2 tons vrachtwagen,
gesloten Luxe Auto.
flfANOL
leeft U op als Abonné.
tst.
GRAAF EGBERT
SIGAREN
VERBRUGGE
GIMBODN'S
AAMBEIEN.
DE SALAMANDER JL
WOENSDAG
24 September 1930
12e jaargang. - n°. 91
„Daar zit rottigheid achter"
OP EENZAMEN POST.
Land- en Tuinbouw
costuuma en vreemde tooneeldecors in
ireenstemming met haar roep.
iet nieuwe vrouwen-type, dat in Holly-
-;od wordt voorgestaan, ia het natuurlyk
ultaat van de voorbijgaande mode van
uiterst slanke gestalte.
'anchon was een van de eersten, die de
:eur van het publiek voelde voor het slanke,
Smencipeerde lichaams-type. Zij vaardigde
ig een bevel uit, dat een gematigd dieet
bood, en schreef haar „dancin girle" voor
pi gezonde, energie-opwekkende spijzen
gebruiken, als suiker en aardappels.
,Wij hebben zooveel voorbeelden" zegt zij,
3durende de laatste paar jaar, sommigen
it een tragisch einde, van meisjes, die
■chtten slank te worden tegen eiken pr(js,
Hollywood heeft uitgemaakt, dat de
[slag den prijs niet waard is".
LHet trok de aandacht van het publiek,
t vrouwen zichzelf dood hongerden, hun
haam energiek verdrukten, en ernstige
volgen ondervonden als resultaat van een
■aze poging om een wespen-taille te krijgen,
geacht de door de natuur gegeven vormen.
Deze dwaze dieet-manie volgde den oorlog
middellijk op den voet. Het eerst van alles
'am de „flapper" met haar belachelijke
rte rokken en kort geknipt haar. Sommige
isterden: „Wat lijken zij smal", en de race
i, kostte wat het wilde, ponden af te vallen
rden afgezet. Men heeft het doorgezet,
;ttegenstaan de herhaalde waarschuwingen
de medische faculteit en van anderen,
belang hadden bij bet kweeken van nor-
kle, gezonde meisjes.
De belangstelling van de medische facul-
.t was gebaseerd op de vermeerdering van
t sterfte-percentage onder jonge vrouwen,
n vooraanstaande geleerde op dit gebied
rzamelde gegevens, die naar hij zeide,
m ervan overtuigden, dat meisjes en jonge
ouwen tusschen 15 en 30 jaar in grooter
ntal stierven, dan jonge mannen en jongens
■n denzelfden leeftijd. Hij laakte tenslotte
dezen de slappe maaltijden, bestaande uit
paar beschuitjes, een suikerlooze drank
andere gegarandeerd on-krachtige voe-
ngsmiddelen.
Fanchon pauseerde een oogenblik, vroeg
ij, of ik myzelf wilde bedienen uit de doos
et chocolade op tafel, en ging dan verder.
„Na korten tijd" zeide zij, „begon Holly-
ood hieraan paal en perk te stellen. Er
vam uit, dat Katrijn Grant haar loopbaan
idorven had en een invalide was door den
>nger
Lottie Bickford zette, naar men zeide,
tar leven op het spel toen zij haar toevlucht
im tot een snelle vermagerings-kuur. Eva
an Berne zakte in eikaar toen zjj tien pond
irloren had. Flobelle Fairbanks, nicht van
pn beroemden Douglas, bezorgde haar vrien-
m en familie veel angst, toen z(j een ge-
aariyk vermagerings-dieet begon.
Thans, als het noodig is een paar pond
te vallen, nemen de sterren gewoonlijk
[ihaamsbeweging. Door dit te doen trekken
een dubbel voordeel. Het neemt hun vet
|eg en sterkt haar lichaam.
leve
P."
24.
ÏN.
Te KOOP gevraagd
een tweedehands
alsmede een gebruikte
Brieven met opgave van prijs en
merk onder No. 12 aan het Bureau
van dit blad.
verkrijgbaar voor winkeliers bij
MIDDELHARNIS
lUCOTftSU
LAAT NIET LOS
Verkrijgbaar bij alle Boekhandelaren
gADICALE GENEZING
de hardnekkigste Aambeien
kunt U genezen binnen enkele weken.
Kipstraat 59, h'dam
Niet goed, geld terug.
Prijs per kwartaal f 1,—
Losse nummers 0,07"
ADVERTENTIËN
van 16 regels 1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 13 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen,
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
aldus de Burgervader van
DEN BOMMEL.
Ons raadsverslag van Den Bommel en
de behandeling die wij daar ondervonden
hebben is U thans allen bekend, daarover
dus genoeg. Het muisje heeft echter ook
een staartje gekregen.
Flakkee is tegenwoordig rijk gezegend
met een Chr. Pers, als gewoon speurden
wij den inhoud na en konden dien niet als
gewoonlijk voor kennisgeving aannemen.
Het verslag van de raadsvergadering
van Den Bommel vroeg onze volle be
langstelling. Die verslagen waren geheel
niet comform de gehouden vergadering
en daardoor geheel afwijkend van het
onze.
Op een collegiale wijze vroegen wij
dan ook hoe zij toch een dergelijk ver
slag konden geven, terwijl zij, althans de
redactie van Eilandennieuws, wist dat
hun verslag strijdig was met de waarheid,
waarvoor overeenkomstig hun beginsel
steeds gevochten dient te worden.
De „Maas- en Scheldebode" had haar
verslag van haar plaatselijken correspon
dent ontvangen, alias den klerk ter secre
tarie. Dit blad is geheel onwetend in de
vat geloopen, waardoor een onwaar ver
slag gepubliceerd is. Een blad vertrouwt
op zijn pi. vertegenwoordiger en heeft
dus geen reden zijn copy in twijfel te
trekken. Dit gaat blijkbaar niet.
„Eilandennieuws" daarentegen, wiens
verslaggever de vergadering wel heeft bij
gewoond, daarmede is het anders gesteld.
Die had zijn verslag reeds gemaakt en
Vrijdagmorgen had de Burgemeester per
soonlijk hem telefonisch de mededeelingen
gegeven over den nieuwen belastingvorm,
waarover in comité-generaal, zooals hij
dat noemt, was gesproken, alsmede den
zin:
„Na heropening der vergadering worden
de notulen gelezen en onveranderd goed
gekeurd."
Verzoekende dit alsnog in het verslag te
lasschen.
De Redactie van dit blad heeft willens
en wetens daardoor een leugenachtig ver
slag gegeven, door het verzoek van den
Burgemeester.
Wij verklaren perlinenl dat de
notulen niet in openbare ver
gadering zijn gelezen.
Toen wij de zaal moesten verlaten
wegens sluiting, deelde men ons mede,
dat wij geroepen zouden worden wanneer
de vergadering weer openbaar werd. Wij
zijn geroepen, en dus begon toen de
openbare vergadering weer,
waarin geen notulen zijn gelezen. Dit is
een overtreding van de wet door den Bur
gemeester begaan.
Wij vragen ons af, waarom moest die
zin in die verslagen van de Chr. Pers voor
komen. Waarom zijn die notulen niet in
het openbaar gelezen, zooals de wet dat
gebiedt? Waarom die partijdigheid, om
alleen aan de Chr. Pers nadere bijzonder
heden te geven over de belastingstelsels?
Mogen wij niet verwachten dat een Bur
gemeester boven partijen staat? Jammer,
dat de praktijk daaromtrent een andere
uitkomst geeft.
Nogmaals, waarom die notulen niet in
het openbaar gelezen? „Daar zit rottig
heid achter", om de parlementaire uit
drukking van den Bommelschen Burger
vader te gebruiken, dat gelooven wij. Wat,
dat weten wij niet, maar dat het niet pluis
is dat bewijst de handeling van den Bur
gemeester. Hij (heeft getoond voor zijn
gemeente het orgel van de Chr. Pers te
kunnen trappen.
Ons is deze week ter oore gekomen dat
een verslag van de voorlaatste vergadering,
vanwege de secretarie is verstrekt (wij heb
ben dat ook niet ontvangen!) en als be
trouwbaar opgenomen, niet juist of zeer
onvolledig is geweest en wij meenen
daarom de notulen niet te heb
ben mogen hooren.
Wij meenen na al deze manipulaties,
rechtstreeks aan ons adres gericht en het
geen achter de schermen is gebeurd, dat
zulks niet te rijmen is met het gebed, dat
aan het begin van een vergadering wordt
gebeden door den Voorzitter, waarvan wij
den inhoud hieronder laten volgen:
Almachtig God, wij bidden U om Uwen
algenoegzamen zegen bij de vervulling der
werkzaamheden die ons zijn opgelegd.
Schenk ons wijsheid en voorzichtigheid,
verlevendig in ons een diep besef van de
afhankelijkheid van U en doe onze beraad
slagingen strekken tot de ware belangen
van deze gemeente.
Ter bevoegder plaatse is van een en
ander kennis gegeven.
De keel en hare omgeving als
oorzaak van ziekte.
De specialiseering der geneeskunde is nood
zakelijk geworden door de geweldige ver
fijning in de kennis van den bouw van de
weefsels en organen ten gevolge van de
combinatie van chemie, microscopie en foto
grafie, gepaard aan meer volmaakte metho
den van onderzoek en uitgebreider techuiek
der behandeling.
Juist de keel-, neus-en oogarts krijgt vaak
patiënten te zien, die b.v. voor duize
lingen, maagbezwaren, hoesten, hoofdpijnen,
kiespijn en nog veel meer zich eerst ver
geefs elders in behandeling stelden, omdat
ze de verschijnselen van hun kwaal ver
wisselden met de oorzaak ervan in het
orgaan, van waaruit die verschijnselen wer
den opgewekt.
Omgekeerd behoort de specialist steeds te
beseffen, dat de afwijking, die hij consta-
FEUILLETON.
BOOTH TARKINGTON.
NAAR HET AMERIKAANSCH DOOR
HENRI VAN DE WEG.
(Geaut. uitgave van ie N.V. Uitgeverij P. D. Bolle.)
43)
De menschen uit Carlow waren diep onder den
indruk van het werk der bekende doktoren, wier
namen wij wei eens hadden hooren noemen en toen
Dinsdags de berichten gunstig luidden, besloten de
meesten het er op te wagen, den uitgever van de
„Herald" in hun hoede te laten. Zij keerden rustig
naar huis terug; slechts enkelen bleven nog
achter, maar weldra volgden ook dezen hun voor
beeld.
Intusschen lag het voorwerp van hun zorg te
woelen op zijn ziekbed. Den meesten tijd ijlde hij,
maar gedurende de korte periode van gedeeltelijk
bewustzijn, was te merken, dat de gewonde niet
verlangde beter te worden; hij snakte naar rust.
In zijn ijlen had hij het voortdurend over zijn stu
dententijd. Dan scheen hij ergens met zijn vrienden
in het gras te liggen, luisterend naar het zingen en
met ontroering sprak hij over de vriendschap der
anderen, totdat plotseling een der ouderen op hem
aanvloog, om hem te slaan en met den hak op zijn
hand te trappen. Hij schreeuwde, dat men hem in
de vlammen wierp hij viel en viel in de gloeiende
hitte, terwijl de koele aarde diep en onbereikbaar
teert mogelijk slechts een symptoom is van
eens algemeene ziekte, een infectieziekte of
b.v. een nierziekte, suikerziekte, zenuwziekte,
ziekte van endokrine klieren of van vele
andere, te veel om ze hier op te sommen.
In dit geval zal hij den patiënt naar den
huismedicus verwijzen en hem toestemming
vragen zich ook zelf met dezen in verbin
ding te stellen.
Het bovengezegde is dus in deze twee
stellingen samen te vatten:
1. Lijdt het lichaam aan eene algemeene
ziekte, dan kan die ziekte zich in elk or
gaan uiten.
2. Is een enkel orgaan aangetast, dan
kan vanuit dit orgaau het geheele lichaam
aangetast worden.
Wanneer een ziekte ons overvalt, zijn drie
vragen van belang:
1. Was er aanleg tot die ziekte in ons
lichaam, 't zij door overerving, 't zij door
verzwakking, 't zij door misvorming.
2. Waren er bijzonder ongunstige om
standigheden, vlak voor of tijdens het uit
breken van de ziekte: b.v. nattigheid, koude,
oververhitting, uitwendig geweld enz.?
3 Bergden we bacterieën in ons lichaam
of kwamen bacterieën tot ons, toen we in
die ongunstige omstandigheden verkeerden?
Dit zijn eenvoudig gestelde vragen, waar
op het antwoord meestal wel te vinden is.
In zijn wezen is de zaak veel ingewikkel
der, maar dat mogen we thans onder
dankbare erkenning van den groei der bacte
riologische en serologische wetenschap
buiten beschouwing laten.
Van belang voor ons is vooral de vraag:
hadden we zwakke punten in ons lichaam,
waardoor de ongimstige invloeden bij ons
sneller of intenser konden inwerken, dan btj
anderen
Bekend is het U ook, hoe de weerstand
van den eenen mensch een heel andere is
dan die van den anderen, zoodat zoogenaam
de baciiendragers ziektekiemen bij zich kun
nen dragen, die henzelf niet ziek maken,
maar waarmee ze toch anderen besmetten
kunnen. Ieder kent wel gevallen van zulke
bacillendragers, die lang in observatie moe
ten blijven, omdat de betreflende bacillen-
soort ik noem slechts diphtheritis en
epidemische meningitis haast niet goed van
de slijmvliezen van hun neus en keel te
verwijderen zijn.
Wanneer we over ziekten van de keel
spreken, denken we allereerst aan de be
kende ontsteking der keelamandelen.
Ziekten van deze amandelen en van de
kliervormige woekeringen in de neuskeel-
holte de adenoide vegetaties geheeten, zijn
zoo veelvuldig voorkomend, dat we er zeker
eene aparte beschouwing aan mogen w(jden.
Deze amandelen verheugen zich in eene even
groote populairiteit als de blinde darm en
over beide wordt vaak dezelfde strijd gevoerd.
't Gaat dan ook om de vraag: „Zijn ze
noodig of zijn ze niet noodig?"
Toch is het antwoord eenvoudig: elke ge
zonde klier is nuttig: eerstens kan ze mee
helpen 't binnendringen van ziektekiemen te
bestrijden, tweedens kan ze helpen hetbin-
nengedrongene te vernietigen en misschien
heeft ze nog een eigenschap van het afzon
deren van voor het lichaam goed bruikbare
producten.
Maar de amandel is er in onzen stofroken
tijd niet op vooruitgegaan. Al heel spoedig
bergt ze, in haar tot holten uitgezette sleuven,
onder hem lag. Dan weer zag hij zich voortgejaagd
mijlen en mijlen ver door een stortregen, om even
later te klagen, dat de heele wereld een groote
koperen bel was, die onophoudelijk luidde, terwijl
hij gedwongen was te luisteren naar dat vreeselijkc
rumoer, waaraan niemand kon ontsnappen.
Ten slotte scheen hij eindelijk een oogenblik
rust te zullen vinden, ware het niet, dat hij Helen
Sherwood had zien fluisteren in de kamer met Tom
Meredith. Want dat moest een hallucinatie zijn!
Zij was immers ver weg in het buitenland. En Tom
Meredith was een slanke jonge kerel, heelemaal niet
iemand van middelbaren leeftijd, met een buikje
en een vollemaansgezicht. Hij wuifde met de hand
naar die gestalten en zij verdwenen als schimmen
uit een droom. Hij begreep niet, hoe het meisje,
zelfs in een visioen, er zoo bekoorlijk kon uitzien.
Het liefst was hij gebleven in de wereld, waar dit
beeld scheen om te zweven.
Dan, al te vlug, begaf hem het bewustzijn. Hij
maakte zich zorgen over de „Herald" en smeekte
degenen, die in de kamer waren, hem een krant te
geven, woedend, omdat zij hem bedrogen, daar
de krant immers niet langer verscheen. Waarom
vertelde men de waarheid niet? Hij wist immers,
dat de „Herald" niet kon uitkomen. Wie zou zijn
plaats innemen? Hij probeerde overeind te komen
en men had de grootste moeite hem tot rust te
brengen.
Maar den volgenden nacht waakte Meredith bij
het bed,somber en ontdaan. Harkiess, die lang
bewusteloos had gelegen, sprak plotseling en zoo
luid, dat dokter Gay, die zich over hem heen boog,
zich de woorden en den klank van zijn stem zijn
Bleven lang herinnerde.
„Weg is zij over zee," riep John Harkiess.
„Zij was hier eens in juni."
„Wat is er John," fluisterde Meredith gejaagd.
„Voel je je wat beter?"
En John glimlachte, alsof voor een oogenblik
zijn oogen zagen door het verband heen en iiij den
ouden makker herkende.
Dienzelfden nacht verzond een vriend van
Rodney McCunc een telegram uit Rouen: „Hij
sterft. Zijn krant is dood, u bent candidaat voor de
conventie in September."
XIII.
James Visbee.
's Maandagsmorgens beraadslaagden drie man
nen op het bureau van de „Herald", dat wil zeggen,
als men het zwijgend staren uit een beslagen ven
ster „beraadslagen" wil noemen; want meer deden
mr. Fisbee en Parker en Ross Shofield niet. Met
bijna wanhopige inspanning waren deze drie man
nen en Bud Tipworthy er in geslaagd de vorige
week de krant te doen verschijnen, zonder hulp
van hun chef, of liever dank zij lange verhalen over
zijn toestand en de wijze, waarop de misdaad was
gepleegd. Inderdaad bevonden zich drie exemplaren
in het bezit van dokter Gay, met een begeleidend
schrijven van Parker, waarin deze den medicus
waai-schuwde, alleen in het uiterste geval het blad
aan zijn patiënt te laten zien. De meesterknecht
vreesde, dat het uiterlijk van de krant een in
storting zou veroorzaken.
Door bij beurten op te treden ais uitgever, ver
slaggever, letterzetter en zelfs schrijver van hoofd
artikelen hadden de drie mannen drie nummers
dat wat haarzelf ziek maakt. Ze vergaat
voor een deel, gaat ook weer deels zichzelf
overwoekeren, wordt zoo gevaarlijk in de keel
als een geladen revolver in de handen van
iemand, die ons bedreigt. Haar ontsteking
producten, met ziektekiemen beladen, stroo
men langs lymphe en bloed af, eerst naar
de omgevende hatsklieren, later door het ge
heele lichaam. We kennen ze als de al te
vake oorzaak van rheumatische ziekten,
bloedvergiftiging en dergelijke. Ook stroomen
hare ziekteproducten als ze ze niet als
proppen of als een abces in amandel en
omgeving localiseeren, af in de luchtpijp en
slokdarm. Ze geven dan prikkelhoest, long
ziekten, spijsverteringsstoornissen enz. En
ten slotte mogen we dankbaar zijn, als we
na de acute ontstekingsverschijnselen gene
zen te hebben, nog volstaan kunnen van de
cronisch zieke amandelen met het ringmes
de zieke deelen weg te nemen en niet ver
plicht zijn tot een veel ernstiger ingrijpen:
het uitpeilen van nagenoeg den geheeten
amandel.
De adenoide vegetaties, de woekeringen
dus iu de neuskeelholte, hebben weer nadere
dingen op haar geweten; ze geven weliswaar
ook prikkelhoest en maagbezwaren door
slijm, dat naar beneden afvloeit, maar boven
dien verstoppen ze den neus, geven chroni
sche verkoudheden, rustelooze nachten,zoo
danige oververmoeidheid, dat het kind de
school niet volgen kanEn bleef het hier
maar bij! Ze drukken de Eustachiaansche
buizen naar de ooren dicht en geven catarr
hal oorverschtjnselen methardhoorendheid.
Daarmee nog niet tevreden, laden ze deze
buizen met bacteriën, die in het middenoor
binnendringen en tot oorontsteking aanlei
ding geven.
Welk een geheel ander verloop ziet men
dikwijls bij algemeene infectieziekten als ma
zelen, roodvonk, diphtheritis, influenza, enz.,
als de keel voordien behandeld geweest is,
dan in gevallen, waarin ze was verwaarloosd 1
Al te vaak spant men het paard achter den wa
gen. Ook hier weer is het schoolartsenonder-
zoek gelukkig een veiligheidsklep geworden!
(Wordt vervolgd)
Laat bloemen uw tolk zijn.
Deze mooie spreuk heeft U allen zeker
wel meerdere malen zien prijken op tentoon
stellingen, in tijdschriften en bladen, in
bloemwinkels, enz. Deze spreuk is een op
wekking om meer van bloemen gebruik te
makeu dan tot nu toe. Bloemen bij elke
gelegenheid, op elk feest, bij vreugde, maar
ook in droefheid. Altijd bloemen, vol kleur
en beteekenis. Nu zitten we volop in de
bloemen. De herfst tooit onze tuinen nog
met een weelderigen overvloed. Dahlia's in
vele soorten en tinten late rozen, asters en
dan nog de verrukkend mooie chrysanten.
Maar weldra is het in de tuinen gedaan.
De winter zal met zijn koude vlagen alle
leven wegbanen uit den tuin en al staat
hier en daar een kerstroos en al komt in
het vroege voorjaar sneeuwklokje en crocus
ons weer toeroepen, dat alle leven nog niet
weg is, het is 's winters buiten toch een
doodsch gezicht.
En binnen? Eveneens. Want als buiten
de bloemen ons verlaten hebben, treedt in
de meeste gezinnen geen bloem meer in,
voor het voorjaar ons weer vergast op mil?
den overvloed. En dat is jammer. Bloemen?
winkels spreiden ook 's winters veel prachts
ten toon. En dat valt nog meer op, als er
buiten geen bloemen meer z(jn. Maar wat
hebben w(j er aan, al staan de winkels vol
bloemen, als het in ons huis saai is van
eentonigheid. Ook in ons huis moeten w(j
bloemen hebben. Vooral tegen Kerstmis en
Nieuwjaar, als het binnen zoo echt gezel
lig kan zijn. Dan vooral moet een keur van
bloemen de vrool(jkheid verhoogen. Dat is
duur, zeg ik, maar dan moet ge er zelf
voor zorgen. Als ge wilt, kunt ge tegen
Kerstmis uw huis voor weinig geld vol heb
ben met mooie bloeiende bolplanten. Het
kost weinig geld en weinig t(jd. Ik ken er
velen, die best heel dure bloemen zouden
kunnen koopen, maar dit niet doen, omdat
ze het zoo leuk vinden, zelf bloemen te
trekken voor de winterdagen. Daar zit lief
hebberij in en bij welslagen een zekere vol
doening. Hoe kunnen we nu zorgen, dat
wij in den winter bloeiende bolplanten heb
ben? Daarvoor is noodig, dat wij koopen
goede bollen, van goede soorten, want niet
eike bol en ook niet elke soort is daarvoor
geschikt.
Wij kunnen daarvoor elk bakje of elke
pot benutten. Wij planten daarin maar één
of meerdere hyacinten, tulpen, narcissen,
crocussen, enz. Bezie hiervoor maar eens
de prijscouranten of spreek eens met uw
•tuinman of bloemist.
Plant deze bollen (of knollen) in een bloem
pot, schaaltje enz. of zet een groote bol op
een trekglas met water en zet deze dan koud
en donker. Het best graaft men de gewone
bloempotten buiten in den tuin of zet ze in
een donkere kast. Na een week of vijf, zes
(maar vooral niet te vroeg) zal de geheele
pot doorworteld zijn. Voor dien tijd met
trekken beginnen geeft geen succes. Dat
geeft slechts mislukking. De neus van den
bol komt dan vaak al boven den grond. Maak
dan de potten schoon van buiten en zet ze
in het licht, maar nog niet in eens in de
warmte. Wanneer ze als overgang eerst in
een koude kamer gezet worden en dan later
in een warme, gaat het veel beter. Dan zal
spoedig de bloem te voorschijn komen en
ons met mooie kleuren en geur beloonen
voor de gedane moeite. Het spreekt vanzelf,
dat de bollen water moeten hebben, hoe
kouder ze staan, hoe minder. Ook in een
donkere kast dus geen water geven. Buiten
in den grond bedoel ik, met pot en al
minstens een d.M. diep onder de oppervlakte
dus niet boveDaan.
Vooral hyacinten en tulpen kunnen het
goed doen. Ook narcissen zijn er al om met
Kerstmis te trekken. Maar neemt dan goed
soort, anders krijgt ge blad en geen bloem.
Daarom ook de potten, wanneer ze in het
licht komen, het volle licht geven, aDders
worden het van die nare lange spierige din
gen, waar geen moois aan is'Van hyacinten
zetten we er één in een pot (of meer in groo-
tere potten) van tulpen meest drie in een
bloempot en van crocussen nog meer. Voor
al met de crocussen niet te gauw in de
warme kamer.
Wanneer ze bijna bloeien, is zooveel warm;
doen verschijnen; een deel van het vierde nummer,
dat morgen moest uitkomen, stond nu gezet. Thans
wisten zij echter geen raad meer en er moesten nog
kolommen gevuld worden, ondanks het royale zet
ten der advertenties. Bud Tipworthy had een smeek
ten der advertenties. Bud Tipworthy had een
smeekbrief gezonden aan miss Tibbs, wier rijme
larijen weer verschenen na een lange periode van
rust. Thans had zij een gedicht gestuurd, getiteld:
„De oude Parijzenaars", slechts vier regels, zelfs
voor haar doen niet bizonder kunstzinnig. Bud
Tipworthy was naar beneden geloopen en had
onder aan de trap zitten fluiten; Ross Shofield
scheen er zijn zinnen op te zetten er enkele cou
pletten bij te eichten, terwijl Fisbee en Parker
somber voor zich uit keken.
Zij zaten tegenover elkaar aan de schrijftafel
van Harkiess. Blanke velletjes papier lagen voor
hen. Zoo nu en dan staarden zij elkander eens aan,
na een kwartier of langer nog de kamer te hebben
rondgekeken. Dan begon met heftige energie een
aanval op liet blanke papier, maar na enkele
regels op schrift te hebben gesteld verfrommelde
de schrijver zijn papier. En overal op den grond
lagen de sneeuwballen van teleurgestelde journa
listiek.
Mr. Parker was een lang, stoer man met een
hoog voorhoofd en een geweldige vuist, maar voor
deze dingen scheen zijn kracht ontoereikend. „Het
heeft geen zin, Fisbee," besliste hij eindelijk, na
een aantal mislukte pogingen, waarvan de vloer
getuigenis aflegde, „ik ben letterzetter van aan-
leg en beroep en kan niet van baantje vei anderen.
Een week lang heb ik mijn best gedaan, maar nu
moet ik het opgevenik ben volkomen uitgedroogd.
Laten we maar hopen, dat hij Zaterdag de krant
niet in handen krijgt, ais we drie kolom van u over
het Lotusmotief herdrukken. Ik begin nu sym
pathie te voelen voor den baas, omdat ik begrijp,
wat er in hem omging, als ik hem lastig viel om
copie. Nu snap ik pas wat het zeggen wil, jour
nalist te zijn in zoo'n dood gat als Plattville."
„Wij mogen er wel aan denken, dat er Donder
dageen nummer uit moet komen," antwoordde zijn
metgezel peinzend.
„Praat er asjeblieft niet over, Fisbee!" Parker
wipte met zijn stoel zoo ver mogelijk achterover.
„Ik ben lang niet zoo dankbaar, als wel moest voor
mijn promotie tot hoofdredacteur. Ik weet waar
achtig niet, waar ik het zoeken moet," klaagde hij,
het bewegen van een vlieg op de mouw van zijn
makker bestudeerend.
Mr. Fisbee nam een nieuw velletje papier en
tuurde voor zich uit naar een scheur in het plafond,
die in den hoek van het vertrek doorliep tot den
muur. „Dat is nu juist het ellendige," riep Parker,
die den blik van den ander had gevolgd. „Zoodra
je een paar letters op papier hebt, begint die ellen
dige scheur al je aandacht te trekken. I-Iet heeft
veel tijd gekost, de laatste acht dagen genoeg om
twintig kranten vol te schrijven. Ik zou die scheur
kunnen vervloeken. Als ik er met mijn rug naar toe
ging zitten, kwam er een vlieg en dan moest ik die
weer bekijken en als er geen vlieg was, draaide er
wel een mug om mijn potlood."
Hun beiden, die zich zoo zonder eenig gevolg
uitsloofden, toonde mr. Ross Schofield, toen hij
stralend van vreugde binnenkwam, hetgeen hij had
gewrocht. Achter beide ooren droeg hij een potlood
en in de hand hield hij een paar verkreukelde vel-
letjes.
(Wordt vervolgd.)