N.V. looncslkunst Brinkhaus WITTE WINKEL I PREDIKBEURTEN. EEN STAP Hasgsciimer 6a, ROTTERDAM. De echte „SANITAS" patent-geneesmiddelen Hygiënische Artikelen WOENSDAG September 1930 17 12e jaargang. - n°. 89 De Middenstand in ons land. PLUIMVEE OP EENZAMEN POST. Geeft U op als Abonné. den: Anna Maria Nieuwland, 30 j. mte van Pieter van den Nieuwendijk Tacob AlemaD, 10 maanden, zoon van \leman en Cornelia Tanis. UWENMEERDERHEID IN DE RESIDENTIE, aantal bijna 10.000 kooger dan dat der mannen. kVENHAGE, 9 Sept. - Als het mopje professor, die op de vraag hoe het at er meer vrouwen dan mannen worden, antwoordde: „omdat vrou- 1 nieuwsgieriger zijn", ook maar een redelijken grond zou bevatten, dan de Haagsche dames toch wel erg ierig zijn uitgevallen. Uit de twee vige boekdeelen, die te zamen het van den toestand der gemeente hage over 1929" vormen, blijkt n.l. revolting der Residentie in 1929 is men met 7561 zielen en dat er op mber van dit jaar 432680 Hagenaars .ang hun leeftijd rondliepen of-kro- tarvan 196.732 mannen en 235.948 d.i. bjjna 40.000 vrouwen meer! dus zaak, dat de trouwlustigen onder ir kans waarnemen en ook wat dit itreft geeft het verslag waardevolle igen. De jaren tusschen de 21 en zijn de beste: van de dames, die in n grooten stap waagden, had 46.2 nvalligen leeftijd bereikt: 11.9 was de 21 jaar, 22 3 van 25-30jaar. lt het percentage plotseling tot 8.7 lager, naarmate de leeftijden stijgen, e jaren van den man liggen tusschen (0. minder dan 3734 huwelijken werden 29 gesloten, waarvan het aantal huwe- tusschen personen van verschillend if overtuiging 1922 of 34.6% bedroeg. Zosadag 14 September 1930. ERLANDSCH HERVORMDE KERK. amis, vm. ds. Vlasblom en 's av. dhr. sdijk, vm. leeskerk en did. ds. Dekker, ld, vm. ds. v. d. Wal en 'sav.leeskerk. en, vm. en 'sav. dhr. Overweel. t, nm. ds. Van der Wal (Doop), am, vm. en 'sav. dhr. Bouman. ede, 'sav. ds. Van der Wal. vm. ds. van Ameide en nm. leeskerk. Tonge, vm. en 's av. ds. Dekker. >nge, vm. leeskerk en 'sav. ds. Vlasblom, splaat, vm. leeskerk en 's av. ds. van le. »'aat, vm. en nm. dhr. Vetter. hmel.vm.leeskerk en nm.ds. van Ameide. n 't Haringvliet, vm. en nm. ds. Polhugs. etsluis, vm. en's av.ds. Timmer. (Doop). Telvoet, vm. ds. Priester nhoorn, vm. ds. de Voogd v. d.Straaten. je, vm. ds. Loran van Brielle. irne, vm. ds. Brinkerink. vaal, nm. ds. van der Grient van Brielle. et, 'sav. ds. Priester van Nieuw-Hel voel. roek, vm. ds. Moll van Charante van vliet. GEREFORMEERDE KERK. \arnis, vmen 's av. leeskerk, am, vm. en 'sav. leeskerk. p, vm. en nm. leeskerk, splaat, vm. en 'sav. ds. De Lange, mmel, vm. en 's av. ds. Schaafsma. t Haringvliet, vm. en 's av. ds. De Graaft', etsluis, vm. ds. Westerhuijs. lelvoet, 's av. ds. Westerhuijs. D-GEREFORMEERDE GEMEENTE, n 't Haringvliet, vm., nm. en 's av. leesk. GEREFORMEERDE GEMEENTEN, larnis, vm. en 's av. leeskerk. ;nd, vm. en 's av. ds. De Blois. gen, vm., nm. en 'sav. leeskerk. p, vm. en nm. leeskerk. in de goede richting is: Literatuur en Prijscourant aanvragen over Hygiënische- en Sanitaire Artikelen bU HUFKENS, Geldersche kade 7, Rotterdam Telefoon 54538. Alom bekend door soliditeit, betrouwbaarheid en billijkheid Tooneelkleeding Tooneelkapwerk Rotterdam - Oppert 45 Vertegenwoordiger voor Flakkee den Heer C. DE MOOIJ, Boekhandelaar OUDDORP. Bij ons verkrijgbaar Vraagt gratis inlichtingen en Prijscourant. 1 Prijs per kwartaal Losse nummers ADVERTENTIËN van 16 regels 1,20 Elke regel meer 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. Aanvankelijk lag het in onze bedoeling ditmaal iets te schrijven over de moeilijk heden van den Middenstand. Naar aanleiding evenwel van een vraag, van een buitenstaander (lezer van ons blad) komt het ons gewenscht voor, dat wij eerst eens wat duidelijker zeggen, wat of wie wij, indien wij over den middenstand schrijven, eigenlijk bedoelen. Er is niet alleen in ons land, maar ook in 't buitenland heel veel en heel lang gedis cussieerd over een juiste definitie van den Middenstand. Niet alleen hebben economen hieraan groote artikelen gewijd, maar ook op midden- standsvergaderingen werd en wordt nog wel de vraag gesteld: „Wie is eigenlijk de mid denstander?" Het spreekt ook vanzelf, dat er verschil lende definities te geven zijn, b.v. le. Hij is middenstander, die door nering of bedrijf voor zich en zjjn gezin een bestaan tracht te verwerven. 2e. Tot den middenstand behooren zij, die voor zichzelf en hun gezin den kost verdie nen, door hun zelfstandig bedrjjf en daar naast de chefs, directeuren van bedrijven, die overigens op zichzelf geen middenstands- bedrijven zijn. 3e. Niemand minder dan Goethe, heeft zich aan een definitie gewaagd; deze is on geveer als volgt geformuleerd i „Tot den middenstand behooren allen, die tusschen arbeid en kapitaal staan". Nog zegt hij er uitdrukkelijk bij„ik deel advokaten, geestelijken en zij, die geestelijken arbeid verrichten, bij den middenstand in". Wij zien hier, bij het trachten van een omschrijving te geven, al weer de groote moeilijkheid van een juiste omlijniDg van het begrip middenstand, elkeen spreekt hier eigenlijk meer over de middenklasse, waar schijnlijk ingedeeld naar het inkomen en men verwaarloost den bezigheidsfactor in het maatschappelijk leven. Nu wij eigenlijk onbedoeld bij de Midden klasse aanlanden, is het wellicht wel aanbe velenswaardig, om enkele c^fers te noemen, waaruit de beteekenis van die middenklasse voor ods land sterk spreekt. Wtj nemen als uitgangspunt het inkomen, tusschen 2000,— en 10.000,-, wij be weren niet, dat er onder en boven deze be dragen geen belastingbetalers zijn, die niet bij de middenklasse ingedeeld kunnen worden. Wanneer wij evenwel deze cijfers aanne men, dan kan eenbestudeering van de Bijks- inkomstenbelasting U zeggen, welk een groot deel door deze klasse daarin wordt bijge dragen. In 1925-26 waren aangeslagen in totaal 1.657 883 personen over een belastingjaar inkomen van 3.572.968 312,- en tot een belastingbedrag van ƒ96 571344,-. De groep van 2000,— tot 5000,— in komen telde 439.312 aanslagen over een be lastbaar inkomen van 1.089.270.090,— tot een belastingbedrag van 21.691.922,-. De groep van 5000, tot 10.000, telde 66.012 aanslagen,' over een inkomen van ƒ413.417.304,— tot een belastingsom van 12.735 566,— Uit deze cijfers blijkt, dat op de Midden klasse komen 30,6 pCt. van alle aanslagen, 42 pCt. van alle belastbaar inkomen, en ruim 35,5 pCt. van het totaal dezer belasting. Het zal den lezer misschien wei even tot nadenken aanleiding geven, wanneer hy som tijds leest, dat die middenklasse toch eigen- itjk overbodig is en dan bovenstaande feiten en cijfers voor zich ziet. Wij beschouwen het nu niet by onze taak behoorende om op de beteekenis van de hier boven gegeven cijfers voor ons geheele volk in al zijn geledingen in te gaan. Wij komen nu terug op de vraag, wat wtj bedoelen met „Middenstand", indien wy er over sehrpven. Wy verstaan hier met „Middenstand" een deel van de Middenklasse, n.l. zy, die be hooren tot den handeldrpvenden of industri- eelen middenstand. Wy vinden in ons land den z.g. intellectu- eelen middenstand niet, of eigeniyk nog niet georganiseerd. Wij zeggen „nog niet", omdat in Zwitserland deze groep wel georgani seerd is. Wy zien ook in ons land een zoodanige groepeering niet onmogelijk, zelfs in de nabije toekomst. Met den handeldrljvenden middenstand wordt in ons land bedoeld de winkeliers, dus zy, die door hun artikelen te distribueeren in het klein, hun bestaan verwerven. Met „Industruéelen" willen wij aanduiden eigeniyk den klein-industriêel, die den parti culier diensten verleent, met of zonder bijleve ring van artikelen, b.v. een slager, loodgie ter, electricien, schilder, enz. willen wij in- deelen bij den industriêelen middenstand. Deze genoemde groepen zyn in ons land georganiseerd. Ik hoop U duidelijk gemaakt te hebben, wat onder middenstand verstaan wordt en hoop U later van de organisatie wat meer te verteilen. Dlphterie en pokken. Kalkpooten. Wilde en schuwe kippen. Te weinig licht. Een abonné zond ons eenige vragen be treffende zyn pluimveestapeltje, die wij te rug kunnen brengen tot bovenstaande ge vallen. De vragen waren zoo duidelijk gesteld, dat beantwoording niet moeiiyk valt. Als men zich kan indenken in het geval van een vraagsteller, is het voornaamste werk geschiedt. Ik mag er hier wel op wijzen, dat bij het stellen van vragen het er juist op aan komt precies te beschry ven, wat men opmerkt en precies te vragen, wat men we ten wil. Want als men raden moest naar iemands vragen, dan is het antwoord er haast vanzelf naast. Vr. Op de kam van mijn haan zijn plot seling vuilgele puistjes gekomen, die hier en daar donkere randen vertoonen. De hen nen vertoonen dit verschynsel niet. Kan het soms overslaan op deze en ook willicht op de jonge hennen, die in aangrenzend hok loopen Antw. Duideiyk blijkt uit die vuilgele puistjes met donkere randen, dat de haan is aangetast door de pokken. Die puistjes noemt men pokken. Maar dezelfde smetstof kan het dier ook zoo aantasten, dat van FEUILLETON. BOOTH TARKINGTON. NAAR HET AMER1KAANSCH DOOR HENRI VAN DE WEG. (Graaf, uitgave van de N. V. Uitgeverij P. D. Bolle.) 41) Het was doodstil in het ziekenhuis. Zoo nu en dan kwam een zuster door de gang en een enkel maal passeerde een dokter, loopend alsof hij heel veel patiënten had, die hooge eischen stelden aan zijn kunnen, maar te ziek waren om er voor te betalen. Buiten, en hoorbaar door het open raam, sjirpten de krekels. Meredith liep het gebouw uit en snoof de koele nachtlucht op. Overal in het gebouw hing een geur van medicijnen, welke hem deed walgen; alles herinnerde hier aan de ellende, welke er werd geleden. Dat nu juist John Harkless zoo moest liggen, verdoold door ether, verbonden en hope loos gestoken, geranseld en gemarteld, bracht hem buiten zichzelf van ontzetting. Meredith huiverde. In het kleine kamertje waren de lichten opgedraaid. Zij straalden naar buiten, als uit een folterkamer en hij wachtte als iemand, die moest wachten op hetgeen de inquisitie over hem be slissen zal. Helaas, hij had John Harkless gevonden. Hij was hem kwijtgeraakt, zooals men soms zijn beste vrienden uit het oog verliest, doch altijd was het puistjes op de kam niets te zien is, maar in de keelholte een dik kaasachtig siym veroorzaakt en dan noemt men het diphterie (in den volksmond veelal snot). Beide ziekten zijn besmetteiyk en flink ook. Elk najaar worden duizenden en nog maals duizenden hoenders aangetast. Het kost talloos vele kippenlevens en als het leven er niet mee gemoeid is, kost het toch zeer veel eieren. Wat de haan betreft, de puisten kunnen zich nog verder voortzetten en als het ware over de oogen heengroeien. Dan moet het dier van honger sterven omdat het dan niets meer zien kan. Wasschen inet boorwater en 'de puisten aanstippen, met jodiumtinctuur geeft wel baat. By niet kostbare dieren is opruimen vaak de beste weg. Maar Uw overige dieren moet U laten enten. De veé- artsen hebben daarvoor tegenwoordig een entstof, die voor 100 pCt. of voor bynalOO pCt. werkzaam is. Dus Uw jonge hennen zeker. Als die de ziekte al te pakken hebben en dat kan, ook al is er van puistjes nog niets te zien, dan werkt de entstof niet zoo, dat de dieren er vrij van blijven, maar de ziekte is dan vlugger afgeloopen en het wordt lang zoo erg niet. Ik schreef U reeds omdat ik directe enting door een veearts noodig vond. Hokontsmetting niet noodig, (na enting.) Voor allen: Laat toch Uw dieren enten en doet het nu. De prijs kan voor niemand een bezwaar zyn, U bespaart U veel ver driet. Vraag: My'n dieren lijden erg aan kalk pooten. Is dit ook besmetteiyk voor een koppel kippen, die na deze in het hok komen Antw. Zeer zeker zyn kalkpooten besmet- teiyk. De veroorzaker er van is een schurft- myt, die zich invreet tusschen en onder de schubben aai) de pooten. Bij jonge hennen gebeurt dit al, maar het duurt wel een half jaar eer de schubben op gaan staan vanwege de daaronder zich opboopende etterige uit scheiding en uitwerpselen der mijten. Het is voor de dieren erg lastig en soms zeer pijnlyk. Het spreekt vanzelf, dat het den leg ongunstig beïnvloedt. Over de zitstokken heen verspreiden de my ten zich naarbuur- kippen, zoodat het vrywel regel is, dat alle kippen van den toom min of meer zijn aan getast. De pooten insmeren met dierlyke olie ('s morgens) en dit na een dag of veertien nog eens herhalen, waar het niet ten volle resultaat had en de lastposten zijn dood. Daarmee moet dan tevens gepaard gaan een goed ontsmetten van het hok met creoline (5 pCt.) en dan flink kalken met versche kalk. Wat los kan in het hok goed afborste len met sodawater by v. Dan is men de kwaal kwijt ook voor verdere bewoners. Het is zaak alle dieren zoo'n behandeling te laten ondergaan, dus ook die, welke oogeDschijn- lijk nog niet aan kalkpooten iyden.Inplaats van dierlyke olie, gebruikt men ook wel vruchtboomcarbolineum. Vraag: Zijn Duckwing Leghorns schuw en wild? Antw. Neen, dat zpn ze niet, maar ze hebben iets gemeen met alle leghorns, name lijk een overhangende kam, zoodat éénoog bijna nooit iets te zien krijgt en die dieren dus practisch aan één zijde blind zyn. Daar door zijn ze wilder en schuwer, want ze schrikken gauwer. Maar bij mijn leghorns, hem een troost geweest, te denken, dat Harkless het natuurlijk goed maakte. Als zooveel anderen had hij gewacht op den terugkeer van zijn vriend, die komen zou op den top van de ladder. Hoezeer Harkless ook zichzelf op den achtergrond placht te houden geen oogenblik was het in hem opge- kpmen, dat zij in Indiana weer elkander zouden terugvinden. Bij geruchte vernam hij dstijds, dat Harmless naar het buitenland was gegaan. Toen hadden zijn vrienden en hij elkandervoorgehouden, dat te avond of te morgen de groote bladen zouden vermelden, hoe Harkless vertrokken was om een regeeringsopdracht uit te voeren, Nu vond hij hem terug, een vreemdeling, alleen en stervend, behandeld door doktoren, die hem voor Jerry den leugenaar hielden. Helen Sherwood was het ge weest, die hem ontdekte. Hij vroeg zich af, hoe dikwijls die twee elkander in Piattville hadden ontmoet. Als zij van elkander hielden, en Harkless in leven was gebleven, zou Helen's leven heel wat mooier zijn geworden. „Arme Helen!" mompelde hij bij zichzelf. Haar telegram was een noodkreet, ondanks de vier korte zinnen. Hebben ze veel van elkaar gehouden? vroeg hij zich af. Misschien stond zij er op, onmiddellijk over te komen. Als die doktoren uit het ziekenvertrek kwamen, zou hij haar telegrafisch antwoorden. Wanneer kwamen zij toch! Niet, dat hij ver langde naar hun komst; het werd hem angstig te mo?de; zij waren al een eeuwigheid binnen; waar om kwamen zij toch niet? Maar hij hoopte, dat zij nog een oogenblik zouden wegblijven, nog korten tijd, dan zou hij zich in staat weten te uitspraak aan te hooren. Nu was het hem nog onmogelijk te vernemen, dat zijn vriend, dien hij zoo juist had weergevonden, voor altijd verloren was. ledereen die dageiyks door de legcontrole in handen kwamen, was dit gauw gesleten. Bij kalm behandelde en voorzichtig naderen valt het heusch wel mee. Vraagt Zou het noodzakeiyk wezen, dat ik nog meer licht in mgn nachthok laat aanbrengen? (teekening gaat er by.) Antw. U zoudt al een groote verbetering in de belichting hebben aangebracht, als U de overdekking b.v. een meter breed naast het nachthok niet liet bestaan uit eterniet of een andere ondoorzichtige stof, maar uit glas. De voordeelen van afschutting behoudt U en U verkrijgt tevens, dat 't raampje op zy in het nachthok weer dienst doet. Ook kunt U een raampje in het nachthok laten aanbrengen, maar dan niet in de deur op het N.O maar in den wand naar het Z. Uw hok en ren voldoen verder wel aan goede eischen. Uw klaaglied, dat weinig tyd Uw kippenrekening in het honderd jaagt, kan waar zyn, maar dan heeft U toch veel pech, want het hoeft volstrekt niet. Als uw nachthok om de veertien dagen wordt uit gespoten met 3 pCt. creoline en U laat wekelijks of om de veertien dagen de ren omspitten, als ze vastgeloopen is, dan moet het goed gaan. U voert dan droog ochtend- voer van een goed merk en zorgt voor zui ver drinkwater en U verstrekt groen als de dieren het niet vinden kunnen, dan gaat het wel goed. Als het nog niet vlotten wil, dan hoor ik dit wel eens van U, ik kom nog wel eens in de buurt en kom dan wel eens even aan- loopen. Wat het Bioscoop-Publiek wenscht. Of niet wenscht. Wy zullen het er allen wel over eens zyn, dat het niet alléén het filmwerk is, dat het publiek naar de bioscoop-theaters trekt. Wij weten dat wij zelf maar al te vaak gaan om de „sterren", of om de gezelligheid van het theater, of om wat verstrooiing te zoeken, zonder nu een bepaald film werk te willen zien. Een vraag welke het bekende Amerikaan- sche filmblad „The Film Daily", zich in dit verband heeft gesteld luidde: „Waarom gaat men naar de bioscoop Het blad heeft tevens deze vraag willen beantwoorden en is op on derzoek uitgetogen en tot het volgende merkwaardige besluit gekomen. Van de 100 menscben, wien men vroeg „Van welk soort films houdt gij het meest?" antwoordden: 20 pCt. van komische films. 20 pCt. van dramatische films. 21 pCt. van historische films. 16 pCt. van myBterieuse films. 15 pCt. van sexueele drama's. 5 pCt. van cowboy-films. 4 pCt. van mode-filmpjes. Dezelfde vraag werd voorgelegd aan de studenten der voornaamste Amerikaansohe hoogescholen. Van iedere 100 studenten luid de het antwoord: 25 pCt. van komische films. 18 pCt. van dramatische films. 17 pCt. van historische films. 23 pCt. van mysterieuss films. 8 pCt. van sexueele drama's. 6 pCt. van cowboy-films. 3 pCt. van mode-filmpjes. De volgende vraag was: „Welke dag van de week verkiest gij om naar de bioscoop te gaan?" had van Harkiess gehouden, waar hij ook kwam. Waarschijnlijk, omdat dc begaafde kerel altijd klaar stond anderen te helpen. Meredith herinnerde zich nu, hoe hij iemand in Piattville had hooren zeggen„Er is daar tegenwoordig een jongmensch, dat over een paar jaar wel gouverneur wordt. Zoo'n soort dictator, die door zijn prettige manier van optreden ieder naar zijn pijpen Iaat dansen. Niemand in het heele district, die niet met plezier tot zijn enkels in de modder zou gaan staan, om hem droogvoets te laten passeeren. Dat is de jonge Harkless, uitgever van de „Herald," de krant, die McCune tot aftreden dwong en die zoogenaamde „Witkappen" in Carlow dorst aanpakken. Meredith had een oogenblik zich verwonderd over de toevallige gelijkheid van namen, doch in zijn verbeelding was Harkless zoo zeer iemand om een of ander groot werk onder handen te hebben, dat hij geen moment zijn vriend vereen zelvigde met den uitgever van een provinciaal blad. Helen had er één keer op gezinspeeld hij herinnerde het zich niet zoo precies meer doch hij had haar uitgelachen. Hij dacht aan het toe val, dat haar naar piattville bracht, aan de reden van haar gaan daarheen en het viel hem op, hoe klein per saldo toch de wereid is. Hij staarde naar de twinkelende sterren; zij schenen hem te wiiien geruststellen. Het was als voorspelden zij, dat de slag niet zou vallen, dat eindelijk het oogenblik gekomen was, waarop een nieuwe toekomst zich zou openen voor zijn vriend. „Het is te mooi, om waar te zijn," mompelde hij. Toen werd zijn naam geroepen en weer huiverde hij. Het werd nu merkbaar dat hij niet bang hoefde te zijn voor hetgeen hij van de doktoren zou ver Antwoord: 37 pCt. Zaterdag. 21 pCt. Zondag. 11 pCt. geen bepaalde dag. 9 pCt. Vrydag. 7 pCt. Donderdag. 7 pCt. Woensdag. 7 pCt. Dinsdag. 1 pCt. Maandag. Tyd van den dag; 86 pCt. 's avonds. 14 pCt. 's middags. De volgende vraagt „Waar zit ge liever, op het balkon of in de zaal?" werd door 72 pCt. beantwoord ten gunste van de zaal, de overige 28 pCt. verkozen daarentegen het balkon. Een merkwaardige vraag was voorts: „Stel, dat de televisie al even volmaakt was als onze huidige radio-toestellen, zoudt ge dan willen, indien zulks mogelijk was, dat de bioskoop-voorstellingen langs draadloozen weg naar uw huiskamer konden worden overgebracht, ja of neen?" Op iedere 100 ondervraagde Amerikanen antwoordde 47 pCt. bevestigend, 53 pCt. ontkennend. „Gaat ge naar de bioskoop om de film-zelf of om de sterren?" Het bleek, dat 25 pCt. ging om de sterren en 75 pCt. om de film-zelf. Op de vraag i „Wat interesseert u in de film in het algemeen?" antwoordden: 37 pCt. het filmverhaal. 26 pCt. de „sterren". 8 pCt. de „entertainment", 7 pCt. het spel. 5 pCt. de levensomstandigheden der op tredende personen. 5 pCt. de romantiek. 4 pCt. de bouw van de film. 2 pCt. het opvoedende element. 1 pCt. de titels. 5 pCt. de fotografie. vyftig procent der ondervraagde Ameri kanen bleek met belangstelling de film recensies der bladen te lezen. Op de vraag „Hebben deze recensies ooit invloed gehad op uw bioskoop-bezoek?" luidde het ant woord van 37 pCt.Ja", van 63 pCt.„Neen". Verder bleek, dat 85 pOt. de film met vrienden en kennissen nabesprak. „Waarom gaat ge het liefst naar uw „lie- velings-theater"? 43 pCt. om de muziek. 24 pCt. om het zit-comfort. 17 pCt. om de films. 6 pCt, om den naam van het theater. 6 pCt. om de schoonheid van het gebouw. 3 pCt. om de verlichting. 3 pCt. om de hoffeiykheid van het per soneel. Van de ondervraagden verkozen 25 pCt. twee hoofdfilms op een programma, 70pCt. wilde graag één hoofdfilm zien met wat korte byfilms. 73 pCt. prefereerde voorts cabaret-num mers als afwisseling. Ten slotte een belangrijke vraag voor ex ploitanten: Zoudt gij „schlagerfilms" als „The Singing Fool" en „Noah's Ark" willen zien, zelfs wanneer de toegangspryzen verhoogd werden? antwoordde 85 pCt.: „Ja" en 15 pCt.: „Neen". iiiiiiiiiiiiniiiiüiiiinniiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini nemen, want de beroemde geleerden namen onmid dellijk afscheid. Hij begreep alleen, wat Horner hem vertelde. Barett, Warren Smith en het slape rige jongmensch waren weer in de gang gekomen. Horner volgde, doch wachtte op Meredith. Iets, de manier, waarop de sheriff keek en zijn breede schouders ophaalde, ontroerde allen. Hij zeide op eenvoudigen toon, „hij is bij kennis en ijlt niet. Wij moeten hem een verklaring laten afleggen, voor hij sterft." Toen gingen zij de kamer binnen. De oogen van Harkless waren verbonden. De officier van justitie sprak met hem en zoodra Horner, ontroerd, het bed naderde, maakte Warren een opmerking over de aanwezigheid van den sheriff. De hand op het laken maakte een beweging welke Horner begreep, want hij nam de vingers in zijn hand en drukte die zicht. Smith wendde zich tot Meredith, doch deze maakte een gebaar, waarmede hij te kennen gaf, dat er niet over hem mocht worden, gesproken en ging in een hoek van het vertrek zitten, het hoofd in de handen. Hij antwoordde op heel zachten, bijna onver- staanbaren toon, na elk woord even pauzeerend. De vermoeide stenograaf had gemakkelijk werk. „Ik begrijp u. Ik zal mijn best doen bij kennis te blijven, tot ik klaar ben. Natuurlijk weet ik, waarom u mij een en ander laat vertellen. Als het alleen maar om mijzelf ging, zou ik waarschijnlijk niets zeggen, want de gedachte, dat er iemand zal worden gestraft, als ik toch moet sterven, is niet prettig. Maar het was daarginds een gemeene bende; zij hebben onze menschen altijd lastig gevallen; wij konden nooit genoeg op onze hoede zijn en het wordt tijd, dat daar een eind aan komt. Ik geloof niet in de opvoedende kracht van ge vangenisstraf, maar je kunt de „Witkappen" niet veranderen, tenzij je hen heel jong onder handen neemt, zóó jong, dat zij nog niet bedorven zijn door de whisky. Maar voor deze verklaringen had ik geen eed behoeven af te leggen." Horner en Smith schrokken op, bij het noemen van de „Witkappen", maar onderdrukten hun uitroep, terwijl mr. Barrett keek, alsof hij het natuurlijk al lang had geweten. In de kamer was het doodstil; slechts de flauwe stem van den ge wonde werd gehoord. „Toen ik bij rechter Briscoe wegging, liep ik in westelijke richting naar een grooten boom. Het stortregende en ik zocht een schuilplaats onder dien boom. Aan den anderenkant van de heg stond een man. Het was Bob Skilett. Hij droeg zijn witt jas en hoed tenminste dat veronderstel ik over zijn arm. Iets meer naar het oosten, midden op den weg, stonden nog twee mannen. Waarschijn lijk waren die mij gevolgd van Briscoe af. Zij droe gen hun dwaze kappen, precies als de anderen, die ik bij het felle lichten duidelijk kon zien. De beide mannen, midden op den weg, stonden in den regen naar mij te kijken door die gaten in hun kappen. Ik wist, dat er nog anderen waren een heele bende maar ik dacht, dat die achter mij aanliepen. Mijn bedoeling was naar huis te gaan. Het café was voor mij goed genoeg en daarom iep ik kalm verder in de richting naar de stad. Ik pas seerde beide mannen; de een liet zich vallen toen ik langs hen kwam, maar de ander vuurde zijn revolver af bij wijze van signaal. Ik trok hem zijn masker af en bleef lang genoeg staan om te zien, dat het Force Johnsson was. Ik ken hem heel goed. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1930 | | pagina 1