PU ROL
Let vooral op I adres.
EERSTE BLAD
FRISO
BAAI
DE SALAMANDER
J&vuse
&chn&t£e
IE KRUIS
:ar
ONZE
Bruidsportretten
S. VAN DER PLAAT
MIMOSA-DROPPELS,
WLet op het adres:
ZATERDAG
26 JANUARI 1929
ROSA MARINA
Schoolgaande
Kinderen
PUROL
Winterteenen
KLOOSTERBALSEM
INGEZONDEN MEDEDEELING.
ftUAAl
en springende lippen
Loïeo van 30-60 cn 90 ct. Tube 80 ct. Bij Apoth- en Drogisten
ld hij lid v?n de organisatie „Stahihelm".
tan zijn stok, die hij als aandenken aan den
Itschen ex-keizer wilde geven, bevestigde hij
elke stad, die hij passeerde een „herinne-
psspijker". terwijl hij in den stok de woor-
[sneed: ,,Aan Zijne Majesteit, den Duitschen
Ier, gewijd, in eerbied door een Oosten-
Jsch officier."
Imtrent de ontvangst, die hem te Doorn ten
is gevallen, verhaalde hij voor de recht-
't de volgende details:
heb mij op Huize „Doorn" op militaire
aangemeld. De hofmaarschalk, heeft mij
Indelijk ontvangen en den stok in ontvangst
pmen. De hofmaarschalk deelde mij echter
Ie, dat het twijfelachtig was, of ik wel bij
lex-keizer zou worden toegelaten, maar wel-
L' zou ik de dagelijksche godsdienstoefening
bijwonen, „waarbij Zijne Majesteit
is aanwezig is." Den volgenden dag woon-
stipt de godsdienstoefening bij. Eenmaal
de hofmaarschalk mij naar het park,
Ir ik den ex-keizer aan het werk zag. Hij
"juist bezig met harken. Toen ik „Hoch"
dankte hij mij uit de verte. Bij mijn ver-
j uit Doorn ontving ik een portret v. n den
tcizer met eigenhandige onderteekèning.
■linger vatte vervolgens het plan op, ook
jBeierschen ex-kroonprins Rupprecht een
met „herinneringsspijkers" te g. an bren-
j Zijn levensonderhoud bij elkaar bedelend,
In hij inaerdaad tot Munchen. In het paleis
(den Beierschen ex-kroonprins verstrekte
hem 20 mark, doch kort daarop werd
gearresteerd.
rechtbank veroordeelde hem wegens op-
|erij tot vijf maanden gevangenisstraf.
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllillllllllillllllllllllllllilllfillllIillU
lilf!llllll!llll!ll|l!llll!lllllllllllllllll!iltllllllllllll!lll!lll|||||||l|||||||l||||||||||||||||||||||il
oene Kruis te Ouddorp
publiek mede, dat de te houden
aderdag 24 Januari a s.
ldags 2 uur.
zijn onovertrefbaar
fijne kleur __T
keurige afwerking
Aanbevelend,
Hobbemastraat - Middelharnis
12e atelier van- I «b» I
af het station I 1
BÜEUKBANOE\
allesoorten met en zonderveer
GENEESMIDDELEN
tegen Urinekwalen, Vrouwen
ziekten, enz.
SANTOLMID1E i 2,25 per flacon.
INJECTIE f 1,— per flacon.
Vraagt onze bekende
ter regeling v. d. bloedsomloop
falen nooit, succes verzekerd.
Al onze goederen worden onder volle
garantie verkocht. Niet goed, geld
terug.
Kipstraat 59, ROTTERDAM.
Inlichtingen gratis ook per brief.
Schoone volle lichaamsvormen door
onze Oostersche krachtpillen, een
Gulden per flacon van 80 pillen.
Prijs per kwartaal f 1,—
Losse nummers 0,076
ADVERTENTIËN
van 16 regels 1»20
Elke regel meer 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen
f 1,— per plaatsing tot een maximum
van 10 regels, elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
11E JAARGANG. - N°. 24
Week-revue.
Binnenland.
De maand Januari is in menig opzicht al heel
teleurstellend. Nauwelijks bekomen van den
schrik en ontsteltenis over het vergaan van de
reddingsboot Prins der Nederlanden te Hoek
van Holland, waarbij 8 dapperen hun plicht
met hun leven betaalden en de vier politie
mannen, welke te Grootegast door een beest-
mensch werden neergeschoten, of de berichten
maken melding van nog een paar kleine
revolverincidenten van gelukkig onschuldiger
aard, benevens een instorting van een nage
noeg voltooide danszaal te Lonneker, waarbij
een schilder werd gedood en een kastelein ern
stig gewond. Als gevolg van het afwisselende
weer heeft ook het ijs en de gladheid der wegen
de noodige slachtoffers geëischt, zoodat de
lijst van doodelijke ongevallen reeds nu een
bedenkelijke lengte heeft.
Voor de nagelaten weduwen en kinderen der
verongelukte redders te Hoek van Holland is
door liefdadig Nederland zooveel bijeenge
bracht, dat de overblijvenden voor materieele
zorgen zijn gevrijwaard. Er is zelfs zooveel bij
eengebracht, dat er waarschijnlijk een fonds
zal worden gesticht, waardoor het mogelijk zal
zijn, in de toekomst meer voor de redders en
hun eventueel nagelaten betrekkingen te kun
nen doen, dan tot heden het geval was. Over
bodige weelde was dit niet en wij kunnen blij
zijn, dat we althans een deel onzer eereschuld
hebben ingelost.
Schulden, en vooral belastingschulden zijn
erg onaangename dingen. Twee nijvere Rotter
dammers moesten dit aan den lijve ondervin
den. De eerste kreeg van den fiscus een aanslag
thuis ten bedrage van 1,01, zag die ongeluk
kige cent over het hoofd, offerde zooals dat
een goed staatsburger betaamt, blijmoedig zijn
gulden en keerde als een verlichte zondaar blij
moedig naar huis terug. Dezer dagen ontving
hij evenwel een aanmaning, kostende 0,25,
wijl hij in gebreke was bedoelde cent binnen
den gestelden termijn te offeren. Nijdig offerde
hij nu ƒ0,26, luchtte in een ingezonden stuk,
aanvangende met „mijnheer de red." zijn hart,
dat is een veel gebruikte veiligheidsklep voor
Rotterdammers, laboreerende aan een te hooge
innerlijke spanning, en loopt waarschijnlijk
nog maanden met pijn in zijn buik, dat die
eene cent hem een kwartje extra heeft gekost,
plus een extra gang naar den gehaten fiscus.
Een andere Maasstadbewoner had eveneens
veel pech. Deze begaf zich naar het Kanton
gerecht, waar hij als gemachtigde in een zaak
zou optreden. Of hij het te warm had, of dat
zijn werkzaamheden dit wenschelijk maakten,
weten we niet, doch in elk geval ontdeed deze
Rotterdammer zich van hoed, jas en wandel
stok en deponeerde dit in de portiersloge. Een
daar eveneens ronddwalend deurwaarder her
kende in genoemden heer een vroegere beken
de, waarvan hij nog 50 te vorderen had en
legde daarom beslag op de uitgetrokken kle
dingstukken. Toen deze Rotterdammer wilde
vertrekken, kon hij dus niet beschikken over
zijn onontbeerlijke omhulselen en was hij ge
dwongen zonder deze te vertrekken. Na veel
moeite slaagde hij er in het beslag te doen op
heffen, omdat het toch eigenlijk niet door den
beugel kan, onmisbare lijfgoederen in beslag
te nemen.
Geheel onverwachts komt de tijding van het
overlijden van Dr. C. Leiy te 's Gravenhage
in den leeftijd van 74 jaar. De overledene, die
ter gelegenheid van zijn zeventigsten verjaar
dag op grootsche wijze is gehuldigd was de
laatste dagen bezig aan het schrijven van een
brochure en werd dood voor zijn bureau ge
vonden. Tot drie maal toe is de overledene
minister van Waterstaat geweest. In het kabi
net Cort van der Linden zette hij de kroon op
zijn levenswerk en smaakte hij de voldoening,
dat tot drooglegging der Zuiderzee werd be
sloten. Jaren en jaren heeft hij hiervoor krach
tig geijverd en met succes. Het is hier de plaats
niet al de talrijke verdiensten van dit werk
zame leven te schetsen en de ruimte zou het
ook niet toelaten. Een zeer verdienstelijk
Nederlander in den besten zin des woords ver
liezen wij door het heengaan van Dr. Leiy.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
DRAISrflA-vANVALKENBURG'S-
A O LEVERTRAM
FfeUlLLtTON.
DOOR
MELATI VAN JAVA.
41)
„Dat arme kindl Had hij dat vermoed, zijn
Marietje! zijn lieveling, zijn eenigel Frank, Frank,
wat ben je toch begonnen? Maar je wist het niet,
het is jou schuld niet, natuurlijk, maar ik heb
weer een groote zonde van nalatigheid op mijn
geweten. Dat meisje trok mij zoo aan, en nu weet
ik waarom, zij lijkt op hem. Ik had alles moeten
doen om haar en haar zusje in beter omstandig
heden te brengen. Maar ik heb me onttrokken, ik
heb als een lafaard gezegd: „Dan is er niets aan
te doen, arm kind!" en daaruit is alle ellende
voortgekomen. Maar hoe kon ik ook denken, dat
zij zijn kind was!"
„Heeft u zooveel van uw chef gehouden, oom?"
„Van hem gehouden? Neen, ik heb hem gehaat,
maar geacht."
Een oogenblik stilte.
„En nu weet ik Iets anders, Frank! Vertrouw
je vrouw mij toe. Laat haar hier komen; hier zal
zij haar oorspronkelijkheid niet verliezen, ik zal
haar ontwikkelen zooveel ik kan, ik zal mijn best
doen van haar een vrouw te maken, die op één
lijn kan staan met je zusters, wat uiterlijke be
schaving betreft ten minste, want overigens staat
zij nu reeds hooger. En ik zal je schrijven zoodra
Buitenland.
Als we voor het schrijven van dit overzicht
een stapel binnen- en buiteniandsche bladen
doorworstelen, dan slaken we onwillekeurig de
verzuchting: „Wat een corruptie, wat een
schandalen'" in Frankrijk begint het bekende
financieeie schandaal madame Manou wat te
luwen, booze tongen beweren, dat er zooveel
vieze luchtjes begonnen op te stijgen, dat het
gewenscht was, dé zaak via de bekende doof
pot te smoren. Het nieuwe drama van Pacque-
ment, een Parijsch bankier, die in verband met
een zeer aanzienlijk te kort van verscheidene
millioenen francs, prefereerde om den vader-
landschen bodem met bekwamen spoed te ver
laten. Al, gevolg van al deze geruchtmakende
zwendelzaken heeft de Fransche regeering
reeds eenige maatregelen afgekondigd en zullen
er nog meerdere volgen, waarin de spaarders
eenigermate tegen de sluwe listen van handige
oplichters worden beschermd. Het laatste ge
val van corruptie is nu een ontdekte zwendel
met herstel-leverantieowaarbij het verduister
de bedrag ongeveer 80 millioen moet bedragen,
ten nadeele der Fransche schatkist.
Engeland geniet van het zooveelste politie-
schandaal waarin Goddard, brigadier der Lon-
densche politie de weinig aanlokkelijke hoofd
rol speelt. Deze wat al te ontrouwe volgeling
der heilige Hermandad, was speciaal belast
met de controle op nachtclubs en dergelijke
en kneep niet één ma.ar beide oogen dicht in
ruil voor een stevig bundeltje banknoten. Hij
was zelf.-, zoo vriendelijk om de houders dezer
verboden inrichtingen te waarschuwen, waar
en wanneer er een inval der politie zou plaats
hebben. Hij liet zich anders heel goed betalen
en moet in totaal een slordige paar ton ont
vangen hebben.
In Italië is pas een groote passenzwendel
ontdekt, Duitschland verwacht de behande-
je haar kunt komen halen, en dan, beloof je mij
één ding, maar plechtig als een man: Je maakt
haar gelukkig, zoo gelukkig als je kunt! Neem je
mijn voorstel aan?"
„Oom," riep Frank met meer opgewektheid dan
anders in zijn aard lag, „vóór mijn huwelijk ben
ik hier gekomen om mijn bruid onder uw bescher
ming te brengen; u heeft mij dat geweigerd. Nu
durfde ik het niet meer vragen, maar ik hoopte
dat u het mij zou aanbieden. Nergens iiever zou
ik haar hebben, want om u de waarheid te zeggen,
ik weet niet wat in mij omgaat, maar ik geloof
dat de tijd niet ver meer af is dat ik Rose liever
zal hebben als mijn levenskameraad dan als mijn
modell"
„En je Rosa Marina?"
„Die kan wachten, die heeft al zoo lang gewacht.
Mag ik het haar zeggen, dat zij bij u een tehuis
zal vinden?"
„Neendoe dat nietl Ik zal haar halen.'1
„U haar halen uit Amsterdam? U?"
„Ja, ikl Morgen zal ik gaanl"
„En wil u Charlotte zeggen in welke verhouding
zij tot mij staat?"
„Neen, dat zeg ik niet. Laat de rest aan mij
over."
XIX.
Dien avond wachtte Rose-Marie vergeefs op het
bezoek van Frank; hij verscheen niet. De keuken
meid was uit en zij kon dus gevoeglijk de deur
opendoen als er gebeld werd, Emile kwam tegen
theetijd; hij nam beleefd zijn hoed voor haar af.
„Mevrouw Van Haeren," zeide hij hoffelijk, „ik
verzoek u mijn ongepast gedrag van dien avond
ling van het proces tegen Hugo Stinnes Jr. in
Mei. Rusland geeft dagelijks opgave van een
heele serie zwendelarijen en men is ten hoogste
verbaasd indien het dagelijksche kwantum
onder het dozijn blijft. Zelfs Liebermann, had
op zijn onvrijwillige terugreis naar Nederland
nog een appeltje met de politie zijner gboorte-
stad te schillen, wijl deze hem indertijd wel
voor de Haagsche inspecteurs hebben ver
borgen, doch hem bij deze gelegenheid tevens
van ruim een ton te hebben afgeholpen. Han
dige oplichters vinden altijd nog wel emplooi,
omdat er altijd nog wel voldoende goedgeioo-
vige slapers gevonden worden, die zich heel
bereidwillig van hun spaarduiten laten ont
doen. Het bekende geval van den goudgooche
laar in Duitshcland bewijst het voldoende.
Deze heer, pronkende met den geleenden titel
van scheikundig-ingenieur, beweerde de kunst
uitgevonden te hebben, goud te fabriceeren.
De machines waren reeds klaar, het wachten
was slechts op de noodige contanten, om deze
waardevolle uitvinding productief te maken.
Diverse slachtoffers zijn reeds gevallen, er is
zelfs geschreven dat generaal Ludendorff ook
tot de geplukten behoorde. Met veel geheim
zinnigheid werden de slachtoffers in een ver
trek gebracht, waar de machines opgesteld
stonden. De slachtoffers die in bereidwillig
heid zelfs zoo ver gingen, dat ze gevulde porte
feuilles meenamen, werden door bedwelmende
gassen bewusteloos en ontwaakten tot hun
niet geringe ontsteltenis in een leege kamer
met leege portefeuilles. Ludendorff zou be
langstelling voor dezen kunstenaar hebben
gehad, omdat hij hoopte, daardoor zijn vader
land te kunnen helpen aan de zoo hoog noodige
contanten.
Wat meer geld en eveneens wat meer samen
werking onder de politieke partijen kan
Duitschland heel goed gebruiken. Wat meer
contanten, omdat ae begrooting nog altijd een
tekort aanwijst van ruim een half milliard en
wat meer samenwerking tusschen de partijen,
omdat er van de hoognoodige toenadering nog
hoegenaamd niets te bespeuren valt en het
toch een dringende noodzakelijkheid is, dat
er een regeeringscoalitie tot stand komt. De
begrooting wordt door al het gehaspel zoodanig
vertraagd, dat er naar alle waarschijnlijkheid
een noodbegrooting moet worden uitgewerkt,
om de zaken gaande te houden.
Het Engelsche parlement is voor zijn laatste
zitting bijeengekomen. Eenige parlemetsleden
uit alle partijen hebben een motie ingediend,
waarin wordt verlangd, dat het vraagstuk
voor den aanleg van een tunnel onder het ka-
na"! opnieuw in studie zal worden genomen,
In deze motie wordt op de voordeelen ge
wezen, welke deze tunnel voor Engeland en
geheel Europa zal hebben. Er is over dit plan
reeds ontzettend veel geschreven en telkens
INGEZONDEN MEDEDEELING.
hebben met guur weder vaak last van
ruwe en springende huid van handen,
gelaat en lippen. Dit is dadelijk te
verzachten en spoedig te genezen met
te vergeven; maar hoe kon ik ook vermoeden dat
mijn nicht een verkleede prinses in haar dienst
zou hebben?"
Rose-Marie glimlachte even.
„Mijnheer," verzocht zij dringend, „ik reken op
uw bescheidenheid."
„Die heb ik Frank reeds tot pand gegeven."
Maar Frank kwam niet, en de volgende morgen
brak aan en Rose-Marie wist dat heden de zaak
tot een beslissing moest komen. Vol spanning zag
zij de uren voortgaan en niets gaf haar eenig licht.
Zij wist niet meer wat te antwoorden, wat te
zeggen als mevrouw haar ter verantwoording zou
roepen.
Charlotte was ook niet vrij van spanning; zij
brandde van nieuwsgierigheid om te weten wat
het verhoor zou uitbrengen. Zij liet het echter
halftwaalf worden voor zij Marie ontbood.
Eindelijk, toen zij voor de lunch gekleed beneden
kwam, besloot zij het niet langer uit te stellen,
zette zich in volle deftigheid in een crapaud neer,
als eed rechter op zijn stoel, en gaf een tikje op
haar kleinen gong van nikkei.
Rose-Marie kwam binnen, zeer bleek, maar
kalm.
„Maak de deur dicht, ik moet je spreken,"
beval Charlotte met alle waardigheid, die het
oogenblik en de zaak vereischten.
Rose-Marie gehoorzaamde en bleef voor haar
staan, druk het kantje onder haar boezelaar
plooiend.
„De drie dagen zijn om, dat weet je!"
„Ja mevrouw."
„Je zoudt me inlichtingen geven over de wijze,
waarop je je avonden doorbrengt."
Rose-Marie bloosde, maar antwoordde niets.
was een der machtigtse troeven der tegen
standers, de militaire bezwaren, dat Engeland
door zoo'n tunnel meer kwetsbaar was. De ge
leerden konden het vroeger niet eens worden,
meerdere malen werd het plan weer opgera
keld, doch telkens verdween het weer in een
archiefkast. Nu schijnt er inderdaad weer een
kans te bestaan en vooral het mot'ef, dat hier
door een jaar of 8 eenige duizenden werke-
Joozen weer werk zullen vinden en dat de be-
noodigde materialen de kwijnende staal
industrie zullen opkikkeren doen de kansen
stijgen,
In verband met de naderende verkiezingen,
welke waarschijnlijk in Juni gehouden zullen
worden, leggen de partijen een ongekende acti
viteit aan den dag. De heeren beijveren zich
allen om de kiezers volledig in te lichten over
al de fraaie dingen van hun program, auto's
met gramofoonplaten en radio trekken alle
gehuchten af; door middel der radio wordt
alles met politiek bezwangers, al/es om maar
zieltjes te winnen. Als we al de goede verdien
sten van de politieke partijen volgens de eigen
propagandisten dan, bij elkaar tellen, dan is
het voor een normaal mensch onbegrijpelijk,
dat de toestand in Engeland in menig opzicht
zoo onbevredigend is. Het moet een waar
aardsch paradijs zijn en volgens de opgetelde
beloften nog veel meer.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
De gruwelijke jeuk ver
dwijnt onmiddellijk met
AKKER's
zuivert - verzacht
geneest
„Geen goad
zoo goed."
En naast deze zorgen voor het binnenland,
staan de geweldige zorgen voor het handhaven
van alle verbindingen met de Dominions.-
Langzaam maar zeker worden de banden van
het Britsche imperium zwakker en zwakker
en steeds is er meer inspanning en zijn er
krachtiger maatregelen noodig, de eindjes bij
elkaar te houden. Het is een aftakelingsproces
dat zich heel langzaam voltrekt, dat nog jaren
en jaren kan duren, doch dat met wiskundige
zekerheid zich zal voltrekken. Nauwelijks is de
een met een kluitje zoet gehouden of nummer
twee bederft de goede stemming en gooit roet
in de pappot. Nu heeft Londen weer kwestie
met Irak. Voor twee jaren terug sloot Londen
een tractaat met Irak, waarin werd bepaald,
dat Engeland na 23 jaar afstand van zijn man
daat zou doen „of zooveel vroeger als Irak lid
van den Volkenbond wordt". Tot zoolang
staat Irak onder protectoraat, tevens voogdij
van Engeland. Er is in Irak een sterke stroo
ming om zich v9n Engeland onafhankelijk te
maken. Zooals Egypte de sleutel is voor een
gewaarborgd bezit van het kanaal van Suez,
zoo vormt Irak de verbinding met de Perzische
golf, iets waar zoowel Turkije, Perzië en last
not least, Rusiand, reeds lang naar zitter te
„Men heeft je gezien in gezelschap van een heer,
en ik heb een briefje gelezen, waarbij je rendez-vous
werd gegeven. Wil je nu ook zeggen, in welke
verhouding je staat tot dien heer en tot den
schrijver van dat briefje?"
Zij bleef zwijgen.
„Nu, ik wacht je antwoord."
„Ik heb niets te antwoorden, mevrouw!"
„Zoo, heb je niets te antwoorden? Dat beteekent
je wilt niet!"
„Ik kan niet, mevrouw 1"
„Dat spijt me, dan kan ik je niet langer houden
en je moet je maar zoo spoedig mogelijk voorzien
van een anderen dienst."
„Dat is goed mevrouw."
„Heb je dat er nu voor over? Me dunkt, je hebt
het hier toch zoo goed als je het maar wenschen
kunt!"
„Dat heb ik ook, mevrouw."
„Spijt het je dan niet heen te gaan?"
„O ja, heel erg, mevrouw!"
„En waarom ben je dan zoo koppig? Waarom
zegje niet eenvoudig: het is mijn vrijer, hij meent
het ernstig. Je weet, ik heb een fatsoenlijk huis,
wij zijn zeer op nette meiden gesteld, mijn man
en ik; straatmeisjes kunnen we niet gebruiken."
Rose-Marie's lippen trilden en tranen sprongen
haar in de oogen.
„Mevrouw, waar ziet u mij voor aan?" vroeg
zij zacht verwijtend.
„Ik zie je er niet voor aan! Neen, waarlijk niet!
Ik zou het nooit van je gedacht hebben. Het valt
me vreeselijk van je tegen. Maar waarom wil je
het mij niet zeggen? Ik zal er geen misbruik van
maken. Beschouw mij als je moed... ik bedoel
als je oudste zuster."
35-40-50cf.
per72 pond.
likkebaarden. Irak verlangt momenteel de
hooge legerposten bezet te zien door Irakeezen
en daar wil Londen om begrijpelijke redenen
niets van weten. Dat is de eigenlijke oorzaak
van het conflict. Het kabinet in Irak is afge
treden en waar alle partijen het met het af
getreden kabinet eens zijn, is er van vorming
eener nieuw ministerie geen sprake. Beide
tijen willen niet buigen en zoo kan het ge
beuren, net als in Egypte, dat Londen het
parlement ook hier voor eenige jaren met
vacantie stuurt en dat het de teugels ook hier
wat strakker gaat aanhalen. Het is overigens
een bedenkelijk teeken als slechts met derge
lijke paardenmiddelen, Engeland .zijn gezag
moet handhaven.
Tot slot van dit overzicht stappen we nog
even over naar Afganistan. Zooals bekend heeft
Aman Oellah eerst moeten zwcichttn en werd
hij opgevolgd door zijn broeder Innayat Oel
lah. Deze is slechts drie dagen koning geweest
en moest wijken voor aen rebellenleider Habib
Oellah. Volgens de berichten is reeds nu de
positie van deze Habib Oellah bedenkelijk.
Volgens enkele berichten moet hij reeds weer
gevlucht zijn of vermoord, doch erg aange
naam zit de nieuwe heerscher er niet. Afgani
stan, dat erg traag is in het invoeren van Wes-
tersche hervormingen, is ongelooflijk snel in
het slijten van eenige koningen en heeft waar
schijnlijk het wereldrecord, door drie vorsten
te hebben in vier dagen tijd. Aman Oellah,
gesteund door het vermogen zijner moeder,
den steun van zijn pas afgetreden broeder,
doet opnieuw krachtige pogingen om zijn ge
zag te herstellen en verzamelt reeds weer troe
pen. Voorloopig zal daar dus nog wel geen rust
komen, al heeft Aman Oellah weinig vrienden.
Hij moet de onaangename gewoonte hebben
gehad, zijn vroegere gouverneurs streng te con
troleeren, waardoor het dezen onmogelijk was
een flink deel der belastingen in eigen zak te
doen verdwijnen en dat heeft ook kwaad bloed
gezet. Voor vrienden moet je wat over hebben.
Het meisje wende haar hoofd af, en zij drukte
de lippen vast op elkaar, terwijl zij met de vingers
haastig een paar tranen wegveegde.
„Wanneer het het licht mag zien, waarom ben
je er dan zoo geheimzinnig mee? Kom, toe! wees
verstandig! Beken mij nu alles, ik wil je heel
graag houden, maar als je zoo raar doet, dan gaat
het niet, begrijp je dat?"
„Ja, mevrouw, ik begrijp het heel goed."
„En als je mij niet antwoordt, dan zal je toch
elke andere mevrouw, bij wie jij je presenteert,
moeten antwoorden. Niemand zal je aannemen,
zooals ik, alsof je uit den grond vandaan komt.
Heb je dat alles wel bedacht?"
„Ja, mevrouw!"
„Nu, dan is er niets aan te doen, ik heb geduld
genoeg gehad."
Er werd gebeld; Rose-Marie maakte een bewe
ging alsof zij naar de deur wilde gaan.
„Neen, neen," riep Charlotte, „Daatje zal het
wel doen, ik heb niet graag dan mijn meid met
een behuild gezicht de deur opendoet."
Alsof dit woord een dam doorstak, begonnen
Marie's tranen te stroomen; met onbedwingbare
kracht vloeiden zij langs haar wangen. Zij snikte
niet, maar drukte den boezelaar voor het gelaat
om den stroom te stelpen, die stil en overvloedig
losbarstte. Charlotte werd er verlegen mee.
„Maar kind, wat scheelt je?"
„Mevrouw, ik kan het niet helpen," bracht zij
er met moeite uit en keerde zich om; zij kon haast
niet meer rechtop staan, de laatste dagen had zij
niet meer gegeten of gedronken, zij voelde zich
zoo zwak, dat zij de kracht miste haar zenuwen
te beheerschetu
I (Wordt vervolgd.)