tabletten bij Griep en Influenza j Geeft U op als Abonné. e, en was toen een half uur aan de ezet met twee roeden om haar hals en len goed boven haar hoofd en voor tien rbannen. dit laatste trok ze zich niet veel aan, en paar jaar later was ze al weer terug I een hemd van de bleek van Jacob ~n eenige boonestaken uit den tuin van 's Kempe. Ze werd nu voor 15 jaar ver uit Holland en Westvriesland, behoefde ze niet weg te gaan, want elsdijk was Zeeland. Ze was dan ook g terug en woonde rustig te Middelhar- haar broer Teunis Langbroek tot er op tember 1713 ingebroken werd bij Leen- acobse van Hooxe. Teuntje werd gegre- och ontkende alles, maar nadat ze door ul gepijnigd was, bekende ze dat ze een ad stukgeslagen, daardoor naar binnen ekomen, een hamer uit het achterhuis ehaald, het paneel van de kast had slagen en daaruit had weggehaald 2 ralen kettingen, 2 paar zilveren gespen, eren knoopen en eenige zesthalven en ttjes, en dit zilver in een zakje had n en in een vrouwebroek genaaid, met ie om het naar Rotterdam te brengen verkoopen. zou haar laatste diefstal zijn, want bij s van den I6en December 1713 werd ze demneert om gebragt te worden ter e daar men gewoon is, crimineele justitie en en aldaar door den scherprechter aan aal met een koorde geworgd te worden t haar doode lichaam in een kist op het de kerkhof a/hier begraven zal worden. de secretaris schrijft met vaste hand dit vonnis: la. Ende is dese sententie op den 16 de er 1713 des mergens omtrent de clokke twaalff uure, naar alvoorens een psalm gen en een gebedt tot Godt gedaen te en, geexecuteerdt en volbragt. Ifs de dooden konden de heeren rechters met rust laten, tenminste de zelfmoorde- 15 April 1665 werd rechtgesproken over oode lichaam van Frans Lokker, die op voorzolder van zijn huis aan den Ring zijn zuster Aaltje hangende was gevonden fgesneden. Er werd besloten: dat het e lichaam van den voornoemden Frans •er zal worden genomen waar en zooals evonden is (n.i. in zijn kleeren) en vandaar het venster afgelaten, gelegd op een e, gebracht op het galgeveld en daar be en, verklarende zijn goederen verbeurd, etzelfde besliste de bank van de Hooge schaar van Grijsoort, gezegd de Nieuwe ude Tonge. aar had op 5 Juni 1720 Jannetje Pieters, we van Jan Peeberg, oud in de 30 jaren, ende in de Nieuwe Tonge, zich zelf met mes zeer moorddadig en onmenschelijk oken en vermoord, hebbende een pene- te wond tot in de lever, anderhalf duim en nog een kleinere daar in de buurt, ijl zij na het toebrengen van die execrabile den, zonder het minste medelijden of com- ratie over haar zeiven, met haar bioed- rfde moordhanden de achterdeur hebben- opengedaan, naar buiten is geloopen en ar in het water is bevonden. Ook haar wordt op een horde naar het gageveld eept, in een kooi te kijk gezet en daarna *ar begraven onder de galg. e zullen ons nu eens naar Goedereede be en en zien hoe het daar toeging en. het te wat we daar ontmoeten is... schrik een dronken dominé. n den avond van 9 Februari 1725 was de r Slingelant, procureur dezer stede, op oek bij dominé Groen en samen hadden ze behoorlijk glaasje gedronken, doch daar blijkbaar behoefte aan gezelligheid hadden, urde dominé om 8 uur zijn meid Catharina mande naar den secretaris Gerrit Goekoop hem uit te noodigen. Deze kwam en het elschap ging in de keuken zitten. De miné wilde Slingelant forceeren om een groot rglas met wijn te drinken, doch deze wei de, waarop de dominé de deur van de iken op slot deed, waartegen Slingelant testeerde. Na veel dronkemansgepraat deed niné de deur eindelijk weer open en ging ngelant heen. Nadat deze vertrokken was, de dominé tegen Goekoop: als ik Johan ngelant had kunnen houden, ik had den nder doen zuipen, dat hij over den vloer dde gekropen als een hond. Ik heb te veel rken drank gedronken van dezen morgen, incommodeert mij, Kaat, hangt water en akt koffie. Onder het drinken van de koffie gon de dominé te schelden op den baljuw erard de Jonge, waarop Goekoop zeide: ominé, dominé, ik bid u, houdt u toch maar 1, wat kan het baten", en verzocht den miné, dat hij dien avond toch thuis zou jven en niet uitgaan, doch daarvan wilde miné niet hooren, maar hij wilde uitgaan tabak te gaan rooken bij de weduwe van rijn Hoeck, een sterfhuis, en zeide verder: 'an moet ik nog een glaasje rijnse wijn drin- n ten uwen huize, secretaris" en samen ver- okken ze. Om 10 uur kwam de meid van Goekoop, sina Vis de meid van den dominé roepen, ggende: Kaat, den dominé stiert om u, gij oet bij hem komen. En samen gingen ze naar huis van Goekoop. Daar gekomen, vonden zij den dominé zitten den hoek van den haard en Kaat vroeg em: wat blieft gij van mij? Dominé keek erbaasd op en zei: wie donder heeft je hier ten komen, hier moet geen canalje komen, oekoop zei: wel dominé, dominé, weet u dat iet dat u mijn meid Josina daarom heeft ezonden, is dat een taal! Josina, wie heeft gezonden? waarop Josina zei: dominé dat ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 19 JANUARI 1929 weet gij wel, hebt gij mij niet om uw meid uitgaande Letlandsche stoomschip Valka, op Internationalen Sleepdienst te verzoeken, uit qezonden? weg van Rotterdam naar Helsingfors, is van- te gaan om te trachten, de Koningin Williel- Doch dominé raasde: „Die dat zeggen dat morgen gestrand op de Maasvlakte. mina vlot te sleepen. Deze boot is daarop ik om mijn meid heb gezonden, die zeg ik dat De Valka is een schip van 2039 ton bruto, dadelijk vertrokken. ze liegen als donderse schelmen, wat hier, dit 1265 ton netto. Eigenares is de reederij A.Inmiddels heeft men ook getracht de red- cana/je, gaat uit mijn oogen", waarop zij allen Kalnin te Riga. Het schip, onder commando dingboot te Burghsluis bij Zierikzêe, de Prinses verschrikt en verbaasd stonden over zulke van kapitein Krasts en geladen met cokes, heeft Juliana, te bereiken, maar tengevolge van den grouwelijke woorden. Kaat ging weer naar 25 man equipage aan boord. zwaren sneeuwval was de telefonische verbin- huis, maar werd even later weer geroepen door Er zijn twee sleepbooten ter assistentie ding verbroken. Men zou van Zierikzee uit een josina, doch ze had niet veel trek en zeiwat uitgevaren. bode sturen met het verzoek, de Prinses Juliana zal ik bij den dronkaard doen, hij heeft den Ook de stoomreddingboot Prins der Neder- uit te zenden. secretaris verweten dat hij een schelm is, dat landen, schipper Klooster, is Woensdagochtend De Koningin Wilhelmina zit boven op de loopt niet goed af. van Hoek van Holland vertrokken om hulp te Garnalenplaat. Zij zit niet gevaarlijk en men Toen ze bij het huis van Goekoop kwamen, verleenen aan de Valka. Vanmiddag is deze hoopt bij het volgende hoogwatergetij vlot kwam dominé juist naar buiten en toen hij reddingboot omgeslagen in de nabijheid van te komen. buiten de onderdeur was, zei Goekoop: „Goede de Valka. Omtrent het lot van haar bemanning De schipper van de reddingboot deelde mee, nacht dominé, ik meen van avond bij mijn was om 2 uur nog niets bekend. bij de Valka te zijn geweest, maar (Jat de be- vrouw te blijven en niet te gaan, waar gij mij De Valka heeft geseind, dat de reddingboot manning het schip niet wenschte te verlaten, eischt," doch dominé wilde weer naar binnen omveslaven en dat haar hemanninr. ..„-.I.;., I i ut w.n-J;p ter assis- vertrokken I. ons echter toen wij met de 23 man bemanning Vanmorgen zou de reddingboot naar Vlaar- het schip verlieten hem des 's middags drie dingen worden gesleept, waar zij op de helling uur af te halen. Alzoo gaan wij onmiddellijk zal worden gezet, om te worden hersteld, weer terug, des namiddags vier uur was de laatste reis volbracht. 26 uren aaneen is de Koningin Wilhelmina in de weer geweest. De wakkere bemanning heeft ditmaal eer van haar prestatie. Het aanbrengen van de lijken der slachtoffers &www««v., uv i«.uuiiiguuuu manning nci bciup mei wenscnte te vtjr t," doch dominé wilde weer naar binnen omgeslagen en dat haar bemanning verdrin-| Uit Stellendam was een motorsloep ter i: ik verzoek bij U nog een glas wijn te kende was. i tentie van de Koningin Wilhelmina vertreden drinken in vrindschap." „Dominee, ik wil Aan de Valka is gevraagd, of er van het schip Ook het bergingsvaartuig Meermin van L. zoo een geweld aan mijn deur niet lijden, weg een boot uitgezet kon worden. Het antwoord Smit <S Co.'s Internationalen Sleepdienst was, dominé! doch deze bleef aandringen en was, dat dit onmogelijk was. (Er staat een zeer naar men ons nog uit Hoek van Holland meldt, kwam ten slotte weer binnen met Josientje hooge zee en de wind is stormachtig.) I ter eventueele assistentie van de Koningin en Kaat, en liep al scheldende en vloekende Voorts is aan Stellendam gevraagd, of men Wilhelmina uitgevaren, door het huis van den secretaris, zeggende: met de daar gestationneerde motorredding-1 Tusschen elf en twaalf uur is de wind weer „deze schelm zegt, dat gij mijn wijf zijt, Kaat." boot hulp kon gaan bieden. met kracht komen opzettenhet weer is veel Daarop week de dominé naar den secretaris De Valka zit tusschen Stellendam en Hoek slechter geworden. en naderde hem al scheldende en vloekende, van Holland vóór het strand van Rockanje. De loodscommissaris heeft omstreeks mid- en sloeg op de tafel of bij alles wilde breken, Daar is dus de boot omgeslagen. dernacht bericht ontvangen van schipper Slis, zeggende: „gij dubbele schelm, ik zal u hier Een poging tot redding van den Hoek uit dat op het strand tusschen Oostvoorne en het studentenleven eens leeren," en plukte zou niet alleen uiterst gevaarlijk zijn, maar Rockanje inderdaad twee lijken zijn aange den secretaris aan zijn mouw, zeggende: „hond, bovendien te Iaat komen. I al ben jij secretaris en al waar u de duivel Er bevonden zich op de Prins der Neder- en zoo hoog als den toren, zoo zult u hier landen 7 of 8 man. voor mij buigen," den secretaris naderende In een ommezien was de ontzettende ramp. uir, 1- —r j "«J»» """bv speold. Het eene is van schipper v. d. Klooster, van wie het andere is, is nog niet bekend. Men hoopt dat de reddingboot van Burgh- r>~: .«o uc uiitzeueiiue ramp,sluis, de Prinses Juliana, vannacht naar de met de "hand in den zak, alsof hij een mes die Hoek van Holland hedenmiddag getroffen Valka zal uitgaan, maar wegens het ont-! te voorschijn wilde halen en hem doorsteken, heeft, door het omslaan van de reddingboot breken van telefonische gemeenschap verkeert Kaat zei: „ik bid u, mijnheer, gaat u naar „Prins der Nederlanden", algemeen bekend enmen hieromtrent nog in het onzekere, huis, de secretaris moeit u niet," en greep hem kwamen verwanten der opvarenden naar het bij zijn hals en kwam aan zijn gezicht om hem Loodswezen, om te trachten iets nieuws te ,«o+ •7Q/->h irrltoi/^ noot- VinSo - aan den Hoek. Men meldt ons uit Hoek van Holland - r7- De twee auto's welke gistermiddag uit ln hotel Mijnders hadden de schipbreuke- Rockanje zijn vertrokken, ten einde del ijken lingen een hartelijk onthaal. Na zich gereinigd van de vijf opvarenden van de Prins der en flink verwarmt te hebben, hebben zij den Nederlanden, welke aldaar aan het strand zijn inwendigen mensch versterkt en brachten aangespoeld, naar de plaats waar de mannen verder den middag door in gezelligen kout woonden over te brengen, zijn omstreeks half onderling. Zij wenschten zich voordat ook de v]er in Hoek van Holland aangekomen. De kapitein zich bij hun gevoegd had geen be- auto's zijn met hun droeve vracht onmiddellijk stemming te laten geven. Daarna is door den doorgereden naar de begraafplaats, waar de Burgemeester hun consul te Amsterdam opge- |jjken in het üjkenhuisje zijn neergelegd. Van beid, die adviseerde zich naar het zeemanshuis de begraafplaats zijn de wagens naar de te Rotterdam te begeven. De kapitein voelde I Berghaven gereden, waar de chauffeurs ze daarvoor zeer weinig, daar hij liever kort bijl zijn schip bleef, om bij goed weer daarop ten spoedigste terug te keeren. Daarop zijn 19 man naar Hellevoetsluis getransporteerd, zes ble ven achter op Stellendam, daar de kapitein om zes uur besloot zich dienzelfden avond weer naar het schip te willen begeven. Dit was natuurlijk niet het werk voor de reddings boot doch voor de sleepboot van L. Smit Co. aan wien de berging is opgedragen, zou trach ten Donderdagavond den kapitein zijn zin te geven. De kapitein toonde zich zeer dankbaar voor het werk door de reddingsmaatschappij gedaan. De mét "zachtigheid naar huis te krijgen, doch vernemen. Al is het zeven jaar ^geleden de om twee uur de haven verliet, is voor niets hielp, zoodat de secretaris genoodzaakt ramp, die destijds de President van Heel" i bet eerst hedenmorgen zeven uur na zeventien den dominé buiten de deur te zetten, trof, leeft bij velen nog voort in de herTnne-Z'J" haVen g' .vw. uij vwvii nvg vuuil in ue ueririne-j „pippij waarop hij vertrok, „zijn hand zeer lichtvaar- ring. Zooals men zich wellicht herinnert is de i s Wij liadden aan boord een onderhoud met dig tot een adieu opstekend". „President van Heel" destijds bij reddingspo- Kapi{ein A de jager. Hij verklaarde van de Domme ging naar huis, maar had blijkbaar gingen op het Zuiderhoofd geslagen, bij welke 1 verongelukte Prins der Nederlanden" geen behoefte om zijn hart nog eens uit te storten, ramp alle acht opvarenden, op den vrijwilligerspoor6te hebbé'„ „ezien. Na een moeilijke reis Hij liet om II uur meester Johan Swoert, Van der Vlies na, omkwamen. Ook thans n. chirurgijn en barbier, roepen en deze verklaart vreest men het ergste voor de opvarenden, dat hij den zieleherder vond in zijn huis als allen huisvaders van groote gezinnen, woedend, scheldende, huilende en loopende als Aan boord bevonden zich acht personen, t.w. een dul obstinaat mensch, als vloekend, zooals schipper v. d. Klooster, de eerste machinist geen dominé betaamt, zeggende, slaande en i Meiboom, de tweede machinist Timmers en wringende zijn handen: dien schelm, canalje, vagebond, dien schurk (bedoelende hiermede den secretaris Goekoop), dien donderschen schelm, als ik hem op een weg of veld alleen had, ik zou hem voor mijn knieën in stukken breken, dien hond, hij is niet waardig dat zijn naam genoemd wordt, en meer dergelijke scheldwoorden, waarvan Swoert zegt dat ze zeer "afgrijselijk en gruwelijk zijn geweest en hij die niet gaarne zou uitspreken. Den volgenden avond werd het feest voort gezet ten huize van juffrouw Coomans, her bergierster. Daar zaten de dominé en Pieter Slingelant weer gezellig samen wijn te drinken, de dominé danste, sprong en zong: heb je wel in den Briel geweest, en dergelijke meer, en affronteerde Slingelant, zeggende: gij zijt een gek, en uw geheele familie. Ik ben in staat om UEdele aan stukken voor mijn knieën te bre ken en de stukken op het vuur te leggen." De dominé bestelde zeer veel kaarsen om die op de tafel en in de kamer tegelijk te branden en maakte een leven en gebaar, „het welk zeer onbetamelijk is voor een particulier, veel min voor een predikant." Verder com mandeerde hij juffrouw Coomans, schreeuwen de: „Juffrouw, saa, tap rinsewijn, franse wijn, froude j'ack", kloppende met zijn vuist op tafel, haalde een groot mes in de scheede stekende, uit zijn rok, en dreigde daarmee den baljuw, die ten slotte den dominé op die kamer in arrest stelde en hem tot 5 uur 's mor gens door den dienaar der justitie liet bewaken. van twee uur bereikte men het gestrande schip „Valka". Op het Noorder Pampus, Omstreeks zeven uur gisteravond gebeurde, vijf matrozen, De Groot, Van Asperen, Meul- dijk, Verwey en Sterrenburg. De matroos Telgrom, die wel tot de vaste bemanning van de Prins der Nederlanden be hoorde is niet mee uitgevaren, omdat hij toen het alarmsein kwam, een eind buiten Hoek van Holland aan het werk was en men geen tijd meer had hem te waarschuwen. In zijn plaats is toen geheel vrijwillig de matroos Starren- burg, vader van tien kinderen meegegaan. Om tegen tweeën werd toen van den marco nist van de Valka het bericht opgevangen: Lifeboat capsised; men sinking. Dadelijk heeft Scheveningenhaven toen teruggeseind, of men van de Valka niet een reddingsloep kon uitzenden, om de mannen van de Prins der Nederlanden te redden, maar het antwoord luidde: „Inpossible." Gelijk wij hebben gemeld, is daarna de reddingboot van Stellendam de motor reddingsboot Koningin Wilhelmina, schipper A. Jager verzocht uit te varen. Kort daarna is van Goeree bericht ontvangen, dat men daar de Prins der Nederlanden had zien drijven, met den kiel naar boven. Inmiddels zat men in den Hoek van Holland niet stil. Kapitein Slis, de schipper van de thans op de helling liggende President van TV.7-" Heel - een zusterschip van de Prins der wat al lang te voorzien was geweest. Wij voe- Nederlanden - is men vijf man aan het werk ren °P het Noorder Pampus, ongeveer 2 K.M. getrokken om de vlet no. 2 uit te rusten voor van de Stellendamsche haven en bleven muur- een tocht naar de Maasvlakte, om te zien, of yasf zitten. Gelukkig werd het weer spoedig er nog iets te redden viel. Oliejassen, water- b?e' wat stiller. Gevaar bestond er voor ons Dominé Groen werd kort daarna door de laarzen, lantaarns, reddingsgordels en lijnen niet, als het weer maar zoo bleef. Maar afwach- node uit ziin amht nnfypt werden aan boord van de in de berghaven ten tot den volgenden morgen zes uur was het liggende notedop gebracht. Onder zeer groote parool Door de geweldige sneeuw- en hagel- belangstelling is de vlet tegen 4 uur van Hoek bu'en babben WIJ geen prettigen nacht door van Holland vertrokken. De bemanning be- gebracbt. stond uit kapitein Slis, Verwey een broer Proviand was er gelukkig genoeg aan boord, van den vermisten matroos A. Bernard, Ges apen hebben wij natuurlijk geen van allen. J. Benard, v. d. Ster en v. d. Vlies. Deze laatste ,.yan de gestrande boot zagen wij later vuur- is de eenige overlevende van de ramp met de P'j'en opstijgen. Maar nu konden wij zelf met President van Heel, welke in October 1920 belPen.- Vanmorgen om zes uur kwamen wij voor den Hoek van Holland is gebleven, toen weer vlot en nu kwamen we gemakkelijk te zij was uitgevaren om naar de Prins der Stellendam aan. Ons schip heeft zich kranig Nederlanden te zoeken. De Prins der Neder- gehouden. Het is een prachtig schip; vooral landen is toen behouden teruggekeerd; de door de twee krachtige motoren is het mij mo- President van Heel is omgeslagen, acht men- §ehjk geweest, aldus de kapitein, zoo te ma- schen hebben daarbij toen het leven verloren, nouvreeren, dat onze boot niet is omgeslagen. De motorboot Fré sleepte de vlet de Berg- A,s een bew,Js van kracht van den storm haven uit en den Waterweg op. Het lag in de Iiet kapitein De Jager ons eenige beugels zien bedoeling, via het kanaaltje door het eiland het dek, die geheel verwrongen waren. Rozenburg naar de Oude Maas te gaan, om ^en emmer, die vastgebonden lag, was zoo zoo door Oostvoorne op de Maasvlakte te kun- P'at als een dubbeltje, nen gaan kruisen. Later op den avond is hier „Onmiddellijk gaan wij nu olie bijladen en bericht ontvangen, dat de vlet inderdaad voor vertrekken weer met dezelfde bemanning naar Oostvoorne is aangekomen. zee naar de „Valka vanwaar den heelen nacht Het laat zich moeilijk indenken, wat deze vuurpijlen zijn afgeschoten. Het is treurig, dat menschen hebben uit te staan. De vlet is een de bemanning van zoo n boot zoo met ons open roeiboot van 7 meter lengte. De op- speelt. Zijn wij vlak bij, dan wil men niet van I-- Het schip sloeg steeds vaster de Maasvlakte op en geweldige golven sloegen tot ver over de brug. De lading gietcokes en dekhout spoel de bij ons over boord en aanleggen was natuur lijk dus nu geheel onmogelijk. Wel konden wij zoo dicht langs varen, dat de bemanning, die wij op de hooge brug zagen, in ons net had kunnen springen. De kapitein riep ons echter in het Engelsch toe, dat hij zijn schip niet wilde verlaten en dat hij dit ook zijn beman-1 ning verbood. Tot viermaal toe voeren wij, met groot gevaar te pletter te slaan tegen den scheepsromp van de „Valka" langzij, maar men bleef liever aan boord. Wij moesten dus onverrichter zake terugkeeren, maar die terug reis zal ons heugen. Nog nooit heb ik zoo iets meegemaakt. Wij stonden af en toe tot onze borst in het water. Al onze haken, die toch aan boord vastliggen, sloegen over boord en de reddingsboeien, die toch dienen om ons te redden, moesten nu door ons gered worden! Spoedig begon het donker te worden en wat het ergste was, een geweldige sneeuwstorm benam ons geheel en al het uitzicht. Wij hadden geen vijf meter zicht meer. Het com- pas werd door een geweldige golf opgenomen en tegen de brug gesmeten, waardoor het on klaar raakte. synode uit zijn ambt ontzet. Had hij voor zijn vloeken moeten verschij nen voor de vierschaar van Grijsoort, dan was hij er waarschijnlijk niet zoo afgekomen, want die moesten van vloeken niets hebben. Daar stond op 17 September 1728 terecht Krijn Pes, in de wandeling genaamd Geleijn, die des nachts eenige disordres en moedwillig heid op 's Heeren straten had gepleegd door een kraam om te gooien, terwijl hij bovendien eenige dagen te voren den naam Gods zeer schrikkelijk misbruikt, zijn Hoogheid en macht geschonden en gelasterd had. Hij had namelijk op 29 Augustus, toen het regende en slecht weer was, gezegd: Wat donderse, blixemse hagelse weer is dat, 't is of God niet thuis is, ik wil God geen goed woord geven, of ik in hel of in den hemel kom, want ik zal in de hel niet komen en in den hemel ook niet, ik zal zweven tusschen hemel en aarde. Voor deze misdaden wordt Krijn Pes ge bracht ter plaatse waar men gewoon is, crimi neele justitie te doen en aldaar met een op schrift boven zijn hoofd: dit is een Godslaste raar, door den scherprechter strengelijk ge- geeseld, voorts met een gloeiend ijzer de tong doorboord en voor eeuwig verbannen uit de [Vereenigde Nederlanden. varenden zijn dus bloot gesteld aan°de bijtende boord en zo° z'Jn w® weer in de haven of zij kou, de verblindende sneeuwjacht en het êeven opnieuw noodseinen, overkomende water. 0m ac4 4F beeft de. ..Koningin Wilhel mina met zijn onvermoeide en onverschrok- De Koningin Wilhelmina. bcn bemanning weer zee gekozen, waarna de 6 Koningin wilhelmina om half twaalf met de Om acht uur Woensdagavond is hier uit vlag in top de haven binnenliep met Stellendam bericht, dat men zich daar ernstig ongerust maakte over het lot van de reddings- menschen boot Koningin Wilhelmina, waarvan men in die zijn ongebracht in Hotel Mijnders alhier, geruimen tijd niets had gehoord. Men zag ter De Jager: hoogte van de Noord Panpus een lichtje en Thans heb ik er 23 man afgehaald, nu Ho „I, veronderstelde, dat dit van deze boot zou zijn, moeten wij onmiddellijk weer terug om de ue scheepsramp aan den Hoek. in dat gevai zou de boot strand zün J - >-J- - Relaas der Geredden. Wij hebben ook nog eenigen tijd gesproken met enkele van de leden der bemanning die ons het volgende verhaal deden. Woensdagmorgen voeren wij van Rotter dam af met onze lading cokes en briketten met bestemming Helsingfors. Nauwelijks wa ren wij buiten den Waterweg of wij kregen averij aan onze stuurstelling. Het was toen al reeds vrij ruw weer en raakten spoedig ver ward tusschen de banken en standen op de Maasvlakte. Kapitein de Jager vertelde ons nog dat het schip ongeveer op dezelfde plaats zat waat vorig jaar de Fort de Troyon is ge strand. Wij stampten geweldig en vroegen dan ook onmiddellijk assistentie van sleepbooten. Gezien onze positie en de ondiepte waar wij waren beland, want wij stampten steeds verder en hooger op, konden de sleepbooten niet dicht genoeg bijkomen om verbinding te maken. Daarop is de Prins der Nederlanden te hulp gekomen om de verbinding mede tot stand te brengen. Deze is tweemaal langszij geweest; de derde maal sloeg het schip achter ons heen en juist op het moment dat het draaide pakte een grooten krulder het scheepje op en deed het kapsijzen. Een man van de bemanning zagen wij onmiddellijk in de diepte verdwijnen, doch een drietal mannen hebben wij nog eenigen tijd zien ronddrijven op hun zwemvesten en verdwenen daarna eveneens in de diepte. Het vergaan van de Prins der Nederlanden bracht een diepe ontroering onder ons. Het was hartverscheurend die menschen te zien verdrinken, die hun leven op het spel hadden gezet om ons te redden, te zien om komen en wij konden geen hulp bieden want dat was roekeloos geweest. Toen dan ook de reddingsboot van Stellendam een paar uur later langzij kwam durfden wij ons schip niet te verlaten, omdat wij vreesden het lot te zuilen ondergaan van de andere reddingsboot. Den geheelen nacht hebben wij met zwart stortzeeën te kampen gehad. Van onze bagage is veel verloren gegaan door het overgooien op de reddingsboot. Ons schip maakte achter veel water en wij zagen steeds de boot verder in het zand dringen. Ook hedenmorgen heb ben wij ons schip verlaten tegen den wil van den kapitein, doch aaneen besloot de beman ning het te verlaten als de gelegenheid er was." Het was een dag van drukte op het anders zoo stille dorpje. Den geheelen dag liepen de visschersvrouwen naar de haven of er ook al iets bijzonders bekend was, en toen de red dingsboot in zicht kwam met de vlag in top ten teeken dat de schipbreukelingen aan boord waren zag het langs den havenkant zwart van de menschen. Woensdagavond heerschte er een gespannen stemming toen men niets wist omtrent het lot der reddingsboot die weg was en bleef. Een der vrouwen van de bemanning zeide nog nimmer zoo'n nacht te hebben meegemaakt, 't Is ook begrijpelijk, en vooral toen het lot der Prins der Nederlanden algemeen bekend werd. Hulde aan de mannen dan de Koningin Wil helmina. voor het ge~bouw van de Zuid-Hollandsche Maatschappij tot redding van schipbreuke lingen hebben neergezet, om vandaar met den veldwachter uit Rockanje rapport uit te brengen aan den loodscommissaris, den heer H. Vruggink. De veldwachter wist ons nog te vertellen, dat om acht uur 's morgens het lijk van schip per van der Klooster op het strand gevonden, is, met ernstig verminkte voeten. De lijken van de vier andere opvarenden van de Prins der Nederlanden zijn niet verminkt. Vermist worden dus nog de lijken van de machinisten H. P. Meijboom en J. H. Timmers en den matroos P. A. Verwey. Deelneming van de Letlandsche regeerin g De gezant van Letland heeft aan de Neder- landsche regeering telegrafisch de deelneming zijner regeering betuigd naar aanleiding van het omkomen der bemanning van de Neder- landsche reddingboot Prins der Nederlanden bij haar heldhaftige poging tot redding van de schipbreukelingen van het bij Hoek van Holland gestrande Letlandsche stoomschip Valka, en verzocht, deze deelneming aan de nagelaten betrekkingen over te brengen. INGEZONDEN MEDEDEELING. Let vooral op deo naam Sanaplrin daar deze tabletten wettig beschermd zijn tegen namaak en vervalsching Prijs 25. 40 en 75 cl. Gemengd "Gruw*. AARDBEVING IN CHINA. Honderden slachtoffers. PEKING, 16 Jan. Naar de CMineesche bladen melden, ziin in het Noord-Westelijk ieel dei provincie Sjansi in de nabyhnd ^an de Chineesche grens ten gevolge van een hevige aardbeving honderden personen gedood. Onder de geteisterde bevoleing heerscht hongersnood. DE VALKA GESTRAND. De reddingboot Prins der Nederlanden omgeslagen. hoek VAN HOLLAND, 16 Jan. Het geval zou de boot gestrand zijn. oodscommissaris van Hoek van i- o li a tv 3 land, de heer Vruggink, heeft zich, toen dit gehad, doch tot tweemaal sprong de kapitein hier bekend werd, dadelijk telefonisch in ver- weerterug tot de Valka, waarna ook de marco- binding gesteld met Hellevoetsluis, ten einde nist zich weer terug begaf. Huilende verlieten de sleepboot Kijkduin van L. Smit en Co's we den Lethlandschen zeeman. Hij verzocht v,a" van H?): state'heb'ik'beidTmannen reeds°aan boord" Het bergen van de reddingboot. Toen om 7 uur gisteravond het water zijn hoogsten stand had bereikt, is de sleepboot Kijkduin, welke al den geheelen dag in gereed heid had gelegen, geassisteerd door de bergings vaartuigen Meermin en Prins Hendrik gaan trekken aan den tros, welke aan den boeg van de Prins der Nederlanden was bevestigd. Er was toen zooveel water rond de boot gekomen, dat zij tamelijk vlug afgebracht kon worden. Eerst is de boeg omgetrokken, zoodat het schip evenwijdig aan de kustlijn kwam te liggen, daarna is het in dieper water getrokken. Zoodra men de Prins der Nederlanden vlot had, heeft men het schip naar Hellevoetsluis gesleept, waar men tegen 9 uur is aangekomen. Geen lijken aan boord van de Prins der Nederlanden. Te Hellevoetsluis hebben de beide bergings vaartuigen Meermin en Prins Hendrik van L. Smit Co.'s Internationalen sleepdienst de reddingboot recht getrokken, waarna zij dade lijk is leeggepompt. Er zijn geen lijken aan boord gevonden. Toen de boot werd omge draaid, bleek, dat det mangat van de machine kamer open stond. De beide machinisten heb ben dus nog kans gezien, het deksel te openen en uit de boot te komen. TRAGISCH LOT KKNKR KEDIUKGS- BRIGADE. CLEVELAND, 16 Jan. Ten gevolde ?an twee explosies in een mijn tc Ri vesville West-Virginia) is een miinweiker om het •4ven gekomen Voorts liepen z*-s personen nnsiige brandwonden op, terwij 21 anderen •eiolven werden. Het ongeluk is te tragischer, aangezien ater gebleken is, dat zich op het oogen blik Ier eerste ontploffing slechts zeven arbeiders in de mijn bevonden EeD hunner werd op slag gedood, teiwiil de zes anderen zich in veiligheid konden brengen Daar toen echter nog niet het juiste aantal der in de schacht ian het werk zijnde arbeiders bekend was, daalde een reddingsbrigade af. ten einde naar eventueele andere slachtoffers te zoeken Terwijl men hiermede nog bez<g was vond plotseling een tweede ontploffing plaats ge volgd door brand, waardoor zes leden der '•eddingsbrigade ernstige brandwonden op liepen, terwijl 21 personen onder de neer stortende massa's bedolven werden. Epn gelukkig toeval heeft gewild dat zich slechts zoo weinig menschen ten tijde der ontpl'ffing in de mijn bevonden. In noi male omstandigheden werken er namelijk 250 man. DE GRIRP-KPIDKMIK, Longontsteking in Schotland. GLASGOW, 15 Jan. - Te Glasgow is de griep-epidemie gevolgd door het. uitbreken van longontsteking Gedurende de laatste dagen kwamen gemiddeld honderd gevallen van longontsteking voor In de we< k ein digende 12 Januari, kwamen 645 sterfgeval len voor vergeleken met 888 in de vooraf gaande week. Aan longontsteking stierven 118 personen tegen 59 in de voorafgaande week. Sinds het uitbreken van de griep is het aantal sterfgevallen met 100% toege- omen. In Scandinavië. Volgens de jongste berichten over den ge zondheidstoestand in Noorwegen in de af- geloopen week is h^t aantal griepgevallen balangrljk gestegen. Deze week verwacht men tusschen twee en drieduizend griep gevallen tegenover ruim duizend in de voor- ifgaande we^k. De ziekte blijft een licht karakter dragen. Het aantal patiënten dat in de ziekenhuizen moet worden opgenomen, ■s betrekkeiljk gering.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1929 | | pagina 3