IPIUS urm- cturen isch Atelier ER PLAAT Onze Eilanden SA t men zijn koop st nkel van HARNIS en Sajet - M1DDELHARNIS tabletten Influenza tde DIE-WATERVERF este! advertentiën WOENSDAG 4 JUNI 1930 12e JAARGANG. N°60 FEUILLETON. OP EENZAMEN POST. Vreest geen Examen Medische Rubriek eek bijzondere sding van age prijzen. g-jarige ervaring de foto's garandeeren. ÏETTEN worden zon- rachtig gevonden AANBEVELEND, S. VAN DER PLAAT Men lette vooral op den- naam Sanapirin daar deze tabletten wettig beschermd zijn tegen namaak envervalschlng. Prlja 40 en 75 cl Ptoefbuisjea 25 ct. •T Apeft. <a Omftm.1 lken boekhandel. Prijs per kwartaal Losse nummers van 1—6 regels Elke regel meer Elke regel meer 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Diens taanvragen f j„er plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. De Waterstad Amsterdam. Door een Italiaan in 1878 beschreven. Te Imperia, in de Italiaansehe Riviera, dicht bij San Remo, zal in het laatst van April een gedenkteeken worden onthuld voor den schrijver Edmondo de Amicis (1848— 1908). Dit bericht, zegt „Amstelodamm", het orgaan der vereeniging van dien naam, her innert aan het aantrekkelijke boek „Olanda", waarvan kort na de verschijning een voor treffelijke vertaling door D. Lodeesen het licht heeft gezien onder den titel „Nederland en zijne bewoners" (Leiden, P. van Santen) i in 1877 een tweede druk, met een voorrede van prof. dr. Jan ten Brink In dit nog altijd aantrekkelijke boek, door een bewonderend vreemdeling met zuidelijke geestdrift geschreven, blijft het hoofdstuk over Amsterdam opmerkelijk, omdat de stad hier is geschilderd in een tijdperk van over gang, vóór de opening van het Noordzee kanaal, welke een periode van herleving: en opbloei zou inluiden. In 1878, toen De Amicis hier geruimen tijd vertoefde, was Amsterdam nog een echte waterstad, met het open Y, de ongerepte grachten met de hooggebolde bruggen, en het drukke verkeer te water, levendiger nog dan het wagenverkeer, ook midden in de stad. Maar bij al zyn lofspraken over het vreemde, het schilderachtige dat zich aan hem voordeed, had de schrijver toch geen groot vertrouwen in de toekomst van Amsterdam. Dit blijkt uit de tirade waarmee hij het hoofdstuk besluit. „Nog is Amsterdam een rijke handelsstad; maar voorzichtig, langzaam, gehecht aan oude gewoonten, bezig meer met beursspel dan met stoute ondernemingen, meer in naam dan inderdaad wedijverende met Hamburg en Rotterdam, die vol jeugd en vertrouwen zijn. Doch ondanks dit alles heeft de stad nog de majesteit van de oude heerscheresse der zeeën bewaard, is ze nog de schoonste parel der Vereenigde Gewesten en laat bij den vreemdeling een herinnering van groot heid en macht achter, zooals geen andere stad van Europa geeft". De lezer wordt waarlijk verplaatst in het vroegere Amsterdam, toen de stad nog beslo ten lag in den ring van met molens bekroon de, hooge wallen en bolwerken. „Bij den eersten aanblik van deze stad kan men, al beeft men alle andere steden van Nederland gezien, een beweging van verbazing niet terughouden. Het is een bosch van hooge molens van verschillend fatsoen, die hun enorme, gekruiste armen rondslin geren, en boven de daken der huizen en kerken een gewoel en gekrioel maken als een troep monstervogels, die boven de stad staan te klapwieken. Tusschen die molens in verheffen zich talloozefabrieksschoorsteenen, masten van schepen, torens van fantastische bouworde, daken van vreemde gebouwen, tinnen, punten en allerlei onbekende ge daanten. Verderop ziet men weer een andere, dichte en verwarde groep molenwieken, die zich als een reusachtig net inde) uoht voor doen. De stad in haar geheel ziet er zwart uit; het zwerk is laag en gejaagd; het ia, in één woord, een grootsch, verward schouw spel, dat mij de stad met gespannen nieuws gierigheid deed binnentreden. „Het sch(jnt een onmetelijke en ordelooze stad; een Veneris in het groote en ruwe, een Hollandsche stad, ja, maar door een vergrootglas gezien; de hoofdstad van een denkbeeldig Nederland van vjjftig millioen inwoners; een oude hoofdstad van een volk van reuzen, op de uitmondingen van een monsterrivier gebouwd, om als haven voor een vloot van tienduizend schepen te dienen een droefgeestige, strenge stad, die een gevoel van stomme verbazing wekt, waarover men behoefte heeft na te denken". De eerste indrukken worden verdrongen wanneer de reiziger zich beweegt te midden van het felle leven en al de drukte in deze merkwaardige waterstad. „Bjj elke bocht, die men maakt, ziet men voor zich uit drie, vier, ja zes wipbruggen, de eene opgehaald, de andere neergelaten, een derde in beweging, en al die klappen, balken en kettingen brengen u in gedachte, dat Amsterdam bestaat uit zooveel vijandige wijken, die zich tegen elkander versterkt hebben. De grachten, zoo breed als rivieren, vormen op sommige plaatsen ruime kommen, waarlangs bruggen loopen van een aantal bogen achter elkaar. Op alle kruispunten ziet men in de verte weer andere bruggen, andere grachten, schepen en gebouwen, alles in een lichten nevel gehuld, die de afstanden nog grooter doet sch(jnen. „De hoofdstraten (grachten) leveren een schouwspel op, dat eenig in de wereld is. Z(j zyn bedekt met schepen en schuiten, en op de straten zelf ziet men aan den waterkant hoopen kisten, vaten, zakken, balen, enz. en aan den anderen kant een ry prachtige winkels. Aan dibn kant krioelt het stadsvolk, de heeren, dienstmeisjes, kooplieden, winke liers; aan gindschen kant het ruwe en ronde volk der zeelieden en de schippers met hun vrouwen en kinderen. Rechts hoort men het levendig praten des stedelings, links het scherpe en langzame schreeuwen van het zeevolk. Hier gaat een wipbrug in de hoogte om een schuit door te laten; daar stroomt de menigte over een brug die pas neergelaten is; wat verder zet een pont een groepje personen over de gracht; aan het eind van de gracht gaat een stoomboot af; aan het tegenovergestelde eind komt een ry vol- beladen schuiten aan; hier wordt een sluis [opengemaakt; ginds glydt een trekschuit over het water; wat verder ziet men de wieken van een molen draaien; daarnaast worden de palen voor een nieuw huis inge heid. Het rammelen der bruggen-kettingen vermengt zich met het geratel der wagens; het fluitje der stoombooten overstemt het deuntje van den klokketoren, het touwwerk der schepen vereenigt zich met het loof der boomen; de koets rijdt naast de schuit; de winkel spiegelt zich in de gracht en de zeilen worden weerkaatst door de winkelglazenhet landleven en het zeeleven gaan hier hand aan hand, door en over elkander heen, en vormen samen een nieuw en levendig tooneel als van een feest van vrede en bondschap. „Napoleon de Groote verveelde zich te Amsterdam, maar ik geloof vast, dat het zijn eigen schuld is geweest; ik heb my geamu seerd. Al die grachten, bruggen, breede wa teren en eilanden, vormen een zoo groote verscheidenheid van schilderachtige uitzich ten, dat hoe lang men er ook rondwandelt, men nooit alles gezien heeft. „Er zyn duizend manieren om den tyd aangenaam door te brengen. Men gaat zien naar de aankomst der schuiten, die de melk van de Utrechtsche zijde komen aanbrengen men volgt de schuiten die verhuisboedels transporteeren, met de dienstmeisjes onder BOOTH TAR KINGTON. NAAR HET AMERIKAANSCH DOOR HENRI VAN DE WEG. (Geaut. uitgave van de N. V. Uitgeverij P. D. Bolle.) 1.2) Het „mormel" lag onder de trap van het café. Toen het geluid van Martins voetstappen was ver stild, kroop zij behoedzaam uit haar schuilplaats te voorschijn en sloop door het hooge gras vlak lang de heg naar het hotel. Daar liet zij zich vallen tusschen het onkruid en haalde uit het piekerige haar, dat met een bandje bij elkaar werd gehouden, een verkreukeis stukje grijs papier. Zoo bleef ze een t -genblik liggen, glurend naar Harkless en den jong i man, die naast hem zat. Do straat lag verlaten en grijs in de langzaam vallei, te duisternis; langs den westelijken horizont hok ii, lange, donkerroode strepen het avondrood weg; de eschdoorns werden scherp gesneden sil houetten tegen de paarlmoeren lucht. Harkless had dikwijls bij zich zelf de zonsondergangen in Plattville verwenscht; hij gaf er zich rekenschap van, dat hun pracht te schril afstak bij de over peinzingen, welke de eenzaamheid van deze om geving hem ingaf. Het was immers tijdsverlies na te denken over zich zelf. Gedurende vijf jaar had aijn peinzen geen ander oordeel wakker geroepen, dan mislukking, mislukkingl De zonsondergangen haar heldere mutsjes op den achtersteven staande; men brengt een half uur door op het torentje van het paleis, van waar men het overzicht heeft op het Y, het gewezen Haarlemmermeer, de roode daken van Zaan dam en dat phantastische bosch van masten, torens en molens; men kykt naar het bag geren van de modder uit de grachten, naar het dichtdraaien der sluizen en bruggen, naar de duizenderlei voorzorgen welke deze vreem de stad vereischt, die jaarlyks vierhonderd duizend gulden moet uitgeven om hare wa teren in orde te houden. En weet men niets anders, dan heeft men altyd het schouwspel der dienstmeisjes en knechts, die met pom pen en spuiten deuren der huizen, de vens ters van de eerste en tweede verdieping, en de kleederen der voorbygangers bespuiten. „Zoo is die beroemde stad van Amsterdam, wier geschiedenis niet minder vreemd is dan haar uiteriyk en haar voorkomen." want er is een middel dat U kalm houdt en waardoor Uw geest helder blijft. Mijnhardt's Zenuwtabletten behoeden U voor zenuwachtigheid. Ze zijn verkrijgbaar in kokers van 75 ct. bij Apoth. en Drogisten. (Adv.) Bovendien rust op den kooper, zoolang het voorschot niet volledig is afgelost, o.a. de verplichting, dat hy de woning zelf moet bewonen, öf met goedkeuring van B. en W. door familieleden. Hy mag de woning niet veranderen, af breken, vervreemden of bezwaren, zonder toestemming van B. en W. Indien de kooper zich van zp n bezit wenscht te ontdoen, is de gemeente of de organisatie bevoegd de woning tegen schatting over te nemen. De gemeente kan ten behoeve van de eigenaars der woning een verzekering doen sluiten, ten behoeve van de verdere betaling van rente en aflossing van het voorschot, in geval van overlyden van het gezinshoofd vóór het overschot geheel is afgelost. De overeenkomst kan zonder rechteriyke tusschenkomBt worden ontbonden, indien de eigenaar een der verplichtingen niet nakomt, De woning wordt dan van rechtswege weder eigendom van den verkooper. Deze verplichtingen gelden ook voor de opvolgende verkrygers. De Arbeider Huls-eigenaar. De minister van arbeid, handel en np ver heid heeft aan de gemeentebesturen o.m. het volgende meegedeeld. Herhaaldelpk is de wensch te kennen gegeven, dat met ryksvoorschot ingevolge de Woningwet gebouwde arbeiderswoningen in eigendom van de bewoners kunnen over gaan. De regeering heeft tegen dien eigendoms overgang in het algemeen geen bezwaar en volgt sedert eenige jaren den regel, dat zoo genaamde Woningwet-woningen met dezer- zpdsche toestemming aan partikulieren kun nen worden verkocht, mits die verkoop geschiedt o.a. onder voorwaarde: dat de woningen zullen worden bewoond door den kooper, zoolang deze metterwoon in de ge? meente gevestigd is, en de omstandigheden, die voor ieder geval afzonderiyk beoordeeld moeten worden, zóó zpn, dat de overdracht van den eigendom aan den kooper-bewoner ekonomisch verantwoord is. Ter bereiking van het doel zullen in ieder geval voorwaarden moeten worden gesteld, die zooveel mogelijk waarborgen, dat de woning niet voorwerp van minder gewenschte exploitatie wordt. De minister heeft voor die voorwaarden een leidraad doen samenstellen, waarbp ook in aanmerking is genomen de omstandigheid dat de koopers den vollen kostprps niet aan stonds, maar wel in termpnen, uit eigen middelen kunnen betalen. Voor zoover de koopsom niet in kontanten wordt voldaan, geschiedt de voldoening met een door de gemeente te verstrekken voorschot, dat in ten hoogste 30 jaar moet worden terugbetaald. De woning wordt verkocht, indien zp nieuw gebouwd is, tegen kostprps, en in andere gevallen tegen een door drie deskundigen te bepalen prps. De kooper moet tenminste 10 pet. van de koopsom bp het sluiten van den koop uit eigen middelen betalen. De woning wordt bij do overdracht hypothecair voor het restant van de koopsom verbonden. maakten hem telkens weer down. Als hij die had kunnen uitschakelen, zou het wellicht anders ge weest zijn. Zijn melancholiek gelaat werd somberder nu hij zat in de schemering, terwijl William Todd hem gezelschap hield. Plattville had dikwijls over de eigenaardigheid van den uitgever, zoo zwijgend voor zich uit te staren, gepraat. Mr. Martin kwam tot de conclusie, dat mr. Harkless zulk een zwijgzaam man was, omdat hij niemand had om mede te praten. De anderen wilden dit niet toestemmen, want voor de bevolking van Carlow County was dé vraag of de menschen in andere plaatsen meer ont wikkeld waren, een teer punt. Zij gaven echter toe, dat de zwijgzaamheid van Harkless met onvriende lijkheid niets uitstaande had, wat er ook de oorzaak van mocht zijn. Als hij sprak, had hij altijd iets bij zonders. Misschien had hij wel het land aan praten, omdat hij zooveel schreef. Een gebogen gedaante kwam langzaam in hun richting en werd door William Todd vroolijk be groet: „Goeien avond, mr. Fisbee.' „Goeien avond mr. Todd," antwoordde de oude man. „Mr. Harkless, ik zocht u juist." De oude man scheen diep in gedachten verzonken, maar naderde Harkless, nerveus frommelend aan pa pieren, welke hij bij zich had. „Ik heb mijn artikel voor ons Zaterdagavond- nummer gereed. Het ging nog al vlug; er was niet veel meer aan te doen." „Dank u wel, mr, Fisbee," zeide Harkless, terwijl hij het manuscript aannam. „Hebt u dat artikel over de vroegste symboliek van het Christendom ai gereed. Ik hoop, dat de „Herald" de eer mag hebben, het te publiceeren." Dit was de manier, waarop zij met elkander steunen, wanneer de regeering en het Neder- landsche volk haar in staat stelt de taak die zij op zich genomen heeft uit te voeren. Ieder die er wat voor voelt Suriname voor Nederland te behouden (er is reeds meermalen over gesproken Suriname maar te verkoopen) zou zich bij dit verbond moeten aansluiten. De minimum contributie is zeer gering. Vraag bij het secretariaat eens inlichtingen over de toestanden in Suriname en U zult onmiddeliyk van het bovenstaande en van nog veel meer overtuigd worden. plachten te spreken. „De eer zal geheel aan mij zijn," antwoordde mr. Fisbee. „Uw welwillend aanbod bespoedigt mijn werkzaamheden, maar ik vrees, mr. Harkless, ik vrees werkelijk, dat van uw vriendelijkheid te veel wordt gevergd. Ik durf niet zeggen, dat mijn essays eenigen invioed hebben op onze oplaag." Hij maakte een ontmoedigd gebaar, toen hij voort ging „Zij lezen die niet eens, mr. Harkless, al ver zekert mr. Martin telkens, dat hij zorgvuldig mijn artikel over Chaldeeuwsche schilderkunst neerlegt, als hij zijn etalage hernieuwt en al herinner ik mij de opmerking van een krant uit Rouen, welke u mij liet zien, waarin met waardeering werd ge sproken over de opvoedende artikelen in de „He rald." Doch sedert vijftien jaar heb ik geprobeerd Plattville eenig gevoel voor kunst bij te brengen en ik kan niet zeggen, dat ik er veel succes mee heb gehad. Om u de waarheid te zeggen," (de stem van mr. Fisbee trilde) „ik kan me niet herinneren, dat ooit iemand een enkel bemoedigend woord heeft gesproken voor u kwam, mr. Harkless. Sinds dat oogenblik kon ik werken met meer energie; ik kan er mij niet op beroemen, dat onze archirec- tuur iets beter is geworden en de plaatjes, welke de menschen hier aan den muur hangen, toonen weinig verschil bij vroeger. Maar ik ik wou u nog zeg gen, mr. Harkless, als u het noodig acht, hier en daar eenige veranderingen in mijn artikel voor Zaterdagavond aan te brengen, zal ik het volkomen begrijpen, omdat de journalistieke vorm dat eischt. Goeden avond, mr. Harkless, goeden avond, mr. Todd." Hij liep enekeie passen en keerde zich toen be sluiteloos om. Fisbee bleef een oogenblik staan, als was hij SURINAME. Wie betaalt het jaariyksche tekort van 2 a 3 millioen) Zoo is dan de begrooting van Suriname zonder de zoo noodige belangstelling door de Eerste Kamer en zonder hoofdelyke stemming weder aangenomen. De Nieuwe Rotterdamsche Courant (Och tendblad C van Donderdag 15 Mei 1930) beschouwt Suriname als een patient en hoopte dat Dokter Fock het geneesmiddel aan de hand zou kunnen doen om Suriname gezond te maken. Ja Suriname is ziek maar waar ligt de schuld? Waarom ligt dat mooie land daar braak? Zyn die prachtige landen niet in cultuur te brengen? Ongetwyfeld zou men Koffie Cacao Katoen Ryst en Rubber met succes in Suriname kunnen telen maar daarvoor zyn in de eerste plaats noodig gezonde menschen. Het ligt in Suriname niet aan gebrek aan kapitaal, neen ook niet aan Hollandsche Energie, het is het land en de bevolking die lgden onder de verwaarloozing, die heeft plaats gehad na de afschaffing van den slaven handel. Nu reeds sinds 30 jaar verspeelt Nederland ruim 3 millioen per jaar aan deze kolonie, die een bloeiende kolonie kou zyn wanneer men slechts krachtig uitroeide de broeinesten van besmetteiyke ziekten, de poelen reinigde, goed drinkwater verschafte, en zorgde voor goede wegen te water en te land. Natuurrijk dat kost geld, zelfs veel geld, maar dat geld is goed besteed. Dat brengt dubbel en dwars zyn rente op, terwyi wy Nederlanders nu elk jaar ruim 3 millioen bypassen waar wij niets voor terugkregen, Suriname is vol zieke koelies, terwyi er elk jaar nog meer bykomen, door aanvoer uit Java. Worden nu in Suriname de hygiënische toestanden verbeterd, dan staat het Nationaal Verbond tot Bevordering der Kolonisatie in Suriname, gevestigd te Rotterdam (goedge keurd by' Kon. Besluit dato 18 Pebr. 1928, St. Ct. No. 33) met haar plannen gereed om Nederlandsche landbouwersgezinnen naar Suriname uit te zenden. Het Emigratiefonds van dit Verbond (Secretariaat Delistraat 38 's-Gravenhage) zal die uitzendingen krachtig het punt te spreken, toen glimlachte hij, schudde het hoofd en ging zijns weegs. Harkless keek hem verbaasd na. Het viel hem in en het irriteerde hem, dat als Fisbee aan zijn voornemen gevolg had gegeven hij den raad zou hebben gekregen, een bezoek te brengen bij rechter Briscoe. Hij glim lachte ongeduldig en haalde een potlood uit zijn zak, om bij het flauwe schemerlicht het artikel, dat zijn redacteur hem juist had ter hand gesteld, door te lezen. Het zou gepubliceerd worden onder de rubriek destijds door den voorganger van Har kless ingevoerd, en aangehouden, omdat laatst genoemde wist, dat Plattville de „Gebeurtenissen in onze stad" niet zou willen missen. In kleinere letters prijkte het opschrift; „Verbeteringen in de zakenwereld". Het artikel van Fisbee ving aan op deze wijze: „Opgemerkt dient te worden, dat het nieuwe uit hangbord van mr. H. Miller thans is aangebracht. Het spijt ons, dat mr. Miller den schilder niet op dracht gat een eenvoudig lettertype te gebruiken." „Maar Fisbee," mompelde Harkless verwijtend, „dat nieuwe uithangbord is bijna de eenige vooruit gang in onze zakenwereld sedert een jaar. Hoe dik wijls hebben wij er al niet over geschreven. Eesrt heette het: het gerucht loopt, dat Herv Miller over weegt", toen werd het: „besteld" en vervolgens: „het laatste stadium". Mijn arme, witte ridder, zijn vijf jaar training dan volkomen waardeloos? Soms ben ik er heusch bang voor. Plattville snakt naar een beschrijving van het aanbrengen van het nieu we bord en jij begint zonder meer met de climax." Hij begon snet te schrijven, diep over zijn papier gebogen in het halfdonker. Wat hij schreef, was eenvoudig een aanvulling van de interessante mede- deeling (die iedereen reeds wist), dat Herv Miller De Voeding van zieken. In verband met dit onderwerp wil ik nog iets zeggen over de kunstmatige voedings- praeparaten. Het eerste praeparaat van dien aard was eigenlijk het Liebig's vleesch- extract, dat indertyd een enorm succes heeft gehad. Een voedingsmiddel is het niet, maar een opwekkend middel van groote waarde. Natuuriyk is Liebig's praeparaat niet zonder concurrenten gebleven. Men heeft getracht ook uit andere stoffen als vleesch goed sma kende bouillon-praepaiaten te verkrygen en de grondstof, die daarvoor wel het meest gebruikt wordt, is gist.Wanneer in bier brouweryen de gist haar werking heeft ge daan, is het produet voor den bierbrouwer waardeloos en kan als meststof gebruikt worden. Maar de tegenwoordige industrie is er op uit ook den afval van fabrieken pro ductief te maken en zoo heeft, men ook ge tracht van gist te halen, wat er van te halen valt. De bouillon-gistpraeparaten herinneren in hun smaak werkelijk eenigzins aan het geurend vleescheextract en dit behoeft ons uit een scheikundig oogpunt niet te verwon deren, omdat de extractiestoffen van vleesch en gist scheikundig niet ver van elkaar ver- wyderd staan. Verschillende pepton- en albuminose- prae- paraten zijn ontstaan op grond van de vole gende redeneering: By zieken is de maag dikwijls niet in staat haar werk behooriyk te doen, eiwitten worden niet verteerd; wel nu, laten wij de maag een beetje helpen en aan den patiënt eiwit geven, dat reeds met maagsap behandeld is. Scbynbaar is deze redeneering volkomen logisch. Maar wat leert de ervaring Dat deze praeparaten zeer slecht worden verdragen en maar in uiterst kleine hoeveelheden gebruikt kunnen wor den. Vandaar dat de voorschriften zyn: 3 maal daags een theelepeltje, of iets derge- ïyks. En wat zou dit kunnen helpen, ai be stond het praeparaat voor 100 pCt. uit eiwit? stoffen, wanneer men er toch maar enkele grammen per dag van kan gebruiken, ter? wijl de hoeveelheid eiwit, die wy per dag noodig hebben, op ongeveer 100 gram ge schat kan worden. Cb. B. FAILLISSEMENTEN. (Opgegeven door Van der Graaf Co., afd. handelsinformaties Opgeheven: Th. Ant. de Waal koopman, wonende te Achthuizen (gemeente Ooltgensplaat) B 187. een nieuw bord had laten aanbrengen. Herv blijft altijd even ondernemend. Dit is een stap in de goede richting, schreef de uitgever. Hij las nauwkeurig de overge bladzijden door, hier en daar een wijziging aanbrengend. De laatste opmerking van Fisbee luidde: „In de nieuwe en eenigszins ongelijkmatige deur, welke Solomon Tibbs in de woning van mr. Henry Tibbs Willets heeft gemaakt, is een roccoco deco ratie aangebracht, welke den voorbijganger droevig zal stemmen." „Miss Sherwood uit Rouen, een vriendin van miss Briscoe op de kostschool van Mrs. Jennings te New-York, logeert thans bij rechter Briscoe." De berichten van Fisbee waren geschreven met inkt; op het papier was veel wit gelaten. Onder aan de bladzijden was iets met potlood gekrabbeld. Harkless probeerde tevergeefs het te ontcijferen, het was te donker geworden en het handschrift was zoo flauw, dat hij een lucifer moest aansteken. Hij deed dit, omdat zijn belangstelling was ge trokken, maar toen hij den eersten van de vier regels goed bekeek, ging hij met een roepuit van verbazing rechtop zitten. Onder aan de pagina had een vrouw geschreven in een handschrift, dat hij sedert jaren niet meer had gezien: „De wijsgeer sprak: thans is het tijd voor diepgaande overleg voor zaken doen met noesten vlijt voor timmeren aan den weg. Hij stak het papier in zijn zak en liep haastig de straat op. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1930 | | pagina 1