r «NIS HOUTEN LEDIKANTEN 6.75 10.50 LEDIKANTEN f 17.50 f 24.50 f 28.75 L uien inman TEN. Massief Eiken Bedden- en Telefoon 243 - Sommelsdijk AAMBEIEN. JL DE SALAMANDER JL WOENSDAG 6 MAART 1929 Pluimveeteelt. ROSA MARINA Voor huis en hof. GRIEP VERSLAGEN. kaan als hoofdpersoon af heeft voor eeni- ten tyd een jacht gekocht en daarmee op- tibü Stillen Oceaan gezocht naar een verzon ken, paradijsachtig eiland, dat h(j eens in zijn droom had gezien. Maar hy zorgde tevens, dat z(jn naam in dit verband niet genoemd werd. Droomen alleen zijn geen bewijs; zelfs geen millionnaiisdroomeD. Daarom reisde de mii- lionnair, alvorens het jacbt te koopen, eerst naar Californiê en vandaar per vliegtuig naar de plek, waar zijn droom hem het verzonken eiland had voorgespiegeld. En zoowaar: daar ontwaarde hij; ongeveer 6 6 meter onder het wateroppervlak, iets onbestemds iets onnoembaars, dat een eiland kón zjjn. Toen ging hij er met zijn jacht op uit, om de zaak precies te onderzoeken Hij wil nu een golfbreker rondom de plek laten aanleg gen, dan het zand van den zeebodem laten baggeren en daarmee de onderzeescbe „bank" d. rmate ophoogen, dat er een echt eiland omstaat. Overigens is dit zoeken naar een eiland Eden in den Pacific niet nieuw. De oude Spanjaarden waren al evenzeer door die idee bevangen, als de moderne millionnair. In hun tijd kostte zulk een expeditie al even veel als tegenwoordig, lieu kocht een schip of zelf» een geheele vloot, bevrachtte die met goederen, huurde een bemanning, voor zag zich van proviand, verkreeg de goed keuring des koning en den zegen der kerk en ging erop los en zeilde duizenden kilo meters over nog nimmer bevaren wateren. Er is echter ook een groot verschilDe oude ontdekkingsreizigers zochten alleen naar eilanden, die zich aan de oppervlakte bevonden. Men had geen dure golfbrekers en nog duurder baggerwerk noodig. De Oce-^ aan was immers vol eilanden. De schepen konden ze niet „misloopèn". De meeste dier eilanden waren bovendien nog nooit door' ren blanke betreden. En koene avonturiers konden ze in bezit nemen en het Europeesehe leven voor altyd achter zich laten. Thans zijn natuurlijk alle eilanden ontdekt. Al wat een armen, droomenden millionnair rest is, den zeebodem omhoog te brengen en de aarde tot boven de oppervlakte der zee op te stapelen, om zoodoende een eiland te verkrijgen, daar waar voorheen slechts oceaan was. Dat is uiteraard heel wat moei lijker werk dan het eenvoudige „ontdekken" van eertflds en het ontstane eiland kan, daar het kunstmatig is. allicht ook niet zulk een volledige bevrediging geven! HOFSTEDE IN ITALIAANSCH DORP AFGEBRAND. MILAAN, 27 Febr. Te St. Michele in de Romagna is een boerenhofstede in brand ge raakt en in korten tijd geheel in asch ge legd. Van het uit zes personen bestaande gezin zijn vijf personen in de vlammen omgekomen. Alleen de oudste zoon is nog in leven, maar ligt stervende in een ziekenhuis. De brand is des nachts uitgebroken, terwijl de bewoners sliepen. ODE- en GELE SLA, enz. ille plan ten, enz. recht C/3 Z Otf S _J u CS Cl De Centrale Proeftuin voor Goeree en Overllakkee te Mlddelharnls (Langeweg) is op eiken werkdag voor belangstel lenden GRATIS TOEGANKELIJK Desgewenscht geeft de tuinman alle inlichtingen, die mochten worden ver langd 2 Geschilderde ledikanten, eiken of pitch pine, flinke zware modellen 2-persoons. Mooie moderne stijlen en zware uitvoering, 2 persoons RADICALE GENEZING de hardnekkigste Aambeien kant U genezen binnen énkele weken. Kipstraat 50, R'dan» Niet goed. geld terug. Prijs per kwartaal Losse nummers ADVERTENTIËN van 16 regels 1,20 Elke regel meer 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. 11E JAARGANG. - N°. 35 DE ZIEKTEWET. Zoo is dan eindelijk het lang verbeide ont- werp-Ziektewet in behandeling bij de Tweede Kamer. Wij zullen ons niet meer verdiepen in den lijdensweg van de verschillende pogingen, aangewend om hier te lande te komen tot in voering van een wettelijke ziekengeldverzeke ring: er is thans slechts reden tot blijdschap, dat de wet nog vóór het einde van deze parle mentaire periode tot stand zal komen. Na de critiek, welke het ontwerp sedert zijn indiening is ten deel gevallen, heeft de Minis ter eenige belangrijke wijzigingen aangebracht: hieruit blijkt weer opnieuw de goede invloed, welken de publieke opinie op den wetgevenden arbeid kan oefenen. Natuurlijk heeft het ont werp nog verschillende schaduwzijden, maar de groote lichtzijde blijft, dat aan het gesol met den zieken arbeider eens definitief een einde zal worden gemaakt. De Minister heeft de organisatie der ver zekering vereenvoudigd door als basis daarvan te nemen de bedrijfsvereenigingen en de Raden van Arbeid. Een ernstig bezwaar is echter, dat nu de ondernemingsziekenkassen haar zelfstan dig karakter zullen moeten prijsgeven willen zij onder de gewijzigde regeling kunnen blijven voortbestaan. Een gelukkige wijziging is voorts, dat per sonen, niet werkzaam in een onderneming niet onder de verzekering zullen vallen; de geheele categorie van huispersoneel zal der halve buiten de verzekering blijven. Even eens heeft de Minister de gegrondheid der be zwaren erkend tegen opneming in de verzeke ring ook van personeel met hoogere inkomens. Verwondering wekt het dat de Minister, zonder eenige nadere motiveering, het per centage van het dagloon, dat als ziekengeld zal worden genoten, heeft verhoogd van 70 tot 80 Een uitkeering van 70 is reeds hooger dan in de meeste landen van Europa, doch met 80 staat Nederland bovenaan, behalve dan Rusland, waar het ziekengeld 100 bedraagt. In het algemeen doet een hooge uitkeering de simulatie toenemen; blijkens de practijk geldt dit vooral voor jonge vrouwen en niet-kost- winners. Maar welk percentage tenslotte ook zal worden gekozen, een differentiatie in het ziekengeld tusschen kostwinners en niet-kost- winners, maar vooral tusschen het geslacht, is dringend noodzakelijk. Gelukkig is de Mi nister blijven vasthouden aan de bevoegdheid van den werkgever om de premie voor de helft van het loon af te houden, daar anders het karaKffer van verzekering geheel en al zou vervallen, en de arbeiders niet meer zeiven rechtstreeks bij de|verzekering betrokken zou den zijn. Bedenkelijk daarentegen is weer de regeling inzake de werkloozen; bij ontslag blijft men bij ziekte gedurende eenigen tijd aanspraak behouden op hetzelfde ziekengeld waarop men recht zou hebben gehad vlak voor de periode van werkloosheid. De ondernemingen, die toch geen instellingen van maatschappelijk hulp betoon zijn, worden op deze wijze belast met de zorg voor een „staart" die niet bij het per soneel behoort. De regeling van dit stuk werk lozenzorg behoort in dit ontwerp niet thuis en dient in een afzonderlijk ontwerp te worden ondergebracht. tAêó c^iMp dwüjft: MJbuin.i*\cto<au\'t54r£i5<i> m (Adv.) Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door onze abonné's worden gezonden aan Dr B. J. G. te Hennepe, Diergaarde singel 96a Rotterdam. Postzegel voor antwoord insluiten en Blad vermelden Eendenhouderij, Fouten van Camphells. Geef mij maar...s!eren. Vijf pooten aan een schaap. In verband met mijn artikelen over eenden houderij kreeg ik vandaag een vraag waarvan ik eerst niet begreep of het een grap was, dan wel dat de vraagsteller verregaand naïf was en werkelijk dacht van mij op zulke vragen een antwoord te krijgen. De brief luidde als volgt: „Daar ik in Holland zelf door mijn langjarig verblijf in het buitenland een vreemdeling ben, zoo vertrouw ik er op dat U mijn vrijmoedig heid waarmede ik U lastig val zult begrijpen. Ik bezit een ooftplantage, die een zeer lang- gestrekte griend van 1 H.A. als grens van een riviertje heeft. Gaarne zou ik nu dit watertje en deze griend van mij productief maken, en wel door eenden. Nu komt echter l'embarras du choix, daar met verschillende omstandigheden rekening ge houden moet worden. a. het riviertje is betrekkelijk ondiep en modderig op den bodem. b. Er is maar weinig tijd om zich met de eenden te bemoeien. c. Zij mogen niet veel aan voer kosten. d. Op het riviertje vallen vaak wilde eenden neer en deze wil ik tusschen de tamme uit schieten, dus moeten de tamme op het eerste gezicht van de wilde te onderscheiden zijn. e. Zij moeten goede eierenleggers zijn en ge makkelijk als slachtbeesten te verkoopen. Welke soort eenden zal ik nemen, verkoopt u uit uw fokkerij ook exemplaren, zoo ja, wat is de prijs?" Bij deze vragen kwam mij voor den geest dat de schrijver, hoewel jarenlang in het buiten land, toch nog leelijk te pakken had, n.l. wat wij zelf zeggen: „vijf pooten aan een schaap willen hebben, of wat de Engelschman in een rijmpje zegt: The fault of the Dutch Giving little en asking much, (de fout van den Hollander, weinig geven en veel vragen). De briefschrijver spant echter de kroon en heeft liefst een duizendpootig schaap geloof ik. Stel je voor. Weinig tijd om de dieren te ver zorgen, niet veei aan voerkosten, er tusschen gaan schieten op wilde eenden en dan nog goede legsters en goede vleescheenden. Hoewel ik heel graag wat verkoop als ik over heb, heb ik in deze niet eens de moeite genomen een prijs te vragen en maar heel beleefd geantwoord dat „de eischen van den schrijver van dien aard zijn, dat ik, hoewel ik kan zeggen, heel wat van de eendenhouderij te weten, in dezen toch niet durf te adviseeren." Wie zich voorstelt van eenden eieren of vleesch te krijgen zonder behoorlijke verzor ging en met jachtgeweren er tusschen schie tend, die moet maar eerst eens een twintig FEUI LLETON. DOOR MELATI VAN JAVA. 51) „En kom je nu rusten?" „Ik ga van avond weer heen." „Alweer?" „Ja, ik moet naar Duinwijk." „O, 't is waar ook! Kom toch binnen in de verande. Ma is er en Lotte toevallig ook." Zij duwde hem naar binnen ne kondigde aan: „Voor de honderdste maal reprise van het drama in zes bedrijven en tien tafereelen! „De verloren zoon." „Hé, Frank, och kom, Frank, hoe gaat het, Frank?" werd er geroepen; „wat zie je er naar uit, vreeselijk naarl" „Mama," vroeg hij, en een dwaze vrees snoerde hem eensklaps de keel dicht, „zijn er ook brieven van oom?" „O, hemel, ja! Daags nadat je weg was, kwam er een en toen een dag of tien later weer eenik heb oom teruggeschreven dat je weg was en na tuurlijk, als liefhebbende zoon, je adres niet hadt opgegeven. Verbeeld je, Lotje, dat ik in dien tijd dood en begraven had kunnen zijn, zonder dat hij het wist." „Ja, dat konden wij allen wezen. Het Is onver antwoordelijk, maar zoo zijn de jongelui tegen woordig." „Ma, waar zijn de brieven?" „Hier in mijn bureau." Zij ging naar de tuinkamer en haalde ze voor den dag. Frank scheen er niet om te denken, dat hij niet alleen in de kamer was, en de dames met klimmende nieuwsgierigheid al zijn bewegin gen volgden; hij brak den laatsten brief open en zijn blik gleed snel over den inhoud; hij werd doodsbleek, zijn hand sidderde. „Wat is er?" riepen allen. „Frank, wat man keert je?" „Niets," antwoordde hij barsch; maar zich even bedenkend liet hij dadelijk op heeschen toon vol gen: „Mijn vrouw is ziek, ernstig ziek. Oom had weinig hoop en dat is nu drie weken geleden. Hoe zal het nu wezen?" „Je vrouw!" riepen mevrouw en Charlotte uit, „wat weet oom van je vrouw?" „Zij is bij hem sinds maanden." „Watriep Charlotte uit, „er is niemand bij hem dan Marie, mijn meid, die hij zoo wonder lijk uit mijn huis troonde. Of moest zij misschien je vrouw bedienen?" „Rose-Marie is mijn vrouw;.oom heeft haar op mijn verzoek uit je huis gehaald en bij zich ge nomen. Maar zeg nu niets meer, ik vertrek on middellijk." „Zal ik met je meegaan?" vroeg Meta vriendelijk belangstellend. Hij zag haar aan alsof hij half droomde. „Neen, ik dank je," mompelde hij. „Adieu!" Allen zagen elkander aan, terwijl hij de kamer uitging; alleen Meta volgde hem. „Frank," fluisterde zij hem toe, „als het niet jaartjes gaan probeeren zulke wonderbeesten te fokken en tegen dien tijd spreken wij elkaar wel weer eens nader. Nu wat de fouten der Campbells betreft We begrijpen nu direct dat de witte vlekjes of veertjes aan den hals teruggeslagen zijn op de stameend, de reebonte loopeend. Men lette er op dat als de hals goed is, soms in den sna- velhoek aan de keel, dus onder de kop, nog een witte vlek zit. Dit is alleen te zien als men de eend beet pakt en onder den snavel kijkt. Keur meesters die ik zag en die Campbells keuren zonder ze onder den snavel te kijken, kennen dus hun vak niet. Meestal ziet men witte vlekjes samengaan met geelachtige snavels. Ook deze geelachtige, soms roseachtige snavels herinneren aan de voorvaderen en zijn vooral bij woerden fout. Verder gaan lichte snavels vaak gepaard met witte veeren in den vleugel of onder den vleu gel en een te lichte khaki kleur. Bij eenden ziet men heel vaak nog een fout, n.l. een lange, lichtere streep boven de oogen, een z.g. wildstreep. Deze herinnert aan de wilde eend en waar de kop der eend, en trou wens de geheele eend zuiver effen van kleur moet zijn, vallen deze horizontale strepen, als wenkbrauwen boven de oogen direct op. Als we nu met deze eischen gewapend khaki Campbell eenden gaan bekijken, blijft er niet veel goeds van over. Hoe moeilijk het is ze goed te krijgen kan ook uit de wildstrepen blijken, want bij volwassen woerden met donkeren kop ziet men ze niet, terwijl ze bij onvolwassen waar de kop nog niet de woerden- kleur heeft, ze wel zien kan. Koopt men dus een prachtige, volwassen woerd dan weet men nog niets. Als ik U verder vertel dat men zelfs uit de beste, meest volmaakte tentoonstellingsexem plaren nog eenden en woerden fokt met witte vlekjes, gele snavels, wildstrepen, dan zult U nu meteen begrijpen waarom ik menschen die mij naar raszuivere Campbels vragen, altijd waarschuw met te zeggen: „U heeft toch wel heel veel geld, want ten eerste moet degene, die zulke zeldzaamheden van mij wenscht driedub bel betalen, maar ten tweede zult U, als U in deze richting door wilt fokken, binnen eenige jaren geweldig veel geld er mee kwijt raken." Ik kan wel zeggen, dat ik bij mijn aller beste legsters eenden heb met witte vlekjes, doch dat ik er niet^an denk ze daarom op te ruimen. Geef mij maar.eieren! Er komt ook nog bij dat „raszuivere" Campbells witte eieren moeten leggen en mijn beste eend, die in haar eerste jaar er 329 legde, groene eieren legde, die net zooveel opbrachten als wittel! Wie dus praat van raszuivere Campbells, weet er eigenlijk niet veel van. Campbells,zijn kruisingsproducten, zooals moderne nutrassen Barnevelders, Welsummers enz. enz. In sloo- ten gedragen ze zich meer als hoereneenden dan de loopeenden, ze zoeken dus meer in de sloo- ten zelf, terwijl loopeenden meer op land zoeken De beste broedtijd is April en Mei en men kan dan van goed gefokte eenden een flinke najaarsproductie verwachten. De eieren zijn over het algemeen kleiner dan die van reebonte loopeenden, doch altijd nog groot genoeg. De khaki Campbell is dus een zeer goede nuteend en stelt aan den tentoonstellingsfok ker zeer hooge eischen. Het is met de witte vlekken zoo sterk, dat vaak van goede eenden, geheel witte kuikens vallen, die dan in tegen stelling met andere eenden, vaak donkere snavels en pooten hebben. Men denke dus als men broedeieren koopt niet te gauw aan be drog, doch men heeft hier te doen met een terugslag waar de fokker weinig aan doen kan. Dr. te Hennepe. De Kamertuin. De Oleander. De Oleander is een der ouderwetsche kamer planten, wier glorie bedenkelijk is getaand en die in tegenstelling met vroeger, slechts be trekkelijk weinig wordt aanget.-effen. Ook planten zijn min of meer aan modegrillen on derhevig en vallen hieraan ten offer. En zoo is het ook met de Oleander gegaan. Langzaam maar zeker is hij door andere planten ver drongen. Deze werkelijk sierlijke kamerplant, zeer eenvoudig en gemakkelijk wat de cultuur betreft, heeft haar volkomen verdiende plaats voor een groot gedeelte moeten afstaan. Een goed gekweekte Oleander is met zijn frisch groene bladeren en zijn in pluimen rose en witte bloemen eindigende stengels, een schitterende plant. INGEZONDtN MEDEDEEL1NG. te laat is, breng onze zuster dan onze groeten over." Hij aarzelde een oogenblik; toen kuste hij het meisje op het voorhoofd en zeide zacht: „Bid voor haar en voor mij, Meta!" „Goddank! er is meer in dien jongen dan verf en penseelen," dacht Meta; „waarlijk, ik geloof dat zijn oogen vochtig waren." En zij keerde in de tuinkamer terug, waar haar moeder en Charlotte het druk hadden met allerlei uitroepen. „Zoo'n dwaze jongen! Maar wie kon 't weten! Heb ik het niet altijd gezegd! Mijn schoonzuster in mijn dienst, het is een roman! Had ik dat kunnen denken!" XXV. Het werd een zware reis voor Frank; het hart was in hem ontwaakt, de mensch wakker gewor den; aan zijn werk dacht hij niet meer; Rosa- Marina was zijn geest ontvlogen; hij kon zich haar nauwelijks meer herinneren, maar zijn vrouw zag hij telkens, zooals zij daar, wanhopend en trooste loos, aan het strand had gestaan. Onder het werken was telkens wel de gedachte in hem opgekomen: „Wat bezielde haar toen? Wat dreef haar uit het veilige huis van oom naar de zeekust in dat onstuimige weer? Verlangen om mij te zien? Afkeer wellicht? O, die heb ik verdiend! Ja, dat zal het zijn! Oom heeft haar gedwongen mij te ontvangen en zij wilde niet, en zij is er ziek van géworden, misschien ook gestorven; maar dan ligt haar dood op mijn geweten, dan zal ik het mij altijd ver wijten dat ik haar getrouwd heb, alleen om mij te dienen als model!" Het koude zweet parelde op zijn voorhoofd; Dat is Griep is vooral gevaarlijk om de complicaties, die ge makkelijk ten gevolge van haar verzwakkenden in vloed op het algemeene gestel kunnen optreden. Wacht dan ook niet langer en neem vandaag nog de versterkende AKKER'S Voorde Borst is in den regel te wijten aan te weing voedsel, onvoldoende water, te weinig zon, of aan het latten zitten der zoo juist genoemde blad knoppen. Deze factoren hebben we dus goed in het oog te houden. Zoodra de bloei afgeloopen is, kan de plant worden verpot. Na het verpotten houden we de plant zoo lang vochtig en warm, totdat hij nieuwen groei te zien geeft en plaatsen hem dan pas in de volle zon. Het vermenigvuldigen der planten gaat al heel gemakkelijk en eenvoudig. We snijden eenige stekjes af en zetten deze in een fleschje water. De fleschjes bij voorkeur overbrengen naar een lichte doch beschaduwde plek (vorstvrij). Na ongeveer een maand zijn de plantjes voldoende beworteld om te worden opgepot, (graszodengrond met koemest). Er bestaan verschillende verscheidenheden van Oleanders, enkele- en gevuldbloemige en witte. Voor kamercultuur komen de gevulde en witte in aanmerking. Een nadeel van de Oleander, vooral met het oog op kinderen, is wel, dat het melksap der plant sterk vergiftig is. Het kan zelfs nadeelig zijn bloeiende exemplaren in een besloten kamer te houden, waar weinig of niet geventi leerd wordt. Het melksap is zoowel een bloed- als een maagvergif. Tot slot wijs ik er nog even op, dat de Ole ander nog al eens laboreert aan bladluis. Geregeld de plant inspecteeren is dus zeer ge- wenscht en zoodra de kleine rakkers ontdekt worden, de plant duchtig onder handen nemen en met zeepsop reinigen. Ook de andere planten maken een geregelde inspectie noodzakelijk en ook hier is direct ingrijpen gewenscht, indien bladluis wordt ontdekt. De Oleander hoort thuis in Zuidelijk Euro pa en den Levant, waar hij veelvuldig op voch tige plaatsen langs de oevers der rivieren wordt aangetroffen. Deze gegevens bepalen reeds heel veel over de kweekwijze. Ze verlangen in den groeitijd veel water en een zonnige, luchtige standplaats, zonder welke factoren de scheuten niet voldoende rijp kunnen worden en het bloeien achterwege blijft. 's Winters moet de plant binnen blijven in een koude kas of in een vorstvrij vertrek. Als grond geeft men graszodengrond met wat oude koemest en in den zomer wat vloeimest. Heeft de plant gebrek aan voedsel, dan geraakt zij niet in bloei. Ts de plant nog in haar jeugd, dan is jaarlijks verpotten noodzakelijk en later als de plant volwassen is, verdient het aanbeveling den bovengrond te verwijderen en deze door verschen te vervangen. De plant moet in staat zijn voldoende krachtige en rijpe scheuten te vormen en bloeit dan rijkelijk. Om goed ver takte struiken te krijgen is innijpen gewenscht, ook later als de plant reeds ouder is. Rondom de bloemknoppen ontwikkelen zich kleine bladknoppen, welke we tijdig dienen te verwijderen. Doen we zulks niet, dan groeien ze door, putten de bloemknoppen uit en de kans op bloeien is vekeken. Het niet bloeien toen hij het kleine station uitstapte, herdacht hij zijn eerste ontmoeting met haar op deze plek! Zij was toen arm, in treurige omstandigheden, maar toch, hoeveel beter had zij het destijds dan thans. Een soort van bevrediging trad in zijn hart toen hij dacht aan Jansje; tegenover het gebrekki ge kind had hij zich niets te verwijten; zij was gestorven, hem bedankende voor de laatste heldere dagen, die zij doorleefd had, maar Rose-Marie! Oom had gelijk, de kunst moet achterstaan bij het leven, met kunst maakt men het leven niet; het schoonste kunstwerk dat een mensch maken moet is zijn eigen leven, doch daarvoor dient men plichten te vervullen, verantwoordelijkheid te dragen. En hoe had hij zijn leven tot nu opgevat? Als een spel, als een comedie! O, kon het nog maar anders worden! En hij smachtte naar het meisje met haar onschuldige oogen, waaruit alle aandoeningen van haar ziel spraken, en die hem zoo smeekend en droevig konden aanzien. Neen, nooit zou hij haar gevoel meer geweld aandoen, nooit zou hij haar kunstmatig opwinden tot sensaties, welke hij voor zijn werk noodig had. Neen, zij zou nooit meer voor hem als model poseeren! Vreemden mochten het gezicht van zijn vrouw nooit meer koopen! Hij zou critici het recht niet meer geven haar trekken te bespreken, haar vormen te bevitten, haar gevoelens te ont heiligen. Dat hij het niet eerder inzag! Eerst nu, nu zij misschien voor hem verloren was, nu dat fraaie lichaam misschien reeds misvormd was door den dood, die oogen gesloten voor altijd, begreep hij eerst haar edele schaamte, haar teedere reinheid in vollen omvang. Hij zat alleen in den wagen; honderdmaal was hij op het punt den conducteur een vraag te doen Spuedcischende vergadering van den OmiiAenteraad te «'Ollgeiuspluat, op Vrijdag 1 Maart 1U-2U, des nam. 3 uur. Voorzitter Burgemeester W. J. Donker sloot Lzn. Afwezig zonder kennisgeving was de heer C de Vos. Voor deze vergadering was groote belangstelling van het publiek. Na opening door den voorzitter worden de notulen der vorige vergadering onver anderd vastgesteld. iDgekomen stukken: Verslag der Commissie tot wering van Schoolverzuim, dat te omvangrijk is om voor te lezen, waarom het ter visie wordt gelegd. Van de Gezondheidscommissie bericht dat zij geen bezwaar heeft tegen de vastgestelde instructie voor den nieuwen geneesheer. Een verzoek van het bestuur der Land bouwschool te Sommelsdijk om een jaar- Ui ksche subsidie, waarop afwijzend wordt beschikt. Een schrijven van Mevr. Endtz-Graftdijk, met dankzegging voor de belangsteilmg be toond by het overlijden van haar zoon, en eveneens dank voor de benoeming tot ge neesheer van den vrieDd van dokter Endtz Een schrijven van den heer W van der Welle, waarin hij meedeelt, dat hij zijn met selaarszaak heeft overgedaan aan zijn zoons, en verzoekt om dezen in zijn plaats op de lijst voor het gemeentewerk te plaatsen. Eveneens een schrjjven van de Gebr. van der Welle, dat zij de metselaarszaak van hun vader hebben overgenomen met hetzelfde verzoek. Alzoo wordt besloten. over de logée van den dokter; als zij gestorven was zou de man het zeker weten Hij durfde het niet, een onverklaarbare angst weerhield hem. Als hij het eens hooren moest hier. Eindelijk hield de tram stil voor de halte van Duinwijk, en toevallig, evenals d eerste keer toen hij hier aankwam, stapte de dokte weer in. Frank schrok toen hij het veranderde gelaat van zijn oom zag. „Wat, jij hier? Het wordt ook tijd, dunkt me?" zeide de dokter met gefronste wenkkbrauwen. „Oom!" riep hij, oom! Leeft zij?" „Boezemt je dat nog belang in? Je hadt waarlijk eer kunnen komen." „Ik heb uw brieven pas straks gelezen." „Waarom ben je dan vertrokken vóór je mijn antwoord hadt? Ik heb je denzelfden dag nog geschreven." Frank boog diep het hoofd. „Om Rosa-Marina." De dokter maakte een gebaar van afkeer en ergernis. „Is die dwaasheid nog niet voorbij? Hoe kan je nu ooit een man worden en dan nog wel haar man?" „Oom," drong hij aan, „ik verdien uw verwijten, maar ik zie nu in dat ik gedwaald heb, dat mijn op vatting van het leven verkeerd was. Antwoord mij eerst, hoe is het met haar? Is zij herstellend?" De dokter zag hem doordringend aan. „is het weer comedie die je speelt, of hoort dat bij je kunst?" „Oom, wees niet zoo wreed!" De tranen sprongen hem in de oogen en hij had groote moeite niet in snikken uit te barsten. „Nu dan, zij leeft en is herstellend...." (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1929 | | pagina 1