Leest „OnzeEilanden" JEUGDHOEKJE KJE I LOGEEREN BOERENVISCHMARKT12, bij de Groote Kerk te ROTTERDAM. PIET SIMONS zorgt voor U! Nerveus en Overspannen Onrustig en Slapeloos MIJNHARDT'S ZENUWTABLETTENb?»^ Wetenswaardigheden BINNENLAND Geeft U op als Abonné. ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 18 JANUARI 1930. 3 lemgs- kerkje m, dat ;eniale emon- weest, ken en n rust lie een gen. gesty- N.D.O. st stu- vezel)- )it ver- shalve, Men hting, ne des lit", te .e doen krUgt men zijn valsche kiezen het laatst. We moeten wel gelijk geven! MEDEDEELING. Herhaaldelijk ontvaDg ik brieven van pa tiënten met verzoek om raad. Slechts in enkele gevallen kan ik daaraan voldoen, na melijk wanneer het een geval betreft, dat, als zijnde van algemeen belang, in deze ru briek kan worden besproken. Voor het mee- rendeel moet ik naar den huisdokter ver wijzen en worden vragen dan ook schriftelijk beantwoord, of wel onder „Correspondentie" in dit blad. Het doel van deze Medische Ru briek is slechts voorlichting te geven om ziekten te voorkomen, of wel daarvan de symptomen te omschrjjven, zoodat men ty- dig geneeskundige hulp kan inroepen, als men meent deze by zichzelf te kunnen waar nemen. Medicus. irbergt plland- 16 M. niën in peciaal dat de iceerde aether lat wie it, niet jeleden schuin rn van ijje met opge- lindus- o-leven ]t, dat e doel- ok als electri- I, zooals Jljke'ijk W. wrajaMa OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT 'T VORIG HOEKJE. 1. Een dobbelsteen. 2. Natuurlijk te Delphi. 3. Een insect als: vlieg, mug en derge- lfjken, want die zet zich brutaalweg op de neuzen van koningen en keizers. 4. Den dag van gisteren hebben we alle maal gezien en zullen we nooit terugzien. 6. Natte steenen. 6. Dat is een leugen, want dat kan niet. NIEUWE RAADSELS. 1. In welke glazen is het 't gemakkelijkst inschenken? 2. Wie breekt er eer een been, die van een trap of die van een kerktoren valt? 3. Welke ys-soort kan niet smelten? 4. Welke klokjes kan men niet luiden? 5. By welk woord moet je iets bij voegen wil het korter zyn? 6. Ik spreek zonder tong, Ik roep zonder long, Zonder zin en verstand, Roep 'k vreugd en leed door 'tland. (Al deze raadsels zyn ingezon den door „Viooltje".) an een sdokter ierzoek In het en geen ■ntegen ten en taat ge iten, op 'heden; .gmeer oeveel- de pyn- a heeft, net een 3 willen allen te idemen. ren,aan :amend, lemtdus Daar- Jbrs geen ook van •lge ver- odvonk, enz.) in hgunsti- j wonin- kelder fc>mhaar Nage- Ifamilie- het ge- |in daar- i ander „naar anden is an men 3en aan- Jaal ver- en: derkaak s tot kaak 12e derkaak taak 12e Lnd, maand nd gebit ie jaar. 8e jaar, 9e jaar jaar, lie jaar, r'F1 14e jaar, andskie- Het betooverde Slot. In den tyd toen de stad Tetschen nog door hooge muren omgeven was, en niemand be halve de burgers der stad, op een mijl gaans in den omtrek het recht had eenig hand werk of bedryf uit te oefenen, woonde er in die stad een snijder, dien het recht voor den wind ging. Want bij alle kerkelijke feesten kreeg hy van links en rechts uit de stad en omstreken bestellingen voor mantels en wambuizenen dat wilde wat zeggen in dien tyd, toen de kleeren zóó stevig werden ge maakt, dat ze als kosteiyke erfstukken van vader op zoon overgingen. Nu stond er weer een Palmzondag voor. de deur en de natuur maakte alle toebereid selen om spoedig recht zonnig en zomer- achtig te worden. De menschen hadden alle maal hun pelsmantels reeds afgelegd en in menig huis zat men met ongeduld te wach ten, dat baas Hietel met de nieuwe kleeren uit de stad zou aankomen. De snijder was een man van zyn woord; en gelijk hy ge woonlijk deed met het oog op den slechten en verren weg, vroeg hij ook ditmaal aan zyn buurman diens ouden karreknol ter leen en ging Zaterdags heel vroeg met pak en zak op weg, ten einde bijtyds weer thuis te zijn van zyn rondreis bij de buitenklanten. Maar zooals het meer gaat, hier bood men hem een kopje koffie, ginder een glas bier; elders verpraatte hy zpn tijd en nog ergens anders moest hy wachten, omdat er niemand thuis was. Kortom, 't was al volslagen don ker, toen hy van Losdorf naar Tetschen terug reed, langs den Lausitzer straatweg, die vlak langs den berg liep en waarvan nog heden ten dage de sporen bestaan. Hy had- een aanzienlijke som gelds bij zich, endes- tyds was de bodem rechts en links van den weg, tot onder de muren der stad toe, be zet met dicht en donker woud; daarom speet het hem geducht, dat hij zich zóó verlaat had. Ten overvloede ging ook nog zijn pijpje uit, en daarmee werd in hem het laatste vonkje van moed uitgedoofd. In deze gemoedsstemming was hy gena derd tot den „Boschheuvel", den oosteiyken uitlooper van den Altnederberg, waar men nog heden ten dage de wagen-sporen van den ouden straatweg in den harden bodem ziet uitgesleten - toen hij op eenmaal licht stralen tusschen de boomen heen zagschy- nen; en onmiddeliyk daarop bespeurde hy rechts van den straatweg een groot helver licht gebouw, met een ruimen voorhof, waar omheen een hooge muur liep. De oogen wpd opensperrend, ging onze verschrikte snyder recht in de beugels overeind staan en bracht met een snelle beweging zyn vermoeiden klepper tot stilstand. Al zyn levensdagen had hy langs dezen weg geen kasteel, bier huis, of wat het dan ook wezen mocht, ge zien. En 'twas toch een echt heuseiyk ge bouw wat hy nu ineens zag, groot, met torentjes en allerlei uitsteeksels... (Wordt vervolgd.) an waar- andskie- in Het ijuist en Verslag van de vergadering van den Raad dor gouieenie STELLENDAM, op Woensdag 15 Januari, des nam. 3 uur. Voorzitter Burgemeester Charbon. Afwezig met kennisgeving de heeren Hoek en Roon. De voorzitter opende de vergadering met voorlezing van het gebedsformulier, waarna de notulen der laatste twee vergaderingen werden gelezen en onveranderd goedgekeurd. Ingekomen stukken: Een schrijven van öed. Staten inhoudende de mededeeliug dat de goedkeuring der ge meente-begrooting is verdaagd. Een goedkeuring van Ged. Staten over gemeenschappelijke regeling tot het stichten van de N. V.E.M.G.O. Een verzoek van de Wed. v. d. Nieuwen- dijk—Van Es, om en tuin welke door haar in huur was ontvangen, wederom te geven, daar deze onrechtmatig is overgeschreven op den heer W. Grootenboer. Voorzitter zeide dat de heer W. Grooten boer de mededeeling heeft gedaan dat die tuin op hem kon overgaan, omdat hy dien tuin reeds jaren in onderhuur had van ge- genoemde Wed. Zij heeft daarvoor ook een bedrag ontvangen van 20,— in den vorm van beneficie. Nadien is gebleken, dat de oorspronkeiyke huurster geen toestemming heeft gegeven dien tuin over te schryven. B. en W. zijn dus eigenlijk misleid en te goeder trouw geweest. Van Oostenbrugge vroeg of die Wed. in kennis gesteld is van deoverschry ving, toen dat pas gebeurd was. Voorzitter: Neen, want wy wisten niet beter of dat was in orde. Van Oostenbrugge vroeg of onderhuren is toe te laten, en achtte het beter indien de Wed. van den Nieuwendyk dien tuin niet meer hebben wil, deze dan publiek te ver huren. VoorzitterOnderverhuren is toegestaan. Van Oostenbrugge: De gemeente wist van die overschrijving dan toch ook niets, want de huur is bij die weduwvrouw ontvangen al die jaren, al stond Grootenboer als huur der ingeschreven. Jansen achtte deze zaak ook niet safe, en meende dat de oorspronkelijke huurster, de Wed. van den Nieuwendyk schadeloos ge steld moest worden voor deze dwaling. Voorzitter meende dat daarvan geensprake kon zijn omdat zij geen schade gehad heeft. B. en W. stelden voor de huur in '33 weer te laten overgaan op de Wed. van den Nieu- wendijk, dan is de fout weer hersteld. Jansen meende dat het niet voor mag komen dat de gemeente-ontvanger huur voor een tuin ontvangt van iemand die geen huurder is. Holleman zeide ook dat B. en W. er on schuldig ingeloopen zijn. W. Grootenboer is niet eeriyk geweest. De oplossing van den voorzitter is echter wel aardig als die weduw vrouw er mee accoord gaat, maar als zij dat niet doet, dan kan ons een proces wachten dat B. en W. iets hebben gedaan wat niet mocht. Voorzitter: Dan moet zy dat maar doen, en 'zy zal met de regeling wel genoegen moeten nemen. Jansen: Neen dat is niet zoo, er is een maal tegen een besluit van den Raad in gehandeld. Besloten werd te trachten langs minne lijke schikking die zaak te regelen. Daarna ging de vergadering in besloten zitting over ter bespreking.van de sollicitan ten voor de betrekking van onderwijzer aan de O. L. school. Na heropening werd de heer Blomaard be noemd. Rondvraag. Jansen vroeg verbetering van den weg elf. Het gelijkt na veel regenval wel een zwembassin. Voorzitter meende dat daar niet gemak kelijk verbetoring te verkrijgen is. Eerstens is het een particuliere weg, dus gaat het toch eigenlijk niet aan dat de gemeente daar dien boel eens goed gaat opknappen. Tweedons bederven de bewoners met het steeds opve gen van den weg zelf, de putten worden steeds grooter wanneer die herhaaldelijk worden uitgeveegd. Jansen i het water kan er niet weg, en dat is het grootste ongerief, met het aanleggen van een goot wordt reeds veel bereikt. Voorzitter zeide dat er een verbetering te brengen is met een goot, daarvan zullen we dan een begrooting laten opmaken en kun nen wij nog zien. Er is al eens een plan ge maakt en dat kwam op 1600, dat is echter te veel voor de gemeente, omdat het een particulier terrein betreft. Jansen vroeg hoe het stond met de ver breeding van de rybaan aan de haven.Spr. meende dat er nog meer verbeterd kon wor den als men de kaai ophoogde tot geiyk het aldaar liggende walletje aan de spuipolder- zijde. Dan zou men de rijbaan beneden nog wel twee meter kunnen verbroeden en hield men boven op den dyk ook nog een behoor lijken rijweg. De dijkage zou daarvoor misschien ook iets over hebben omdat de stelling voor het spuipoldertje wordt verbeterd. Voorzitter meende dat men de prov. die heeft toegezegd wat we hebben gekregen niet weer moeten lastig vallen, men moet een maal eens tevreden zijn en alles kan niet in eens geheel verbeterd worden. Jansen zeide dat het plan nog niet op de teekening is uitgewerkt door de Prov. en dat dit werk een heel klein bedrag meer zou kosten, omdat men den grond dien men bene den weggraaft weer kan gebruiken om den dyk op te hoogen, dus het is enkel een kwestie van wat grondwerk. Besloten werd met de Prov. daarover nog eens te confereeren. Jansen vroeg die kleine scheepjes, die de producten voor de Limburgia aanvoerden havengeld betaald hebben. My is gebleken van niet, terwyl U, voorzitter, heeft medege deeld dat zulks wel gebeurde. Voorzitters Ik was ook in de veronder stelling dat zulks geschiedde. Jansen: Maar waarom betalen.die dan niet. En heeft U den havenmeester opdracht ge geven daarvan geen havengeld te heffen Voorzitter! Ik heb gezegd dat dit werk gesteund moet worden, echter niet dat er ontheffing gegeven mocht worden. Jansen: Is er door die twee groote sche pen die het laatst hier bieten hebben gehaald en langer dan 8 dagen hier in de haven heb ben gelegen voor den tweeden keer havengeld betaald, zooals het reglement aangeeft. Voorzitten Ook dat weet ik niet, het weer is misschien aanleiding geweest dat ze hier langer hebben vertoefd. Jansen: Neen dat kan niet want ze heb ben my herhaalde malen gevraagd of ik ze weg wilde slepen, doch daarvoor zag ik met myn scheepje geen kans. Mag ik daarover een volgende vergadering nadere inlichtingen, want dergelijke ont duikingen dienen niet plaats te hebben? Voorzitter zei zulks toe en sloot daarna de vergadering. OUDE TONGE. PROPAGANDA-KUNSTAVOND van den Nederl. Blindenbond in de oude school te Oude Tonge op 9 Januari. Namens het voorbereidend comitë opende de Burgem. P. v. Schouwen de byeenkomst. Spr. constateerde met genoegen, dat de groo te zaal geheel gevuld was. Hy hoopt, dat de belangstelling thans betoond, zal bijdra gen tot het bevorderen van het geluk der blinden. De verdere leiding van den avond werd opgedragen aan den propagandist van den N.B.B., den heer Joh. v. d. Berg (één der blinden). De gem. Zangvereening „Excelsior" zong Zangerslied", Des Morgens" en „Trieneke", resp. van Jas. Bonset, Olivier Koop en Bern. Diamant. Vervolgens pianospel van den blin den1 organist P. van 't Hof, 't geen in de zaal vele uitroepen van bewondering ontlokte. De bariton de heer H. J. Bresser (blind) gaf zeer ten beste „Der Neugierige", „Der Wan derer" en „Standschen", allen stukken van den beroemden Oostenrijkschen componist Fr. Schubert. De pianobegeleiding dezer stukken was by den Heer Vis, hoewel deze onvoorbereid was, inuitstekende handen. Nadat de heer Henri van den Heuvel (blind) de aanwezigen op aangename humoristische wyze had beziggehouden, declameerde hy op gevoelvolle wyzei „In de Smidse" van Marie Bodaard. De Heer v. d. Berg hield daarna een rede waarin hy ons o.m. het volgende onthulde: De materieelen en geestelijken toestand der blinden is ook heden nog verre van rooskleurig. Er is reeds veel op het gebied der blindenverzorging gedaan. Het is echter niet voldoende. De werkinrichtingen en blin deninstituten, verrichten goed werk. Het draagt evenwel te veel het karakter van lief dadigheid. Dit is voor ons blinden meer neer drukkend dan onze blindheid zelve. Men be schouwd ons als minderwaardige arbeids krachten. Men wordt het stoelenmatten, borstelmaken enz. geleerd. Een handwerk, waarmee men, indien men zelfstandig staat, niet in zpn onderhoud kan voorzien. Niet dat stoelenmatten en d.g. werk geheel onpro ductief is, maar door de scherpe concurrentie, welke door de moderne techniek en de meer- dere mechaniseering mogelijk is geworden, komt men met handenarbeid een stuk achter aan. Door de opvattingen die er thans heer- scben over onze onvolwaardigheid zyn we van geesteiyken arbeid grootendeels uitge sloten. Reeds hebben velen blinden een rpk geesteiyk leven, doordat zy zich kunnen geven aan muziek en andere schoone kun sten. De opleiding tot d.g. arbeid kost even wel meer als dit by zienden het geval is. Dat het mog9iyk is de blinden ook in indus- trieelen arbeid op te nemen is reeds door vele voorbeelden in het buitenland zoowel als in het binnenland beweEen. In Amster dam slaagden reeds blinden voor masseur, telefonist, marconist en schoenmaker. Het is de plicht der gemeenschap, de staat, om de blinden op te leiden in alle vakken waar dit mogelijk is gebleken. De N.B.B. heeft reeds in 1921 een program vanactieopgesteld. a. Verplicht onderwijs voor het blinde kind. b. Opleiding in alle. voor de blinden ge schikt zpnde vakken, zoowel voor hoofd- als handarbeid. c. Het verschaffen van productieven ar beid aan alle blinden. d. Steun aan ouden van dagen en niet meer werkkrachtige blinden. Dit zyn onze eischen waarvan we echter vreezen, dat ze door de regeering niet vol doende worden verstaan. In 1916 werd reeds een Staatscommissie ingesteld, om te onder zoeken wat van regeeringswege gedaan kon worden voor de blinden. Van deze Comm. verscheen in 1919 een uitvoerig rapport waarin de regeering werd geadviseerdver plicht onderwys, vakopleiding, steun aan blinden, enz. Thans ruim 10 jaren later is dit rapport nog steeds niet behandeld. Door onzen bond is daar herhaaldeiyk krachtig op aangedrongen. Wy beroepen ons thans op het Nederl. volk ons te steunen in den stryd om ons bestaan. Het Congres van „Arbeid voor Onvolwaardigen" in 1928 te Amsterdam gehouden, heeft in deze belang- ryk werk verricht. Door zich te abonneeren op ons orgaan „De blindenbode" werkt men mee, dat den wensch der blinden om in de maatschappe- :e samenleving te worden opgenomen, spoedig in vervulling gaat. Na deze, met anthousiasme uitgesproken rede door den blinde, wordt een kwartiertje gepauzeerd, waarin enkele vroolyke liederen door den heer van 't Hof aan de piano werden onttrokken. Na de pauze de bariton Bresser met Vlaamsche liederen van den Vlaamschen Dichter-Zanger Hullebroek. Daarna pianospel door dhr. van 't Hof. Vervolgens eenige humoristische verhalen door v. d. Heuvel, terwijl deze verder mooi declameerde de verzen „Stilte", „Moed" en „De Sterren" van Adama van Scheltema" en „Mensch durf te leven" van Dirk Witte. Buiten het program kregen we thans een biy'spel „De Meulenaer van 't durp." Dit blyspel werd door de drie blinden v. d. Berg, v. d. Heuvel en Bresser met een vlotte dia loog en goed gebarenspel opgevoerd. Het was ons reeds door v. d. Berg gezegd en overigens gebleken, dat de blinden, on danks hun blindheid, echte vroolyke jongens waren. Het tooneelspel gaf er ons opnieuw blijk van de levenslust der blinden, die ook in staat bleken een volle zaal te doen scha teren van het lachen. Tot slot gaf „Excelsior" „Bruiloftmarsch" van A. Sodermann, „Zonsopgang" van J. G. van Herwaarden en „Schoon lieveke" van Zijderlaan. Met de hoop, dat dezen avond een voor oordeel omtrent het leven en werken der blinden zal hebben weggenomen en met har- teljjke woorden van dank aan allen, sloot de heer v. d. Berg de bijeenkomst. en het gebruiken van een middagmaal is een kwestie van vertrouwen. doe zulks in het huis waar uw voorouders dit deden. (Adv.) Bijdragen, niet grooter dan 48 en niet kleiner dan 36 regels, mogen voor deze rubriek worden ingezonden. Bij opname vergoeden wij voor actueeie (niet plaatselijke! gedichten J 2,50. (Nadruk verboden) BAAS BOVEN BAAS. Drie vrienden spraken samen; Eén sloeg een beetje doori „Het Is haast ongelooflijk Zoo groot is ons kantoor. Om alles te beloopen, Heeft onze baas geen tijd, Waarom hy in een Fordje Door de lokalen rydt". De tweede sprak: „Er is onlangs Bij ons iets vreemds gebeurd, Een leeuw was losgebroken, Heeft personeel verscheurd; Hoeveel was niet te zeggen, Het aantal is bepaald Door het bedrag dat minder Aan salaris is betaald". „Het grootste" sprak de derde „Is onze zaak in 'tland; Je weet, de baas is vrind'lijk, Geeft iedereen de hand; Hij blijft als 't sluitingsuur is Steeds handjes-drukkend staan, En groet hij de laatste die weggaat, Komt d'eerste al weer aan. C. de J. ingezondenjmededeeling. Gebruik hiertegen de Zenuwstiliende en Zenuwsterkende DINSDAG. Eén korte blik, één flauwe groet, Eén woord half uitgesproken, Eén handen-druk meer eischt het niet, En trouw wordt dan verbroken. G. O. WOENSDAG. Die my'mTend met de wanhoop speelt, Zal haast wanhopig worden. Het apostolisch woord beveelt Dat we ons de lenden gorden. DONDERDAG. Wij zyn door de donkere tijden Gezonden een karavaan. Om een groote juweel te geleiden Naar een plaats die wij niet verstaan. Albert Verwey. VRIJDAG. Zal men terecht een mensch U noemen, Treedt dan aan 't licht. De waarheid nimmer te verbloemen, Is mannenplicht. Wil nooit voor valsche grootheid buigen Of ij dien waan; Laat van zelfstandigheid getuigen Al Uwe daan. Toef gaarn' waar onder welgezinden De wijsheid woont, Maar laat u in den kring niet vinden Waar 't kwade troont. ZATERDAG. Spreek zachtzinnig. Beter is 't Dat de goedheid zich vergist, Dan door barschheid te verbeuren 'tDoel te treffen, dat zij mist. Liefde is nooit geheel verkwist; Hardheid sluit zich open deuren. EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG ZONDAG. Ik weet, in ieder leven staat uw troon, Elkeen doet gy ten stryd de lend'nen gorden, Ja, 't leven zonder u wel ware 't schoon, En toch ook gij verdient doorleefd te worden. Gij komt den geest herinn'ren aan zijn waarde, Door strijden zyn de grootsten groot gemaakt, Door strijden voor een hooger doel op aarde, En dus kunt gy insteê van zaligheid, Kunt gij, o smart, mijn echte grootheid geven. Zoo kom, volgaarne daag ik u ten strijd: Zoo kom, al is die strijd om dood en leven. Henri Lou. MAANDAG. Eén korte blik, één hart'lijk woord, Eén lach kan snel bekoren, Eén handen-druk meer eischt het niet, En trouw wordt u gezworen. G. O. GEHEIMZINNIGE VERDWIJNING VAN EEN VRACHTRIJDER. Opwinding te Schrieversheide. HEERLEN, 13 Jan. Sedert enkele dagen zijn de bewoners van Schrieversheide nabij Heerlerheide in groote opwinding over de ge heimzinnige verdwijning van den vrachtrijder N. Smeets, wonende aan den Heereweg aldaar. Men heeft hem het laatst gezien op den vroegen ochtend van den llden December nabij zijn woning. Hij droeg toen zijn gewone werk- kleeding benevens een paar vilten pantoffels, zoodat niets er op wees dat hij voornemens was de plaats zijner inwoning te verlaten. Sedertdien heeft men Smeets echter niet terug gezien. Spoedig begonnen dan ook over deze geheim zinnige verdwijning de vreeselijkste geruchten de ronde te doen. Men beweerde met stelligheid dat de man vermoord was en sommige per sonen wisten zelfs te verklaren, dat men hem levend in zijn kelder had begraven. Daarbij ontstond groote achterdocht tegen zijn vrouw en haar broeder die hetzelfde huis bewoont en eigenaar van het perceel is. In hun fantasie werden de dorpelingen aangemoedigd door de herinnering aan den vreeselijken broeder moord, welke eenige jaren geleden alhier heeft plaats gevonden. De bewoners van het dorp bleken inderdaad op de hoogte te zijn met eenige bijzonderheden van het gezin en aan de politie werden mededeelingen verstrekt, welke voornamelijk behelsden, dat de zwager van den vermiste aanstalten maakte den kelder dicht te metselen. De Heerlensche politie, onder leiding van den inspecteur Van den Dolder, heeft daarop een onderzoek ingesteld. De eigenaar van het huis verklaarde, dat hij slechts de scheuren welke in den kelder ontstaan waren ten ge volge van inijnverzakking heeft willen dicht- metselen. Een onderzoek in den kelder bracht geen nadere bijzonderheden aan het licht. Men hoopt echter binnenkort meer licht in deze duistere zaak te brengen. De houding van de echtgenoote van den vrachtrijder wekte in den aanvang wel eenige bevreemding. Reeds een half uur na de verdwijning van haar man liep zij al jammerend rond. De vrouw heeft, naar wij vernemen, een premie van 100 uitgeloofd voor ieder die inlichtingen kan verschaffen. Zaterdag zal een oproep in het politieblad ver schijnen. LIJK UIT DE MAAS OPGEVISCHT. Slachtoffer uit overvaren roeiboot. ROTTERDAM, 13 Jan. Bij de Maasbrug alhier is Zondagmorgen om halfnegen drijvende gevonden het lijk van den 33-jarigen schipper J. M. Witjens. Het werd door de zorgen van de rivierpolitie naar de algemeene begraaf plaats Crooswijk vervoerd. Witjens was één van de beide slachtoffers, die in den avond van den tweeden December omkwamen, daardat hun roeiboot, waarin zij zich van hun bij de Steenplaat liggend schip „Tennyson" naar de Feijenoordkade begaven ten einde daar levensmiddelen in te slaan, over varen werd door de motorboot „Morgenster". Het andere slachtoffer, de 22-jarige schippers knecht E. B. Notté, uit Sluiskil, is nog niet gevonden. Moeder en dochter verdronken. ZAANDAM, 13 Jan. Zondagavond om kwart voor acht uur heeft bij Nauerna, ge meente Assendelft, een auto-ongeluk plaats ge had, dat aan twee menschen het leven heeft ge kost. De heer L. Tabak, groententeler en bol len kweeker te Wijk bij Duin, die met zijn vrouw en zesjarig dochterje een bezoek yad gebracht aan zijn schoonouders te Zaandam, geraakte, toen hij de sluis te Naerna gepas seerd was, door den hevigen Z.-W. wind en den striemenden regen een oogenbiik het spoor bijster. Hij stapte daarom uit en bemerkte dat hij even achteruit moest rijden. Terwijl hij op de treeplank stond en deze beweging wilde uitvoeren, ontwaarde hij tot zijn ontsteltenis, dat hij den motor verkeerd had ingeschakeld en in plaats van achteruit, vooruit reed. De auto gleed af en kwam in de 18 voet diepe vaart terecht. De heer Tabak zelf kon nog juist van de treeplank afspringen doch zijn echtgenoote en dochter verdwenen met den wagen in de diepte. Met behuop van een kraan wagen uit Zaandam werd de wagen vrij spoedig weer op het droge gebracht doch de levens geesten van de 44-jarige vrouw en het 6-jarig meisje waren reeds geweken. Dr. P. H. van Roojen uit Zaandam en dr. Onderwater uit Assendelft konden slechts den dood consta- teeren. Vertrouwen in het Volk. Het valt niet te ontkennen, dat in ons land de Volksvertegenwoordiging nimmer popu? lair is geweest. Niet alleen in de laatste jaren, doch ook vroeger was algemeen de klacht, dat zoo menigmaal wetten werden uitgevaardigd, welke het volk in zijn groote meerderheid niet begeerde. Inderdaad stond ons Parlement altijd te ver af van ons volk, waardoor de belangstelling van een toe nemend deel vrijwel geheel gedoofd werd. Het middel, om het volk meer te betrek ken in het bestuur van het land, is gelegen in het referendum, gelijk het reeds in andere landen met succes wordt toegepast, met name in het democratische Zwitserland. Het voorstel, bij de laatste Grondwetsher? ziening gedaan om aan het referendum, de schriftelijke volksstemming over bepaalde aangenomen wetten, een plaats te geven in de Grondwet, heeft geen meerderheid kun nen behalen. Degenen die het referendum afwezen, wenschen blykbaar volledige vrij heid te behouden voor de politieke partyen, met als gevolg een groote macht van de partyleiders. Dit nu kan allerminst democra tisch worden genoemd; de kern van demo cratische politiek schuilt toch hierin, dat men vertrouwen stelt in het volk, d. w. z. Diet in één bepaalde klasse of groep, maar in het volk in al zyn geledingeD, in de krach ten die daar tot ontwikkeling komen. De ware democraat moet bereid zyn, aansluiting te zoeken by wat uit het volk van onderen opkomt; eenheid te brengen in datgene wat uit alle groepen, klassen, richtingen en ge dachten voortkomt. Het is juist het tegen deel van democratie, wanneer men de eigen overtuiging met hulp van den Staat, door middel van de wet, van bovenaf aan het volk wil opleggen. Immers, men schuift dan dé velerlei krachten die in de natiesluime ren, ter zijde, en heerscht dan door dwang over het volk, dat zich wetten ziet opgelegd welke tenslotte alleen een minderheid be geert. Dit nu is met elke democratische ge dachte ten eenenmale in strijd. Het referendum nu is het bij uitstek aan gewezen middel om deze gevaren te keeren. Bij de schriftelijke volksstemming over een bepaalde wet kunnen alle partyen hun stand punt toelichten, zoodat de burgers het vraag stuk kuDnen zien in het verband van alle belangen. Voor een goede staatkunde is voor al in een land als het ónze met zijn sterke politieke verdeeldheid, de volksuitspraak on misbaar. Het referendum zal het Parlement nader brengen tot het volk, zal de publieke belangstelling doen toenemen, en zal werken als een bederfwerend element in de politiek, welke toch reeds zoo gesmaad wordt. Zoo ligt dan inderdaad aan het referendum een gezonde democratische gedachte ten grondslag. Het is te hopen, dat dit demo cratische beginsel in ous Staatsbestel spoe dig de plaats zal innemen welke het ver dient. SNEEUWSTORM IN DE WESTELIJKE STATEN. Verscheidene staten in het Westen der Ver. Staten worden geteisterd door sneeuw stormen. In tal van straten zakt men tot de knieën in de sneeuw. Het vervoer met vliegtuigen en op de spoorwegen is ontred derd. In het dal van de beneden-Mississippi zijn de wegen onbegaanbaar tengevelge van overstroomingenMen verwacht dat de koude vannacht de oostelijke staten zal bereiken, waar het nu voor den tijd vau het jaar nog buitengewoon zacht weer is. m

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1930 | | pagina 3