:eling
NAAR MAAT
NKAMP
collectie Stoffen
NAAR maat
i-Brabantsche Schoencompagnie
A. MEEUSEN
OOTDIENST Mo Nederlof
EERSTE BLAD
'„Hotel-Restaurant SIMONS"
wij onze geachte Cliënteele
/ERFLAKKEE, dat onze Ver
leer J. Verschoor vanaf
ederom de Eilanden met een
Stalen te richten aan HOTEL
aan ons magazijn te Rotterdam
-335 - - ROTTERDAM
Iieerdering van Inkomen.
ZATERDAG
17 September 1927
9e jaargang. - n°. 89
IlFF ZOON Voorstraat 5 middelharnis
feuilleton.
OKTER DANNZ EN ZIJN VROUW.
LOGEEREN
PIET SIMONS zorgt voorü!
Pluimveeteelt.
VOOR
BEZOEKEN
- - solide kwaliteiten
L~T- rj
ROTTERDAM
Istraat 244
nchroom „de Ijsbeer.
O. Binnenweg 66
hoek Hartmanstraat.
|dres van Vertrouwen
en Lage Prijzen
Fabrieken Ie Kaatsheuvel (N.-Br.)
IJZERSTERKE JONGENS-LAARZEN.
VETLEEREfJ WERKSCHOENEN NIET NEUS.
«IE KEUZE STRAAT- EN HUISPANTOFFELS.
LEERSN WERK- EN SNEEUWSCHOENEN.
arandeerd Handwerk. Waterdicht.
Ilikelen kunnen, bij niet passen, binnen 14 dagen
■ruild worden. Zichtzendingen per bode op aanvraag.
lekomen door Vertegenwoordiging te aanvaar
de Mij. (Geen levensverzekering). Gemakkelijke werkkring.
:n geschiktheid goede vooruitzichten.
;35 Adv. Bur. v.h. ALTA, Den Haag.
MS-ROTTERDAM v.v.
LAARDINCEN
ÏDELHARNIS"
tregeling
le 15 MEI 1927
ddelharnis
lag en Dinsdag
i 30 vm. A. Vlaard. 7.00 vm.*
1 erdam 8.00 vm.
Jen (beh. Zon- en Feestd.)
_3ü vm. A. Vlaard. 9.00 vm
I) vm- A. Brielle 10.30 vm.§
otterdam
ag en Dinsdag
nm. V. Vlaard. 3.05 am. -f
ilharnis 5.30 nm.
en (beh. Zon- en Feestd.)
nm. V. Vlaard. 4.05nm. ff
A. Middelbands 6.30 nm.
op den trein van 7.28 vm.
Vlaardlngen.
op den trein van 9.09 vm.
op den trein van 2.51 nm.
i. (14.57) re Vlaardlngen.
op den trein van 3.30 nm.
Ii. (15.48) te Vlaardlngen.
overstappen.
i zijn te beicbouwen:
Paaschdag, Hemelvaartidag
ia do belde Kentdagen.
Prijs per kwartaal. f I,—
Losse nummers f 0,07'
Advertentiën v. 1—6 regels f 1,20
Elke regel meerf 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaunyragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wardt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
Med. dokter, arts
Mond- en Tandarts
Mathenesserlaan 491a
Telef. 30742 Telef. 30742
SPREEKUREN:
Maandag, Woensdag, Vrijdag van 1-2J uur
Dinsdag den geheelen dag
Maandag en Dinsdag van 79 uurn.m
Putscheiaan 160
SPREEKUREN
Maandag en Woensdag van 4$—5i uur
Vrijdag van 7—9 uur n.m.
Voor absoluut pijnloos trekken,
boren en vullen wordt Ingestaan
Pijnlooze Zenuwbehandellngen
onzichtbare vullingen Bleeking
van gekleurde vóórtanden
Kunstgebitten
met 5 jaar garantie
Hulpgebit f 10 binnen 14 dagen
Reparaties vanaf f 1.50
Heel gebit vanaf f 30.—
Inlichtingen kosteloos
OPGERICHT ANNO 1768.
Coupotis, Hypotheken.
Handels- en LandbonwcrecUeted
DANSEN.
We behooren niet tot dezulken, die
dansen in alle gevallen en omstandigheden
uit den booze achten, integendeel, dansen
is, kón althans zijn, een volkomen natuur
lijke uiting van 's menschen gemoeds
leven, waaraan volgens een bekend Vlaamse
leven, waaraan volgens een bekend
Vlaamsch liedeke vm Hulleb^oeck, zich
zelts de bagientjes en kwezelkes niet ont
trekken kunnen. Ook al zijn ons geen
schoolsche pasjes geleerd, gedanst hebben
we allen wel eens; was het niet van vreug
de, dan toch van verdriet, woede of
chagrijn. Iemand zat ons eens met zooveel
passie over het zondige van het dansen te
vertellen, dat hij in het vuur van zijn rede
het vuur van zijn sigaar in den mond stak,
inplaats van het sabbel-einde. De be
wegingen, die hij toen maakte, waren, zoo
al niet sierlijk, dan toch bijzonder expres
siet en vormden een dans, die zeer duide
lijk de bewegingen zijns gemoeds demon
streerden.
De beantwoording der vraag, of dansen
te veroordeelen is, zal dus wel in de eerste
plaats afhangen van de motieven, die ons
leiden om op deze wijze onze gevoelens te
uiten. De oud-testamentische joden dan
sten om de ark en ook in onzen tijd uiten
sommige volkeren en bepaalde secten hun
godsdienstige gevoelens nog wel in reli-
gieuse dansen. In zulke dansen kan niets
slechts gelegen zijn, ook al nemen we aan,
dat deze uiting van godsdienstzin op
dwaling berust. Dan hebben we in bijna
alle landen z.g. nationale dansen, die in
den loop der tijden gevormd zijn en op
eeuwen-oude gebruiken steunen. Onze
groot-ouders hielden van de hoofsche j
dansen, die op het onderling respect der;
sexen gebaseerd waren en haar hoogte
punt vonden in sierlijke vormen, bui
gingen en bewegingen. Al die dansen
waren natuurlijke en volkomen normale
uitingen van godsdienstige, nationale of
persoonlijke vreugde, vermengd wellicht
met eenige sexueele passie - ook onze
voorouders toch zochten bij voorkeur part
ners van andere sexe- maar dan in nor
male vormen, die uiting gaven aan een
volkomen natuurlijke, doch beheerschte
sexueele drang, en daardoor geen op
windend karakter hadden.
Indien de hedendaagsche dansen nog
eenzelfde karakter hadden, dan zou het
niet noodig zijn, dat zoovele ouders, nu
het winterseizoen weer voor de deur staat,
zich met zorg afvragen, of het wel ge-
wenscht is, dat hunne zonen en dochteren
het dansen ieeren of deze kunst op open
bare of besloten bals beoefenen. Helaas
moet worden vastgesteld, dat vele moderne
dansen niet meer een voudig een uiting
van een normaal en beheerscht gemoeds-
W. HEIMBURG
VERTALING VAN HERMINA.
Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE.)
De nog zeer jonge dame wisselde een allerbe-
minnelijksten handdruk met Mariene
,/t Verheugt mij, eindelijk in de gelegenheid te
het origineel van onze mooie „Ottilia" te
keren kennen," zeide zij. „Mijnheer Römer heeft
mij al veel moeten vertellen uit den tijd, dien gij
samen hebt doorgebracht, en ik verlangde u te
bedanken, dat gij hem uw lief gezicht voor die
Wouwefiguur hebt afgestaan. Aan uwe goedgun
stigheid zijn wij verplicht, dat die groote schilderij
lpo uitstekend geslaagd is en het voornaamste
sieraad van het kasteel is geworden."
Hoogheid, dien dank heb ik niet verdiend,"
Antwoordde Mariene. „Ik had toen zooveel vrijen
lijd."
»En inderdaad," viel de prinses haar in de rede,
|'ch tot den schilder wendende, „ge hebt de
nekken van mevrouw Dannz voortreffelijk be
studeerd! Ik hoop dat gij u met mij ook zooveel
"Sdeite zult geven I"
Hij stamelde iets beleefdheidshalve. De ver
fijning van Mariene had hem blijkbaar geheel
zijn stuk gebracht.
itMaar, kom, freule Bernwitz," zeide de prinses,
leven zijn, maar geschapen om een normaal
gevoelen tot abnormale vormen te prikke
len; ze leiden tot een hysterische extase,
die onze jongelui „zalig" vinden, omdat ze
hun in de wilde jaren van een storm en
drangperiode genietingen leeren smaken,
waarvan ze de karakter- en moraliteit
slopende uitwerking niet vermogen in te
zien.
Of ge uw zoon en vooral: of ge uw
dochter in het komende seizoen zult laten
dansen, die vraag moet ge eerstens oplossen
in verband met het karakter van uw kind;
er zijn er, voor wie zelfs de minste prikkel
noodlottig kan zijn. En in ieder geval
moet ge nauwlettend toezien, in welke
kringen zij dansen en welke dansen er be
oefend worden. Sommige der meest mo
derne dansen - uitingen van de afschuwe
lijkste negercultuur - kunnen niet behoor
lijk worden weergegeven.
Degenen, die het dansen ook in haar
meest afschuwelijke vormen verdedigen,
zeggen ons, dat er op de bals toch volstrekt
niets afkeurenswaardigs gebeurt. De kort-
zichtigen! Wie zóó redeneeren, vermogen
niet te lezen in wat de ziel, de geest onzer
kinderen als een boek omvat houdt, waarin
alle roerselen staan opgeteekend. Op de
bals zelve „gebeurt" misschien weinig, wat
voor onze oogen waarneembaar is, maar
wie niet ziende blind is, moet beven voor
de moreele ellende, waaraan onze kinderen
na jaren kunnen blootstaan, als gevolg van
de uiterlijk vaak niet waarneembare, prik
kelingen, door de afschuwelijke moderne
dansen, vroeger op een jeugdig en on
schuldig gemoed uitgeoefend.
De heer J. Benders schreef dezer dagen
in „Het Kind":
„Zelf heb ik leeren dansen. Ik deed het
„met veel genoegen. Later merkte ik
„waarom. Ik hoorde van anderen op
merkingen over het dansen en over
„dansenden; ik weet, wat een jongen denkt,
„als hij danst. Daarom ben ik er mee
„opgehouden. Als er één ding is, dat de
„omgang tusschen jongens en meisjes
„radicaal kan bederven, dan is het wel
„dit."
In haar algemeenheid onderschrijven
we die uitspraak niet. Er zijn nog behoor
lijke dansen en er kan nog fatsoenlijk ge
danst worden, maar als reine meisjes en
argelooze ouders wisten, wat de mannen
denken, ais ze hun dames ten moderne
negerdans leiden, danzouden ze de
balzaal ontvluchten, als waren ze ver
dwaald in een.zeker huis.
(Adv.)
„laten we nu verder gaan. Mijnheer Römer, gij
zult hier zeker nog wel even met mevrouw „Ot
tilia" blijven praten en oude herinneringen op
halen 't Wordt mij te koel, ik verlang naar huis."
Vriendelijk groetende, verwijderde zij zich met
hare hofdame, zonder te vermoeden in welk een
moeilijk parket ze door haar heengaan de jonge
vrouw bracht.
Mariene bleef roerloos staan. Maar reeds had
Römer haar hand gegrepen en hield die vast, on
danks haar krachtig tegenstreven. „Mariene, wees
toch niet zoo wreed, Iaat mij hier niet zulke vreese-
lijke dagen doorbi'engenMartel mij toch niet
met je zoo hardvochtig terug te trekken!"
Hij sprak op gedempten toon, schielijk en
dringend, en versperde haar met uitgestrekte
armen den uitgang. „Ik wijk niet van deze plaats,"
zeide hij, „ik moet weten waar ik aan toe ben."
En toen zij wanhopig op hem toestapte en met
flikkerende oogen eischte, dat hij haar zou laten
passeeren, sloeg hij de armen plotseling om haar
heen, drukte haar tegen zich aan en fluisterde haar
in het oor: ,,'t Kan toch niet enkel verbeelding
van mij zijn geweest, alles wat ik in je oogen ge
lezen heb, daar ginds in die zonnige dagen.
Ik ben toch geen kind, geen dweper maar gij,
Mariene, gij waart Zou ik mij zóó vergist
hebben?"
Mariene liet een kreet hooren. Bij den ingang
van het tempeltje stond de oude hofdame, het
lorgnet voor de wijd opgesperde oogen, met open
mond het tweetal aanstarende. Vervolgens greep
zij In allerijl een achtergebleven blauwzijden doek
en verwijderde zich met een zacht hoofdknikje.
Met een kracht, waarover zij zichzelve verbaas
de, stiet Mariene nu den man terug en liep de
Week-revue.
Binnenland.
In zake het geval Sacco en Vanzetti hebben
we steeds het standpunt ingenomen, dat het
onmogelijk was om van hier uit een zoo om
vangrijk proces te beoordeelen, maar dat er
o.i. geen reden was om aan te nemen, dat in
Amerika een groote groep overheidspersonen
en rechters er op uit zou zijn om een paar
onschuldige armoedzaaiers op den electrischen
stoel geplaatst te krijgen, alleen om aan een
onredelijk gevoelen van klassehaat te voldoen.
Maar velen wisten het „beslist en zeker", dat
Sacco en Vanzetti onschuldig waren, zij acht
ten zich voldoende voorgelicht en zij hielden
hier de gemoederen ook zóó warm, dat die
zich in ongeregeldheden en het inwerpen van
ruiten van toch óók onschuldige winkeliers
moest uiten. De communis opinio vond steun
voor haar gevoelen in een scherp artikel van
den zeer bekenden advocaat Mr. de Vrieze, in
De Telegraaf, waarin deze de twee feiten ont
leedde, waarop Sacco en Vanzetti gevonnist
zouden zijn en tot de conclusie kwam, dat
tegen hen inderdaad een gerechtelijken moord
begaan dreigde te worden.
Het vonnis werd intusschen uitgevoerd,
hetgeen alle weidenkenden, ook in Amerika,
hebben betreurd, omdat er, na een zeven
jarige procedure, alle reden was om genade te
Iaten gelden voor recht. Misschien hebben die
clemente gedachten ook de betrokken autori
teiten wel bezield, maar hebben ze zich laten
weerhouden daarvan te doen blijken, ten-
gevolgde der ongehoorde bedreigingen van de
geestverwanten der gevonnisten.
Hoe het ook zij, de electrische stoel is in
werking gesteld en langzaam maar zeker zijn
cle gemoederen bedaard. Ook het gemoed van
den bekenden advocaat. Mèt de herwonnen,
kalmte begon het verstand weer beter te
werken, het verstand der massa, het verstand1
ook van den bekenden Amsterdamschen advo-
caat. Dezen kwam ter oore, dat er tenslotte
niet slechts twee, maar wel twaalf aanwij-1
zingen voor de schuld der gevonnisten konden
worden aangevoerd en dat die aanwijzingen
en getuigenissen zóó overtuigend waren, dat!
de verdachten ér ook in Nederland op ver-i
oordeeld zouden zijn. Mr. de Vrieze nam dan
ook zijn vorige conclusies geheel terug en
sprak uit, dat de schuld van Sacco en Vanzetti
niet aan twijfel onderhevig was.
Het boetekleed ontsiert den man niet, maar
zou Mr. de Vrieze niet voorzichtiger gedaan
hebben, als hij zijn oordeel aanvankelijk niet
zoo lichtvaardig gepubliceerd had? Hoeveel
wrok en wrevel heeft hij nu niet ten onrechte
gewekt of versterkt? En zouden de leeken,
die zoo zeker waren met hun oordeel, nu niet
mede eens een toontje lager zingen, nu blijkt,
dat zelfs een knap jurist niet in staat bleek
om op de hier bekende gegevens aangaande
het proces, een juist inzicht in de zaak te
krijgen?
Het boetekleed zou mede een passend ge
waad zijn voor de natuurschoon-maniakken,
die indirect schuldig zijn aan den dood der
slachtoffers van de Larensche tramramp.
We doen in liefde voor de natuur voor niemand
onder, maar we moeten practisch blijven en
dat zijn de sentimenteele maniakken voor be
houd van natuurschoon vaak niet. Als een
weg, om dreigende verkeersongelukken te
voorkomen, verbreed moet worden, dan huilen
ze tranen bij tuiten om een stelletje boomen,
dames na.
Op eenigen afstand stond de prinses met een
wonderlijke uitdrukking op het gelaat, en naast
haar de hofdame, wier ijverig discours verstomde,
toen zij Mariene gewaar werd. Mariene wilde blij
ven staan, wilde iets zeggen maar één blik op
het trotsche, ijskoude gelaat van het jonge meisje
deed haar begrijpen, dat haar vonnis geveld was.
Met terzijdestelling van alle etiquette, snelde
Mariene den berg af en naar huis. Wanhopig liet
zij zich hier in een fauteuil neervallen.
Nu zou ten tweeden male de kleine wereld, die
de hare was, door een schandaal in rep en roer
gebracht worden. En ditmaal betrof 't haar
Onverbiddelijk zouden ze haar veroordeelen, al
die niets doende, halfzieke menschen, en dat
gerucht zou vleugels krijgen en de wereld door
vliegen, den terugkcerende te gemoet. En hij
„Ja, kon zij eischen dat hij haar geloofde, als zij
zeide dat zij slechts den schijn tegen zich had?
Had zij hem dan geloofd?
Zij sprong op, liep naar den telephoon en ver
zocht Dr. Rosenkranz bij haar te komen.
Dr. Rosenkranz was niet thuis en Dr. Ringler
liet vragen, of hij soms zou komen en of een van
de kinderen soms ziek was? Zij telephoneerde
terug dat de kinderen gezond waren en dat ze
alleen Dr. Rosenkranz wenschte te spreken.
Aan tafel kon zij nauwelijks het gebabbel van de
kleinen verdragen. Eerst toen ze in haar eigen ka
mer was en de deur had gesloten, kwam ze eenigs-
zins tot kalmte.
Tegen den avond verscheen Rosenkranz, maar
nu had zij hem niets te zeggen; ze keek hem slechts
vorschend aan en woog angstvallig elk woord,
dat hij sprak.
dat gekapt moet worden. En dikwijls haasten
de autoriteiten zich dan om de besluiten te
herzien, omdat de huilebalken dikwijls klin
kende namen voeren en niemand graag voor
vandaal wil worden aangezien.
't Staat vast, dat de Larensche ramp voor
komen geweest zou zijn, als op den nood-
lottigen hoek niet een aantal boomen elk uit
zicht had ontnomen. Welnu, het getuigen
verhoor door de ingestelde staatscommissie
tot onderzoek heeft uitgewezen, dat reeds in
1915 besloten was de betreffende boomen te
vellen om het gevaar, dat ze opleverden, doch
dat het besluit niet is uitgevoerd tengevolge
van actie tot behoud van natuurschoon.
Laten we nu achteraf maar geen verwijten
gaan maken, doch uit het gebeurde leeren, dat
we overigens prijzenswaardige liefdesinstinc
ten voor de natuur, bij tijd en wijle onder
geschikt hebben te maken aan de eischen van
het gezond verstand.
Bah, wat is er toch ontzettend veel slecht
heid in de wereld! Er gaat haast, geen dag
voorbij, of met een gevoel van walging legt
men tenslotte zijn krant ter zijde, die ons eiken
dag weer nieuwe misdaden onthult met al
deze weerzinwekkende bijzonderheden. En er
is heusch geen reden om ons er op te beroemen,
dat ons landje een gelukkige uitzondering zou
zijn, want ook ten onzent worden telkens
weer opnieuw misdrijven gepleegd, die een
beeld van ontzettende moreele verwording
geven. Daar hadden we pas het Roermondsche
geval van moord, waarbij een algemeen geachte
dame den dood vond door de handen van haar
niet minder geachten echtgenoot, die de
sporen van zijn misdrijf door brand trachtte
te vernietigen, en daar is nu weer het geval in
Wijhe, waar een dame met behulp van een
vriend haar man, naar de justitie vermoedt
althans, levend in zijn auto verbrandde. Zulke
dingen spelen zich niet af in achterbuurten,
in kringen van maatschappelijke desperado's,
maar onder menschen, die door hun positie
en ontwikkeling tot de „goede" z.g. beschaaf
de kringen gerekend worden, 't Zijn misschien
menschen, die geen vlieg kunnen dooden of
die een bordje voor het raam hebben hangen,
dat ze niet koopen van lieden, die een hond
onder hun kar hebben loopen. Heel onze be
schaving is een uiterlijk vernis, want met de
beheersching onzer hartstochten zijn we nog
niet veel verder als onze voorouders uit de
oertijden, die met hun knuppels alles neer
sloegen, wat zich om de vrouw hunner keuze
verzameld hield.
De wereld danst, danst op een vulkaan van
hartstochten en steeds wijder slaan de vlam
men uit.
Het bruine monster rolt weer over de velden,
het voetbalseizoen is geopend. Hah! de
sport, die zal de wereld veranderen, haar beter
maken. Sport staalt de spieren, sterkt den
geest. Zou het waar zijn? 't Kón waar zijn,
dunkt ons. Sport kón goed zijn, als ze met
mate beoefend wordt, maar sport leidt ook al
weer zeer dikwijls tot verderf, omdat de be
oefenaars niet goed zijn, zich ook in de sport
weer door hun hartstochten laten beheerschen.
Op een Amsterdamsch veld is op den eersten
sportdag van het seizoen een scheidsrechter
zoodanig mishandeld door spelenden, dat
deze een klacht bij de justitie heeft ingediend.
Een mooie voorbereiding voor de Olympiade,
waar dure eeden zullen worden afgelegd van
goede trouw en broederschap.
Toe, gij allen, die aan sport doet; vóór ge
anderen tracht te overwinnen, overwint eerst
U zelve! Zorgt baas te zijn over uw hartstoch
ten, want zelfbeheersching is noodig, vóór ge
anderen zult leeren beheerschen.
Buitenland.
't Schijnt dat eindelijk schrik gevaren
is onder de gelederen der Oceaanvliegers;
waarlijk, de Oceaan kan tevreden zijn over de
haar gebrachte offers. Al die pogingen om
over de groote plas te komen, bedoeld als een
propaganda voor het luchtverkeer, hebben een
averechtsch effect gehad, want duidelijker
had nimmer bewezen kunnen worden, hoe af
hankelijk liet vliegtuig nog is van atmosferische
omstandigheden. Voorloopig zullen nu geen
verdere pogingen ondernomen worden.
We hebben trouwens op het land al ge
noeg met de natuurelementen te stellen. In
ons land zijn de cyclonen tegenwoordig als
kind in huis en waar vroeger de cyclonen in-
heemsch waren, doet men het tegenwoordig
niet minder dan met typhonen, wat cyclonen
in het kwadraat schijnen te zijn. Japan verloor
door zoo'n bezoeking van de week niet minder
dan 1000 levens.
En alsof de dunning der menschen-
gelederen zoo nog niet radicaal genoeg ge
schiedt, meenen sommige medeschepselen een
handje te moeten helpen. Uit China komen
berichten van ongekende menschenslachtingen
door de legers van den z.g. christen-generaal
Feng, die zijn christendom, van eigen makelij
trouwens, weer afgezworen heet te hebben.
En in Rusland zijn weer tal van dood
vonnissen geveld en uitgevoerd tegen men
schen, die niet-communistisch gezind waren
en in den grensstaat Lithauen schiet men met
eenzelfden ijver de burgers overhoop, omdat
ze communistisch waren.
.En Satan pijpt en pijpt en pijpt.heet
het in „De Paradijsvloek". Jawel, hij pijpt
nóg, over heel de wereld!
INGEZONDEN MEDEDEELING.
1 en het gebruiken van een middagmaal
is een kwestie van vertrouwen.
I DOE ZULKS IN HET HUIS WAAR
UW VOOROUDERS DIT DEDEN.
BOERENVISMARKT 12, bij de Groote Kerk
te ROTTERDAM.
Hij kwam, vriendelijk als altijd, maar toch had
hij iets gedwongens, iets vragends in zijn uiterlijk.
„Waarmee kan ik u dienen, mevrouw?"
„Och, eigenlijk met niets bijzonders, Rosen
kranz. Ge hebt er onlangs over gesproken, dat
Erik's terugkomst hier met eerepoorten als anders
zins en met een diner of souper zou gevierd worden.
Bestaat dit ongelukkige plan nog altijd? 't Is
stellig niet in Erik's geest, en
„Ik heb dat plan ondersteund, ter wille van de
beschrijvingen, die de couranten dan later van
die feesten zouden geven. .Dat zou een prachtige
reclame zijn geweest maar
„Maar?"
„Maar de menschen zijn even veranderlijk als
het weer, mevrouw Mariene! Nu beschouw ik
dat in dit geval niet als een ongeluk. Als men
maar wist, waarom? Die kleine prinses had alles
op touw gezet, zooals ge weet, en zelfs haar hof
schilder opgedragen het bestuur van al de feeste
lijkheden op zich te nemen. Dezen namiddag alles
contrarie. Mijnheer Römer op eens afgedankt met
de ongezouten aanzegging ons vreedzaam dal illico
te verlaten, zoodat er geen sprake meer is van eere
poorten of iets van dien aard!"
Mariene hield de oogen neergeslagen. „Zoo?"
zeide zij, zonder Rosenkranz aan te zien.
„De hemel weet, wat er in die vrouwenhoofden
omgaat," hernam hij, schijnbaar ongedwongen.
„Niemand heeft 't vandaag zoo druk als juffrouw
Kreisler. Zc stond een vol uur op den overloop
met freule Bernwitz, de hofdame, te praten en
ratelde al maar door al maar door!"
Mariene lachte schamper. „Och, die juffrouw
Kreisler, dat lieve, goede menschl Ja, dót kan
ik mij voorstellen! En wat zou haar zoo bij-
Vrageyi, deze rubriek betreffende, kun
nen door onze abonné's gezonden worden
aan „De CombinatiePostbus 895, Rot
terdam. Postzegel van T1^ cf. insluiten.
DE RUI.
Eerst een klein woordje vooraf.
Hebben we door omstandigheden het schrij
ven dezer rubriek een poosje moeten onder
breken, voortaan zal deze weer geregeld door
ons verzorgd worden en wekelijks in dit blad
zonder interesseeren, denkt u?"
Hij zag Mariene vlak in het gelaat. „Natuurlijk
een schandelijk lasterpraatje, mevrouw!"
Haar hart klopte alsof 't zou barsten. Hij wist 't
zeker hij wist
„Laat 't mij toch dadelijk hooren, zoodra ge weet
met welken trein mijn man aan het station kan
aankomen," zeide zij.
„Dat spreekt van zelf. We zullen 't nu wel gauw
vernemen. Wilt ge hem soms een eindje tegemoet
gaan, mevrouw?"
„O neen dat Iaat ik aan u over, dokter! Ik
wacht hem op den drempel van zijn huis we
zijn geen jong verliefd paar meer. Gij moet hem
een paar stations te gemoet reizen, hij zal wel
branden van verlangen om het een en ander van
de zaken, van alles wat de inrichting betreft, te
vernemen Zelfs dat dat jongste lasterpraatje
zal hem wel belang inboezemen. Dat moet ge hem
zeker vertellen!" Zij richtte zich op in haar stoel.
„Hoor, dokter, beloof mij, dat ge hem dit zult
vertellen 1"
Hij zag haar aan met een tinteling in de oogen.
„Verplicht voor uw vereerenden last!" zeide hij
glimlachend, „maar ik zou liever hebben, dat gij
dit zelve deedt, waarde mevrouw."
„O! Ik? Ik zou dit waarschijnlijk niet zoo
nauwkeurig doen."
„Ik weet niet maar 't zou zeker het beste
zijn. Hebt ge nog mij iets te gelasten?"
„Neen, niets! Daukje, Rosenkranz!" zeide zij
op afgematten toon.
Zijn oogen bleven nog een seconde vragend en
bezorgd op haar aangezicht gevestigd. Daarop
groette hij haar en ging heen.
(Wordt vervolgd)