EERSTE BLAD ■ail IIli^llBk-lÜÜ© m HSP wiüsb^I iÊ^ÊËÊÈsÊÈÈÊÊÈk ZATERDAG 31 MAART 1928 DWAALLICHTEN. iMJIWMp €P^ÜiüMI Prijs per kwartaal f 1, Losse nummers 0,07s ADVERTENTIÉN van 16 regels 1,20 Elke regel meer 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f I,per plaatsing tot een maximum van 10 regels, elke regel meer 15 cent. FEUILLETON. E. WERNER VERTALING VAN HERMINA. (Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE.) 52) „Ja, maar hij is nu op eeri andere persoon over gegaan, die ook in het stuk voorkomt, doch maar in een enkel tooneel optreedt." „Heeft Rojanow dan veranderingen gemaakt, sedert hij 't op Furstenstein heeft voorgelezen?" „Geen veranderingen van belang. Het stuk is hetgelfde gebleven, behalve die naamsverwisseling en dat korte optreden van Ada; maar ik verzeker u, Hoogheid, het tooneel, dat Hartmut er nog heeft ingelascht, is het fraaiste, wat hij ooit tgeschreven heeft." „Ja, gij vindt natuurlijk alles mooi, wat uit de pen van je vriend vloeit," zeide de prinses; maar de welwillende glimlach, waarmede zij den jongen vorst liet heengaan, bewees, dat zij vrij wel van hetzelfde gevoelen was. In een der voorste loges van den eersten rang zag men ook den Pruisischen gezant met zijn ge malin, die eerst een paar dagen geleden van zijne reis was teruggekeerd. Zijne tegenwoordigheid te dier plaatse was natuurlijk gedwongen; als 't van hém had afgehangen, zou hij deze voorstelling in geen geva hebben bijgewoond. Zijne betrekking legde hem echter die verplichting op. De hertog had over een deel van de loges beschikt en al de vreemde diplomaten met hunne dames uitgenoo- digd; 't was dus niet mogelijk thuis te blijven en dit des te minder, daar mijnheer en mevrouw van Walmoden straks nog mee bij het feestmaal op het kasteel haaden aangezeten. In het parket zat Willibald, die uit de aanwezig heid van zijn oom ook voor zich het recht afleidde, althuas het werk van den vriend zijner jeugd te leeren kennen. Walmoden keurde dit wel is waar niet goed, maar kon hem toch bezwaarlijk ver bieden, wat hij zelf deed. Willy, die met veel moeite nog een plaats had veroverd, dacht er niet aan, dat in een treurspel ook een lid van het opera gezelschap zou kunnen optreden; eerst nu, ter wijl hij het programma openvouwde, en plotseling op den naam van Marietta Volkmar stiet, begreep hij, wie hij dien avond zou terugzien. Haastig vouwde hij het programma weer dicht en stak 't in zijn zak; op dat oogenblik berouwde 't hem half, naar de komedie te zijn gegaan 1 Nu begon de voorstelling. Het gordijn werd op gehaald, en de inleidende tooneelen werden vlug afgespeeld, 't Was een soort van voorspel, dat de toeschouwers eenigszins vertrouwd moest maken met de zonderling phantastische wereld, die zij werden binnengevoerd. Arivana, de overoude, heilige offerplaats, was het prachtig en plechtig tooneel van de handeling, en hierop verscheen thans de hoofdfiguur van het stuk, de jonge pries ter, die als dweepziek geloovige al het aardsche en onheilige ver van zich werpt. In welsprekende taal, in verheven verzen sprak hij de gelofte uit, die hem voor tijd en eeuwigheid aan al het aardsche ontrukte en met lichaam en ziel aan de godheid verbond. De eed was afgelegd, de heilige vlam steeg omhoog en het gordijn viel. Van alle kanten klonken toejuichingen, waartoe de hertog het eerste teeken gaf. 't Was te ver wachten, dat een stuk, dat zoo van alle zijden ge steund werd, een zeker succes zou behalen, ten minste op dezen avond. Maar er mengde zich toch nog iets anders in die bijvalsbetuigingen. De toe schouwers gevoelden reeds dat 't een dichter was die tot hen sprak, en indien zijne schepping al de gunst van hefTiof niet had kunnen ontberen om in het publiek te worden opgevoerd nu 't ééns zoover was, kon zij die bescherming missen. Men werd geboeid door die taal en die krachtige per soonlijkheden, zoowel als door den inhoud van het drama, dat zich reeds in de hoofdzaken verried, en toen het gordijn weer werd opgehaald, heerschte er een doodsche stilte in de zaal en drukte ieders gelaat gespannen verwachting uit. En nu ontwikkelde zich het treurspel op een achtergrond, in gloed en kleuren gedoopt, evenals zijn taal en gestalten. De overweldigende natuur van Indië, de betooverende pracht van zijn tem pels en paleizen, de menschen met hun wilden haat en onstuimige liefde en onwrikbare geloofs leer, dit alles was phantastisch en vreemd; maar zooals die menschen gevoelden en handelden, werden zij allen beheerscht door een macht, die reeds eeuwen geleden dezelfde was als thans, die die onder den warmen hemel der tropen evenzeer wortelt als in de koude, noordelijke luchtstreek de liefde in het menschenhart. De inhoud was inderdaad vol gloed en vuur en- predikte onbewimpeld het goed recht van den hartstocht om alle scheidsmuren te doorbreken, zich aan God noch zijn gebod te storen, zich door gelofte noch eed te laten weerhouden om zijn doel te bereiken; een recht, zooals Hartmut Rojanow dit opvatte en uitoefende met zijn teugelloozen wil, die zich aan geen wetten of plichten stoorde, voor wien het eigen ik het hoogste gebod was. Hoe die hartstocht ontstond, toenam in kracht en eindelijk zegevierde, dit alles werd in wegslee- pende bewoordingen en tooneelen beschreven, die nu aan de reine wereld der idealen, dan aan het slijk der aarde ontleend schenen te zijn. De dichter had zijne personen niet zonder opzet in den sluier der Oostersche legende gehuld; onder dien sluier mocht hij zeggen en betoogen, wat men hem anders bezwaarlijk had vergeven, en hij deed dit met een vermetelheid, die gloeiende vonken in de ziel zijner toehoorders wierp en hen onweerstaanbaar mee sleepte. Reeds na het tweede bedrijf was het succes van „Arivana" verzekerd. Het stuk werd dan ook opgevoerd op zulk een uitstekende wijs, als men zelden op het tooneel te zien kreeg, en vooral de beide hoofdpersonen speeldfen hunne rol met een vuur en opgewektheid, die van oprechten ijver en geestdrift voor de kunst getuigden, 't Was waar, de heldin heette niet meer Ada. Deze naam was thans overgegaan op een an der efiguur, die zich wonderlijk vreemd in die harts tochtelijke omgeving bewoog, een dier geheim zinnige wezens, waarmede de Indische sagen de „sneeuwwoningen," der ijstoppen van het Himma- laya-gebergte bevolken, koud en rein als de eeuwige sneeuw, die daar boven schittert. Slechts in één tooneel, in de slotscène, trad zij in de onstuimige handeling als een geest der ver zoening, waarschuwend en vermanend op, en Egon had gelijk: de woorden, die de dichter haar op de lippen legde, waren wel de schoonsten van het ge- heele werk. 't Was,-alsof te midden van een vuur- spuwenden krater een helder licht uit den hemel straalde; maar even schoon als dit tooneel, zoo kort was 't ook. Als op geestenvleugelen verhief zich de gestalte weer opwaarts naar de ijswoningen waar zij te huis behoorde, en ginds in de diepte, aan den in het maanlicht glinsterenden oever der rivier, klonk het lied van het Hindoesche meisje Marietta's liefelijke, omvangrijke stem en onder deze verleidelijke, meesleepende tonen wer den de waarschuwende woorden, die van boven weerklonken, allengs gesmoord. Het laatste bedrijf bracht het tragisch besluit: het noodlottig eind van het schuldige paar, den dood in de vlammen. Die dood was echter geen boete, maar een triomf, een „schitterend, godde lijk sterven", en in dien vuurgloed werd ook de demonische leer van het onvqorwaardelijk recht der liefde verheerlijkt. Voor de laatste maal viel het gordijn, en de bijvalsbetuigingen die van bedrijf tot bedrijf waren toegenomen, gingen thans in daverende toejuichingen over. Bij dergelijke feestvoorstellin- gen placht het applaudissement gewoonlijk bin nen zekere grenzen te blijven. Ditmaal overschreed 't deze in ruime mate. Het vuur van „Arivana" was op de toeschouwers overgegaan; dit zag en gevoelde men aan het gejuich, waarmede het gansche publiek als uit éen mond den dichter op de planken riep. Wordt vervolgd. EEN KANAAL DOOR FLAKKEE? Met groote, en begrijpelijke verbazing heb ben ook wij kennis genomen van de volgende passages uit een adres van de Ned. Ver. van sleepboot-eigenaren, afd. Rotterdam, in samen werking met het hoofdbestuur van Schutte- vaer verzonden aan zijn Excellentie den mi nister van Waterstaat en afschrift aan de Provinciale Staten van Zuid-Holland. „Uwe Excellentie weet, dat men de ba kens moet verzetten met het getij. Daarom komen we ook met dit adres tot U, omdat de bakens verzet moeten worden. Het Ver drag met België, dat door de Tweede Kamer werd verworpen heeft reeds meer dan vol doende aangegeven, dat de verbinding Maas met Schelde verre van subliem is. Wij sléepboot-eigenaren en schippers onder vinden dit dagelijks in de Zuïd-HoIIandsche en Zeeuwsche wateren, hoe juist een en ander werd ingezien door de Belgische regeering. En het voorgestelde kanaal Willemstad- Antwerpen had bij volmaking zeer zeker de instemming van al onze leden verkregen. „Nu de Tweede Kamer dit groote kanaal plan zoo pertinent heeft afgewezen, méér, naar onze vrijmoedige meening, omdat zij niet van plan is zich de wet te laten voor schrijven door eene buitenlandsche mogend heid, dan om de schipperij onaangenaam te zijn, komen wij, Holiandsche varens- menschen tot Uwe Excellentie met onze voorstelleninzake een verbeterde waterweg Rotterdam naar Antwerpen. „Wanneer wij de kaart voor ons hebben dan zien we dat er zeer zeker een andere weg bestaat om Rotterdam met Antwerpen te verbinden. Wij zouden van het groote en ruime Voornsche kanaal gebruik kunnen maken, dan van Hellevoetsluis om de bank Pampus naar het Havenhoofd van Dirks- land, de Dirkslandsche haven in tot Dirks- land, alwaar van deze gemeente een kanaal gegraven zou kunnen worden naar Batten- oord, om aldaar in de vaargeul te komen naar Bruinisse. „Wij veroorlooven ons om Uwe Excel lentie er op te wijzen, dat hoe ingrijpend de voorstellen voor Uwe Excellentie ook mogen zijn, de uitvoering zeer toegejuicht zal worden door allen, die ook maar het minste belang hebben bij de betere verbin ding Holland-België. „Wij wijzen Uwe Excellentie allereerst op"het groote voordeel, hoe voortaan het allergevaarlijkste en lastige gedeelte van de huidige vaart Rotterdam-Antwerpen, te weten Bruinisse-Dordrecht wordt vermeden. Dit traject heeft reeds menig onzer bange uren bezorgd en- ook een niet gering deel schip, lading en zelfs... het leven. „Herhaaldelijk hebben we er bij Uwe Excellentie op aangedrongen om in dit ge bied een of meerdere groote vluchthavens te doen aanleggen. Helaas, tot heden vruch teloos. Hoe veel beter is het nu niet om in plaats van deze vluchthavens voor die mil- lioenen een kanaal te maken dwars door het eiland Flakkee heen? „Wij komen even in herhaling met de opsomming van het voordeel van de snellere verbinding. Het berust als plicht, als aller grootste plicht dat de overheid zorge voor de belangen van de bevolking. Wij wijzen er op hoe groot de Rotterdarnsche belangen zijn bij een snellere verbinding met België te water. De groote concurrentie met Ant werpen heeft onze kloeke Rotterdarnsche kooplieden reeds menig slapeloos uurtje bezorgd. De Belgische regeering doet alles van haar kant om Antwerpen terug te bren gen op de plaats die ze voor den oorlog innam. Het aannemen van het ontwerp tot het graven van een kanaal Antwerpen- Luik wijst er reeds op dat 'het streven bij deze mogendheid ernst is. „De schepping van het „Flakkeesch ka naal" zal daarom de mogelijkheid vormen om goedkooper de vrachtgoederen van Rot terdam naar Antwerpen te verschepen. Want door de'mindere risico zullen de vracht prijzen dalen, evenals de premie, die de ver zekeringsmaatschappijen nu vragen. „De aanneming van deze plannen zijn niet alleen een noodzakelijkheid dus voor de schipperij, maar tevens een zaak van ernstig en wijs staatsmansbeleid. „Als tweede voordeel van dit kanaalplan willen wij, hoewel voor ons, varenslieden niet van belang, noemen den grooten econo mische vooruitgang die het betrokken dis trict zal ondervinden van deze verbetering te water. Op Voorne en Putten, evenals op het eiland Flakkee zijn tijdens de oorlogs jaren en de jaren hierop volgende, de pacht prijzen van het land dusdanig omhoog ge gaan, dat vele ernstigel andbouwers den toestand niet al te rooskleurig inzien, wat betreft de toekomst met den landbouw. Als gevolg hiervan is al merkbaar het streven om van land-, tuinbouwer te worden. Door dit laatste is veel intensiever grondbewerking mogelijk. De schepping van het nieuwe kanaal zal de vervoergelegenheid in hooge mate bevorderen, "waardoor de betrokken streken nog tot veel grooteren bloei gebracht zullen kunnen worden. Naast de landbou wers zullen de visschers van dat eiland evenzeer de voordeelen ondervinden van dit nieuwe kanaal, omdat zij nu net zoo gauw in Antwerpen en Brussel kunnen markten met hun visch als in Rotterdam. Verruimde markt brengt betere prijzen. „Zoo Uwe Ecxellentie ziet bestaat er dus voor Flakkee dan dezelfde mogelijkheid als voor het Westland, is de laatste de tuin civielen prijs aan Uwe Excellentie af te staan. De sluizen aan'die haven zullen even zeer belangrijk moeten worden vergroot. Dit zijn echter technische vraagstukken, voor en door h.h. ingenieurs uit te maken en niet door Holiandsche varenslieden We zullen maar over het verdere gedeelte van het adres heenstappen. Wij kunnen ons niet onttrekken aan een zekere charme die er van dit plan uitgaat. Wij, Flakkeeënaars voelen ons af en toe toch nog iets als een Napoleon op St. Helena, soms toch wel wat afgescheiden van de groote wereld. Door de schepping van dit kanaal, waarvan als gevolg b.v. dat de Zeeuwsche beurtschepen en vaste passagiersdiensten met de groote sleepsche- pen mede van dit kanaal gebruik zullen maken, komen wij meer en meer uit onze isolatie... Wat héél wat voor heeft. En hoewel het nog een heele tijd zal duren voor een versierde boot vol bonte vlaggen en hooggehoede autoriteiten een zijden lintje zal doorvaren, onder fanfares van alle muziek corpsen van ons eiland, als symbool van de opening van dit kanaal en de plaatsing van ons eiland tot een der gewichtigste streken van ons eigen land, zal toch een ieder met spanning mee gaan leven of dit kanaal wordt aangenomen en gemaakt of afgewezen en ge stopt in de groote prullemand, waarin al zooveel schitterende plannen zijn verzeild geraaktgestrand op de klippen der bureau cratie. Nader vernemen we echter nog, dat a.s. Zondag de minister met een aantal autori teiten op ons eiland zal komen om de diverse gemeenten en streken in oogenschouw te nemen en om zelf al vast een oordeel te vor men naar de mogelijkheid. J. B. van Londen, de eerste kan het van Antwer pen en Brussel worden. „Spreken we tot slot even over de tech nische uitvoering van het werk, dan begin nen we met het Voornsche kanaal. Dit ver keert in prima toestand. Anders staat dit helaas met de Dirkslandsche haven. Deze toch zal belangrijk moeten worden ver breed en uitgediept. Ze behoort in eigendom aan den polder, die echter wel zoo ruim van opvatting zal zijn om deze groote schade post, die het nu voor haar is, tegen zeer Week-revae. Buitenland. Het ontwapeningscomite te Genève heeft de verdere besprekingen gesloten en een re solutie aangenomen, waarin wordt bepaald, dat de nieuwe zitting zoo mogelijk voor de bijeenkomst van den Volkenbondsraad zal worden gehouden. In dezen zin ligt het ge- heele drama opgesloten. De zooveelste acte van het groote werelddrama is geweest en we kunnen constateeren, dat, het geenszins een succes is geweest. Het wantrouwen onder de staten is zoo groot, dat er van een voor uitgang op dit gebied eenvoudig geen sprake kan zijn. Dat de voorstellen der Russen wtrdnii verworpen is logisch. Onlogisch is het, dat den Russen de gelegenheid werd ge geven, hun humbugreclame de wereld in te slingeren en dat de vertegenwoordigers der andere staten, hier zooveel woorden over hebben vuil gemaakt. De Russen zyn de eenigen, welke met voldoening op deze comedie kunnen terugzien Ze hebben hun rol uitstekend gespeeld. Het Russische voor stel zou bij aanvaarding heel Europa aan hen hebben overgeleverd. Dit voorstel be oogde alleen het houden van een militaire politiemacht welker sterkte zou worden be paald, door de lsngte der landsgrenzen en het aantal inwoners. De Russen zouden dus verreweg het sterkste leger hebben en zouden dankbaar van deze gelegenheid hebben ge profiteerd, door in den kortst mogelijken tijd hun slag te slaan. Het vraagstuk der ont wapening is ontzaglijk moeilyk op te lossen. INGEZONDEN MEDEDEELING. U behoeft Uw wasch* goed niet hard te wrij ven. Dat is niet noodig met Sunlight Zeep, de zuiverste en doelmatig ste zeep die er bestaat. Zuiverheidswaarborg F IO.OOO. saoi-23 In de eerste plaats moet het heerschendo wantrouwen worden weggenomen. Zonder vertrouwen is aan internationale ontwape ning niet te denken. Dit is de basis, waar alles op moet berusten en waarop moet worden verder gebouwd. Hoe het met dit wantrouwen is gesteld, bewijzen ons de beoordeelingen over het nieuwe Engelsche voorste], betreffende het bouwen van kleinere slagschepen. De En- gelschen stellen voor, de tonnage der slag schepen terug te brengen van maximum 35000 tot 32000 ton. Dit voorstel zou een aanmerkelijke besparing beteekenen, indien dit kans van slagen zou hebben. Deze voor stellen zijn voorgelegd aan Amerika, Japan, Italië en Frankrijk. Volgens de verschillende perscommentaren op dit Engelsche voorstel, is het zeer waarschijnlijk dat deze poging een doodgeboren kindje is. De aangevoerde bezwaren zijn niet eender, doch één ding zijn ze allen gelijk n.l.wantrouwen. Tus- schen iederen regel critiekjis dit vertrouwen te voelen. Ze zien er niets anders in, dan een handige Engelsche zet, welke zich op goedkoope manier, de hegemonie ter zee wenscht te verzekeren. Wij blijven dus maar doordraaien in den gevaarlijken cirkel en de krankzinnige wedloop der bewapening duurt ongebreideld voort. Niettemin is iedere staat overtuigd, dat de schuld bij de anderen liet. De pot verwijt den ketel, dat hy zwart ziet. Er is eenige vooruitgang te besoeuren in de betrekkingen tusschen Italië en Frankrijk. Verschillende factoren hebben hiertoe het hunne bijgedragen. Italië heeft deelgenomen aan de vier mogendhedenconferentie, die bijeengekomen is om wijzingen in het statuut van Tanger te onderzoeken. De nieuwe de Beaumarchais, heeft besprekingen met Mussolinie wtlke den politieken hemel merk baar hebben opgeklaard. De herziening van de Fransch-Italiaansche handelsovereenkom sten van 1923 en '26 was de eerste schrede op den weg naar een betere verstandhouding. De beraadslagingen over Tunis en Libië hebben tot op heden een gunstig verloop en hoewel hierin nog lang geen overeenstem ming is bereikt, scheppen de vriendschap pelijke besprekingen de mogelijkheid voor een beter begrijpen en waardeering. De paus heeft in een redevoering zich eenigszins gekeerd tegen het facisme. Mus solinie heeft in deze redevoering twee on aangename dingen moeten ervaren. De duce is gewend, dat hij alleen het evangelie ver kondigt en heeft zich bovendien gevleid met de gedachte, dat hp er in zou slagen de Romeinsche kwestie op te lossen. Op beide punten is Mussolinie teleurge steld. Zijn grootste teleurstelling zal waar schijnlijk wel zijD, dat zijn bekend recept van groote woorden hem hier niet kan helpen. De Pauselijke rede, welke in zeer elegante bewoordingen een geduchte douche voor Mussolinie beteekent, becritiseerde het facis me. Mussolinie heeft steeds de suprematie van het staatsbelang vooropgesteld en tracht dit standpunt consequent door te voeren. Dit beginsel is in strijd met de wysbegeerte der Katholieke Kerk, die de rechten van het individu tegenover het wereldlijk gezag hoog houdt. Vader Mussolinie is buitengewoon gevoelig voor critiek en heeft zich gehaast het verspreiden dezer rede in Italë te ver bieden. Dit maakt de verstandhouding met het Vaticaan niet beter en schuift de op- Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Ir„t. No. 15 Voorstraat Middelharnis. 10E JAARGANG. - N°. 43

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1928 | | pagina 1