Onze Eilanden! EERSTE BLAD »eft U op ais Abonné. is steeds voorradig bij Iade - Middelharnis f L- ZATERDAG 4 JUNI 1932 DE WILDERNIS OVERWONNEN. Vereen, tot bevordering van het Landbouwonderwijs op Goeree en Overflakkee. HEERENBAAI de goedkeuring en gemeentelijke auto- Iten, binnenkort landingstochten naar ons maken. De Zeppelin zal landen op het jveld Waalhaven-Rotterdam en op het [te nieuwe vliegveld Twente, bor deze landingen worden eenige hon en manschappen door een specialen jingsdeskundige geïnstrueerd, en op de lemde vliegvelden zullen de technische |zieningen worden aangebracht, welke de landing noodig zijn. De Graf Zeppelin ongeveer een uur op de vliegvelden in len van de landingstroepen en tevens (nkerd, teneinde de passagiers die te irichshafen aan boord zijn gekomen, uit Lten en nieuwe op te nemen, fze landingstochten naar Nederland zijn lelijk geworden door het streven van de [erdamsche Aero Club, in samenwerking I de Nationale Luchtvaartschoolbenevens de N.Y. Luchtvaartterrein Twente en den heer Jac. Kleiboer, in wiens handen organisatie is van dit luchtvaart-evene- Jt, zoowel te Rotterdam als in Twente. in iedere er altijd :o-patro- an kleur, mooi van flat, dank odellen, er eeldige ja maken zijn, zoo prettig En omdat Idkoop zijn. ;toffen leven ang omdat ze I zijn, zonecht, waschecht. een onuitputte- cheidenheid van leuren en dessins llen. Ga vandaag ;en de mooiste n zijn altijd het Uitverkocht, echte Vlisco-stoffen Vlisco" op den zelf- Let daar vooral op! |o 0.75 p. M. - :omatting0.85 p. M. scosilk 0.85 p. M. iscovoile 1.30 p. M. keuze van de NIEUWE Vliscosilk en Vliscovoile gewenscht wordt) alsmede zomermodellen na inzending duidelijk uw naam en adres Amsterdam. 'REE OVERFLAKKEE fauw naar den Drogist! I 5 cent per stuk, want ik kan niet denken DR. J. B. MEENK, HoorAchter den poeder letters Ë.M.B. Prijs per kwartaal Losse nummers 0,07= 1,20 0,20 ADVERTENTIËN van 16 regels Elke regel meer Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No, 15 Voorstraat Middelharnis. 14E JAARGANG. - N°. 58 Week-revae. Buitenland. Wat men ook verder te Lausanne moge verrichten, een afdoende en definitieve op? lossing van het voornaamste probleem op de agenda moet worden bereikt. Er valt boven dien geen tijd te verliezen. Het is zeker dat Duitschland niet in staat zal zijn om zijn betalingen te hervatteD, zelfs niet die der onvoorwaardelijke annuïteiten; Duitschland geheel insolvent te maken door op die be talingen toch te blijven staan zou de wereld het laatste vertrouwen in haar leiders doen verliezen. Weer een tijdelijke oplossing door allerlei lapmiddelen zou de financieele onzekerheid doen voortduren; terwijl een nieuw uitstel de laatste druppel zou zijn om den lijdens beker van een reeds zoo zwaar getroffen wereld te doen overlaten." Tot zoover „The Economist" het bekende Engelsche finan cieele blad, geschreven voordat het kabinet van Dr. Burning zich genoodzaakt zag er het bijltje bij neer te leggen, niet omdat dit kabinet struikelde iu den Rijksdag, doch alleen omdat Hindenburg hem daartoe dwong. Dit plotselinge verdwijnen van het kabinet Brüning is wel de grootste verrassing en ook de ouaangenaamste verrassing dezer week. Dat zijn positie erg zwakjes was en dat uiterst rechtsche kringen in Duitschland voortdurend in actie waren om Brüning beentje te lichten was voldoende bekend doch dat deze kalme en bezadigde staats man, die in het buitenland groot vertrouwen genoot, vlak voor Lausanne van het Duitsche politieke tooneel zou verdwijnen, werd toch niet verwacht. Maar Hindenburg, tijdens z\jn verblijf in Oostpruisen vermoedelijk heel sterk bewerkt door conservatieve elementen, stelde bij zijn terugkomst te Berlijn aan Brüning eischen waaraan deze niet wilde en kon voldoen en slechts heengaan restte. Hindenburg wenscht te sturen in een meer rechtsche koers en heeft de vorming van een nieuw ministerie opgedragen aan Pranz von Papen, behooren de Lot de uiterst rechtsche vleugel van het Centrum. Von Papen is gedurende den oorlog militair attaché te Washington geweest en moest, omdat bij verdacht werd van kuipe rijen tegen de Vereenigde Staten worden teruggeroepen. Dat Hindenburg von Papen met de vorming van een nieuw ministerie heeft belast, heeft dan ook in Amerika op zijn zachtst uitgedrukt een zonderlinge in druk gemaakt. De door Hindenburg tot kan selier gebombardeerde Von Papen heeft bij het schrijven van dit overzicht zijn ministerie reeds nagenoeg compleet. Aanvankelijk heette het dat een ministerie van het per soonlijk vertrouwen de regeeringszaken van Brüning zou overnemen, doch nu dient het in wording zjjnde kabinet Von Papen zich aan als een kabinet van „nationale concen tratie". In werkelijkheid is van een nationaal con centratie kabinet geen sprake. Officieel heeft geen der rechter partijen iets met dit ministe rie Von Papen te maken. Wel zullen alle rechts van het Centrum staande partijen dit kabinet steunen en wanneer de heeren geen al te dolle sprongen maken, zal ook het FEUILLETOI ZANE GREY Naar het Amerikaansch door HENRI VAN DE WEG (Geaut. uitgave van tie N.V. Uitgeverij P. D. Bolle.) 36) „Eindelijk ben je dus, waar je wezen moet. Een 'ordinaire bandiet! Vermoord me maar meteen. Ik ben liever dood, dan dat ik dezelfde lucht moet inademen, als zoo'n lafaard." „Ik heb gezegd, dat ik je krijgen zou, hoe dan ook;" antwoordde hij, een felle uitdrukking op het gelaat. „Een mooie vangst heb je gedaan, terwijl ik gebonden ben. Zijn al je plannen zoo dapper?" vroeg zij. „Je blijft gevangen, tot je erin toestemt met me te trouwen," Helen lachte spottend. Hoe wanhopig haar toe stand ook was, de wreede slag, haar neef toe gebracht, wekte zoozeer haar tegenzin, dat zij de kracht voelde, zich te verzetten. Zij zag, dat de Engelschman niet stevig op zijn beenen stond, en weer veel te veel had gedronken. Will was blijven liggen, terwijl het bloed stroomde over zijn bleek gezicht. Terwijl zij naar hem keek, trok Case zijn lang mes en voegde Mordaunt toe: ,,lk zal hem maar afmaken, kap'tein. Hij is ballast voor ons." Centrum naar verwacht wordt een welwil lende houding aannemen. Dit nieuwe ministe rie zal a.s. Maandag voor den Rijksdag ver schijnen. Zelfs wanneer het Centrum en de Beiersehe Volkspartij in den Rijksdag blanco stemmen, dan is de nieuwe Duitsche regeering nog van een kleine meerderheid tegenover de sociaal-democraten en communisten ver zekerd, dank zij de 107 stemmen derHitle- rianen. Voor dezen vriendendienst zullende nazi's zich natuurlijk behoorlijk laten betalen. Er wordt reeds gesproken over nieuwe Rijks- dagverkiezingen in September en de nazi's verkneukelen zich reeds in het vooruitzicht op de dan te behalen winst. Bovendien ver wachten ze dat verschillende speciaal tegen de nationaal-socialisten gerichte maatregelen zullen worden ingetrokken of verzacht en ook daarvan verwachten Hitier en zijn tal rijke vrienden groote voordeelen. In ieder geval zijn de heeren er niet door ontstemd dat ze voorloopig buiten de regee ring zijn gebleven. Ze weten maar al te goed dat dit kabinet niets anders is als een over gangskabinet, dat den weg voor hen baant. Mislukt Lausanne, dreigt den laatsten drop pel den lijdensbeker te doen overloopen, dan ligt de schuld niet aan hen. In de groote buitenlandsche pers wordt de aankondiging van het ministerie Von Papen algemeen als een pijnlijke verrassing be schouwd. Ook de Duitsche pers zelf, met uitzondering van de bevriende bladen, toont zich zeer gereserveerd of neemt reeds direct scherp stelling. Zoo schrijft de KölZtg „De formatie Von Papen is de grootste en helaas ook de pijnlijkste. Wat nu ondernomen wordt is niets halfs en niets heels. Het is een ver legenheidsoplossing van den eersten rang, welke uit den aard der zaak verdere ver legenheden na zich slepen zal. Het centrum wijst de verantwoordelijke onderteekening van deze onderteekening af.'.' Van de buitenlandsche bladen houdt de Amerikaansche zich nog het kalmst, de Engelsche pers beschouwt het komende ka binet Von Papen als een overgangskabinet, evenals de Fransche bladen, waarvan de nationalistische de gelegenheid dankbaar aangrijpen om te betoogen, dat de nieuwe Duitsche regeering voorbestemd is om de brug te vormen iusschen de politiek van Brüning en Hitier, mitsgaders de daaraan voor Frankrijk verbonden gevaren. En dit met wantrouwen begroete ministe rie zal Duitschland op den 16 dezer aanvan gende conferentie te Lausanne vertegenwoor digen. "Welk vertrouwen zullen de Franschen en Engelschen stellen in een kabinet, dat zijn bevoegdheid ontleent aan de gratie vat Hindenburg en dat offiicieel op geen enkelf partij steunt en alleen door Hitier zal worden geduld zoolang het dezen belieft? In iedei geval zijn de vooruitzichten van Lausanne nu zoo goed als tot 0 gedaald. Er zijn zelfs reeds stemmen opgegaan om de conferentie maar te verdagen. We hebben al te veel slecht voorbereide conferenties gehad, kun nen ons in Europa de weelde van een nieuwe mislukking niet veroorloven. Nimmer is in deze onzekere tijden de poli tieke constellatie van Europa verwarder ge weest dan nu, nimmer de chaos op economisch en financieel gebied zoo geweldig als nu. De De blinsterende punt was reeds gericht op de borst van Will. „Beest." gilde Helen vol afschuw. Zij trachtte, haar oogen te sluiten, maar werd zoo gefascineerd dat het haar onmogelijk werd. „Schiet op! Ik wil geen moord," beval Mordaunt. „Hij blijft hier liggen." „Dat wondje heeft anders niets te beteekenen," merkte de man, die naast Mordaunt stond, op. „Hij komt over een poosje wel weer bij er dan maakt hij alarm op het fort." „Wat kan mij dat schelen?" vroeg Mordaunt scherp. „Dan zijn wij al lang in veiligheid. Ik neem hem niet mee, want de een of andere Indiaan maakt hem toch af. Wat dat betreft, wij behoeven nie mand te vermoorden." „Oef!" bromde een van de wilden, terwijl hij wees in oostelijke richting. „Lange weg wij nog gaan." Zonder meer maakten allen zich gereed om onder leiding van de Indianen het boscjh in te trekken. Helen zag Will bewusteloos liggen, de handen gebonden op den rug en het gelaat overstroomd met bloed. Hoe ellendig alles leek, toch voelde zij zich blij, dat hij zoo achterbleef. Zij wist, dat de verwonding niet ernstig was; hij zou in staat zijn, weldra den tocht naar de nederzetting weer te ondernemen. Nu zij had vernomen, dat Mordaunt de ont voering beraamde, scheen haar eigen toestand niet hopeloos. Voor Brandt koesterde zij een diepen afschuw, doch voor den Engelschman was zij niet bang. Hij zou haar niet dwingen en Jonathan Zane en Wetzel zouden binnen enkele uren de achter volging. beginnen Doch waar brachten zij haar heen? eenigste sleutel voor een herstel van Europa is een betere Fransch-Duitsche verhouding. Stresemann heeft daar met al zonkrachten naar gestreefd en Biüning, die getracht heeft deze politiek op zijn wijze voort te zetten, wordt vlak voor Lausanne, vlak voor de eind streep uit wandelen gezonden. De moeilijkheden van West-Europa worden slechts overtroffen door de misère van Mid den-Europa en de Balkan. Deze week is ook de Roemeensche regeering afgetreden. Oor zaak financieele moeilijkheden bij het dekken van een tekort van slechts 4 milliard. Om de eindjes aan elkaar te knoopen zullen of de salarissen met de helft worden vermin derd, of er zal epnieuw een buitenlandsche Jeening noodig zijn, waarop niet veel kans. De Roemeensche ambtenaren zullen hun buikgordel een paar streepjes moeten aan halen. HÖöfd-eriKiespyn MIJNHARDT'S POEDERS Doos 4-5 ct. Per stuk 8 et. Bij Uw drogist. (Adv.) ALGEM. VERGADERING OP VRIJDAG 27 MEI 1932, N.M. 4 UUR, IN HOTEL SPEE TE SOMMELSDIJK. (Vervolg.) De heer Van Schouwen antwoordt het volgende: Antwoord van den Voorzitter. Geachte heer Keijzer! In de eerste plaats breng ik u hartelijk dank voor de herinneringen, die door u zijn naar voren gebracht betreffende de gebeurtenissen, die zich hebben voorgedaan sedert onze eerste kennis making op het gebied van den landbouw en het geen daarmede verband hield vanaf 1912. dus gedurende ongeveer 20 jaar en onze samen werking te dien opzichte, welke nimmer aanleiding is geweest tot verstoring van onzen vriendschap- pelijken omgang. En thans acht ik den tijd ge komen de behartiging der landbouwbelangen aan jeugdiger krachten over te laten, omdat ik er van overtuigd ben, dat mijn lichaamsgesteldheid niet meer toelaat te doen, zooals ik dit gaarne zoude wenschen. De tijd, dien wij hebben samengewerkt, is door u in herinnering gebracht en daarbij heeft u mij m.i. wel te veel beschouwd als een eerste plaats innemende op ons eiland, vooral ten op zichte van de verschillende gebeurtenissen op land bouwgebied in de door u genoemde jaren. Ik meen met gerustheid te mogen zeggen, dat het geen bereikt is in veel opzichten op landbouw gebied, dit bovenal en voornamelijk ook toe te schrijven is aan de werkkracht en welwillendheid in alle opzichten van u, heer Keijzer, die in de meeste der door u genoemde feiten een buiten gewone werkkracht wist te ontwikkelen en waar van meestal het slagen der pogingen van de ver schillende besturen voor het verbeteren van veel wantoestanden voor het grootste deel afhankelijk was, terwijl niet mag worden vergeten de mede werking der verschillende voorzitters en bestuurs leden van de vereenigingen, die op ons eiland den landbouw hebben trachten op hooger peil te brengen. Geachte heer Keijzer, met genoegen neem ik uwen dank voor onze vriendschap aan, maar ik geef u de verzekering, dat mijn dank ten uwen opzichte voor uw medewerking en werklust op het gebied, waarop wij samen zijn werkzaam geweest, zeker niet minder groot is, want in dergelijke ver- Deze vraag verontrustte haar, vooral, omdat Mordaunt' n aanraking was gekomen met Indianen. Plotseling bedacht zij, hoe het mogelijk was, dat Brandt toch de hand in het spel had. Misschien vormde Mordaunt slechts een werktuig; misschien werd hij zelf bedrogen. Deze gedachte liet haar niet meer los. De vreemde, dreigende uitdrukking op Brandt's gelaat, dien dag, toen zij weigerde, met hem te gaan wandelen, kwam weer in haar herinnering terug. Intusschen werd zij gedwongen snel voort te loopen. Niemand sprak een woord. De roodhuid, die als gids vooraan liep, koos geen makkelijken weg; hij vermeed de open plekken in het bosch en nam rotsachtige hellingen. Klaarblijkelijk was het zijn bedoeling, zoo min mogelijk sporen achter te laten. Op een gegeven oogenblik bleef hij staan om te luisteren. Helen kon hem goed opnemen, terwijl hij zoo stond. Zijn athletische gestalte was als brons. Zijn donkere oogen schenen alles in het bosch te willen doorgronden. De stilte in het bosch was als de stilte in de woestijn. Geen vogel floot; geen wind zoemde door de kruinen der boomen. Slechts geel geworden blaren zweefden langzaam neer. Maar een of ander geluid, dat aan den geoefenden gids niet was ontgaan, scheen hem toch te veront rusten, want plotseling hervatte hij den tocht in geheel andere richting. Deze voorzorgsmaatregelen, blijkbaar uit angst genomen, deed Helen denken aan Jonathan en Wetzel. Zouden de woudloopers haar reeds op het spoor zijn? De mogelijkheid hierop vervulde haar met blijdschap. Plotseling werd zij er zich van bewust, dat de snelle marsch over het moeilijke eenigingen, waarin wij hebben samengewerkt, hangt in den regel een groot deel van het slagen der pogingen af van hem, die met de schriftelijke verwerking der opdrachten van zijn besturen is belast en daarom meen ik gerust te kunnen zeggen, mijnheer Keijzer; ik dank u uit naam van den Flakkeeschen landbouw voor alles wat door u te dien aanzien is gedaan en/gewerkt en ik spreek de hoop uit, dat het u gegeven moge zijn nog vele jaren in dienzelfden geest en op dezelfde wijze werk zaam te kunnen en te mogen zijn. Ik kan met gerustheid zeggen, heer Keijzer, op dit oogenblik en in dezen crisistijd is een man als u, gezien het door u gepresteerde voor den landbouw op ons eiland, beslist onmisbaar. Ik geef u de verzekering, dat ik de werking en bloei enz. van de verschillende vereenigingen op landbouwgebied op ons eiland, waaraan gij uw werkkrachten hebt gegeven, en nog zult blijven geven, steeds met groote belangstelling zal volgen en zoo noodig daarvan zal blijk geven. Ik eindig met den wensch, dat het met den bloei van onze school in alle opzichten zal vooruitgaan, opdat ook dit een stap zal geweest zijn in de goede richting om de heerschende crisis te boven te komen en ik roep daarom bij voorbaat de mede werking in vooral van onze eilandbewoners, om de school tot grooten bloei te brengen. Ook den heer Mijs wordt dank gebracht voor zijn gesproken woorden. Rede van den heer M. B. Smits. Daarna krijgt de heer M. B. Smits, hoofd der lagere landbouwschool, gelegenheid tot het houden van een rede over het onderwerp: Landbouw voorlichting en organisatie in Italië." Spr. merkt op, dat er groot verschil is in de wijze, waarop in de onderscheidene landen de landbouw is georganiseerd en de wijze waarop aan den landbouw voorlichting wordt gegeven. In de laatste jaren zijn veler oogen gericht op Italië en toen het bestuur hem vroeg op deze ver gadering een lezing te willen houden, heeft het hem goed gedacht een en ander te vertellen over landbouwvoorlichting en oiganisatie in Italië, waar spr. ongeveer een jaai heeft vertoefd. Dat de organisatie van den landbouw in de onderscheidene landen verschillend is, vindt zijn oorzaak niet in toevallige omstandigheden. De oorzaken daarvan zijn het verschil in volkskarakter en geschiedenis en ook deze hebben onderling op elkander ingewerkt. Alvorens iets te zeggen over de organisatie van den landbouw in Italië, is spr. verplicht iets te zeggen over het Italiaansche volk. Omstreeks het jaar 1860 was er nog van geen koninkrijk Italië sprake. Heb was toen nog ver deeld in verschillende vorstendommen, hertog dommen en het konkinkrijk Sardinië, terwijl Oos tenrijk en Frankrijk er ook gebied hadden. Een groot gebied werd ingenomen door den Kerkerlijken staat. Het koninklijke Sardinië wist verschillende landstreken aan zijn gebied toe te voegen en zoo groeide het koninkrijk Italië tot wat het nu is. Nu was in den tijd omstreeks 1860 de adel oppermachtig. Het was destijds geheel anders dan bij ons, waar de adeldom niet veel anders is dan het voeren van een titel. De adel speelde inderdaad een groote rol. De burgers hadden geenerlei invloed, ze moesten zich geheel schikken naar den adel. De eenheisbeweging ging uit van het volk. De adel had met die beweging weinig op, want het was te voorzien, dat ze daarmede van haar invloed zou inboeten. Na de vorming van den eenheidsstaat was de politiek der regeering er op gericht, om te zorgen, dat het nieuwe koninkrijk niet uiteen zou vallen in zijn samenstellende deelen. Dat bracht mee, dat men zorgen moest om te voorkomen in botsing te komen met den adel. In het staatsbestuur werd dan ook naar de oogen van den adel omgekeken. Geleidelijk aan zou het misschien mogelijk zijn om de positie van den adel te verzwakken. Vervolgens stelt spr. de sociale toestanden aan de orde. De adel was in Italië de grootgrondbezitter. Bijna alle grond was in handen van den adel. Die exploiteerde de landerijen niet zelf. Wat men daar aantrof was een soort „deelbouw". De landerijen waren verpacht en de boeren moesten hun pacht terrein te veel vergde van haar kracht. „Ik kan niet meer, als mijn armen zoo gebonden blijven," riep zij staan blijvend. „Oef!" bromde de roodhuid, die voor haar liep. Dreigend zwaaide hij met zijn tomahawk. Mordaunt maakte haastig haar polsen vrij. Hij werd vuurrood, toen zij terugdeinsde voor zijn aanraking, alsof hij een slang was. Nadat Helen, naar zij meende, nog mijlen had afgelegd, begon de waakzaamheid van de leiders te verslappen. Bij den oever van een riviertje bleef de Indiaan- sche gids staan om weldra alleen te verdwijnen in het kreupelhout. Weinige oogenblikken later verscheen hij weer en beduidde hij de anderen hem te volgen. Hij ging hen voor over een mul zand pad tusschen de wilgen, dat uitliep op een met hoog gras begroeide vlakte. Verderop langs de rivier kwam een heuvel in het gezicht, waar hier en daar zware rotsen uitstaken en bij den top het bosch begon. Verscheidene uit berkenstammen opgebouwde hutten waren te zien. Twee ruwe, gebaarde kerels lagen in het gras en in hun nabijheid stond een troep, met oorlogskleuren beschilderde, Indianen. Een kreet, zoo schril, zoo angstaanjagend, scheurde door de stilte, dat zij dacht te zullen bezwijmen van schrik. Een man, dien zij nog niet gezien had, baande zich door het kreupelhout een weg in haar richting. Hij sprong als een wild paard over de beek. Groot was hij, breed geschouderd, niet een harde, nietsontziende uitdrukking op het gezicht. Helen voelde, hoe ontzetting haar verlamde. Zij werd duize'ig, nu zij in dezen man herkende den- gene, voor wien zij het meest bevreesd was m RflTFFftlÊSCHÏ 20-50 cl.per ons1 '!*vessckaft li usdk&i van pe.notf (Adv./ betalen in natura. Men had daar landgoederen met een groot aantal boerderijen. Op het landgoed woonde niet de eigenaar, die woonde in de groote steden of soms in het buitenland, maar daar woonde de rentmeester. En aan hem moesten de boeren een gedeelte der gewonnen producten bren gen bij wijze van pacht. Men heeft het wel eens voorgesteld, alsof de deelbouw bijzondere voordeelen biedt, inzonder heid bij lage prijzen. Maar dat is niet waar. Het spreekt vanzelf, dat bij deelbouw de eigenaar een groot belang er bij heeft, dat de grond zooveel mogelijk opbrengt. Ook is hij er bij geïnteresseerd welke producten er worden gebouwd. De boeren zijn bij deelbouw dus lang niet vrij. De rentmeester schrijft voor welke gewassen er zullen worden verbouwd, zelfs zijn ze niet vrij in de hoeveelheid mest, dien ze gebruiken willen. Ook niet in de hoe veelheid vee, die ze willen houden. Het wordt alles door den rentmeester voorgeschreven. De boeren op deelbouw zijn te vergelijken met onze zetboeren, maar toch weer niet geheel. De zetboer heeft ten minste een vast salaris en alle risico is voor den eigenaar. Het is duidelijk, dat op de geschetste wijze de boer geheel afhankelijk is van den rentmeester en hem in alles naar de oogen moet zien. Spr. onderscheidt twee perioden wat betreft de organisatie van den landbouw. Vóór en na het optreden van Mussolini. Zooals gezegd droeg de politiek der regeering het karakter om botsingen te voorkomen. Bij de organisatie van 't nieuwe koninkrijk Italië moesten verschillende diensten in het leven worden ge roepen, die de belangen van de onderscheidene bedrijfstakken zouden behartigen. Zoo ook voor den landbouw. Deze diensten droegen evenwel het karakter van van bovenaf te zijn opgelegd. Italië is verdeeld in provinciën en deze in pre fecturen, die te vergelijken zijn bij onze gemeenten, hoewel ze minder zelfstandigheid genieten. Aan iedere gemeente werd overgelaten om organisatie tot stand te brengen in dienst van den landbouw. Daar is evenwel weinig van gekomen. De boeren stand stond er geheel buiten. Het bestuur der prefecturen was in handen van den adel. Er werd voornamelijk gelet op de belangen van het groot grondbezit. De provinciën konden veel meer doen. Ze konden aanstellen inspecteurs van den landbouw. Daarnaast stond dan een Raad van Toezicht. Die inspecteurs waren meest vooraanstaande menschen uit de groot-grondbezitters. Ze zijn te vergelijken met onze Rijkslandbouwconsulenten. Maar ze hadden met den boerenstand zoo goed als geen aanraking. De Staat bemoeide zich alleen met den land bouw voor zoover de statistiek en het onderwijs betrof. Aan de universiteiten had men ook een faculteit voor landbouwonderwijs. Maar dat onderwijs was voornamelijk theoretisch. Er werd weinig met de practijk rekening gehouden. Eigen lijk landbouwonderwijs ontbrak. De colleges werden meest bezocht door den adel en de aan staande rentmeesters. Die werden dan later weer geplaatst als inspecteurs van den landbouw. Ze kende den boerenstand slecht. De inspecteurs KLOKKEN, PENDULES, BAROMETERS geleverd door de Fa. E. HARTOGS ZN. Middelharnis voldoen aan de hoogste eischen. Prijzen belangrijk lager dan elders. (Adv.) Brandt. Hij keek haar aan, dreigend, gemeen en begon een g.sprek met den Indiaanschen gids. He'en 'iet zich neervallen bij den voet van e<?n boom. Tot nu toe had zij den moed niet verloren, hoe moeilijk de situatie ook voor haar was. Maar dit was het allerergste, wat haar kon overkomen. Om een of andere reden had Mordaunt haar uit geleverd aan Brandt en de bandieten van Legget. Zij was echter niet iemand, om zich geheel dooi de omstandigheden te laten beïnvioeden. Ondanks de gevaren, die dreigen en het vrijwel Uopelooze van haar toestand, gaf de gedachte, dat de woud loopers haar niet in den steek zouden laten, toch moed. Zij herinnerde zich te goed de verhalen van kolonel Zane over de onverzoenlijke vervolgingen van Wetzel, als deze eenmaal het spoor van ban dieten had gevonden. Zoolang er leven was, bleef er hoop. De komst van de gevangenen bracht de heele bende van Legget op de been. Een reus van een kerel, blondgebaard, nam Helen onderzoekend op en klepte Brandt op den schouder industrie wist zij, dat dit Legger moest zijn. Verduiveld, kerel, dat is het beste, wat ik ooit gezien heb! Jij boft wel! Brc.ndt antwoordde gejaagd en Legge IaclUe. Case had al dien rijd ,n het gias gezeten, zonder iets te zeggen, doch zijn oogen gluurden van den een naar den ande.. Mordaunt stond naast hem. het hoofd gebogen. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1932 | | pagina 1