WOENSDAG
10 MAART 1926
DE BERENBURCHT.
AJ.P's
Roma-Pudding
Prijs per kwartaal. f I.
Losse nummersf 0,07'
Advertentiën v. 1—6 regels f 1,20
Elke regel meer. f 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dienstaanvragen
f 1,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
8E JAARGANG. - N°. 35
Het nieuwe Kabinet.
Het nieuwe ministerie is ondanks een
zeer langdurig wachten, toch nog erg on
verwacht geboren. Slechts twee dagen na
dat de Kamer in een soort wanhoops-
stemming bijeen was, worden we verrast
met het bericht, dat een kabinet-de Geer
is opgetreden.
Op een andere plaats in dit blad heb
ben de lezers kennis kunnen nemen van
de namen der nieuwe bewindvoerders,
namen, die hun overigens weinig gezegd
zullen hebben, omdat de meeste uitver
korenen, al mogen ze mannen van groote
verdiensten zijn, in de politiek nog nim
mer op den voorgrond traden.
In ons land met haar scherpe partij
politiek interesseert men zich natuurlijk
op de eerste plaats voor de politieke ge
zindheid der heeren; welnu twee hunner
zijn A. R., twee C. H., één R. K. en vier
stammen uit vrijzinnige huize, al zijn ze
niet tot de discipelen van een bepaalde
partij-leer te rekenen.
Een coalitiekabinet is het derhalve niet;
integendeel lijkt het ons toe, dat het kabi
net-de Geer de laatste banden, die er nog
tusschen de partijen der oude coalitie moch
ten bestaan, verbroken heeft en de schei
ding onherstelbaar maakte. De aanwezig
heid in het kabinet van Mr. Waszink, den
burgemeester van Heerlen, mag hoogstens
worden aangemerkt als eene aanwijzing,
dat het cachet van dit kabinet niet anti-
Katholick is, maar dat het wél in de be
doeling ligt om een bestuur te beproeven
zónder de Katholieken. Had de heer de
Geer c.s. op den steun der Katholieken
willen bouwen, dan zou zij niet alleen hun
een sterker vertegenwoordiging in zijn
kabinet gegeven hebben, maar zijn keuze
vermoedelijk ook wel op persoonlijkheden
met een actiever politiek verleden geves
tigd hebben. Het feit doet zich derhalve
voor, dat de A. R. en C. H. den bond
genoot van gisteren hebben losgelaten en
steun hebben gezocht in het conservatieve
kamp van links.
Welke kansen het kabinet-de Geer heb
ben zal O.i. wacht haar slechts een on
wis politiek leven. Het zal zich wel be
schouwd willen zien als een soort nationaal
kabinet, staande boven en buiten de par
tijen, grauwe theorie. In werkelijkheid
steunt 'elke regeering in de eerste plaats
op de groepen in het parlement, waaruit
haar ministers gerecruteerd werden. Die
groepen vormen tesamen slechts een derde
deel van de Kamer, zoodat ze het niet
zonder de welwillende medewerking van
een der twee overblijvende belangrijke
groepen zal kunnen stellen, de sociaal
democraten of de Katholieken.
Hebben de sociaal-democraten reden om
het ministerie-de Geer op de been te hou
den? We gelooven het niet, want het heeft
een onmiskenbare conservatieve tendenz
verkregen door de sterke vertegenwoordi
ging van liberale persoonlijkheden en de
FEUILLETON.
DOOR
NATALY VON ESCHSTRUTH.
Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE.)
87)
De woorden van den predikant komen haar
eensklaps voor den geest, helder en vol vertrou
wen, als een jubelend Hosianna! dat alle doods
klokken overstemt I ..Het gebed cencr trouwe
gade is het zekerst plechtanker van den zeeman,
is de mast, die nooit kan breken, is het zeil, dat
in storm en noodweer niet verloren gaat. Het
gebed der geloovige liefde is de engelênvleugel,
die zijn scheepje door storm en hooge zee veilig
terugvoert in de haven van den geboortegrond.
„Het gebed der geloovige liefde!"
Wanda is niet de gade van den Beschermvongd
van Hoogenstijn. Zij heeft het recht niet van Mieke,
de jonge, ongerepte bruid, om den geliefde te
omgeven met de engelenvlcugelen van echtelijke
genegenheid. maar liefde, geloovige liefde! Ja,
die vlamt vurig en getrouw tot in den dood, eene
liefde, die ontwaakt is in den pijnigenden angst
van dit somber nachtelijk uurl
Waar blijft hij?
De minuten kruipen voort. Hoe lang, hoe ont
zettend lang duurt ditmaal de tocht!
Daar ginds ligt het wrak.door zwarten, on-
doordringbaren nacht omgeven!
Zullen de onverschrokken redders het zien en
vinden? Zal de onstuimige zee de sloep slingeren
aanwezigheid van den C. H. Dr. Sloten
maker de Bruine aan het Departement van
Arbeid.
En de Katholieken?
Zij erkennen allerminst tot eenigen steun
aan dit kabinet gebonden te zijn ze staan
er feitelijk dan ook geheel buiten. Meer
malen is door hen uitdrukkelijk er op ge
wezen dat ze slechts steun verleenen kun
nen aan een kabinet dat haar lot wil laten
binden door de kwestie der handhaving
van het gezantschap bij het Vaticaan. Daar
toe wilde de C. H. heer Slotemaker de
Bruine zich in het ontworpen kabinet-
Limburg niet laten verplichten en dat ge
noemde heer nu toch in het ministerie-
de Geer is opgenomen, wijst er op, dat,
indien van dit kabinet al een voorstel tot
handhaving van het gezantschap bij het
Vaticaan te wachten mogen zijn, het van
deze zaak in geen geval eene kabinets
kwestie wil maken.
Noch op den steun der sociaal-demo
craten, noch op die van de Katholieken
zal het kabinet dan ook kunnen rekenen.
We voorzien de mogelijkheid, dat de be
grooting door degemeenschappelijkestem-
men van zwart en rood verworpen wordt,
waarop een bijzondere verantwoordelijk
heid tot oplossing der dan ontstane crisis
op beide partijen zou komen te rusten.
Het optreden van het kabinet-de Geer
beteekent volstrekt geen oplossing van de
crisis op 11 November van het vorig jaar;
slechts een phase in de ontwikkeling van
ons parlementair leven naar nieuwe ver
houdingen en grondslagen.
Het „nationale" kabinet-de Geer heeft
zich al bijzonder eenzijdig gesteld |door
zich zoo opmerkelijk afgewend te houden
van beide groepen, van welke het toch
noodwendig steun behoeft. Zónder den
steun van de Katholieken zou het nog wel
een eind weegs hebben kunnen vorderen,
als het zich de medewerking der demo
craten verzekerd had, maar de persoon-
INGEZONDEN MEDEDEELING.
NUTSSPAARBANK
Middelharnis—Sommelsdijk
KANTOOR VOORSTRAAT 5 - MIDDELHARNIS
aangesloten bij het Nederlandsch
Spaarbankburean.
Rentevergoeding 3.6
Nieuwe spaarboekjes worden dagelijks afgegeven.
Iijkheden, waaruit het kabinet is samen
gesteld, maken het voor eiken democraat
volstrekt onaannemelijk. Als eene aanwij
zing van het conservatieve karakter moge
niet alleen dienen de plaatsing van Dr.
Slotemaker de Bruine aan Arbeid, maar
ook de benoeming van Dr. Koningsberger
aan Koloniën, iemand uit de kringen der
Treub-schefndologischefaculteitte Utrecht.
De regeeringscrisis heeft zóó lang ge
duurd, dat velen élke oplossing zijn gaan
tegen het scheepswand en haar te pletter stooton
...waardoor al dat jonge leven alle jonge
liefde een kil graf zal vinden op den bodem der
zee?
Almachtige God, ontferm u hunner!
Altijd vuriger, altijd hartstochtelijker wringt
Wanda dc handen in gebed en door het gehuil
van den storm klinkt het. als van gouden harpen,
van verre op het strand weerkaatst dc jubelkreet:
„Zij komen! Zij komenI"
Een glimlach zweeft om Wanda's lippen, haar
oogen verheffen zich ten hemel, zij roert zich
niet.
XXVII.
Met jubelende haast stormen de brave visschcrs
weer van het duin. Nieuwe toortsen gloeien, de
wind slaat in de knetterende vlam en zweept de
vonken van het brandende teer over het strand.
Vóór allen snelde Mieke naar den oever der zee.
Ze ijlde zoo dicht bij de naderende sloep, dat de
vlokken schuim haar door den bruidskrans vlogen
en dc vrouwen en meisjes, lachend en vroolijk,
zooals ze tijdens het bruiloftsfeest niet waren ge
weest, haar wegrukten van dc zee, opdat haar
brtiiloftstooi niet geheel en al zou te loor gaan.
Het inloopen van dc sloep naar het strand
bleek ditmaal moeilijker dan te voren, naardien
de branding van minuut tot minuut in sclirik-
wekkendheid toenam en het niet te zware vaar
tuig ieder oogenblik dreigde bij te draaien.
Iedere zee, waardoor liet werd ingehaald, wierp
den achtersteven in de hoogte en deed den boeg
dalen, en het aanvankelijk zoo onstuimig gejubel
der wachtenden verstomde weder tot angstig
zwijgen, bij het zien van de hevige worsteling der
beschouwen als een uit de misère. Zoo
bezien, kan men, zelfs met het kabinet-
de Geer, nog wel vrede hebben en mis
schien zullen meerdere afgevaardigden, zij
het niet con amore, hun best doen om
de regeering geen moeilijkheden in den
weg te leggen, maar zelfs zoo'n goede wil
kan den heeren o.i. nog geen langdurig
ministerieel leven verzekeren.
Het kabinet is geboren uit den nega
tieven wilde coalitie moet gebroken
Colijn moet weg, doch het zal zich
voor zware positieve moeilijkheden ge
plaatst zien.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Smaakt ah
Room
Land- en Tuinbouw.
Welke rol vervult de kalk in onze
kleigronden
De kalkkwestie is in de landbouwwereld
een punt waarover tegenwoordig veel ge
schreven wordt. Speciaal echter houdt men
zich er mee bezig voorzoover ze de zand
en humushoudende zandgronden betreft.
Voor de kleigronden is de zaak heel wat
lastiger gebleken. Vele theorieën die voor
de zandgronden golden, bleken niet op te
gaan voor de klei; met dit gevolg dat men
gezegd heeft „De uitzonderingen bevestigen
den regel" en met de uitzonderingen kunnen
we ons niet bemoeien; daarmee het vraag
stuk voor de zwaardere gronden voorloopig
voorbijgaande.
Toch is ook de kalk voor het kleibedrjfjf
van groot belang, waarom we diteenigszins
nader zullen onder de oogen zien.
Vergelijken we de eigenschappen van oude
en jonge, pas-ingedykte gronden, dan biy ken
talrijke verschillen te bestaan. De verge
lijking valt dan niet ten gunste der oude
polders uit. Deze hebben gedurende den loop
der eeuwen belangrijke veranderingen onder
gaan, waarvan vooral die met de structuur
samenhangende, het sterkst spreken, doch
ook de scheikundige samenstelling is ge
wijzigd; en wel beide factoren in voor ons
minder gewenschten zin. De gronden zjjn
ouder geworden, waarmee het optreden vaD
gebreken nu eenmaal onverbrekelijk samen
gaat. Zoo slibben andere gronden makkelijk
ineen, dikwijls treft men een kniklaag in
den ondergrond, waarmee een steeds moei
lijker ontwatering onzer akkers gepaard gaat.
Ook het kalkgehalte is geheel gewijzigd.ja
zelfs vinden we in heeleoudepoldergronden
geen kalk (Ca 10s) meer in de bouwvoor.
Dit treft men b.v.op Walcheren bieren daar,
verder in de buurt van Goes, en in 't Bilt in
Friesland, waar men zeer smalle akkertjes
van 1,80 M. aantreft.
De kuituur is niet alleen schuldig aan het
optreden der ouderdomsgebreken. Ook zon
der dat zouden er veranderingen in den grond
plaats hebben, die de structuur van den
wakkere redders, tegen branding en storm.
De onweerswolken waren nagenoeg volkomen
weggevaagd, de maan stond aan den loodkleurigen
hemel en bescheen helder het laatste bedrijf van
bet opwindend schouwspel, dat in de stilte van
den nacht aan een eenzaam, verafgelegen strand
werd afgespeeld.
De branding stuwde voort onder de kiel der
boot, dc witgekamde golven hulden haar in wolken
van schuim, het gehcclc vaartuig, met de onver
saagde zeelieden, geleek een spookschip, dat het
strand naderde op het woeste maatgeluid van
golven en een bulderenden orkaan.
En het naderde al meer en meer. Dc achter
gebleven visschers konden eindelijk, onder een
met schorre keel aangeheven „Hojohe!" het
tegemoet springen, het aangrijpen met krachtige
vuist, om het naar den wal te schuiven.
Eerst in het laatste oogenblik was Kuno Kracht
van zijn zitplaats opgestaan. Zijn edel, harts
tochtelijk opgewonden gelaat verried nog de in
spanning, waarmede bij dezen tweeden tocht was
geworsteld, maar zijn helder blauwe oogen flik
kerden van zelfvoldoening over de grootsche, zoo
schitterend volbrachte daad.
Wat was hij schoon! onbeschrijflijk schoon,
zooals hij daar heenstapt in de zware zeemans
uitrusting, door het knetterend fakkellicht be
schenen. En als Wanda hem ziet aankomen, klopt
haar het hart zoo onstuimig in den boezem, dat
zijzelf ervan schrikt cn angstig zich verschuilt,
waar het rossig toortslicht haar niet meer be
reiken, geen menschelijk oog haar meer kan be
spieden om uit te vorschcn, welke gevoelens
spreken in haar hart.
Met dolle uitgelaten vreugde springt Joopic
bodem deden wijzigen. De voornaamste oor
zaak moet worden toegeschreven aan het
klimaat. De gemiddelde jaarlijksche neerslag
overtreft by ons de verdamping. Een gedeelte
van het regenwater moet dus in den grond
wegzakken en verdwijnt langs drains, grep
pels en sloten uit den polder. We nemen
derhalve in een gedeelte van het jaar deze
neergaande, en zywaartsch uitwijkende wa
terverplaatsing waar, soqas in zeer sterke
mate, doch daartegenover staat een opwaart-
sche beweging, tydens den zomer, die even-
welde werking van de afvoer der eerste
niet kan opheffen of ongedaan maken.
In den grond bevinden zich organische
stoffen, zooals wortel- en stengelresten, ook
stalmest soms. Deze stoffen ontleden geheel
of gedeeltelijk waarbij humus ontstaat en
koolzuur. Het water dat nu in den grond
dringt lost het koolzuur op en wordt daar
door zwak zuur. Dit heeft tot gevolg, dat
de oplossende werking ervan sterk wordt
verhoogt, dus een sterkere bodemaantasting
tengevolge heeft.
Speciaal hetgeen met de kalk gebeurt wil
len we nagaan, daar dit voor een groot deel
de eigenschappen der klei beheerscht.
Ieder weet haast wel dat de grond van
onze gorzen en jonge polders met zoutzuur
opbruist. Het is een gevolg van 't feit dat
deze grond veeï ,koo)zure kalk (Ca. C 0,)
bevat. Het sterke zoutzuur dry ft het zwakke
koolzuur (C 02) uit (het recht van den sterkste
geldt ook hier). Daar het koolzuur weinig
oplost in water met zoutzuur, ontwijkt dit,
en zien we de grond opbruischen. Gebeurt
dit niet dan is de grond kalkarm, zegt men,
doch beter is het te zeggen arm aan kool-
aure kalk, daar dikwijls nog genoeg kalk in
anderen vorm aanwezig is. Ja het opbrui
schen hoeft zelfs niet steeds een bewys te
zijn van aanwezigheid van koolzure kalk,
zooals ik meermalen heb gevonden. Het op
bruischen ontstaat in die gevallen door het
aanwezig zyn van tjzerkarbonaat, soms ook
magnesiumkarbonaat. Dit laatste neemt men
veel waar op de oude klei, die nauwelijks
of weinig opbruist.
Nemen we aan dat de koolzure kalk juist
is weggespoeld, dan kan er nog kalk aan
wezig zijn gebonden aan de humus en de
klei. Verder ook in de onverweerde grovere
minerale bodembestanddeelen, doch dezezyc
voor ons van minder belang.
We bemoeien ons slechts met de kool
zure kalk en de klei en humuskalk, om het
meer duidelijk dan wetenschappelijk te zeg
gen. Beide kalkverbindingen z[jn in water
zeer weinig oplosbaar. Geheel anders wordt
dit in koolzuurhoudend water, dat zwak
zuur is. Hierin is de oplosbaarheid heel wat
grooter. Waar de oplossende werking van
het koolzuurhoudende water eeuwen voort
gaat, lost zeer veel koolzuurhoudende kalk
op, doch ook kalk gebonden aan de klei en
de humus. Gaat dit ver genoeg dan verdwijnt
alle koolzure kalk en tenslotte ook alle klei
en humuskalk uit den grond. Eerst uit de
bouwvoor, doch ook uit de ondergrond.
In volgende artikels zullen we dit, naar
ik hoop. verder nagaan kunnen.
Ir. G,
Het verdrag met België.
Geschiedenis en ontstaan.
Onze verhouding tot Belgiö men denke
liet eerst over boord, waadt hij door liet ver uit
loopend zeenat en omhelst zijn jonge vrouw,
waarbij hij het genot van liet wederzien te kennen
geeft in kussen die klinken als een klok!
„Nou heb ik mijn lief klein wijfje toch wel
heelemaal verdiend!" lacht hij met luidkeels zich
verheffende stem: „Mieke. mijn kieken, ben je
nou ook tevreden over mij?"
Met luid gejubel worden deze woorden begroet,
dc door den storm verfomfaaide bruidskrans slin
gert langs dc blonde vlechten, en Mieke ziet weer
zoo gloeiend rood er uit als voorheen, toen geen
stormweer haar het geluk betwistte van den
eenigen bruiloftsdag!
De Beer van Hoogenstijn snelt in de open
armen zijner moeder en kust haar van vreugde
blinkend gelaat met innige teederheid. Vervolgens
keert hij zich om cn stelt haar den blootshoofds,
tot op de huid doornatten gezagvoerder voor,
Björnson van ,,de Thorwaldsen", die met grenen
hout naar Riga onderweg was, en beveelt dezen
in haar gastvrijheid en beste zorgen aan.
Dc kapitein bedankt de gravin met wanne, uit
liet hart opwellende woorden voor de edele, offer
vaardige en stoutmoedige daad van haren zoon,
die juist op het hachclijkst oogenblik op de
plaats der scheepsramp is verschenen, om hem
en zijn equipage te redden van een wissen onder
gang.
„Dc Thorwaldsen" is nog wel heel gebleven,
niaar helt zwaar op zijde, dc zee slaat hoog over
het dek cn spoelt alles weg, bij zulk een toe
stand is het onmogelijk, dat een mcnsch het nog
een half uur uithoudt aan boord.
I Daarop vraagt kapitein Björnson naar zijn
scheepsjongen, en dc gravin kan hem gunstig
tegen hoest
(Adv.)
slechts aan de scheiding in 1839 is altyd
van kieschen aard geweest. Dat onze Zuide
lijke naburen in den wereldoorlog werden
getroffen door een noodlot, waaraan Neder
land ontkwam, moest de stemming in Belgiö
jegens Nederland wel tijdelijk bederven. Wij
kregen na de overwinning der Entente met
een nabuur te doen, die de (vermeende)
gunst van het oogenblik ten volle tot zyn
particulier voordeel trachtte te gebruiken.
Nederland gaf echter in het begin van 1919
ondubbelzinnig, te kennen, dat het elke
overweging van gebiedsafstand uitgesloten
achtte, en de Opperste Raad ging dan ook
niet verder, dan een herziening der tracta-
ten van 18S9 noodzakeiyk te verklaren,
waarby een commissie zou hebben te on
derzoeken of de Belgische wenschen alleen
te bevredigen waren door overdracht van
grondgebied dan even goed op anders wijze.
Het gevaar, dat Minister van Kamebeek
had af te wenden, was dus nog ernstig ge
noeg; hy trad het echter onverschrokken
tegemoet. Om erger te keeren, legde hij een
zoo groote tegemoetkoming aan den dag
inzake Schelde-beheer en Belgische uitwegen,
dat hy in Juni 1919 in de Kamer kon ver
klaren, dat de bedreiging, die uit het na
burige land was opgekomen, ter zyde was
gesteld. Ongetwijfeld zouden dan ook in
1920 door België en Nederland in gemeen
overleg gevonden formules aan de Gealli
eerde Mogendheden zijn aangeboden... had
niet Belgiö te elfder ure door het op de
spits drijven van het Wielingen-geschil (in
1919 met geen woord aangeduid) die aan
bieding verhinderd.
In het afbreken der onderhandelingen door
Belgiö kon worden berust; wy hadden aan
Belgiö zeer weinig te vragen en België zeer
veel aan ons. Het was Minister van Karne-
beek zelf, die toen zeide, dat Nederland,
hetwelk de herziening der tractaten van
1839 niet gezocht heeft, de Belgische ver
klaring (van afbreken der onderhandelingen)
rustig naast zich kon neerleggen.
Totdat plotseling op 26 April 1925 aan de
Staten-Generaal een wetsontwerp werd aan
geboden tot goedkeuring van een verdrag, op
3 April te voren gesloten tusschen de Minis
ters van Buitenlandsche Zaken van Neder
land en België, ter herziening van dat van
1839.
Er dient helder licht op te gaan over de
vraag, hoe het mogelijk is, dat een tractaat,
alleen als uitvloeisel van den geest yan
Versailles te begrijpen, doch waarvan België
de tot standkoming in 1920 zelf verhinderd
heeft; een tractaat, dat de levensbelangen
van Nederland aantast en ons lasten oplegt,
die niet binnen redeiyke grenzen zijn be
perkt, ons desniettemin ter ratificatie wordt
voorgelegd op een oogenblik. dat Europa
leert ademen in de sfeer van Locarno. Moet
men besluiten, dat Minister van Kamebeek
door zijn verklaring in 1919 zich meer ge
bonden rekent dan eenig Nederlandsch
staatsman het thans zou wenschen te zijn?
Immers dit tractaat levert voor Nederland
politieke, economische en financieele bezwa-
over dezen berichten. Zij geleidt hem naar de
Reddingloods, blijft echter nog even stilstaan.
Zij heeft gezien, hoe de blik van haren zoon
zoekend ronddwaalt onder de aanwezigen, cn haar
moederhart zegt haar wie dat onderzoek geldt.
Glimlachend wijst zij terzijde naar het strand,
waar een wit gewaad in de duisternis zichtbaar is.
„Kuno," zegt ze, „wil je zoo goed zijn, om
Wanda naar het rijtuig te brengen? De koetsier
staat er mee aan den dennenweg. Het arme kind
is van al de ongewone opwinding doodmoe. Zeg
maar, dat ik haar verzoek, eerst niet den kapitein
en zijn stuurman naar den Burcht te rijden, en
het rijtuig terstond terug te laten gaan. Wij vol
gen terstond met den scheepsjongen, als die eerst
wat op zijn verhaal is gekomen. De huishoud
ster weet er van en heeft voor alles gezorgd. Ga
jij dan met ons mee, of berg je, als naar gewoonte,
eerst de sloep en al het overige onder dak en vak?"
„Vooreerst kan ik hier nog niet vandaan, moe
der!" zegt hij snel en lacht overluid, „ik heb
Joopie naar huis gejaagd en moet hem dus bij
het bergen remplaceeren. Maar ik zal uw bood
schap aan freule van Spengelenburg overbrengen!"
Hij stapt met de zware zeelaarzen weg, zijn
verwarde blonde haren hangen hem vochtig langs
de slapen.
Hij ziet haar slanken, sylphide gestalte in het
maanlicht; zijn hart, dat zoo even nog zonder
vrees kalm den dood heeft getrotseerd, beeft hem
eensklaps in den boezem.
Langzaam gaat hij op haar af.
(Wordt vervolgd.)