Verzorg uw Handen met Purol Leest „Onze Eilanden" RECHTZAKEN Land- en Tuinbouw Medische Rubriek JEUGDHOEKJE KJE I 2 ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 18 JANUARI 1930. Verscheidene meisjes, die in klas S of 4 van de kweekschool gezellig een pagekopje hadden, zien de noodzakelijkheid in heur haar maar weer te laten groeien ze krij gen anders absoluut geen betrekking. Daar om z(jn ze wat blij, als het haar zoover gegr oeid is, dat ze het weer zoowat kunnen samenspelden. U moest ze daar onder elkaar over hooren babbelen. „En zeg, geen ge- kleurde kousen aan hoor, als je daar naar toe gaat en vooral lange mouwen, anders hoef je geen eens proefles te geven!" Met de lange haren, de zwarte kousen en lange mouwen komt dan ook de benoodigde zwaarte wel. RECHTBANK TE ROTTERDAM. Strafzitting. S. T. K. 50 iaar, losse werkman te Som- melsdyk, gedetineerd, die terecht had ge staan wegens opzettelijke brandstichting in een schuur te Sommelsdtjk, werd veroor deeld tot 1 jaar gevangenisstraf voorwaar delijk met een proeftijd van 3 jaar, onder voorwaarde, dat verdachte geheelonthouder wordt en onder toezicht komt van een Con sultatie bureau. Tegen S. v. d. V., 26 jaar, smid te Nieuwe Tonge, die terecht moest staan terzake van het onttrekken van een aantal goederen, werktuigen en materiaal aan een daarop krachtens een vonnis van de rechtbank te Rotterdam door den deurwaarder J. Groenen dijk gelegd executoriaal beslag, waarbij ver dachte zelf als bewaarder was aangesteld, werd geeischt 1 maand gevangenisstraf. Uitspraak 23 Januari a.s. Dure bieten. Het O.M. heeft verder geeischt tegen W. J. d. B., 36 jaar, kruidenier te Oude Tonge, wegens diefstal van enkele zakken suiker bieten ten nadeele van de Coöperatieve Sui kerfabriek Puttershoek, gepleegd op 12 No vember, f 75 boete subs. 25 dagen hechtenis. Verdachte ontkende. HU had wat bieten langs den weg opgeraapt. Op dien 12en No vember was hjj het tramemplacement op gereden, omdat zijn hit schrikachtig was en hij voor een achteropkomende auto even was uitgeweken. De president! als je dat voor elke auto moest doen, kwam je nooit thuis. De rijksveldwachter M. v. Es had ver dachte ongeveer op heeterdaad betrapt. Met een collega had getuige zich verdekt opge steld om het verkeer te controleeren. Hij hoorde toen de zakken bieten op verdachte's wagen vallen. Getuige J. A. Slis verklaarde, dat de bieten op verdachte's wagen gevon den, precies gelijk waren aan die op het emplacement. De veldwachter D. Viergever noemde verdachte iemand, die zijn handen niet thuis kan houden. Grasland omleggen in tuin. De heer J. K. te S. schrijft i Gaarne zou ik van U vernemen, welke en hoeveel kunstmest ik noodig heb voor een tuin groot 350 vierk. Meter, om daar dit jaar met succes groenten te kunnen bouwen Het is grasland, maar de laatste jaren is er niets aan gedaan. Bfj voorbaat dank. Zonder erg stelt vrager hier een hoogst belangrijke vraag, die zoo zonder meer niet te beantwoorden is. Die moeilijkheid zit hier in, dat het grasland is, dat omgezet wordt in tuin. Deze kwestie is even belangrijk voor iemand, die zjjn weiland gaat scheuren,om er bouwland van te maken of om opnieuw gras in te zaaien. Daarom zullen we deze kwestie iets ruimer bekijken. Wellicht heeft vraagsteller daar nog voordeel by. Waarom zet men grasland om in bouw land? Eerstens wegens een mogelyke verande ring van bedryf. Tweedens wegens een slechten stand van de grassen en zoodoende slechte opbreng sten. Mogeiyk ook nog wel om andere reden. Als het geschiedt wegens verandering van bedryf, bij v. omzetting van land- in tuinbouw of van vee houden in landbouwen, dan is scheuren van het gras noodzakelyk. Maar als de tweede reden scheuren noodzakelyk maakt, is uitkijken de boodschap. Waarom zyn vele graslanden er zoo slecht aan toe? Waarom is de kwaliteit der grassen vaak zoo slecht? Hoe komt het, dat onkruid vaak meer ruimte inneemt dan het gras? Het kan liggen aan verschillende oorzaken, maar bemesting, waterstand en kalktoestand van den grond zyn wel de voornaamste. Op de zandgronden geeft het scheuren van zulke slechte landen altyd voordeel. De kalk toestand kan dan gemakkeiyk in orde ge bracht worden, de bemestings-toestand even eens en by schoon land of anders na eenige jaren verbouwen van hakvruchten kan dan weer gras ingezaaid worden. Op kleigronden gaat dit niet zoo gemakkelijk. Daar moet het bestand al heel slecht zijn, willen we adviseeren tot scheuren over te gaan. Want o, die zoogenaamde sukkeljaren op de klei by nieuw aangelegd gras zyn zoo bekend. Wat gebeurt er nu by het scheuren of INGEZONDEN MEDEDEELING. het omspitten van de zoden? Er wordt dan veel gras en wortelresten onder gebracht, veel humusvormende stoffen dus aangevoerd. Die gaan rotten en moeten ook rotten, vergaan. Het voedsel, dat er inzit, komt dan weer tot beschikking van de planten, Een bekal- king doet hierby veel goed. Op kalk, kali en phosphor in de zode moeten we maar niet rekenen, maar wel op stikstof. Deze zit er in, in een slecht opneembaren vorm, maar toch komen er flinke porties voor de planten ter beschikking, vooral als de kalktoestand tevens in orde is gebracht en de grond de lucht goed doorlaat. Vaste gronden geven geen lucht door en daar wil het met het wegrotten maar niet goed gaan, daar duurt het jaren. Die ondergebrachte zode maakt den grond los, veel te los. En hier denk ik vooral aan vraagsteller, die op het zand woont. Daarom is onderspitten zoo vroeg mogeiyk in het voorjaar, dus maar zoo spoedig moge- iyk, wel gewenscht. De vertering kan dan gedeelteiyk beginnen en de grond kan dan meteen bezakken, want op losse gronden doet die zode vaak verkeerd werk. Die belet de opstyging van water naar boven en doet het gewas verdrogen of niet opkomen. Daarom vroeg spitten en zoo noodig den grond goed aanrollen om daardoor een betere aansluiting te verkrygen met den ondergrond. Wat de bemesting betreft, moeten we rekening houden met de stikstof, die uit de zode komt. Of dit veel zal zyn of weinig, hangt af van de meer of mindere dikte van de zode, van den voedingstoestand er van, enz. Als er al eenige jaren niets meer aan het gras gedaan is, zal het wel niet zoo welig meer zyn. Voor bladgroenten geeft weligheid ook niets, die kunnen niet te welig zyn, maar voor wortelplanten en knolplanten (bieten, wortels, aardappels) en ook voor boo- nen is weligheid geen voordeel. Ik zou U aanraden op de zode per roe zoo'n 1,5 K.G. mergel te strooien en dit mede onder te spitten en dan over het gespitte land nog zoo'n 1,6 K.G. en deze goed met de bovenlaag te vermengen. Wendt U om een juiste toepassing maar eens tot den landbou w- onderwyzer ter plaatse. Verder zoo'n 1,5 K.G. slakkenmeel per roe en even zooveel patent kali. Wat de stikstof betreft houdt U zich hierby aan kalksalpeter of chili, wantik heb zoo'n vermoeden, dat de grond by U wel duur zal zyn. Van één van tweeën 2,5 ons per roe even voor het zaaien of planten, dus niet zooals het slakkenmeel, die U liefst geeft direct na het spitten, dat mergel en slakken meel byt elkaar toch niet. De patent geeft U een paar weken voor U den grond gaat bepoten of bezaaien. Mocht U voor slakken meel geen tyd meer hebben, zaai in de plaats daarvan dan super, evenveel en terzelfder tyd als de patent. Ook die twee byten elkaar niet. Hiermede geeft U een goede bemesting. Mogeiyk kan het bij U iets minder, maar het eerste jaar zou ik maar niet minder gaan, want dat gras heeft ook niet te veel weelde gehad. Ik gaf opper roe 2,5 ons kalksalpeter of chili. Daarna moet U verder zien hoe het land het doet. Als de zode goed inteert, kan het er soms al mee door, anders geeft U na een maand weer zoo'n portie en zoo noodig nog eens. Het Gooi en de radio. Dat mooie Gooi met zyn wyde heidenen plechtig# bosschen is zoo in korten tyd een echt radioland geworden. Het heeft er dus een attractie bygekregen en 's zomers weer een aanleiding meer voor de fietsers en automobilisten, om de vele wegen, die in het Gooi uitmonden, in te slaan en dan maar hun oogen uit te kijken aan het onbekrom pen groen en paars, en vol enthousiasme te wijzen naar het puntje van een antenne toren, dat achter een groepje huisjes of boomen opduikt. De Gooische burger ziet nu ook langs zyn huisje allerlei vreemde wezens gaan, menschen die eigeniyb in zyn afgesloten milieu nooit zullen passen, maar toch weer te veel Gooier worden om by de forensen te kunnen worden ingedeeld; het zyn de mensshen van de „radio", door industrie of omroep naar het Gooi gezogen. Het begon in 1018. Het buitenland leverde geen radio-installaties voor de schepen meer en de reeders wilden vooral in dien tyd van mynen en torpedo's hun schepen zoo maar niet de zee opsturen; er moest dus een nationale industrie komen en die kwam er met de oprichting van de Nederlandsche Seintoestellenfabriek te Hilversum, maar deze onderneming heeft zich niet tot haar eerste taak beperkt: behalve dat de vlieg tuigen met haar installaties werden toege rust, heeft zy ook de grondslagen gelegd voor ons huidig omroepwezen. Er werd n.I. in 1923 een telefoniezender gebouwd, die later nog eens vernieuwd werd, en rondom dien zender vormde zich een clubje, eerst in, later buiten den boezem der onderne ming, welks eerste naam uit do letters H. D. O. bestondde Hilversumsche Draad- looze Omroep. Maar wat zyn een zender en een oproep zonder ontvangers? Er werden dus ook om- roep-ontvangtoestellen gefabriceerd. Steeds eenvoudiger en naar mate het aantal zend stations in Europa waste, steeds selectiever ook. Er is in Hilversum echter niet alleen een industrie met een zendstation, er zyn ook nog plaatsen, waar men datgene maakt, dat die zender in electrische trillingen omzet en door het ontvangtoestel weer in zyn oorspronkeiyken vorm wordt teruggebracht, dus geluid, maar dan gemoduleerd geluid:' mooie muziek en verstandige woorden. Er zyn n.I. ook drie studio's: een van de A.V.R.O., een van de V.A.R.A.eneen van deN.C.R.V., waarvan de laatste met het zendstation van den Ned. Draadloozen Omroep - een naam- looze vennootschap gevormd door den Katho lieken Radio Omroep, de Nederl. Christelyke Radio Yereeniging en de Nederlandsche Seintoestellen Fabriek te Huizen is ver bonden. Maar er is in Hilversum eigenlijk nog meer, de wereldwyde kortegolf-zender PCJ in welks studio de „five languages an nouncer" Eduard Startz zynpractisch inter nationalisme botviert, door elk land op zyn eigen wyze te amuseeren en aldus prettig te stemmen voor de Nederlandsche Industrie, die dezen zender bestaan doet. We hebben ons laten vertellen, dat een zendtoestel eigeniyk niet zoo heel veel van een ontvangtoestel verschilt, alleen gaat alles in omgekeerde volgorde en is, omdat een zender reusachtige afstanden te over schreeuwen heeft, alles veel grooter en mon strueuzer, zoodat iemand, die van een ont vanger naar een zender loopt, zich zoo'n beetje voelt als Gulliver op reis van de dwergen naar de reuzen, by wie hy dan spoelen krygt te zien als vogelkooien, con densators als stellages en lampen als bloe- menvazen ja met water erin! want er zyn watergekoelde" lampen om te voor komen, dat door een buitengewone verhit ting ongewenschte uitzettingen zouden plaats vinden. Het benoodigde water krygt de Hilversumsche zender uit de waterleiding, maar in Huizen is geen waterleiding en zoo hoorden we daar in den z.g. Phohi- zender, dat hier 27 watergekoelde lampen worden gebruikt, waarvoor 100 M3. water in één uur tijds een „vy ver", een pomp en de lampen doorlóópt en dan weer met 10° verhooging opnieuw in den „vyver" terecht komt. In elk van de drie Hilversumsche omroep- studio's die, zooals oorspronkeiyk de gewoon te was, dus afgezien van de door den minis ter voorgeschreven omruiling, op den zender van de Nederlandsche Seintoestellen Fabriek te Hilversum zyn aangesloten, heeft deze haar „enclave" in den vorm van een con- tröle-kamer, waar het ter studio geprodu ceerde geluid, gecontroleerd en versterkt wordt voordat het per lfin naar den zender gaat. Door middel van lichtsignalen staat de controleerende technicus met dengene, die in de studio optreedt in contact, in dier voege, dat de eerste tydig zorgt, dat hij de lynverbinding instelt en de laatste niet te vroeg begint te spelen of te speechen, en niet met een collega een genoegeiyk praatje maakt in de meening, dat de microfoon is afgezet 1 In het gebouw van de A. V,R. 0. aan den Oude-Engweg ontdekten wy twee studio's, een tameiyk groote voor muziek en een kleine voor sprekers, twee keurig ingerichte vertrekken, uiteraard eenvoudig en wegens de plechtige draperieën langs de wanden veel geiykend op doodskamers. In de kleine stu dio, waarin, toen men er ons binnenleidde, nog de parfum van een der trouwe spreek sters tegen de vele plooien opkroop, 'is een royale katheder opgesteld die den „aange zochte" ongetwyfeld in staat moet stellen rustig en wel „in de ruimte" te praten. Voor groote uitvoeringen heeft men beslag gelegd op de concertzaal van het hotel „Hof van Holland", dat via een speciale lyn met het A. V. R, O.-gebouw is verbonden. Om den echo, die het geluid zyn volheid geeft en door studio's dikwyis opgeheven wordt, te herwinnen, is een leeg kamertje als echo-kamer ingericht: wat de microfoon in de studio opslorpt, geeft een luidspreker hier weer, om het, nu van wat echo voor zien, door een tweede microfoon weer te laten opnemen. Ook de V. A. R. A. heeft in haar residentie aan de Heuvellaan een kamer om echo te maken. De genoemde arbeiders-omroep beschikt over een royale villa, waarin de verdwenen kapitalist zich ongetwyfeld zeer behageiyk zal hebben gevoeld, een flinke tuin ligt er om heen en uit de inrichting van het geheel waarvan het orgel wel de clou is - blijkt dat de organisaties der geestverwanten haar eigen omroep niet in den steek hebben ge laten. Men weet, dat een der vele radio-vraag stukken luidt: wel of geen publiek in de studio? Als een poging ter oplossing, zoo deelde men ons ter V.A.R.A. mede, zou men in de sprekers-studio een verlichte afbeelding hangen, die den spreker den indruk zou moe ten geven een zichtbaar, reageerend publiek vóór zich te hebben. „En hier hebt u onze leeuw", zei men een tonnetje toonend, dat men vervaarlijk kon laten brullen. Er waren nog andere trucs, allerlei hoogst onschuldig kinderspeelgoed, dat véér de microfoon als een razende fabriek of een verscheurend dier had te fungeeren. Als groote studio van de Ned. Chr. Radio- vereeniging doet aan de Boomberglaan een Luthersche kerk dienst, tenzp er een gods dienstoefening gehouden moet worden. De voortdurende omwisseling kerk-studio heeft de heeren van de N. C. R. V. op vernuftige middeltjes doen zinnen om die zoo vlot mogeiyk te doen geschieden: het doet eenigs- zins denken aan het voormalige schuilkerkje op de O. Z. Voorburgwal te Amsterdam, dat nu als „Museum Amstelkring" de geniale maskeeriDgen voor belangstellenden demon streert. We zyn ook eens naar Huizen geweest, het rustige dbrp met zyn zwarte rokken en breede kappen, dat nu telkens in zyn rust verstoord wordt door vreemdelingen, die een van de beide zenders komen bezichtigen. In een klein vriendeiyk en modern gesty- leerd gebouwtje is het station van den N.D.O. ondergebracht. Er is ook een allerkunst stu- diootje met een celotex (suikerrietvezel)- bekleeding in plaats van draperieën. Dit ver trekje is er echter alleen volledigheidshalve, doch wordt practisch nooit gebruikt. Men vestigde onze aandacht ook op een inrichting, om in tyd van rypvorming de antenne des nachts, wanneer de zender niet „draait", te verwarmen en de wintersche parasiet te doen smelten. Een belangryk grooter gebouw herbergt den zender van den Philips' Omroep Holland- Indië, welke op een golflengte ongeveer 16 M. proefuitzendingen doet naar onze koloniën in het Oosten en WeBten en daartoe een speciaal antenne-stelsel in toepassing brengt, dat de in de studio te Amsterdam geproduceerde muziek slechts in twee richtingen den aether injaagt. Uit deze vluchtige trip biykt wel, dat wie het Gooi een echt radioland noemt, niet overdryft. Waar de N. S.P. 12 jaren geleden begon in een klein huisje met een schuin dak, zooals er nog zooveel in de kern van Hilversum staan, als een oorlogskindje met onzekere toekomst maar doelbewust opge voed, is thans opgegroeid een groote indus trie die nog andere uitingen van radio-leven naar het Gooi toe trok; waarby komt, dat het Gooi niet alleen voor industrieels doel einden gunstig gelegen is, doch ook als centrum, dat het heele land met de electri sche uitstralingen van twee zenders, zooals een tuinsproeier een bloemperk, gelijkeiyk besproeien moet, wèl gelegen is. M. v. W. krygt men zyn valschekiezen het laatst. We moeten wel geiyk geven! MEDEDEELING. Herhaaldeiyk ontvang ik brieven van pa tiënten met verzoek om raad. Slechts in enkele gevallen kan ik daaraan voldoen, na- meiyk wanneer het een geval betreft, dat, als zynde van algemeen belang, in deze ru briek kan worden besproken. Voor het m<Te- rendee] moet ik naar den huisdokter ver wijzen en worden vragen dan ook schriftelijk beantwoord, of wel onder „Correspondentie" in dit blad. Het doel van deze Medische Ru briek is slechts voorlichting te geven om ziekten te voorkomen, of wel daarvan de symptomen te omschryveD, zoodat men tij dig geneeskundige hulp kan inroepen, als men meent deze by zichzelf te kunnen waar nemen. Medicus. Niersteenen. Een lezeres vraagt my opgave van een dieet voor haar geval. Dit moet de huisdokter opgeven, want zonder persoonlijk onderzoek kan ik geen voorschriften geven. In het algemeen moeten ïyders aan niersteenen geen of slechts weinig vleesch eten, daarentegen veel aardappelen, aardbeien, tomaten en peren. Hierdoor wordt de urine in staat ge steld veel meer urinezure zouten, ureten, op te lossen, dan in normale omstandigheden; zelfs kan dit gaan tot 3£ gram per dag meer dan anders de gewone dagelyksche hoeveel heid bedraagt. Als men de ontzettende pyn- aanvallen slechts éénmaal ondervonden heeft, dan zal men zich duizendmaal liever met een dieet tevreden stellen dan de kans te willen loopen opnieuw zulke niersteenaanvallen te moeten doorstaan. Het is ongezond de lucht in kelder-woningen in te ademen. Stof en minetale bestanddeelen zakken, aan de wetten der zwaartekracht gehoorzamend, naar beneden. De kelderbewoner adomtdus de ongezondste lucht in, die bestaat. Daar enboven verschaffen de kleine vensters geen voldoende luchtverversching, zoodat ook van die zyde gevaar dreigt. Dientengevolge ver- loopen alle ziekten, mazelen, roodvonk, diphteritus, kraamvrouwen-koorts enz.) in kelderwoningen meestal heviger en ongunsti ger, dan in hoog en luchtig gelegen wonin gen. Heeft zich eens een ziekte in een kelder genesteld, dan ïyden alle pogingen om haar te verdryven byna altyd schipbreuk. Nage noeg zonder uitzondering worden alle familie leden door de ziekte aangetast, en het ge beurt niet zelden, dat een geheel gezin daar door verloren gaat. Hier helpt geen ander middel dan zoo spoedig mogeiyk: „naar hooger sferen. Tanden en Kiezen. Het tydstip van doorbreken der tanden is voor elk kind verschillend. Toch kan men over biet algemeen eenige gemiddelden aan nemen, die gelden voor een normaal ver loop. Voor het melk-gebit kan gelden: de 2 middelste snytanden in den onderkaak 4e tot 7e maand, de 4 snijtanden in den bovenkaak 8e tot 10e maand, de 2 voorste kiesjes in den bovenkaak 12e tot 15e maand, de 2 buitenste snytanden in de onderkaak 12e tot 15e maand, de 2 voorste kiesjes in den onderkaak 12e tot 15e maand, de 4 hoektanden 18e tot 21e maand, de 4 tweede kiesjes 20e toi 30e maand. Voor het wisselen met het blyvend gebit geldt: de 4 eerste achterkiezen 5e tot 6e jaar, de 4 middelste snytanden 7e tot 8e jaar, de 4 buitenste snytanden 8e tot 9e jaar, de 4 eerste voorkiezen 9e tot 10 jaar, de 4 tweede voorkiezen 10e tot lie jaar, de 4 hoektanden 11e tot 13e jaar, de 4 tweede achterkiezen 12e tot 14e jaar, de 4 derde achterkiezen of verstandskie zen 18e tot 22e jaar. Volgens een algemeen aangenomen waar heid krygt de mensch zijn „Verstandskie zen" het laatst. Volgens een mop in Het Amusante Weekblad is dit echter onjuist en OPLOSSINGEN DER RAADSELS UIT 'T VORIG HOEKJE. 1. Een dobbelsteen. 2. Natuurlijk te Delphi. 3. Een insect als: vlieg, mug en derge- ïyken, want die zet zich brutaalweg op de neuzen van koningen en keizers. 4. Den dag van gisteren hebben we alle maal gezien en zullen we nooit terugzien. 5. Natte steenen. 6. Dat is een leugen, want dat kan niet. NIEUWE RAADSELS. 1. In welke glazen is het't gemakkelijkst inschenken? 2. Wie brtekt er eer een been, die van een trap of die van een kerktoren valt? 3. Welke ys-soort kan niet smelten? 4. Welke klokjes kan men niet luiden? 5. By welk woord moet je iets bijvoegen wil het korter zyn? 6. Ik spreek zonder tong, Ik roep zonder long, Zonder zin en verstand, Roep 'k vreugd en leed door 'tland. (Al deze raadsels zijn ingezon den door „Viooltje".) Het betooverde Slot. In den tyd toen de stad Tetschen nog door hooge muren omgeven was, en niemand be halve de burgers der stad, op een mijl gaans in den omtrek het recht had eenig hand werk of bedryf uit te oefenen, woonde er in die stad een snijder, dien het recht voor den wind ging. Want bij alle kerkelijke feesten kreeg hy van links en rechts uit de stad en omstreken bestellingen voor mantels en wambuizenen dat wilde wat zeggen in dien tyd, toen de kleeren zóó stevig werden ge maakt, dat ze ais kostelyke erfstukken van vader op zoon overgingen. Nu stond er weer een Palmzondag voor. de deur en de natuur maakte alle toebereid selen om spoedig recht zonnig en zomer- achtig te worden. De menschen hadden alle maal hun pelsmantels reeds afgelegd en in menig huis zat men met ongeduld te wach ten, dat baas Hietel met de nieuwe kleeren uit de stad zou aankomen. De snijder was een man van zijn woord; en gelijk hij ge- wooniyk deed met het oog op den slechten en verren weg, vroeg hij ook ditmaal aan zyn buurman diens ouden karreknol ter leen en ging Zaterdags heel vroeg met pak en zak op weg, ten einde bytyds weer thuis te zyn van zyn rondreis by de buitenklanten. Maar zooals het meer gaat, hier bood men hem een kopje koffie, ginder een glas bier; elders verpraatte hy zyn tijd en nog ergens anders moest hy wachten, omdat er niemand thuis was. Kortom, 't was al volslagen don ker, toen hy van Losdorf naar Tetschen terug reed, langs den Lausitzer straatweg, die vlak langs den berg liep en waarvan nog heden ten dage de sporen bestaan. Hp had een aanzienlijke som gelds bij zich, endes- tyds was de bodem rechts en links van den weg, tot onder de muren der stad toe, be zet met dicht en donker woud; daarom speet het hem geducht, dat hy' zich zóó verlaat had. Ten overvloede ging ook nog zijn py'pje uit, en daarmee werd in hem het laatste vonkje van moed uitgedoofd. In deze gemoedsstemming was hij gena derd tot den „Boschheuvel", den oostelijken uitlooper van den Altnederberg, waar men nog heden ten dage de wagen-sporen van den ouden straatweg in den harden bodem ziet uitgesleten toen hy op eenmaal licht stralen tusschen de boomen heen zag schij nen; en onmiddellijk daarop bespeurde hp rechts van den straatweg een groot helver licht gebouw, met een ruimen voorhof, waar omheen een hooge muur liep. De oogen wijd opensperrend, ging onze verschrikte snij dei- recht in de beugels overeind staan en bracht met een snelle beweging zyn vermoeiden klepper tot stilstand. Al zyn levensdagen had hy langs dezen weg geen kasteel, bier huis, of wat het dan ook wezen mocht, ge zien. En 'twas toch een echt heuselijk ge bouw wat hy nu ineens zag, groot, met torentjes en allerlei uitsteeksels. (Wordt vervolgd.) niiiHiiiiiiiiiHiiiiniiniimD

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1930 | | pagina 2