Hoesten\jt& Aniga D: GST VERBRUIK EERSTE BLAD HEERENBAAI Geeft U op als Afeosiné, ZATERDAG 18 JANUARI 1930 Week-revue. FEUILLETON. DOOR EENS ANDERS SCHULD. jen lager Ijzondere S,50 tot [6,50 tot [getoond, It f11,25. [4,— tot 115,- tot jjn. Aan rent 7,10 |t 7,-; 30 stuks. waren It: Briel- I, Zeeuw- (60, idem blauwe i bravo's |t 1,30. ,4 6ct. te vraag. Sappelen, ïd. Geen 'fc Bronchitis en Kinkhnad Bronchitis en Kinkhoest SirOOP perflesch old. Bonbons perdoos 60ct Bl| Apotb. t0 Droflm^ (Adv.) VERKOOPINGEN. Op Woensdag 15 Jan. 1930, des nam 2 uur te IMELISSANT aan bet tramstation. Op DONDERDAG 16 Jan. 1930, des nani. ten IJ uur te DIRKSLAND aan het tram station. Op Vrijdag 17 Jan. 1930, des nam. ten IJ uur te ACHTHUIZEN aan het tramsta tion. Op Vrijdag 17 Januari 1930, des nam, ten 3 uur te OUDE TONGE aan het tram station. Op Zaterdag 18 Jan. 1930 des nam. ten IJ uur te OOLTGENSPLAAT aan het tram" station, van TIMMERHOUT. Deurwaarder GROENENDIJK. Prijs per kwartaal f 1,— Losse nummers 0,076 ADVERTENTIËN van 16 regels 1>20 Elke regel meer 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. 12E JAARGANG. - N°. 22 Binnenland. Onze broodetende weerprofeten komen danig in de knel. Al deze verlichte koppen hebben ons reeds maanden geleden een stren gen winter voorspeld, zulks tot groote vreug de vau den kolenboer en inplaats hiervan, heb ben we tot heden nagenoeg geen vorst gehad. Aan stormen hebben we in ieder geval reeds nu een behoorlijk portie gehad. Begin deze week gierde en raasde de W.N.W. wind weer over ons vaderlandje, ook in het buitenland hebben ze er van gelust, en uit schier alle hoeken van ons land kwamen berichten bin nen over min of meer ernstige stormschade. Op de groote rivieren en langs de kusten heeft de stormwind eenige slachtoffers ge maakt, waarbij eenige schepen voor de bin nenvaart ztjn gezonken en eenige zeeschepen op de kust zijn gestrand. Het heeft er dus wel danig gespookt, hoewel de schade geluk kig alleen tot het materieele beperkt is ge bleven. Ook in letterlijken zin heeft het deze week gespookt en zulks wel te Enkhuizen, Gouda en Rotterdam. Te Enkhuizen werd een min- nekoozend paartje op onaangename wijze door een jeugdig spook, later bleek het een bengel van 16 jaar te zijn, terwijl de Gouwe naars door een slagersjongen op spooksen- saties werden onthaald. De Rotterdammers deden het nog veel erger. Daar waren velen die een lugubere spookverschijning op een der zolders aan 'n pand op den Schiedamschen dijk hadden gezien en eenige avonden achter een stonden honderden, weldra aangroeiend tot eenige duizenden, met kloppend hart uit te zien naar het geheimzinnige spook, dat blijkbaar niet gesteld op een dergelijk groote belangstelling, zich niet meer vertoonde. Achteraf bleek het een meisje te zijn, aan gezet door de moeder en zulks uit wraak, daar de huisbaas de huur had opgezet. Voor deze jeugdige verschijning, voorzien van mombakkes, laken en een electrische lan taarn, hebben vier pootige kerels plus een vrouw, die een onderzoek op den zolder wil den instellen, overhaast de vlucht genomen, zoodra de spookverschijning den eersten stap in hun richting deed. Booze tongen beweren dat deze vier helden bij deze overhaaste vlucht te laat de behoefte ontdekten aan een bepaald kleedingstuk, hetwelk de mensch in zijn prilste jeugd pleegt te dragen. Door de overvloedige regens der laatste weken is de spoordijk nabij Moordrecht, lig gende aan het baanvak Rotterdam—Gouda, voor de zooveelste maal weer eens in ver zakking gekomen. Alleen dank zij de voort durende waakzaamheid is hier een ernstige ramp voorkomen. De verzakking was van dien aard, dat het verkeer gedurende een dag moest worden gestopt, doch nadat men ijlings eenige zandtreinen naar de bedreigde plek had gedirigeerd, is de verzakking be zworen. Waar het baanvak Rotterdam - Gouda veel te wenschen over laat, is voort durende controle hier noodzakelijk. W. HEIMBURG. VERTALING VAN HERMINE. (Geautoriseerde uitgave van D. Bolle.) 45) Ik knikte toestemmend. Toen bleef ik alleen met de oude vrouw; het geluid van zijn voetstappen stierf allengs weg op de trap. De nicht ontwaakte plotseling en was min of meer verstoord, dat wij haar hadden laten slapen, maar ging toch met van geluk stralend gelaat naar haar bed. ik stond nog geruimen tijd aan het venster en zag een manne lijke gedaante na, die zich langzaam verwijderde, totdat zij in de kromming van de dorpsstraat ver dween. Nu wierp ik mij ook in de kussens, maar slapen kon ik niet. Den volgenden dag bescheen een omeedoogendn felle winterzon het witte land en deed met haar stroomen van licht, dat tot in de kleinste hoekjes doordring, alle sprookjesheerlijkheid verdwijnen. De nicht zag er in dat heldere ochtendlicht ver scheidene jaren ouder uit; zij was bij mij in de kamer gekomen en zag 't met leede oogen aan, dat ik de doos met rozen uit Cannes weer inpakte en aan mijn stiefvader adresseerde, ik was erg be droefd. Al vroeg had ik mama's kistje uitgepakt Een buitengewoon lafhartige moordaan slag heeft zich te Stompwijk, onder den rook van Voorburg, afgespeeld, waarbij de 40-jarige manufacturier Van der Drift, gehuwd en vader van 8 kinderen, het slachtoffer is ge worden. Toen Van der Drift 's avonds van Leidschendam naar huis via den Vlietweg terugkeerde, werd hy op een onbebouwd ge deelte van den weg, door twee onverlaten neergeschotenHet onderzoek in,deze zaak is voor de politie zeer moeilijk, aangezien de opgegeven signalementen der twee vermoe delijke daders zeer vaag zjjn. Ook omtrent de motieven tast men volkomen in het duis ter, daar het slachtoffer zeer gunstig bekend stond en geen vijanden had. Het is daarom zeer wel mogelijk dat het hier een wraak neming betreft, waarbij de daders zich in den persoon hebben vergist. Buitenland. De aanwezige journalisten in Den Haag, welke de wereld moeten inlichten over het verdere verloop der Haagsche conferentie, z(jn eenparig van oordeel dat het een saaie vertooning in onze residentie is, aangezien er dezen keer niet de minste spanning heeft geheerscht. Terwijl dit ter perse gaat loopt de conferentie op haar laatste beenen en is alle kans op een klein heibeltje geheel en al verkeken. Zelfs Dr. Schacht, de president der Duitsche Rijksbank, tegen 't einde der conferentie naar den Haag ontboden, is er niet in kun nen slagen de boel op't laatste nippertje nog even op stelten te zetten, hoewel hij reeds dadelijk na zijn aankomst in Den Haag in deze richting een stevige poging ondernam. In de op te richten Internationale Bank van Betalingen, het financieele lichaam dat het mogelijk moet maken dat de in Den Haag aangegane financieele transacties kunnen worden uitgevoerd, was de deelneming der Duitsche Rijksbank bepaald op 100 miilioen mark. In een brief aan den voorzitter van de commissie voor de Internationale Bank van Betalingen, heeft Dr. Schacht de deelneming van de Rijksbank aan het kapitaal van de Internationale Bank van Betalingen gewei gerd, indien niet aan drie door Schacht ge stelde voorwaarden werd voldaan. Deze voorwaarden waren: ongewjjzigde aanneming van het plan Young. herziening der met Engeland en Polen gesloten liquidatie-overeenkomsten be treffende vroegere Duitsche eigendom men. c. afgezien van politieke en militaire sanc ties in eiken vorm. Even dreigde de gunstige en hoopvolle stemming door deze eischen te worden be dorven, alle verschijnselen van een naderend stormpje werden waarneembaar, doch minis- Dubbel is het genot met Wybert-tabletten, de keel is tegen ontsteking be veiligd, de adem zuiver! In origin, doozen 45 en 65 ets. (Adv en daarin, behalve een zeer koelen en oppervlak- kigen brief, een paar nietsbeteekenende presenten aangetroffen, dingen, zooals niemand ze schenkt, die 't lastig vindt iets te moeten geven, en, knor rig gestemd, het eerste het beste koopt en weg stuurt. Vooreerst een ieeren tasje met naaigereed- schap, zooals er bij dozijnen in de galanteriewinkels hangen; ten tweede een dagboek, in rood leder gebonden; ten derde glacé handschoenen, hier in het gebergte geheel overbodig; vervolgens een kabinetportret van den ouden keizer, zich over de wieg van zijn achterkleinzoon buigende, de zeer slechte afdruk van een zeer slecht portret, en dan nog wat suikergoed en wat rose papier met blauwe viooltjes in de hoeken. Zóó gaf mama vroeger nooit. Alles tot de minste kleinigheden toe had zij altijd zoo verstandig, met zooveel kiescli gevoel uitgekozen een jaar ge leden gaf ze mij papa's kleine ijzeren kruisje, dat hij in het knoopsgat placht te dragen, als hij burger- kleeding aanhad. Ik hing 't diep getroffen aan mijn horlogeketting en was daarmee zoo gelukkig. Met een dergelijk bewijs, dat zij mij nog liefhad, zou ik nu zoo innig blij zijn geweest, maar zij had andere dingen om aan te denken. Mijn stiefvader schreef mij, dat zijn kerstgeschenk mij thuis wacht te; mama begon al erg naar mij te verlangen en in de eerste helft van Januari zou hij mij persoonlijk komen afhalen, „Dat zal niet goed worden opgenomen, Anne- liseke," zeide de nicht, toen zij de doos naar be neden bracht om deze aan Hubner mede te geven. En toen zij terugkwam, herhaalde zij: „Dat zal niet goed worden opgenomen, als hij die doos open maakt hoe zal 't toch nog gaan? Ik had mij alles zoo anders voorgesteld. Ik kan mij eigenlijk ter Curtius, de verantwoordelijke leider der Duitsche delegatie, heeft na onderhandeling met Dr. Schacht diens verzet weten te bre ken. Dit verzet van Dr. Schacht, oogenschijn- lijk gericht tegen de vroegere geallieerden, was in werkelijkheid eerder een pijl tegen de eigen delegatie, doch naar alle waar schijnlijkheid zal Schacht er zelf de wrange vruchten van plukken. Curtius heeft een zoodanige wijziging van het plan Young voorgesteld, dat de Duitsche Rijksbank verplicht is tot deelneming in het kapitaal der Internationale Bank van Beta lingen en hierdoor wordt het voor Schacht mogelijk te zwichten voor een dwingende bepaling, zonder dat hij zelf voor de getroffen regeling de verantwoordelijkheid aanvaardt. Een groot deel der Duitsche pers en vooral de links georienteerde bladen, zijn over deze houding van Dr. Schacht hevig verontwaar digd. Alleen de bladen van Hugenberg prijzen Schacht geweldig en stellen hem voor als de sterke maD, die den moed heeft met de vuist op tafel te durven slaan. Het Berliner Tageblatt schrijft: Het spreekt van zelf, dat de Rijksregeering, wier ver tegenwoordigster de Duitsche delegatie is, zich haar buitenlandsche politiek niet zal laten voorschrijven door Dr. Schacht. Een zoo krachtig mogelijk protest is noodig om te voorkomen, dat de president van de Duit sche Rijksbank thans weer met eischen voor den dag komt, die in het tegenwoordige stadium niet de minste kans hebben en klaar blijkelijk alleen ten doel hebben, hen te laten optreden als de sterke man, die met de vuist op tafel slaat. De Vorwarts (Sociaal-democratisch) legt er nog een schepje extra op en schrijft: De heer Schacht heeft in December de financieele politiek van het Rijk gecomman deerd (gevolg de duikeling van Dr. Hilferding de sociaal-democratische minister van finan cien, aan wiens invloed het niet in de laatste plaats is te wijten dat Schacht tot president der Rijksbank is benoemd);in Januari,aldus de Vorwarts, voert hij in Den Haag een eigen buitenlandsche politiek; wat zal er in Februari gebeuren? Zou hjj zich tot keizer willen laten kronen In elk geval behoeven de rijkscommissies van Hugenberg, Stahl- held en Wehrwolf niet meer te roepen om een dictator; hij is er al. Dit alles is slechts een bescheiden greep uit de vele aanvallen welke Dr. Schacht zijn gericht. Geen wonder dan ook dat deze bladen aandringen de nieuwe wet op de Rijksbank zoo te wijzigen, dat de rechten van den president aanmerkelijk zullen wor den beperkt. Ondanks al deze heibeltjes en gebbetjes van den tweeden rang mag als vaststaande worden aangenomen, dat de uitvoering van het plan Young verzekerd is, waardoor dus een einde gemaakt wordt aan deze finan cieele oorlog. Amerika was bij het opvoeren van dit internationale schouwspel de lachen de derde. Het had alleen belang dat de finan cieele machinerie in elkaar werd gezet en op gang gebracht, doch hoe de onderlinge verhoudingen eigenlijk werden geregeld, was voor Amerika van minder belang. De Duit sche goudstroom, zich via de Internationale Bank van Betalingen splitsend in Fransche, Engelsche, Belgische en nog meerder stroom pjes, zal zich na deze korte splitsing weer vereenigen tot één krachtige stroom, gaande in de richting van Amerika. Op de eerste niet verheugen over den jongen, Anneliseke. Het liefst lag ik ginds onder de witte sneeuw." Terstond na tafel kwam hij en ondanks dit ge zegde, kon zij toch niet anders dan trotsch naar hem opzien en hem toeknikken. „Ge zijt een knappe Vent geworden, Robert!" zeide zij bewonderend. Hij was vroeg in de kerk geweest en had ons gemist. „Annelise heeft zich verslapen," verontschul digde de nicht ons. „Zij is niet gewoon zoo iaat op te blijven; wij hebben samen een preek gelezen." „Ik ben na de kerk bij den dominé en in de school geweest, 't Is daar overal nog net als vroeger en toch zoo geheel anders, nicht. En toen heb ik langs de molenbeek gewandeld en een praatje ge houden met een molenaarsknecht. Er zijn groote veranderingen aangebracht ai die stoommolens en dan die meelmagazijnen; het meel wordt zelfs naar Posen verstuurd. Overigens," ging hij voort, „is 't vandaag het prachtigste weer van de wereld om te wandelen. Hoe denkt ge daarover, nicht?" „Och, Robert, ik met mijn oude beenen? ik zou te veel van je geduld moeten vergen. Maar Anne lise?Zoudt gij 't niet prettig vinden, zeg?" dus wendde zij zich tot mij. Hij zag mij ook vragend aan. Hij zat bij het venster, waar de zon op zijn bruinen krullebol scheen, en als hij lachte, blonken zijn tanden onder zijn knevel. „Gij kunt goed loopen, freule van Stern- feid - maar hebt gij er niets tegen met zoo'n vreem den man door het bosch te draven? De sneeuw ligt een voet hoog en tot het voederhuisje te Heim- bacli is 't wei een goed uur loopen." „Ik ben niet bang voor sneeuw en verre reizen," zeide ik, „en ik verheug mij nieuwe wandelingen te ieeren kennen." Met deze woorden verliet ik de conferentie in Den Haag was Snowden de overwinnaar, de man die een groote mond opzette en daverend met de vuist op tafel sloeg, op de tweede was het de zwijgende waarnemer van Amerika, die niets anders had te doen dan toe te zien, hoe de tol der Europeesche oorlogswaanzin naar Amerika werd gericht. Terwijl de Haagsche conferentie op haar laatste beenen loopt, te Genève de -58ste vergadering van den Volkenbond is aange vangen onder leiding van Zaleski, Poolsch minister van Buitenlandsche Zaken, wordt er te Londen koortsachtig gewerkt aan de laatste voorbereidingen der vlootconferentie. Zoowel omtrent den duur als omtrent den afloop valt niets te voorspellen. Volgens enkele berichten rekent men dat deze con ferentie wel twee maanden kan duren. De internationale kopstukken hebben alleen nog maar een vaste domicilie, overigens zijn de heeren voortdurend op reis, dan welzijn ze aangezeten om de een of andere conferentie tafel. Over de Londensche vlootconferentie zullen een 300 buitenlandsche journalisten hun licht laten schijnen, voor zoover het dan mogelijk is dat er in deze militaire en politieke vraagstukken wat licht te brengen valt. Hier zal niet alleen tijdens deze con ferentie met dreigement-koffers worden ge werkt, doch reeds voor den aanvang dei- conferentie is er reeds met dreigementen gewerkt. Volgens een artikel in het hoofdorgaan der Fascistische partij, de spreekbuis dus van Mussolini, zal Italië onvoorwaardelijk vasthouden aan den eisch, om een vloot van dezelfde sterkte als die van Frankrijk te bezitten. Italië, aldus dit artikel, zal het kalm aanzien, indien de conferentie op dezen eisch zou mislukken. Hier begint de herrie dus al voor men bijeen is en op grond hier van en eveneens op grond van nog ver schillende andere kwesties, is het uitermate twijfelachtig of de heeren het te Londen twee maanden vreedzaam en vreetzaam zullen uithouden. Indien een leek overdenkt, dat tijdens de laatste vlootmanoeuvres der Amerikaansche vloot bewezen is, dat militaire vliegtuigen, uitstrooiend bommen tot een gewicht vaD 1000 K.G., in staat zijn om pantserschepen van 10.000 ton en grooter binnen eenige miniten, zelfs binnen de minuut, voor al tijd naar de haaien te zenden, indien men verder overdenkt dat juist de bewapening in de lucht schier dagelijks versterking onder gaat, uitgezonderd in Duitschland, waar zulks is verboden, dan vraagt de leek zich on willekeurig af welk nut het toch wel heeft, dat men te Londen als groote kinderen gaat kibbelen over het bezit van heel duur oor logsspeelgoed, dat in den komenden oorlog waarschijnlijk weinig meer waarde zal heb ben dan wat oud roest. INGEZONDEN MEDEDEELING. kamer om mij voor den verren tocht gereed te maken. Zoo gingen wij dien dag samen en den volgenden en den daaropvolgenden, en eerst als 't begon te schemeren, kwamen wij telkens thuis. De nicht liet ons kalm met elkander trekken, geheel onbewust van de plichten eener duenna; zij drong er zelfs op aan, dat wij de heldere middaguren tot uit stapjes zouden gebruiken. Onderwijl zat zij te lezen of te spinnen en wachtte ons dan met warme thee en een vriendelijk woord op. Robert bleef dan gewoonlijk den avondmaaltijd bij ons gebruiken, waartoe de nicht hem uitnoodigde, en wij besloten den dag met te dammen of een eenvoudig kaart spel met de oude vrouw om noten, zooals de kin deren. Ik leerde al zijn geliefkoosde wandelwegen ken nen en terwijl wij flink doorstapten, vertelde hij van Chicago en van de groote zaak, die zijn vader daar had opgericht en die nu onder opzicht van een knappen chef was gesteld, zoodat hij zelf zon der zorg afwezig kon zijn. Eens waren wij ook zoo uitgelaten als schoolkinderen en wierpen elkaar met sneeuwballen, en een andermaal zat ik als een kind in de prikslee en liet mij door hem rondrijden. Geen oogenblik had ik het gevoel, dat ik iets deed, wat in de samenleving gewoonlijk niet betamelijk wordt gevonden, 't Was alsof ik met een broer of een neef wandelde, met iemand, die men evenals zichzelf vertrouwt. De nicht zag ons als vragend in de oogen, als wij terugkwamenmaar als wij ongedwongen voort praatten en schertsten, zuchtte zij. De dertigste December was aangebroken; den eersten Januari moest Robert Nordman weer ver trekken. Nu begaven wij ons nog eens voor de INGEZONDEN MEDEDEELING. VerwklaÉak ly. uUfmnatdhdd': ECHTE FRIESCHE 20-50ct.perons (ook In onsen,'/» ponden en pond*) '"Ifraayt 1lttr Witike&er h. pa/ye ïbE SOLLICITATIES. Op de weegschaal. Met pagehaar en korte mouwen geen kans. Wij lezen in „De School met den Bijbel": Laatst, toen menschen van buiten twee kweekelingen tegelijk kwamen hooren, werd me de moeilijke vraag voorgelegd„Wie van de twee is wel de zwaarste?" Ze kunnen bij ons namelijk niet zwaar genoeg zijn. Ik beken eerlijk, dat ik op die vraag het ant woord schuldig bleef. Er zou wel een bloemlezing aan te leggen zijn van vragen, die tegenwoordig, nu er overvloed is van jonge leerkrachten,bij sol licitaties gesteld worden. Niet lang geleden kwam er een Hervormd hoofd een kweeke- lingetje „keuren". Ze had een Kweekschool op Gereformeerden grondslag bezocht. Dat was een aanbeveling voor haar. De vraag werd listiglijk gesteld! „En juffrouw, waar om is u op die Kweekschool geweest en niet op de Hervormde?" Het meisje zegt in haar gelukkige argeloosheid„Ja meneer, ik had eigenlijk wel op de Hervormde ge hoord, maar het hoofd van de school, waar ik vroeger leerling was, heeft me de andere .aangeraden." „En kun je wel verschil hoo ren als ds. A. confessioneel preekt of ds, B. Ger. Bond Een schuchter, niet begrijpend„Nee, meneer", was 't eenige antwoord. Sancta simplicitasl Ze was er my te liever om, maar de betrekking was wegl Dan wordt er tegenwoordig ook bijzonder acht geslagen op den haartooi! Een page kopje is natuurlijk absoluut contrabande. Een kweekelinge werd uitgenoodigd proef les te geven, ergens op een dorpje, maar het hoofd der school schreef er maar vast bij: „Wanneer u soms pagehaar mocht dra gen, kunt u de moeite wel sparen, dan wordt u toch niet benoemd". Dat was ten minste eerlijk vooraf gezegd. laatste maal op weg, wat stiller dan anders, daar de nicht had geschreid. Zij ging de stoep met ons af en zag ons van het voorplein na, totdat wij in het bosch verdwenen. Zij hield de hand voor de oogen, zoo verblindend was de sneeuw. ,.Nu zit zij daar weer en schept zich allerlei zor gen," zeide ik tot mijn geleider, die zwijgend naast mij liep. „Die behoeft zij zich helaas niet te scheppen, freule van Sternfeld," antwoordde hij; „die heeft ze al genoeg, maar ik kan ze haar niet afnemen. Ik zou alles voor het goede oude mensch overhebben, maar datgene, wat zij verlangt, mag ik niet doen. Verbeeld u eens, gisteren avond, nadat ik heen ging heeft zij mij met haar stramme vingers een brief geschreven en mij dien door den oudsten jongen van Hubner vóór dag en dauw laten be zorgen, Tot nu toe was mij nog nooit een epistel van de nicht onder de oogen gekomen en 't zou mij op de lachspieren hebben gewerkt, als als alles was zij schrijft niet zoo hartbrekend waar en klaar was. Overigens hebt gij haar betooverd, freule Annelise Om het andere woord schrijft zij tenminste: mijn arm Anneliseke!" „Wat heb i k daarmee te doen?" vroeg ik schie lijk. Hij zag mij aan. „Eigenlijk niets, en toch „Maar hoe dan?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1930 | | pagina 1