Tandarts BU1JS l is PREDIKBEURTEN. D D. 6 ;s3 S3 S3 S3 S3 S3 S3 S3 S3 S3 S3 S3 ES ES ES S3 ES ES ES ES S3 S3 S3 ZITDAG Verkooping Dg Steenen WindËorsnmoIen AAMBEIEN. DE SALAMANDER JL Bij contract aanzienlijk korting. WOENSDAG 3 AUGUSTUS 1932 14E JAARGANG. - N°. 75 Moderne Landbouwwerktuigen in de Wieringermeer. FEUILLETON. IN DEN GREEP DER WOESTIJN. Aardappelen f 1,10 tot 3,20 per 100 k.g. Poters ƒ1,— tot 2,50 per 100 k.g. Frambozen 0,38 tot 0,62 per k.g. Bessen (roode) 0,13 tot 0,31 per k.g. (witte) 0,16 per k.g. (zwarte) 0,37 tot 0,43 per k.g. Blauwe druiven 0,60 per k.g. Morellen 0,10 per k g. Boonen (groote) 3,90 per 100 k.g. Burgerlijke Stand. MIDDELHARNIS. Geboren: Jan, z. vanL. W.Vroegindeweij en L. Korteweg; Willem, Jacob, z. van W. J. van Dis en J. m. den Boer; Adriana Cornelia, d. van J. J. Nipius en N. van Loenen. Ondertrouwd: J. C. van Eek, 30 j. (Poor- tugaal) en M. J. Boomsma, 25 j. OOLTGENSPLAAT. GeborenAdrianus Zacharias, z. van Theo- dorus Anthonius de Waal en Johanna Maria van Dravik; Wouter, z. van Eliza Hotting en Pieternella Hokke; Lena, d. van Willem Paasse en Maria van Dam. Getrouwd: Laurens Neels, 21 j. en Jannetje Troost, 21 j.; Teun Frans Beije, 25 j. en Wijntje de Vos, 25 j. Zondag 31 Juli 1932. NEDERLANDSCH HERVORMDE KERK. Middelharnis, Tm. en 's av. (''oop) ds. Vroeg- indeweij uit Wiluis. Sommelsdijk, vm. leeskerk en 's av. ds. v. Asch. Dirksland, vm. en 'sav. ds. v. d.Wal. Helkingen, vm. en 'sav. dhr. Overweel. Melissant, vm. en 'sav. ds. Bouw. Stellendam, vm. en 'sav. dhr. Bouman. Goedereede, nam. ds. Verkerk. Ouddorp, vm. leeskerk en nam. ds. van Ameide. Nieuwe Tonge, vm. en 'sav. ds. Dekker. Oude Tonge, vm. ds. Verkerk en's av. leeskerk. Ooltgensplaat, vm. leeskerk en 's av. dhr. Polder vaart. Langstraat, vm. dhr. Vetter. Den Bommel, vm. ds. v.]Ameide en 's av. leeskerk. Stad aan 't Haringvliet, vm. en 's av. ds. Polhuijs. GEREFORMEERDE KERK. Middelharnis, vm. en 'sav. ds. Zeilstra. Melissant, vm. en 'sav. leeskerk. Stellendam, vm. en 'sav. ds. Broekstra. Onddorp, vm. en nam. leeskerk. Ooltgensplaat, vm. en 's av. ds. de Lange. Den Bommel, vm. en 's av. ds. Schaafsma. Stad a. 't Haringvliet, vm. en 's av. ds. de Graaff. GEREFORMEERDE GEMEENTEN. Middelharnis, vm. en 's av. leeskerk. Dirksland, vm. en 'sav. ds. de Blois. Herkingen, vm., nam. en 'sav. leeskerk. Ouddorp, vm. en nam. dhr. Romijn. CHR. GEREFORMEERDE KERK. Middelharnis, vm. en 'sav. dhr. Smits uit Hil- legom. DOOPSGEZINDE GEMEENTE. Ouddorp, geen dienst. houdt vanaf 10 September Donderdags te Dirksland, in Hotel Polderman vanaf half 11 tot 4 uur. Vrijdags te Oude Tonge, in Hotel Van Veen vanaf half 11 tot 4 uur. Die dagen SPREEKUUR te MID DELHARNIS, 's morgens van hall 9 tot 10 uur, 's avonds van 7 tot 8 uur. °p Woensdag 17 Augus tus 1932 bij Inzet in het Café Osseweijer Op Woensdag 24 Augus tus 1932 bij Afslag in het Café Witte te NIEUWE TONGE, telkens des nam. 4 uur (Nieuwe Tijd), ten overstaan van Notaris P. A. VAN BUUREN te Middelharnis met 2 koppelsteenen, koek- breker, buil. taaverpletter, graanschooder met toe- behooren, woonhuis met schuurtjes en pakhuis met het erfpachtsrecht van den grond, aan den Noordlandschendijk te Nieu we Tonge. In 2 perceelen en combinatie. PADICALE GENEZING de hardnekkigste Aambeien kunt U genezen binnen enkele weken. I Kipstraat 59, P'dam I Oe Centrale Proeftuin voor Goeree en Overflakkee te Middelharnis (Langeweg) Is op eiken werkdag voor belangstel lenden GRATIS TOEGANKELIJK. Desgewenscht geeft de tuinman alle Inlichtingen, die mochten worden ver langd. Prijs per kwartaal f 1, Losse nummers 0,076 ADVERTENTIËN van 16 regels 1,20 Elke regel meer 0,20 Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent, Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. De vorige week zijn voor de landbouwers leden der landbouw-maatschappijen verschil lende landbouwwerktuigen gedemonstreerd. De belangstelling was zeer goed, gezien ook de zeer ongunstige weersomstandigheden. Deze waren voor een demonstratie de ongunstigst denkbare: vrijwel onafgebroken regen, zoodat en de bodem en de mensclien door en door nat waren. De gronden in den polder zijn op akkers van 10 M. breedte gelegd. Het is dus van belang, dat de werkbreedte der werktuigen zich bij deze akkerbreedte aanpast. Allereerst werd een scharnierzaaimachine in werking gesteld. Deze machine, met een werk breedte van 5 M., kan in 5 gangen dus 3 akkers 30 M. bezaaien. De zaaihuisjes, die daarbij boven een greppel komen, kunnen worden afgesloten. De machine is in het midden scharnierend gekoppeld (vandaar de naam) zoodat ook bij rondliggend land overal even diep gezaaid wordt. Terzijde is aan een langen balk een schijf bevestigd, die het spoor markeert dat de tractorbestuurder bij een volgenden gang moet volgen. De breedte dezer machine behoeft niet tot 6 M. bepaald te blijven, in Rusland loopen verscheidene tot een totale werkbreedte van 20 M. De wielen der machine waren, speciaal voor de Zuiderzeegronden, van 20 c.M. breede velgen voorzien, zoodat te diep wegzakken niet voorkwam. Dit werktuig leverde blijkbaar goed werk; per dag kan 20 H.A. bezaaid worden. Ook het omzwenken van deze gecombineerde installatie leverde geen moeilijkheden op. Ook de achtscharige ploeg, met een werk breedte van 2 M., die vervolgens in het werk gesteld werd, leverde mooi werk. Vooral ook het afwerken der kanten van den akker kon de goedkeuring der aanwez^en wegdiagen. Deze ploeg kon worden ingesteld op diepten van 4 tot 14 c.M. Het oppervlakkig bouwen, waarbij het ontzilten van den vroegeren zee bodem vooropgesteld wordt, kan met dezen ploeg dus geschieden. De trekkracht kan wor den geleverd door een 15 paards tractor, terwijl per dag 8 H.A. kan worden geploegd. Het in werking stellen der eggen met een werkbieedte van 10 M. waarmede dus een geheele akker tegelijk kan worden bediend werd achterwege gelaten met het oog op liet weer. Ook deze eggen zijn in het midden scharnierend aan elkaar gekoppeld. Het voornaamste gedeelte der demonstratie vormde het in werking zijn van den Rud Sack draineerploeg. Het vraagstuk der in brenging van draineerbuizen in den bodem is met de uitvinding van deze machine goeddeels opgelost. Reeds geruimen tijd heeft men ge tracht door het graven van gangen onder den grond den waterafvoer bevredigend te regelen. Zooals bekend, worden bij het systeem van prof. Visser in deze gangen houten buizen ingebracht. Bij den Rud. Sack draineerploeg wordt nu als nieuwste vinding gedemonstreerd dat tegelijk met het maken van den mollengang in den grond de draineerbuis ingebracht wordt. De gang wordt met behulp van een granaatvormige mol, die onderaan een verti kaal mes is bevestigd, door den grond ge trokken. Achter aan dien mol zit een stang, welke aan een oog een roestvrije stalen buis ZANE GREY Naar het Amerikaansch door HENRI VAN DE WEG (Geaut. uitgave van de N. V. Uitgeverij P. D. Bolle.) 2) Ware zij economisch onafhankelijk geweest, zij zou een kans hebben gehad te ontkomen, doch de opvoeding, welke haar vader voor zijn dochter noodig achtte, had deze volkomen afhankelijk ge houden totdat zij, kort na moeders dood, thuis niet meer van nut kon zijn. Was het wonder, dat Mary te vlug meende den man van haar leven te hebben gevonden dat zij mevrouw Wilbur New ton werd, nog eer er een jaar was verstreken? „Ik ga trouwen met een man uit Texas," had zij geschreven, ..met iemand van buitengewone capaciteiten, uit een oude, bekende familie. Hij heeft het niet beneden zich geacht rancher te wor den, om op die wijze het fortuin der familie te herstellen. Het is zulk een prachtige taak hem te helpen er boven op te komen. ïk ben zoo verschrik kelijk verliefd. Nooit zal ik vergeten die wonderlijke gewaarwording, toen ik hem voor het eerst ont moette. Ik hoorde het rinkelen van zijn sporen, zag een grooten sombrero en en daaronder een gezicht, dat bijna niet te beschrijven is zoo vrien delijk, zoo vol ingehouden kracht. Niet roekeloos, maar voor niets bevreesd." mede door den grond trekt, zoodat na een doorgang direct een goede afvoerbuis de ont watering blijvend verzorgt. Reeds eerder ingebrachte buizen zagen we dan ook regel matig stroomend. De inbrenging van de buizen heeft op de volgende wijze plaats: De haspel, waarop de 16 c.M. breede en 1 mM. dikke stalen band ligt opgerold (buis wagen), wordt boven de sloot gebracht. Daar voor komt de ploeg te staan, die getrokken wordt door een 60 P.K. tractor. In dit geval werd met het oog op de doorweekheid van het terrein nog een tweede tractor van 20 P.K. voor den eerstgenoemden gespannen. In den buiswagen wordt de band, door een onderaan zich bevindend walswerk, gedurende het afrollen tot een buis gemaakt, welke buis, zooals boven gezegd, door den grond wordt getrokken. Met behulp van een electrische lamp in een verstelbaren schijnwerper wordt een licht straal uitgezonden, welke precies op het voor geschreven verval van de draineerbuis wordt ingesteld. Deze lichtstraal wordt opgevangen op een matglas in een houten kijker, welke kijker vast verbonden is aan het zwaard van de mol. Gezorgd moet worden dat de uitge zonden lichtstraal steeds op het midden van het matglas wordt opgevangen. Hiertoe stelt de moment-diepgangverstelling van de mol in staat. Deze diepgang wordt n.l. door middel van een hydraulischen druk van ongeveer 45 Atm. oogenblikkelijk geregeld, zoodat het volgen van den lichtstraal zeer gemakkelijk gaat. De buizen worden vervaardigd uit geperfo reerd roestvrij koperhoudend staal. Het water kan behalve-door de gaatjes ook door den overlangschen naad van de buis toetreden. De ploeg rijdt met een snelheid van c.a. 4 K.M. per uur. Op de akkers van 250 M. lengte wordt tot halverwege, dus 125 M., inge bracht, waarna de buiswagen boven de sloot verplaatst moet worden. De buizen werden op een diepte van 1.20 M. ingebracht. De machines, die gedemonstreerd werden, zijn alle berekend voor het groot-bedrijf. In ons land is echter het klein-bedrijf overheer- schend en zal aan hec groot-bedrijf wel nooit een toekomst beschoren zijn. Het zal dus voor den Nederlandschen boer in het algemeen niet veel zin hebben om tot aankoop van dergelijke werktuigen over te gaan. Iets anders echter is het of niet tot coöperatieven aankoop kan worden besloten of, wat misschien nog beter is, of er niet bepaalde ondernemers kunnen komen, die zulke werktuigen aankoopen en daarmede in loondienst gaan werken. Maar ook voor de droog gemaakte en te maken gronden van de Zuiderzee dienen we af te wachten hoe de toestand zich wil ontwikkelen. Hierbij hebben we ook rekening te houden met de mentaliteit van hen, die straks dien grond, op welke wijze dan ook, te bewerken krijgen. Dat met die mentaliteit wel gerekend dient te worden, werd ons nog eens weer duidelijk gedemonsterred door de wijze waarop de Noord-Hollandsche boeren de in den Wieringer- meerpolder gebouwde en in aanbouw zijnde bedrijfsgebouwen becritiseerden. Hieruit bleek ons dat tot verwondering dier boeren schuren gebouwd werden, die naar hun oordeel voor het bedrijf niet geschikt zijn, terwijl ze toch, zonder veel meer kosten wel doelmatig gemaakt konden worden. Verslag van de buitengewone ver gadering van den Raad der gemeente ZWARTEWAAL op Zaterdag 30 Juli 1932, des avonds 7 uur. Aanwezig alle leden, behalve wethouder Mol, die wegens ziekte verhinderd was. Te ongeveer 7 uur heeft de Burgemeester met zijn familie afscheid genomen van deze gemeente. De geheele Raad, benevens eenige oud raadsleden waren aanwezig, de Burgemees ter, die inmiddels met zijn familie was gear riveerd, opende de vergadering met enkele woorden. De Voorzitter verzoekt daarna den secretaris de notulen van de vorige vergadering voor te lezen. De Secretaris voldeed aan dit verzoek en las de notulen voor van de vorige vergadering van 10 Juli 1932. Burgemeester: „Heeft iemand van de heeren nog iets aan te merken?Neen?Dan worden deze notulen onveranderd goedge keurd. Zooals U weet is tot tfldeljjk Burge meester benoemd de heer Verschoor. Nu zullen we nog een tijdelijk wethouder ook moeten kiezen. Heeft een van de heeren een bepaalde voorkeur?" Verschoor: „Heeren, ik wil dit nog op merken. Mol is van dezelide lijst als van der Zee en Brobbel. Van der Zee kan moeilijk door z(jn bedrijf en Brobbel heeft er geen zin in. Nu heb ik er met den heer Kroes over gesproken en die had er ook geen zin in. Ik geloof toch zeker als wij Kroes be noemen, dat hij die benoeming wel aan zal nem6n." Burgemeester: „Heeren dan zullen wij overgaan tot stemmen." Bij stemming heeft de heer Kroes 4, Brobbel 1 stem en 1 biljet was blanco, zoodat Kroes werd benoemd. Burgemeester! „Kroes neemt het aan? Denk eens aan de 3 korting." De heer Kroes neemt zijn benoeming aan. Burgemeester: „Heeren heeft U er bezwaar tegen dat ik eersol ontslag neem als Amb tenaar van den Burgerlijken Stand?" Niemand van de heeren heeft er iets tegen, zoodat aan den Burgemeester met ingang van 1 Augustus 1932 eervol ontslag is ver leend als Ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Hierna richt de Burgemeester het woord tot de aanwezigen: „Mijne heeren, toen ik in November 1924 voor het eerst in Uw Raad verscheen, na feestelijk te zijn ingehaald, beloofde ik voor deze gemeente te zijn een goed Burgemeester. Ik beloofde te zijn een vriend, die naar zijn vermogen zou werken in het belang van Zwartewaal. Nu ik weer voor U sta om afscheid te nemen, ligt het niet aan mij om te beoordeelen of ik mijn woord heb gehouden of Uwe verwachtingen heb be schaamd. Wat ik wel weet is, dat ik tot op het laatste toe mijn plicht heb gedaan en de rechtvaardigheid heb betracht. Het doet mij leed dat de wethouder Mol door ziekte reeds geruimen t(jd geen deel heeft kunnen nemen aan onze besprekingen Zes maanden later kwam bericht, dat de po gingen van Wilbur Newton, om een ranch te be ginnen, ten eenen male waren mislukt, al had Mary tot het uiterste getracht vol te houden. Om aan de schande te ontkomen een man, ais hij, zou geen oneer kunnen dragen, waren zij ver trokken naar zuidelijk Arizona. Twee jaar later was de farm in een afgelegen Arizoiia-dal een mis lukking gewordenKatherine had nooit begrepen waarom en vertrokken zij met hun weinige bezittingen naar Taho, in het reservaat van de Navajo-Indianen, waar de man, die voor niets bevreesd was, in dienst trad bij een handelaar, als assistent. Hij was iemand, die zich in elke positie wist aan te passen, omdat zijn vrouw zwoegde en zich uitsloofde. Katherine had het onmiddellijk gemerkt. Zij kookte van verontwaar diging. Eens, toen zij nog in het oosten vertoefde, had Katherine Mary den raad gegeven niet te lang te laten wachten op nieuws van een kleinen Wilbur junior. Doch er kwam geen enkel bericht, zoo min als Mary ooit zinspeelde op den brief, waarin dit advies had gestaan. Wel kwam er een tijd, dat Katherine van harte dankbaar was hiervoor; hon den en kinderen hielden nu eenmaal niet van Wilbur. „Vind je niet, düt de woestijn tot nadenken stemt?" klonk het plotseling, storend in haar over peinzingen. Katherine bloosde en haastte zich te antwoorden, dat dit inderdaad zoo was, doch Mary's oogen, vlug en onderzoekend, hadden zich reeds van haar afgewend. „Kijk eens," klonk het nu, „daar ligt Leupp. Zie je den molen? Zie je die stippen? Dat zijn de schoolgebouwen." „Maar dat is toch geen vijftien mijlen hier van en ook heden weer afwezig moet z(jn. Moge hg spoedig herstellen om weer voor de Gemeente werkzaam te kunnen zijn, zoo als hij dit steeds gedaan heeft, met trouw en eerlijkheid, waarvoor een woord van dank. Het doet mij echter weer genoegen hier aanwezig te zien den ouden wethouder Kieviets, met wien ik geruimen tijd zoo prettig heb mogen samenwerken, en die mij bij mijne installatie zoo hartelijk heeft toe gesproken. Ik dank U heor Kievits voor deze samenwerking en voor Uwe vriend schap. De Heeren leden en oud-leden van den Raad, hartelijk dank voor Uwe medewer king, inzonderheid U wethouder Verschoor, die mij steeds trouw terzijde heeft gestaan en ondanks de keeren dat wij wel eens fel tegenover elkaar hebben gestaan, nooit in de fout verviel om personen met zaken te ver warren. Ik dank U heer Verschoor en ik zal steeds met genoegen aan onze samenwerking terug denken. Wat gedurende mijn beheer in Zwarte waal tot stand is gebracht heb ik te danken aan de oude en tegenwoordige Raadsleden, die steeds welwillend waren zoodat prettige en vriendschappelijke samenwerking moge lijk was. Het ligt niet op mijn weg, op te sommen wat in Zwartewaal gedurende mijn beheer zooal veranderd is, ik laat dat aan U over dit te beoordeelen. En als ik strakB van U ga, dan doe ik dat met een zekeren weemoed, omdat ik Zwarte waal heb leeren kennen en liefhebben. U mijnheer de Secretaris m(jn bijzonderen dank. Door Uw nauwgezette plichtsbetrach ting, Uw ijver en Uw trouw, hebt U mij het werken aangenaam en gemakkelijk ge maakt. Zwartewaal mag ik van harte geluk- wenschen met Secretaris Boers. Dank aan U heer Kort, die steeds een goed Politieman was, die blijk heeft gegeven van vertrouwd te zijn met de wetten en veror deningen, waardoor ook in deze richting aan mjj veel steun is verleend. Uw trouw en eer lijkheid zal ik nimmer vergeten. Het moge en Uw gezin wel gaan. Een woord van dank aan U Hoftijzer moge niet achterwege blijve, ook gij waart een goed ontvanger die steeds zijn plicht deed. Tenslotte een woord van dank aan de Onderwijzers, aan de Heeren van Kerk en Armbesturen, aan de leden van het Crisis- Comité, die mij allen vriendschap hebben bewezen, waardoor steeds aangenaam samen werken mogelijk was. En gij allen, burgers van Zwartewaal al of niet aanwezig, U allen zonder onder scheid roep ik een hartelijk vaarwel toe, Ook U dank ik voor Uwe vriendschap, voor Uwe achting. Het ga U allen wel. Zwartewaal zal ik steeds blijven geden ken." De heer Verschoor sprak daarna als volgt: Geachte Burgemeester en familie, Naar aanleiding van Uw gesproken woor den zoo juist tot ons gericht, wil ik nog een paar woorden spreken. Ik kan niet zoo mooi spreken. Ik ben maar een man van het oogenblik en ik kan alleen dat zeggen, wat m(j momenteel naar voren komt. Ik heb het niet zoo mooi op een papiertje staan ais U. Ik hoop dat U en de Uwen veel plezier zult beleven in in Uw nieuwe gemeente. Het is zeker dat wij prettig hebben samengewerkt, U als Burgemeester en ik als wethouder. Alle bloemetjes kunnen geen aalbessen worden, en ook het weer in ons land heeft zijn buien, zoo is het in de vergadering ook wel eens geweest, maar dat neemt niet weg dat wij het heel goed hebben kunnen vinden en steeds onzen plicht hebben gedaan in het belang van Zwartewaal, vooral aan U heer Burgemeester heeft Zwartewaal veel te danken. Onder U zijn belangrijke verbete ringen aangebracht. Zoo hebben wij in de eerste plaats den weg naar den Briel. Zooals de meesten van ons wel weten is de toestand heel wat veranderd. De auto's zaten elkaar daar steeds in het vaarwater. Ook dit euvel is door U op de meest prettige wijze op gelost. Wij hebben ook nog aan U te danken het stofvrij maken van het Zuideinde, de menschen die daar wonen, mogen U wel dubbel dankbaar zijn, dat U ze uit het stof hebt gehaald. Als men altijd in het stof zit is het ook zoo plezierig niet. Zoo zijn er hier verschillende dingen verbeterd onder Uw beheer. U hield van correctheid en zuinigheid, daar zullen velen het met mij over eens z(jn. Voor zoo'n klein plaatsje als Zwartewaal, staan we, naar verhouding tot andere plaatsen, er nog niet zoo beroerd voor. Zoo dank ik U dan nogmaals, ook uit naam van vele Raadsleden voor Uw eerlijk heid en trouw en rechtvaardigheid aan deze gemeente bewezen. Ik hoop dat U geen berouw zult hebben van Uw verandering. Met deze woorden neem ik afscheid van U, maar U gaat niet zoo ver weg en de meesten van ons komen wel eens in Oostvoorne en hopen U ook daar nog eens te ontmoeten. Burgemeester dat het U en Uw familie in Oostvoorne goed moge gaan." Burgemeester: „Heer Verschoor ik dank U voor de hartelijke woorden tot ons gericht". Kroes: „Ik sluit mij bij de woorden van den heer Verschoor aan, ook ik hoop dat het U en Uw gezin goed gaat en dat U daar in Oostvoorne evenveel harmonie zult ouder vinden als hier." Burgemeester: „Dank U Kroes voor Uw woorden van waardeering." Bruins: „Burgemeester ik hoop dat de weg op Oostvoorne evengoed door U be wandeld zal worden als hier in Zwartewaal." Burgemeester: „Heeren ik dank U nog maals voor de hartelijke woorden. Dat het U allen goed moge gaan. Verlangt iemand nog het woord? Zoo neen, dan is deze vergadering gesloten. Hierna vraagt oud wethouder Kievits nog het woord. Hij spreekt den Burgemeester als volgt toe: Geachte Burgemeester, leden van den Baad „Het deed mij genoegen een uitnoodiging te ontvangen voor deze laatste vergadering van onzen Burgemeester, nu het oogeublik gekomen is om afscheid van hem te nemen, en ook van zijn vrouw en kinderen. Eer ik dat doe wil ik, als het mij vergund is nog eenige woorden spreken en wel deze: „Het deed mij veel genoegen van U te hooren hoe bij Uw aankomst hier in Zwar tewaal de heer Kieviets de eerste was die U de hand drukte. Dat zal ik niet gauw vergeten. Ik ben door die woorden getroffen. Wij hebben veel samengewerkt, U als Bur- daan," protesteerde Katherine. „Ja zeker. En van die echte lange woestijnmijlen. Afstanden zijn hier erg bedriegelijk. Zie je die bruine lijn, die ais een draad ligt halfweg de plaats, waar wij nu zijn en Leupp? Dat is de Canyon Diablo, een groote, diepe cnyon. Daar moeten wij door om in Leupp te komen." „Duivelskloof? Wat klinkt dat verrukkelijk! Ais je hier staat, zou je denken, dat de woestijn een prachtig gelijke vlakte is... het zal me heusch spijten, als we al te spoedig worden verlost." „Het is heel vreemd." ging Mary voort, „te bedenken, dat de Indianen in Leupp op het oogen blik al weten, hoe een gezelschap van vier per sonen, twee mannen en twee vrouwen, gestrand is in de woestijn bij ik weet niet, hoe ze het hier noemenDat is iets van de zwarte kunst der woestijn. Nog nooit heb ik ergens in de woestijn gereisd, of het nieuws van mijn komst was reeds vooruitgegaan." „Kunnen wij hier blijven tot dez on ondergaat?" vroeg Katherine. „Geen sprake van!" antwoordde Mary, die plot seling in beweging kwam. „Er is veel te veel te doen: een kampvuur aanleggen, eten klaarmaken enz. De chauffeur moet maar hout sprokkelen, ik zorg voor de rest." - „En wat moet die arme Wilbur dan doen?. Maar die heeft het druk met zijn gedachten. Katherine imiteerde de langzame bewegingen van den man, dien zij belachelijk maakte en voegde er spottend aan toe: „Vroeg of laat sterft hij nog eens aan overbedachtzaamheid, maar degene, die zijn necrologie schrijft, zal tot de conclusie komen, dat zijn hersens van katoen waren!" „Katherine!" smeekte Mary, met iets van ver wijt in haar grijze oogen. „Ik weet, dat Wilbur een goed kampeerder, is, wanneer hij alleen op reis gaat of met mannen. Maar als ik bij hem ben... „Word maar niet boos op me. Ik voel me op het oogenblik als de zeepbel in het sprookje dat moeder ons vroeger vertelde, de zeepbel, die uiteen spatten wilde en niet kon. Weet je nog op zeke ren dag werd de arme zeepbel kleurig en vroolijk Pas op!" „Maar de gevolgen waren nogal verdrietig," merkte Mary peinzend op „de zeepbel bemerkte, dat de dingen nooit meer kunnen worden, zooals ze geweest zijn." Het volle gewicht van deze opmerking ontging Katherine. Ver weg, in de richting van waar zij gekomen waren, merkte zij een langzaam be wegende stip. „Zou dat een auto zijn? Zie daar eens!" riep zij. .Dat is een auto," verzekerde Mary. „Die rijdt sneller dan het ons toeschijnt. Maar hij is nog een heel eind weg, ai denk ik wel, dat hij voor donker hier zal zijn. Kom maar gauw mee." Het afdalen viel gemakkelijk en had een vlot verloop. Zij legden den afstand naar den auto af met vlugge stappen. De chauffeur was in slaap gevallen over zijn stuur, Wilbur bleek nergens te bekennen. „Fijn," dacht Katherine. Hardop zeide zij: „Maak den chauffeur niet wakker. Ik zal wel hout sprokkelen. Dat prairiegras brandt toch zeker ook?" Het vuur, dat zij aanlegde, vormde aanvankelijk geen succes, maar onder leiding van Mary deed zij het weidra opvlammen. „Iedereen, die koppig volhoudt als jij, leert het wel op den duur," lachte Mary. Zij had een kleed uitgespreid op eenigen afstand van het vuur en zette daarop een smakelijke lunch gereed. Katherine die zich heel gewichtig voelde, nu haar vuur het deed, vroeg nieuwsgierig: „Waar dient die zware ijzeren pot voor?" „Dat is een oventje," kwam het antwoord, „een heerlijkheid in het leven van iederen cowboy." Mary was druk bezig met het maken van deeg en babbelde met haar vriendin, terwijl zij beschui ten kneedde. „Je leert langzamerhand pas. hoeveel je van alles moet nemen," legde zij uit. „Ik had met mijn eerste beschuiten wel een stad kunnen bombardeeren, zoo hard waren die. En toch had ik hetzelfde recept gebruikt als vroeger in het oosten... Nu moet jij even gloeiende blokken uit het vuur halen. Maak er een warm nestje van. Dat is dan voor de oven." Zij reikte Katherine de oven aan. Klompjes deeg lagen op den bodem van den pot. Mary zette die op de gloeiende blokken en iegde met verwonder lijke snelheid gloeiende takken op het deksel, dat nog terzijde lag. Zij weigerde het verzoek van den chauffeur, haar te mogen helpen en plaatste met behulp van een dikken tak, die door het hengsel werd gestoken, het deksel op den pot. Geen kooltje vuur bewoog. „Zoo wordt het van boven ook warm," riep Katherine, zoo trots, alsof zij zelf dezen ingeni- euzen oven had uitgevonden. „Als de beschuiten klaar zijn zal ik spek bakken," babbelde Mary. „Dat duurt maar een oogenblik. Wat mij betreft, geef ik er de voorkeur aan het te doen, wanneer we zitten te eten, maar Wilbur vindt het prettiger, wanneer alles klaar is, als we aan tafei zitten. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1932 | | pagina 1