INIDDELHARNIS-ÏELEF. 85 Dun- Uitvallend Haar F. A. BERNARD WOENSDAG 26 JUNI 1929 11E JAARGANG. - N°. 65 Pluimveeteelt. Voor huis en hof. FEUILLETON. De slachtoffers der Wraak. Landbouw. Geeft U op als Abonné Prijs per kwartaal Losse nummers ADVERTENTIËN van 16 regels 1,20 Elke regel meer 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door onze abonné's worden gezonden aan Dr. B. J. G. te Hennepe, Diergaarde- singel 96a Rotterdam. Postzegel van 7 J cent voor antwoord insluiten en Blad vermelden. Wat doen de kuikens 's nachts! Den vorigen keer hebben we gezien hoe de kuikens onder een z.g. caroussel-kunstmoe- der zich gedurende den nacht gedroegen en zich bf min of meer in een cirkel opstellen bf in een gedeeltelijken cirkel met eilandjes er buiten. Dit geldt dan voor de troep kui kens in zfin geheel, doch onderling, wisselen de kuikens voortdurend van plaats. De kuikens in den warmeren tyd geboren hebben dns neiging om in groepjes buiten de kunstmoeder te zitten 's nachts en dan min of meer te verkleumen tegen den mor gen. Men vraagt zich af of het hieraan toe te schrijven is dat laat broed kuikens niet zoo goed groeien als vroeger gebroede. Als dit zoo is zou dus een afrastering gedurende den nacht rondom de kunstmoe der wel gewenscht zijn. De kuikens kunnen dan niet in aparte groepjes buiten de kunst moeder verkleumen. Feitelijk hebben toch de laatbroed kuikens meer zon en langer licht dan de vroegbroed en men zou dus verwachten dat ze heter zouden groeien. Mogelijk dat nu deze kunstmoeder-ervarin gen een oplossing hiervan geven. Maar uit deze schijnbaar nuttelooze proeven wat kui kens doen volgen nog meer practische wen ken. Hoe meer kuikens namelijk onder de kunstmoeder, hoe meer ze zullen moeten zoeken naar hun beste plaatsje, hoe meer onderlinge onrust dus. Vandaar dat dit een bevestiging is van de oude ervaring dat men feitelijk niet meer dan 300 kuikens onder een scherm moet zetten. Doch ik door met vragen. Nu we eenmaal dit opgemerkt hebben gaan we eens letten op andere kunstmoeder bijv. de electrische, waarbij soms het geheele dek boven de kuikens egaal verwarmd wordt. Onder zoo'n kunstmoeder is dus een gelijkmatige tem peratuur. Hoe zullen nu kuikens onder zoo'n kunstmoeder zich houden in vergelijking tot kuikens onder een scherm 7 Dit geldt ook voor warmwater kunstmoeders of an dere modellen. Gebleken is al dat in de door m(j beschreven battery-kunstmoeders waar bij 1000 kuikens in zes lagen boven elkaar op 1 M1 ruimte gefokt worden de kuikens best groeien. Bij deze battery-kunstmoeders, die thans al meer en meer ook in Duitsch- land beginnen te komen, heeft men öf het zooeven beschreven verwarmingstype van electrische bovenplaat verhitting, bf men plaatst de heele batterij of meerdere bat terijen in één verwarmde ruimte. Verder vragen we ons dan af: Zou het niet goed zijn dat de kuikens 's nachts van tyd tot tijd eens gaan verzitten en zich bewegen van warmere naar koudere plaatsen en om gekeerd. We zien dus dat een schynbaar nuttelooze proef tenslotte tot zeer belangrijke vraag stukken voerde en daardoor kwam ik er toe eens meer aandacht te besteden aan de elec trische kunstmoeder. Men heeft daarvan in Duitschland thans heel eenvoudige modellen geconstrueerd, een eenvoudig electrisch ver warmde plaat die men op vier steenen zet en waaronder de kuikens kunnen gaan zit ten. Ik hoop met dit eenvoudige en goed koops ding binnenkort eens proeven te no men. We komen dan dus op zeer eenvou dige kunstmoeders, n.l. een zinken bodem waarop wat turfmolm, daarboven een gaas- vloer en daarboven het eiectrisch verwarmde dek. Daarmee ben ik er nog niet, want ik wil deze electrische kunstmoeder-proef com bineeren met een electrische opfokproef, n.l. met nieuwe lampen die ultra violette stralen afgeven en betrekkeiyk goedkoop zyn. Moch ten deze binnenshuisproeven gunstig ver- loopen (in andere landen verliepen ze al heel gunstig, doch ik probeer graag alles eerst zelf alvorens het aan te raden) dan wordt de slachthuisfokkerlj in den winter er veel eenvoudiger door. Myn schroom van electrische kunstmoe ders zal ik ook nog moeten overwinnen. Tot nu toe waren myn resultaten daarmede niet gunstig, doch er zyn thans nieuwere modellen in den handel die belangryk beter heeten te zyn. De door my beschreven proeven in Mas sachusetts trokken in Amerika veel aan dacht en een der grootste pluimveebladen daar ging ze direct oontroleeren op het eigen proefstation. Meer en meer gaan n.l. de pluim veebladen er toe over eigen, proefstations op te richten en dit is een methode die ik zelf al verschillende jaren toegepast heb. Zeer duideiyk is het oordeel van een der gelijke proefinstallatie weer gebleken met de nieuwe gaasbodems en de gelegenheid die ik nu had met pullorum kuikens flinke proeven te nemen. En zoo is het met alles wat op pluimveegebied z.g. .uitgevonden" wordt. Men moet het zelf probeeren en omdat niet iedereen daartoe in de gelegenheid is moet een groot blad over een eigen inrich' ting kunnen beschikken. Vooral ook met het oog op minder eerlijke adverteerders is een controle zeer gewenscht. De Poultry Tribune nu heeft een aparte nacht-werkman in dienst op haar proefstation. Dit is op meer groote Amerikaansche pluimveebedry ven het geval. Deze controleert 's nachts broedma chines en kunstmoeders, reinigt drink- en voerbakken, vult de voerbakken, pakt eieren in, timmert, enz. een massa kleine by werk jes die toch nuttig zyn. Hier bleek nu dat by het hierboven be schreven geval de kuikens buiten den rand der kunstmoeder zitten en ais de tempera tuur daalt, eilandjes van opeen kruipende kuikens er buiten vormen, hetgeen gevaar- ïyk is met het oog op kouvatten. Het op hoopjes kruipen is steed3 tegen te gaan, vandaar dat het gewenscht is dat de tem peratuur in de kunstmoeder goed geregeld is. Over proeven met voortdurende nachtver lichting van het kuikenhok die door de Poultry Tribune genomen werden, spreek ik later wel weer eens. Dr. tb Hennepe. (UIT HET DUITSCH.) LEEST ONZE EILANDEN 28) „Goed. Ga dan deze mannen voor. Als ik u verzoeken mag, zwijg dan onderweg; bedenk dat alles er van afhangt!" „Nadat zij van den rechter nogmaals hun beve len ontvangen hadden, vertrokken zij. Eduard zag hen tot het laatste oogenblik na. Daarna wendde hij zich tot den rechter om dezen zijn vroeger gevolgde gedragslijn te verklaren. „Wilt ,u mij naar mijn moeder volgen om na de vele ^spanningen van dezen dag een verfrissching te gebruiken? Dokter Boltmann, de redder van Arnold mijn broeder zal tegenwoordig zijn." Déze overwoog of het met zijn waardigheid °vereengebracht kon worden van denzelfden man vriendschapsblijken aan te nemen, die hij, nog slechts weinige oogenblikken geleden, veroordeeld «ad. Hij besloot van het aanbod geen gebruik te maken. Tot groote verbazing der beide kantoorbedien- tati> die den vroolijken Eduard reeds in hun ver taling gehangen of onthoofd zagen, volgden de gieren der commissie, die zich bij Boltmann nadden aangesloten, den jongen man, di* de heeren menige schoone vergezichten liet bewonderen en vervolgens hen naar het woonhuis geleidde. Uw haat houdt op uit te vallen en wordt dikker en voller, indien gij des morgens slechts een weinig Purol goed in de hoofdhuid wrijft en overigens stevig door de haren uitstrijkt. (Adv.) DG KAMERTUIN. Het kweeken van Cineraria's uit zaad of stek. De tegenwoordige gekweekte Cineraria's zyn alle afstammelingen van soorten inge voerd van de Canarische eilanden of van Kaapland. De kleinbloemige soorten dezer uitgebreide familie groeien in ons land op moerassige streken in het wild. De cultuur heeft het uiteriyk der afstammelingen der geimporteerden aanmerkeiyk verbeterd. Een goed gekweekte Cineraria moet breed en gedrongen van groei zyn, de bladeren groot en met vlakken stand, de bloemen eveneens groot, vereenigd in een gesloten en vlakken tuil en zuiver van kleur zyn. Het aantal kleuren is legio en men treft ze aan in rood, paars, blauw, tweekleurig of gestreept of nagenoeg wit. Een bloeiende Cineraria is een sieraad voor de kamer, die het vry lang weet uit te hou den, mits de plant behoorïyk water krygt en een frissche en koele plaats heeft. Wordt aan deze eischen niet voldaan dan verleppen de bloemen snel. Kweeken we de planten niet zelf, dan biyft het een betrekkeiyk dure plant, aangezien ze een-jarig ia en dus na den bloei enkel nog waarde heeft voor de zaadwinning of voor de stekvorming. Om zaad te winnen verdient het aanbe veling de plant in een lichte, luchtige en niet te vochtige kas te zetten en mogen by het gieten de bloemen niet nat worden, doch moeten deze volkomen droog biy ven. In een kamer lukt het ook wel, doch minder goed, Voor weinig centen koopt men een pakje zaad en kan men deze moeiiykheden ont loopen. Een bepaalde kleur der bloemen kan bezwaariyk worden gegarandeerd, aangezien de Cineraria lang niet zaadvast is. Verlangen we vroeg in het voorjaar bloeiende planten, dan zaaien we in Juli, uiteriyk in Augustus in potten en plaatsen deze in een kouden bak. De plantjes groeien vry snel, moeten beschermd worden tegen de felle middagzon en verlangen een vochtigen grond. Af en toe de plantjes eens over den kop sproeien. Ze verlangen een voedzamen grond, moeten ruim verspeend worden, opdat ze zich be- hooriyk en ongehinderd kunnen ontwikkelen. Ais grondsoort kan men verschillende grond- mengsels nemen. Kleigraszodengrond met wat koemest en zand of bladaarde met zand en mest is goed. Ook voedzame tuinaarde met wat koemest geeft uitstekende resulta ten. De grondmengseis leveren dus geen moeiiykheden op. Beschikken we over een warm bakje of een warme kas, dan kan eveneens in Januari worden gezaaid, en zyn de planten in Mei zoo ver dat ze geschermd buiten den bak kunnen en ongeveer in Augustus in bloei staan.De beroepskweeker prefereert om flnancieele reden natuurlijk het voorjaar, doch bij den amateur is dit van ondergeschikt belang. Het kweeken van stek is nog gemakke- ïyker en geeft bovendien meer waarborg wat de kleur betreft en andere eigenschap pen. Ondanks dit komen er natuurlijk ook hier afwykingen voor. Dit is ook juist wel aantrekkeiyk by het zelf opkweeken. Onder de afwijkende exemplaren komen soms heel fraaie planten voor. Zoodra de planten in Mei of Juni zijn uitgebloeid, worden ze overgebracht naar den tuin. Aan den voet der planten ver- schynen dan eenige uitspruitsels en deze worden er in September afgenomen. De oude plant kan dan meteen opgeruimd worden. De jonge uitspruitsels worden dan ieder af- zonderiyk in een potje gezet en daarna tot aan de nachtvorsten in een kouden bak ge plaatst. Van hier verhuizen ze naar een koele, vorstvrye kamer. Alleen by felle zon scher men, overigens verdragen ze het zonlicht uitstekend en ontwikkelen zich goed. Half December kan men op deze wyze reeds fraai bloeiende exemplaren hebben. Met zelf opkweeken door stek of door zaaien is een zeer aantrekkeiyk werkje en naarmate we meer ervaring krygen, worden ook de resultaten beter. Het is bovendien heelemaal niet erg ais er eens eentje sneu velt of minder mooi uitvalt. Bovendien is het zelf kweeken een uitstekende leerschool, die onze kennis omtrent het plantenleven meer verdiept, dan het napluizen van stu dieboeken over plantenverzorging etc. omdat een deel dezer boeken de groote fout hebben, dat de onvoldoend verklaarde vaktermen den leek op een dwaalspoor brengen. INGEZONDEN MEDEDEELING. „Het wordt tijd dat mijnheer Arnold de leiding weer op zich neemt," bromde de oude Martin, die alles gezien had. „De dokter houdt het ook al met Eduard. Nu wacht maar!" Door Jean geleid, klommen de gendarmen een steilen rots op en liepen langs een nauwelijks drie voet breeden weg, door struiken en boomen om geven, met vlugge schreden voorwaarts. De weg had nauwelijks tien minuten geduurd of de weg werd breeder en het huis lag voor hen. Jean, nooit een vriend geweest zijnde van de hoogmoedige Geiserheims, achtte zich het hoofd der expeditie en geloofde het welslagen ais een zaak van eer te moeten beschouwen. Hij wenkte dus zijn volgelingen en wees hen met een gebaar aan dat zij in het bosch zouden blijven staan. Hij hoorde namelijk paarden brieschen en de stem van den loopjongen Pieter. Eensklaps vernam hij een geluid ais van een rijtuig dat door de strui ken reed. Eenige oogenblikken later zag hij het den weg naar Benstedt inslaan. Verheugde men- schen riepen elkaar het vaarwel toe, vervolgens werd het stil. Jean klom voorzichtig den kleinen berg af, het huis lag stil en eenzaam, geen mensch scheen zich daarin te bevinden. Dit kwam hem te stade. Hij wendde zich naar de verscholen gendarmen en wenkte. Daardoor merkte hij niet dat de kleine Pieter. door het een of ander opmerkzaam gemaakt het hoofd door het keukenvenster stak en de naderende gendarmen nieuwsgierig gadesloeg. Toen deze aankwamen was hij verdwenen en stond voor zijn heer om hem te melden dat de gendarmen kwamen. Arthur zich bespied wanende, vertoornde zich hevig, tengevolge waarvan Pieter in zijn woorden bleef steken. Ontsteld staarde hij naar de deur en zag dan Arthur aan, alsof hij elk oogenblik de gevreesde dienaars der wet zou zien binnen treden. Dit had spoedig plaats. Jean opende langzaam de deur, liet zijn metgezellen binnengaan en bleef wijselijk achter, omdat zijn hart zich er tegen verzette, bij de voltrekking van gerechtelijke be velen tegenwoordig te zijn en daarbij een rol te spelen. Toen hij de gendarmen ontwaardde, stond Arthur ais versteend. Voornemens zijnde een buks van vreemd maaksel over den schouder te werpen, liet hij in een aanval van doodelijken angst den arm zakken en de buks. viel op den grond. „Te Iaat!" mompelde hij hoorbaar. „Maar Goddank, ik kan het ontgaan!" Snel raapte hij het wapen op en plaatste het voor zijn borst. „Wat is er van uw dienst, mijne heeren?" vroeg hij met honende trotschheid. „In naam des konings is ons bevel gegeven, hier huiszoeking te doen, mijnheer," antwoordde de oudste gendarme beleefd en haastig voegde de andere er bij: „En waar ons in het bijzonder last is gegeven, elk wapen dat zich hier bevindt, in beslag te nemen, verzoek ik u, mij de buks welke u draagt onmiddellijk af te geven." „Z90 als u wilt, mijnheer!" luidde het spottende antwoord, en met onverstoorbare koelbloedigheid en onverschilligheid ontdeed hij de buks van het foudraal. Terwijl hij hiermede bezig was, sprak hij luid: „Hij of ik! Wat komt het er op aan! Vloek over de weldaden, die tot ons ongeluk bij droegen!" Een geluid als van het tegen elkander slaan van Ooe Cr wat KwlQosVcrbaiacnri~op. iKet g«vs/o»-*c gez.^0<=le at amen z»©V-> HeePt gc5ne dftr», gesVoofcer"^ geVorcxrSd 0cK\ö»>-»d ©9 gee>cKccL»-r-»ct, Oie ver^acVtt zuiv'erlr geneed sonder l.tVeeKeod Adv.'»o GUoKscKrift. DE EXPORT ONZER LATE AARDAPPELEN. Het loopt met onze aardappelen heel slecht af. Men kan ze, om met den groentenven- ter te spreken, niet aan de straatsteenen kwyt. De overvloedige oogst, niet alleen in ons land, maar ook in de concurreerende landen, en die, waarheen wij gewoon zyn veel te exporteeren, maakt het product ten slotte byna onverkoopbaar. Inpiaats van 10,— per mud van het vorige jaar, ont vangen de boeren nu byna niets voor hun aardappelen. Er zyn zelfs boeren, die hun voorraden niet kwyt kunnen. Zou het geen tyd worden, dat onze boeren de vraag eens gingen overwegen, of er geen maatregelen behooren genomen te worden, om op een meer voordeelige wyze van hun aardappelen af te komen? De late aardappel is een geweldig groot handelsartikel, waar naar op de wereldmarkt het grootste deel van het jaar vraag is. Waarom moet dan dit mooie handelsproduct maanden en maan den rustig by den boer op het land in een kuil biy ven liggen, totdat er eens een koop man komt opdagen, die hem geld biedt? Waarom probeert de boer niet om zyn aard appelen naar de eischen, die de markt aan dit product stelt, te veilen zooals de tuin bouw dit met succes de vroege aardappels doet? Het is een stapelproduct en daarom naar sommiger meening om te worden ge veild minder geschikt. Dit is een praatje. Stapelproducten worden met schitterend succes geveild. De resultaten daarmede, spe ciaal in Noord-Holland, bereikt met uien, peen en bewaarkool bewyzen dit. Als onze boeren hun late aardappelen eens gingen veilen, dan zou dit op buitengewoon sterke wyze den regelmatigen en regelen afzet van dit artikel bevorderen. Dan was er geen hor en tarra-ellende meer. Geen katten van het product als de markt zakt en geen knoeiery als de markt (graag isl De tyd is ryp. De boeren moeten meer aandacht gaan schen ken, en ze doen dit gelukkig (vraagteeken van ondergeteekende) aan den afzet van hun product, De Holiandsche late aardappel moet op de wereldmarkt vooraan komen. Dit is voor den handel en voor den landbouw van het allergrootste belang. Bovenstaand epistel overgenomen uit „De Tuindery" is m.i. wel waard om onder de aandacht van onze landbouwers te worden gebracht. De ons beconcurreerende landen op de wereldmarkt doen al het mogeiyke, om door le verin g van eerste kwaliteit, goede sorteerin g en doelmatige verpakking, de buitenlandsche afnemers voor hun producten te interes seeren. Doen wy niet hetzelfde, dan zal de export van onze landbouwproducten weldra niet meer mogeiyk, en onze landbouw heelemaal niet meer loonend zyn. Een enkeling kan hier geen verbetering brengen, dat kan alleen de massa, die, ge? dreven door een gevoel van saamhoorigbeid de bestaande handelsgewoonten op ons eiland en andere landbouwstreken verwerpt, en door middel van hun veiling hun afzetgebied trachten te behouden (voor zoover het nog niet verloren is geraakt) en uit te breiden. Dit is de eenige weg, die bewezen heeft tot verbetering te leiden. S. VAN DER VALK. Middelharnis, 24 Juni 1229. INGEZONDEN MEDEDEELING. twee voorwerpen, volgde op deze woorden: Arthur stortte op den grond neer, een bloedstroom kleurde den grond. Ontsteld weken de gendarmen met een gil achteruit. Jean kwam binnenstormen. Arthur Gei serhelm lag onbewegelijk, in zijn bloed badende. Hij had door zijn dood het bewijs zijner schuld geleverd Als door booze geesten gedreven vloog Jean weg om deze vreeselijke gebeurtenis den rechter mee te deeien. De gendarmen bleven bij den doode, die zijn misdaad zelf door zijn dood gestraft had. Hun doel was bereikt, het bewijs dat zij door allerlei middelen getracht hadden te vinden, was door den zelfmoord ten volle geleverd. Buiten adem kwam Jean thuis. Hij vond de heeren bij elkander op het punt van aan de uit- noodiging van Eduard gehoor te geven en in huis te gaan. „Mijnheer!" bracht hij er met groote moeite uit. „Arthur heeft zich doodgeschoten, zonder knal, zonder kruitdamp!" Deze plotselinge tijding sloeg in als een donder slag. Ontroerd sloeg Eduard de handen voor het gelaat. „De ongelukkige," mompelde hij. Overeenkomstig hun plicht begaven de leden der commissie zich naar de plaats van het onheil. „De heeren zullen daar bevestigd zien, wat mij als een bliksemstraal door de ziel schoot, toen dokter Boltmann mij den kogel overhandigde, welke hij uit de wonde van Arnold had gesneden. Ik spoedde mij hierheen, alvorens het in dit dorp bekend werd. Ik moest mij van het gegronde mijner verdenking overtuigen, alvorens ik die aan anderen mededeelde. Toen ik datgene bewezen zag, waartegen mijn hart zich steeds verzet had, TOCHT DOOR CHINEE8CH HONGER SNOOD GEBIED. Duizenden lijken langs de wegen. NEW YORK. De Amerikaansche overste Rancher heeft na terugkeer van een rond reis door het door hongersnood geteisterde gebied van China daarover aan het Ameri kaansche Roode Kruis verslag uitgebracht. Volgens den overste liggen langs de wegen in dit gebied duizenden lijken. De begelei ders van Rancher's karavaan waren dikwijls gedwongen hun dieren te beschermen tegen overvallen van bandieten. Overste Rancher meldt verder, dat te Lantsjau byna de ge heele bevolking verhongerd was. Hij kon het aantal slachtoffers zelfs niet by bena dering schatten. werd onmiddellijk de tweede misdaad gepleegd. Mijne heeren er is moed voor noodig om te zwijgen over een gruweldaad, welks dader men kent. Ik 2weeg terwille van Arnold. Hij hield van Arthur evenveel als van mij. hem wilde ik over het al of niet bekend maken der daad laten beslissen. Mijn eigen eer noodzaakte mij echter tot de openbaring. Helaas de gevolgen zijn verschrikkelijk." „Zij leveren evenwel het bewijs van je onschuld," sprak dokter Boltmann, hem met warmte de hand drukkende. „En om ie te bewijzen hoezeer een schitterend bewijs noodig was, wil ik hier zeggen, dat zelfs Arnold zich in gissingen verdiepte of wuftheid in staat was het leven van een mensch in gevaar te brengen." „Arnold? Zou hij mij die onverschoonbare daad eerder toegerekend hebben dan Arthur, wien* heb zucht en verslaafdheid aan het spel hem maar al te goed bekend waren een sluw beraamd plan tot berooving der geldkas? sprak Eduard in de grootste verbazing. „Waarom zou ik een man, dien ik als een weldoener beschouw, dooden? Om mijn middelen van bestaan daardoor te verliezen?" voegde hij met bitteren scherts er bij. „Wa* kunnen de menschen in hun verblindheid dwaas oor- deelen." Dienzelfden avond stelde hij zijn moeder er van op de hoogte en vertelde haar welke beleedigingen hij dien dag had ondervonden. „Met dezen moord heeft Arthur de kroon op zijn werk gezet, mama laten wij zijn gedachtenis ten spoedigste vergeten, opdat wij weer rust krij gen!" sprak hij, toen zij telkens op het gebeurde terugkwam. Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1929 | | pagina 1