r
«NIS
HOUTEN
LEDIKANTEN
6.75
10.50
LEDIKANTEN
f 17.50
f 24.50
f 28.75
L
uien
inman
TEN.
Massief Eiken
Bedden- en
Telefoon 243 - Sommelsdijk
AAMBEIEN.
JL DE SALAMANDER JL
WOENSDAG
6 MAART 1929
Pluimveeteelt.
ROSA MARINA
Voor huis en hof.
GRIEP
VERSLAGEN.
kaan als hoofdpersoon af heeft voor eeni-
ten tyd een jacht gekocht en daarmee op-
tibü Stillen Oceaan gezocht naar een verzon
ken, paradijsachtig eiland, dat h(j eens in
zijn droom had gezien. Maar hy zorgde tevens,
dat z(jn naam in dit verband niet genoemd
werd.
Droomen alleen zijn geen bewijs; zelfs geen
millionnaiisdroomeD. Daarom reisde de mii-
lionnair, alvorens het jacbt te koopen, eerst
naar Californiê en vandaar per vliegtuig naar
de plek, waar zijn droom hem het verzonken
eiland had voorgespiegeld. En zoowaar: daar
ontwaarde hij; ongeveer 6 6 meter onder
het wateroppervlak, iets onbestemds iets
onnoembaars, dat een eiland kón zjjn.
Toen ging hij er met zijn jacht op uit, om
de zaak precies te onderzoeken Hij wil nu
een golfbreker rondom de plek laten aanleg
gen, dan het zand van den zeebodem laten
baggeren en daarmee de onderzeescbe „bank"
d. rmate ophoogen, dat er een echt eiland
omstaat.
Overigens is dit zoeken naar een eiland
Eden in den Pacific niet nieuw. De oude
Spanjaarden waren al evenzeer door die idee
bevangen, als de moderne millionnair. In
hun tijd kostte zulk een expeditie al even
veel als tegenwoordig, lieu kocht een schip
of zelf» een geheele vloot, bevrachtte die
met goederen, huurde een bemanning, voor
zag zich van proviand, verkreeg de goed
keuring des koning en den zegen der kerk
en ging erop los en zeilde duizenden kilo
meters over nog nimmer bevaren wateren.
Er is echter ook een groot verschilDe
oude ontdekkingsreizigers zochten alleen
naar eilanden, die zich aan de oppervlakte
bevonden. Men had geen dure golfbrekers
en nog duurder baggerwerk noodig. De Oce-^
aan was immers vol eilanden. De schepen
konden ze niet „misloopèn". De meeste dier
eilanden waren bovendien nog nooit door'
ren blanke betreden. En koene avonturiers
konden ze in bezit nemen en het Europeesehe
leven voor altyd achter zich laten.
Thans zijn natuurlijk alle eilanden ontdekt.
Al wat een armen, droomenden millionnair
rest is, den zeebodem omhoog te brengen
en de aarde tot boven de oppervlakte der
zee op te stapelen, om zoodoende een eiland
te verkrijgen, daar waar voorheen slechts
oceaan was. Dat is uiteraard heel wat moei
lijker werk dan het eenvoudige „ontdekken"
van eertflds en het ontstane eiland kan, daar
het kunstmatig is. allicht ook niet zulk een
volledige bevrediging geven!
HOFSTEDE IN ITALIAANSCH DORP
AFGEBRAND.
MILAAN, 27 Febr. Te St. Michele in de
Romagna is een boerenhofstede in brand ge
raakt en in korten tijd geheel in asch ge
legd. Van het uit zes personen bestaande gezin
zijn vijf personen in de vlammen omgekomen.
Alleen de oudste zoon is nog in leven, maar
ligt stervende in een ziekenhuis. De brand is
des nachts uitgebroken, terwijl de bewoners
sliepen.
ODE- en
GELE
SLA, enz.
ille plan
ten, enz.
recht
C/3
Z
Otf
S
_J
u
CS
Cl
De Centrale Proeftuin
voor
Goeree en Overllakkee
te Mlddelharnls (Langeweg)
is op eiken werkdag voor belangstel
lenden GRATIS TOEGANKELIJK
Desgewenscht geeft de tuinman alle
inlichtingen, die mochten worden ver
langd
2
Geschilderde ledikanten, eiken
of pitch pine, flinke zware
modellen 2-persoons.
Mooie moderne stijlen en
zware uitvoering, 2 persoons
RADICALE GENEZING
de hardnekkigste Aambeien
kant U genezen binnen énkele weken.
Kipstraat 50, R'dan»
Niet goed. geld terug.
Prijs per kwartaal
Losse nummers
ADVERTENTIËN
van 16 regels 1,20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
11E JAARGANG. - N°. 35
DE ZIEKTEWET.
Zoo is dan eindelijk het lang verbeide ont-
werp-Ziektewet in behandeling bij de Tweede
Kamer.
Wij zullen ons niet meer verdiepen in den
lijdensweg van de verschillende pogingen,
aangewend om hier te lande te komen tot in
voering van een wettelijke ziekengeldverzeke
ring: er is thans slechts reden tot blijdschap,
dat de wet nog vóór het einde van deze parle
mentaire periode tot stand zal komen.
Na de critiek, welke het ontwerp sedert zijn
indiening is ten deel gevallen, heeft de Minis
ter eenige belangrijke wijzigingen aangebracht:
hieruit blijkt weer opnieuw de goede invloed,
welken de publieke opinie op den wetgevenden
arbeid kan oefenen. Natuurlijk heeft het ont
werp nog verschillende schaduwzijden, maar
de groote lichtzijde blijft, dat aan het gesol
met den zieken arbeider eens definitief een
einde zal worden gemaakt.
De Minister heeft de organisatie der ver
zekering vereenvoudigd door als basis daarvan
te nemen de bedrijfsvereenigingen en de Raden
van Arbeid. Een ernstig bezwaar is echter, dat
nu de ondernemingsziekenkassen haar zelfstan
dig karakter zullen moeten prijsgeven willen
zij onder de gewijzigde regeling kunnen blijven
voortbestaan.
Een gelukkige wijziging is voorts, dat per
sonen, niet werkzaam in een onderneming
niet onder de verzekering zullen vallen; de
geheele categorie van huispersoneel zal der
halve buiten de verzekering blijven. Even
eens heeft de Minister de gegrondheid der be
zwaren erkend tegen opneming in de verzeke
ring ook van personeel met hoogere inkomens.
Verwondering wekt het dat de Minister,
zonder eenige nadere motiveering, het per
centage van het dagloon, dat als ziekengeld
zal worden genoten, heeft verhoogd van 70 tot
80 Een uitkeering van 70 is reeds hooger
dan in de meeste landen van Europa, doch met
80 staat Nederland bovenaan, behalve dan
Rusland, waar het ziekengeld 100 bedraagt.
In het algemeen doet een hooge uitkeering de
simulatie toenemen; blijkens de practijk geldt
dit vooral voor jonge vrouwen en niet-kost-
winners. Maar welk percentage tenslotte ook
zal worden gekozen, een differentiatie in het
ziekengeld tusschen kostwinners en niet-kost-
winners, maar vooral tusschen het geslacht,
is dringend noodzakelijk. Gelukkig is de Mi
nister blijven vasthouden aan de bevoegdheid
van den werkgever om de premie voor de
helft van het loon af te houden, daar anders
het karaKffer van verzekering geheel en al zou
vervallen, en de arbeiders niet meer zeiven
rechtstreeks bij de|verzekering betrokken zou
den zijn.
Bedenkelijk daarentegen is weer de regeling
inzake de werkloozen; bij ontslag blijft men
bij ziekte gedurende eenigen tijd aanspraak
behouden op hetzelfde ziekengeld waarop men
recht zou hebben gehad vlak voor de periode
van werkloosheid. De ondernemingen, die toch
geen instellingen van maatschappelijk hulp
betoon zijn, worden op deze wijze belast met
de zorg voor een „staart" die niet bij het per
soneel behoort. De regeling van dit stuk werk
lozenzorg behoort in dit ontwerp niet thuis
en dient in een afzonderlijk ontwerp te worden
ondergebracht.
tAêó c^iMp dwüjft:
MJbuin.i*\cto<au\'t54r£i5<i>
m
(Adv.)
Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen
door onze abonné's worden gezonden aan
Dr B. J. G. te Hennepe, Diergaarde
singel 96a Rotterdam. Postzegel voor
antwoord insluiten en Blad vermelden
Eendenhouderij, Fouten van Camphells.
Geef mij maar...s!eren. Vijf pooten aan een
schaap.
In verband met mijn artikelen over eenden
houderij kreeg ik vandaag een vraag waarvan
ik eerst niet begreep of het een grap was, dan
wel dat de vraagsteller verregaand naïf was en
werkelijk dacht van mij op zulke vragen een
antwoord te krijgen. De brief luidde als volgt:
„Daar ik in Holland zelf door mijn langjarig
verblijf in het buitenland een vreemdeling ben,
zoo vertrouw ik er op dat U mijn vrijmoedig
heid waarmede ik U lastig val zult begrijpen.
Ik bezit een ooftplantage, die een zeer lang-
gestrekte griend van 1 H.A. als grens van een
riviertje heeft.
Gaarne zou ik nu dit watertje en deze griend
van mij productief maken, en wel door eenden.
Nu komt echter l'embarras du choix, daar met
verschillende omstandigheden rekening ge
houden moet worden.
a. het riviertje is betrekkelijk ondiep en
modderig op den bodem.
b. Er is maar weinig tijd om zich met de
eenden te bemoeien.
c. Zij mogen niet veel aan voer kosten.
d. Op het riviertje vallen vaak wilde eenden
neer en deze wil ik tusschen de tamme uit
schieten, dus moeten de tamme op het eerste
gezicht van de wilde te onderscheiden zijn.
e. Zij moeten goede eierenleggers zijn en ge
makkelijk als slachtbeesten te verkoopen.
Welke soort eenden zal ik nemen, verkoopt u
uit uw fokkerij ook exemplaren, zoo ja, wat is
de prijs?"
Bij deze vragen kwam mij voor den geest dat
de schrijver, hoewel jarenlang in het buiten
land, toch nog leelijk te pakken had, n.l. wat
wij zelf zeggen: „vijf pooten aan een schaap
willen hebben, of wat de Engelschman in een
rijmpje zegt:
The fault of the Dutch
Giving little en asking much,
(de fout van den Hollander, weinig geven en
veel vragen).
De briefschrijver spant echter de kroon en
heeft liefst een duizendpootig schaap geloof ik.
Stel je voor. Weinig tijd om de dieren te ver
zorgen, niet veei aan voerkosten, er tusschen
gaan schieten op wilde eenden en dan nog
goede legsters en goede vleescheenden. Hoewel
ik heel graag wat verkoop als ik over heb, heb
ik in deze niet eens de moeite genomen een
prijs te vragen en maar heel beleefd geantwoord
dat „de eischen van den schrijver van dien
aard zijn, dat ik, hoewel ik kan zeggen, heel
wat van de eendenhouderij te weten, in dezen
toch niet durf te adviseeren."
Wie zich voorstelt van eenden eieren of
vleesch te krijgen zonder behoorlijke verzor
ging en met jachtgeweren er tusschen schie
tend, die moet maar eerst eens een twintig
FEUI LLETON.
DOOR
MELATI VAN JAVA.
51)
„En kom je nu rusten?"
„Ik ga van avond weer heen."
„Alweer?"
„Ja, ik moet naar Duinwijk."
„O, 't is waar ook! Kom toch binnen in de
verande. Ma is er en Lotte toevallig ook."
Zij duwde hem naar binnen ne kondigde aan:
„Voor de honderdste maal reprise van het drama
in zes bedrijven en tien tafereelen! „De verloren
zoon."
„Hé, Frank, och kom, Frank, hoe gaat het,
Frank?" werd er geroepen; „wat zie je er naar
uit, vreeselijk naarl"
„Mama," vroeg hij, en een dwaze vrees snoerde
hem eensklaps de keel dicht, „zijn er ook brieven
van oom?"
„O, hemel, ja! Daags nadat je weg was, kwam
er een en toen een dag of tien later weer eenik
heb oom teruggeschreven dat je weg was en na
tuurlijk, als liefhebbende zoon, je adres niet hadt
opgegeven. Verbeeld je, Lotje, dat ik in dien tijd
dood en begraven had kunnen zijn, zonder dat hij
het wist."
„Ja, dat konden wij allen wezen. Het Is onver
antwoordelijk, maar zoo zijn de jongelui tegen
woordig."
„Ma, waar zijn de brieven?"
„Hier in mijn bureau."
Zij ging naar de tuinkamer en haalde ze voor
den dag. Frank scheen er niet om te denken, dat
hij niet alleen in de kamer was, en de dames
met klimmende nieuwsgierigheid al zijn bewegin
gen volgden; hij brak den laatsten brief open en
zijn blik gleed snel over den inhoud; hij werd
doodsbleek, zijn hand sidderde.
„Wat is er?" riepen allen. „Frank, wat man
keert je?"
„Niets," antwoordde hij barsch; maar zich even
bedenkend liet hij dadelijk op heeschen toon vol
gen: „Mijn vrouw is ziek, ernstig ziek. Oom had
weinig hoop en dat is nu drie weken geleden.
Hoe zal het nu wezen?"
„Je vrouw!" riepen mevrouw en Charlotte uit,
„wat weet oom van je vrouw?"
„Zij is bij hem sinds maanden."
„Watriep Charlotte uit, „er is niemand
bij hem dan Marie, mijn meid, die hij zoo wonder
lijk uit mijn huis troonde. Of moest zij misschien
je vrouw bedienen?"
„Rose-Marie is mijn vrouw;.oom heeft haar op
mijn verzoek uit je huis gehaald en bij zich ge
nomen. Maar zeg nu niets meer, ik vertrek on
middellijk."
„Zal ik met je meegaan?" vroeg Meta vriendelijk
belangstellend.
Hij zag haar aan alsof hij half droomde.
„Neen, ik dank je," mompelde hij. „Adieu!"
Allen zagen elkander aan, terwijl hij de kamer
uitging; alleen Meta volgde hem.
„Frank," fluisterde zij hem toe, „als het niet
jaartjes gaan probeeren zulke wonderbeesten
te fokken en tegen dien tijd spreken wij elkaar
wel weer eens nader.
Nu wat de fouten der Campbells betreft
We begrijpen nu direct dat de witte vlekjes
of veertjes aan den hals teruggeslagen zijn op
de stameend, de reebonte loopeend. Men lette
er op dat als de hals goed is, soms in den sna-
velhoek aan de keel, dus onder de kop, nog een
witte vlek zit. Dit is alleen te zien als men de
eend beet pakt en onder den snavel kijkt. Keur
meesters die ik zag en die Campbells keuren
zonder ze onder den snavel te kijken, kennen
dus hun vak niet.
Meestal ziet men witte vlekjes samengaan
met geelachtige snavels. Ook deze geelachtige,
soms roseachtige snavels herinneren aan de
voorvaderen en zijn vooral bij woerden fout.
Verder gaan lichte snavels vaak gepaard met
witte veeren in den vleugel of onder den vleu
gel en een te lichte khaki kleur.
Bij eenden ziet men heel vaak nog een fout,
n.l. een lange, lichtere streep boven de oogen,
een z.g. wildstreep. Deze herinnert aan de
wilde eend en waar de kop der eend, en trou
wens de geheele eend zuiver effen van kleur
moet zijn, vallen deze horizontale strepen, als
wenkbrauwen boven de oogen direct op.
Als we nu met deze eischen gewapend khaki
Campbell eenden gaan bekijken, blijft er niet
veel goeds van over. Hoe moeilijk het is ze
goed te krijgen kan ook uit de wildstrepen
blijken, want bij volwassen woerden met
donkeren kop ziet men ze niet, terwijl ze bij
onvolwassen waar de kop nog niet de woerden-
kleur heeft, ze wel zien kan. Koopt men dus
een prachtige, volwassen woerd dan weet men
nog niets.
Als ik U verder vertel dat men zelfs uit de
beste, meest volmaakte tentoonstellingsexem
plaren nog eenden en woerden fokt met witte
vlekjes, gele snavels, wildstrepen, dan zult U
nu meteen begrijpen waarom ik menschen die
mij naar raszuivere Campbels vragen, altijd
waarschuw met te zeggen: „U heeft toch wel
heel veel geld, want ten eerste moet degene, die
zulke zeldzaamheden van mij wenscht driedub
bel betalen, maar ten tweede zult U, als U in
deze richting door wilt fokken, binnen eenige
jaren geweldig veel geld er mee kwijt raken."
Ik kan wel zeggen, dat ik bij mijn aller
beste legsters eenden heb met witte vlekjes,
doch dat ik er niet^an denk ze daarom op te
ruimen. Geef mij maar.eieren! Er komt ook
nog bij dat „raszuivere" Campbells witte eieren
moeten leggen en mijn beste eend, die in haar
eerste jaar er 329 legde, groene eieren legde,
die net zooveel opbrachten als wittel!
Wie dus praat van raszuivere Campbells,
weet er eigenlijk niet veel van. Campbells,zijn
kruisingsproducten, zooals moderne nutrassen
Barnevelders, Welsummers enz. enz. In sloo-
ten gedragen ze zich meer als hoereneenden dan
de loopeenden, ze zoeken dus meer in de sloo-
ten zelf, terwijl loopeenden meer op land zoeken
De beste broedtijd is April en Mei en men
kan dan van goed gefokte eenden een flinke
najaarsproductie verwachten. De eieren zijn
over het algemeen kleiner dan die van reebonte
loopeenden, doch altijd nog groot genoeg.
De khaki Campbell is dus een zeer goede
nuteend en stelt aan den tentoonstellingsfok
ker zeer hooge eischen. Het is met de witte
vlekken zoo sterk, dat vaak van goede eenden,
geheel witte kuikens vallen, die dan in tegen
stelling met andere eenden, vaak donkere
snavels en pooten hebben. Men denke dus als
men broedeieren koopt niet te gauw aan be
drog, doch men heeft hier te doen met een
terugslag waar de fokker weinig aan doen kan.
Dr. te Hennepe.
De Kamertuin. De Oleander.
De Oleander is een der ouderwetsche kamer
planten, wier glorie bedenkelijk is getaand en
die in tegenstelling met vroeger, slechts be
trekkelijk weinig wordt aanget.-effen. Ook
planten zijn min of meer aan modegrillen on
derhevig en vallen hieraan ten offer. En zoo is
het ook met de Oleander gegaan. Langzaam
maar zeker is hij door andere planten ver
drongen.
Deze werkelijk sierlijke kamerplant, zeer
eenvoudig en gemakkelijk wat de cultuur
betreft, heeft haar volkomen verdiende plaats
voor een groot gedeelte moeten afstaan. Een
goed gekweekte Oleander is met zijn frisch
groene bladeren en zijn in pluimen rose en witte
bloemen eindigende stengels, een schitterende
plant.
INGEZONDtN MEDEDEEL1NG.
te laat is, breng onze zuster dan onze groeten over."
Hij aarzelde een oogenblik; toen kuste hij het
meisje op het voorhoofd en zeide zacht: „Bid voor
haar en voor mij, Meta!"
„Goddank! er is meer in dien jongen dan verf
en penseelen," dacht Meta; „waarlijk, ik geloof
dat zijn oogen vochtig waren."
En zij keerde in de tuinkamer terug, waar haar
moeder en Charlotte het druk hadden met allerlei
uitroepen.
„Zoo'n dwaze jongen! Maar wie kon 't weten!
Heb ik het niet altijd gezegd! Mijn schoonzuster
in mijn dienst, het is een roman! Had ik dat
kunnen denken!"
XXV.
Het werd een zware reis voor Frank; het hart
was in hem ontwaakt, de mensch wakker gewor
den; aan zijn werk dacht hij niet meer; Rosa-
Marina was zijn geest ontvlogen; hij kon zich haar
nauwelijks meer herinneren, maar zijn vrouw zag
hij telkens, zooals zij daar, wanhopend en trooste
loos, aan het strand had gestaan. Onder het werken
was telkens wel de gedachte in hem opgekomen:
„Wat bezielde haar toen? Wat dreef haar uit
het veilige huis van oom naar de zeekust in dat
onstuimige weer? Verlangen om mij te zien? Afkeer
wellicht? O, die heb ik verdiend! Ja, dat zal het
zijn! Oom heeft haar gedwongen mij te ontvangen
en zij wilde niet, en zij is er ziek van géworden,
misschien ook gestorven; maar dan ligt haar dood
op mijn geweten, dan zal ik het mij altijd ver
wijten dat ik haar getrouwd heb, alleen om mij
te dienen als model!"
Het koude zweet parelde op zijn voorhoofd;
Dat is
Griep is vooral gevaarlijk
om de complicaties, die ge
makkelijk ten gevolge van
haar verzwakkenden in
vloed op het algemeene
gestel kunnen optreden.
Wacht dan ook niet langer en
neem vandaag nog de versterkende
AKKER'S
Voorde Borst
is in den regel te wijten aan te weing voedsel,
onvoldoende water, te weinig zon, of aan het
latten zitten der zoo juist genoemde blad
knoppen. Deze factoren hebben we dus goed
in het oog te houden.
Zoodra de bloei afgeloopen is, kan de plant
worden verpot. Na het verpotten houden we
de plant zoo lang vochtig en warm, totdat hij
nieuwen groei te zien geeft en plaatsen hem
dan pas in de volle zon.
Het vermenigvuldigen der planten gaat al
heel gemakkelijk en eenvoudig. We snijden
eenige stekjes af en zetten deze in een fleschje
water. De fleschjes bij voorkeur overbrengen
naar een lichte doch beschaduwde plek
(vorstvrij). Na ongeveer een maand zijn de
plantjes voldoende beworteld om te worden
opgepot, (graszodengrond met koemest).
Er bestaan verschillende verscheidenheden
van Oleanders, enkele- en gevuldbloemige en
witte. Voor kamercultuur komen de gevulde
en witte in aanmerking.
Een nadeel van de Oleander, vooral met het
oog op kinderen, is wel, dat het melksap der
plant sterk vergiftig is. Het kan zelfs nadeelig
zijn bloeiende exemplaren in een besloten
kamer te houden, waar weinig of niet geventi
leerd wordt. Het melksap is zoowel een bloed-
als een maagvergif.
Tot slot wijs ik er nog even op, dat de Ole
ander nog al eens laboreert aan bladluis.
Geregeld de plant inspecteeren is dus zeer ge-
wenscht en zoodra de kleine rakkers ontdekt
worden, de plant duchtig onder handen nemen
en met zeepsop reinigen. Ook de andere planten
maken een geregelde inspectie noodzakelijk en
ook hier is direct ingrijpen gewenscht, indien
bladluis wordt ontdekt.
De Oleander hoort thuis in Zuidelijk Euro
pa en den Levant, waar hij veelvuldig op voch
tige plaatsen langs de oevers der rivieren wordt
aangetroffen. Deze gegevens bepalen reeds heel
veel over de kweekwijze. Ze verlangen in den
groeitijd veel water en een zonnige, luchtige
standplaats, zonder welke factoren de scheuten
niet voldoende rijp kunnen worden en het
bloeien achterwege blijft.
's Winters moet de plant binnen blijven in
een koude kas of in een vorstvrij vertrek. Als
grond geeft men graszodengrond met wat oude
koemest en in den zomer wat vloeimest. Heeft
de plant gebrek aan voedsel, dan geraakt zij
niet in bloei. Ts de plant nog in haar jeugd, dan
is jaarlijks verpotten noodzakelijk en later als
de plant volwassen is, verdient het aanbeveling
den bovengrond te verwijderen en deze door
verschen te vervangen. De plant moet in staat
zijn voldoende krachtige en rijpe scheuten te
vormen en bloeit dan rijkelijk. Om goed ver
takte struiken te krijgen is innijpen gewenscht,
ook later als de plant reeds ouder is.
Rondom de bloemknoppen ontwikkelen zich
kleine bladknoppen, welke we tijdig dienen te
verwijderen. Doen we zulks niet, dan groeien
ze door, putten de bloemknoppen uit en de
kans op bloeien is vekeken. Het niet bloeien
toen hij het kleine station uitstapte, herdacht hij
zijn eerste ontmoeting met haar op deze plek!
Zij was toen arm, in treurige omstandigheden,
maar toch, hoeveel beter had zij het destijds dan
thans. Een soort van bevrediging trad in zijn hart
toen hij dacht aan Jansje; tegenover het gebrekki
ge kind had hij zich niets te verwijten; zij was
gestorven, hem bedankende voor de laatste heldere
dagen, die zij doorleefd had, maar Rose-Marie!
Oom had gelijk, de kunst moet achterstaan bij
het leven, met kunst maakt men het leven niet;
het schoonste kunstwerk dat een mensch maken
moet is zijn eigen leven, doch daarvoor dient men
plichten te vervullen, verantwoordelijkheid te
dragen. En hoe had hij zijn leven tot nu opgevat?
Als een spel, als een comedie! O, kon het nog
maar anders worden! En hij smachtte naar het
meisje met haar onschuldige oogen, waaruit alle
aandoeningen van haar ziel spraken, en die hem
zoo smeekend en droevig konden aanzien.
Neen, nooit zou hij haar gevoel meer geweld
aandoen, nooit zou hij haar kunstmatig opwinden
tot sensaties, welke hij voor zijn werk noodig had.
Neen, zij zou nooit meer voor hem als model
poseeren! Vreemden mochten het gezicht van zijn
vrouw nooit meer koopen! Hij zou critici het
recht niet meer geven haar trekken te bespreken,
haar vormen te bevitten, haar gevoelens te ont
heiligen. Dat hij het niet eerder inzag! Eerst nu,
nu zij misschien voor hem verloren was, nu dat
fraaie lichaam misschien reeds misvormd was door
den dood, die oogen gesloten voor altijd, begreep
hij eerst haar edele schaamte, haar teedere reinheid
in vollen omvang.
Hij zat alleen in den wagen; honderdmaal was
hij op het punt den conducteur een vraag te doen
Spuedcischende vergadering van den
OmiiAenteraad te «'Ollgeiuspluat, op
Vrijdag 1 Maart 1U-2U, des nam. 3 uur.
Voorzitter Burgemeester W. J. Donker
sloot Lzn.
Afwezig zonder kennisgeving was de heer
C de Vos. Voor deze vergadering was groote
belangstelling van het publiek.
Na opening door den voorzitter worden
de notulen der vorige vergadering onver
anderd vastgesteld.
iDgekomen stukken:
Verslag der Commissie tot wering van
Schoolverzuim, dat te omvangrijk is om voor
te lezen, waarom het ter visie wordt gelegd.
Van de Gezondheidscommissie bericht dat
zij geen bezwaar heeft tegen de vastgestelde
instructie voor den nieuwen geneesheer.
Een verzoek van het bestuur der Land
bouwschool te Sommelsdijk om een jaar-
Ui ksche subsidie, waarop afwijzend wordt
beschikt.
Een schrijven van Mevr. Endtz-Graftdijk,
met dankzegging voor de belangsteilmg be
toond by het overlijden van haar zoon, en
eveneens dank voor de benoeming tot ge
neesheer van den vrieDd van dokter Endtz
Een schrijven van den heer W van der
Welle, waarin hij meedeelt, dat hij zijn met
selaarszaak heeft overgedaan aan zijn zoons,
en verzoekt om dezen in zijn plaats op de
lijst voor het gemeentewerk te plaatsen.
Eveneens een schrjjven van de Gebr. van der
Welle, dat zij de metselaarszaak van hun
vader hebben overgenomen met hetzelfde
verzoek. Alzoo wordt besloten.
over de logée van den dokter; als zij gestorven
was zou de man het zeker weten Hij durfde het
niet, een onverklaarbare angst weerhield hem. Als
hij het eens hooren moest hier.
Eindelijk hield de tram stil voor de halte van
Duinwijk, en toevallig, evenals d eerste keer toen
hij hier aankwam, stapte de dokte weer in. Frank
schrok toen hij het veranderde gelaat van zijn
oom zag.
„Wat, jij hier? Het wordt ook tijd, dunkt me?"
zeide de dokter met gefronste wenkkbrauwen.
„Oom!" riep hij, oom! Leeft zij?"
„Boezemt je dat nog belang in? Je hadt waarlijk
eer kunnen komen."
„Ik heb uw brieven pas straks gelezen."
„Waarom ben je dan vertrokken vóór je mijn
antwoord hadt? Ik heb je denzelfden dag nog
geschreven."
Frank boog diep het hoofd. „Om Rosa-Marina."
De dokter maakte een gebaar van afkeer en
ergernis. „Is die dwaasheid nog niet voorbij? Hoe
kan je nu ooit een man worden en dan nog wel
haar man?"
„Oom," drong hij aan, „ik verdien uw verwijten,
maar ik zie nu in dat ik gedwaald heb, dat mijn op
vatting van het leven verkeerd was. Antwoord
mij eerst, hoe is het met haar? Is zij herstellend?"
De dokter zag hem doordringend aan.
„is het weer comedie die je speelt, of hoort dat
bij je kunst?"
„Oom, wees niet zoo wreed!"
De tranen sprongen hem in de oogen en hij had
groote moeite niet in snikken uit te barsten.
„Nu dan, zij leeft en is herstellend...."
(Wordt vervolgd).