Ij^ngëzonden Stukkei^J
Bij gevatte Koude
CENTRAAL biedt U
LANDBOUW en VEETEELT
Waarom Veiling?
HEVEA fietsband
HET DRAMA TE ECHT.
ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 5 DECEMBER 1931.
gebruikt voor muntmetaal. Men at te Aniater
dam Sinterklaas koeken, die met goudpapier
waren beplakt. In de Camera Obscura van
Nicolaas Beets leest men nog van een ver-
guldparty by den koekebakker. De „vrijers"
en „vrijsters" van koek eu de harten van
marsepein herinneren aan de dochters van
den armen edelmau.
Na de Reformatie werd hier en daar liet
vieren van het Sinterklaasfeest verboden,
maar zonder veel effect. Vroeger gaf het aan
leiding tot het verloten van kook, marsepein
en gevogelte als eenden en ganzen. Sedert
de loterljwet is ingevoerd, ziet men dit niet
meerevenwel probeert men op allerlei
wijzen door de mazen der wet te kruipen,
omdat het volk nu eenmaal „gokken" wil
Men houdt nu allerlei veikapte loterijen.
En voorts is Sint Nicolaas de dag der
verrassingen, lang niet altijd de aangename.
Maar boven alles is het een kinderfeest. De
kleinen zingen hun liedjes onder den schoor
steen en deponeeren daar hun schoentjes of
mandjes met hooi voor den schimmel van
den Sint. In veie huizen, in scholen en elders
verschijnt de Sint in levenden lijve. En menig
kinderhartje klopt eenigszins onrustig bjj pe
gedachte aau bedreven ondeugendheden en
aan den zak van „Zwarte Piet".
Helaas, ook het feest van den legen dart
schen Heilige gaat men profaneeren. Ia de
groote steden kan men de Sinterklazen in
menigte tegenkomen; men heeft er zelfs
verhuurinrichtingen voor en het is zelfs voor
gekomen, dat twee concurreerende „eer
waarden" in het publiek gingen knokken
O, tempores, o, moresIs het wonder, dat
de jeugd in de groote steden al zoo gauw
wereldwijs is. Toch is er iets onvergankelijk
schoons in het Sint Nicolaasfeest. En dat is
de liefde in het hart van ouders en kinderen,
van vrienden en vriendinnen, die in stilte
hun verrassingen bereiden en die zich ver
heugen in de blijdschap, welke deze zullen
brengen.
Helaas, niet overal „loopt" Sinterklaas. In
de krotten der arme kinderen komt hij niet
Gelukkig zijn er haast in alle plaatsen
kindervrienden, die hun tijd en werkkracht
en geld geven, om ook aan de misdeelden
een gelukkig uur te bezorgen. Steunt hun
werk lezer, door uw bijdrage.
ietS blijvends. Zie annonce.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie)
Is de sterfte in Nieuwe Tonge en
Middelharnis resp. 3 en 2 maai
zoo groot als in Rotterdam en de
algemeene gezondheidstoestand
in Flakkee slechter dan daar?
Mijnheer de Redacteur,
Verleden week vestigde een gemeente
raadslid van Nieuwe Tonge mijn aandacht
er op, dat dit in de plaatselijke bladen ver
meld stond in een raadsverslag van Middel
harnis en vroeg me, hoe het hiermede stond.
Daar ik ai herhaaldelijk over de sterfte van
volwassenen en zuigelingen in de groote
steden en op het platte land gesproken en
geschreven heb, kon ik hem al dadelijk
mêedeelen, dat die bewering kant noch wal
raakte; maar dat ik dit binnenkort nog wel
eens aan de hand van officieele gegevens
zou bewijzen. Een dergelijke bewering was
door mijn berichtgever hier vroeger ook al
eens vernomen uit den mond van een so
cialistische propagandist die vanuit een roode
auto 'tvolk zyn wijsheid verkondigd had.
'k Ben daar toen niet op ingegaan, omdat
men aan zoo'n politieke straatrede nu niet
zoo'n bijzondere waarde kan hechten. Iets
anders is het echter met dit geval gesteld,
omdat 't hier geldt een uitspraak gedaan in
een openbare raadsvergadering door een
raadslid, die volgens zeggen leeraar aan de
ambachtsschool is en van wien men kan en
mag verwachten, dat hij behoorlijk verant
woorden kan, wat hij bij zoo'n gelegenheid
zegt. Met 'toog op't eenigszins onmogelijke
in 't geval besloot ik eerst echter eens te
zien, wat er in dat raadsverslag stond met
betrekking tot deze aangelegenheid. Ik dus
aan den zoek naar 't bewuste nummer van
„Onze Eilanden". Maar dit gevonden zijnde,
was de gewraakte uitdrukking er in nog niet
zoo gauw in 't zicht. "Wat een verslag en
wat een geredeneer! dacht ik zoo bij me
zelf „Algemeene beschouwingen", und kein
Ende; als de baat er van voor de gemeente
kas daaraan nu maar evenredig is, dan zal
de begrooting tenslotte nog een flink batig
slot aantoonenmaar 't „praatjes vullen geen
gaatjes", maakt me een beetje sceptisch op
dit punt. Maar, enfio, laat ik dat maar aan
die Vroede Vaderen overlaten en verder zoe
ken. En ja, na reeds er aan gewanhoopt te
hebben en na eenige neiging om de krant,
voorloopig maar weer op te bergen, over
wonnen te hebber, zie ik waarlijk tenslotte
de fameuse bewering toch gerapporteerd,
zwart op wit, maar desniettemin toch in
strijd met dé waarheid. Nieuwe Tonge laat
dan ook deze klad niet op zich beklijven en
hiertoe zal ik deze zaak daarom eens recht
zetten. De cijfers voor de beide Flakkeesche
gemeenten heb ik ontleend aan 't laatste
jaarverslag van de gezondheids-commissie;
die voor Rotterdam daar aangevraagd en pas
gisteren ontvangen.
't Blijkt dan, dat Nieuwe Tonge in 1930
een sterftecijfer (d.w.z. de sterfgevallen be
rekend per 1000 inwoners) bad 7,14 en Mid
delharnis van 7,17, tegenover Rotterdam 7,8.
't Laatste jaar, waarover deze cijfers bekend
zijn, had Rotterdam dus alvast eeu iets
grootere sterfte. Nu kau vooral in kleinere ge
meenten de sterfte in 't eene jaar zeer be
langrijk verschillen van die in een ander,
terwijl daarentegen bij zeer groote bevol
kingsgroepen de wetmatigheid, die zich ook
op dit terrein laat opmerken, beter uitkomt
en de sterftecijfers van jaar tot jaar minder
groote verschillen toonen. We zullen voor
een juistere vergelijking daarom een tijdvak
vau 5 jaren nemen n 1. 1926 t/ur 193U. Dan
bl(jkt, dat het sterftecijfer daarin voor Nieuwe
Tonge gemiddeld heeft bedragen 8,8; voor
Middelharnis 9,4 en voor Rotterdam 8,5 en
voor geheel Flakkee 9.1, 't heeft dus vooral
die groepen geschommeld om 8 en 9, een
zeer gunstig cpfer en de bovengenoemde
bewering is dus geheel onjuist.
Nu heeft volgens „De Maas" de bewering
van den heer De Vries betrekking op do
Zuigelingensterfte. Laten we eens zien, of
in dat geval zijn bewering meel' overeen-
somstig de waarheid is. In 1930 was het
sterftecijfer voor de zuigelingen (gewoonlijk
oerekend per 100 levend geboren kinderen)
voor Nieuwe Tonge 0, voor Middelharnis
3,7 en voor Rotterdam 4,1, dus ook hier
voor de beide Flakkeesche gemeenten weer
gunstiger dan voor Rotterdam. Voor 't zoo
even genoemde 5-jarig tijdvak waren ze voor
N. Tonge 3,5, Middelharnis eveneens 3,5,
voor Rotterdam 4,5 en voor geheel Flakkee
3. De zuigelingensterfte is dus in de genoem
de Flakkeesche gemeenten aanzienlijk ge
ringer geweest dan in Rotterdam en vooi
geheel Flakkee geldt dit in nog sterkere
mate.
Ook blijkt uit het bovenstaande, dat ons
eiland, wat de algemeene gezondheidstoe
stand betreft, de vergelijking met de groote
stad goed kan doorstaan. Dit is overigens
wel opmerkenswaard en tegen den sinds
't begin dezer eeuw geldenden regel, dat de
gezondheidstoestand in de steden beter is
dan die op het platteland. Vóór dien was
dit andersom, toen kon men spreken van
de ongezonde steden tegenover het gezonde
platteland.
De groote steden hebben sindsdien veel
meer toepassingen van de zich steeds ont
wikkelde gezondheidsleer op maatschappelijk
gebied tot stand gebracht dan de dorpen, n.l.
door de zorgen voor behoorlijke stadsreiniging
en vuilafvoer, voor waterleiding, ziekenhuizen
en barakken, voor besmettelijke ziekten, con
sultatiebureaus voor tuberculose, drankzuch
tige e.d., geneeskundig schooltoezicht, zuige
lingenzorg enz., terwijl op 't platteland op
al dat uitgebreide gebied van zorg en voor
zorg vaak nog maar zeer weinig werk ver
richt is. Door dat alles is dan geleidelijk aan
het sterftecijfer sedert jaren daar beneden
dat in 't platteland gekomen. Maar iedere
regel heeft (volgens 't spreekwoord althans)
zjjn uitzonderingen en hiertoe behoort ge
lukkig nu ook juist ons eiland. Mogen de
steden proflteeren van al hun grootscheepsche
diensten, zonder welke een zóó dichte opeen-
hooping van menschen zonder twijfel groote
gevaren voor de volksgezondheid met zich
zou sleepen. Flakkee doet't niet minder van
zijn verspreide en eenvoudige, gezonde leef
wijze. Dus met 'toog op den minder gun-
stigen toestand van de algemeene volksge
zondheid is invoering van al die gezondheids
maatregelen der groote steden nog niet
dringend noodig. Die motiveering is dus
foutief. Maar dit beteekent ook weer niet,
dat wij ons hier nu maar tevreden moeten
blijven stellen met den bestaanden toestand
op algemeen gezondheidsgebied. Alles wat
strekken kan tot verbetering hiervan moet
zooveel mogelijk aangewend worden (immers
„de gezondheid is de grootste schat") en
vooral is het noodig met 'toog op de maat
schappelijk minst welgestelden, omdat deze
gewoonlijk 't meest de gevolgen van slechte
hygiënscbe toestanden ondervinden.
Nu kan men Flakkee gelukkig niet ver
wijten zich van al die dingen niets aange
trokken en niets gedaan te hebben. Alleen
't gaat hier alles schoorvoetend en piano aan.
Volgens mijn ervaring moet men dan iets
zeer belangrijks op dit gebied tot stand te
krijgen rekeDeD met een tijd van een
halve eeuw, waarin propaganda en de tijd
ten slotte toch niet vruchteloos blijken ge
werkt te hebben. In al zulke zaken de groote
steden te willen na apen zou niet verstandig
zijn en dit is zooals meer gebleken is, ook
volstrekt niet noodig, als we de voornaamste
dingen, die we noodig hebben, maar krijgen
ten opzichte van die 2, n.l. het Flakkeesche
ziekenhuis, de waterleiding kunnen we nu ein
delijk zeggen, dat we nu 't begin van uitvoe
ring binnen korten tijd tegemoet kunnen zien.
Wat deze laatste betreft, zullen wij veel
beter af z(jn dan Rotterdam daar we hier in
plaats van vaak vies en verontreinigd Maas
water heeriyk zuiver duinwater zullen krij
gen. 't Wordt overigens wel een Tantalus
kwelling, vóór we dit water aan onze lippen
kunnen brengen. Scheen Da 't bekende jaren
lang oponthoud van deze zaak onlangs dan
't gunstigst oogenblik aangebroken om tot
de uitvoering over te gaan, zoo is dit oogen
blik helaas weer oogebruikt voorbijgegaan.
Moge de waterleidingscommissie binnenkort
als de geldgevers weer wat minder terug
houdend zijn geworden, er in slagen 't be-
noodigde kapitaal te verkrijgen vóór Rotter
dam er mee gaat schuiven en moge ze dan
ook toonen, dat Flakkee niet alleen zeer lang
kan verzinnen en aarzelen maar ook snel
handelend kan handelen en op die manier
nog wat inhalen van den verloren tijd. Van
nog veel grooter nut voor de Volksgezond
heid zal blpen te zyn het Ziekenhuiscom
plex te Dirksiand, niet alleen voor de min
of meer ernstige operatiegevallen, diethaus
de overgroote meerderheid vormen van de
patiónten, die thans naar Rotterdam of elders
moeten voor behandeling of onderzoek, maar
ook voor vele gewone ziektegevallen en ook
voor velen, die men gewooniyk noemt ge
zonden. In het ziekenhuis kan en vermoede
lijk ook zal zich een specialiatendienst vor
men van oog-, oor-, keel- en zenuwartsen,
b.v. Eu dit is m.i. juist noodig, wil men de
zaak van groot gewicht voldoende effect
kunnen sorteeren, n.l. het geneesk. school
toezicht. Moeilijk zal iemand meer overtuigd
kunnen zyn van het nut hiervan dan onder-
geteekende, die reeds meer dan een kwart
eeuw geleden hierover een lezing gehuuden
heeft voor 't Flakkeesche Onderwijzersge
nootschap. Maar zoolang hier geen specia-
listendienst als zooeven genoemd is inge
steld en de kinderen met hun ouders daar
voor gewoonlijk naar R'dam moetoD, zulleD
van dat geneesk. schooltoezicht nooit de ware
vruchten geplukt kunnen worden. Daarom
en ook met't oog op de tijdsomstandigheden
(want 't zou ons eiland toch altyd nog
een 4000,- kosten) kan hiermede m.i.
beter nog een paar jaar gewacht worden. Wat
echter wel zondereenig bezwaar of onkosten
hier onmiddellijk zou ingesteld kunnen wor
den, is het toezicht op de zuigelingen in den
vorm van het consultatiebureau daarvoor.
Wel is dit instituut hier ingevoerd, maar
nog op zóó'n bescheiden schaal, dat Flakkee
vrijwel nog als maagdelijk terrein beschouwd
kan worden. Moge binnenkort op verschil
lende gemeenten de hand aan den ploeg ge
slagen worden, 't Is weliswaar weer een
nieuwe taak op de schouders van de doktoren,
maar toch zoo'n mooie en dankbare! Een
al of niet normaal en voorspoedig doorge
maakt 1ste levensjaar wordt vaak van be
slissende beteekenis voor heel het verdere
leven geacht. Alles bijeengenomen ziet de
Flakkeesche algemeene gezondheidstoestand
er alles behalve donker uit vergeleken met
die van Rotterdam en als al't bovengenoem
de binnen een paar jaren werkelpkheid ge
worden is, mag R'dam wel oppassen, of
't wordt door Flakkee nog in de schaduw
C. TAN GELDER.
Nieuwe Tonge, 2 Dec. 1931.
in hoofd en ledematen, Rheumatische pijnen,
Griep en Influenza, Hoofdpijn, Kiespijn, Aan-
gezichtspijn en vastzittende Hoest, zullen
Mijnhardt's Poeders
U spoedig helpen. Doos 45 ct. Bij Uw Drogist.
(Adv.)
Het orgaan der Coöperatieve Handelsver-
eeniging van den N. C. B. schryft:
„VERKEERD INZICHT."
Door de meeste afdeelingen van den N. C. B.
zijn de laatste weken groote partijen Tho-
masslakkenmeel aangekocht. Ook werden
reeds belangrijke hoeveelheden stikstolhou-
dende meststoffen, vooral Zwavelzure Am
moniak betrokken.„Naar Kalizouten echter
is en blijft tot heden nog weinig vraag. Nu
de stikstof en fosforzuurhoudende meststof
fen zooveel in prijs zijn gedaald, verwachten
vele boeren ook een prysverlaging der kali-
zouten en stellen bijgevolg uit met deze aan
te koopen. Zij kunnen nog wel een tydje den
kat uit den boom kyken, ofschoon wij vree
zen, dat met wachten weinig is te wiDnen.
Want zoover wij het kunnen bekijken, is er
van een nieuwe prijsregeling of een verlaging
der kalizouten voorloopig geen sprake.
Ook hoorden wij, dat sommige boeren van
plan zijn om het voorloopig maar eeDS zonder
kalizout te probeeren en in plaats hiervan
wat meer thomasslak en stikstof willen
geven. Tegen dergelijke onoordeelkundige
bemesting moeten wy echter met klem wa
ken. Immers het mag toch als algemeen
bekend worden beschouwd, dat kali een nood
zakelijke plantenvoedingsstof is, die door geen
enkele andere, dus ook niet door stikstof of
fosforzuur kan worden vervangen. En niet
alleen de hakvruchtendoch schier alle gewas
sen, ook de grassen en klavers hebben een
grootere behoefte aan kali dan aan stikstof
of fosforzuur.
Op een groote reserve aan kali mag op de
zandgronden niet worden gerekend, zelfs niet
bij die, welke eenige jaren overvloedig met
kali bemest zijn geworden. De kali spoelt
hier te gemakkeiyk uit, vooral bij de lichtere
en bumusarme zandgronden.
Elk jaar moet daar de voorraad opnieuw
worden aaDgevuld, En de groote behoefte
aan kali kan op de meeste zandbedrijven in
lange na niet worden gedekt door de stal
mest en de gier. Wordt dus door de zand
bedrijven in een jaar geen kali aangekocht.
Han beteekent dit geringere opbrengsten.
Want onvermijdelijk regelt zich de opbrengst
naar die opneembare plantenvoedingsstof,
welke in de bouwvoor in de minderheid is.
Als bijv. een perceel grond van H.A. vol
doende opneembaar fosforzuur. balk en stik
stof bevat voor respectieveiyk 30.000 K.G.,
40 000 K.G. en 50.000 K G. voederbieten,
doch in de bouwvoor is slechts kali aanwezig
voor een gewas van hoogstens 15 000 K.G.
voederbieten, dan kan de opbrengst onmoge
lijk booger z(jn dan 16 000 K.G.doch in den
regel zal deze nog lager zyn.
Boeren, die van plan zyn, het maar eens.
met weinig of geen kalizout te probeeren,
mogen zich dus wel eerst nog eens terdege
bedenken. Want onvoldoende kalibemesting
wreekt zich op de zandgronden direct door
geringere opbrengsten en slechte oogsten.
Wy geven toe, dat onze boeren in dezen
moeiiyken tyd de uiterste zuinigheid moeten
betrachten om het hoofd boven water te
houden. Wie echter teveel gaat bezuinigen
op de bemesting, vooral op de kali, zal weldra
nog dieper in den put raken.
HOENDERTEELT.
Hoenderteelt is een van die bedryven. die
in onzen tijd nog een behoorlijken winst
opleveren. En daarom is het wel gewenscht,
bijzondere aandacht te wijden aan dit be
drijf, vooral waar de niet-beroepskippen-
houder gewooniyk geen vakblad leest Voor
het pluimveebedrijf is veel kennis van zaken
noodig. Dat blijkt thans weer bij de piep-
kuikenfokkerij. Dit voorjaar zyn met de
piepkuikens, in het bijzonder metdeNnord-
Hollandsche Blauwen uitstekende zaken ge
maakt Nu is men ook in Gelderland met
dit ras gaan broeden. Het resultaat is slecht
geweest. Niet alleen, dat de prys eraf is,
maar bovendien is de zomer niet de meest
geschikte broedtijd voor de Blauwen. Wil
men de Noord-Hollandsche bedrijven navol
gen, dan zal men zich dus in de eerste plaats
met de eigenschappen van dit ras goed ver
trouwd maken. Vooral de piepkuikenfokkerij
kan finantiesl zeer goede resultaten geven,
maar dit is lang niet ieders werk. Er zijn
fokkers, die het al jarenlang doen en lang
niet alle jaren slagen. Wil men zich op dit
bedrijf toeleggen, dan is ernstige theoretische
en practische voorbereiding noodzakelijk.
Drinkgelegenheid Hiervoor gebruikt men
vaak drinkemmers. Om het volkrabbel) te
voorkomen, hangt men ze een paar d.M.
boven den grond Evenwel gaan de kuikens
of kippen dikwijls er bovenop zitten; dan
komen ze scheef te hangen en het water
loopt eruit Zit het gaatje boven, dan loopen
ze leeg.
In „De Bedrijfspluimveehouder" wordt een
diinktost aanbevolen, tegen de buitenkant
en toegankeiyk door een gat met tralies;
het geheel aangebracht ongeveer 40 c M.
boven den grond. In de kast plaatst men
platte drinkbakken. Het denkbeeld lijkt ons
zeer practisch. 's Winters zou verwarming
mogelijk zijn, wat ongetwijfeld de leg zou
bevorderen en veel last wegnemen.
in.
Inderdaad zien wij de evolutie op handels
gebied zich langzaam maar zeker voltrekken-
De geschiedenis heeft ons geleerd, dat minstens
25 jaar moet worden geworsteld om een veiling
tot bloei te brengen. Wij zijn op Flakkee nu
ruim 13 jaar aan 't worstelen en hebben dus
volgens de geschiedenis nog 13 jaar voor den
boeg.
Echter hebben wij een kleine hoop, dat geen
12 jaar meer noodig zullen zijn om ons doel
te bereiken, in die hoop worden we gesterkt,
door het aanschouwen van tallooze mis
standen, welke het Flakkeesche handels
systeem kenmerkt.
Een vrachtrijder vertelde me, dat hij zóólang
aan de kaai had moeten wachten, dat hij tus-
schen 12 uur 's middags en half zeven 's avonds
met twee span paarden 3 vrachtjes uien had
kunnen afleveren. Wie betaalt dat wachten,
de commissionnair? Of de vrachtrijder? Neen,
't is alweer de boer die de rekening gepresen
teerd krijgt. Is het dan ook een wonder, dat
meer en meer een geest van verzet rijst in de
landbouwers? Het is alleen nog maar jammer,
dat die geest van verzet bij velen neiging ver
toont te verflauwen, bij een aanbieding van
0,05 per mud meer dan veilingprijs. Nu is dat
in zekeren zin wel te verklaren, daar zij sinds
onheugelijke tijden geleerd hebben te berusten,
't Hielp immers toch niet, waar moesten zij
anders met huil producten heen? Een betere
verkoopsmogelijkheid bestond toen niet en
zij moesten, met verbanning van alle'geesten
van verzet, zich weer aan hetzelfde booslieid-
kweekende systeem overgeven. De veiling
heeft daarin echter verandering gebracht,
waarom men vele gekatte vrachtjes den weg
naar de veiling zag, en nog ziet, inslaan. Een
soort instituut voor teleurgestelden dus. Al
was het dan ook een zeer pover bewijs van
medewerking, we wisten dat dit het begin
moest zijn. Het ontbrak ons nog aan steun
punten, waarop wij konden voortbouwen. Die
steunpunten hebben wij gevonden in den vorm
van soorteeringstations, waarin een kern van
veilers is georganiseerd. Het valt niet te ont
kennen, dat door oprichting van die stations
pionierswerk is gedaan van groote beteeke
nis voor de toekomst, al beleven de leden nu
direct niet die resultaten, welke zij er van
hebben gedroomd. Al rammelt de organisatie
nog wel eens deerlijk, de oprichting heeft be
wezen, dat er een drang leeft in een groot deel
onzer landbouwers, om het huidige nadeelige
handelsstelsel vaarwel te zeggen en een toe
stand van reeëlere verkoop te scheppen, waarbij
zoowel kooper als verkooper aan voorwaarden
is gebonden en recht is te vinden.
Het sorteeringstation te Goedereede is zijn
collega's wat betreft doorzettingsvermogen
verre de baas. Daar is 90 van de land
bouwende bevolking in hun station georgani
seerd en zij vervullen hun ledenplicht met zulk
een toewijding, dat hun daarvoor alle lof toe
komt. Van Goeree begint de victorie.
Onze commissionnairs zullen na verloop
van tijd ook hun afwijzende houding prijs
geven. In het veilingsysteem zit ook voor hen
iets voordeeligs, wat ik in een volgend artikel
uiteen hoop te zetten.
S. van der Valk.
KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIE
KEN VOOR DORDRECHT EN OMSTREKEN.
AFSCHRIFT.
Dordrecht, 28 November 1931
Aan Zijne Exectlenlie den Minister van
Walerslaut, 's-Gravenhage.
Met groote belangstelling nam onze Kamer
kennis van de gedachtenwisseling tusschen
Uwe Excellentie en de Tweede Kamer der
Staten-Generaal met betrekking tot de door
de Rotterdamsche Tramweg-Maatschappij be
raamde staking van den tramdienst op de
eilanden Goedereede en Overflakkee.
Uit de persverslagen van de vergadering der
Tweede Kamer van 25 November j.l. zag onze
Kamer met voldoening, dat ook Uwe Excel
lentie een bestendiging van den tramdienst op
genoemde eilanden van overwegend belang
acht.
Uit dezen hoofde kunnen wij ons dan ook
ontslagen achten van den plicht eene uiteen
zetting te geven van de vitale belangen, die bij
6en staking van den tramdienst onherstelbaar
zouden worden getroffen. Met name het massa-
vervoer der veelsoortige landbouwproducten
kan de wijze van vervoer zooals deze thans
geschiedt, niet ontberen.
Onze Kamer acht zich niet in de allereerste
plaats aangewezen een formule voor te stellen,
aangevende de verhouding waarin door het
rijk, de provincie en de localiteit in gebleken
tekorten op de exploitatie van den dienst zou
moeten worden bijgedragen.
Wel wenschen wij echter in dit verband
onder de aandacht van Uwe Excellentie te
brengen hetgeen door de Kamer geantwoord
werd op de haar in het vorige jaar door de
Staatscommissie voor het Vervoer voorgelegde
vragen. Ten aanzien van de hier toepasselijke
vraag: „Wanneer nu of in de toekomst een
vervoermiddel niet rendabel blijkt te zijn,
acht U dan verdwijning wenschelijk", stelde
de Kamer zich op het standpunt dat voor
zoover overheidsbedrijven betreft dan wel par
ticuliere bedrijven, welke gesubsidieerd worden
door of vanwege de overheid, verdwijning van
het vervoermiddel alleen dan toelaatbaar moet
worden geacht, als op een andere wijze in de
verbinding werd voorzien. Mocht een particu
liere (niet gesubsidieerde) onderneming niet
rendabel blijken te zijn dan, meende onze
Kamer, rust op de overheid de plicht in de
verbinding te voorzien, wanneer door de op
heffing van het particulier bedrijf een nood
zakelijk gebleken verbinding zou komen te
vervallen.
Onze Kamer meent bij voorbaat te moeten
weerleggen dat door het in werking brengen
eener autobusdienst „op een andere wijze in
de verbinding wordt voorzien". Wanneer men
bedenkt dat de tramdienst op Goedereede en
Overflakkee juist zijne groote beteekenis ont
leent aan het vrachtvervoer, dan is het vol
doende duidelijk dat met name voor het vee-
vervoer naar de Rotterdamsche markt en voor
het massavervoer van suikerbieten het behoud
van de tramdienst eerste vereischte is. Ook voor
het personenvervoer, dat voor een belangrijk
percentage verband houdt met de aankomst
der booten te Middelharnis, biedt het autobus-
verkeer geen oplossing, wegens de geringe
capaciteit van dit vervoermiddel.
Op grond van deze overwegingen verzoekt
onze Kamer Uwe Excellentie met kracht te
bevorderen, dat in principe de R.T.M. ver
plicht worde de exploitatie van haren dienst
op Goedereede en Overflakkee te blijven voort
zetten.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
voor Dordrecht e.o.,
(get.) C. J. van Helden,
Voorzitter.
(get.) G. J. van Oostveen,
Adjunct-Secretaris.
//c/2 t/oopen d- r/zersferA
(Adv.)
Arrestaties.
Patroonhulzen gevonden.
Gisteravond werd ons gemeld:
Dr. Hulst uit Leiden zal heden de sectie
op de lijken der slachtoffers verrichten; het
onderzoek der inmiddels gevonden patroon
hulzen zal geschieden door den scheikundige
J. H. van Waegeningh, directeur van den
Warenkeuringsdienst, Maastricht.
Op de plaats, van waar vermoedelijk de
schoten gelost zijn, werden een achttal onder
het mos verborgen partroonliulzen gevonden.
De beide jachtopzieners aangehouden.
Later meldde onze correspondent te Roer
mond:
Gisteravond werden per tram uit Posterholt
gevankelijk v. d. E. vader en zoon, verdacht
in het drama van Putbroek. Beiden zijn ge
boeid naar het huis van bewaring te Roer
mond overgebracht.
Verre getuigen van het drama.
Aan de Limb. Koerier is nog het volgende
ontleend
Reeds Zondagavond vernamen we, dat een
drietal personen uit Posterholt den nacht van
het drama in de buurt geweest waren. De
geruchten daaromtrent waren echter onzeker,
zoodat .wc er nog geen mededeeling van
wilden doen. Het verder onderzoek door de
politie leidde Maandagmiddag eveneens naar
Posterholt en dra besloten we een der ons
genoemde personen op te zoeken.
Een moeilijke autotocht over den met diepe
sporen doorkliefden landweg bracht ons tus
schen de bosschen naar Posterholt waar we het