HET IS BEREIKT:
ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 17 DECEMBER 1932.
3
Prof. B. Sjollema schatte de voordeelen die
te bereiken zijn door rationeele voeding op
gemiddeld 20 cent per koe per dag. hetgeen
voor een bedrijf met -10 koeien gedurende
200 staldagen een bedrag van f. 1600.- uit
maakt en dat mlllioenen guldens bespaart
kunnen worden. Op sommige bedrijven was
de besparing zelfs grooter en steeg melkgift
en melkvet. Dit is bereikt en alle foutief voe
deren wordt opgeheven door voedering met:
Ra i r> A uitgebalanceerd
d 11U zx dagrants oenkoe k je
voor Iedere melkgift tot 4 °/o melkvet.
De melk hiervan kost pl.m. 2 l/a ct. p. liter.
R j, "D uitgebalanceerd koek|e
cl l 1 O O voor mestrunderen.
Ratio A en B (wettig gedeponeerd) bevat
de Juiste dosis jodium, opgeloste ijzerver
bindingen en voedingszouten waardoor
grooter weerstandsvermogen tegen verschillen
de ziekten o.a. mond- en klauwzeer en
in 't algemeen verbetering van den gezond
heidstoestand der dieren en vergrooting der
melk- en vleeschproductie wordt verkregen zoo
als op verschillende veebedrijven is gebleken.
Vraagt Brochure: 22 ruwvocderrantsoenen
met Ratio voor iedere melkgift en attesten.
Ratiokoekjca mogen op geen stal ontbreken 1
Veehoudersprijs A f. 7.90. B f. 7.15 per
100 Ko. vrij spoor boot Amsterdam.
Bijvoedering in de Weide: Ratio en Bertels'
lijnzaadkoekjes 't beste en voordeeligste.
Weigert namaak! Let op ons ongeschonden
Loodje en dat in elk koekje voluit den
naam Bertels staat en niet een enkele B.
Bestel bij Uw leverancier in Uwe plaats;
indien daar niet voorradig direct a.d. fabriek.
Oliefabrieken N.V., Amsterdam.
(Adv.)
met hem eeDS is.
Weth. Mljs: Als de vos de passie preekt,
boer past op je kippen!
De heer Le Comte: Wanneer er over elke
zaak door den heer Schut zoo lang moet
worden gesproken, dan krijgt een ander geen
t(jd. De Voorzitter moet het reglement van
orde handhaven.
De heer Schut zegt, dat de Raad een com
missie heeft benoemd voor het onderzoeken
der begrooting. Daar heeft de commissie
twee avonden aan gewerkt en lang geen
gekheid zitten maken. Als de commissie nu
niet behoorlijk tijd krijgt om hare voor
stellen te verdedigen en hare opmerkingen
te maken, dan had de benoeming beter
achterwege kunnen bleven.
De heer Le Comte: Maar een ander krjjgt
geen gelegenheid.
De heer Schut: Dat ligt dan aan den
Voorzitter.
De Voorzitter wenscht zich te houden
aan het reglement van orde. Voorstellers en
leden van commissie kunnen onbeperkt het
woord voeren.
De heer Le Comte protesteert tegen dezen
gang van zaken.
De heer T. van den Doel zegt, dat het
niet de bedoeling van de commissie is om
een potje te maken, maaromtezorgen.dat
het bestaande potje niet wordt opgeteerd.
De Voorzitter wil het voorstel der com
missie in stemming brengen.
De heer Le Comte constateert, dat hy weer
geen gelegenheid krijgt om iets te zeggeD.
De Voorzitter: Ik heb U toch 't woord
niet geweigerd? Als de vergadering wat lang
duurt, moet men het niet van den Voor
zitter willen hebben.
Het voorstel der commissie Wordt ver
worpen.
Aangenomen worden de voorgestelde ver
ordening tot heffing en invordering van 8C
opcenten op de gemeentefondsbelasting.
De Voorzitter stelt voor om den post voor
den politievakcursus te handhaven, met de
bepaling, dat daaruit geene betaling zal wor
den gedaan zonder machtiging van den Raad.
Wegen3 het vergevorderde uur kan nu moei
lijk meer in geheime vergadering worden
gegaan.
De Voorzitter stelt de leden in de gelegen-
eid alsnog hun opmerkingen te maken.
De heer Van Es: De post straatverlichting
s te hoog
De Voorzitter: Als daar nu werkelijk weer
p terug gekomen moet worden.
Weth. Dijkers: Daar kom je twee uur te
aat meel
De Voorzitter brengt de begrooting in
mvraag.
De heer Le Comte verklaart zich voor de
egrooting, maar tegen de verzekerings-
osten.
De heer Van Es is voor de begrooting,
aar tegen den post straatverlichting.
De heer Schut stemt tegen.
De heer Schut vestigt er de aandacht op,
at op de begrootingscommissie Dog de taak
at om de begrooting van de gasfabriek te
derzoeken. Spr. zou met het oog op het
oeven voorgevallene willen vragen of de
aad nog op dat onderzoek prijs stelten de
legenheid zal geven om behoorlijk te be
reken wat de commissie in het midden
1 brengen. Spr. zag gaarne een uitspraak
n den Raad.
Stemmen: Waar is dat noodig voor?
atuurlQk.
De heer Le Comte: Onder één beding, dat
dan gelegenheid ia om de begrooting in
n behoorlijken tijd af te werken.
Dan sluiting.
Vergadering van den Raad dei» gemeente
HERRINGEN, op Dinsdag 13 Decem
ber, des voorin, om 10 uur.
De Voorzitter, burgemeester Visscher, opent
de vergadering met gebed, waarna de notulen
worden voorgelezen en onveranderd worden
vastgesteld.
De VOORZITTER doet mededeeling, dat
ingekomen is het jaarverslag van liet electrici
teitsbedrijf te Dordrecht, dat ter visie ligt.
üed. Staten berichten de salarisverlaging
van 5 °P d° bekende functionarissen: bur
gemeester, secretaris, wethouders en ambte
naar van den burgerlijken stand.
üed. Staten achten geen termen aanwezig
de jaarwedde van den ambtenaar van den bur
gerlijken stand te verlioogen van ƒ40 op ƒ60,
üed. Staten berichten de goedkeuring van
de gemeentebegrooting.
De VOORZITTER merkt op dat Herkingen
de eerste gemeente van Flakkee is, die haar
begrooting goedgekeurd terug ontvangt.
De lieer J. den Boer neemt wegens ongesteld
heid ontslag als raadslid.
De VOORZITTER zegt den heer Den Boer
dank namens de gemeente voor al liet werk,
dat liij in het belang der gemeente iieeft ge
daan, ook als wethouder, en wenscht hem toe,
dat hij zijn verderen levensavond in rust moge
doorbrengen.
Op liet adres van Ooltgensplaat om adhaesie-
betuiging inzake het verzoekschrift tot behoud
van het Kantongerecht, zegt de VOORZIT
TER dat de Minister Sommelsdijk gehand
haafd heeft.
Weth. VAN ECK wil het adres toch nog
maar doorzenden.
De VOORZITTER: Wat je gekregen hebt,
behoef je toch niet meer te vragen?
Weth. VAN ECK: Dat is zoo, laten we den
Minister dan maar bedanken.
Met aljrpmeene stemmen wordt besloten het
adres van Ooltgensplaat voor kennisgeving
aan te nemen.
Door de heeren Van Kempen en Van der
Linde worden de geloofsbrieven van het nieuw
benoemde raadslid, den lieer A. Noordijk, on
derzocht. Zij adviseeren, dat alles in orde is
en besloten wordt den lieer A. Noordijk als
raadslid toe te laten.
Vastgesteld wordt de grondslag der jaar
wedde van Doornhein op 775,
Enkele afschrijvingen op de hondenbelasting
hebben plaats.
Het 8e punt wordt aangehouden tot gesloten
zitting.
L en W. stellen voor het land aan de Molen
kreek weer voor 1 jaar te verhuren. Voor 1
jaar met liet oog op de slechte toestanden.
De heer DE GEUS: Willen ze het weer
hebben?
De VOORZITTER: Ja, op één na, maar
daar is een ander voor.
De heer J. C. Kalle verzoekt zijn kappers
zaak een uur langer te mogen openhouden.
Adressant wijst er op, dat de Minister van
Binnenlandsche Zaken hem naar den Raad
verwezen heeft en meent, dat liet niet toestaan
een persoonlijke tegenstand zou zijn, daar de
wet op de winkelsluiting het toelaat. Hij wijst
voorts op den eed, welke de raadsleden hebben
afgelegd, waarbij zij toch hebben beloofd in
het belang der ingezetenen werkzaam te zuilen
zijn. Bovendien is in andere dorpen op Flakkee
ook verlof tot langer open houden van kappers
zaken toegestaan.
De VOORZITTER: Er is hier één kapper,
het wil. De andere stelt er geen prijs op.
Spr. vreest, dat er bij-motieven zijn bij adres
sant en op dien grond stellen B. en W. voor
afwijzend op het adres te beschikken. Alle
winkeliers in Herkingen zijn ook aan dezelfde
regeling onderworpen en het is niet gewenscht
daar uitzonderingen op toe te staan.
De heer DE GEUS: Welk bezwaar is er om
het aan allebei de kappers toe te staan? Ze
hebben het indertijd allebei gevraagd en de
een heeft zich er zeker bij neergelegd, omdat
het nu toch winter is, maar in den zomer is
het bezwaarlijk om 8 uur de kapperszaken te
sluiten, want dan komen de arbeiders pas uit
het land.
De VOORZITTER: In zeker opzicht ben ik
het met U eens, maar voor de kappers moet
er één en dezelfde regeling zijn. En nu is het
opmerkelijk, dat de andere kapper er niets
voor voelt. Spr, weet niet wie de grootste van
de twee kappers is, maar het gaat niet aan den
een boven den ander te bevoordeelen.
De heer VAN DER LINDE: Het bezwaar
is, dat er niet alleen gekapt wordt, maar Kalle
verkoopt ook sigaren en sigaretten.
De VOORZITTER: Dat is het juist, de clan
destine verkoop wordt in de hand gewerkt en
daardoor worden de winkeliers in het dorp,
die dezelfde artikelen verkoopen, gedupeerd.
De andere kapper verkoopt geen bijkomende
artikelen en zegt, dat hij er ook niets om geeft
al moet hij gelijk met de andere winkeliers
sluiten. Dat is toch wel opmerkelijk.
De heer VAN KEMPEN: U gaat nu toch
wel een beetje te ver. Het langer openblijven
wordt alleen gevraagd voor het kappen en niet
«m andere artikelen te verkoopen, die con-
dusie moogt U er dus niet uit trekken.
De VOORZITTERDat kan waar zijn, maar
de clandestine verkoop wordt er toch door in
de hand gewerkt en dat is onbillijk tegenover
andere winkeliers.
De heer RIETDIJK: Ik voel wel wat voor
«et bezwaar, dat de heer De Geus aanvoert,
I. dat de arbeiders 's zomers geen gelegen
heid meer hebben zich te laten barbieren.
Weth. VAN ECK: Dat is niet zoo'n groot
Jezwaar, daar is wel gelegenheid voor. De an-
lere kapper vraagt het ook niet. Hij zegt, dat
lij er geen belang bij heeft en sluit veel liever
>m 8 nur. Hij zegt, dat het publiek net zoo
«ng blijft loopen ais de'kapperszaak open is.
Het is maar hoe de menschcn het gewend zijn.
De SECREATRIS: Maar 's zomers zijn ze
och tot 9 uur open.
De lieer DE GEUS: Dat is voor ons nog
maar 8 uur.
De SECRETARIS: Neen, 10 uur zomertijd
bedoel ik.
De heer DE GEUS gelooft dat niet.
De heer RIETDIJK: Als dat waar is, valt
liet bezwaar natuurlijk weg.
De VOORZITTER: We moeten heel voor
zichtig zijn. Wanneer de andere kapper liet
ook vroeg, is er geen bezwaar tegen, maar die
sluit veel liever.
Het voorstel B. en W. wordt iu stemming
gebracht. Tegen stemden de heeren Van Kem
pen. De Geus en Rietdijk. Daar de stemmen
staken, komt liet voorstel de volgende week
nogmaals In stemming.
De VOORZITTER zegt, dat B. en W. ge
sproken hebben over de aanschaffing van een
lijkwagentje op liet kerkhof. Reeds eer is deze
zaak ook in den Raad ter sprake gebracht.
Spr. heeft nu tweemaal in Rotterdam dezen
wagen in werking gezien en geconstateerd, dat
het heel netjes en ordelijk gaat. Er zijn maar
6 dragers bij noodig, 2 die vooraanstaan en
sturen en 2 achteraan om te remmen als 't noo
dig is, 2 loopen aan weerszijden. Het wagentje
rijdt op massieve gummibanden. De afstand
hier is soms te groot en telkens moeten de
dragers verpakken, wat nu niet meer noodig
is. Spr. geeft deze zaak in bespreking.
De lieer RIETDIJK meent, dat liet voor 't
publiek in 't eerst wel vreemd zal zijn. Maar
alle dingen, die nieuw zijn, moeten tegenstand
overwinnen en liet kan in de praktijk blijken,
dat liet heel goed werkt.
De VOORZITTER leest een brief voor van
Zuidland, waar ook het lijkwagentje is inge
voerd. Eerst had men ook daar tegenstand te
overwinnen, maar nu, na vier jaar, wordt er
bijna algemeen gebruik van gemaakt en is het
publiek zeer ingenomen inet de nieuwe rege
ling. Het voldoet aan alle eischen, is veel orde
lijker in 't gebruik dan met de baar. Het ideaal
is, dat er vaste dragers bij worden aangesteld,
die ook vaste kleeding er bij dragen.
De heer DE GEUS acht vooral het laatst
genoemde wel een groote eisch. Er moeten
vaste dragers bij aangesteld worden, dan is die
narigheid 0111 dragers te zoeken ook voor goed
van de baan. Dat levert soms veel ellende op.
De lieer VAN DER VELDE: De groote
afstanden, die soms moeten worden afgelegd,
maakt liet dragen met een baar ook bezwaar
lijk.
De lieer DE GEUS: Er zal veel van afhangen
wat de tarieven zullen moeten worden.
De VOORZITTER: Dat zal wel meevallen.
Het spaart weer vier dragers uit ook, dat
scheelt veel en het wagentje kost maar 275,
dat behoeft dus in de tarieven maar weinig
te kosten.
De heer VAN DER VELDE: Neen, dat
loopt niet zoo hoog als met de brandspuit het
geval is geweest.
De heer DE GEUS: Neen, de kosten doen
het niet.
De heer RIETDIJK: Het zal eerst wel be
zwaar ontmoeten, omdat liet nieuw is, maar
dat is met de automaat, waarmee de baar naar
beneden gelaten wordt, ook zoo. Als men er
aan gewend is, wil niemand het meer missen.
De heer VAN KEMPEN: Persoonlijk heb ik
geen bezwaar tegen een lijkwagentje, maar ik
vrees, dat het publiek er in 't begin niet van
gediend zal zijn. Enkelingen, die er niet aan
willen, zal men natuurlijk altijd wel blijven
houden, maar spr. zou toch liever eerst nog
maar eens willen afwachten, ofschoon spr. wel
veel voor het voorstel B. en W. voelt.
De VOORZITTER: Het is geen voorstel
van B. en W. We geven het slechts in be
spreking.
De heer VAN KEMPEN: Goed, laten we
liet dan nog eens aanhouden.
De VOORZITTER: ik heb er geen bezwaar
tegen het aan te houden, maar je moet er op
rekenen, dat je over 4 of 5 weken nog voor
precies dezelfde bezwaren zult staan.
De heer VAN KEMPEN: Ja, maar dan kun
nen we er met het publiek eens over spreken.
Weth. VAN ECK: Daar schiet je anders
niets mee op. Als je er met liet publiek over
praat, zeggen ze natuurlijk allemaal: ik kan er
niets over zeggen, want ik heb het nooit ge
zien. In 't begin heb je altijd bezwaren tegen
nieuwigheden, maar over een poosje maakt
ieder er gebruik van Het is ook van belang,
dat er 4 dragers door uitgespaard worden. De
menschen, die er niet aan willen, kunnen na
tuurlijk gebruik blijven maken van de draag
baar. Alleen is het dan weer lastig, dat we
verschillende tarieven moeten maken en de
kosten weer liooger worden.
De heer DE GEUS: Dat hoeft niet. Wan
neer een familie de voorkeur geeft aan de
draagbaar, dan kunnen zij die nemen, maar
dan moeten ze natuurlijk zelf de kosten be
talen.
Besloten wordt deze zaak in de volgende
vergadering weer eens ter sprake te brengen.
Dan gaat de Raad over in zitting met ge
sloten deuren.
Na opening der deuren wordt besloten het
verzoek van den lieer Van Es e.a. om pacht-
verlaging niet toe te staan.
Verslag van de vergadering van den Raad
der Gemeente STELLENDAM, op
Dinsdag 13 December, des namiddags
3.15 uur.
Voorzitter Burgemeester Charbon. Alle leden
tegenwoordig.
De Voorzitter opende de vergadering op de
gebruikelijke wijze, waarna de notulen der
laatste vergadering werden gelezen.
VOGELAAR merkte op dat de notulen zeer
juist en uitvoerig waren, doch zag gaarne
daarin nog opgenomen liet woord „rapaljaan",
dat door Ricmens gebezigd is tijdens de dis
cussies. Spreker vond dit woord beneden elk
peil waarop een raadslid zich moet stellen en
zag deze afdaling gaarne alsnog opgenomen.
De Voorzitter maakt hiertegen geen be
zwaar, waarna deze werden vastgesteld.
Ingekomen stukken:
Procesverbaal van kasopname bij den ge
meente-ontvanger, waaruit bleek dat op 9
dezer in kas was 24U0,32 overeenkomstig
boeken en bescheiden.
Van*Ged. Staten bericht dat vrijstelling is
verleend voor liet vak aan de lagere scholen.
Van Ged. Staten een schrijven dat het Rijk
in liet salaris van den Gemeentegeneesheer,
zijnde 500,over 1933, 10 minder zal
bijdragen en dat in uitzicht wordt gesteld dat
bij eventueel overlijden of vertrek de subsidie
geheel zal komen te vervallen.
Een schrijven van de gemeente Ooltgens
plaat, inzake behoud van liet kantongerecht.
De VOORZITTER deelde mede dal intus-
schen reeds een voorstel tot opheffing is inge
trokken, dus geen adhaesie meer noodig is.
Een verzoek van P. Troost om ontheffing
van zijn aanslag voor Havengeld.
B. en W. stelden voor hierop afwijzend te
beschikken.
VOGELAAR zeide er wel van doordrongen
te zijn dat de visschers liet slecht hebben,
doch wanneer men tot verlaging overgaat, dan
niet één doch allemaal.
RIEMENS zeide dat deze man het zeker
wel slecht kan missen, omdat hij zoo dikwijls
met dit verzoek is gekomen.
VOORZITTER: Dat ligt daarin niet opge
sloten, de een klaagt ook vlugger dan de ander.
HOLLEMAN meende dat de eene visscher
ook meer noodig heeft dan de ander en wij
hebben vroeger al eens meer den een wel en
den ander niet, 't zij geheele of gedeeltelijke
restitutie gegeven. Spreker zeide er tegen te
zijn de ontheffing of gedeeltelijke ontheffing
niet te geven. Daarna werd het voorstel van
B. en W. aangenomen met de stem van Holle
man tegen.
Van de verschillende Bonden van arbeiders
was een verzoek ingekomen om steunverle
ning, toeslag op uitkeeringen van de werke-
loozenkassen en werkverschaffingen.
B. en W. stelden een steunregeling voor,
die door den Minister is ontworpen, welke
alzoo werd aangenomen.
Nog was van de Cntrale vakorganisatie te
Utrecht een verzoek ingekomen om bij den
Minister aan te dringen op verlenging van de
uitkeering uit de werkeloozenkassen van 42 op
78, zooals dat vorige jaren is gebeurd.
Dit werd voor kennisgeving aangenomen.
Van Ged. Staten was een bericht ingekomen
dat op de salarissen van Burgemeester, Secre
taris en gemeente-ontvanger een korting zal
worden toegepast van 5 Dit geeft voor de
gemeente een verhooging van inkomsten van
353,53.
B. en W. stelden voor de Kroon goedkeuring
te verzoeken, ook den Gemeenteveldwachter
met 5 te verlagen. Alzoo werd besloten.
B. en W. stelden voor dezen post over te
brengen naar den werkeloozensteun.
JANSEN zag liever dat het werd toegevoegd
aan den post onvoorziene uitgaven, want wan
neer men dit overbrengt op werkeloozensteun,
dan kan men daarvan niet meer overschrijven
en wel van onvoorziene uitgaven op een post
die het noodig heeft.
VOORZITTER zeide dat het de bedoeling
is dit op werkverschaffing over te brengen,
waarschijnlijk heeft Jansen mij verkeerd ver
staan of ik heb me vergist.
JANSEN: Dafr ben ik niet tegen. Ik ben
er voor niet te veel steun te geven, docli er
liever voor te laten werken, vandaar mijn
voorstel.
Aldus werd liet voorstel van B. en W. aan
genomen.
VOGELAAR vroeg nog of onder de steun
regeling ook de visschers gerekend werden.
VOORZITTER: Neen, dat kan niet, B. en
W. stelden mitsdien voor bij den Minister aan
te dringen om ook de noodlijdende visschers
in de steunregeling op te neiiien.
VOGELAAR achtte het beter dat een com
missie werd benoemd, die daarvoor een
audiëntie aanvroegen bij den Minister, om dat
noodzakelijke te bepleiten.
Spreker zag gaarne die commissie samen
gesteld uit 2 leden van den Raad, 2 visschers
en den Burgemeester als voorzitter.
De VOORZITTER zeide hiertegen geen be
zwaar te hebben en benoemde bij aanwijzing
mitsdien de heeren Vogelaar en Jansen ais
raadsleden in die commissie. De Visscherij-
vereeniging zal gevraagd worden ook 2 leden
daartoe aan te wijzen.
De lieer HOLLEMAN zegt B. en W. dank
voor de steunuitkeeringen die thans in uitzicht
zijn gesteld. Spreker zeide er echter ook de
voorkeur aan te geven, wanneer men de men
schen kan laten werken.
VOORZITTER: Er is werkverschaffing in
uitzicht hij den Scharrezeepolder. Dit zal
eclitcr niet kunnen geschieden voor half Fe
bruari en dan kan daaraan een 33 man werk
vinden.
HOLLEMAN zeide dat liet een bezwaar
was voor de gemeente dat dit werk in I jaar
verricht moet worden.
VOORZITTER zeide dat dit inderdaad
waar is, docli om technische redenen schijnt
het niet anders mogelijk te zijn. Laten wij
anderzijds nu maar blij zijn dat wij dit hebben,
mogelijk zou anders het werk wegens gebrek
aan baten niet voortgezet kunnen worden.
HOLLEMAN zeide dat hij nochtans bij het
polderbestuur zou aandringen liet werk over
twee jaren te verdoelen.
VOORZITTER zeide dat ook de Provincie
daarvoor niet te vinden is en er dus niet veel
heil van verwacht.
HOLLEMAN vroeg wanneer die steun
regeling in werking zal kunnen treden.
VOORZITTER zeide dat eerst dc goed
keuring afgewacht moet worden.
Benoeming commissie voor stcunvcrlccning
en werkverschaffing.
(Adv).
VOORZITTER zeide dat hij voorstelde deze
te laten bestaan uit 2 raadsleden, 1 lid van
het college van B. en W., 1 lid van de Chr.
organisatie en 1 lid van de Moderne bonden.
Uit de raadsleden werden aangewezen de
heeren Holleinan en van Oostenbrugge.
HOLLEMAN zeide voor die eer te zullen
bedanken. Zij verwijten mij nu al dat ik steun-
verleening bepleit ten eigen bate en dan zou
ik nog last krijgen dat ik steun ga toekennen
ten eigen gunste.
VOORZITTER vroeg daarna of Vogelaar
zitting wilde nemen, die zich daartoe bereid
verklaarde.
B. en W. deelden daarop mede dat zij voor
de begrooting 1933 nog enkele bezuinigingen
hebben gevonden.
Ten eerste stelden B. en W. voor een help
ster bij de handwerken te ontslaan; dit geeft
een directe bezuiniging van 120,—, doch
indirect 390,B. en W. stelden mitsdien
voor te ontslaan Mej. van Donge.
HOLLEMAN zeide dat hij het jammer vond
dat nu allereerst bij het onderwijs bezuinigd
moet worden; het eenige en noodzakelijke wat
liet kind voor liet leven kan genieten. Spreker
zeide dat deze bezuiniging funest zal moeten
werken op het te genieten onderwijs, temeer
daar de onderwijzeres met 1 Januari ook twee
klassen overdag zal gaan krijgen en dan zal
deze het werk niet naar behoóren met 1 help
ster af kunnen.
VOORZITTER: B. en W. zijn ook niet
gaarne tot dit voorstel gekomen. Men gaat
echter steeds meer vragen voor werkverschaf
fing en steunuitkeering en men moet daarvoor
geld hebben. Wat het zwaarste is moet dan
ook maar liet zwaarste wegen. B. en W. zijn
van oordeel dat liet met één helpster nog wel
gaan zai.
HOLLEMAN: ik verwacht dat het onder
wijs beneden alle peil zal dalen.
VAN OOSTENBRUGGE zeide dat hij er
niet tegen was een helpster te ontslaan, doch
gezien "de Raad het standpunt heeft ingeno
men dat de gehuwde ambtenaar het eerst ont
slagen dient te worden zag hij gaarne dit
besluit in toepassing gebracht.
VOORZITTER: Het is nimmer de bedoeling
geweest dit op dergelijke ambtenaren van toe
passing te brengen.
JANSEN vroeg hoeveel kinderen nu dat
handwerkonderwijs volgen en hoeveel b.v. 5
jaar geleden.
VOORZITTER zeide dat hem daarvan
thans geen cijfers bekend zijn.
VOGELAAR merkte op dat Holleman nu
zich zelf eigenlijk gaat tegenspreken. Destijds
heeft hij gezegd dat liet onderwijs zoo duur
was en 'nu er te bezuinigen valt gaat hij het
bestrijden.
HOLLEMAN: Dat is niet waar, ik heb
gezegd dat ik nooit beknibbeld heb op liet on
derwijs om daarmede het Bijz. onderwijs te
schaden.
De VOORZITTER bracht daarna eerst in
stemming of een helpster ontslagen zal wor
den, afgezien van de kwestie wie ontslagen
zal worden. Dit voorstel werd aangenomen
met de stem van Holleman tegen.
Daarna verzocht VAN OOSTENBRUGGE
stemming over het feit wie ontslagen zal
worden.
Bij stemming werd daarna uitgemaakt dat
Mej. van Donge werd ontslagen. Deze verkreeg
drie stemmen. Mej. Troost-'Roon 2 stemmen
en i werd blanco uitgebracht. De wethouder
Roon bleef buiten stemming.
B. en W. stelden verder voor lief salaris
van de schoolschoonlioudster te splitsen, n.l.
zoo, dat ƒ200,gegeven werd voor de school
schoon té houden en 75,voor het reinigen
van de twee leeg staande lokalen, die voor
vergaderingen enz. worden gebruikt.
De VOORZITTER deelde mede dat dit met
de verrekening een bezuiniging voor de ge
meente zou geven. Daartoe werd alzoo be
sloten.
B. en W. stelden voor den lieer IJzerman
als onderwijzer aan de O.L. school te "ontslaan
met I Januari a.s. Ook hiertoe werd besloten.
Nog werd vastgesteld een suppl. koliier
Hondenbelasting tot een bedrag van f 31,75.
Dc VOORZITTER deelde mede 'dat hij
schrijven van 9 October is medegedeeld dat
Ged. Staten dc kosten voor dc nieuwe Bijz.
school op dc begrooting hebben geplaatst en
dat mitsdien verzocht wordt daarvoor dekking
aan te wijzen door middel van een geldleening.
B. en W., althans dc meerderheid, stelden
voor een bedrag van 25.000,te ramen in
ontvang en het college te machtigen tot liet
aangaan van de leening tegen zoo voordeelig
mogelijke voorwaarden.
JANSEN stelde voor in beroep te gaan bij
de Kroon tegen het besluit van Ged. Staten
en het bevel als zoodanig,
j VOORZITTER: Op weike gronden wil U
dit beroep doen?
JANSEN: Op grond dat de gemeente de
lasten niet kan dragen, wat voldoende kan
blijken uit de laatst opgemaakte begrooting.
Daarbij komt nog dat de Raad nooit weiger
achtig geweest is tot het voteeren van geld
voor een Bijz. school, doch wel voor een
nieuwe school.
HOLLEMAN meende dat de finantieele
grondslag de beste basis is, om daarop in
beroep te gaan. De gemeente kan de lasten
niet dragen. Wij komen in de klasse van de
noodlijdende gemeenten en dan nog dergelijke
offers vragen van de gemeentekas, dat kan
nu eenmaal niet.
VOORZITTER: Wij zullen aan deze zaak
toch niet ontkomen.
VOGELAAR zeide er voor te zijn in beroep
te gaan, want de gemeente kan dien last er
niet meer bijdragen. De belastingen drukken
nu al zwaarder dan eigenlijk mogelijk is en
dat mogen wij nu nog eens niet gaan ver
zwaren.
VOGELAAR zeide dat de aanbesteding nu
zooveel is meegevallen en nu vraagt men toch
nog het volle bedrag op de begrooting te
plaatsen. Is het bovendien waar dat aan van
Oostenbrugge 500,betaald is voor het
eerste plan wat niet is doorgegaan?
VOORZITTER: Officieel weten wij daarvan
niets, doch de rekening moet toch door B. en
W. worden goedgekeurd.
VOGELAAR: ik heb de vorige vergadering
al medegedeeld dat ik geen medewerking kan
geven aan elk voorstel, waardoor het nood
zakelijk zal worden dat de opcenten op de
Personeele belastingen hooger geheven zullen
moeten worden dan 250.
De VOORZITTER bracht daarop het voor
stel Jansen om in beroep te gaan in stemming,
dat werd aangenomen met 5 tegen 2 stemmen,
die van Hoek en Riemens.
Rondvraag.
VOGELAAR zeide dat toen de voorzitter
ziek was een adres is behandeld van de A.R.
partij om de herbergsiuiting te verkrijgen op
Zondag. De heer Riemens schijnt zich bij die
stemming over het voorstel tot sluiting vergist
te hebben, ik heb een paar vergaderingen ge
wacht of Riemens niet met een voorstel ter
tafel kwam om zijn stem te herzien. Het blijkt
niet het pian te zijn van die fractie daarop
terug te komen; redenen waarom ik die zaak
thans opnieuw aan de orde zou willen stellen,
ik stel mitsdien voor te besluiten tot sluiting
van de café's op Zondag.
VOORZITTER meende dat men op een
maal genomen besluiten niet moet terug
komen," dat gaat nu eenmaal niet.
VAN OOSTENBRUGGE: ik wil mijn mede
werking geven om een fout van de léden van
de S.G.Pé te herstellen.
HOLLEMAN meende dat de noodzakelijk
heid van een dergelijk besluit thans niet aan
wezig is.
VAN OOSTENBRUGGE zeide dat volgens
Gods woord die sluiting er wel zou moeten
komen.
HOEK: Wil de heer van Oostenbrugge be
wijzen dat wij lid van de S.G.P. zijn."
VAN OOStENBRUGGE: De Maas heeft
het geschreven en die zullen dat wel zeker
weten.
HOEK: De Maas, die schrijft wel meer
groote leugens.
Daarna "kwam het voorstel Vogelaar in
stemming en werd aangenomen met 4 tegen
3 stemmen, die van de heeren Roon, Holleman
en Jansen.
JANSEN vroeg of er al een besluit door de
E.M.G.O. genomen was inzake verlaging van
liet vastrecht voor de straatverlichting.
VOORZITTER zeide dat het bestuur der
E.M.G.O. niet daartoe heeft kunnen besluiten,
[omdat de Verlies- en winstrekening dit nog
niet toelaten.
RIEMENS vroeg nog demping van een
slootje op den achterweg, wat heel goedkoop
kan gebeuren, nu de aannemer van de water
leiding den grond er gratis wil brengen.
VOORZITTER zeide toe de noodzakelijk
heid daarvan te zullen onderzoeken en dan
zoo noodig stappen daartoe zai doen.
Dan sluiting.