Leest „Onze Eilanden" EERSTE BLAD [JIJ s STUDIE-WATERVERF HEERENBAAI VERKOOPINGEN. orgens uur. ADVERTEERT IN ONZE EILANDEN p en Influenza e Koude atiek ijneny jn Sanapirin jiet Beste! 5 ADVERTENTIE TARIEF. f 1,— ZATERDAG 1 FEBRUARI 1930 DOOR EENS ANDERS SCHULD. S.B.Z. Middelharnis-Sommelsdijk. ;ijn hts de )29, I VI de leel de lari md zijn ird- ing ge- een iwd l.A. ten pe pe rt, gen Op WOENSDAG, 5 Februari 1930, des v.m. 10 uur. Van PAARDEN, Wagens en Land bouwwerktuigen, Ten verzoeke- en aan de Bouwschuur van den Heer C. v. Gurp nabij „PANHUIS" te Middelharnis. Notaris VAN BUUREN. Op DONDERDAG 20 Febr. 1930, bh" Inzet en op DONDERDAG 27 Febr. 1930 bij Af slag, des avonds 6 uur in het Hotel Spee te Sommelsciyk van: A. Het HUIS met het altijd durend recht van erfpacht van den grond van het per ceel te Sommelsdljk, Sectie B nr 2682, groot 1 are 4 centiaren, bewoonde geweest door Jan Kattestaart Rz. B. Het perceel tuin- en boomgaardland in den Wildeman te Sommelsdijk, Sectie B. nr 816, groot 9 aren 90 centiaren, (±74 Sommelsdijksche roeden) in 2 perceelen en combinatie, ten verzoeke van de hee- ren P. C. Appel en Abr. de Mooy. Notaris van Buuren. Op DONDERDAG 6 Februari 1930 bij Inzet op DONDERDAG 13 Februari 1930 bij Afslag telkens des avonds 7 uur in het Hotel Meijer te Middelharnis. Het Woonhuis met erf aan den Oostdyk te Middelharnis, bewoond geweest door den Heer P. Pieterse. Notaris VAN BUUREN. Op DONDERDAG, 13 Februari 1930, des n.m. 2 uur, van Meubilaire Goederen en ver deren inboedel aan het huis, bewoond ge weest door den Heer P. Pieterse aan den Oostdijk te Middelharnisom contant geld. Notaris VAN BUUREN. Op DONDERDAG, 20 Februari 1930, des v.m. 9£ uur, aan den Waterweg te Middelhar nis, van 6 PAARDEN, 13 stuks Hoornvee, Veer wagen, Landbouwwerktuigen,[enz. ten verzoeke van den Heer Johs. Struik, al daar. Notaris VAN BUUREN. I iiiiiiijjiiiiiijiiiiiiiiniiJiiiiiiiiiiiiiuiiiimiiiiiiiiiffliifflfflïiiiiiiiiniïaDiiiiJiiiiiiMUiiiiiuuiim] tkiüartoaC-fl.25 fn per post X per maand, tsihen? mei twee ïbladen. ng bevat 16 bladzyden, groot formaat T van modellen voor elk soort dames- eding en handwerken. Abonneert V ie Uitgevers dezer courant t n Men lette vooral op den naam daar deze tabletten wettig beschermd zijn tegen namaak en vervalsching. Prijs 40 en 75 cf. Proefb.uisjes 25 ct. B? Apoth. ca DrogftUa. ar in eiken boekhandel. Prijs per kwartaal Losse nummers 0,07' ADVERTENTIËN van 16 regels 1,20 Elke regel meer 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. 12E JAARGANG. - N°. 26 Week-revue. Binnenland. Het gaat met de voetbalpaladijnen in de verkeerde richting, aangezien het edele spel steeds meer gaat ontaarden in ruw spel, on danks een circulaire der K.N.V.B. De wed strijdverslagen der afgeloopen Zondag leveren verschillende gevallen van ernstige verwon dingen op, uitsluitend te wijten aan ruw spel. Een vluchtige telling levert vier slachtoffers met een beenbreuk, een met een gat in 't hoofd, mitsgaders eenige scheidsrechters die ter nauwernood aan de woedende aanvallen van voetbal-inboorlingen zijn ontsnapt. Het af takelingsproces voltrekt zich in een angst wekkend snel tempo en zoo langzamerhand wordt het baantje van scheidsrechter een der meest gevaarlijke liefhebberijen. Het zijn niet aile koks die lange messen dragen, doch het zijn evenmin allemaal sportmenschen die het bruine monster nahollen, of nastaren. Voor eenige jaren hadden de Amerikanen een handig zakenman, die tegen vergoeding van de noodige dollars de Amerikaansche boe ren idem zooveel regenval garandeerde. Hoe meer men betaalde hoe natter het werd. Dit moet een voordeeiig zaakje zijn geweest, doch in het vervolg krijgen zulke zakenmenschen geen kans meer. De heer Veraart uit Rijswijk heeft in samen werking met het natuurkindug laboratorium van prof. Keesom te Leiden langdurige proef nemingen verricht en zullen dezer dagen hun mislukte proeven van verleden week herhalen, teneinde aan te toonen dat er langs kunst- matigen weg regen is te verwekken. Dit resul taat moet bereikt worden door tot poeder ge wreven ijs met een temperatuur van min 100 graden Celsius, welk poeder vanuit een vlieg machine op groote hoogte wordt uitgestrooid. Door de koude-verwekking en door de elec- trische lading van de met tamelijke snelheid dalende ijsdeeltjes, hoopt men de wolken massa tot neerslag te dwingen. Het denkbeeld iijkt niet kwaad, regenbuitjes op bestelling, zelfs al raken hierdoor de baro meters heeiemaal in discrediet. De beurscrisis, waardoor duizenden in en buiten ons land hun geheele vermogen hebben vergokt en dat reeds in het buitenland tot verschillende drama's heeft gevoerd, heeft deze weer in Den Haag eveneens tot een droef drama geleid. De heer K., oud-administrateur uit Indië, heeft als gevolg der geleden verliezen aan de beurs ernstige onaangenaamheden met zijn vrouw gekregen, en heeft waarschijnlijk eerst zijn vrouw en daarna zichzelf door recolver- schoten van het leven beroofd. Toen een 15- jarig dochtertje even na vieren uit school thuiskwam, vond het ontstelde kind eerst het lijk van haar vader, waarna ze de straat op liep, vrijwel direct in de armen van haar broe der, welke even te voren door den heer K. was uitgezonden voor een boodschap. Het drama moet zich snel hebben voltrokken en uit het ingestelde onderzoek valt af te leiden, dat hier sprake is van moord en zelfmoord. FEUILLETON. W. HEIMBURG. VERTALING VAN HERMINE. (1Geautoriseerde uitgave van D. Bolle.) 49) „Neen," bekende zij met neergeslagen oogen, „want ik heb ge zult 't wel niet kwalijk nemen, Annelise ik heb toevallig dat pak in ontvangst genomen en 't achter gehouden, omdat ik dacht omdat ik 't beter vond dat gij den inhoud aan Brankwitz zelf teruggaaft, of 't anders door de nicht liet doen, want Bernhard, ziet ge hij hij" Zij beefde nog meer en haar dunne gloeiende vin gers trilden tusschen de mijnen. „Verontrust u maar niet, mama. Ge hebt mis schien gelijk," stemde ik toe. „Als ik zijn adres had geweten, zou ik 't natuurlijk per omgaande zeg mij maar, waar die vervelende afzender zich tegenwoordig ophoudt, dan zal ik 't dadelijk doen." Zij zag mij aan, even hulpeloos als een ziek kind. „Ik kan 't je niet zeggen, Annelise; hij heeft nu Cannes verlaten, maar nauwelijks hoorbaar kwam 't uit haar mond „over een paar dagen komt hij hier." „Hier?" riep ik, driftig en angstig tegelijk. Zij zweeg met bezorgd gelaat. „Mama," smeekte ik, op haar toetredende, ma ma, zeg mij tenminste toch dit ééne, stel mij gerust In verband met den laffen moordaanslag op den manufacturier Van der Drift uit Voorburg, heeft de Haagsche politie na. gekregen aan- vvijzigingen den 35-jarigen J. B. te Den Haag gearresteerd. De gearresteerde ontkende alle schuld, doch de aanwijzigingen zijn van zoo- danigen aard, dat hij in het Huis van Bewaring is opgesloten. Nadere inlichtingen omtrent deze aanwijzingen wenscht de politie voor- loopig niet te doen, zulks ook in verband met een ander spoor, dat door de politie wordt gevolgd. Buitenland. De groote verrassing, inzonderheid voor de Spaansche bevolking, was de mededeeling dat Primo de Rivera zijn ontslag had aangeboden, welk ontslag door den koning is aanvaard. Reeds meerdere malen werd vanuit Spanje bericht dat de dictatuur van Primo de Rivera naar 't einde liep, dat de positie der regeering steeds meer onhoudbaar werd, doch steeds werden dergelijke berichten later weer anders uitgelegd, weersproken, in ieder geval niet door de feiten achterhaald. Primo deelde den koning mede, dat bij tot de overtuiging is ge komen, dat zijn kabinet een groote vergissing is geweest. Eenige dagen voor de constateering dezer vergissing heeft de afgetreden dictator aan de hoogste militaire commandanten ge vraagd, of een verder aanblijven van hem werd gewaardeerd en deze origineele manier van optreden wees allerminst op kracht. Waarschijnlijk zal hem hierbij we] gebleken zijn dat ook in militaire kringen geen bewon dering meer voor zijn regeering bestond, waar- Jjo© rkom&n f Zoo gauw hebt U kou gevat, lastig zijn de ge volgen. Neem steeds een paar Wybert-tabletten. (Adv.) door het regeeringskussen wat al te warm werd om er nog langer op te blijven zitten. Koning Alfonso heeft in zijn hart misschien niet al te droef gestemd dat hij met eere en zonder kleerscheuren Van Primo af is, heeft generaal Berenguer, hoofd van het militaire huis van den koning, met de vorming van een nieuw kabinet belast. Terwijl dit ter perse gaat is er evenwel niets bekend omtrent de plannen van generaal Berenguer. Of de verloopen zaak van Primo onder andere firma zal worden voortgezet, dan wel of er eindelijk weer eens een constitutioneel kabinet zal komen, daar-, omtrent valt niets te zeggen. Evenmin valt er iets definitiefs te zeggen over de Londensche vlootconferentie. Het be looft in iedere geval en echte conferentie te worden, want nauwelijks was de opening een voldongen feit, of de eerste schermutselingen hadden reeds plaats. We zullen aan deze lichte ontstemming verder geen aandacht wijden, de heeren zullen het waarschijnlijk nog wel veel erger met elkaar aan den stok krijgen. Achter de schermen wordt er zeer druk geconfereerd doch ondanks dit is men er nog niet in geslaagd ik kan niet gelooven, dat gij, die altijd zooveel van mij hieldtHier zweeg ik, daar Wolmeijer zich juist op den drempel vertoonde. Hij zag er rood en warm uit, zooals altijd als hij goed gegeten en gedronken had. „Helena, mag ik je verzoeken!" riep hij op ver wijtenden toon, „je logee staat daar aan de piano al met haar aria in de hand kom toch mee, wie moet haar anders accompagneeren? Goeden avond, Annelise; wij spreken elkaar morgen wel eens. Is de nicht meegekomen? Best! Ze zal mij wel veel nieuws te vertellen hebben. Goedendag dus! Kom aan, Helena!" Hiermede gingen zij heen. „Alles nog net eender," zeide ik, naar papa's portret opziende. „Ik alleen ben een ander mensch geworden." En op eens werd er aan de deur getikt, juist toen de oude vrouw en ik zaten thee te drinken, en trad freule Degenberg binnen. „Wel, wel!" riep zij, „in het nestje terug?" En ze kuste mij, drukte mij weer in mijn stoel en zette zich naast mij. „Laat ik je niet storen, ik wil je maar even goedendag zeggen. Hoe gaat 't, mijn gansje? Ik geloof waarlijk, dat gij gegroeid zijt en ge hebt iets ernstigs in de oogen gekregen!" Zij streek mij onder de kin en hief mijn gelaat op. „Waar is je brutaliteit gebleven, kind?" vroeg zij goedaardig. „Ge ziet er uit als een tam reetje; is dit het gevolg van dat opsluiten daar tusschen de bergep? En nu begon zij te vragen en te vertellen en hoorde ik van alles wat. „De Brankwitzers zijn dus op komende wegen. Je stiefvader geeft een bal, een „bal costumé", zooals 't heet; de uitnoodigingen worden al rond gestuurd. Gij moet je moeder een handje helpen, Annelise, en je best doen, dat zij wat opgewekter het eens te worden over de vaststelling de- agenda. Als dat zoo door moet gaan dan ber looft de behandeling der vast te stellen agenda nog heel wat ergers. Ondertusschen heeft de EngeJsche regeering reeds een welwillend ge baar in de goede richting gedaan, door haar besluit den aanbouw van twee nieuwe kruisers definitief te schrappen. Door dit besluit wordt een bedrag van ruim 50 millioen gulden be spaart, hetgeen vooral de Engelsche belasting betaler zeer welkom zal zijn. Een kleine opkikkering heeft de Engelsche belastingbetaler wel noodig, we kennen meer landen waar zulks eveneens het geval is, aan gezien naast andere zorgen van min of meer ernstigen aard, de berichten uit Britsch-Indië voor Engelsche ooren bepaald onaangenaam klinken. Na het congres te Lahore, waar de heerschende ontevredenheid duidelijk aan het licht kwam, werd met eenige ongerustheid uitgezien naar de viering van den „Onafhanke lijkheidsdag", waarbij zich evenwei geen ern stige incidenten hebben voorgedaan. Overal waren op dezen dag door geheel Britsch-Indië bijeenkomsten belegd, waar de sprekers bijzonder fel tegen het Britsche gezag van leer trokken. Te Calcutta noemde de bur gemeester de Union Jack een beleediging voor de nationale eer van Indië en wekte de be woners op, uitvoering te geven aan de be sluiten van het Al-Indische Nationaal Congres te Lahore. Al deze demonstraties werden besloten met een uniforme resolutie, luidende ongeveer als volgt: Wij gelooven aan het onaantastbaar recht van het Indische volk. Het Britsche bewind heeft het Indische volk niet alleen van zijn vrijheid beroofd, doch heeft zich verrijkt door uitbuiting en Indië economische, politiek, cul tureel en in geestelijk opzicht te gronde ge richt. Daarom gelooven wij, dat Indië zijn ver binding met Groot-Brittanië moet verbreken en naar onafhankelijkheid moet terugwinnen. De resolutie spreekt verder uit, dat het ont zeggen van elke hulp aan het Britsche bestuur en het staken van belastingbetaling tot het doel zullen voeren. Tusschen het opdienen van pap en het lepelen hiervan is altijd eenig verschil en de Engelsche regeering en met haar de over weldigende meerderheid der bevolking, denkt er niet over deze te heete Britsch-Indische pap te slikken. Lord Irwin heeft zulk duidelijk laten blijken, toen hij o.a. in zijn redevoering in de Wet gevende vergadering te Dehli verklaarde, dat hij zich zal kwijten van de plichten en ver antwoordelijkheden, die op hem en de regee ring rusten met betrekking tot de toepassing van de wet en de handhaving van de orde. Veel uitwerking heeft deze waarschuwing niet gehad. Reeds bevinden zich een twaalftal lei ders in arrest, aangezien deze heeren wat al. te sterk tot opstand tegen het Britsche gezag hadden aangezet en in het noordelijk deel van Bombay heeft de politie een volledig ingericht fabriekje ontdekt voor de vervaardiging van bommen en meer dezer onaangename dingen. Een huiszoeking in de omliggende wijk van bedoeld fabriekje bracht eveneens soortgelijke dingen aan het licht. Nu krijgt men aan de hand van dergelijke berichten heel gemakkelijk een zeer overdreven voorstelling van de toe stand aldaar, doch het niettemin de toestand de toekomst tegengaat." „Ja, tante." „Sedert wanneer zijt ge zoo meegaand, dat ge dadelijk ja en amen zegt," vroeg zij verbaasd. „Vroeger waart gij stellig daartegen opgekomen. Nu, ik hoop dat gij 't niet zijt geworden op dat bewuste punt, of zijt ge daar ginds tot andere ge dachten gekomen?" „O neen, tante." „Dan is 't goed. En omdat ge dan nu wat ver standig zijt geworden, zal ik je eens iets vertellen. Weet ge ook, nicht," viel zij zichzelve in de rede, „of Brankwitz een broer heeft of dat er buitendien nog andere Brankwitzen te Berlijn wonen?" „Neen, freule, hij heeft geen broer," mompelde de nicht, „hij is het eenig exemplaar. Zooveel ik weet, heeft hij geen andere familie dan zijn zuster." Nu zette zij het lepeltje in haar kopje, een be wijs dat haar maaltijd was afgeloopen, vouwde de magere handen even als dankens samen, nam de schalen en borden bijeen en verliet met een ouder- wetsch knikje de kamer. „Dat's een van die menschen, die hoe langer hoe zeldzamer worden," zeide de freule, haar naziende. „Maar nu, Juister eens! Gij waart n'dg niet lang weg, toen er op een goeden morgen bij mij gescheld wordt en Josephine mijn kamer komt binnen stuiven; maar van blijdschap kan ze nauwelijks een woord uitbrengen. Ik kijk op, en achter haar staat mijn „neef", zooals ik hem doorgaans noem, met zijn goedaardigen glimlach om den mond. Ge kent hem nog wel, hij was vroeger hier als vaan drig in garnizoen en heeft nog eens op de schutters- weide met je in het caroussel gezeten. Zoo'n langen jongen vergeet men niet licht. Maar gij waart toen nog een kleine peuzel. Nu dan, hij is tegenwooridg daar in ieder geval slechter wordt, dat het steeds meer begint te spannen, is buiten kijf. Tot op zekere hoogte valt er over de geheele wereld een min of meer grootere spanning waar te nemen, zoowel op economisch als op politiek gebied. Deze week kwamen uit Zuid- Amerika weer berichten binnen dat Bolivia en Paraguay het weer eens voor de zooveelste maal aan den stok hadden over het inmiddels berucht geworden Chaco-gebied. dat er in Albanië een opstand was uitgebroken, het heeft ons meer verwonderd dat het zoo lang geduurd heeft in deze kleine heksenketel voor een dergelijk bericht de wereld werd ingezon den, terwijl de Russen in angstige spanning afwachten wat de laatste krachttoer van Mos kou tegen de boeren zal uitrichten. In den Russischen heilstaat deelt Stalin de lakens uit, hij is feitelijk de eenige man der ruim 1|- millioen leden tellende communistische partij, een bedroevend gering aantal ten op zichte van een bevolking van ongeveer 150 millioen, doch deze overweldigende meerder heid wordt eenvoudig door de punten van bajonetten in bedwang gehouden. Het ge ringste of minste vergrijp tegen de macht hebbers van Moskou wordt in bloed gesmoord en hierbij worden geen halve maatregelen ge nomen. Momenteel zijn het de arme Russische boe ren, in de oogen van Moskou zijn ze rijk, weil de arme drommels nog anderhalve koe en een paardekop bezitten, weer eens zoo gelukkig de bijzondere belangstelling van Moskou te genieten. Stalin is ontevreden over de tot heden mislukte graaninzameling en dus moeten de boeren als schuldigen voor drt euvel hangen. De stakkers moeten hun hoeven met alles ver laten en krijgen niets vergoed. Het deert de machthebbers van Moskou niet of dit voor duizenden een ellendig omkomen beteekent. De weg der Sowjet-heilstaat voert langs tal- looze bloedige puinhoopen en de vrijheid, die de geestverwanten van deze heeren met groot misbaar elders voor zich opeischen, wordt in Rusland volgens alle regelen der bekende knoet-kunst verijdeld. Het geeft anders heel wat te denken dat ook hier de teugels steeds strakker aangehaald moeten worden, teneinde staande te blijven in den groeienden stroom van opkomend ver zet. INGEZONDEN MEDEDEELING. ECHTE FRIESCHE 20-50cf.perons (ook in Vi onien, 'A ponden en ponden) Ifratuft 1iurWütfeeÜerbi pakje §ipiRX,1753 MIJN HAR DT'S Zenuw-Tabletten 75 ct Laxeer-Tabletten 60 ct Hoofdpijn-Tabletten 60 ct Bij Apoth. en Drogisten (Adv). Dinsdag 28 Januari hield bovengenoemde Vereeniging haar Algemeene Vergadering in het Zondagsschoolgebouw te Sommelsdijk. De Voorzitter de Heer Jansen opende deze vergadering op de gebruikelijke wijze, waarna de notulen der laatste vergadering werden gelezen en onveranderd vastgesteld. De Secre taris, de heer J. C. v. Loo, bracht daarna zijn jaarverslag uit dat luidde als volgt: Geachte Vergadering. Weer ligt een vereenigingsjaar achter ons. eerste luitenant bij de dragonders, een beeld van een man. Hm! We zitten dan aan het dessert, en hij is bezig met een appel volgens alle regels van de kunst te schillen, wat altijd zijn liefhebberij is geweest, en we laten de heele familie zoo waar de revue passeeren en zoo kom ik ook op jou gij ligt mij toch altijd ook na aan het hart, kleine bengel die ge zijt! „Luister eens, Frits," zeg ik, hij heet eigenlijk Frederik Dietrich en wordt in de wandeling Frits Dietz genoemd „kent gij soms een mijnheer van Brankwitz te Berlijn? Ik weet wel, Berlijn is groot, maar hij moet toch al met die sportheeren omgaan, want hij kent hen allen met naam en toenaam en gebruikt ook net als deze allerlei woorden en uitdrukkingen, dit wij gewone menschen, niet begrijpen." Nu trok hij een lang gezicht en fronst de wenkbrauwen en herhaalde knorrig: „Brankwitz? Ja, ik ken dien vent wel hij is de gemeenste afzetter van heel Berlijn." „Nu, dan zullen wij wel niet den zelfden meenen," zeg ik zoo. „Ik ken gaan ander," knort hij; „ik wilde dat hij werd opgeknoopt." „Degeen dien ik meen heeft geld als water," zeg ik, „en wil Dam- nitz koopen en Annelise van Sternfeld tot vrouw hebben." „Zoo," mompelt hij, „dan zal 't wel een ander zijn, anders moest die Annelise zich liever vooraf verdrinken." Verder hebben wij daarover niet gepraat en 't is ook haast niet mogelijk, dat 't dezelfde is dien wij beiden kennen. Maar dik wijls, kindlief, als ik over dat geval zit na te den ken, krijg ik toch zoo'n angstig gevoel. Laat je in 's hemels naam niet overrompelen. Eén ding zeg ik je echter: ik bemoei mij daarmee niet meer." „Maak u niet bezorgd, tante, ik zal u niet weer plagen. Maar ik geloof toch ook, dat 't een ander moet zijn." Een jaar, dat voor de vereeniging althans geen bijzondere reden tot klagen geeft. Mogen wij al niet tot U kunnen zeggen: „Er is dit jaar een flink batig saldo, omdat het'aantal patiën ten zoo gering geweest is;" als wij de eindcij fers bekijken, dan'kunnen wij, alles te samen genomen, tevreden zijn. De groei der vereeniging was buiten ver- wachtmg. Het ledental toch bedroeg op 31 December 1928 4169 leden en op 31 December 1929 4941 leden. Een toename dus van bijna 800 leden. Vooral voor Sommelsdijk is de toe name flink. Van 1638 leden klom het tot 2106 leden. Sommelsdijk heeft dus een achterstand, die het op Middelharnis had, belangrijk ver kleind. In het Bestuur is geen verandering gekomen. Wat de onderlinge samenwerking van het Bestuur betreft, deze zou niet beter kunnen zij n. Met veel animo komen bijna allen steeds ter vergadering. Dit wijst op een gezond vereenigingsleven in onze vereeniging. De uitstekende kalme leiding van den Voorzitter is de Vereeniging een zegen. Er zijn 6 Bestuursvergaderingen gehouden, steeds in de spreekkamer der O. L. School te Middelharnis, die B. en W. voor dit doel gratis ter beschikking hebben gesteld. Vanaf deze plaats daarvoor onzen hartelijken dank. Hoe de vereeniging er finantieel voor staat, zal straks de Penningmeester U wel duidelijk uiteen zetten. Maar wat U wel niet zoo dadelijk uit zijn cijfers zult lezen, is de buitengewone moeilijkheid waarin de Vereeniging zich na het eerste halfjaar bevond. Door het zeer groote aantal patiënten in het eerste halfjaar stonden wij in Juli voor een Zoo groot tekort, dat het Bestuur meende onverwijld maatregelen te moeten treffen. Na ernstige overweging besloot het Bestuur nog niet tot contributieverhooging te moeten overgaan, maar enkele wijzigingen in het „Hoogst waarschijnlijk het denkbeeld alleen is al afschuwelijk. Goedenavond kind! Kom een bij mij, als ge tijd daartoe vindt, maar ge zult 't druk genoeg hebben. Je stiefvader schijnt geheel Westenberg in rep en roer te willen brengen en ik hoop maar dat alles niet zonder gevolg zal blijven." Ik zag haar vragend aan. Een satirieke glimlach verscheen op het oude gelaat van de freule. „Hij hoopt op een kruisje; de een of ander zou hem daartoe hebben voor gedragen, hoor ik. Nu, 't is mij goed, ik gun hem den Rooden Adelaar of de Kroon, vierde klasse; hij heeft zoo iets verdiend, al is 't alleen aan mijn kerstkinderen. Goedennacht, kind Elk diertje heeft zijn pleziertje." Niet het minste voorgevoel van den naderenden storm bij al die menschen! Natuurlijk niet! Den volgenden morgen kwam mijnheer Wol meijer bij mij. Hij scheen opgeruimd gestemd, vroeg hoe 't mij tusschen de bergen was bevallen en voegde de nicht ook een paar vriendelijke woord jes toe of zij er niet tegen opzag terug te komen, en dat 't hem toch wel plezier deed weer een ver standig mensch in huis te hebben tegen den tijd, die aanstaande was, „kortom, we zullen elkaar maar weer verdragen niet waar, oudje?" Zij zag hem met een akeligen blik aan, met oogen als die van een sfinx, zoodat de eenvoudige vrouw mij op eens een soort van vrees inboezemde. „Als 't aan mij ligt maar ik heb het roer niet in handen," antwoordde zij plechtig. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1930 | | pagina 1