N.V. looncslkunst Brinkhaus
WITTE WINKEL I
PREDIKBEURTEN.
EEN STAP
Hasgsciimer 6a, ROTTERDAM.
De echte „SANITAS"
patent-geneesmiddelen
Hygiënische Artikelen
WOENSDAG
September 1930
17
12e jaargang. - n°. 89
De Middenstand in ons land.
PLUIMVEE
OP EENZAMEN POST.
Geeft U op als Abonné.
den: Anna Maria Nieuwland, 30 j.
mte van Pieter van den Nieuwendijk
Tacob AlemaD, 10 maanden, zoon van
\leman en Cornelia Tanis.
UWENMEERDERHEID IN DE
RESIDENTIE,
aantal bijna 10.000 kooger dan
dat der mannen.
kVENHAGE, 9 Sept. - Als het mopje
professor, die op de vraag hoe het
at er meer vrouwen dan mannen
worden, antwoordde: „omdat vrou-
1 nieuwsgieriger zijn", ook maar een
redelijken grond zou bevatten, dan
de Haagsche dames toch wel erg
ierig zijn uitgevallen. Uit de twee
vige boekdeelen, die te zamen het
van den toestand der gemeente
hage over 1929" vormen, blijkt n.l.
revolting der Residentie in 1929 is
men met 7561 zielen en dat er op
mber van dit jaar 432680 Hagenaars
.ang hun leeftijd rondliepen of-kro-
tarvan 196.732 mannen en 235.948
d.i. bjjna 40.000 vrouwen meer!
dus zaak, dat de trouwlustigen onder
ir kans waarnemen en ook wat dit
itreft geeft het verslag waardevolle
igen. De jaren tusschen de 21 en
zijn de beste: van de dames, die in
n grooten stap waagden, had 46.2
nvalligen leeftijd bereikt: 11.9 was
de 21 jaar, 22 3 van 25-30jaar.
lt het percentage plotseling tot 8.7
lager, naarmate de leeftijden stijgen,
e jaren van den man liggen tusschen
(0.
minder dan 3734 huwelijken werden
29 gesloten, waarvan het aantal huwe-
tusschen personen van verschillend
if overtuiging 1922 of 34.6% bedroeg.
Zosadag 14 September 1930.
ERLANDSCH HERVORMDE KERK.
amis, vm. ds. Vlasblom en 's av. dhr.
sdijk, vm. leeskerk en did. ds. Dekker,
ld, vm. ds. v. d. Wal en 'sav.leeskerk.
en, vm. en 'sav. dhr. Overweel.
t, nm. ds. Van der Wal (Doop),
am, vm. en 'sav. dhr. Bouman.
ede, 'sav. ds. Van der Wal.
vm. ds. van Ameide en nm. leeskerk.
Tonge, vm. en 's av. ds. Dekker.
>nge, vm. leeskerk en 'sav. ds. Vlasblom,
splaat, vm. leeskerk en 's av. ds. van
le.
»'aat, vm. en nm. dhr. Vetter.
hmel.vm.leeskerk en nm.ds. van Ameide.
n 't Haringvliet, vm. en nm. ds. Polhugs.
etsluis, vm. en's av.ds. Timmer. (Doop).
Telvoet, vm. ds. Priester
nhoorn, vm. ds. de Voogd v. d.Straaten.
je, vm. ds. Loran van Brielle.
irne, vm. ds. Brinkerink.
vaal, nm. ds. van der Grient van Brielle.
et, 'sav. ds. Priester van Nieuw-Hel voel.
roek, vm. ds. Moll van Charante van
vliet.
GEREFORMEERDE KERK.
\arnis, vmen 's av. leeskerk,
am, vm. en 'sav. leeskerk.
p, vm. en nm. leeskerk,
splaat, vm. en 'sav. ds. De Lange,
mmel, vm. en 's av. ds. Schaafsma.
t Haringvliet, vm. en 's av. ds. De Graaft',
etsluis, vm. ds. Westerhuijs.
lelvoet, 's av. ds. Westerhuijs.
D-GEREFORMEERDE GEMEENTE,
n 't Haringvliet, vm., nm. en 's av. leesk.
GEREFORMEERDE GEMEENTEN,
larnis, vm. en 's av. leeskerk.
;nd, vm. en 's av. ds. De Blois.
gen, vm., nm. en 'sav. leeskerk.
p, vm. en nm. leeskerk.
in de goede richting is:
Literatuur en Prijscourant
aanvragen over
Hygiënische- en
Sanitaire Artikelen
bU HUFKENS,
Geldersche kade 7, Rotterdam
Telefoon 54538.
Alom bekend door soliditeit,
betrouwbaarheid en billijkheid
Tooneelkleeding
Tooneelkapwerk
Rotterdam - Oppert 45
Vertegenwoordiger voor Flakkee
den Heer
C. DE MOOIJ,
Boekhandelaar OUDDORP.
Bij ons verkrijgbaar
Vraagt gratis inlichtingen
en Prijscourant. 1
Prijs per kwartaal
Losse nummers
ADVERTENTIËN
van 16 regels 1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
Aanvankelijk lag het in onze bedoeling
ditmaal iets te schrijven over de moeilijk
heden van den Middenstand.
Naar aanleiding evenwel van een vraag,
van een buitenstaander (lezer van ons blad)
komt het ons gewenscht voor, dat wij eerst
eens wat duidelijker zeggen, wat of wie wij,
indien wij over den middenstand schrijven,
eigenlijk bedoelen.
Er is niet alleen in ons land, maar ook in
't buitenland heel veel en heel lang gedis
cussieerd over een juiste definitie van den
Middenstand.
Niet alleen hebben economen hieraan
groote artikelen gewijd, maar ook op midden-
standsvergaderingen werd en wordt nog wel
de vraag gesteld: „Wie is eigenlijk de mid
denstander?"
Het spreekt ook vanzelf, dat er verschil
lende definities te geven zijn, b.v.
le. Hij is middenstander, die door nering
of bedrijf voor zich en zjjn gezin een bestaan
tracht te verwerven.
2e. Tot den middenstand behooren zij, die
voor zichzelf en hun gezin den kost verdie
nen, door hun zelfstandig bedrjjf en daar
naast de chefs, directeuren van bedrijven,
die overigens op zichzelf geen middenstands-
bedrijven zijn.
3e. Niemand minder dan Goethe, heeft
zich aan een definitie gewaagd; deze is on
geveer als volgt geformuleerd i
„Tot den middenstand behooren allen, die
tusschen arbeid en kapitaal staan". Nog zegt
hij er uitdrukkelijk bij„ik deel advokaten,
geestelijken en zij, die geestelijken arbeid
verrichten, bij den middenstand in".
Wij zien hier, bij het trachten van een
omschrijving te geven, al weer de groote
moeilijkheid van een juiste omlijniDg van
het begrip middenstand, elkeen spreekt hier
eigenlijk meer over de middenklasse, waar
schijnlijk ingedeeld naar het inkomen en men
verwaarloost den bezigheidsfactor in het
maatschappelijk leven.
Nu wij eigenlijk onbedoeld bij de Midden
klasse aanlanden, is het wellicht wel aanbe
velenswaardig, om enkele c^fers te noemen,
waaruit de beteekenis van die middenklasse
voor ods land sterk spreekt.
Wtj nemen als uitgangspunt het inkomen,
tusschen 2000,— en 10.000,-, wij be
weren niet, dat er onder en boven deze be
dragen geen belastingbetalers zijn, die niet bij
de middenklasse ingedeeld kunnen worden.
Wanneer wij evenwel deze cijfers aanne
men, dan kan eenbestudeering van de Bijks-
inkomstenbelasting U zeggen, welk een groot
deel door deze klasse daarin wordt bijge
dragen.
In 1925-26 waren aangeslagen in totaal
1.657 883 personen over een belastingjaar
inkomen van 3.572.968 312,- en tot een
belastingbedrag van ƒ96 571344,-.
De groep van 2000,— tot 5000,— in
komen telde 439.312 aanslagen over een be
lastbaar inkomen van 1.089.270.090,— tot
een belastingbedrag van 21.691.922,-.
De groep van 5000, tot 10.000,
telde 66.012 aanslagen,' over een inkomen
van ƒ413.417.304,— tot een belastingsom
van 12.735 566,—
Uit deze cijfers blijkt, dat op de Midden
klasse komen 30,6 pCt. van alle aanslagen,
42 pCt. van alle belastbaar inkomen, en ruim
35,5 pCt. van het totaal dezer belasting.
Het zal den lezer misschien wei even tot
nadenken aanleiding geven, wanneer hy som
tijds leest, dat die middenklasse toch eigen-
itjk overbodig is en dan bovenstaande feiten
en cijfers voor zich ziet.
Wij beschouwen het nu niet by onze taak
behoorende om op de beteekenis van de hier
boven gegeven cijfers voor ons geheele volk
in al zijn geledingen in te gaan.
Wij komen nu terug op de vraag, wat wtj
bedoelen met „Middenstand", indien wy er
over sehrpven.
Wy verstaan hier met „Middenstand" een
deel van de Middenklasse, n.l. zy, die be
hooren tot den handeldrpvenden of industri-
eelen middenstand.
Wy vinden in ons land den z.g. intellectu-
eelen middenstand niet, of eigeniyk nog niet
georganiseerd. Wij zeggen „nog niet", omdat
in Zwitserland deze groep wel georgani
seerd is.
Wy zien ook in ons land een zoodanige
groepeering niet onmogelijk, zelfs in de nabije
toekomst.
Met den handeldrljvenden middenstand
wordt in ons land bedoeld de winkeliers, dus
zy, die door hun artikelen te distribueeren
in het klein, hun bestaan verwerven.
Met „Industruéelen" willen wij aanduiden
eigeniyk den klein-industriêel, die den parti
culier diensten verleent, met of zonder bijleve
ring van artikelen, b.v. een slager, loodgie
ter, electricien, schilder, enz. willen wij in-
deelen bij den industriêelen middenstand.
Deze genoemde groepen zyn in ons land
georganiseerd.
Ik hoop U duidelijk gemaakt te hebben,
wat onder middenstand verstaan wordt en
hoop U later van de organisatie wat meer
te verteilen.
Dlphterie en pokken. Kalkpooten.
Wilde en schuwe kippen.
Te weinig licht.
Een abonné zond ons eenige vragen be
treffende zyn pluimveestapeltje, die wij te
rug kunnen brengen tot bovenstaande ge
vallen.
De vragen waren zoo duidelijk gesteld,
dat beantwoording niet moeiiyk valt. Als
men zich kan indenken in het geval van
een vraagsteller, is het voornaamste werk
geschiedt. Ik mag er hier wel op wijzen,
dat bij het stellen van vragen het er juist
op aan komt precies te beschry ven, wat men
opmerkt en precies te vragen, wat men we
ten wil. Want als men raden moest naar
iemands vragen, dan is het antwoord er haast
vanzelf naast.
Vr. Op de kam van mijn haan zijn plot
seling vuilgele puistjes gekomen, die hier
en daar donkere randen vertoonen. De hen
nen vertoonen dit verschynsel niet. Kan het
soms overslaan op deze en ook willicht op
de jonge hennen, die in aangrenzend hok
loopen
Antw. Duideiyk blijkt uit die vuilgele
puistjes met donkere randen, dat de haan
is aangetast door de pokken. Die puistjes
noemt men pokken. Maar dezelfde smetstof
kan het dier ook zoo aantasten, dat van
FEUILLETON.
BOOTH TARKINGTON.
NAAR HET AMER1KAANSCH DOOR
HENRI VAN DE WEG.
(Graaf, uitgave van de N. V. Uitgeverij P. D. Bolle.)
41)
Het was doodstil in het ziekenhuis. Zoo nu en dan
kwam een zuster door de gang en een enkel maal
passeerde een dokter, loopend alsof hij heel veel
patiënten had, die hooge eischen stelden aan zijn
kunnen, maar te ziek waren om er voor te betalen.
Buiten, en hoorbaar door het open raam, sjirpten
de krekels.
Meredith liep het gebouw uit en snoof de koele
nachtlucht op. Overal in het gebouw hing een geur
van medicijnen, welke hem deed walgen; alles
herinnerde hier aan de ellende, welke er werd
geleden. Dat nu juist John Harkless zoo moest
liggen, verdoold door ether, verbonden en hope
loos gestoken, geranseld en gemarteld, bracht
hem buiten zichzelf van ontzetting. Meredith
huiverde. In het kleine kamertje waren de lichten
opgedraaid. Zij straalden naar buiten, als uit een
folterkamer en hij wachtte als iemand, die moest
wachten op hetgeen de inquisitie over hem be
slissen zal.
Helaas, hij had John Harkless gevonden. Hij
was hem kwijtgeraakt, zooals men soms zijn beste
vrienden uit het oog verliest, doch altijd was het
puistjes op de kam niets te zien is, maar
in de keelholte een dik kaasachtig siym
veroorzaakt en dan noemt men het diphterie
(in den volksmond veelal snot).
Beide ziekten zijn besmetteiyk en flink
ook. Elk najaar worden duizenden en nog
maals duizenden hoenders aangetast. Het
kost talloos vele kippenlevens en als het
leven er niet mee gemoeid is, kost het toch
zeer veel eieren.
Wat de haan betreft, de puisten kunnen
zich nog verder voortzetten en als het ware
over de oogen heengroeien. Dan moet het
dier van honger sterven omdat het dan niets
meer zien kan. Wasschen inet boorwater en
'de puisten aanstippen, met jodiumtinctuur
geeft wel baat. By niet kostbare dieren is
opruimen vaak de beste weg. Maar Uw
overige dieren moet U laten enten. De veé-
artsen hebben daarvoor tegenwoordig een
entstof, die voor 100 pCt. of voor bynalOO
pCt. werkzaam is. Dus Uw jonge hennen
zeker. Als die de ziekte al te pakken hebben
en dat kan, ook al is er van puistjes nog
niets te zien, dan werkt de entstof niet zoo,
dat de dieren er vrij van blijven, maar de
ziekte is dan vlugger afgeloopen en het
wordt lang zoo erg niet. Ik schreef U reeds
omdat ik directe enting door een veearts
noodig vond. Hokontsmetting niet noodig,
(na enting.)
Voor allen: Laat toch Uw dieren enten en
doet het nu. De prijs kan voor niemand
een bezwaar zyn, U bespaart U veel ver
driet.
Vraag: My'n dieren lijden erg aan kalk
pooten. Is dit ook besmetteiyk voor een
koppel kippen, die na deze in het hok
komen
Antw. Zeer zeker zyn kalkpooten besmet-
teiyk. De veroorzaker er van is een schurft-
myt, die zich invreet tusschen en onder de
schubben aai) de pooten. Bij jonge hennen
gebeurt dit al, maar het duurt wel een half
jaar eer de schubben op gaan staan vanwege
de daaronder zich opboopende etterige uit
scheiding en uitwerpselen der mijten. Het
is voor de dieren erg lastig en soms zeer
pijnlyk. Het spreekt vanzelf, dat het den
leg ongunstig beïnvloedt. Over de zitstokken
heen verspreiden de my ten zich naarbuur-
kippen, zoodat het vrywel regel is, dat alle
kippen van den toom min of meer zijn aan
getast.
De pooten insmeren met dierlyke olie
('s morgens) en dit na een dag of veertien
nog eens herhalen, waar het niet ten volle
resultaat had en de lastposten zijn dood.
Daarmee moet dan tevens gepaard gaan een
goed ontsmetten van het hok met creoline
(5 pCt.) en dan flink kalken met versche
kalk. Wat los kan in het hok goed afborste
len met sodawater by v. Dan is men de kwaal
kwijt ook voor verdere bewoners. Het is
zaak alle dieren zoo'n behandeling te laten
ondergaan, dus ook die, welke oogeDschijn-
lijk nog niet aan kalkpooten iyden.Inplaats
van dierlyke olie, gebruikt men ook wel
vruchtboomcarbolineum.
Vraag: Zijn Duckwing Leghorns schuw en
wild?
Antw. Neen, dat zpn ze niet, maar ze
hebben iets gemeen met alle leghorns, name
lijk een overhangende kam, zoodat éénoog
bijna nooit iets te zien krijgt en die dieren
dus practisch aan één zijde blind zyn. Daar
door zijn ze wilder en schuwer, want ze
schrikken gauwer. Maar bij mijn leghorns,
hem een troost geweest, te denken, dat Harkless
het natuurlijk goed maakte. Als zooveel anderen
had hij gewacht op den terugkeer van zijn vriend,
die komen zou op den top van de ladder. Hoezeer
Harkless ook zichzelf op den achtergrond placht
te houden geen oogenblik was het in hem opge-
kpmen, dat zij in Indiana weer elkander zouden
terugvinden. Bij geruchte vernam hij dstijds, dat
Harmless naar het buitenland was gegaan. Toen
hadden zijn vrienden en hij elkandervoorgehouden,
dat te avond of te morgen de groote bladen zouden
vermelden, hoe Harkless vertrokken was om een
regeeringsopdracht uit te voeren, Nu vond hij
hem terug, een vreemdeling, alleen en stervend,
behandeld door doktoren, die hem voor Jerry den
leugenaar hielden. Helen Sherwood was het ge
weest, die hem ontdekte. Hij vroeg zich af, hoe
dikwijls die twee elkander in Piattville hadden
ontmoet. Als zij van elkander hielden, en Harkless
in leven was gebleven, zou Helen's leven heel wat
mooier zijn geworden. „Arme Helen!" mompelde
hij bij zichzelf. Haar telegram was een noodkreet,
ondanks de vier korte zinnen. Hebben ze veel van
elkaar gehouden? vroeg hij zich af. Misschien
stond zij er op, onmiddellijk over te komen. Als
die doktoren uit het ziekenvertrek kwamen, zou
hij haar telegrafisch antwoorden.
Wanneer kwamen zij toch! Niet, dat hij ver
langde naar hun komst; het werd hem angstig te
mo?de; zij waren al een eeuwigheid binnen; waar
om kwamen zij toch niet? Maar hij hoopte, dat zij
nog een oogenblik zouden wegblijven, nog korten
tijd, dan zou hij zich in staat weten te uitspraak
aan te hooren. Nu was het hem nog onmogelijk te
vernemen, dat zijn vriend, dien hij zoo juist had
weergevonden, voor altijd verloren was. ledereen
die dageiyks door de legcontrole in handen
kwamen, was dit gauw gesleten. Bij kalm
behandelde en voorzichtig naderen valt het
heusch wel mee.
Vraagt Zou het noodzakeiyk wezen, dat
ik nog meer licht in mgn nachthok laat
aanbrengen? (teekening gaat er by.)
Antw. U zoudt al een groote verbetering
in de belichting hebben aangebracht, als U
de overdekking b.v. een meter breed naast
het nachthok niet liet bestaan uit eterniet
of een andere ondoorzichtige stof, maar uit
glas. De voordeelen van afschutting behoudt
U en U verkrijgt tevens, dat 't raampje op
zy in het nachthok weer dienst doet. Ook
kunt U een raampje in het nachthok laten
aanbrengen, maar dan niet in de deur op
het N.O maar in den wand naar het Z.
Uw hok en ren voldoen verder wel aan
goede eischen. Uw klaaglied, dat weinig tyd
Uw kippenrekening in het honderd jaagt,
kan waar zyn, maar dan heeft U toch veel
pech, want het hoeft volstrekt niet. Als uw
nachthok om de veertien dagen wordt uit
gespoten met 3 pCt. creoline en U laat
wekelijks of om de veertien dagen de ren
omspitten, als ze vastgeloopen is, dan moet
het goed gaan. U voert dan droog ochtend-
voer van een goed merk en zorgt voor zui
ver drinkwater en U verstrekt groen als de
dieren het niet vinden kunnen, dan gaat
het wel goed.
Als het nog niet vlotten wil, dan hoor ik
dit wel eens van U, ik kom nog wel eens
in de buurt en kom dan wel eens even aan-
loopen.
Wat het Bioscoop-Publiek wenscht.
Of niet wenscht.
Wy zullen het er allen wel over eens zyn,
dat het niet alléén het filmwerk is, dat het
publiek naar de bioscoop-theaters trekt. Wij
weten dat wij zelf maar al te vaak gaan om
de „sterren", of om de gezelligheid van het
theater, of om wat verstrooiing te zoeken,
zonder nu een bepaald film werk te willen zien.
Een vraag welke het bekende Amerikaan-
sche filmblad „The Film Daily", zich in dit
verband heeft gesteld luidde: „Waarom gaat
men naar de bioscoop Het blad heeft tevens
deze vraag willen beantwoorden en is op on
derzoek uitgetogen en tot het volgende
merkwaardige besluit gekomen.
Van de 100 menscben, wien men vroeg
„Van welk soort films houdt gij het meest?"
antwoordden:
20 pCt. van komische films.
20 pCt. van dramatische films.
21 pCt. van historische films.
16 pCt. van myBterieuse films.
15 pCt. van sexueele drama's.
5 pCt. van cowboy-films.
4 pCt. van mode-filmpjes.
Dezelfde vraag werd voorgelegd aan de
studenten der voornaamste Amerikaansohe
hoogescholen. Van iedere 100 studenten luid
de het antwoord:
25 pCt. van komische films.
18 pCt. van dramatische films.
17 pCt. van historische films.
23 pCt. van mysterieuss films.
8 pCt. van sexueele drama's.
6 pCt. van cowboy-films.
3 pCt. van mode-filmpjes.
De volgende vraag was: „Welke dag van
de week verkiest gij om naar de bioscoop
te gaan?"
had van Harkiess gehouden, waar hij ook kwam.
Waarschijnlijk, omdat dc begaafde kerel altijd klaar
stond anderen te helpen. Meredith herinnerde
zich nu, hoe hij iemand in Piattville had hooren
zeggen„Er is daar tegenwoordig een jongmensch,
dat over een paar jaar wel gouverneur wordt.
Zoo'n soort dictator, die door zijn prettige manier
van optreden ieder naar zijn pijpen Iaat dansen.
Niemand in het heele district, die niet met plezier
tot zijn enkels in de modder zou gaan staan, om
hem droogvoets te laten passeeren. Dat is de jonge
Harkless, uitgever van de „Herald," de krant, die
McCune tot aftreden dwong en die zoogenaamde
„Witkappen" in Carlow dorst aanpakken.
Meredith had een oogenblik zich verwonderd
over de toevallige gelijkheid van namen, doch in
zijn verbeelding was Harkless zoo zeer iemand
om een of ander groot werk onder handen te
hebben, dat hij geen moment zijn vriend vereen
zelvigde met den uitgever van een provinciaal
blad. Helen had er één keer op gezinspeeld hij
herinnerde het zich niet zoo precies meer doch
hij had haar uitgelachen. Hij dacht aan het toe
val, dat haar naar piattville bracht, aan de reden
van haar gaan daarheen en het viel hem op, hoe
klein per saldo toch de wereid is. Hij staarde naar
de twinkelende sterren; zij schenen hem te wiiien
geruststellen. Het was als voorspelden zij, dat de
slag niet zou vallen, dat eindelijk het oogenblik
gekomen was, waarop een nieuwe toekomst zich
zou openen voor zijn vriend.
„Het is te mooi, om waar te zijn," mompelde hij.
Toen werd zijn naam geroepen en weer huiverde
hij.
Het werd nu merkbaar dat hij niet bang hoefde
te zijn voor hetgeen hij van de doktoren zou ver
Antwoord:
37 pCt. Zaterdag.
21 pCt. Zondag.
11 pCt. geen bepaalde dag.
9 pCt. Vrydag.
7 pCt. Donderdag.
7 pCt. Woensdag.
7 pCt. Dinsdag.
1 pCt. Maandag.
Tyd van den dag;
86 pCt. 's avonds.
14 pCt. 's middags.
De volgende vraagt „Waar zit ge liever,
op het balkon of in de zaal?" werd door
72 pCt. beantwoord ten gunste van de zaal,
de overige 28 pCt. verkozen daarentegen het
balkon.
Een merkwaardige vraag was voorts:
„Stel, dat de televisie al even volmaakt was
als onze huidige radio-toestellen, zoudt ge
dan willen, indien zulks mogelijk was, dat
de bioskoop-voorstellingen langs draadloozen
weg naar uw huiskamer konden worden
overgebracht, ja of neen?"
Op iedere 100 ondervraagde Amerikanen
antwoordde 47 pCt. bevestigend, 53 pCt.
ontkennend.
„Gaat ge naar de bioskoop om de film-zelf
of om de sterren?"
Het bleek, dat 25 pCt. ging om de sterren
en 75 pCt. om de film-zelf.
Op de vraag i „Wat interesseert u in de
film in het algemeen?" antwoordden:
37 pCt. het filmverhaal.
26 pCt. de „sterren".
8 pCt. de „entertainment",
7 pCt. het spel.
5 pCt. de levensomstandigheden der op
tredende personen.
5 pCt. de romantiek.
4 pCt. de bouw van de film.
2 pCt. het opvoedende element.
1 pCt. de titels.
5 pCt. de fotografie.
vyftig procent der ondervraagde Ameri
kanen bleek met belangstelling de film
recensies der bladen te lezen. Op de vraag
„Hebben deze recensies ooit invloed gehad
op uw bioskoop-bezoek?" luidde het ant
woord van 37 pCt.Ja", van 63 pCt.„Neen".
Verder bleek, dat 85 pOt. de film met
vrienden en kennissen nabesprak.
„Waarom gaat ge het liefst naar uw „lie-
velings-theater"?
43 pCt. om de muziek.
24 pCt. om het zit-comfort.
17 pCt. om de films.
6 pCt, om den naam van het theater.
6 pCt. om de schoonheid van het gebouw.
3 pCt. om de verlichting.
3 pCt. om de hoffeiykheid van het per
soneel.
Van de ondervraagden verkozen 25 pCt.
twee hoofdfilms op een programma, 70pCt.
wilde graag één hoofdfilm zien met wat korte
byfilms.
73 pCt. prefereerde voorts cabaret-num
mers als afwisseling.
Ten slotte een belangrijke vraag voor ex
ploitanten: Zoudt gij „schlagerfilms" als „The
Singing Fool" en „Noah's Ark" willen zien,
zelfs wanneer de toegangspryzen verhoogd
werden? antwoordde 85 pCt.: „Ja" en 15
pCt.: „Neen".
iiiiiiiiiiiiniiiiüiiiinniiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiini
nemen, want de beroemde geleerden namen onmid
dellijk afscheid. Hij begreep alleen, wat Horner
hem vertelde. Barett, Warren Smith en het slape
rige jongmensch waren weer in de gang gekomen.
Horner volgde, doch wachtte op Meredith. Iets,
de manier, waarop de sheriff keek en zijn breede
schouders ophaalde, ontroerde allen. Hij zeide op
eenvoudigen toon, „hij is bij kennis en ijlt niet. Wij
moeten hem een verklaring laten afleggen, voor
hij sterft." Toen gingen zij de kamer binnen.
De oogen van Harkless waren verbonden. De
officier van justitie sprak met hem en zoodra
Horner, ontroerd, het bed naderde, maakte Warren
een opmerking over de aanwezigheid van den
sheriff. De hand op het laken maakte een beweging
welke Horner begreep, want hij nam de vingers
in zijn hand en drukte die zicht. Smith wendde
zich tot Meredith, doch deze maakte een gebaar,
waarmede hij te kennen gaf, dat er niet over hem
mocht worden, gesproken en ging in een hoek van
het vertrek zitten, het hoofd in de handen.
Hij antwoordde op heel zachten, bijna onver-
staanbaren toon, na elk woord even pauzeerend.
De vermoeide stenograaf had gemakkelijk werk.
„Ik begrijp u. Ik zal mijn best doen bij kennis te
blijven, tot ik klaar ben. Natuurlijk weet ik,
waarom u mij een en ander laat vertellen. Als het
alleen maar om mijzelf ging, zou ik waarschijnlijk
niets zeggen, want de gedachte, dat er iemand zal
worden gestraft, als ik toch moet sterven, is niet
prettig. Maar het was daarginds een gemeene
bende; zij hebben onze menschen altijd lastig
gevallen; wij konden nooit genoeg op onze hoede
zijn en het wordt tijd, dat daar een eind aan komt.
Ik geloof niet in de opvoedende kracht van ge
vangenisstraf, maar je kunt de „Witkappen"
niet veranderen, tenzij je hen heel jong onder
handen neemt, zóó jong, dat zij nog niet bedorven
zijn door de whisky. Maar voor deze verklaringen
had ik geen eed behoeven af te leggen."
Horner en Smith schrokken op, bij het noemen
van de „Witkappen", maar onderdrukten hun
uitroep, terwijl mr. Barrett keek, alsof hij het
natuurlijk al lang had geweten. In de kamer was
het doodstil; slechts de flauwe stem van den ge
wonde werd gehoord.
„Toen ik bij rechter Briscoe wegging, liep ik in
westelijke richting naar een grooten boom. Het
stortregende en ik zocht een schuilplaats onder
dien boom. Aan den anderenkant van de heg stond
een man. Het was Bob Skilett. Hij droeg zijn witt
jas en hoed tenminste dat veronderstel ik
over zijn arm. Iets meer naar het oosten, midden
op den weg, stonden nog twee mannen. Waarschijn
lijk waren die mij gevolgd van Briscoe af. Zij droe
gen hun dwaze kappen, precies als de anderen,
die ik bij het felle lichten duidelijk kon zien. De
beide mannen, midden op den weg, stonden in den
regen naar mij te kijken door die gaten in hun
kappen. Ik wist, dat er nog anderen waren een
heele bende maar ik dacht, dat die achter mij
aanliepen.
Mijn bedoeling was naar huis te gaan. Het
café was voor mij goed genoeg en daarom iep ik
kalm verder in de richting naar de stad. Ik pas
seerde beide mannen; de een liet zich vallen toen
ik langs hen kwam, maar de ander vuurde zijn
revolver af bij wijze van signaal. Ik trok hem zijn
masker af en bleef lang genoeg staan om te zien,
dat het Force Johnsson was. Ik ken hem heel goed.
(Wordt vervolgd.)