INIDDELHARNIS-ÏELEF. 85
Dun- Uitvallend Haar
F. A. BERNARD
WOENSDAG
26 JUNI 1929
11E JAARGANG. - N°. 65
Pluimveeteelt.
Voor huis en hof.
FEUILLETON.
De slachtoffers der Wraak.
Landbouw.
Geeft U op als Abonné
Prijs per kwartaal
Losse nummers
ADVERTENTIËN
van 16 regels 1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen
door onze abonné's worden gezonden aan
Dr. B. J. G. te Hennepe, Diergaarde-
singel 96a Rotterdam. Postzegel van
7 J cent voor antwoord insluiten en Blad
vermelden.
Wat doen de kuikens 's nachts!
Den vorigen keer hebben we gezien hoe de
kuikens onder een z.g. caroussel-kunstmoe-
der zich gedurende den nacht gedroegen en
zich bf min of meer in een cirkel opstellen
bf in een gedeeltelijken cirkel met eilandjes
er buiten. Dit geldt dan voor de troep kui
kens in zfin geheel, doch onderling, wisselen
de kuikens voortdurend van plaats.
De kuikens in den warmeren tyd geboren
hebben dns neiging om in groepjes buiten
de kunstmoeder te zitten 's nachts en dan
min of meer te verkleumen tegen den mor
gen. Men vraagt zich af of het hieraan toe
te schrijven is dat laat broed kuikens niet
zoo goed groeien als vroeger gebroede.
Als dit zoo is zou dus een afrastering
gedurende den nacht rondom de kunstmoe
der wel gewenscht zijn. De kuikens kunnen
dan niet in aparte groepjes buiten de kunst
moeder verkleumen. Feitelijk hebben toch
de laatbroed kuikens meer zon en langer
licht dan de vroegbroed en men zou dus
verwachten dat ze heter zouden groeien.
Mogelijk dat nu deze kunstmoeder-ervarin
gen een oplossing hiervan geven. Maar uit
deze schijnbaar nuttelooze proeven wat kui
kens doen volgen nog meer practische wen
ken. Hoe meer kuikens namelijk onder de
kunstmoeder, hoe meer ze zullen moeten
zoeken naar hun beste plaatsje, hoe meer
onderlinge onrust dus. Vandaar dat dit een
bevestiging is van de oude ervaring dat men
feitelijk niet meer dan 300 kuikens onder
een scherm moet zetten.
Doch ik door met vragen. Nu we eenmaal
dit opgemerkt hebben gaan we eens letten
op andere kunstmoeder bijv. de electrische,
waarbij soms het geheele dek boven de
kuikens egaal verwarmd wordt. Onder zoo'n
kunstmoeder is dus een gelijkmatige tem
peratuur. Hoe zullen nu kuikens onder zoo'n
kunstmoeder zich houden in vergelijking
tot kuikens onder een scherm 7 Dit geldt
ook voor warmwater kunstmoeders of an
dere modellen. Gebleken is al dat in de door
m(j beschreven battery-kunstmoeders waar
bij 1000 kuikens in zes lagen boven elkaar
op 1 M1 ruimte gefokt worden de kuikens
best groeien. Bij deze battery-kunstmoeders,
die thans al meer en meer ook in Duitsch-
land beginnen te komen, heeft men öf het
zooeven beschreven verwarmingstype van
electrische bovenplaat verhitting, bf men
plaatst de heele batterij of meerdere bat
terijen in één verwarmde ruimte. Verder
vragen we ons dan af: Zou het niet goed
zijn dat de kuikens 's nachts van tyd tot
tijd eens gaan verzitten en zich bewegen
van warmere naar koudere plaatsen en om
gekeerd.
We zien dus dat een schynbaar nuttelooze
proef tenslotte tot zeer belangrijke vraag
stukken voerde en daardoor kwam ik er toe
eens meer aandacht te besteden aan de elec
trische kunstmoeder. Men heeft daarvan in
Duitschland thans heel eenvoudige modellen
geconstrueerd, een eenvoudig electrisch ver
warmde plaat die men op vier steenen zet
en waaronder de kuikens kunnen gaan zit
ten. Ik hoop met dit eenvoudige en goed
koops ding binnenkort eens proeven te no
men. We komen dan dus op zeer eenvou
dige kunstmoeders, n.l. een zinken bodem
waarop wat turfmolm, daarboven een gaas-
vloer en daarboven het eiectrisch verwarmde
dek. Daarmee ben ik er nog niet, want ik
wil deze electrische kunstmoeder-proef com
bineeren met een electrische opfokproef, n.l.
met nieuwe lampen die ultra violette stralen
afgeven en betrekkeiyk goedkoop zyn. Moch
ten deze binnenshuisproeven gunstig ver-
loopen (in andere landen verliepen ze al heel
gunstig, doch ik probeer graag alles eerst
zelf alvorens het aan te raden) dan wordt
de slachthuisfokkerlj in den winter er veel
eenvoudiger door.
Myn schroom van electrische kunstmoe
ders zal ik ook nog moeten overwinnen.
Tot nu toe waren myn resultaten daarmede
niet gunstig, doch er zyn thans nieuwere
modellen in den handel die belangryk beter
heeten te zyn.
De door my beschreven proeven in Mas
sachusetts trokken in Amerika veel aan
dacht en een der grootste pluimveebladen
daar ging ze direct oontroleeren op het eigen
proefstation. Meer en meer gaan n.l. de pluim
veebladen er toe over eigen, proefstations
op te richten en dit is een methode die ik
zelf al verschillende jaren toegepast heb.
Zeer duideiyk is het oordeel van een der
gelijke proefinstallatie weer gebleken met
de nieuwe gaasbodems en de gelegenheid
die ik nu had met pullorum kuikens flinke
proeven te nemen. En zoo is het met alles
wat op pluimveegebied z.g. .uitgevonden"
wordt.
Men moet het zelf probeeren en omdat
niet iedereen daartoe in de gelegenheid is
moet een groot blad over een eigen inrich'
ting kunnen beschikken. Vooral ook met
het oog op minder eerlijke adverteerders
is een controle zeer gewenscht. De Poultry
Tribune nu heeft een aparte nacht-werkman
in dienst op haar proefstation. Dit is op meer
groote Amerikaansche pluimveebedry ven het
geval. Deze controleert 's nachts broedma
chines en kunstmoeders, reinigt drink- en
voerbakken, vult de voerbakken, pakt eieren
in, timmert, enz. een massa kleine by werk
jes die toch nuttig zyn.
Hier bleek nu dat by het hierboven be
schreven geval de kuikens buiten den rand
der kunstmoeder zitten en ais de tempera
tuur daalt, eilandjes van opeen kruipende
kuikens er buiten vormen, hetgeen gevaar-
ïyk is met het oog op kouvatten. Het op
hoopjes kruipen is steed3 tegen te gaan,
vandaar dat het gewenscht is dat de tem
peratuur in de kunstmoeder goed geregeld
is.
Over proeven met voortdurende nachtver
lichting van het kuikenhok die door de
Poultry Tribune genomen werden, spreek
ik later wel weer eens.
Dr. tb Hennepe.
(UIT HET DUITSCH.)
LEEST ONZE EILANDEN
28)
„Goed. Ga dan deze mannen voor. Als ik u
verzoeken mag, zwijg dan onderweg; bedenk dat
alles er van afhangt!"
„Nadat zij van den rechter nogmaals hun beve
len ontvangen hadden, vertrokken zij. Eduard
zag hen tot het laatste oogenblik na. Daarna
wendde hij zich tot den rechter om dezen zijn
vroeger gevolgde gedragslijn te verklaren. „Wilt
,u mij naar mijn moeder volgen om na de vele
^spanningen van dezen dag een verfrissching te
gebruiken? Dokter Boltmann, de redder van
Arnold mijn broeder zal tegenwoordig zijn."
Déze overwoog of het met zijn waardigheid
°vereengebracht kon worden van denzelfden man
vriendschapsblijken aan te nemen, die hij, nog
slechts weinige oogenblikken geleden, veroordeeld
«ad. Hij besloot van het aanbod geen gebruik te
maken.
Tot groote verbazing der beide kantoorbedien-
tati> die den vroolijken Eduard reeds in hun ver
taling gehangen of onthoofd zagen, volgden de
gieren der commissie, die zich bij Boltmann
nadden aangesloten, den jongen man, di* de heeren
menige schoone vergezichten liet bewonderen en
vervolgens hen naar het woonhuis geleidde.
Uw haat houdt op uit te vallen en wordt
dikker en voller, indien gij des morgens slechts
een weinig Purol goed in de hoofdhuid wrijft
en overigens stevig door de haren uitstrijkt.
(Adv.)
DG KAMERTUIN.
Het kweeken van Cineraria's uit zaad
of stek.
De tegenwoordige gekweekte Cineraria's
zyn alle afstammelingen van soorten inge
voerd van de Canarische eilanden of van
Kaapland. De kleinbloemige soorten dezer
uitgebreide familie groeien in ons land op
moerassige streken in het wild. De cultuur
heeft het uiteriyk der afstammelingen der
geimporteerden aanmerkeiyk verbeterd. Een
goed gekweekte Cineraria moet breed en
gedrongen van groei zyn, de bladeren groot
en met vlakken stand, de bloemen eveneens
groot, vereenigd in een gesloten en vlakken
tuil en zuiver van kleur zyn. Het aantal
kleuren is legio en men treft ze aan in rood,
paars, blauw, tweekleurig of gestreept of
nagenoeg wit.
Een bloeiende Cineraria is een sieraad voor
de kamer, die het vry lang weet uit te hou
den, mits de plant behoorïyk water krygt
en een frissche en koele plaats heeft. Wordt
aan deze eischen niet voldaan dan verleppen
de bloemen snel. Kweeken we de planten
niet zelf, dan biyft het een betrekkeiyk dure
plant, aangezien ze een-jarig ia en dus na
den bloei enkel nog waarde heeft voor de
zaadwinning of voor de stekvorming.
Om zaad te winnen verdient het aanbe
veling de plant in een lichte, luchtige en
niet te vochtige kas te zetten en mogen by
het gieten de bloemen niet nat worden, doch
moeten deze volkomen droog biy ven. In een
kamer lukt het ook wel, doch minder goed,
Voor weinig centen koopt men een pakje
zaad en kan men deze moeiiykheden ont
loopen. Een bepaalde kleur der bloemen kan
bezwaariyk worden gegarandeerd, aangezien
de Cineraria lang niet zaadvast is. Verlangen
we vroeg in het voorjaar bloeiende planten,
dan zaaien we in Juli, uiteriyk in Augustus
in potten en plaatsen deze in een kouden
bak. De plantjes groeien vry snel, moeten
beschermd worden tegen de felle middagzon
en verlangen een vochtigen grond. Af en toe
de plantjes eens over den kop sproeien. Ze
verlangen een voedzamen grond, moeten
ruim verspeend worden, opdat ze zich be-
hooriyk en ongehinderd kunnen ontwikkelen.
Ais grondsoort kan men verschillende grond-
mengsels nemen. Kleigraszodengrond met
wat koemest en zand of bladaarde met zand
en mest is goed. Ook voedzame tuinaarde
met wat koemest geeft uitstekende resulta
ten. De grondmengseis leveren dus geen
moeiiykheden op. Beschikken we over een
warm bakje of een warme kas, dan kan
eveneens in Januari worden gezaaid, en zyn
de planten in Mei zoo ver dat ze geschermd
buiten den bak kunnen en ongeveer in
Augustus in bloei staan.De beroepskweeker
prefereert om flnancieele reden natuurlijk
het voorjaar, doch bij den amateur is dit
van ondergeschikt belang.
Het kweeken van stek is nog gemakke-
ïyker en geeft bovendien meer waarborg
wat de kleur betreft en andere eigenschap
pen. Ondanks dit komen er natuurlijk ook
hier afwykingen voor. Dit is ook juist wel
aantrekkeiyk by het zelf opkweeken. Onder
de afwijkende exemplaren komen soms heel
fraaie planten voor.
Zoodra de planten in Mei of Juni zijn
uitgebloeid, worden ze overgebracht naar
den tuin. Aan den voet der planten ver-
schynen dan eenige uitspruitsels en deze
worden er in September afgenomen. De oude
plant kan dan meteen opgeruimd worden.
De jonge uitspruitsels worden dan ieder af-
zonderiyk in een potje gezet en daarna tot
aan de nachtvorsten in een kouden bak ge
plaatst. Van hier verhuizen ze naar een koele,
vorstvrye kamer. Alleen by felle zon scher
men, overigens verdragen ze het zonlicht
uitstekend en ontwikkelen zich goed. Half
December kan men op deze wyze reeds
fraai bloeiende exemplaren hebben.
Met zelf opkweeken door stek of door
zaaien is een zeer aantrekkeiyk werkje en
naarmate we meer ervaring krygen, worden
ook de resultaten beter. Het is bovendien
heelemaal niet erg ais er eens eentje sneu
velt of minder mooi uitvalt. Bovendien is
het zelf kweeken een uitstekende leerschool,
die onze kennis omtrent het plantenleven
meer verdiept, dan het napluizen van stu
dieboeken over plantenverzorging etc. omdat
een deel dezer boeken de groote fout hebben,
dat de onvoldoend verklaarde vaktermen
den leek op een dwaalspoor brengen.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
„Het wordt tijd dat mijnheer Arnold de leiding
weer op zich neemt," bromde de oude Martin, die
alles gezien had. „De dokter houdt het ook al
met Eduard. Nu wacht maar!"
Door Jean geleid, klommen de gendarmen een
steilen rots op en liepen langs een nauwelijks drie
voet breeden weg, door struiken en boomen om
geven, met vlugge schreden voorwaarts. De weg
had nauwelijks tien minuten geduurd of de weg
werd breeder en het huis lag voor hen.
Jean, nooit een vriend geweest zijnde van de
hoogmoedige Geiserheims, achtte zich het hoofd
der expeditie en geloofde het welslagen ais een
zaak van eer te moeten beschouwen. Hij wenkte
dus zijn volgelingen en wees hen met een gebaar
aan dat zij in het bosch zouden blijven staan.
Hij hoorde namelijk paarden brieschen en de
stem van den loopjongen Pieter. Eensklaps vernam
hij een geluid ais van een rijtuig dat door de strui
ken reed. Eenige oogenblikken later zag hij het
den weg naar Benstedt inslaan. Verheugde men-
schen riepen elkaar het vaarwel toe, vervolgens
werd het stil.
Jean klom voorzichtig den kleinen berg af, het
huis lag stil en eenzaam, geen mensch scheen zich
daarin te bevinden. Dit kwam hem te stade. Hij
wendde zich naar de verscholen gendarmen en
wenkte. Daardoor merkte hij niet dat de kleine
Pieter. door het een of ander opmerkzaam gemaakt
het hoofd door het keukenvenster stak en de
naderende gendarmen nieuwsgierig gadesloeg.
Toen deze aankwamen was hij verdwenen en stond
voor zijn heer om hem te melden dat de gendarmen
kwamen.
Arthur zich bespied wanende, vertoornde zich
hevig, tengevolge waarvan Pieter in zijn woorden
bleef steken. Ontsteld staarde hij naar de deur
en zag dan Arthur aan, alsof hij elk oogenblik
de gevreesde dienaars der wet zou zien binnen
treden.
Dit had spoedig plaats. Jean opende langzaam
de deur, liet zijn metgezellen binnengaan en bleef
wijselijk achter, omdat zijn hart zich er tegen
verzette, bij de voltrekking van gerechtelijke be
velen tegenwoordig te zijn en daarbij een rol te
spelen.
Toen hij de gendarmen ontwaardde, stond
Arthur ais versteend. Voornemens zijnde een buks
van vreemd maaksel over den schouder te werpen,
liet hij in een aanval van doodelijken angst den
arm zakken en de buks. viel op den grond. „Te
Iaat!" mompelde hij hoorbaar. „Maar Goddank,
ik kan het ontgaan!" Snel raapte hij het wapen
op en plaatste het voor zijn borst.
„Wat is er van uw dienst, mijne heeren?" vroeg
hij met honende trotschheid.
„In naam des konings is ons bevel gegeven, hier
huiszoeking te doen, mijnheer," antwoordde de
oudste gendarme beleefd en haastig voegde de
andere er bij:
„En waar ons in het bijzonder last is gegeven,
elk wapen dat zich hier bevindt, in beslag te
nemen, verzoek ik u, mij de buks welke u draagt
onmiddellijk af te geven."
„Z90 als u wilt, mijnheer!" luidde het spottende
antwoord, en met onverstoorbare koelbloedigheid
en onverschilligheid ontdeed hij de buks van het
foudraal. Terwijl hij hiermede bezig was, sprak
hij luid: „Hij of ik! Wat komt het er op aan!
Vloek over de weldaden, die tot ons ongeluk bij
droegen!"
Een geluid als van het tegen elkander slaan van
Ooe Cr wat
KwlQosVcrbaiacnri~op.
iKet g«vs/o»-*c gez.^0<=le
at amen z»©V-> HeePt gc5ne
dftr», gesVoofcer"^ geVorcxrSd
0cK\ö»>-»d ©9 gee>cKccL»-r-»ct,
Oie ver^acVtt zuiv'erlr
geneed sonder l.tVeeKeod
Adv.'»o GUoKscKrift.
DE EXPORT ONZER LATE AARDAPPELEN.
Het loopt met onze aardappelen heel slecht
af. Men kan ze, om met den groentenven-
ter te spreken, niet aan de straatsteenen
kwyt. De overvloedige oogst, niet alleen in
ons land, maar ook in de concurreerende
landen, en die, waarheen wij gewoon zyn
veel te exporteeren, maakt het product ten
slotte byna onverkoopbaar. Inpiaats van
10,— per mud van het vorige jaar, ont
vangen de boeren nu byna niets voor hun
aardappelen. Er zyn zelfs boeren, die hun
voorraden niet kwyt kunnen.
Zou het geen tyd worden, dat onze boeren
de vraag eens gingen overwegen, of er geen
maatregelen behooren genomen te worden,
om op een meer voordeelige wyze van hun
aardappelen af te komen? De late aardappel
is een geweldig groot handelsartikel, waar
naar op de wereldmarkt het grootste deel
van het jaar vraag is. Waarom moet dan
dit mooie handelsproduct maanden en maan
den rustig by den boer op het land in een
kuil biy ven liggen, totdat er eens een koop
man komt opdagen, die hem geld biedt?
Waarom probeert de boer niet om zyn aard
appelen naar de eischen, die de markt aan
dit product stelt, te veilen zooals de tuin
bouw dit met succes de vroege aardappels
doet? Het is een stapelproduct en daarom
naar sommiger meening om te worden ge
veild minder geschikt. Dit is een praatje.
Stapelproducten worden met schitterend
succes geveild. De resultaten daarmede, spe
ciaal in Noord-Holland, bereikt met uien,
peen en bewaarkool bewyzen dit. Als onze
boeren hun late aardappelen eens gingen
veilen, dan zou dit op buitengewoon sterke
wyze den regelmatigen en regelen afzet van
dit artikel bevorderen. Dan was er geen hor
en tarra-ellende meer. Geen katten van het
product als de markt zakt en geen knoeiery
als de markt (graag isl De tyd is ryp. De
boeren moeten meer aandacht gaan schen
ken, en ze doen dit gelukkig (vraagteeken
van ondergeteekende) aan den afzet van hun
product, De Holiandsche late aardappel moet
op de wereldmarkt vooraan komen. Dit is
voor den handel en voor den landbouw van
het allergrootste belang.
Bovenstaand epistel overgenomen uit „De
Tuindery" is m.i. wel waard om onder de
aandacht van onze landbouwers te worden
gebracht.
De ons beconcurreerende landen op de
wereldmarkt doen al het mogeiyke, om door
le verin g van eerste kwaliteit, goede sorteerin g
en doelmatige verpakking, de buitenlandsche
afnemers voor hun producten te interes
seeren. Doen wy niet hetzelfde, dan zal de
export van onze landbouwproducten weldra
niet meer mogeiyk, en onze landbouw
heelemaal niet meer loonend zyn.
Een enkeling kan hier geen verbetering
brengen, dat kan alleen de massa, die, ge?
dreven door een gevoel van saamhoorigbeid
de bestaande handelsgewoonten op ons eiland
en andere landbouwstreken verwerpt, en
door middel van hun veiling hun afzetgebied
trachten te behouden (voor zoover het nog
niet verloren is geraakt) en uit te breiden.
Dit is de eenige weg, die bewezen heeft tot
verbetering te leiden.
S. VAN DER VALK.
Middelharnis, 24 Juni 1229.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
twee voorwerpen, volgde op deze woorden: Arthur
stortte op den grond neer, een bloedstroom kleurde
den grond.
Ontsteld weken de gendarmen met een gil
achteruit. Jean kwam binnenstormen. Arthur Gei
serhelm lag onbewegelijk, in zijn bloed badende.
Hij had door zijn dood het bewijs zijner schuld
geleverd
Als door booze geesten gedreven vloog Jean
weg om deze vreeselijke gebeurtenis den rechter
mee te deeien. De gendarmen bleven bij den doode,
die zijn misdaad zelf door zijn dood gestraft had.
Hun doel was bereikt, het bewijs dat zij door
allerlei middelen getracht hadden te vinden, was
door den zelfmoord ten volle geleverd.
Buiten adem kwam Jean thuis. Hij vond de
heeren bij elkander op het punt van aan de uit-
noodiging van Eduard gehoor te geven en in huis
te gaan.
„Mijnheer!" bracht hij er met groote moeite uit.
„Arthur heeft zich doodgeschoten, zonder knal,
zonder kruitdamp!"
Deze plotselinge tijding sloeg in als een donder
slag. Ontroerd sloeg Eduard de handen voor het
gelaat. „De ongelukkige," mompelde hij.
Overeenkomstig hun plicht begaven de leden
der commissie zich naar de plaats van het onheil.
„De heeren zullen daar bevestigd zien, wat mij
als een bliksemstraal door de ziel schoot, toen
dokter Boltmann mij den kogel overhandigde,
welke hij uit de wonde van Arnold had gesneden.
Ik spoedde mij hierheen, alvorens het in dit dorp
bekend werd. Ik moest mij van het gegronde
mijner verdenking overtuigen, alvorens ik die aan
anderen mededeelde. Toen ik datgene bewezen
zag, waartegen mijn hart zich steeds verzet had,
TOCHT DOOR CHINEE8CH HONGER
SNOOD GEBIED.
Duizenden lijken langs de wegen.
NEW YORK. De Amerikaansche overste
Rancher heeft na terugkeer van een rond
reis door het door hongersnood geteisterde
gebied van China daarover aan het Ameri
kaansche Roode Kruis verslag uitgebracht.
Volgens den overste liggen langs de wegen
in dit gebied duizenden lijken. De begelei
ders van Rancher's karavaan waren dikwijls
gedwongen hun dieren te beschermen tegen
overvallen van bandieten. Overste Rancher
meldt verder, dat te Lantsjau byna de ge
heele bevolking verhongerd was. Hij kon
het aantal slachtoffers zelfs niet by bena
dering schatten.
werd onmiddellijk de tweede misdaad gepleegd.
Mijne heeren er is moed voor noodig om te zwijgen
over een gruweldaad, welks dader men kent. Ik
2weeg terwille van Arnold. Hij hield van Arthur
evenveel als van mij. hem wilde ik over het al of
niet bekend maken der daad laten beslissen. Mijn
eigen eer noodzaakte mij echter tot de openbaring.
Helaas de gevolgen zijn verschrikkelijk."
„Zij leveren evenwel het bewijs van je onschuld,"
sprak dokter Boltmann, hem met warmte de hand
drukkende. „En om ie te bewijzen hoezeer een
schitterend bewijs noodig was, wil ik hier zeggen,
dat zelfs Arnold zich in gissingen verdiepte of
wuftheid in staat was het leven van een mensch
in gevaar te brengen."
„Arnold? Zou hij mij die onverschoonbare daad
eerder toegerekend hebben dan Arthur, wien* heb
zucht en verslaafdheid aan het spel hem maar al
te goed bekend waren een sluw beraamd plan
tot berooving der geldkas? sprak Eduard in de
grootste verbazing. „Waarom zou ik een man,
dien ik als een weldoener beschouw, dooden? Om
mijn middelen van bestaan daardoor te verliezen?"
voegde hij met bitteren scherts er bij. „Wa* kunnen
de menschen in hun verblindheid dwaas oor-
deelen."
Dienzelfden avond stelde hij zijn moeder er van
op de hoogte en vertelde haar welke beleedigingen
hij dien dag had ondervonden.
„Met dezen moord heeft Arthur de kroon op
zijn werk gezet, mama laten wij zijn gedachtenis
ten spoedigste vergeten, opdat wij weer rust krij
gen!" sprak hij, toen zij telkens op het gebeurde
terugkwam.
Wordt vervolgd.