal bloedvaatlooze breede streep. Dit is de plaats waar het dooiervliesje open scheurt als de dooier rijp is. In normale gevallen rolt dus de dooiei in den eileider zonder dat er ook maar één bloedvaatje verscheurd wordt. Is echter dooi overprikkeling van den eierstok of door ziekte (pullorum-bacillen) de eierstok niet normaal dan kan of by net loslaten van den dooier een klein beetje bloed met een ge sprongen bloedvaatje meekomen, öf de dooiei iaat niet gemakkeiyk los, komt in de eileider en de steel, waardoor de bloedvaten van den eierstok naar de dooier liepen, rekt zich daarbij uit. In sommige gevallen scbeurt de steel af en in andeie gevallen biyft de dooier aan den eierstok vastzitten enkomi soms weer in de buikholte terecht waar hp indroogt en later ala een verschrompelde kers aan een steeltje in de buikholte ligt. Als de steel afscheurt sterft de kip meestal plotseling aan een inwendige verbloeding en vinden we als we bet dier openmaken een groote klomp gestold bloed in de buikholte Ziedaar dus allerlei mogelijkheden by Uei loslaten van den dooier van den eierstok en al naar de hevigheid der bloeding vindt men in de eieren op den dooier kleinere tot grootert bloedstolsels. Soms is bet maar een neel fijn oloedstreepje, soms een klompje oloed. Wor den deze eieren gekookt dan verkleurt hei bloed en het ei ziet er onstnakeiyk uit. Vooi de consumptie geeft het niets, schadeiykis het niet, alleen maar erg onsmakeiya. Op zyn weg naar cloaka passeert de dooiei den eileider waai het eiwit, de schaalvliezen en de schaal er omheen gelegd worden. Ouk dit proces gaat weer geüeel anders dan de meesteD denken, daar er eerst om den dooiei heel taai eiwit gelegd wordt en dan een, laag veel dunner eiwit. Tenslotte trekt er, als de vliezen reeds gevormd zyn en de kalkschaal zich al begint af te zetten, van buitenaf weer zeer dun eiwit in het ei ea vult als het ware de eischaal geheel op. Nu kan er natuuriyk ergens in den eilei der, die verbazend bloedryk is, gemakkelijk een bloedvaatje springen en in zoo'n geval komt er dan bloed in het eiwit terecht. Vooral by jonge kippen waar de leg forsch inzet en de legorganen zich nog niet geheel aan hun functie aangepast heboen, kan dat voorkomen. Nu kan dus de oorzaak van bloed in de eieren liggen aan zwakke bloedvaten der kippen en zwakke legorganen (eierstok-Eilei der) of aan overprikkeling door het voer voor overigem- normale legorganen. Soms komt het by één kip voor, soms by meer kippen, die dan min of meer erfeiyk belast kunnen zyn voor deze kwaal. Het advies is, als bet veel voorkomt, op het voer te letten en desnoods wat minder eiwitryk voer te geven en wat meer graanvoer. Daardoor kunnen de legorgaoen eenigsziDS tot rust gebracht worden. Veel is er echter niet aan te ver helpen als de kip erfeiyk belast is. Koon het by één dier van den koppel voor en kan men den boosdoenster door middel van val- aestcontióle te pakken krygen, dan kan men zoo'n dier beter opruimen, komt het bp meer koppen voor, probeer dan met wat meer graanvoer, of tljdeiyk 2% levertraaD in bet meelvoer, de kippen wat op te sterken. In geen geval moet men met kippen die deze afwyking vertoonen verder fokken, want welke ook de oorzaak magzyn.hetzy in de kip gelegen dan wel door het voei ootstaan, het is een abnormaliteit die bij een normale, flinke kip niet voor mag komen en elk dier waar maar iets aan mankeert, moet van de fokkery uitgesloten worden. Ik kan daar nooit vaak genoeg op terug komen. Fok absoluut niet van dieren waar iets aan mankeert of die eieren leggen waar iets aan mankeert. De pluimveestapel wordt door de eenzLjdige eiscben die men er aan stelt al genoeg in gevaar gebracht haar weerstandsvermogen te verliezen en het eenige middel om verdei f tegen te gaan is de uiterste zorg te besteden by het uitkiezen van krachtige fokdieren. Tenslotte nog een vraag van een lezer waar kippen dood gaan en die een paar vage verschijnselen opgeeft, n.l. niet op den stok gaan, kleiner worden der kammen, iD elkaar zitten met de oogen dicht. Lezer, spaar u zelf en my dergeiyke brieven, het is verloren tyd, moeite en geld. Ik kan er geen antwoord op geven. Een ziekte stelt men vast door nauwkeurig onderzoek van het zieke dier en omdat zulks by kippeD meestal niet past, laat men ze door een deskundige onderzoeken als ze dood zijn. ■Stuur ze dus op voor gratis onderzoek naar de RljksseruminrichtiDg te Rotterdam, dat is het aangewezen adres, waar ik al meer malen op gewezen heb. Dr. te Hennepe. WEEll KEN FELLE BRAND TK ROTTERDAM. Moeilijk blussckiugswerk. ROTTERDAM, 24 Jan. Opnieuw woedde hedenavond een felle brand in een der oude stadsgedeelten van Rotterdam en ook hier was het gevaar voor uitbreiding geruitnen tyd vry dreigend. Omstreeks hallnegen is het vuur ontstaan op de zolderverdieping van het pand Hang 13. In dit perceel is gevestigd het Lingeriehuis en de eugros- handelin lingerie en manufacturen. Het pand is een vry smal, twee verdiepingen hoog huis, dat aan de achterzyde grenst aan het water van het Steiger. B(j het Lingeriehuis waren eveneens in gebruik de één-geheel- vormende panden van 15 en 17. Het vuur woedde voornamelyk aan de achterzyde. Hevige rookwolken en een felle gloed maakten voorbijgangers op den brand op merkzaam en dezen alarmeerden de brand weer, die oogenblikkeiyk met veel materiaal uitrukte. Aan de voorzyde van de huizen viel van den brand niet zooveel te bespeuren, doch aan den achterkaDt kreeg het vuur zeer spoedig een dreigend aanzien, zoodat de hoofdman Kruis, die de leiding van het olusschingswerk had, het noodzakeiyk achtte Je motorspuit te ontbieden. Aan de voor zijde werd het vuur bestreden met zeven stralen van slangewagens. Deze stralen wer den binnen door het brandende perceel en de naastgelegen perceelen geleid. Aan de achterzyde wilde men het vuur bestryden met twee stralen van de motorspuit, die op net Steiger stond opgesteld. Ten gevolge van den lagen waterstand in de Steigergracht weid meer modder dan water opgezogen en de stralen, die de spuit produceerde, kon het vuur niet bereiken De vlammen kregen daardoor gelegenheid im ongehinderd om zich heen te grijpen. Het dak brandde door en hoog laaiden de Hammen op. Spoedig sloeg de brand ook over naar de eerste verdlepiDg en kreeg toen een zeer gevaarlijk karakter. De brandleiding besloot laarom de buis van de motorspuit niet meer op open water te laten werken, doch de mnvoerbuis te koppelen op de waterleiding. Met twee zware stralen werd daarop de vlammenzee bestreden. Aanvankelijk scheen men daarmede succes te hebben en op de eerste verdieping was het vuur toen spoedig verdwenen, doch op den zolder bleef het hardnekkig branden. Even over negen sloe gen de vlammen over naar den zolder van pand 15 en binnen enkele seconden ook naar die van pand 17. Een derde straal werd op de motorspuit gekoppeld, terwijl eveneens nog een vierde straal werd uitgelegd van een inmiddels ontboden tweede motorspuit. ZWARE BRAND TE AMSTERDAM. Op de Leliegracht te Amsterdam heeft Woensdagavond een felle brand gewoed in een mooi 17e eeuwsch koopmanshuis, bly- kens een gevelsteen tusscben de hooge ramen in den met gebeeldhouwde guirlandes ver sierden voorgevel gebouwd in 1637. Thans is in dit fraaie pand een handel in electriciteits- en verlichtingsartikelen van de firma Elvera gevestigd. De benedenverdieping is het woon huis van den firmant; de beide verdiepingen daarboven zyn als werkplaatsen en magazij nen ingericht, evenals de zolderverdieping met vlieriog, waar een groote hoeveelheid lampekappen en verpakkingsartikelen, als kisten en houtwol, waren opgeslagen. In het woonhuis was niemand thuis en de werk plaatsen en magazijnen waren tegen half zes verlaten. Hoe de brand ontstaan is, is niet gebleken. Ruim 8 uur heeft men van de straat af rook van het dak zien opstygen en de brandweer gealarmeerd. Toen deze ter plaatse was, brandde het biykbaar fel over de geheele zolderverdieping. Zware rookwolken werden door den straffen oostenwind over de Prin sengracht gedreven. Door de belendende perceelen heeft de" brandweer, die werkte onder leiding van noofdbrandmeester Brunet de Rocbebrune en die uitgerukt was met twee motorspuiten en een ladderwagen, slangeD naar de binnen plaats en ze vandaar langs den achtergevel opgehescben om zoo deD brand in te sluiten, want aan de voorzyde waren stralen op den vuurgloed gericht van den ladderwagen af en van de daken der naastgelegen huizen. De brandweer had een zeer moeiiyke taak, doordat de sterke wind, zi odra het vuur door de kap van het huis was gekomen en hoog oplaaide, de vlammen sterk aanwakkerde. Bovendien hadden de blusschers te kampen met de hevige koude, waardoor het blusch- water byna onmiddeiyk ys werd en zy zich zeer in acht, moesten nemen voor uitgiyden. En herhaaldeiyk kwam het voor, dat een slang teogevolge van de felle vorst sprong. Het duurde dan ook zeker wel drie kwartier, voordat de brand in zooverre bedwongen was, dat geeD gevaar voor uitbreiding meer te duchteD was. Toen was echter de kap van het huis met de zoldering en de vliering en al de daar opgeslagen goederen in de vlam men opgegaan; alleen het gloeiend en von kend geraamte was ervan over. De andere verdiepingen van het huis zijn niet door het vuur aangetast, maar de waterschade moet er aanzieniyk zyn. Ondanks de doordringende koude heeft een groote menigte den heelen avond het schouw spel van vlammen en blusschingswerk gade- KEN FELLE BRAND TE VELP. Hulp der Arnhomsche brandweer, ARNHEM, 26 Jan. - Omtrent den feilen brand te Velp vernemen wy het volgende: Do brandweer van Rheden, welke met drie etralen water gaf, zag wel spoedig in dat zy den brand niet zou kunnen beperken. Daarom werd de hulp ingeroepen van de Arnhemeche brandweer, welke met een motorspuit en een slangenwageu onder lei- ding van den commandant onmiddeiiyk uit rukte. De Arnhemsche brandweer verleende assistentie met drie slangen, zoodat nu zes stralen op do vuurzee gericht konden wor den. Het gelukte de aangrenzende perceelen, o.m. een auto- en ry wtelgarage, door voort durend nathouden tegen het vuur te be schermen. De „Kleine Harmonie", de zaal, café en woonhuis zyn geheel afgebrand, zoo- mede werd een schuur door het vuur vernield. Er staat alleen nog een stuk van den gevel van het woonhuis. Al het andere is een puinhoop geworden. De strenge vorst belette wel is waar niet het blusschingswerk, doch het blusebwater, dat over de straat stroomde, vormde een gladde ysbaan, die het moeilijk maakte voor de brandweer om op te werken. De commissaris van politie liet wagens met zand aanrukken om dezeongewensebte Ijsbaan te doen verdwijnen. Tegen drie uut was de brandweer het vuur meester. De brandweer bleef nog derookende puinhoopen natbouden. Wegens de felle koude waren er niet veel nieuwsgierigen. Ook de burge meester en een der wethouders waren aan wezig. Deze brand is vermoedelijk ontstaan dooi een kachel, welke achter in de zaal van „Do Kleine Harmonie" stond. Verzekering dekt de schade. De brandweer vaü Rheden had, zoo woiut nog gemeld, aanvankelijk veel last met het koppelen der slangen aan de waterleiding, Toen zij in de nabijheid van den brand een verbinding tot stand bracht, sprong een der koppels en ontstond een groot lek, welki den druk van de waterleiding verminderde. Een en ander gaf vertraging en bad ten gevolge, dat toen er water werd gegeven, de brand reeds een dergelijken omvang had genomen, dat aan veel redden niet meer te denken viel. FELLE BRAND TE KELDONK. Zagerij en twee loodsen verwoest. KELDONK, 25 Jan. In den afgeloopen nacht woedde in de fabrieksgebouwen der Stoomzagery en -kuipery der firma Van Lith alhier een zware brand, waardoor het geheele gebouwencomplex werd verwoest. Omstreeks een uur hedennacht werd de eigenaar der fabriek, de heer Van Lith, wiens woonhuis naast de fabriek gelegen is, plotseling gewekt door het geknetter van vlammen. Toen hy uit het venster keek, bemerkte hfl tot zijn grooten schrik, dat een der fabrieksgebouwen, waarin o.a. de kuiperfi, de zagery en de machinekamer zijn ondergebracht, en waarin tevens een groote partij hout was opgeslagen, in lichte laaie stond. Onmiddellijk werd de dorps brandweer gealarmeerd. De brandspuit ver scheen spoedig ter plaatse, doch was door gemis aan water in de naaste omgeving niet in staat het fel oplaaiende vuur te stuiten. Aangewakkerd door den feilen Oostenwind I grepen de vlammen snel om zich heen, gretig voedsel vindend in de groote voor raden hout, die in de gebouwen waren op geslagen. Twee er naast gelegen houten loodsen werden eveneens door het vuur verrast en stonden ook weldra in volle vlam. Aan redden viel niet meer te denken. Alle fabrieksgebouwen vielen aan het vernielende vuur ten offer. Vanmorgen was er van het geheele complex nog slechts een rookende puinhoop overgebleven. Dankzy de gunstige windrichting was bet naast de fabriek ge legen woonhuis van den fabrikant voor aan tasting gespaard. De schade, die zeer groot is, wordt dom verzekering op beurspolis gedekt. Omtrent de oorzaak van den brand valt niets roet zekerheid te zeggen. In het fabrieksgebouw, waar het vuur is ontstaan, is tot gister avond zes uur ongeveer gewerkt. Het ver moeden wordt geopperd, dat de arbeiden het vuur in den haard, waarin de houten vaten worden droog gestookt, niet voldoende hebben gedoofd, waardoor waarschynl(|l later een vonk op een nabij gelegen party hout is gevallen. ERNSTIGE BRAND TE TILBURG. Woensdagavond omstreeks acht uur is een felle uitslaande brand uitgebrokeD in de Til burgsche Kamgarencentrale van de firnil Diöge en Co. aan de Willem II straat te Tilburg. Een groote voorraad wol gaf on mif- deiiyk aan het vuur in het drie verdieping» hooge gebouw gretig voedsel, zoodat toe! de brandweer verscheen, alles reeds in licW laaie stond. Met een groot aantal strain werden de vlammen aanstonds krachtig aai- getast, maar er was geen redden meer aai- Een achtergelegen graan- en meelpakhnit van de firma van Loon en Co. werd even eens spoedig in den ramp betrokken en nu werd het een grootsch, angstwekkend schouwspel, met een ontzaglijken regen van vuurvonken, die voor de omgeving, in bel centrum van de stad, niet weinig gevast opleverden. Een naastgelegen autogarage vat de firma van Osch, zoomede een atal m«l luxe paarden, eigendom van den heer l- van Loon, konden nog juist ontruimd wor den en weldra bleek, dat ook de synagof' en liet post- en telegraafkantoor kondft worden behouden. Langzaam maar zeker brandden de beid' aangetaste gebouwen geheel uit. De voor raad wol en ongeveer 60.000 K.G. graan et; meel gingen met de aanwezige macbineri' totaal verloren. Omstreeks tien uur was roet den brand in zooverre meester, dat voor verdere uitbreiding niet meer behoefde te worden gevreesd. De schade, die nog niet kon worden vastgesteld, la voor beide firma's zeer groot, maar wordt door verzekering gedekt. STREEK VAN EEN OPLICHTER. Hoe een l'amilie te Rotterdam in de val liep. ROTTERDAM, 24 Jan. De familie P. aan den Bergweg alhier is de dupe geworden van een sluwen oplichter. Het huis dezer familie stond reeds eeuigen tyd te buur. Dikwijls waren er vreemdelingen geweest om het te bezichtigen, zoodat het den be woners niet verwonderde, toen zich gister middag weer een gegadigde meldde. Het was een nog betrekkelijk jeugdig heer, zeer be leefd en byzonder bespraakt. Het gesprek over het huren van het huis vlotte dan ook best. Aanvankelijk vond hij den huurprijs wel wat hoog, maar „een gezellig huis is toch maar alles", had hLj gezegd. Hy sprak nog wat over eventueele overneming van meubels, waarvoor de familie veel voelde. De toekomstige bewoner wandelde door de verschillende kamers, betastte stoelen, tafels en opende laden van dressoirs en kasten om de afwerkiDg eens te zien. In weinig minuten tyds had hy alles bekeken en hy zeide veel te voelen voor de overneming der meubelen. Alles scheen vlot van stapel te loopen. Plot seling deed de huurder een vraag, welke het echtpaar wellicht niet had verwacht, n.l. of het huis ook geboorig was. De huurder had aan niets zulk een grooten hekel als aan een gehoorig huis, temeer daar hij graag knut selde en dit werk voor de huisgenooten ïeker zou moeten staken, als het gehamer tot in alle kamers doordrong. De heer P. beweerde, dat het huis in het geheel niet gehoorig was, hetgeen mevrouw beaamde. Alles wat het echtpaar hem had verteld over het huis had de bezoeker dadeiyk willen aannemen, doch, wat men hem vertelde over den soliden bouw, daaraan wilde hy maar niet dadeiyk geloo- ven. Echter het bewijs zon spoedig geleverd kunnen worden als de heer des huizes nu eens naar den kelder gingen mevrouw naar de serre. Zy zou dan eens flink op den muur kloppen, dan zou de huurder wel kunnen constateeren, of het geluid tot in de woon kamer doordrong. De heer P. was voor deze proef te vinden en verdween in den kelder. Mevrouw ging schoorvoetend naar de serre. De vreemdeling bleef in de kamer en com mandeerde even later, dat er geklopt moest worden. EeDige minuten lang had de heer reeds op den muur gestompt, toen de be zoeker hem toeriep, dat hij het nu wel wist. Even later kwamen de heer P. en zijn vrouw in de kamer terug, maar weg was de vreem deling. Uit de kast vermiste het echtpaar een geldkistje met 173. ALS TWEE BUILEN, MOKT ER EEN HUILEN In dit geval de varkens. ALPHEN 3. d. RIJN, 24 Jan. - Waartoe de meer en meer toenemende ruilhandel kan leiden, bewyst het volgende: Een landbouwer in de omgeving van Alphen a d. Rijn was met een veehande- laarster in veevoeder een overeenkomst aan gegaan, waarby laatstgenoemde aan den landbouwer een boeveelheid veevoeder zou leveren, waarvoor deze als tegenprestatie op eveneens overeengekomen datum een zeker aantal varkens en koeien aan de han delaarster zou leveren. Toen de levertyd echter aanbrak, ontstond er een geschil tusschen partyen over kwaliteit, soort en gewicht der varkens en de veevoederhan delaarster weigerde de dieren te accepteeren. Toen de varkens, 20 a 30 stuks, toch werden aangeboden, werd men naar een adres ver wezen, waar de dieren onder dak gebracht konden worden. De op dit adres wonende persoon, die eerst den volgenden morgen tot de ontdekking kwam plotseling eigenaar te zyn geworden van een zoo grooten vee stapel, moest echter niets van het knorrend gedoe hebben. Hierop werden de varkens weer naar het terrein van de veevoeder- haDdelaarster getransporteerd. De beesten gaven in een luid geknor hun misnoegen nver het drukke vervoer te kennen en snuf felden bovendien al spoedig op belendende terreinen daar zy honger kregen. Het gevolg was, dat de hulp der politie werd inge roepen, doch deze achtte zich niet geroepen in te grijpen, zoolang de dieren zich niet °P den openbaren weg vertoonden. Naar baar meening betreft het hier een civiele kwestie. Het slot van deze varkens-geschiedenis si dus wel ziin, dat de hulp van den rechter tasle' ^0rden 'D®eroePen om *let Sescbil te lutusschen worden echter de varkens, die geheel zonder verzorging z(jn, de dupe van ue historie. POSTBOOT VASTGELOOFEN. ïan Schiermonnikoog wordt gemeld: on ve'e en den 'kgen waterstand de nn Yaddehkee en in het Fripsche Gat. is innLa tusschen Oostmahorn en Schier- i Vermr, het "3 Tast blijven zitten fis mof i za' de d'eDst wegens het veie zal getrS.™06'*," w°rden. By hoog water kriignn v worden, de boot weer vlot te de noetiJrW Pas8ak'er aan boord van fioofje over' .«"f maD ZSl trachten °P kunnen bereiken °m Z°° deD wal te W Van sterd: op h binne Gorin AA zooal groot gesm Ho eens deze Jeen I hebbe j 90 ko week in he vroeg verda betrap sprak Bij men i den di gende opbeld aaniei sen. M DIE gemee den ra kasteel Duitse van d de bep het hi person werd a brug e politieb bekend was, zo een gel men depone Nade te Hen dat de zou w sterda enkel b gegeven laars n struikg V Moedige tocht om BLO meld he ijsschots tocht wi behoude Toen en Blokz uit Volle door viss] van Blo' wij duid met mo slecht o overal gierigen loopen o van het nten dat visschers genomen strand Ter spi een sled Riekeiit Geurs Hz als beken uit de ku oefenden Omstreek Blokzijl o het ijs af naar Blo' alles ijlde een wa groote roe blok; en d het naar boot het - kleine roei gebracht, i eens te w bemand m tweede boi Van der dering de volgd. Da: ongeveer de zee zeer voor de jo kleine vaa moeilijken hadden te Doch on Ten slotte geveer vijf de talrijke de wegdrijr visschers, boord genoi de terugreis boot op met den vai

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1933 | | pagina 2