Anij
Eiken Orgel tn koop
Waterstokerij.
Even
Eventjes Denken
PLUIMVEE
Bij Gevaite Koude C«ig^fmrin
Ingezonden Stukken
Burgerlijke Stand
Predikbeurten.
verkoopingen.
Vraagt
uitsluitend
de Heer KLAAS RUITER,
den Heer HENDRIK DE VOOGD,
GRAAF EGBERT
SIGAREN
VERBRUGGE
Ie huur oi te koop gevraagd
Woon- en Winkel
of Woonhuis.
Aanbesteding.
w.
ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 2 NOVEMBER 1929.
Warme kabmetspudding.
Benoodigd: 1 onscolombyn-biscuits, 1 ons
bitterkoekjes, 3 eieren, 2 theekopjes melk,
half ons rozijnen zonder pitten, half ons su-
cade, 10 gram snippers, halve citroenschil,
2 eetlepels suiker, wat boter.
Bereiding: Besmeer een warme pudding
vorm met boter, leg tegen den opstaanden
rand de biscuits, goed aaneen sluitend. Leg
op den bod9m een laagje dooreen geroerde
roz(jnen, snippers en geraspte citroenschil,
daarop weer een laagje van de rozijnen met
de sucade en snippers, weer een laagje bit
terkoekjes en zoo vervolgens tot de bovenste
laag iets onder den rand van den vorm uit
bitterkoekjes bestaat.
Klop dan de eieren, roer er de suiker en
de melk door en giet het mengsel in den
gevulden vorm. Als de vloeistof is wegge
zakt, wordt de vorm gesloten. Kook dan
den pudding au bien Marie gedurende 1
1,5 uur.
Stort hem op een verwarmden schotel en
serveer er een saus van vruchtensap bij.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
HMB
NIEUWE OPGAVEN.
Vraagstuk No. 1.
Dicté.
Gevraagd wordt in cijfers het getali der
tien duizend dertien honderd en dertien even
voor ons te noteeren en ons dan even het
briefje, waarop men dit heeft gedaan, toe
te zenden.
Vraagstuk No. 2.
Tooveren.
Uit een doosje met lucifers neme men zes
gave lucifers. Wij vragen thans, wie er kans
ziet om uitsluitend met behulp van die zes
lucifers er drie en een half dozijn van te
maken, zonder ze te breken of op andere
wijze te „bewerken".
OPLOSSINGEN DER PUZZLES
uit ons nummer van 11 Oct.
Een tooverkwadraat.
We geven hieronder een oplossing hoe aan
alle eischen, door deze tooverruit gesteld,
kan worden voldaan. Er zijn meerdere op
lossingen mogelijk.
2 4 6 8 is 20
8 6 4 2 is 20
4 2 8 6 is 20
6 8 2 4 is 20
20 20 20 20
De royale oom.
Ook nu zijn er bij de oplossing van deze
puzzle weer vele van onze, anders toch zoo
gewiekste lezeressen en lezers ingeloopen.
Oom Piet verdeelde 23 peren, n.i. als volgt:
Willem krijgt de helft plus een halve peer,
dat is 8, want er waren nog slechts 15 peren
over... omdat er eerst twee en een half
dozijn afgetrokken moesten worden voor den
heer en mevrouw De Jong en hun dochter
Mien, dus acht en geen dertig, want 2 plus,
1/2 dozijn (6) is 8. Herman kreeg van de
rest (dus 7) de helft plus een halve peer,
dat maakt 4 stuks. Van het restant, dat er
nu nog is, krijgt Prederika weer de helft,
plus een halve peer is 2 peren, terwijl ten
slotte de kleine Charles het overschot, bes
staande uit één peer, ontvangt.
De legtijd nadert.
Het najaar is gekomen. De nachten worden
reeds koud en hier en daar vriest het al een
weinig. Overdag in de zon is het lekker,
maar als de zon er niet is, doet de kachel
ons goed. Zoo is het tenminste op 21 Oct.
Hoe het weer is, als dit stukje onder de
oogen der lezers(essen) komt, weet ik niet,
maar zomer zal wel voor goed weg zijn.
We zijn nu te wachten het gure najaarsweer.
Eu bij elk ongeluk hoort toch ook weer een
geluk, we zijn van onze jonge hennen de
eitjes te wachten.
En wie zich nu maar gehouden heeft aan
de wenken, die telkenmale gegeven zijn over
het broeden op tijd, over het koopen van
goede broedeieren en of kuikens, over het
opfokken van kuikens en jonge hennen, kan
onbezorgd de toekomst tegemoet gaan, ten
minste als hij zijn dieren heeft laten inenten.
Het is wel laat, maar wie het vergeten is
of meende er wel buiten te kunnen, iaat die
dan onmiddellijk zijn dieren laten behande
len, hij zal er later bl(j om zijn.
Voor onze jonge hennen breekt een nare
tijd aan. Hoe kan dat nu, zult ge vragen,
wij vinden die vele wintereieren wel fijn.
Ja, zoo is het ook. Maar de kip vindt al die
eieren niet fijn, die vindt dat leggen een
kwelling, die zou veel liever den winter
doorbrengen met luieren en vet worden.
Maar de dieren zijn er ten genoege van
de m,enschen en niet omgekeerd. Wij willen
eieroD, vooral in den winter. Maar daarom
moeten wij zorgen, dat onze hennen het
zoo goed mogelijk hebben. Dat zyn we ver
plicht aan de dieren, die wij ter verzorging
hebben aangenomen en bovendien ook aan
ons zelf, want zonder goede verzorging geen
voordeel.
Van nature legt een kip 's winters niet.
Daarvoor mist zij de voedingsstoffen en ook
de bescherming tegen ons gure klimaat. Die
Influenza, Griep en S fta bletb
r-H Koorts: RheumatiekT®»Y t7, 7.ii.s.
Koorts; Rheumatiek'
Hoofdpijn en Kiespijn
letten
Wettig beschermd tegen Vervalschingen
Prijs 40 en 75 ct. Bij Apolh en Drogisten
aanvulling geven wjj en de dieren leggen
's winters. Maar elke fout door ons tegen de
natuur gemaakt, zal zich wreken. Niet op
tijd gebroed geeft dus tegenslag. Te vlug
opgefokt, zoodat de dieren aan den leg zijn
op 4—5 maanden, geeft tegenslag. Niet laten
enten geeft tegenslag. Geen goed voer gedu
rende den winter geeft tegenslag. Een on
doelmatige huisvesting geeft tegenslag. Ver
lichting, verkeerd toegepast, geeft tegenslag.
En zoo kunnen we doorgaan. Maar beter
lijkt het me eens na te gaan, wat dan geen
tegenslag geeft, wat ons leidt naar het doel:
wintereieren.
Als er verkeerd gebroed is en verkeerd
opgefokt, kan ik er ook niets aan doen. Voor
dezulken schrijf ik evenals vorig jaar: doe
volgend jaar beter.
Goed voer is noodig. En onder goed voer
wordt op de eerste plaats verstaan goed
ochtendvoer. Dat is in den winter volstrekt
noodig, want dierlijk voedsel is dan in het
geheel niet te vinden. Dat ochtendvoer wordt
het best gegeven droog. Dat zfjn de dieren
gewend. Het noodige water vinden ze schoon
in den drinkbak. Warm aanmaken 's morgens
kan goed zijn, maar duizenden sparen de
moeite en doen dit nooit en rapen toch veel
wintereieren. Noodig is nat aanmaken dus
geenszins. En of de dieren het liever hebben,
weten we niets van. Als het menschon waren,
dan geloof ik van wel, maar omdat het geen
menschen zijn, behoeven we heel niet ze als
menschen op te passen en te voeden. Het
kan zelfs heel verkeerd zijn. Er zijn menschen
die alles wat dieren betreft afpassen als
waren het menschen. Daarmee kan ik niet
overweg. Menschen zijn menschen en dieren
zfin dieren. Elk met heel verschillende eigen
schappen en heel verschillende eischen. Als
een dier het met een bepaalde voeding goed
doet en goed produceert en niets doet ver
moeden, dat wy verkeerd handelen, dan is
onze voeding en verpleging goed. En omdat
bij droogvoer ook 's winters de kippen het
goed doen, zeker net zoo goed als wanneer
wy ze zouden vertroetelen met eiken morgen
een lekker kopje thee, daarom zeggen we:
doe geen overbodige moeite. Ge denkt mis
schien voor uw dieren meer dan goed te zjjn
en het is slechts schijn.
Ik wil hiermee niet zeggen, dat iemand,
die 5-6 kippetjes houdt en eiken morgen
keurig aangemaakt het ochtendvoer presen
teert, dat zoo iemand moet gaan droog voeren,
maar ik wil toch groot-kippenhouders er op
wijzen, dat droogvoeren zulke prachtresul-
taten geeft met zoo weinig moeite.
Wat de dieren 's winters graag hebben,
dat is groenvoer. Geeft toch groen. En dat
is er genoeg. Wie rogge gezaaid heeft, kan
den heelen winter snijden of uittrekken, wie
boerekool gepoot heeft, heeft daarmee voor
zijn dieren een kosteiyk wintergroen. En
wie bieten of rapen heeft, doet zijn dieren
daarmee eveneens een groot pleizier en voor
ziet daarmee in een groote behoefte.
Gras in den winter is nagenoeg, misschien
wel geheel waardeloos. Want alleen wat
groeit bevat de noodzakelijke vitaminen. Wij
geven aan onze kippen geen groen als voed
sel, wij geven het voor aanvulling van de
zoo noodige levensstoffen, waarbjj zegezond
biyven en levenslustig en veel sterker zijn
tegen verschillende invloeden, vooral ziekten.
(Slot volgt.)
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Geachte Eedactie.
Ik verzoek U vriendelijk onderstaande op
te nemen in Uw blad.
Naar;aanleiding van de critiek van den heer
Struijk op myn ingezonden stuk, diene het
volgende
Het is mijn bedoeling niet, aangaande die
critiek en de daarbij gevoegde dogmatische
waarheden, deze stuk voor stuk opnieuw
te gaan becritiseeren en wel uit de volgende
overweging.
Na lezing van het stuk is mij glashelder
gebleken, dat de denkbeelden en principe's
van den heer Struijk en van mij zoo ontzet
tend veel verschillen, dat van overeenkomen
absoluut geen sprake kan zijn. Daar dit ver
der aanleiding geeft tot veel noodeloos ge
schrijf, wil ik me alleen bepalen, bij wat
mijns inziens het goede is, aangaande de
kwestie, die ik te berde bracht n.i. het
foutieve in de manie om alle vereenigingen
te voorzien van „Chr."
Door oprichting van zulke vereenigingen
sluit men een aantal menschen buiten, die
hun religieuze gevoelens niet in het open
bare leven willen blootleggen; menschen,
die ook den strijd om het bestaan uit te
vechten hebben, maar die in zulke vereeni
gingen zich niet thuis gevoelen. Noodwendig
gevolg daarvan is.tweedracht.Men kweekt
nijd en naijver tusschen de verschillende
vereenigingen. De neutrale vereenigingen
daarentegen verzamelen menschen van ver
schillende denkwijzen, die werkelijk eens
gezind samenwerken en streven naar een
zelfde doel. Door deze vereenigingen op te
richten is men mijns inziens een stap nader
tot de groote gedachte dezer eeuw.
Immers in het andere geval treft men
menschen aan met ongeveer gelijke prin
cipe's, een zorgvuldig uitgekozen groepje
uit allen; de neutralen daarentegen vormen
als het ware een greep uit de massa en laten
hun hunne overeenkomstigheden zien.
En zoo moet het toch zijn. Tenslotte moe
ten de groepen uit de massa zich verzame
len tot de massa en als deze dan, machtig
door onderling verband, haar wensch uit,
dan is de verwezenlijking van het ideaal en
wel dat van de vredesgedachte, zoo goed als
bereikt. Dan zal de menschheid verder zijn,
dan wanneer zich groepjes afzonderen in
hokjes van dogmatiek en gelijke principe's.
Nog een paar dingen moeten me van het
hart. Ik kan me n.i. niet indenken, dat uit
gesproken neutrale bladen door christenen
niet gelezen mogen worden. Myn meening
is, dat iemand, die uitsluitend Chr. couranten
leest, een zeer eenzijdig oordeel moet kr(jgen,
wat betreft verschillende economische en
staatkundige gebeurtenissen, waardoor de
klaarheid van het voorgevallene niet tot hem
doordringt. In een neutraal blad daarentegen
wordt de geconstateerde realiteit zonder
meer weergegeven, met dikwijls de aanwij
zing, dat die of die courant van C. H., Anti-
Rev. Lib. of Kath. richting er zoo en zoo
over denkt. In zoo'n geval verkrijgt men
een helder begrip van de zaak, vormt men
uit de vanuit verschillend oogpunt beziene
toestanden of voorvallen een eigen meening.
En wat betreft de school, die de heer Struijk
ook nog aanhaalt, herinnere men zich dat
de L. O.-wet in Art. 42 punt 1 vereischt,
dat het onderwijs aan de kinderen „dienst
baar gemaakt wordt" o.a. „aan hun oplei
ding tot alle christelijke en maatschappelijke
deugden" en punt 4, dat „het godsdienst
onderwijs aan de godsdienstleeraren blijft
overgelaten", bovendien dat Art. 26 „gele
genheid biedt tot het ontvangen van gods
dienstonderwijs tydens de schooluren".
De onderwijzer is verantwoord voor de
verstandelijke en zedelijke vorming van het
kind, religieus onderwijs voor hen ressorteert
onder de verplichtingen van den godsdienst
leeraar.
En ten slotte: Er zijn veel religieuze
stroomiDgen in ons land en de aanhangers
van vele dezer zijn er in hun ziel van over
tuigd, dat hun godsdienst de ware en eenige
is en dat zij de ware Christenen zijn. Wie
geeft hun recht daartoe? Is het aan ons,
hier omtrent een oordeel te vellen? Is het
niet een aanmatiging die grenst aan bru
taliteit
„Oordeelt niet, opdat ge zelf niet geoor
deeld wordt".
Ik hoop, dat de heer Struijk inziet, dat
wij door verder geschrijf niet tot klaarheid
komen.
Onze beginselen zijn op geheel verschil
lende leest geschoeid.
U, geachte Redactie, hartelijk dankend
voor de plaatsruimte, verbiyf ik
met Hoogachting,
Melissant. W. MOELIJKER.
Jubileum J. Hameeteman.
Op Dinsdag 29 October 1929, herdacht de
heer J. Hameeteman den dag dat bij voor
25 jaar als gemeente-secretaris van Ouddorp
werd benoemd. Deze dag is voor hem niet
onopgemerkt voorbijgegaan. Te zijner eere
wapperde de vlag van het gemeentehuis. In
de raadzaal waren aanwezig de Edelacht
bare heer Burgemeester met zijn echtge-
noote en dochtertje, de raadsleden, secre-
tariepersoneel en de andere ambtenaren der
gemeente, allen te zamen gekomen ter com
plimenteering van deD geachten jubilaris.
Te ruim halfelf ure werd hij per auto van
zijn woning gehaald en door den heer Van
Noord, eerste ambtenaar ter secretarie, in
de Raadzaal binnen geleid. De Burgemees
ter richtte zich onmiddellijk tot den jubi
laris met een hartelijk welkom en sprak
ongeveer het volgende:
„Mijnheer Hameeteman, het zij my ver
gund eenige woorden tot U te spreken. Als
ge eens nadenkt dat het vandaag juist 25
jaar is dat U. als secretaris van deze ge
meente werkzaam zijt, kunt ge wel begre
pen, dat we dezen gewichtigen dag maar
niet zoo voorbij mogen laten gaan. By het
vertrek in 1904 van den toen maligen secre
taris den heer Bosschieter, die benoemd was
als Burgemeester van Stellendam, viel het
MIDDELHARNIS.
Geboren: Hendrik, z. v. J. Kievit en C. Verweij;
Johanna, d. v. C. v. d. Waal en H. Bakker; Cor
nelia, d. v. J. Breeman en M. C. Driesse.
STELLENDAM.
Geboren: Arentje, d. v. R. v. Seters en H. Brink
man; Arie, z. v. A. Human en H. C. Schaaf; Jacob,
z. v. K. Kalle en N. M. v. Dam; Andries, z. v. A.
Jansen en E. J. Lokker; Krijna, d. v. H. Blokland
èn J. C. Schaaf.
Ondertrouwd: A. Keizer 26 j. en C. v. Seters 24
j.; G. A. Jansen 29 j. en P. Markus 21 j. te Oolt-
gensplaat; C. B. Mijnders 26 j. en A. Koese J.Ld.
23 j.
Getrouwd: A. Keizer en C. v. Seters; G. A. Jan?
sen en P. Markus.
oog (ofschoon u betrekkelyk nog zeer jong
was) op u om in diens plaats, als gemeente
secretaris benoemd te worden, zulks onder
het bewind van Burgemeester Carsten, die
tot 1907 Burgemeester is geweest. Daarna
hebt ge gekregen Burgemeester van Ves-
sem, met wien u tot ^920 hebt samenge
werkt. Toen in 1914 de oorlog uitbrak nam
het aantal inkomende en uitgaande stukken
zeer toe, tengevolge waarvan uw werkzaam
heden ter secretarie zeer werden verzwaard
Niettegenstaande dit alles hebt ge, er niet
tegen op ziende, om wanneer het moest des
avonds na uwe kantooruren nog ter secre
tarie terug te keeren, steeds gezorgd dat het
u opgedragen werk op tyd werd afgewerkt.
Ook zyt ge nog secretaris der brandstoffen-
commissie geweest, zulks onder voorzitter
schap van wijlen Wethouder Jan Masten
broek en al werden hierdoor uw werkzaam
heden nog in meerdere mate verzwaard, u
hebt ze toch zoo goed mogelijk verricht. Nu
ruim negen jaar ben ik zelf Burgemeester
van deze gemeente. Het is my een verblij
dend verschynsel dat er gedurende al die
jaren zulk een goede harmonie tusschen u
en mij heeft bestaan en gaarne breng ik u
van deze plaats een woord van dank, waar
gij my, by myn intrede in deze gemeente
met haar plaatselijke toestanden op de hoogte
gebracht hebt en ik rnLj in de onderscheidene
aangelegenheden kon inwerken. Maar ook
met blijdschap constateer ik, dat, toen ik
de raadsleden mededeelde dat gy op dezen
dag uw 25 jarig ambtsjubileum hoopte te
herdenken, zij allen er in mee instemden
dezen dag niet onopgemerkt te laten voorby
gaan. Dit alles wel strekkende tot uw eer
dat zoowel door mij als door de leden van
d n gemeenteraad uw werkzaamheden als
secretaris zeer op prijs worden gesteld. En
geachte secretaris, de herinneringen die u
op dit oogenblik bestormen zyn zonder twy-
fel zeer gemengd, zij zullen u eensdeels tot
vreugde anderdeels tot droefheid stemmen,
vooral wat de droefheid betreft; want im
mers niet heel lang geleden toch werd uw
vaderhart getroffen door het verlies van uw
geliefd dochtertje. Maar ziet nu niet te veel
op de donkere wolken die over dezen dag
hangen, maar hebt een dankbaar hart voor
al het goede wat u deze 25 jaar hebt mogen
ondervinden, temeer nu ge ziet dat wij hier
allen tegenwoordig, rondom u geschaard,
hierdoor van onze waardeering blijk willen
geven. Nu zijn wij niet alleen bijeen ter
begroeting maar ook voor het aanbieden van
een stoffeiyk biyk, hetwelk u door den ge
meenteraad als blijk van hulde een „Jaars-
ma Haard" wordt geschonken. Zoowel het
secretarie-personeel met de andere gemeente
ambtenaren en ik, hebben gemeend, als blijk
van waardeering een geschenk te geven en
bied ik u namens hen allen aan, dezeelec-
trische salonlamp en rooktafel met toebe-
hooren. Ik spreek nu de wensch en de hoop
uit, dat het u gegeven moge zijn, wanneer
gij, thuis komende en vermoeid zijt van uw
dagtaak, menig uurtje genoeglijk in den
kring uwer familie door te brengen, genie
tende van een heeriyke sigaar, beschenen
door de electrische lamp, terwyi gy des
winters van den haard de warmte ontvangt
die men behoeft."
Met een stevigen handdruk werd de jubi
laris door den Burgemeester harteiyk ge
feliciteerd, den wensch uitsprekende, dat hy
steeds op den ingeslagen weg voort zal bly-
ven gaan. Daarna werd de heer Hameete
man door de raadsleden en verdere genoo-
digden gecomplimenteerd, en door het doch
tertje van den Burgemeester een prachtig
bloemstuk aangeboden.
Hierna bedankte de heer Hameeteman den
Burgemeester met de volgende woorden:
Hooggeachte Heer Burgemeester,
Edelachtbare Hceren leden van den Raad.
Het is mij een diepgevoelde behoefte des harten
U met een enkel woord mijn innigen, hartelijken
dank te betuigen voor de bewijzen van sympathe
en warme woorden van waardeering op dezen,
voor mij zoo gedenkwaardigen dag van U onder
vonden. Het zij mij vergund een wijle stil te staan
bij de en mijlpaal mijns ambtelijken levens. Zwak
en ziekelijk bij de aanvaarding van het mij op zeer
jeugdigen leeftijd toevertrouwd ambt, hoewel van
een betrekkelijk kleine gemeente, toch niet van alle
gewicht en verantwoordelijkheid ontbloot, was het
aanvankelijk niet te voorzien, dat ik dezen gewich
tigen dag zou mogen beleven, doch de mensch
wikt, God beschikt. Groeiende in de mij toever
trouwde taak en de vele moeilijkheden daaraan
verbonden langzamerhand te boven komende,
maakte ik het ook in lichamelijk opzicht meer en
meer beter. Kwam ik door Gods hulp mijn lichame
lijke zwakheid geheel te boven, door ijverige zelf
studie en onderzoek, leerde ik mij ook weldra in
mijn administratie thuis gevoelen, zoodanig, dat
ik, zonder hoovaardij mag ik het zeggen, mijn
ambt tot tevredenheid van Burgemeester en Wet
houders en van den raad mocht vernemen. Dit
bleek ook uit het raadsbesluit van tien Februari
1906 waarbij mij de betrekking voor onbepaalden
tijd werd opgedragen. Enkele jaren daarna, op 1
Juli 1911, moest ik op aandringen van den raad,
mij ook het ontvangersambt Uwer gemeente laten
welgevallen. Oppervlakkig gezien, dus een aan
eenschakeling van zonnige, onbewolkte dagen en
jaren. Het werk viel mij licht. Bovendien werd ik
in die eerste jaren bijgestaan door de niet te ver
smaden hulp van den heer J. C. Tanis, thans hoofd
commies ter secretarie van Haarlemmermeer, een
jongen reeds toen bezield met een verbazende
werkkracht. In al die jaren, wisselden vele malen de
gezichten in uwen raad; dezen vielen aan politie-
ken hartstocht ten offer, anderen gingen den weg
van alle vleesch, genen vermeenden wegens hoogen
ouderdom of lichaamsgebrken zich aan het ambte
lijk leven te moeten terug trekken.
Alleen één bleef. En die eene waart gij, wethou
der Voogd. Ruim 24 jaren hebben wij, geachte
wethouder te samen in deze gemeente mogen die
nen. Veel bn ik U verschuldigd, mijn tekort-
komingei: zaagt gij welwillend door de vingers.
Aangenaam en zonder eenigen achterdocht was
onze samenwerking. Moge er nog meerdere jaren
aan worden toegevoegd. Onder een drietal burge
meesters heb ik mogen dienen. Is lest best? Ik mag
het niet zeggen, maar wel weet ik, dat het laatste
tiental jaren, tot de alleraangenaamste van mijn
ambtelijk leven behooren. Toondet gij U Hoog
geachte Burgemeester een humaan chef, gij waart
voor mij meer. Zonder schroom mag ik verklaren,
dat de onderlinge samenwerking tusschen U en|mij
nimmer iets te wenschen overliet. Waart gij het
hoofd, wien zou dit bij onze onderlinge besprekin
gen in het belang der gemeente of administratie
hebben opgemerkt? Steeds heerscht er een rustige,
vertrouwelijke, opfrisschende en opgewekte geest
en verstandhouding tusschen ons. Ik kan u niet
genoeg dankbaar daarvoor zijn, want dat neemt
veelal het eentoonige, geestdoodende in ons vak
weg. Waren er fouten en tekortkomingen, en bij
wien zijn die niet, want niemand is volmaakt,
nimmer dienden harde woorden of verwijtingen
als geesel tot verbetering, maar een liefdevol, ver
manend vriendschappelijk woord was uw terecht
wijzing. Wie zou zijn oor niet neigen tot een derge
lijke vermaning? Maar ook een vriend, een beste
vriend waart gij mij. Wie toonde er meer belang
stelling, medegevoel,f medelijden, als zware rampen
mij troffen? Waart gij mij in die bange dagen niet
meer dan een vriend? Als ik verslagen van droef
heid en rouw daar neder zat, beurdet gij mij op met
woorden van troost en bemoediging, niet een holle
phrase, een uiten van burgerlijke beleefdheid maar
werkelijk gemeend, wellende uit het hart. Moet
deze dag voor mij zijn een dag van vreugde en
dankbaarheid, voor een belangrijk deel heb ik dat,
naast God, aan U te danken. En het is mij een be
hoeft des harten U daarvoor in deze gebrekkige
woorden mijn diepe erkentelijkheid te betuigen.
Moge het ons beiden gegeven zijn, U als Hoofd en
mij als Uw eersten ambtenaar nog lage jaren de
belangen dezer gemeente, die ons na aan het hart
ligt te blijven waarnemen.
Nu nog een enkel woord van dank aan de Heeren
Van Noord en Kaptijn, die als ambtenaren ter
secretarie mede hebben geholpen mijn taak licht
te maken. Ik behoef u niet te wijzen op de onder
linge goede verstandhouding, die al dien tijd tus
schen ons heerschte, want deze is bijna spreekwoor
delijk. En toch mijn dank daarvoor. Hoe aange
naam zijn de jaren daarheen gevlogen. Terecht
wijzingen, een gevolg van laatdunkendheid, of ver
keerde gewoonten waren niet noodig. Wij waren in
den goeden zin des woord vrienden, wat aan onze
administratie slechts ten goede kwam. Laten wij
op dezen weg voortgaan en blijven arbeiden in het
belang eener gemeente, welks bestuur ons steeds
reden tot tevredenheid heeft gegeven. En ook U,
eden van den raad mijn dank. Ken ik velen Uwer,
in uw ambtelijke waardigheid slechts korten tijd
toch lang genoeg om te weten, dat uw eersten
ambtenaar u niet geheel en al onverschillig is. Uw
tegenwoordigheid op deze plaats en dit uur is daar
voor het beste bewijs. Ik spreek den wensch uit,
mij nog enkele jaren in uw welwillendheid te mogen
verheugen. Nog rest mij u allen dank te zeggen voor
de stoffelijke blijken van sympathie en waardeerin
mij dezen dag geschonken. Moge zij een aangename
herinnering blijven aan de vervlogen jaren van
mijn ambtelijk leven, mij bij aanschouwing wijzen
op mijn plicht mijn taak steeds nauwgezet en ijve
rig te blijven waarnemen, opdat ik mij alzoo moge
blijven verheugen in uwe welwillendheid.
Zondag 3 November 1929.
NEDERLANDSCH HERVORMDE KERK.
Middelharnis, vm. leeskerk en 's av. ds. van
der Wal uit Dirksland.
Sommelsdyk, vm. ds. van Ameide en 's av.
leeskerk.
Dirksland, vm. ds.van der Wal en 's a v. leeskerk.
Herkingen, vm. en 'sav. dhr. Dekker uit Bleis-
wyk.
Melissant, nam. ds. Dekker uit Nieuwe Tonge.
Stellendam, vm. en 's av. dhr. Bouman.
Goedereede, vm. ds. Polhuijs.
Ouddorp, vm. leeskerk en nam. ds. Polhuis.
Nieuwe Tonge, vm. en 'sav. ds. Dekker
Oude Tonge, vm. en 'sav. ds. Vlasblom.
Ooltgensplaat, vm. leeskerk en 'sav. ds. van
der Zee uit den Bommel.
Langstraat, vm. dhr. Vetter.
Den Bommel, vm. ds. van der Zee en 's av.
leeskerk.
Stad aan 't Haringvliet,"vm. leeskerk en nam.
dhr. Vetter.
Hellevoetsluis, vm. ds. Timmer.
Nieuw-Helvoet, vm. ds. Priester.
(HerdenkiDg kerkhervorming. Extra collecte
voor de Gustaaf-Adolf-Vereeniging.)
Nieuwenhoom, vm. ds. de Voogd van der
Straaten.
Rockanje, 'sav. ds. Timmer van Hellevoetsluis.
Oostvoorne, 's av. ds. Brinkerink.
Vierpolders, vm. ds. Los. (Dankstond voor het
gewas
Zwartewaal, vm. ds. Los.
Heenvliet, 's av. ds. Warners, vlootpredikant,
Abbenbroek, nra. ds. Stegenga van Simonshaven.
Oudenhoorn, vm. ds. Bons.
(Herdenking Kerkhervorming.)
Spijkenisse, nam ds. Bons van Oudenhoorn.
LUTHERSCHE KERK.
Hellevoetsluis, 'sav. ds. Schmidt uit Schiedam.
PROTESTANTENBOND.
Brielle, (Kerkstraat) vm. ds. Poortman uit Does
burg.
GEREFORMEERDE KERK.
Middelharnis, vm. en 's av. leeskerk.
Stellendam, vm. en 'sav. leeskerk.
Ouddorp, vm. en nm. leeskerk
Ooltgensplaat, vm. en dih. ds. de Lange.
Den Bommel, vm. en nm- ds. Schaafsma.
Stad a.'t Haringvliet, vm. en sav ds. de Graaff.
Hellevoetsluis, 's av. ds. Westerhuijs.
Nieuw-Helvoet, vm. ds. Westerhuijs.
OUD-GEREFORMEERDE GEMEENTE.
Stad aan 't Haringvliet, vm.,nm.en'sav.lezen.
GEREFORMEERDE GEMEENTEN.
Middelharnis, vm- en 's av. leeskerk.
Dirksland, vm. en s av. ds. de Blois.
Herkingen, vm-, nm. G,n s>av. leeskerk.
Ouddorp, vm. e° leeskerk.
Op WOENSDAG 6 Nov. bjj Veiling in Hotel
Polderman en op WOENSDAG 13 Nov.
bij Afslag, in Hotel Keuvelaar beiden te
Dirksland, telkens des 's avonds 7 uur,
van 2 Huizen te Dirksland aan en naby de
Winterstraat, waarvan één vry' van huur.
Notaris VAN DER SLUTS.
Heden overleed na een korte on
gesteldheid, zacht en kalm, onze
innig geliefde Man, Vader, Behuwd-
en Grootvader,
oud-directeur der Rijksnormaalschool
en oud-hoofd der M.U.L.O. school
te Middelharnis,
in den ouderdom van ruim 62 jaar.
Uit aller naam,
Mevr. Wed. G. RUITER-
STEENBEEK.
Haarlem-Noord, Raadhuisplein 5.
31 October 1929.
Eenige kennisgeving.
Voor de vele en hartelijke deel
neming ons betoond bij het plotseling
heengaan van onzen besten Man en
Vader,
betuigen wij onzen welgemeenden
dank.
Wed. H. DE VOOGD—
Tiogelman.
HERMAN.
BAS
MIDDELHARNIS, 31 Oct. 1929.
Louis Bouwmeesterplein.
zonder gebreken, 12 Registers
bij J. P. v. SPLUNTER, Brood- en
Banketbakker, MIDDELHARNIS.
verkrijgbaar voor winkeliers bij
MIDDELHARNIS
Door ziekte ter overname
aangeboden goed beklante
W aterstokeri j,
ruitn bestaan. - Hillegersberg.
Br. lett. H. R., Boekhandel H.
SWARTE, Zwart Janstraat 56,
Rotterdam.
een
Brieven onder letter E. aan het
Bureau van dit Blad.
Op WOENSDAG 13 NOVEMBER
1929 te 11 uur v.m. zal door BURGE
MEESTER en WETHOUDERS der
Gemeente MIDDELHARNIS ten Ge
meentehuize in het openbaar worden
aanbesteed:
Het aanleggen van een Speel
terrein bij de Openbare U. L. O.
school te Middelharnis.
Oppervlakte Speelterrein plm.
1000 M2., bestaande uit een dek
laag van Teer, Steenslag, Split.
Voorwaarden te verkrijgen tegen
betaling ad 1,bij den Architect
der Gemeentewerken.
ALPACCAEN
ZILVER-BESTEKS
ia -