HET IS BEREIKT: ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 17 DECEMBER 1932. 3 Prof. B. Sjollema schatte de voordeelen die te bereiken zijn door rationeele voeding op gemiddeld 20 cent per koe per dag. hetgeen voor een bedrijf met -10 koeien gedurende 200 staldagen een bedrag van f. 1600.- uit maakt en dat mlllioenen guldens bespaart kunnen worden. Op sommige bedrijven was de besparing zelfs grooter en steeg melkgift en melkvet. Dit is bereikt en alle foutief voe deren wordt opgeheven door voedering met: Ra i r> A uitgebalanceerd d 11U zx dagrants oenkoe k je voor Iedere melkgift tot 4 °/o melkvet. De melk hiervan kost pl.m. 2 l/a ct. p. liter. R j, "D uitgebalanceerd koek|e cl l 1 O O voor mestrunderen. Ratio A en B (wettig gedeponeerd) bevat de Juiste dosis jodium, opgeloste ijzerver bindingen en voedingszouten waardoor grooter weerstandsvermogen tegen verschillen de ziekten o.a. mond- en klauwzeer en in 't algemeen verbetering van den gezond heidstoestand der dieren en vergrooting der melk- en vleeschproductie wordt verkregen zoo als op verschillende veebedrijven is gebleken. Vraagt Brochure: 22 ruwvocderrantsoenen met Ratio voor iedere melkgift en attesten. Ratiokoekjca mogen op geen stal ontbreken 1 Veehoudersprijs A f. 7.90. B f. 7.15 per 100 Ko. vrij spoor boot Amsterdam. Bijvoedering in de Weide: Ratio en Bertels' lijnzaadkoekjes 't beste en voordeeligste. Weigert namaak! Let op ons ongeschonden Loodje en dat in elk koekje voluit den naam Bertels staat en niet een enkele B. Bestel bij Uw leverancier in Uwe plaats; indien daar niet voorradig direct a.d. fabriek. Oliefabrieken N.V., Amsterdam. (Adv.) met hem eeDS is. Weth. Mljs: Als de vos de passie preekt, boer past op je kippen! De heer Le Comte: Wanneer er over elke zaak door den heer Schut zoo lang moet worden gesproken, dan krijgt een ander geen t(jd. De Voorzitter moet het reglement van orde handhaven. De heer Schut zegt, dat de Raad een com missie heeft benoemd voor het onderzoeken der begrooting. Daar heeft de commissie twee avonden aan gewerkt en lang geen gekheid zitten maken. Als de commissie nu niet behoorlijk tijd krijgt om hare voor stellen te verdedigen en hare opmerkingen te maken, dan had de benoeming beter achterwege kunnen bleven. De heer Le Comte: Maar een ander krjjgt geen gelegenheid. De heer Schut: Dat ligt dan aan den Voorzitter. De Voorzitter wenscht zich te houden aan het reglement van orde. Voorstellers en leden van commissie kunnen onbeperkt het woord voeren. De heer Le Comte protesteert tegen dezen gang van zaken. De heer T. van den Doel zegt, dat het niet de bedoeling van de commissie is om een potje te maken, maaromtezorgen.dat het bestaande potje niet wordt opgeteerd. De Voorzitter wil het voorstel der com missie in stemming brengen. De heer Le Comte constateert, dat hy weer geen gelegenheid krijgt om iets te zeggeD. De Voorzitter: Ik heb U toch 't woord niet geweigerd? Als de vergadering wat lang duurt, moet men het niet van den Voor zitter willen hebben. Het voorstel der commissie Wordt ver worpen. Aangenomen worden de voorgestelde ver ordening tot heffing en invordering van 8C opcenten op de gemeentefondsbelasting. De Voorzitter stelt voor om den post voor den politievakcursus te handhaven, met de bepaling, dat daaruit geene betaling zal wor den gedaan zonder machtiging van den Raad. Wegen3 het vergevorderde uur kan nu moei lijk meer in geheime vergadering worden gegaan. De Voorzitter stelt de leden in de gelegen- eid alsnog hun opmerkingen te maken. De heer Van Es: De post straatverlichting s te hoog De Voorzitter: Als daar nu werkelijk weer p terug gekomen moet worden. Weth. Dijkers: Daar kom je twee uur te aat meel De Voorzitter brengt de begrooting in mvraag. De heer Le Comte verklaart zich voor de egrooting, maar tegen de verzekerings- osten. De heer Van Es is voor de begrooting, aar tegen den post straatverlichting. De heer Schut stemt tegen. De heer Schut vestigt er de aandacht op, at op de begrootingscommissie Dog de taak at om de begrooting van de gasfabriek te derzoeken. Spr. zou met het oog op het oeven voorgevallene willen vragen of de aad nog op dat onderzoek prijs stelten de legenheid zal geven om behoorlijk te be reken wat de commissie in het midden 1 brengen. Spr. zag gaarne een uitspraak n den Raad. Stemmen: Waar is dat noodig voor? atuurlQk. De heer Le Comte: Onder één beding, dat dan gelegenheid ia om de begrooting in n behoorlijken tijd af te werken. Dan sluiting. Vergadering van den Raad dei» gemeente HERRINGEN, op Dinsdag 13 Decem ber, des voorin, om 10 uur. De Voorzitter, burgemeester Visscher, opent de vergadering met gebed, waarna de notulen worden voorgelezen en onveranderd worden vastgesteld. De VOORZITTER doet mededeeling, dat ingekomen is het jaarverslag van liet electrici teitsbedrijf te Dordrecht, dat ter visie ligt. üed. Staten berichten de salarisverlaging van 5 °P d° bekende functionarissen: bur gemeester, secretaris, wethouders en ambte naar van den burgerlijken stand. üed. Staten achten geen termen aanwezig de jaarwedde van den ambtenaar van den bur gerlijken stand te verlioogen van ƒ40 op ƒ60, üed. Staten berichten de goedkeuring van de gemeentebegrooting. De VOORZITTER merkt op dat Herkingen de eerste gemeente van Flakkee is, die haar begrooting goedgekeurd terug ontvangt. De lieer J. den Boer neemt wegens ongesteld heid ontslag als raadslid. De VOORZITTER zegt den heer Den Boer dank namens de gemeente voor al liet werk, dat liij in het belang der gemeente iieeft ge daan, ook als wethouder, en wenscht hem toe, dat hij zijn verderen levensavond in rust moge doorbrengen. Op liet adres van Ooltgensplaat om adhaesie- betuiging inzake het verzoekschrift tot behoud van het Kantongerecht, zegt de VOORZIT TER dat de Minister Sommelsdijk gehand haafd heeft. Weth. VAN ECK wil het adres toch nog maar doorzenden. De VOORZITTER: Wat je gekregen hebt, behoef je toch niet meer te vragen? Weth. VAN ECK: Dat is zoo, laten we den Minister dan maar bedanken. Met aljrpmeene stemmen wordt besloten het adres van Ooltgensplaat voor kennisgeving aan te nemen. Door de heeren Van Kempen en Van der Linde worden de geloofsbrieven van het nieuw benoemde raadslid, den lieer A. Noordijk, on derzocht. Zij adviseeren, dat alles in orde is en besloten wordt den lieer A. Noordijk als raadslid toe te laten. Vastgesteld wordt de grondslag der jaar wedde van Doornhein op 775, Enkele afschrijvingen op de hondenbelasting hebben plaats. Het 8e punt wordt aangehouden tot gesloten zitting. L en W. stellen voor het land aan de Molen kreek weer voor 1 jaar te verhuren. Voor 1 jaar met liet oog op de slechte toestanden. De heer DE GEUS: Willen ze het weer hebben? De VOORZITTER: Ja, op één na, maar daar is een ander voor. De heer J. C. Kalle verzoekt zijn kappers zaak een uur langer te mogen openhouden. Adressant wijst er op, dat de Minister van Binnenlandsche Zaken hem naar den Raad verwezen heeft en meent, dat liet niet toestaan een persoonlijke tegenstand zou zijn, daar de wet op de winkelsluiting het toelaat. Hij wijst voorts op den eed, welke de raadsleden hebben afgelegd, waarbij zij toch hebben beloofd in het belang der ingezetenen werkzaam te zuilen zijn. Bovendien is in andere dorpen op Flakkee ook verlof tot langer open houden van kappers zaken toegestaan. De VOORZITTER: Er is hier één kapper, het wil. De andere stelt er geen prijs op. Spr. vreest, dat er bij-motieven zijn bij adres sant en op dien grond stellen B. en W. voor afwijzend op het adres te beschikken. Alle winkeliers in Herkingen zijn ook aan dezelfde regeling onderworpen en het is niet gewenscht daar uitzonderingen op toe te staan. De heer DE GEUS: Welk bezwaar is er om het aan allebei de kappers toe te staan? Ze hebben het indertijd allebei gevraagd en de een heeft zich er zeker bij neergelegd, omdat het nu toch winter is, maar in den zomer is het bezwaarlijk om 8 uur de kapperszaken te sluiten, want dan komen de arbeiders pas uit het land. De VOORZITTER: In zeker opzicht ben ik het met U eens, maar voor de kappers moet er één en dezelfde regeling zijn. En nu is het opmerkelijk, dat de andere kapper er niets voor voelt. Spr, weet niet wie de grootste van de twee kappers is, maar het gaat niet aan den een boven den ander te bevoordeelen. De heer VAN DER LINDE: Het bezwaar is, dat er niet alleen gekapt wordt, maar Kalle verkoopt ook sigaren en sigaretten. De VOORZITTER: Dat is het juist, de clan destine verkoop wordt in de hand gewerkt en daardoor worden de winkeliers in het dorp, die dezelfde artikelen verkoopen, gedupeerd. De andere kapper verkoopt geen bijkomende artikelen en zegt, dat hij er ook niets om geeft al moet hij gelijk met de andere winkeliers sluiten. Dat is toch wel opmerkelijk. De heer VAN KEMPEN: U gaat nu toch wel een beetje te ver. Het langer openblijven wordt alleen gevraagd voor het kappen en niet «m andere artikelen te verkoopen, die con- dusie moogt U er dus niet uit trekken. De VOORZITTERDat kan waar zijn, maar de clandestine verkoop wordt er toch door in de hand gewerkt en dat is onbillijk tegenover andere winkeliers. De heer RIETDIJK: Ik voel wel wat voor «et bezwaar, dat de heer De Geus aanvoert, I. dat de arbeiders 's zomers geen gelegen heid meer hebben zich te laten barbieren. Weth. VAN ECK: Dat is niet zoo'n groot Jezwaar, daar is wel gelegenheid voor. De an- lere kapper vraagt het ook niet. Hij zegt, dat lij er geen belang bij heeft en sluit veel liever >m 8 nur. Hij zegt, dat het publiek net zoo «ng blijft loopen ais de'kapperszaak open is. Het is maar hoe de menschcn het gewend zijn. De SECREATRIS: Maar 's zomers zijn ze och tot 9 uur open. De lieer DE GEUS: Dat is voor ons nog maar 8 uur. De SECRETARIS: Neen, 10 uur zomertijd bedoel ik. De heer DE GEUS gelooft dat niet. De heer RIETDIJK: Als dat waar is, valt liet bezwaar natuurlijk weg. De VOORZITTER: We moeten heel voor zichtig zijn. Wanneer de andere kapper liet ook vroeg, is er geen bezwaar tegen, maar die sluit veel liever. Het voorstel B. en W. wordt iu stemming gebracht. Tegen stemden de heeren Van Kem pen. De Geus en Rietdijk. Daar de stemmen staken, komt liet voorstel de volgende week nogmaals In stemming. De VOORZITTER zegt, dat B. en W. ge sproken hebben over de aanschaffing van een lijkwagentje op liet kerkhof. Reeds eer is deze zaak ook in den Raad ter sprake gebracht. Spr. heeft nu tweemaal in Rotterdam dezen wagen in werking gezien en geconstateerd, dat het heel netjes en ordelijk gaat. Er zijn maar 6 dragers bij noodig, 2 die vooraanstaan en sturen en 2 achteraan om te remmen als 't noo dig is, 2 loopen aan weerszijden. Het wagentje rijdt op massieve gummibanden. De afstand hier is soms te groot en telkens moeten de dragers verpakken, wat nu niet meer noodig is. Spr. geeft deze zaak in bespreking. De lieer RIETDIJK meent, dat liet voor 't publiek in 't eerst wel vreemd zal zijn. Maar alle dingen, die nieuw zijn, moeten tegenstand overwinnen en liet kan in de praktijk blijken, dat liet heel goed werkt. De VOORZITTER leest een brief voor van Zuidland, waar ook het lijkwagentje is inge voerd. Eerst had men ook daar tegenstand te overwinnen, maar nu, na vier jaar, wordt er bijna algemeen gebruik van gemaakt en is het publiek zeer ingenomen inet de nieuwe rege ling. Het voldoet aan alle eischen, is veel orde lijker in 't gebruik dan met de baar. Het ideaal is, dat er vaste dragers bij worden aangesteld, die ook vaste kleeding er bij dragen. De heer DE GEUS acht vooral het laatst genoemde wel een groote eisch. Er moeten vaste dragers bij aangesteld worden, dan is die narigheid 0111 dragers te zoeken ook voor goed van de baan. Dat levert soms veel ellende op. De lieer VAN DER VELDE: De groote afstanden, die soms moeten worden afgelegd, maakt liet dragen met een baar ook bezwaar lijk. De lieer DE GEUS: Er zal veel van afhangen wat de tarieven zullen moeten worden. De VOORZITTER: Dat zal wel meevallen. Het spaart weer vier dragers uit ook, dat scheelt veel en het wagentje kost maar 275, dat behoeft dus in de tarieven maar weinig te kosten. De heer VAN DER VELDE: Neen, dat loopt niet zoo hoog als met de brandspuit het geval is geweest. De heer DE GEUS: Neen, de kosten doen het niet. De heer RIETDIJK: Het zal eerst wel be zwaar ontmoeten, omdat liet nieuw is, maar dat is met de automaat, waarmee de baar naar beneden gelaten wordt, ook zoo. Als men er aan gewend is, wil niemand het meer missen. De heer VAN KEMPEN: Persoonlijk heb ik geen bezwaar tegen een lijkwagentje, maar ik vrees, dat het publiek er in 't begin niet van gediend zal zijn. Enkelingen, die er niet aan willen, zal men natuurlijk altijd wel blijven houden, maar spr. zou toch liever eerst nog maar eens willen afwachten, ofschoon spr. wel veel voor het voorstel B. en W. voelt. De VOORZITTER: Het is geen voorstel van B. en W. We geven het slechts in be spreking. De heer VAN KEMPEN: Goed, laten we liet dan nog eens aanhouden. De VOORZITTER: ik heb er geen bezwaar tegen het aan te houden, maar je moet er op rekenen, dat je over 4 of 5 weken nog voor precies dezelfde bezwaren zult staan. De heer VAN KEMPEN: Ja, maar dan kun nen we er met het publiek eens over spreken. Weth. VAN ECK: Daar schiet je anders niets mee op. Als je er met liet publiek over praat, zeggen ze natuurlijk allemaal: ik kan er niets over zeggen, want ik heb het nooit ge zien. In 't begin heb je altijd bezwaren tegen nieuwigheden, maar over een poosje maakt ieder er gebruik van Het is ook van belang, dat er 4 dragers door uitgespaard worden. De menschen, die er niet aan willen, kunnen na tuurlijk gebruik blijven maken van de draag baar. Alleen is het dan weer lastig, dat we verschillende tarieven moeten maken en de kosten weer liooger worden. De heer DE GEUS: Dat hoeft niet. Wan neer een familie de voorkeur geeft aan de draagbaar, dan kunnen zij die nemen, maar dan moeten ze natuurlijk zelf de kosten be talen. Besloten wordt deze zaak in de volgende vergadering weer eens ter sprake te brengen. Dan gaat de Raad over in zitting met ge sloten deuren. Na opening der deuren wordt besloten het verzoek van den lieer Van Es e.a. om pacht- verlaging niet toe te staan. Verslag van de vergadering van den Raad der Gemeente STELLENDAM, op Dinsdag 13 December, des namiddags 3.15 uur. Voorzitter Burgemeester Charbon. Alle leden tegenwoordig. De Voorzitter opende de vergadering op de gebruikelijke wijze, waarna de notulen der laatste vergadering werden gelezen. VOGELAAR merkte op dat de notulen zeer juist en uitvoerig waren, doch zag gaarne daarin nog opgenomen liet woord „rapaljaan", dat door Ricmens gebezigd is tijdens de dis cussies. Spreker vond dit woord beneden elk peil waarop een raadslid zich moet stellen en zag deze afdaling gaarne alsnog opgenomen. De Voorzitter maakt hiertegen geen be zwaar, waarna deze werden vastgesteld. Ingekomen stukken: Procesverbaal van kasopname bij den ge meente-ontvanger, waaruit bleek dat op 9 dezer in kas was 24U0,32 overeenkomstig boeken en bescheiden. Van*Ged. Staten bericht dat vrijstelling is verleend voor liet vak aan de lagere scholen. Van Ged. Staten een schrijven dat het Rijk in liet salaris van den Gemeentegeneesheer, zijnde 500,over 1933, 10 minder zal bijdragen en dat in uitzicht wordt gesteld dat bij eventueel overlijden of vertrek de subsidie geheel zal komen te vervallen. Een schrijven van de gemeente Ooltgens plaat, inzake behoud van liet kantongerecht. De VOORZITTER deelde mede dal intus- schen reeds een voorstel tot opheffing is inge trokken, dus geen adhaesie meer noodig is. Een verzoek van P. Troost om ontheffing van zijn aanslag voor Havengeld. B. en W. stelden voor hierop afwijzend te beschikken. VOGELAAR zeide er wel van doordrongen te zijn dat de visschers liet slecht hebben, doch wanneer men tot verlaging overgaat, dan niet één doch allemaal. RIEMENS zeide dat deze man het zeker wel slecht kan missen, omdat hij zoo dikwijls met dit verzoek is gekomen. VOORZITTER: Dat ligt daarin niet opge sloten, de een klaagt ook vlugger dan de ander. HOLLEMAN meende dat de eene visscher ook meer noodig heeft dan de ander en wij hebben vroeger al eens meer den een wel en den ander niet, 't zij geheele of gedeeltelijke restitutie gegeven. Spreker zeide er tegen te zijn de ontheffing of gedeeltelijke ontheffing niet te geven. Daarna werd het voorstel van B. en W. aangenomen met de stem van Holle man tegen. Van de verschillende Bonden van arbeiders was een verzoek ingekomen om steunverle ning, toeslag op uitkeeringen van de werke- loozenkassen en werkverschaffingen. B. en W. stelden een steunregeling voor, die door den Minister is ontworpen, welke alzoo werd aangenomen. Nog was van de Cntrale vakorganisatie te Utrecht een verzoek ingekomen om bij den Minister aan te dringen op verlenging van de uitkeering uit de werkeloozenkassen van 42 op 78, zooals dat vorige jaren is gebeurd. Dit werd voor kennisgeving aangenomen. Van Ged. Staten was een bericht ingekomen dat op de salarissen van Burgemeester, Secre taris en gemeente-ontvanger een korting zal worden toegepast van 5 Dit geeft voor de gemeente een verhooging van inkomsten van 353,53. B. en W. stelden voor de Kroon goedkeuring te verzoeken, ook den Gemeenteveldwachter met 5 te verlagen. Alzoo werd besloten. B. en W. stelden voor dezen post over te brengen naar den werkeloozensteun. JANSEN zag liever dat het werd toegevoegd aan den post onvoorziene uitgaven, want wan neer men dit overbrengt op werkeloozensteun, dan kan men daarvan niet meer overschrijven en wel van onvoorziene uitgaven op een post die het noodig heeft. VOORZITTER zeide dat het de bedoeling is dit op werkverschaffing over te brengen, waarschijnlijk heeft Jansen mij verkeerd ver staan of ik heb me vergist. JANSEN: Dafr ben ik niet tegen. Ik ben er voor niet te veel steun te geven, docli er liever voor te laten werken, vandaar mijn voorstel. Aldus werd liet voorstel van B. en W. aan genomen. VOGELAAR vroeg nog of onder de steun regeling ook de visschers gerekend werden. VOORZITTER: Neen, dat kan niet, B. en W. stelden mitsdien voor bij den Minister aan te dringen om ook de noodlijdende visschers in de steunregeling op te neiiien. VOGELAAR achtte het beter dat een com missie werd benoemd, die daarvoor een audiëntie aanvroegen bij den Minister, om dat noodzakelijke te bepleiten. Spreker zag gaarne die commissie samen gesteld uit 2 leden van den Raad, 2 visschers en den Burgemeester als voorzitter. De VOORZITTER zeide hiertegen geen be zwaar te hebben en benoemde bij aanwijzing mitsdien de heeren Vogelaar en Jansen ais raadsleden in die commissie. De Visscherij- vereeniging zal gevraagd worden ook 2 leden daartoe aan te wijzen. De lieer HOLLEMAN zegt B. en W. dank voor de steunuitkeeringen die thans in uitzicht zijn gesteld. Spreker zeide er echter ook de voorkeur aan te geven, wanneer men de men schen kan laten werken. VOORZITTER: Er is werkverschaffing in uitzicht hij den Scharrezeepolder. Dit zal eclitcr niet kunnen geschieden voor half Fe bruari en dan kan daaraan een 33 man werk vinden. HOLLEMAN zeide dat liet een bezwaar was voor de gemeente dat dit werk in I jaar verricht moet worden. VOORZITTER zeide dat dit inderdaad waar is, docli om technische redenen schijnt het niet anders mogelijk te zijn. Laten wij anderzijds nu maar blij zijn dat wij dit hebben, mogelijk zou anders het werk wegens gebrek aan baten niet voortgezet kunnen worden. HOLLEMAN zeide dat hij nochtans bij het polderbestuur zou aandringen liet werk over twee jaren te verdoelen. VOORZITTER zeide dat ook de Provincie daarvoor niet te vinden is en er dus niet veel heil van verwacht. HOLLEMAN vroeg wanneer die steun regeling in werking zal kunnen treden. VOORZITTER zeide dat eerst dc goed keuring afgewacht moet worden. Benoeming commissie voor stcunvcrlccning en werkverschaffing. (Adv). VOORZITTER zeide dat hij voorstelde deze te laten bestaan uit 2 raadsleden, 1 lid van het college van B. en W., 1 lid van de Chr. organisatie en 1 lid van de Moderne bonden. Uit de raadsleden werden aangewezen de heeren Holleinan en van Oostenbrugge. HOLLEMAN zeide voor die eer te zullen bedanken. Zij verwijten mij nu al dat ik steun- verleening bepleit ten eigen bate en dan zou ik nog last krijgen dat ik steun ga toekennen ten eigen gunste. VOORZITTER vroeg daarna of Vogelaar zitting wilde nemen, die zich daartoe bereid verklaarde. B. en W. deelden daarop mede dat zij voor de begrooting 1933 nog enkele bezuinigingen hebben gevonden. Ten eerste stelden B. en W. voor een help ster bij de handwerken te ontslaan; dit geeft een directe bezuiniging van 120,—, doch indirect 390,B. en W. stelden mitsdien voor te ontslaan Mej. van Donge. HOLLEMAN zeide dat hij het jammer vond dat nu allereerst bij het onderwijs bezuinigd moet worden; het eenige en noodzakelijke wat liet kind voor liet leven kan genieten. Spreker zeide dat deze bezuiniging funest zal moeten werken op het te genieten onderwijs, temeer daar de onderwijzeres met 1 Januari ook twee klassen overdag zal gaan krijgen en dan zal deze het werk niet naar behoóren met 1 help ster af kunnen. VOORZITTER: B. en W. zijn ook niet gaarne tot dit voorstel gekomen. Men gaat echter steeds meer vragen voor werkverschaf fing en steunuitkeering en men moet daarvoor geld hebben. Wat het zwaarste is moet dan ook maar liet zwaarste wegen. B. en W. zijn van oordeel dat liet met één helpster nog wel gaan zai. HOLLEMAN: ik verwacht dat het onder wijs beneden alle peil zal dalen. VAN OOSTENBRUGGE zeide dat hij er niet tegen was een helpster te ontslaan, doch gezien "de Raad het standpunt heeft ingeno men dat de gehuwde ambtenaar het eerst ont slagen dient te worden zag hij gaarne dit besluit in toepassing gebracht. VOORZITTER: Het is nimmer de bedoeling geweest dit op dergelijke ambtenaren van toe passing te brengen. JANSEN vroeg hoeveel kinderen nu dat handwerkonderwijs volgen en hoeveel b.v. 5 jaar geleden. VOORZITTER zeide dat hem daarvan thans geen cijfers bekend zijn. VOGELAAR merkte op dat Holleman nu zich zelf eigenlijk gaat tegenspreken. Destijds heeft hij gezegd dat liet onderwijs zoo duur was en 'nu er te bezuinigen valt gaat hij het bestrijden. HOLLEMAN: Dat is niet waar, ik heb gezegd dat ik nooit beknibbeld heb op liet on derwijs om daarmede het Bijz. onderwijs te schaden. De VOORZITTER bracht daarna eerst in stemming of een helpster ontslagen zal wor den, afgezien van de kwestie wie ontslagen zal worden. Dit voorstel werd aangenomen met de stem van Holleman tegen. Daarna verzocht VAN OOSTENBRUGGE stemming over het feit wie ontslagen zal worden. Bij stemming werd daarna uitgemaakt dat Mej. van Donge werd ontslagen. Deze verkreeg drie stemmen. Mej. Troost-'Roon 2 stemmen en i werd blanco uitgebracht. De wethouder Roon bleef buiten stemming. B. en W. stelden verder voor lief salaris van de schoolschoonlioudster te splitsen, n.l. zoo, dat ƒ200,gegeven werd voor de school schoon té houden en 75,voor het reinigen van de twee leeg staande lokalen, die voor vergaderingen enz. worden gebruikt. De VOORZITTER deelde mede dat dit met de verrekening een bezuiniging voor de ge meente zou geven. Daartoe werd alzoo be sloten. B. en W. stelden voor den lieer IJzerman als onderwijzer aan de O.L. school te "ontslaan met I Januari a.s. Ook hiertoe werd besloten. Nog werd vastgesteld een suppl. koliier Hondenbelasting tot een bedrag van f 31,75. Dc VOORZITTER deelde mede 'dat hij schrijven van 9 October is medegedeeld dat Ged. Staten dc kosten voor dc nieuwe Bijz. school op dc begrooting hebben geplaatst en dat mitsdien verzocht wordt daarvoor dekking aan te wijzen door middel van een geldleening. B. en W., althans dc meerderheid, stelden voor een bedrag van 25.000,te ramen in ontvang en het college te machtigen tot liet aangaan van de leening tegen zoo voordeelig mogelijke voorwaarden. JANSEN stelde voor in beroep te gaan bij de Kroon tegen het besluit van Ged. Staten en het bevel als zoodanig, j VOORZITTER: Op weike gronden wil U dit beroep doen? JANSEN: Op grond dat de gemeente de lasten niet kan dragen, wat voldoende kan blijken uit de laatst opgemaakte begrooting. Daarbij komt nog dat de Raad nooit weiger achtig geweest is tot het voteeren van geld voor een Bijz. school, doch wel voor een nieuwe school. HOLLEMAN meende dat de finantieele grondslag de beste basis is, om daarop in beroep te gaan. De gemeente kan de lasten niet dragen. Wij komen in de klasse van de noodlijdende gemeenten en dan nog dergelijke offers vragen van de gemeentekas, dat kan nu eenmaal niet. VOORZITTER: Wij zullen aan deze zaak toch niet ontkomen. VOGELAAR zeide er voor te zijn in beroep te gaan, want de gemeente kan dien last er niet meer bijdragen. De belastingen drukken nu al zwaarder dan eigenlijk mogelijk is en dat mogen wij nu nog eens niet gaan ver zwaren. VOGELAAR zeide dat de aanbesteding nu zooveel is meegevallen en nu vraagt men toch nog het volle bedrag op de begrooting te plaatsen. Is het bovendien waar dat aan van Oostenbrugge 500,betaald is voor het eerste plan wat niet is doorgegaan? VOORZITTER: Officieel weten wij daarvan niets, doch de rekening moet toch door B. en W. worden goedgekeurd. VOGELAAR: ik heb de vorige vergadering al medegedeeld dat ik geen medewerking kan geven aan elk voorstel, waardoor het nood zakelijk zal worden dat de opcenten op de Personeele belastingen hooger geheven zullen moeten worden dan 250. De VOORZITTER bracht daarop het voor stel Jansen om in beroep te gaan in stemming, dat werd aangenomen met 5 tegen 2 stemmen, die van Hoek en Riemens. Rondvraag. VOGELAAR zeide dat toen de voorzitter ziek was een adres is behandeld van de A.R. partij om de herbergsiuiting te verkrijgen op Zondag. De heer Riemens schijnt zich bij die stemming over het voorstel tot sluiting vergist te hebben, ik heb een paar vergaderingen ge wacht of Riemens niet met een voorstel ter tafel kwam om zijn stem te herzien. Het blijkt niet het pian te zijn van die fractie daarop terug te komen; redenen waarom ik die zaak thans opnieuw aan de orde zou willen stellen, ik stel mitsdien voor te besluiten tot sluiting van de café's op Zondag. VOORZITTER meende dat men op een maal genomen besluiten niet moet terug komen," dat gaat nu eenmaal niet. VAN OOSTENBRUGGE: ik wil mijn mede werking geven om een fout van de léden van de S.G.Pé te herstellen. HOLLEMAN meende dat de noodzakelijk heid van een dergelijk besluit thans niet aan wezig is. VAN OOSTENBRUGGE zeide dat volgens Gods woord die sluiting er wel zou moeten komen. HOEK: Wil de heer van Oostenbrugge be wijzen dat wij lid van de S.G.P. zijn." VAN OOStENBRUGGE: De Maas heeft het geschreven en die zullen dat wel zeker weten. HOEK: De Maas, die schrijft wel meer groote leugens. Daarna "kwam het voorstel Vogelaar in stemming en werd aangenomen met 4 tegen 3 stemmen, die van de heeren Roon, Holleman en Jansen. JANSEN vroeg of er al een besluit door de E.M.G.O. genomen was inzake verlaging van liet vastrecht voor de straatverlichting. VOORZITTER zeide dat het bestuur der E.M.G.O. niet daartoe heeft kunnen besluiten, [omdat de Verlies- en winstrekening dit nog niet toelaten. RIEMENS vroeg nog demping van een slootje op den achterweg, wat heel goedkoop kan gebeuren, nu de aannemer van de water leiding den grond er gratis wil brengen. VOORZITTER zeide toe de noodzakelijk heid daarvan te zullen onderzoeken en dan zoo noodig stappen daartoe zai doen. Dan sluiting.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1932 | | pagina 3