Zomersproeten Ver-
Officieele Mededeelingen.
1
ONZE EILANDEN YAN WOENSDAG 6 JUNI 1928.
VERSLAGEN
Vorstelijke giften aan de
inwoners van Dirksland.
Verslag van de spoedeischende ver
gadering van den Raad der Ge-
meente DIRKSLAND op Maandag
4 Juni. Des 's avonds S uur.
Voorzitter: Wethouder Van der Poel. Aan
wezig alle leden.
Voorzitter opende de vergadering met
De voorzitter verzocht daarna voorlezing
van dat gedeelte van de testementaire be
schikking van Mevrouw P. M. van Weel,
geboren te Dirksland en Overleden te 's Gra-
venhage den 24sten Mei j.l. voor zoover dit
voor deze gemeente van belang was.
Hieruit bleek het navolgende, dat gelega
teerd was, alles vrij van successierechten j
a. Aan de gemeente Dirksland en de
Diaconie der Nederd. Herv. Kerk aldaar
100.000 voor de stichting en in stand
houding van een Naai- en Breischool;
b. Aan de Gemeente Dirksland en de Diaco
nie der Nederd. Herv Kerk aldaar ƒ1.000.000
voor de stichting en exploitatie van een
ziekenhuis, waarvan 150.000 gulden mag
worden besteed aan den bouw en inrichting,
terwijl het restant zal dienen voor de exploi
tatie, althans de rente, onder voorwaarde,
dat daarin alleen inwoners van Dirksland,
Melissant en Sommelsdykskraliugen mogen
worden verpleegd, en dat on- en minver
mogenden vrije verpleging genieten. Dat
verder de gemeente-geneesheer als directeur
zal optreden.
De Stichting zal den naam hebben te
dragen van „Van Weel Ziekenhuis". In de
bestuurskamers zullen ten eeuwigen dage
moeten worden en blijven hangen de portret
ten van de familie Van Weel die in Olieverf
zullen worden toegezonden; terwijl de ge
meente heeft zorg te dragen dat deze por
tretten achter glas worden opgehangen, ver
der voor straten en gasaanleg heeft zorg te
dragen.
Aan de voorzyde van het gebouw moet
een steen worden aangebracht aan de na
gedachtenis van wijlen Mr. van Weel, vader
der legataresse.
c. Terrein waarop de naai- en breischool,
en ziekenhuis zal kunnen worden gebouwd.
Hiervoor is aangewezen de strook grond,
gelegen naast de wei langs den stationsweg
en een gedeelte van de daarachter gelegen
tuintjes.
dEen bedrag van 50.000 aan de ge
meente Dirksland voor de stichting en exploi
tatie van een Badhuis, ten behoeve der school
kinderen.
e. Een bedrag van 35 000, waarvan de
rente zal dienen voor de viering van het St.
Nicolaasfeest der schoolgaande kinderen van
Dirksland.
De bedragen die niet voor den bouw of
inrichting van bovengenoemde inrichting
zullen noodig zyn, moeten worden inge
schreven in de grootboeken der Nationale
Werkelijke Schuld.
Binnen een jaar zullen alle legaten in
contanten worden uitbetaald.
De voorzitter stelde na voorlezing van deze
vorstelijke legaten voor, deze voorloopig voor
kennisgeving aan te nemen. Hij zeide er
thans verder niets over te willen zeggen en
dit in de eerstvolgende raadsvergadering aan
den Burgemeester over te laten, die ditmaal
verhinderd is deze vergadering bij te wonen.
Dat deze vergadering ten doel had de
legaten officieel bekend te maken, opdat de
raadsleden niet verschillende bedragen zou
den te hooren krijgen zonder er zelf iets van
te weten. Daarna sluiting.
Verslag van de vergadering van den
Raad der Gemeente Ouddorp op Zater
dag '2 Juni des voormiddags 10,30 uur.
Voorzitter Burgemeester Gobius du Sart.
Alle leden tegenwoordig.
De voorzitter opende de vergadering met
gebed en sprak daarna als volgt:
Het zij mij vergund een enkel woord te
spreken ter nagedachtenis van Wethouder
Grinwis Wie onzer had kunnen denken dat,
toen wij in Maart in vergadering nog bijeen
waren en Grinwis nog in ons midden was,
wij hem zoo spoedig zouden hebben moeten
missen. Na een kortstondige ziekte ging in
den avond van 30 April j 1. de droeve mare
door onze gemeente, Wethouder Grinwis is
overleden. We merkten wel den laatsten tijd
dat er by hem iets haperde, doch dat het
einde zoo spoedig bereikt zou zyn had men
niet gedacht. In 1916 had hij het vertrouwen
van zijn kiezers gewonnen en werd hy tot
raadslid benoemd, kort daarna, reeds in 1919,
had hp ook het vertrouwen van den Raad
en werd hy tot wethouder benoemd, wat hy
tot zy'n dood is gebleven.
7\ jaar geleden is het dat ik voor het
eerst kennis met hem maakte; by het ter
aarde bestellen van zijn stoffelijk overschot
hebben wij dat ook reeds besproken. Hy was
een mensch uit een stuk, was er iets waar
voor hij zijn medewerking kon toezeggen dan
deed hij dat met al zijn kracht en kennis,
zijn ja was ja. Wanneer hij in de wethou
dersvergadering aan iets zyn ja had gegeven,
werd dat in de raadsvergadering nimmer
neen. Als hij eenmaal zijn standpunt had
ingenomen, en daarbij zjjn overtuiging had
getoetst aan zijn principes, dan waS hy
daarvan niet gemakkeiyk af te brengen en
steeds stonden de gemeentebelangen hem na
aan het hart. Grinwis zijn plaats, de leege
plaats zal by onsbiy'ven Zyne nagedachtenis
zal steeds in hooge eere biy ven, met belang
stelling hebben wij geluisterd naar zyn
meeningen. Ook aan het raadslid W. van
den Bok een woord van dank voor hetgeen
hij in den korten zittingstyd heeft gedaan,
in het belang der gemeente.
Daarna werden de notulen der vorige ver
gadering voorgelezen en onveranderd vast-
Ingekomen stukken.
Van Ged. Staten de goedkeuring over de
wijzigingen in de gemeentebegrooting
dienst '27.
Een verzoek van de gemeente Kollumer-
land om adhaesie te betuigen aan het besluit
van dien Raad om wijziging te verkrijgen
in de belastbare opbrengst van gebouwde
en ongebouwde eigendommen.
B. en W. stelden voor aan dit adres in
stemming te betuigen.
Wethouder Voogd meende dat het voor de
ongebouwde eigendommen wel goed was dat
de opcenten wat verhoogd werden. De polder
wegen kosten de gemeente by het tegen
woordige verkeer, veel meer dan vroeger,
terwyl de inkomsten niet hooger zijn.
Voorzitter zeide persoonlijk niet voor
adhaesie betuigingen te zijn, omdat zy meestal
tot zoo weinig resultaat leiden.
Daarna werd besloten tot hetgeen gevraagd
werd.
Een verzoek van Ged. Staten om het regle
ment van het Burgeriyk Armbestuur te
wyzigen.
Voorzitter zeide dat hetgeen hier gevraagd
werd wel in de lijn ligt. van een goed beheer,
en stelde derhalve voor aan het verzoek
gevolg te geven, waartoe werd besloten.
Voogd meende dat men Tuberculose tegen
woordig haast gelijk stelt met melaatsch-
heid, en meende dat deze ziekte te sterk
wordt overdreven. Men mag er op geen
afstand by komen.
Een verzoek van de gemeente Rotterdam,
om het verschuldigde bedrag, ingevolge de
Nij verheidonderwijswet, over te schryven
voor een leerling uit deze gemeente die de
Zeevaartschool aldaar bezoekt.
Eenzelfde schrijven van de gemeente Mid-
delharnis, voor de Ambachtsschool. Overeen
komstig die verzoeken werd besloten.
Een verzoek van het bestuur der Vereeni-
ging Goeree en Overflakkee's Belang, om de
politieverordening aan te vullen met het
verbod dat heggen en heiningen op de hoeken
van de verkeerswegen niet hooger mogen
zyn dan 1,25 M.
B. en W. waren wel van meening dat dit
het verkeer ten goede zou komen, doch daar
men toch niet steeds die politieverordening
kan blijven wijzigen, stelden zy voor dit stuk
voor kennisgeving aan te nemen.
KI. Westhoeve was het met destrekking,
van het verzoek wel eens, doch hier zyn zoo
veel van die gevaariyke hoeken dat de uit
voering haast bezwaariyk gaat worden.
De Secretaris merkte op dat dit eigeniyk
niet bij de gemeente, maar bij de polder
besturen thuis behoort, de gemeente heeft
haast geen last van de wegen.
Voorzitter vroeg aan wethouder Voogd of
er in het polderreglement niet reeds een
dergelijk verbod bestaat.
K. Voogd meende zich zooiets wel te her
inneren, doch het wordt dan blykbaar slecht
nagekomen en gehandhaafd.
Hy zeide toe dit alsnog te zullen onder
zoeken.
Een verzoek van het wegschap Ouddorp-
Sommelsdyk, om de bijdrage te voteeren
over|'27, nu aan de grootste grief, den slechten
weg, was tegemoet gekomen.
T. Tanis zeide dat alvorens hy hiertoe zal
medewerken eerst rekening en verantwoor
ding wil zien.
Voorzitter meende dat nu de weg goed
was er niets tegen was dat geld op de be
grooting te brengen.
T. Tanis: Ik verlang eerst een rekening,
ik wil eerst zien waar het geld gebleven is,
want de voorzitter kan zelf niet eens zeggen
waar hij met het geld gebleven is.
Voorzitter: Tanis, je gaat te ver, dergeiyke
uitdrukkingen laat ik niet toe. Er is ver
antwoording gedaan aan de commissie van
beheer en ik wil trachten die rekening als
nog voor U te verkrijgen.
T. Tanis: een beheer als van dat wegschap
kan toch niet goed genoemd worden, als men
de keislag van de wegen gaat verkoopen of
weggeven aan de boeren voor de dreven te
verharden.
Ook de uitdrukking van den voorzitter;
„Laat Ouddorp dan maar zien wat ze wel
betalen willen", wyst niet op een goed be
heer. Wanneer het bedrag is vastgesteld,
moet dat bedrag vastgehouden worden en
gaat het niet aan van een dergelijk weg
schap te gaan marchandeeren met een ge
meente over de vastgestelde bijdrage.
Voorzitter: Dat ben ik met je eens, gaan
marchandeeren is niet juist.
KL Westhoeve: Heeren we dwalen af van
het verzoek. De grief die de raad in zyn
geheel had tegen het voteeren van de bydrage
was alleen dat de weg in een slechten toe
stand verkeerde, dit heeft ook de commissie
in den Haag bij Gedeputeerden alleen laten
uitkomendie grief is thans opgelost, men
heeft aan het verzoek van Ouddorp voldaan
en hebben we dus thans niets anders te doen
dan het bedrag te voteeren dat is vastgesteld.
Voorzitter; Tanis haalt er nu weer een
tweede grief bij, daarmede hebben wij eigen
ïyk niets uitstaande, nu zijn de wegen in
beheer en onderhoud by de provincie, nu
gaan wy bij de provincie toch ook niet vragen
waar blijf je met de ƒ600.— per K.M. bijdrage.
T. Tanis; Wat je geeft dat ben je vast
kwyt, dat zie je nooit meer.
Voorzitter stelde daarna voor eerst bij den
heer Charbon alle inlichtingen te vragen, en
dit verzoek thans aan te houden tot de vol
gende vergadering.
Hiertoe werd besloten.
Een schryven van den Keuringsdienst van
waren, met begeleidende rekening, waaruit
bleek dat deze rekening sloot met een na-
deelig saldo van 6147,81.
Van den Vleeschkeuringsdienst te Dirks
land, dat de rekening sloot met een voor-
deelig saldo van 739,03, waarvan aan Oud-
dorp toekomt een bedrag van 140,02.
T. M. Tanis vroeg waarom het wegschap
ook niet jaarlijks zulk een rekening geeft.
Voorzitter: Er is hier jaarlijks een borderel
van ontvangsten en uitgaven ontvangen. Myn
voorganger heeft dat borderel nimmer in den
raad gebracht; ik ben daarmede maar door
gegaan. Men heeft er nimmer naar gevraagd,
doch nu er wat hapert, schynt er wel belang
stelling voor te zijn.
De rekening van de Gezondheidscommissie
sluit met een batig saldo van 77,52.
Een schrijven van Heeren Ged. Staten,
waarin wijziging der voorstellen in de sala
rissen van Burgemeester, Secretaris en Ge
meente-Ontvanger, voor plaatsen met 50.000
en meer inwoners. Dit heeft dus geen invloed
voor onze gemeente. Dit wordt voor kennis
geving aangenomen.
Van Ged. Staten een schryven over den
legger van wegen en voetpaden.
Voorzitter deelde mede dat er door be
woners van den Oostdijk een adres is gericht
aan Ged. Staten over sluiting van het voetpad
over Jonkerstee, teneinde dit voetpad op den
legger te krijgen. Zij geven daarin voor, dat
het een Kerkepad is, dat de andere wegen
naar de gemeente Ouddorp onbegaanbaar zyn
in den winter, en zoo meer.
B. en W. hebben naar aanleiding van dit
verzoek op dat adres een advies gegeven.
De eigenaars P. B. Orezee alhier en Van
Asperen te Goedereede zyn bij spreker ge
komen met het verzoek na te zien of bedoeld
voetpad op den legger stond, ja of neen. Dit
bleek niet het geval te zyn. Daarop hebben
die eigenaars dat pad gesloten.
Vroeger was daar niets als een woestenij
de nieuwe eigenaars gaan daar den grond in
cultuur brengen en warenhuizen zetten.
Zij kunnen dus daar maar niet alles aan
de baldadigheid der jeugd overlaten en wen-
schen hun terrein ontoegankelijk te verklaren
voor het publiek. De vorige eigenaren had
den daartegen toen geen bezwaar want de
baldadigste jeugd kon er geen schade doen.
De Adressanten schermen echter met on
waarheden. Een Kerkepad is het niet. De
Oostdijk gaat in hoofdzaak te Goedereede
kerk. Een enkeling komt waarschyniyk hier
heen. Van slechte wegen kan geen sprake
zyn. Per fiets is dat pad onbereidbaar.
P. Bezuijen vroeg of het niet wat anders
was dan een kerkepad, want het loopt op
een kroegje uit.
Mastenbroek: Vroeger, toen was het er
een goddelooze boel.
Voorzitter: 'tHeele plan is niets anders
dan een zitje voor wat jongelui om daar te
gaan vryen.
De Voorzitter deelde mede dat benoemd
verklaard waren tot lid van den Raad in de
vacature Grinwis, de heer J. Aleman en in
de vacature P. van der Bok, de heer J.
Padmos. I
Door de heeren Bréen, Voogd en Bosland
werden de geloofsbrieven onderzocht en tot
toelating geadviseerd.
B. en W. stelden voor het heffingspercen-
tage der PI. Inkomsten belasting vast te
stellen op 2£ vorig jaar 3.
Overeenkomstig dit voorstel werd besloten.
Drinkwatervoorziening aan de haven.
Voorzitter deelde mede dat Nelisse uit
Nieuwe Tonge daar een pomp heeft geslagen
voor eigen rekening. Het water voldoet niet
aan redelyk te stellen eischen, en thans
vraagt hy of de gemeente die pomp wil
overnemen.
B. en W. willen in deze liever geen voor
stel doen en vragen het oordeel van den
Raad. B. en W. achte een uitgaaf van ƒ200,—
niet gewettigd voor die pomp.
Bezuien zeide dat het water wel veel ge
bruikt wordt; Voor drinkwatei deugt het
echter niet.
KI. Westhoeve zeide dat er menschen hem
hadden aangehouden met het verzoek die
pomp niet te laten opruimen daar zij, zoo
als zy' thans is toch reeds in een groote be
hoefte voorziet.
Voorzitter zeide dat indien de raad die
pomp wenscht te koopen B. en W. daartegen
geen bezwaar zullen maken.
C. Breen vroeg op wiens grond die pomp
geslagen is, want dat zou soms, bij eventueele
overneming tot onaangenaamheden leiden,
De secretaris ging daarop de kaart halen,
alhoewel de heer T. Tanis meende dat het
grond van het Burgeriyk Armbestuur van
Goedereede was. Bij onderzoek bleek dat de
grond van de gemeente was.
T. Tanis zeide dat Nelisse op 8 Meter diepte
zoet water boorde.
K. Voogd zeide dat een wel voordeeliger
zou zijn, doch betwyfelde het of op 8 meter
steeds voldoende water zou zijn, met een
nortonpomp is dit wel het geval.
Besloten werd met Nelisse die zaak nog
eens te zullen bespreken.
Daarna werd de vergadering gesloten.
DE MAAN.
I.
Men kan de maan op drie manieren be
schouwen. Ten eerste uit een astronomisch
oogpunt; haar stand aan den hemel, haar
invloed op andere lichamen, vnl. op onze
aarde, haar loop door het heelal, enz. Ten
tweede uit een natuurkundig oogpunt: de
geographiscbe en geologische toestand van
haar oppervlakte, haai'bewoonbaarheid, enz.
En ten derde op de min of meer theatrale
manier, waarop zy dikwyis beschouwd wordt
door velen, die 's avonds van haar zachte
stralen genieten en haar daarbij dan wel
eens min of meer melancholisch aanzien.
Over dit laatste punt zullen wy het echter
niet hebben, daar dit misschien wel onder
het wetenswaardige, doch niet onder het
wetenschappelijke kan worden gerekend 1
Het is onmogelijk, ook maar eenigszins te
benaderen, hoe lang de maan reeds bestaat;
zeker is het echter, dat zy reeds millioenen
en millioenen jaren aan den hemel geschenen
heeft, en ook reeds sedert onheuglijk lange
tyden bestond, voordat onze aarde bewoon
baar werd.
Kunnen wij niets met zekerheid zeggen
omtrent den levensduur van de maan, beter
zyn wij op de hoogte met haar stand aan
den hemelwaaromtrent de laatste kwarteeuw
zeer nauwkeurige waarnemingen zyn gedaan.
Van alle hemellichamen is de maan het
dichtst by onze aarde; de rechte afstand van
de aarde tot de maan is slechts 30 maal de
middellijn van de aarde of 60 aardstralen.
Deze aardstraal nu bedraagt ongeveer 3210
KM., zoodat de totale afstand bedraagt
384.000.000 KM.
Deze afstand is dus betrekkelijk gering,
altijd in vergelijking met de onnoemelijke af
standen, waarmede wij bij de bestudeering
van het heelal kennis maken. Deze afstand
kan door electriciteit en licht in enkele
seconden worden afgelegd (300.000 K.M. per
seconde).
De schynbare grootte van een ver van ons
verwyderd voorwerp hangt vnl. van drie
omstandigheden af:
1) de reëele, de werkelijke grootte
2) de afstand, waarop dat voorwerp zich
van ons bevindt;
3) de hoek, waaronder we dat voorwerp
waarnemen.
De eerste twee punten veranderen niet;
de maan blijft natuurlijk altyd even groot
en ook altyd nagenoeg even ver van ons
verwyderd. De hoek, waaronder wy haar
zien, verandert echter voortdurend, en dit is
dan ook de oorzaak dat wy, afgezien van
het al of niet „vol zyn" van de maan, haar
toch nog in verschillende grootten waar
nemen. Als de maan laag staat, dicht by
den horizon, zien wy haar in den regel
grooter, dan wanneer zij hoog aan den hemel
in het zenith staat. Dit heeft echter ook nog
een andere oorzaak, n.l, dat by zeer lagen
stand van de maan de stralen, die ons be
reiken, door de schuine richting, waarin zy
in onzen dampkring vallen, sterk gebroken
worden en daardoor een als het ware mis
vormd beeld vormen, hetgeen wy ook bij
zonsopgang en zonsondergang kunnen waar
nemen.
Het is hier niet de plaats om uit te leg
gen, hoe men tot de bepaling van den juisten
afstand van de maan tot de aarde is geko
men. Toen Archimedes deü Tyran van Syra
cuse eens een astronomische kwestie zou
uitleggen en daartoe ook eenige wiskundige
berekeningen maakte, beval de Tyran hem,
e achterwege te laten. Archimedes ant
woordde echter bedaard: „Laat ons voort
gaan, er is in de wetenschap geen gereser
veerde weg voor koningen." Wij zullen de
wiskunde echter wel achterwege laten, waar
uit we met vreugde kunnen opmaken, dat
er wel een gereserveerde weg is voor onze
lezers.
Wel kunnen we over den afstand van de
maan tot de aarde nog mededeelen, dat deze
reeds heel vroeg bij benadering bekend was
en dat men reeds eeuwen tevoren wist, dat
deze nagenoeg 30 aardmiddeliy'nen bedraagt,
welke afstand weer ongeveer overeenkomt
met 110 maanmiddellijneii. Latere metingen
hebben dit bevestigdde middellijn der maan
is inderdaad gelijk aan3/u van die der aarde.
De tijd, dien het licht noodig heeft om
ons vanaf de maan te bereiken is 1.25 sec.
Door de onnoemeiyke snelheid, waarmede
het licht zich door de ruimte voortplant
kunnen we ons aan de hand van die opgave
nog in het geheel geen denkbeeld vormen
van den werkelijken afstand. Wij zeiden
reeds, dat die afstand uit een astronomisch
oogpunt maar een kleinigheid was. Om er
zich echter eenigszins een denkbeeld van
te kunnen vormen, diene het volgende:
a. Een kanonskogel, die zich voorbeweegt
met een gemiddelde snelheid van 500 M.
per sec. zou 8 dagen en 5 uren noodig heb
ben, om vanaf de aarde de maan te bereiken.
b. De gemiddelde snelheid van het geluid
is 332 M. per seo. Het geluid nu heeft in
tegenstelling met het licht, als middenstof
voor zijn voortplanting lucht noodig, en daar
zich tusschen onze dampkriDgsgrens en de
maan een reusachtige luchtledige ruimte
bevindt, kan het geluid zich onmogelijk van
de aarde tot de maan voortplanten. Stellen
wy ons echter een oogenblik voor, dat dit
bezwaar niet bestond, dan zou een heftige
vulcanische uitbarsting, die op de maan plaats
had, eerst 13 dagen en 20 uren later door
ons kunnen worden gehoord.
c. Een sneltrein, rydende met een gemid
delde snelheid van 80 K.M. per uur, zou den
aardomtrek in 51 dagen kunnen afleggen,
terwyl hy, om van hier tot de maan te rijden,
70 weken en 2 dagen onderweg zou moeten
blijven, dus daartoe ruim 1 jaar en 3 maan
den noodig zou hebben.
Toen men den afstand wist, waarop de
maan van ons geplaatst was, kon men in
verband met haar schynbare grootte ook
haar volume bepalen, en vond daarvoor:
22 150 000 000kubieke K M.
De baan, die de maan door het luchtruim
beschry'ft, is vnl. afhankeiyk van den invloed
van de aarde. Het is de aantrekkingskracht,
welke door de aarde op de maan wordt uit
geoefend, die dezen loop vnl. regelt. Natuur-
ïyk is deze ook nog van andere machtige
invloeden afhankeiyk, want, greep slechts
een kracht vanuit de richting der aarde in
het zwaartepunt der maan aan, dan zou deze
natuurlijk met reusachtige snelheid naar de
aarde komen vallen. Nemen we eerst eens
in aanmerking de aantrekkingskracht van
de zon, die den omloop van onze aarde
regelt; deze kracht is natuurlyk ook van
grooten invloed op de maan, die zich op
nagenoeg gelyken afstand van de zon bevindt.
Dat er van de aarde uit een kracht werkt,
die de eigenschap heeft, de lichamen naar
zich toe te trekken, is het eerst ontdekt
door Newton. Als jonge man van 23 jaar zat
hy eens op een stillen zomeravond buiten,
toen een appel van een naast hem staanden
boom plotseling losliet en op den grond viel.
Daar op dat oogenblik geen enkel ander
geluid de stilte om hen heen verstoorde trof
hem deze nietige gebeurtenis. De gedachte
ging hem door het hoofd: Hoe komt het nu,
dat iets, dat aan de een of andere macht,
die het vallen belet, onttrokken wordt, altijd
naar beneden valt en dan nog wel altijd in
een richting, loodrecht op het horizontaal
vlak der aarde?" Toen hy daar verder over
doordacht, viel zijn oog op de maan, die
helder aan den hemel stond, en het bevreemd
de hem, dat die maan, toch ook een voorwerp
dat zich geheel vry in het heelal bevindt,
niet naar omlaag viel. Dit nu bracht hem
tot de ontdekking, dat van de aarde uit een
kracht moet gaan, die de voorwerpen naar
zich toetrekt, die op alle stoffen een soort
magnetische werking uitoefent, maar ook,
dat er eveneens van andere hemellichamen
dergelijke krachten moeten uitgaan, wier
invloed evenwicht moet maken met die der
aardaantrekkingskracht.
Toen men de zwaartekracht eenmaal kende,
was dit als het ware het ei van Columbus.
Immers, als die zwaartekracht er niet was,
waaraan zou het dan moeten worden toe
geschreven, dat b.v. een kanonskogel, die in
een horizontale richtiDg wordt voortgescho-
ten, niet steeds die richting blijft behouden,
maar langzamerhand daalt en tènslotte op
den grond neerkomt? De snelheid van die
daling nu zal altyd gelyk zijn aan de snelheid,
waarmede de kanonskogel zou gevallen zijn,
wanneer men hem eenvoudig vanuit een
rusttoestand had losgelaten.
Ditzelfde kunnen wy nu op de maan ook
toepassen. Zooals bekend is, beschrijft de
maan in een tijdsverloop van ongeveer een
maand een crkel rondom onze aardede juiste
omloopstijd is 27 dagen7 uren, 43 minuten
en 11 seconden. De snelheid waarmede de
maan zich voortbeweegt, is 1017 M. per sec.
Vergelyken we dien toestand nu met den
kanonskogel, waarvan wij zooeven spraken,
dan zou de maan, als andere hemellichamen
niet mede hun invloed op haar deden gevoe
len, steeds in een horizontale iyn voortvlie-
gen. Werkte uitsluitend de aantrekkings
kracht der aarde op de maan, dan zou deze
er zich steeds meer en steeds sneller naar
toe bewegen, en een hevige botsing tusschen
maan en aarde zou tenslotte onvermydeiyk
zyn. Nu is de geheele werking van ons zonne
stelsel weer zoo prachtig ingericht, dat de
combinatie van de zwaartekracht, die vanuit
de aarde op de maan ingrijpt, met de mag
netische invloeden, die vanuit andere hemel
lichamen op haar worden uitgeoefend, juist
tot eindresultaat hebben, dat de maan zich
steeds op gelijken afstand van de aarde biyft
bevinden, en er tevens met een zeer regel
matige snelheid omheen draait.
Dat de maan zich betrekkelijk zoo dicht
bij de aarde bevindt in verhouding met haar
afstand tot andere wereldbollen, wijst er wel
op, dat het aardmagnetisme vel de machtigste
kracht is, die haar stand in het heelal en
haar bewegingen regelt. Er bestaat, uit astro
nomisch oogpunt, als het ware een soort ver
wantschap tusschen aarde en maan. De aarde
is echter de voornaamste van de twee, daar
deze haar kringloop regelt vanuit het middel
punt van ons geheele zonnestelsel, vanuit
de zon, terwijl de maan haar baan weer regelt
vanuit den loop van onze aarde en dau, draai
end om onze aarde heen, natuurlyk tevens
om de zon draait.
De maan is, evenals de aarde, een donker
lichaam, en alleen zichtbaar, als zij door de
zon verlicht wordt. Natuurlijk kan de zon
slechts de helft van de maan gelijktijdig
belichten. Hetzelfde ondervinden wij op onze
aarde ook; heeft de eene helft van onzen
aardbol dag, dan moet het op de andere helft
noodzakelijk donker zyn. Wordt nu juist dat
gedeelte der maan geheel verlicht, dat naar
ons is toegekeerd, zoodat we een volledig
cirkelvormig vlak aan den hemel kunnen zien,
dan noemen wij dit volle maaD. Wordtjuistde
andere helft verlicht, zoodat de donkere zijde
der maan naar de aarde is toegekeerd, dan
hebben wy nieuwe maan. De rest omvat
natuurlyk alle tusschenliggende gevallen.
Deze verschillende vormen, waarin w;j de
maan zien, noemt men de schijngestalten
van de maan. Zien we de maan den eersten
dag nadat het volle maan is geweest, dan
maakt zij op ons den indruk van een zeer
smalle sikkel, waarvan de bolle zijde, die
zuiver cirkelvormig ïb, naar de zon is toe
gekeerd, terwyl de holle zijde, eenigszins
elliptisch van vorm, naar het Oosten is ge
keerd. Die sikkel wordt dagelijks grooter.
Na vyf of zes dagen nemen wy een hal ven
cirkel waar, en zeggen dan, dat de maan in
haar eerste kwartier is; men kan haar dan
gemakkelijk overdag zien. Steeds meer groeit
zy aan en na verloop van 7 of 8 dagen is
zy volkomen cirkelvormig gewordenbij
volle maan is zij den geheelen nacht zicht
baar, en men zegt dan dat zij staat in oppo
sitie of tegenoverstand met de zon. Na volle
maan neemt zy weer af; we krygen weer
een halven cirkel, dien W6 dan laatste
kwartier noemen; dan weer den sikkel vorm»
waarvan de stand nu juist andersom is als
bij toenemende maan (de horens van de
sikkel zijn nu juist van de zon afgekeerd)
en eindelijk is de maan weer geheel ver
dwenen; het is dan weer nieuwe maan en
we zeggen dan, dat de maan staat in con
junctie of samenstand met de zon.
Met nieuw^ maan, als de naar ons toe
gekeerde zijde geheel donker is, kan men de
maan natuurlijk niet waarnemen, maar zelfs
geruimen tyd vöör en na nieuwe maan is
zij voor ons oog onzichtbaar. Men heeft zelfs
proefondervindeiyk vastgesteld, dat de maan
met het bloote oog reeds 27 uur voor nieuwe
maan niet meer is waar te nemen en ook
weer niet eerder te zien is dan 40 uur na
nieuwe maan.
Al wordt slechts een deel van de maan
door de zon verlicht, toch is de rest niet
geheel donker. Men neme bv. bij helder weer
den eersten dag na nieuwe maan, als slechts
een zeer smalle sikkel te zien is. By nieuwe
maan is de geheele verlichte helft der aarde
naar de zon toegekeerd, en deze aarde nu
kaatst het zonlicht weer terug, van welke
teruggekaatste stralen een klein gedeelte door
de donkere helft der maan wordt onderschept,
waardoor dit deel ook nog flauw verlicht
wordt. Men noemt dit verschynsel 't asch-
grauwe licht der maan. Men kan dit asch-
grauwe licht het helderst waarnemen, als
men het beschouwt vanuit een plaats van?
waar men de lichte sikkel niet kan zien.
Men kan dan zelfs nog meer en minder
heldere deelen erin onderscheiden, waarvan
de oorzaak is, dat niet alle deelen van de
aarde het opgevangen zonlicht even sterk
terugkaatsen. De zeeën absorbeeren het
grootste gedeelte van het licht en kaatsen
slechts een betrekkelijk klein gedeelte daar
van terug, terwyl daarentegen groote ge
bergten, waar men onmetelijke vlakten
aantreft, die geheel met sneeuw en ijs zijn
bedekt, een sterke terugkaatsing van licht
veroorzaken. De maan is in dit opzicht als
het ware een spiegel van de aarde. Het
duideiykst is het aschgrauwe licht der maan
waarneembaar drie dagen na volle maan;
daarna begint de helderheid af te nemen en
het verschijnsel verdwijnt geheel na het
eerste kwartier. Eigenaardig is het, dat we
's winters, als het grootste deel van ons
halfrond met sneeuw en ys is bedekt en dus
het terugkaatsingsvermogen van onze aarde
zeer groot is, het aschgrauwe licht veel
duidelijker kunnen waarnemen dan 'szomers.
Verder is ook nog opvallend, dat wij het
verschijnsel vöör nieuwe maan beter kunnen
bezien dan na nieuwe maan, omdat het
Oostelijk deel der aarde het zonlicht beter
terugkaatst dan het Westelijk deel, waar zich
de meeste Oceanen bevinden en dus het
grootste deel van het invallend zonlicht door
het water wordt opgeslorpt. Zoo hadden
astronomen, nog voordat Australië ontdekt
werd, reeds vermoed, dat'zich daar een uit
gestrekt vasteland moest bevinden, omdat
de lichtplekken, die op, de maan werden
teruggekaatst, veel helderder waren dan het
omringende, door den oceaan teruggekaatste
licht.
De schijngestalten van de maan hebben
het aanzijn gegeven aan het gebruik, om den
tyd te meten met maanden en weken; wy
mogen dit echter bekend veronderstellen.
3. Corneliii I
cours G||
4. Modesti
6. Les Méll
6. La Nati I
Goeree) II
7. DoDa FI
8. Joyeux I
Centrale Ve|
Veiling
Bloemkool (I
(4
Komkommeil
Sla le soortf
Sla 2e soort
Rabarber i
dys 2,IC
Peen 17,70'
Asperges 5
Spinazie §s
Postelein
Bravo's 14,
Tomaten (ges;
Kaas (komijn)
Kaas (20 plu
Kaas (volvet)]
Boter 0,81
Veiling v
Bloemkool (1;
ui
Komkommers
Rabarber 3,
Peen f 12,70 I
perges 45
Sla le soort ƒ1
Sla 2e soort j, I
Postelein 12|
Aardappelen ƒ1
Tomaten (gescj I
Aardbeien 0
Kaas (komyné I
Kaas (20 plus) I
Kaas (volvet) Jl
Boter 0,95 tl I
SP
INGEZONDEN MEDEDEELING.
dwijnen spoedig door een pot
Sprutol- Bij alle Drogisten.
COLLECTE
VOOR DEN UBWAPENDEN DIENST.
De Burgemeester van MIDDELHARNIS
maakt bekend, dat op Maandag 18 Juni 1928
de gewone jaarlijksche Collecte zal plaats
hebben tot ondersteuning van het fonds,
voor den gewapenden dienst in de Neder
landen, welke Collecte in het belang van
vele oud-strijders, die hun leven voor het
vaderland veil hadden, bij de burgery ten
zeerste wordt aanbevolen.
Middelharnis, 4 Juni 1928.
De Burgemeester,
L. J. DEN HOLLANDER.
Plaatselijk Meuws.
MIDDELHARNIS. Door A. de Man is
onderhands gekocht een nieuwe woning aan
het Marietjespad van de bouwondernemers
Dijkers en Kroos.
Gevonden voorwerpen: een zilveren
remontoir-horloge, terug te bekomen bij den
gem.-veldwachter Van Nieuwenhuize.
- Postduiven-sport. Uitslag wedvlucht
vanuit Compiègde, afstand 277 K.M.
le prijs Joh. J. Nipius; 2e eu 10e A. Schuur
man 3e J. Jordaan4e F. Radauer5e D. Kar-
dux; 6e en 7e P. V. van Heemst; 8e en9e
H. Blok; lie J. J. Nipius.
Losgelaten 's morgens 7 uur. Aankomst
eerste duif 10.50 uur; laatste 11.23 uur.
De vrouw van L. Kransse, had met hefc
fietsi-yden het ongeluk te vallen en haar knie
zoodaoig te kwetsen, dat geneeskundige hulp
noodzakelijk was.
- Vrijdagavond 8 uur (N.T)zalonsSem-
pre Crecendo een uitvoering geven in de tent
op het Bouwmanplein.
Het programma luidt als volgt:
I. Souvenir de Leeuwarden (marsch)
J. Kalma.
2. Volksliederen.
Flakkee had
Eenige van hal
om voor Zonde
gen voor de 01
dam en haddei
gebruik maakt]
ontrouw waren
sche trucs ove'
Geel-blauw he
voetbal-kampio
Flakkee kwa
half time gaf
onverdiend m<
tegen kwam ze
sior wist dat si
een 3 tal goals
er 1 in wist te
We hopen ov
zien tegen eet
Excelsior geeft!
het aanschouwe
Vermelden va
het terrein geh
ter eere van de
pleizierige omst|
dekken.
SOMMELSDIJ
werden de inge:
luiden der bran
was uitgebroke;
woning van M.
terweg. Door
weer wist me
te bepalen.
Het vervo
deze gemeente i:
J. Schuurman
Zondag 10
voor de Vrij zin
A. Klaver,
in de zaal van d
Mevrouw
gelegateerd aan c
Kerk alhier.
HERRINGEN
er aan herinnerc
domsrente zal w
Door het b<
zal een vierde li
Naar men
nog een aanvan:
bouw van een
Gemeente alhier!
MELISSANT.
Herv. Kerk alhie
Weel gelegateerd'
voor de stichting
Bewaarschool vofe
zindten.
STELLENDAM
ben de vorige" v-
gemiddeld per da*,
bij de pellerijen e
Het 10-iarigï
met zijn fiets irfl
arm brak, zoodat f
worden ingeroepe
Zondag we
alhier afgezegd, c