PIJN Kloosterbalsem EERSTE BLAD C. BAKKER ST00MB00TDIENST Dienstregeling Adverteert in „Onze EilandêiT ZATERDAG 12 FEBRUARI 1927 VAN EÉN STAM. DOOF? Gehoorapparaten Centrale H. C. SCHOONENBERG van eiken aard in spieren en gewrichten AKKER's Kloosterbalsem Kloosterbalsem Kloosterbalsem KrVVATTAft* VOLLEMELK REEPEN Dat s RWATTX Treindieven. sr I By Oberroeblingen waren Zaterdagochtend vier mannen op een langzaamrydenden goederentrein gesprongen met het oogmerk van diefstal. Toen zij zich ontdekt zagen door de politie, sloegen zy op de vlucht, waarby' een der dieven zwaar gewond werd ^s door revolverschoten der politie. NOODLOTTIGE ONTPLOFFING IN EEN TREIN. Veertig reizigers gewond. BERLIJN, 5 Febr. - De avondbladen mel den uit PolenIn een spoorwagon derde |s klasse van den trein Warschau-Lemberg ont plofte een met ether gevulde glazen ballon, die in het bagagenet lag. Direct stond de geheele wagon in brand. Daar de trein niet dadeiyk tot stilstand kon worden gebracht, sprongen vele inzitten den nog gedurende het ryden uit den wagon. In vyftien minuten tyds was de geheele wagon in vlammen opgegaan. Veertig personen werden gewond van wie zestien zoo ernstig, dat zy naar het zieken huis moesten worden overgebracht. ZONDAGMORGEN. 't Dorpje aan den oever van den breeden vliet Lag in het zonlicht als in droom verzonken, Tot van den toren kerkkloktonen klonken, En 't kerkvolk tempel waarts zijn stulp verliet. En als de schare 't kerkje heeft gevuld, Door orgeltoon er wyding is gekomen... Heeft op den kansel wank'lend plaats ge- i J [nomen 'n Teringflguur, nog kort op aard' geduld. En 't droevig blosje'onder 't zielvol preeken Komt aan den ingezonken wang al meer door- [breken, Wat uit haar bank de gade aanschouwt met j [smart. Straks in de consistorie na zulk spreken... Ligt de uitgeputte een wijl by'na bezweken, Tot dan hem sterkt haar hand op 't zwakke [hart. i L. Goudswaard. looping land .1927 1927 uur, s.lharn1s, 62 Roe- aan het elhamis. VN DER |98 Roe- aldaar. Ponen tot f houwer, pelsdijK; Mooij, Tonge; Hoogst. 253 - Rottevdam - Tel. Vraagt ons gratis inlich tingen en demonstratie ostcn- te Oud- MIDDELBARNIS-ROTTERDAM v.v. Via VLAARDINGEN s.s. „MIDDELHARMS" aanvangende 3 October 1926 van Middelharnis op Maandag en Dinsdag V. Middeiharnis 4.30 vm. A. Vlaard. 7.00 Tm.* A. Rotterdam 8.00 vm. Overige dagen (beb. Zon- en Feestd.) V.Middelbarnis 6.30 vm.A. Vlaard. 9 00 vm.** A. Rotterdam 10 00 vm. A. Brielle 10.25 vm.§ van Rotterdam op Maandag en Dinsdag V.Rotterdam2.15urn. V.Vlaard.3.10nm. f A. Middelharnls 5.30 nm. Overige dagen (beh. Zon- en Feestd.) Van 3 October f/m 6 November en vanaf 4 Februari. V. Rotterdam 3.15 nm. V. Vlaard. 4.10 nm. ff V. Brielle 2.40 nm.§ A. Middelharnls 6 30 nm. Van 7 November t/m 3 Februari V. Rotterdam 2 15 nm. V. Vlaard. 3.10nm. f X. Middelharnls 5.30 nm. In aansluiting op den trein van 7.39 vm. en 7.22 vm. van Vlaardingen. In aansluiting op den trein van 9.14 vm. van Vlaardingen. f In aansluiting op den trein van 2.51 nm- en 3 02 nm. te Vlaardingen. ff In aansluiting op den trein van 3.33 nm. en 3.50 nm. te Vlaardingen. Reizigers voor de richting Brielle resp. Mlddeihamis te Vlaardingen overstapPen AU Feestdagen zijn te beschouwen: Nieuwjaarsdag, 2e Paaachdag, Hemelvaart108* 2e Pinksterdag en de belde Kerstdag®0- Prijs per kwartaal. 1 l. Losse nummersf 0,07" Ailvertentiën v. 1—6 regels f 1,20 Elke regel meerf 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels elke regel meer 1 o cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Hst wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnls. 9E JAARGANG. - N°. 29 Het Werkeloosbeidsvraagstuk. Er wordt weer een nieuwe proef geno men tot oplossing van het Werkeloos- heidsvraagstuk, een poging gedaan althans om eenige verbetering te brengen in den bestaanden toestand. Minister Kan en eenige weihouders van groote gemeenten zijn naar Drenthe geweest om te onder zoeken, in hoeverre het mogelijk is om een deel der werkeloozen uit de groote gemeenten naar het platte land over te brengen, waar zij door cultiveering van woeste gronden kunnen bijdragen tot het scheppen van een bestaansmogelijkheid voor landbouwers en voor zich zelve, door n.l. bij die landbouwers in dienst over te gaan. Theoretisch is deze nieuwe proef te billijken, maar het lijkt ons toch een gemis aan psychologisch inzicht, wanneer de ondernemers niet een zwaar vermoeden hebben, dat deze proef door allerlei om standigheden, die zich in de praclijk zul len voordoen, moet mislukken. Men heeft werkeloozen tot sigarenmakers en met selaars willen omvormen, maar al die pogingen zijn op niets uitgeloopen, omdat wel gebleken is, dat men niemand .per stoomcursus" tot een goed vakman kan maken. Nu zal men allerlei werklieden uit de stad gaan omtooveren in land arbeiders. Inderdaad zijn de omstandig heden in Drenthe wél gunstig, want, waar begonnen moet worden met cultiveering van den bodem, waarvoor eenvoudig grondwerk wordt vereischt, dat slechts geleidelijk overgaat in arbeid, die op de bodemproductie betrekking heeft, zullen de aspirant-landarbeiders gelegenheid heb ben om hun toekomstig vak terdege te leeren. Maar, zoo vragen we ons af, waartoe moeten werkeloozen uit de groote steden van ons land voor dat werk worden opgeleid, terwijl in Drenthe zelt de wer keloosheid op het oogenblik den bittersten nood veroorzaakt? Die Drentsche arbeiders hebben al jaren in de venen gewerkt en 't lijkt ons toe, dat zij gemakkelijker tot landarbeiders zullen zijn om te vormen, dan de velerlei vaklieden uit de groote stad. Die Drenthsche arbeiders zijn boven dien gewend aan de eenzaamheid en het betrekkelijk eentonige van het landleven, omstandigheden, waaraan de menschen uit de stad zich niet of zeer moeilijk zuilen weten aan te passen. Men heett, met gemeentesubsidie, werkeloozen uit de stad naar Canada gezonden, maar die proeven zijn volslagen mislukt, niet, omdat een stadsmensch geen landarbeid zou kunnen leeren, maar omdat de stilte en eenzaam heid hem zóó drukken, dat hij het op het veld en in zijn woning niet kan uithouden. Het landleven is aantrekkelijk voor wie op 'tland geboren zijn. En ook voor den stedeling die er des zomers woont in een Ingezonden Mededeeling. FEUILLETON. Vrij bewerkt naar den Roman van LOUISE B. B. GELDERSCHEKADE 20 ROTTERDAM 25) Wolfgang begreep, dat Huib op het ontvangen van dien brief haastig naar de Javastraat was geijld. Zijn eigen ongeduld maakte hem lijdzaam wachten onmogelijk. Hij zag op de pendule: drie uur. Zoo hij zich haastte, kon hij misschien Huib nog bij de Bentinga's opvangen, en als hij niet ging, vreesde hij hem tot aan het diner-uur te zullen misioopen. Zoolang kon hij niet wachten. Hij vergat zijn moeheid en begaf zich weer op weg. Toen hij aan het huis van de Rentinga's in de Javastraat wilde aanschellen, opende juist de bonne met Jettie's tweelingen de deur. Hij vroeg naar zijn broeder en het juffertje vertelde, dat hij hem in de achterkamer kon vinden. Zij bood aan een dienstmeisje te roepen om hem denweg te wijzen, maar hij bedankte voor haar hulp en zeide zijn broeder wel te zullen vinden. Hij liep de gang door, niemand ontmoetende, Werkelijk vond hij achterin een deur die half open stond, en begreep, dat hier de achterkamer zijn moest. Een eigenaardig geluid klonk hem tegen uit die kamer, maar hij iette in zijn groote ontroering ^slechts even op en liep driftig de kamer binnen; tnrhtetM>aar groote stappen was hij het Japansche wentscherm voorbij, dat voor de deur geschoven landhuisje, bij voorkeur met een auto in de garage, opdat hij bij regenweer en als de stilte hem gaat beklemmen even naar de stad kan vluchten. In andere omstan digheden aardt de stadsmensch niet op het platteland, evenmin als de geboren boer het zouj} uithouden op een boven- woninkje ^op den Niëuwendijk in Am sterdam. Al die proeven zijn te klein van opzet om werkelijk iets tot oplossing van het werkeloosheidsvraagstuk te kunnen bijdra gen. Velen beginnen trouwens te twijfelen, of er wel een oplossing mogelijk is. Lang, jaren lang al zit men te wachten op de beëindiging van de z.g. malaise; als de economische toestanden maar verbeteren, zoo meent men, dan komt er vanzelf meer werk aan den winkel. Maar, gaat het nu werkelijk wel zoo heel slecht met onze industrie en handel? 'tLijkt er veel op, of we zoo zoetjesaan weer naar normale gaarne genoemd voor-oorlogsche toestanden zijn terug gekeerd. Doch de werkeloosheid is ge bleven.- De oorzaak daarvan ligt o.i. elders. De kwestie is, dunkt ons, dat de werkeloos heidsellende voor het grootste deel gewe ten moet worden aan de omstandigheid, dat zoo ontzaglijk veel vrouwen en meisjes de plaatsen van mannen-arbeiders zijn komen innemen. We veroordeelen het niet, we keuren het niet af, we constateeren slechts. De emancipatie der vrouw heeft men niet volledig gewaand, zonder datde vrouw zich ook gelijk gesteld had met den man, waar het gold het recht om mede te din gen op de arbeidersmarkt. Welnu, waar naar gestreefd is, dat heeft men bereikt, geholpen door de oorlogsomstandigheden, die een tekort aan mannelijke werkkrach ten deden ontstaan. Waar de vrouw zich eenmaal had ingewerkt, daar heeft ze zich niet meer laten verdringen, en van haar standpunt heeft ze misschien gelijk. Het geheele maatschappelijk aspect echter is nu veranderd. Er zijn ontzaglijk veel werkeloozen, maar als men statistische cijfers ging vaststellen over het aantal vrouwen, die vóór den oorlog in fabrieken, werkplaat sen, kantoren en winkels of in openbare ambten werkzaam waren, en nu, dan zou men tot de conclusie moeten komen, dat er vele duizenden mannen werkeloos zijn, doordat duizenden vrouwen thans arbeid stond, en midden in het vertrek stond hij plotseling stil, verrast door wat jij zag. Huib stond voor het raam, met ernstig, bedrukt gezicht. Vóór hem, op een lagen armstoel, zat Sofie, het hoofd verborgen in de beide handen. Haar hartstochtelijk snikken was het vreemde geluid, dat Wolfgang gehoord had. En Wolfgang begon te laat te begrijpen, dat hij niet zoo onverwacht had mogen binnen komen, dat hier een strijd werd gestreden, waar geen derde getuige van mocht zijn. Eer die gedachte echter in hem kon rijpen, had Sofie het hoofd opgeheven en, hem aanziende, stond ze driftig op. Een be weging die ook Huib deed omkijken. Wolfgang, jij hier! kreet Sofie. O, dat is goed, dat je gekomen bent! Wolf, jij, die den meesten invloed hebt op Huib, moet mij helpen! Naar mij wii hij niet luisteren. Hoe smartelijk verwijtend klonken die laatste woorden. Met een pijnlijk gelaat schudde Huib het hoofd. Och, Sofie, zei hij neerslachtig, luister toch naar rede, ik zou je immers niet noodeloos kwellen, Ik vraag niets van haar, Wolf, dan eenige jaren op mij te wachten. Is dat dan zoo moeilijk, voor menschen die elkander liefhebben en vertrouwen En terwijl Wolfgang, bewegingloos, doodsbleek, getuigë moest zijn van hun strijd, hervatte Sofie hartstochtelijk tegen Huib: O Huib, natuurlijk wil ik op je wachten, al was het nog driemaal zoolang! Ik heb je lief en ik zal je mijn leven lang blijven liefhebben. Maar och Huib, toch is alles zoo vreeselijk hopeloos! Huib greep haar handen Mijn lieveling, waarom ben je nu zoo moedeloos, je waart eerst zoo dapper. Vier jaar is lang, maar... ze gaan toch om! verrichten, die vroeger door mannen werd waargenomen. De maatschappelijke welstand in arbei dersgezinnen is tegenwoordig dan ook zeer verschillend. In het eene gezin heeft men door den mede-arbeid van verschil lende dochters een bepaalde welvaart be reikt, in het andere gezin, waarvan de man en vader werkeloos is, heerscht bit tere armoede. De eene jonge man ziet geen kans om zijn lang gekoesterde trouw plannen te verwezenlijken, omdat het spook der werkeloosheid hem voortdurend aangrijnst, maar we kennen ook ambte naren, die het huwelijksbootje instappen met een gade, die ook nó. haar trouwen haar ambtelijken loopbaan blijft vervolgen. Zeker, er zouden op het oogenblik geen werkelooze kantoor- of winkelbedienden genoeg zijn om alle vrouwelijke employé's te vervangen, maar de beroepskeuze der jonge mannen laat zich ten slotte altijd beïnvloeden door dearbeidsmogelijkheden, zoodat bedoeld gebrek spoedig zou zijn opgeheven. Nóg eenswe critiseeren niet, doch we geven slechts een oorzaak aan. We moeten niet blijven wachten op een economisch herstel, dat niet komt of komen zal, ten minste niet in den zin, dien we wenschen, zoodat er werk zou zijn voor allen. Willen we verbetering, dan moeten we de wer kelijke oorzaken onder het oog zien. De vrouw heeft zich in den loop der laatste 10—15 jaar in het werk gedrongen, vroe ger door mannen vervuld. Dat kan haar recht zijn, maar laten zij en wij dan ook iets bedenken om te voorzien in maat schappelijke ellende,-die door dit gewijzigd aspect is ontstaan. Niet altijd is het verstandig om van een „recht" gebruik te maken, soms is het egoïstisch. Week-revne. Binnenland. We zy'n niet alleen biy ven staan met onze critiek over het optreden der Haagsche politie, die in haar ijver om de(n) dader(s) van den moord op het Bezuidenhout op te sporen, niets en niemand ontzag en daar door meerdere menschen aan de onaange naamste vermoedens van het publiek heeft overgeleverd. Meerdere bladen hebben be doeld optreden gegispt en er tegen gepro testeerd Wat we in ons vorig overzicht reeds als ons vermoeden uitspraken, n.l. dat ook de in Brussel gearresteerde menschen niets met den moord hadden uit te staan, Ze zag hem hoofdschuddend aan. En dan... dan moet ik, om je vrouw te worden, de hulp van de wet tegen mijn vader inroepen. Begrijp je dan niet, hoe dit vooruitzicht hopeloozer is dan al het wachten? Bedenk hoe er nooit één woord van disharmonie in ons huis is geweest en moet jij, bijna een kind des huizes, en ik, huh aller lieveling, moeten wij twist brengen in ons huis? Nu reeds zijn er harde en bittere woorden gevallen tusschen papa en Van Werden, die openlijk hem tegensprak; je hebt zooeven den uitval gehoord van Jettie tegen papa's strengheid en mama's meegaandheid, hoe zal het dan later gaan, wanneer ik mij verzet? Moet ik mijn echt- genoots huis binnengaan, verstooten door mijn vader? Runnen we zoo gelukkig zijn? O Huib, begrijp je nu hoe troosteloos hard onze toekomst Is...! De grootste moedeloosheid stond op Huib's gezicht te lezen: „Wat dan toch.ik weet geen anderen uitweg!" prevelde hij. Eensklaps stond Sofie op en de aanwezigheid van Wolfgang vergetende, sloeg ze haar armen onstuimig om Huib's hals, en met haar mooi gloeiend gezichtje vlak bij het zijne, zei ze drin gend: Zooeven heb je je laten ontvallen, dat je het misverstand wel kunt maar niet wil op helderen. Waarom niet, Huib? Als ik het je smeek, als... als een bewijs van je liefdeI Sofie.neen.dat mag je niet doen, dat zou niet goed voor je zijn! Waarom niet? riep ze heftig. Ik strijd voor ons geluk! Je noemde me je grootsten schat. Welnu, toon dat je me liefhebt! Toe Huib, ik smeek het je, ik houd zooveel van je, ik kan niet zonder je. Toe, maak ons gelukkig, het hangt is intusschen mede bevestigd geworden. De geoefende critiek is aanleiding ge weest, tot eenige meerdere omzichtigheid; de Haagsche politie is thans sober geworden in haar mededeelingen en meer bescheiden in haar optreden. Ze heeft nu zelve ook toe gegeven, dat de te Brussel gearresteerde personen vermoedelijk niets met het geval te maken hebben; intusschen zijn ze in heel de pers met naam en toenaam genoemd en is aan het Nederlandsche volk de belang rijke bijzonderheid medegedeeld, dat de eene gearresteerdegeen cent meer op zak had en de andere nog juist.,.. 4 francs... Ieder ordeljjk burger moet voor een des kundige en krachtig optredende politie zy n, INGEZONDEN MEDEDEELING. kan behandeld worden met het van ouds beproefden beroemde ■wrijfmiddel. beperkt zijne werking niet tot de oppervlakte der huid, doch wordt door zijne bijzondere samenstelling als 't ware onmiddellijk door de poriën der huid ingezogen. dringt daardoor diep in het inner lijk der weefsels, ontbindt de ver giften die zich daar hebben vast gezet, lost ze op en valt aldus de pijn in den wortel aan. verdrijft door zijn warmte-verwek- kende werking alle beletselen, die de werkzaamheid en werkkracht der spieren belemmeren en geeft ze de verloren lenigheid terug. Dit verklaart het verrassend resultaat bij rheumatiek, jicht, ischias, spit, lendenpijn, spierpijn, stramheid en dergelijke aandoeningen. Probeer en ondervindt het zelf. Per pot 60 cent. maar daarnaast verlangt hij van deze, dat ze beleidvol en discreet optreedt, anders kan ieder op zjjn beurt slachtoffer van op zettelijke of onopzettelijke willekeur worden. De politie moet er daarom voor waken, haar bevoegheid niet te buiten te gaan. Een typisch staaltje van het tegendeel gaf dezer dagen de Delftsche politie. In de oude prinsenstad woont iemand, die brillen verkoopt; een „brillenkoopman" immers geheel van jou af! Zeg het mij dan, aan mij Ze klemde zich aan hem vast en kuste hem harts tochtelijk. Huib weerde haar af, hij snakte naar adem. Ais een angstkreet klonk het van zijn lippen: Neen, neen, het mag niet I Mijn eer is er mede gemoeid, meer dan dat, de eer van een ander l Sofie slaakte een vreugdekreet: Dus Huib, toch... een ander? Zeg nu ook van wien Hij zag haar verschrikt aan en viel neer op een stoelIk heb al te veel gezegd, zei hij somber en beslist; geen woord meer, er kome van wat wil, ik mag niet spreken! Maar ik wei, Huibert! klonk Wolfgang's heesche stem. Daar scheen eensklaps leven komen in dat steenen beeld, den zwijgenden tuige van hun strijd. De ridderlijke standvastig heid van zijn jongsten broeder, die een valsche beschuldiging, ter wille van hem, manmoedig bleef dragen, had hem zijn plicht leeren begrijpen. Indien hier een offer geëischt werd, dan moest hij dat brengen, al ware het ten koste van... alles! Sofie schrikte van dat vaaibleeke gezicht, die sombere oogen. Toch behoefde ze niet bang voor hem te zijn, want juist nu schonk hij haar de hulp, die zij had afgesmeekt. Huib scheen zijn broeder te begrijpen en angstig riep hijWolf, Wolf, weet je dan Ja, ik ben bij oom geweest en weet nu, dat mijn schuld een hinderpaal is voor jou geluk, omdat... Huibert hief zijn hand waarschuwend op en viel hem haastig fluisterend in de rede: Stil, wees voorzichtig, nog is het een geheim, alleen INGEZONDEN MEDEDEELING. Slechts een merk kan aan de spits staan zou men zoo iemand vroeger geheeten heb ben, doch tegenwoordig spreekt men van een opticien". De man breidde z'n zaken uit, ging een overeenkomst aan met een oogarts, die hem op bepaalde uren zou assisteeren en ver kondigde per advertentie aan het publiek, dat hy ook zelf in staat was om te beoordee- len, welken bril zyn klanten noodig hadden, waarom hy zich tooide met den titel „refrac- tionist", de beteekenis van welk woord den meesten menschen al even weinig bekend zal zyn als van „opticien". Maar In Delft waken de oogartsen met open oogen voor hun belangen. Op hun aan stichting werd tegen den brillenkoopman proces-verbaal opgemaakt wegens het voeren van een titel, welke hem niet toekomt, of wegens het onbevoegd uitoefenen van de geneeskunde. Het moet een proef-proces worden, zoo werd verzekerd, want nog nim mer is uitgemaakt geworden, of een brillen koopman zich „refractionist" mag noemen. De ofiicieele geneesheeren echter wenschen den uitslag van het proefproces niet af te wachten en een inspecteur van den genees kundigen dienst noodigde de pers in Delft tot een onderhoud uit om deze duideiyk te maken, en door middel van de persorganen het publiek, dat de bedoelde brillenkoopman in strijd met de wet handelde. En nu is het 't eigenaardige, dat voor deze bijzondere les het politiebureau te Delft beschikbaar werd gesteld. De mede belanghebbende bril lenkoopman was intusschen niet mede tot deze conferentie uitgenoodigd. De plaatselijke bladen zijn intusschen niet in de val geloopen, hebben door hun ver tegenwoordigers het betoog doen aanhooren, het feit der conferentie vermeld, maar zich overigens van elke beïnvloeding harer lezers onthouden. De politie moet haar prestige niet in de schaal werpen, waar het een belangenstrijd van een bepaalde groep burgers geldt, zeker niet zoo lang de rechteriyke macht zelve nog niet in de gelegenheid geweest is om ter zake een bepaald standpunt in te nemen. De a.s. intrekking der Huurwetten heeft hier en daar eenige ongerustheid gewekt, doch we meenen, dat voor de sombere voorspellingen geen grond bestaat. Vooral in de groote steden kan moeiiyk, meer van een woning tekort gesproken worden. Wel zijn er nog gezinnen, die nog geen verblijf naar hun gading hebben kunnen vinden, doch dat komt meer voort uit een gebrek aan woningen van een bepaalden lagen huur- prys dan uit een woningtekort. Men heeft in de laatste jaren te veel z g. middenstands woningen gebouwd van 5 en meer kamers en huren van 500 en 700 gulden. Van zulke woningen is een belangrijk teveel en in de tusschen ons beiden en daarom volkomen veilig. En laat mij je ook wat zeggen: ik heb begrepen, waarom je zoo p.otseling een koortsachtige haast hadt beter te worden, waarom je van de eene badplaats naar de andere reisde... Wolfgang haalde diep adem, het was alsof zijn oogen buiten de kassen traden, de ader op zijn voorhoofd zwol. En daarom, Wolf, bedenk, ais oom al zoo streng voor mij is, op een vermoeden alleen Groote druppels stonden op Wolfgang's voor hoofd; hij bleef nog één oogenblik staan, voor Huib en ook voor Sofie een beeld van zwijgende, diepe smart, te pijnlijk om aan te zien. Toen hief hij het hoofd op; de laatste worsteling was vol bracht. Sofie zou nimmer den somberen gloed vergeten, die in zijn oogen lichtte. Hij legde zijn trillende hand op zijn broeders arm en zei opzet telijk luid, als gaf hij er niet meer om dat ook Sofie hem hoorde en wijzend op haar: Je ge negenheid voor mij heeft je verblind, Huib. Maar denk nu eens na. Zie je meisje aan en denk dat zij.die andere.niet minder rein en onschuldig is. Zou je zoo'n meisje, stel je eens even voor, dat ze je zuster was en ik niet je broer, zou jij je zuster geven aan een man met een verleden als het mijne? (Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1927 | | pagina 1