Leest „Onze Eilanden" DERDE BLAD. No. 42 29 Maart 1930 Provinciale Staten. Een rondreis door Amerika. HEEREN-BAAI W etenswaardigheden ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 29 MAART 1930. 9 ZUID-HOLLAND. Op desbetreffende vragen van het lid der Staten A. Braat hebben Gedep. Staten ge antwoord, dat zy op grond van een ter plaatse ingesteld onderzoek en op grond van daar omtrent van het betrokken gemeentebestuur ontvangen gegevens niet toegeven, dat over de aanwezigheid van hekkea'ï>p het verharde gedeelte van den Westdijk en den Meeldijk onder Hekelingen als van een groote ver- keershindernis gesproken kan worden. Wel zyn zij van oordeel, dat het verkeer over de wegen op den Westdijk en den Meeldijk, evenals dat over alle overige wegen, zoo weinig mogeiyk behoort te worden belem merd. Gedep. Staten zijn bereid, de vergunning tot het hebben van bedoelde hekken zoodanig te wijzen, dat twee hekken zullen vervallen en één hek zal worden verplaatst. Hierby merken zij op, dat twee der overige hekken niet staan op den door den Westdyk en Meel- dy k gevormden weg en dat aan de gewijzigde vergunning voorwaarden zullen worden ver bonden, onder meer ten aanzien van den tyd van het jaar, gedurende welken de bek ken moeten openstaan of zijn weggenomen. I. Een zakenreis naar de Vereenigde Staten van Amerika wordt zelfs door ons Neder landers, die zich toch zoo dikwyis buiten de landsgrenzen begeven en veelal moeten begeven, wegens de geringe uitgestrektheid van ons grondgebied als iets minder alledaagsch beschouwd. En men vindt het een heel bijzondere onderneming, wanneer een enkeling, uitsluitend als toerist, opeen rondreis eens een kijkje wil gaan nemen in het land, waarvan ieder tegenwoordig den mond vol heeft. Een land, dat in vrij wel al les nieuwe wegen bewandelt, en daarom den naam van het „Mekka van het Modernisme" ongetwyfeld in alle opzichten waardig is. Een verbiyf gedurende den nazomer in Yankee-land werd dan ook door ons benut om ons zooveel mogelijk op de hoogte te stellen van de toestanden in dit land der onbegrensde mogelijkheden. Eiken zomer trekken de Amerikanen in groote drommen naar Europa. In Juni en Juli heeft te New York een groote uittocht plaats en brengen de geweldige Oceaan- stoomers tienduizenden toeristen naar de Oude Wereld. Hierby vergeleken is het aan tal Europeanen, en vooral ook Nederlanders, die Amerika vooreen vacantiereisuitkiezen, zeer gering. En toch is het ons allen bekend, dat er aan de overzijde van den Oceaan veel te zien en te bewonderen valt. Wy weten, dat daar zy'n de vele grootsch opge zette millioenen-steden, met haar imponee- rende gebouwen, weidsche parken, trotsche bruggen en reusachtige tunnels. Wij hooren steeds de Amerikanen er prat op gaan, dat in hun land alles „the biggest", het grootst, is. Maar wij gaan ons nog te weinig zélf overtuigen, dat alle deze gigantische afme tingen worden voorgeschreven door de har de noodzakely kheid. „Well", de toerist, die na een leerzame rondreis door de Nieuwe We reld het Vrijheidsbeeld en de skyscrapers (wolkenkrabbers) van New York weer onder de kim ziet verdwynen, heeft zich eenigs- zins een denkbeeld kunnen vormen van het geweldige raderwerk, dat deze wonderbare samenleving heeft te besturen. Inderdaad, voor ons toerisme ligt hier nog een geweldig terrein van nieuwe werkzaamheid, en iD het bijzonder voor een sociale organisatie als de Nederlandsche Reisvereeüiging, wel ke reeds zulk een enorm aantal Nederlan ders in Europa buiten de landsgrenzen heeft gebracht. Onze heenreis had plaats met een van de geriefelyke stoomers van de Holland-Ame- rika Lijn, welke een groot aantal Ameri kaansche toeristen, waaronder vele studen ten, huiswaarts bracht Amerikanismen, typische bijzonderheden over Yankee-land, zyn ons allen uit couranten, tijdschriften en boeken bekend, en in het bijzonder wat be treft het geweldige verkeer, de hemelbe stormende skyscrapers, e.d. Wy weten ook, dat er in het algemeen tusschen het reizen in Amerika en in Europa een zeer groot verschil bestaat. Maar er zijn van die kleine verschillen en afwijkingen, die men alleen in het land zelf kan waarnemen, en het was interessant te vernemeD, welke typische verschillen nu in de eerste plaats de aan dacht van de Amerikanen haddeD getrokken De visie der Yankee's kwam wel zeer dui- deiyk tot uiting, toen door de studenten een cabaret-avond werd georganiseerd, en onder de verschillende „stunts" een voor dracht voorkwam, waarin werd beschreven hoe een Amerigaan Amerika en Europazipt Plaatsgebrek belet om deze aardige, typisch Amerikaansche voordracht in te lasschen De eigenlijke Oceaan-reis begint na het vertrek van Southampton, en het gezellige verblijf aan boord is een aaneenschakeling van heerlijke en nieuwe gewaarwordingen van het oogenblik af, dat men de zon voor het eerst in al haar pracht boven de kim ziet verrijzen, tot men de schilderachtige Amerikaansche kust ziet opdoemen. En dan is het einddoel van de zeereis; New York, spoedig bereikt. New York! De grootste stad van de we reld, zoowel wat bevolking als bebouwde oppervlakte betreft, en daardoor natuurlijk ook in alles met de allergrootste afmetin gen. Nadat Hudson, in dienst van de Oost- Indische Compagnie, in 1609 met zijn schip „De Halve Maan" de naar hem genoemde rivier was opgevaren, werd in 1626 Port Amsterdam opgericht, waartoe de Gouver neur van Nieuw-Nederland, Peter Minuit, het eiland Manhattan, thans van billioenen waarde, voor een vaatje rum en zestig gul den van de Indianen kocht. Nieuw-Amster- dam, het dorpje dat in 1664 1500inwoners telde, is in den loop der eeuwen uitgegroeid tot het tegenwoordige Greater New York, welks bebouwde oppervlakte als grootste Lengte 60 K.M. en als grootste breedte 80 K.M. heeft en een bevolking van ver over de 10 millioen zielen bevat. Het is natuurlyk onmogelijk, in een klein bestek als dit een volledig begrip van deze geweldige metropolis te geven. Echter, met enkele cyfers reeds kan de beteekenis van New York eenigszins worden geschetst Meer dan vijftig volken der aarde zijn er vertegenwoordigder wonen meer Italianen dan te Rome, meer Ieren dan te Dublin, meer Duitschers dan te Bremen. Elke zes minuten heeft een geboorte plaats, elke tien minuten een huwelijk. De stad wordt dage lijks door 850.000 personen bezocht; elke 45 seconden komt een personentrein binnen Alleen reeds op het grootste der talrijke stations worden per jaar bijna 80 millioen reizigers voor langeren afstand vervoerdde treinen, in de stad vervoeren jaarlyks 2500 millioen passagiers, de ondergrondsche per dag ver over de 2 millioen. Elke 40 minuten ontstaat een nieuw gebouw; elke tien mi nuten wordt een nieuwe zaak geopend. El- ken dag zyn er ruim 2000 theaters en bios copen, en 1500 kerken open; alleen reeds de theaters aan Broadway, die met zijn 35 K.M. lengte als de langste straat der wereld geldt, bieden zitplaatsen voor 760.000 toe schouwers. Er zyn hotels met meer dan 2000 kamers en even zoovele badkamers. Het aantal telefoonaansluitingen is grooter dan dat van Londen, Parijs, Berlijn, Amster dam, Rotterdam en Den Haag tezamen. De stadspost heeft dagelijks 12 millioen stuk ken te verwerken. Wat de haven betreft, elke twintig minuten wordt een groote Oce aanstoomer geloodst; slechts een zeer snel varend schip zou in acht dagen alle kaden en pieren kunnen afvaren. Enz., enz., enz., Het wekt dan ook allerminst verwonde ring, dat de toerist, die vertrouwd is met de verschillende hoofdsteden in Europa, in het begin eenigszins verbijsterd is. Want New York is de stad van het onverwachte, het grillige, het uiterst verbazingwekkende. Van uit zee iykt het, met zijn imposante rij van huizen-torens, een sprookjesstad; betreedt men de City, dan gevoelt men, dat daar bo ven in die wolkenkrabbers nog een wereld leeft. Een zomeravond op een dakrestau rant, te midden van duizenden verlichte vensters, bevestigt opnieuw, dat New York feeériek, als een sprookje, is. Skycrapers vormen geen voordeelige geldbelegging; zij worden spoedig verouderd geacht, en wor den dan onverbiddelijk neergehaald en ver vangen door gebouwen, nóg hooger, nóg mo derner, nög practischer dan hun voorgangers. Gebouwen, welke nog vele eeuwen zouden kunnen trotseeren, worden afgebroken, om dat zy niet meer aan de allerhoogste eischen kunnen voldoen. Het hoogste gebouw is nog steeds Woolworth-Building, 286 M hoog en by na 60 verdiepingen tellend, hoewel nog veel hoogere in aanbouw of in voorbereiding zijn. Een skycraper als Woolworth-Building, dat ongeveer 15.000 menschen herbergt, is een stad op zichzelf, waarin de expres- en boemel-liften de verkeersmiddelen vor men. Vooral in dezen torenbouw komt tot uiting de rustelooze, gespannen Amerikaan sche geest, die snel en onverzettelijk voor waarts dringt, nimmer tevreden is met het bestaande, altijd zoekt naar middelen tot grondiger organisatie en voortdurend het vroeger onbereikbaar geachte najaagt Doordat een groot aantal skycrapers op een beperkte ruimte zijn opeengehoopt, staat men voor geweldige verkeersmoeilijk heden. Groote massa's komen eiken morgen naar dit deel van Manhattan, en keeren des avonds terug; allen wenschen op ongeveer hetzelfde tijdstip te worden vervoerd. Hon derdduizenden verzinken spoorloos in den grond,.waar de ondergrondsche hen wacht; honderdduizenden verdwijnen van de straat doordat zij naar de bovengrondsche klim men Deze spitsuren van het vervoer, de zgn. rush-hours, zijn berucht. Velen maken ook gebruik van een auto, het enorme ver keer in de straten wordt automatisch door lichtsignalen geregeld. De auto, welke in Amerika de plaats van de fiets ten onzent inneemt, is in een stad als New York, waar de geweldige drukte en de enorme afstanden wandelen practisch uitsluiten, het aangewezen middel voor sight-seeing Met de „car" gaat, het van The Battery, de Zuid-punt van Manhattan, met Custom House, waarin bijna 3 000 douane ambtenaren werkzaam, zijn, naar Financial District; hier bevindt zich in Wallstreet,een oude straat, waar men zich tusschen de hooge bankgebouwen als op den bodem van een smalle kloof waant, de Stock Exchange. Dank zij een introductie zonder goede introducties bereikt men in Amerika niet veel! - mochten wy het beursgebouw betre den; merkwaardig was het gade te slaan, hoe in dit milieu, waar men niet meer met millioenen, doch met milliarden rekent, de onaandoeniyke „ticker" een hoogst ner veuze stemming te voorschijn kan roepen. Vervolgens gaat het over Brooklyn Bridge, de geweldige brug welke als een der won deren van de wereld geldt, naar het uit gestrekte Brooklyn, en terug over Manhat tan Bridge, een niet minder geweldig ge vaarte. Onder deze beide hangbruggen, waarop de auto's aan een minimum-snelheid van 3D K.M. per uur zyn onderworpen, zuiks om opstopping van het verkeer te voorko men, kunnen alle schepen, zelfs de geheele Amerikaansche oorlogsvloot, passeeren zon der dat de masten behoeven te worden ge streken Daarna gaat het door Chinatown, de typische Chmeezenwyk, en tal van min dere buurten naar Fifth Avenue, de woon straat der millionairs; deze leidt naar het uitgestrekte Central Park. Een ander groot park is Bronx Park, dat by de 180ste straat begint (zoowel de hoofdwegen, avenue's, als de dwarswegen, streets, hebben geen namen, doch nummers). De terugrit downtown ge schiedt langs de schoone Riverside Drive; hier vindt men prachtige apartment houses, en aan de Hudson-zyde Grant's Tomb. Na dezen rondrit kan worden begonnen met een bezoek aan verschillende beziens waardigheden. Een goed begin is het be- stygen van Woolworth-Bldg.; het prachtige panorama maakt den toerist wat meer ver trouwd met de ligging der stad. Hierna vol gen; de Public Library, het Museum of Natural History, City Hall, de Universiteit, het Aquarium, en natuurlijk nog eenige skyscrapers, zooals Standard Oil Bldg., Equitable Bldg., Singer Bldg., Telephone Bldg., New York Life Bldg., Metropolitan Tower, Times Bldg., enz., enz. Niet achter wege mag blyven een bezoek aan eenige groote stations. Grand Central Station be vindt zich geheel onder den grond; de vreemdeling wordt lachend gewaarschuwd zich niet zonder geleide in dezen doolhol te begeven, op straffe van te zullen verhon geren. Langs de perrons kunnen 1200 wagons tegeiyk worden gereedgezet; per uur kun nen 80.000 personen worden vervoeid. Id deze stad onder de aarde, waarvan men bovengronds niets bemerkt, sterft het leven nooit uit. Hoogst interessant is ook een be zoek aan een groot hotel, b.v. aan Astor- Hotel, dat partyen tot gezamelyk 6.000 per sonen kan ontvangen; aan een der gewel dige stadions, die 50.000 a 60 000 toeschou wers kunnen bevattenaan een bioscoop-paleis als Roxy of Paramount Theatre, waar 's nachts 12 uur een nieuwe voorstelling begint en te 9 uur 's morgens alweer 4000 5000 menschen toegang verlangen; aan een der restaurants welke nimmer sluiten, onder het motto: „We threw the key away" (wy wierpen onzen sleutel weg). Voor kleinere uitstapjes komt allereerst in aanmerking Statue of Liberty, het kolos sale Vrijheidsbeeld op Bedloe's Island. Het beeld, staande op een voetstuk van 155 voet, is 151 voet hoog; men kan het binnen door beklimmen, en het hoofd kan veertig, de opgeheven arm twaalf personen bevatten. En vooral mag Coney Island, de permanente reuzen-kermis, waar op Zondag een millioen menschen dooreenkrioelt, niet worden ver geten. Aan de overzijde van de Hudson ligt New Yersey; men kan dit bereiken meteen der formidabele ferries, of door den Holland tunnel onder de rivier, welks totale lengte 9250 voet bedraagt en door welken op den dag der opening 52 000 auto's passeerden. En heeft men nog tijd voor wat grootere uitstapjes, dan bezoeke men Rye-Beacb, eveneens met een uitgestrekt amusements park, of make een boottocht over de Hudson, langs de fraaie Palisades. En daarna: de States in! ECHTE FR1ESCHE 20'50 a per ons (Adv.) ZONDAG. Vooruit zij de leuze van 't ieven, Wie keert, wie vertoeft, vindt den dood, Vooruit, volgt de lichtwolk in 't zweven, Al droeg zij d'orkaan in den schoot. Vaart henen, rooskleurige droomen, Gespannen om 't ziekelijke brein. Elke ader moet trillen en stroomen, De blik zij blij,moedig en rein. De man is tot strijden geschapen, Hij vormt zich de baan waar hij treedt; De krans die eens bloeit om zijn slapen, Groeit op uit zijn bloed en zijn zweet. J. F. Brouwenaar. MAANDAG. Gewoonlijk zijn we bijster goed op de hoogte van onze rechten en van de plichten van an deren, 't moest andersom zijn. DINSDAG. Alleen strijd en offers vormen karakters. WOENSDAG. Zie niet altijd naar hetgeen gij niet krijgen kunt, of zie er zóó goed naar, dat ge merkt 't wel te kunnen missen. DONDERDAG. Zoolang nog één illusie ons bezig houdt is ons leven niet ledig. VRIJDAG. We jagen maar al te vaak zelf op onzen levensweg stofwolken op en klagen dan dat we er last van hebben.. ZATERDAG. Menige daad tellen we eerst voor iets als zij van ons zeiven gevraagd wordt. VERKOOPINGEN. Op MAANDAG, 31 Maart 1930, bij Inzet Op MAANDAG, 7 April 1930, by Afslag telkens des avonds 7 uur in het Hotel Meijer te Middelharnis van; het WOON HUIS met ERF en het pakhuis met Schuur en Bouwland te Middelharnis; alles in gebruik by den heer C. van Schelven, al daar. Notaris VAN BUUREN. Op Donderdag 27 Maart 1930, bij Afslag telkens des avonds 7 uur in het Hotel Meijer te Middelharnis, van het WOON HUIS met erf te Middelharnis, op den hoek van Visschersdijk en Spui, kad. Sec tie B. nr. 3521 groot 1 are 21 centiaren Direct te aanvaarden. Ten verzoeke van dhr. P. Born H zn., aldaar. Notaris VAN BUUREN. Op WOENSDAGEN 2 en 9 April 1930 tel kens 's avonds 7 uur te Middelharnis in Hotel Meyer veiling en afslag van Een HUIS met Schuur te Middelharnis aan de Voorstraat ten verzoeke van de Erven van Wijlen Mej. A. W. Korteweg. Op Woensdag 2 April 1920 voorm. 10 uur te Stellendam aan den Nieuwen weg van 11 stuks Vee, karn- en melkgereedschap- pen enz. ten verzoeke van den Heer Jac. Lokker Jzn. Notaris VAN DER SLUYS. Bijdragen, niet grooter dan 48 en niet kleiner dan 36 regels, mogen voor deze rubriek worden ingezonden. Bij opname vergoeden wij voor actueele (niet plaatselijke) gedichten 2,50. (Nadruk verboden) 'T GRIJS WORDEN. Als je flink bent, sterk en krachtig, Vol gezonden levensmoed, Als het leven je zoo mooi lijkt, Zoo vol warmte en vol gloed... Voel je je inééns héél ernstig, Maak je een verschrikt gebaar, Bij 't ontdekken op een morgen Van je eerste grijze haar. Even blijf je dan een wijle Héél diep in gedachten staan, Want dit eerste grijze haartje. Wijst 't Begin van 't Einde aan. Vader Tijd staat vanaf heden, Daag'lijks met zijn witkwast klaar, Doet onmerkbaar kleine streekjes Over je prachtig hoofd met haar. d' Eerste worden nog uitgetrokken, ('n Mensch geeft het zoo gauw niet op), Maar.de keus wordt onverbiddelijk: „Een grijzen öf een kalen kop!" W. B. A. OPLOSSINGEN DER RAADSELS uit ons vorig „Hoekje". 1. Die der gewichten. 2. Een tooneelspeler. 3. De haring. 4. De echo. 5. De courant. 6. Waar het niet diep genoeg is om te zwemmen. NIEUWE RAADSELS. 1. Een molenaarskind kwam in zijn vaders molen, die niet rond was van onderen, maar vier hoeken had. In iederen hoek zag het kind drie zakken staan, op iederen zak zaten drie oude katten en iedere oude kat had drie jongen bij zich. Hoeveel voetjes waren er nu in den molen? (Van „Rekenaar".) 2. Op vier en twintig beenen loopt het vlug, maar als 't naar huis gaat loopt 't op zijn rug. (Van „Raadselvriend".) 3. In welke verhouding staan wagen en paard tot elkaar? (Van „Padvinder".) 4. Welke schapen vreten meer voer op, de witte of de zwarte? (Van „Elsje".) 5. Waarom wordt de baard later grijzer dan het hoofdhaar? (Van „Weetal".) 6. Men ziet mij gaarne boven ieder huis, Maar er in noemt ieder mij een kruis. (Van „Viooltje".) Het schotelspel. Het schotelspel kan gespeeld worden met een zoo groot of zoo klein aantal spelers als je maar wilt, toekijkers behoeven hier dus niet bij te zijn, wat al vast een prettig ding is. Midden op de tafel worden er een aantal theeschoteltjes gezet en wel zooveel, dat er één schoteltje minder is dan er spelers zijn. Door een aftelversje maak je uit wie er beginnen zal. Als dit is bepaald, gaat de be ginner een verhaal vertellen en zoodra hij of zij daarin het woord „schotel" of „schotel tje" zegt, grijpen alle medespelers, waarbij ook de verteller, naar de schoteltjes, die er op tafel staan. Een zal er natuurlijk geen machtig kunnen worden en wie dit gebeurt, moet bij het volgende spel een verhaal ver tellen. Om het spelletje echt gezellig te doen zijn, moet men in zijn verhaal veel woorden gebruiken, welke met een s beginnen. Laat ik eens een voorbeeld van zoo'n ver telling geven: „Kinderen, gisteren moest ik voor mijn moe een boodschap doen. Kind zei ze, haal jij eens voor mij in den winkel een s... stuiver kruidnagelen. Ik ga naar den winkel en met mijn boodschap in den zak ga ik weer terug. Plotseling zie ik mid den op de straat een sch.schaapje loopen, dat ineens voor een winkel bleef stilstaan. Buiten stonden er verschillende dingen uit gestald: potten, pannen, sch... schaven en ook een sla-kom. Het schaap duwde daarin zijn kop, maar trok dien terug toen hij bemerkte dat de kom leeg was. Alle jon gen, hoorde ik ineens roepen, wou je drin ken? Het was de man, aan wien het beest hoorde. Op dit geluid kwamen de juffrouw uit den winkel en toen ze zag dat het arme dier dorst had, kwam ze terug met een sch. schaal, die ze aan den melkboer gaf, want die was inmiddels gekomen en in de andere hand een schotel water voor het schaap." Bij het woord „schotel" strekken zich nu alle handen uit om een schoteltje van tafel te bemachtigen, waarbij er een met leege handen zitten blijft, wiens beurt het dan is een nieuw verhaal te vertellen. Het fopperijtje. Vraag eens aan iemand om een aantal lu cifers op twee rijen te leggen, doch zoo, dat er in de eerste rij één meer ligt dan in de tweede. Hierbij mag je zelf niet toezien, dus je weet ook niet hoeveel lucifers er in het geheel worden neergelegd. Zeg dan: Neem van de eerste rij een aan tal af, maar noem me dat aantal wel. Verzoek daarna om van de tweede rij zoo veel af te nemen als in de bovenste rij zijn blijven liggen en de bovenste rij daarna ge heel weg te nemen. Zonder dat degeen, die de lucifers vóór zich heeft, je nu een ander getal heeft ge noemd dan allen dat wat hij de eerste maal van de eerste rij af nam, kun je nu zeggen hoeveel er overblijven. Weet je hoe? Door te onthouden hoeveel er de eerste maal van de bovenste rij werd afgehaald en dit aantal met één te verminde ren. Het komt altijd uit, probeer het maar. ZWARE BRAND TE HOBOKEN. Twee aanlegsteigers met pakhuizen verwoest. 400 auto's een prooi der vlammen. HOBOKEN (New Jersey), 23 Maart. In den afgeloopen nacht is een groote brand uitgebroken aan de Hudson tegenover New York, waardoor twee aanlegsteigers met de daarop gebouwde pakhuizen werden ver nield. De brand nam in korten tijd zoo grooten omvang aan dat aan blusschen byna niet te denken viel. De brandweer uit den geheelen omtrek nam aan den blusschings- arbeid deel, doch dit kon niet beletten, dat het vuur oversloeg naar een der nabijge legen steigers, met het gevolg, dat 400 auto's een prooi der vlammen werden. Eerst na 24 uur slaagde men er in, het vuur mees ter te worden. Drie brandweerlieden wer den gewond. De schade wordt geraamd op vier millioen dollar. Het onderzoek heeft uitgewezen, dat de brand is ontstaan in een lokaal voor de arbeiders. NIEUWE MILLIOENEN VOOR DE OVERSTROOMDE GEBIEDEN. PARIJS, 23 Maart. Op verzoek van Tardieu heeft de financieele commissie het voorstel der regeering inzake den steun aan de overstroomde gebieden aangenomen, zoo- dat Frs. 1.000.000.000 voor dit doel wordt bestemd in plaats van frs. 500 000 000 zoo als oorspronkelijk werd voorgesteld. De tegenvoorstellen der socialisten werden ver worpen. Het nationale steunfonds bedraagt op het oogenblik frs. 28.000.000. BLOEDIG GEVECHT MET AUTO BANDIETEN. BUFFALO, 24 Maart. Hedenmorgen is een autobrigade der politie in een gevecht gewikkeld geweest met eenige bandieten, die zich in gestolen auto's bevonden. Vier personen werden hierbij gedood en één ge wond. De politie had bericht gekregen, dat acht auto's vermist weiden en bij haar speur tochten stuitte zij op de bende auto-ban dieten. MELANCHOLIE. Woeste, wilde vlagen Gieren over 't land, Over veld en duinen, Ver weg stuift het zand. Zweepend slaan de golven Tegen 't vlakke strand, Eenzaam en verlaten Klimt der duinen rand. Op der duinen toppen Blijft de zwerver staan, Ziet in al dat woeden 't Lot der menschen aan. 't Strijden voor het leven, Stryd om het bestaan Boven 't trieste schouwspel Zilvert droef de maan. W.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1930 | | pagina 9