PAKJES KOFFIE
f
BURG
IZOEN
E'S
JES KOFFIE
rMIDDEL
Aanbesteding.
EERSTE BLAD
NUTSSPAARBANK
eren- en Kinderkleeding
vanaf 18.-
alon 10.-
IJZEN VAN
5 ets. per half ponds-pak
8
3
0
5
0
E GEBRUIKT ALS
Het bouwen van een LAND-
BOUWSCHUUR in den
„Van Paliandtspolder"
te Middeltiarnis.
ZATERDAG
4 APRIL 1925
AAN HET ALTAAR.
MIDDELHARNIS—SOMMELSDIJK
KANTOORVOORSTRAAT 5, MIDDELHARNIS
Jr. -Du
mrdoor de geëtaleerde artikelen beter
•en-, Jongeheeren- en Kinderkleeding.
99
99
99
99
99
zoo geroemd?
c eiwitten bevatten,
heeft.
ndvoer of Ochtend
den leg zijn en In de
Melkelwlt, groeien
oer gevoederd, niet
5-5
*tikelen-handel
etiwe Totige.
De ARCHITECT M, KOERT
te Lelden, zal namens het Bestuur
van den .VAN PALLANDTSPOL-
DER" te MIDDELHARNIS, op
Vrijdag 10 April 1925
In HötelMEIJERteMiddelharnls
Aanbesteden
In vakken en in massa
Bestek met twee teekenlngen
zijn ad 4,—, I. p. p. ƒ4,10 per
stel, zoolang de voorraad strekt,
na ontvangst van het bedrag te ver
krijgen bij den ondergeteekende,
Pieterskerkgracht 16ieLEIDEN.
Aanwijzing volgens bestek.
2—2 M. KOERT.
Prijs per kwartaal. f l
Losse nummersf 0,075
Advertentiën v. 1—6 regels f 1,20
Elke regel meer. f 0,20
Bij contract aanzienlijk korting.
Dienstaanbiedingen en Dieustuanvrugeu
f 1,per plaatsing tot oen maximum
van 10 regels elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen
Woensdag- en Zaterdagmorgen.
Het wordt uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
7e JAARGANG. - N°. 43
NAAR CANADA,
liet zal toch tot emigratie moeten koineu.
Alleen landbouwers hebben goede kans.
In Maart staken reeds verscheidene Hol
landers den Oceaan over en in April en Mei
volgen de anderen. Dan dient de emigratie
naar Canada voorloopig vry wel stopgezet te
worden dit jaar, niet omdat er dan geen
behoefte meer zal bestaan aan landbouwers
en landarbeiders, maar omdat dan deland-
bouwwerkzaamheden reeds druk aan den
gang zijn en het voor de nieuwelingen ge-
wenscht is het geheele bedrijf van het be
gin af mede te maken en vele farmers dan
reeds van werkkrachten voorzien zyn.
Zoodra de ploeg de eerste voor maakt,
dient de emigrant daar by te aijn.
Wie dus emigreeren wil, dient zich te
haasten, of zijn plannen uit te stellen tot
het voorjaar van 1926. Heel groot zal dit
bezwaar van uitstellen wel niet wezen; in
tegendeel, men heeft nu nog een mooien
tijd voor den boeg om zich goed voor te
bereiden en met alles zich ter dege op de
hoogte te stellen.
En'dat is toch ook veel waard.
Van den anderen kant beschouwd kun
nen zij, die nog niet aan emigreeren dach
ten, nog eens ernstig overwegen of zij hier
zullen blijven, of evenals zoovelen hun geluk
in Canada zullen gaan beproeven.
Het Platte land wordt al voller en voller,
dat valt niet te ontkennen. Ieder ziet het
in zyn eigen omgeving; trouwens de statis
tieken wijzen het met cijfers uit.
Vijftig jaar geleden telde Nederland 3|
millioen inwoners, en nu reeds 7 millioen.
En ieder jaar komen er weer duizendenen
duizenden b£j.
Nu neemt de bevolking op het platte land
sterker toe dan in de steden. De gezinnen op
het land winnen het in kindersterkte.
Voor den boerenstand zijn groote gezin
nen een belangrijke steun in den strijd om
het bestaan, omdat de kinderen belangrijke
eigen werkkrachten kunnen zijn. Zijn de
kinderen nog klein, dan heeft het boerenge
zin het lang niet zoo breed, doch met het
ouder worden der kinderen, die dan in va
ders bedrijf gaan werken, neemt de welvaart
ieder jaar toe.
Dat duurt dan tot de groote kinderen over
trouwen gaan spreken en op eigen beenen
willen gaan staan.
Dan raakt vader zijn goedkoope knechts
kwyt, die hij door vreemde en veel duurdere
hulp moet gaan vervangen. „En als het
„heele nestje" is uitgevlogen, zitten vader
en moeder weer voor dezelfde moeilijkhe
den als toen zij begonnen.
Nu zijn wij van de veronderstelling uit
gegaan, dat ieder der groote kinderen zijn
bestemming buiten vaders bedrijf heeft kun
nen vinden, maar helaas, dat is niet meer
het geval.
Velen zoeken vergeefs.
En het aantal der zoekenden wordt met
den dag grooter, zoodat de strijd om het
bestaan steeds vinniger wordt.
Voor de meeste jongelui uit den boeren
stand komt er nog deze bezwarende om
standigheid by, dat zy alleen het landbouw-
FEUILLETON.
VAN
E. WERNER.
(Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE).
61)
Bernhard zag hem verbaasd aan. „Bruno, ik
begrijp je niet! Spreekt gij zóo over den man, die
je dood heeft bevolen?"
„Hij offerde mij op aan zijne overtuiging, zooals
hij zijn broeder, zooals hij diens zoon zou hebben
opgeofferd, indien zij hem vijandelijk hadden tegen
gestaan. Hij stelt zich maar één doel voor oogende
macht en eer zijner kerk, en iedere menschelijke
opwelling moet voor het priesterbelang wijken. Ik
kan zijne handelwijs verklaren, hoezeer ik haar
ook veroordeel. Mij zal hij in het vervolg ongemoeid
laten. Met een onnoodigc misdaad zal die man zijn
geweten niet bezwaren; hij is even hoog verheven
boven lage wraak, als hij altijd boven lagen haat
verheven is geweest."
„Dat was weer de Rhaneck, die daar sprak,"
zeide Gunther op min of meer verwijtenden toon.
„Gij bezit ook iets van die onverbiddelijke hard
heid van dat geslacht, Bruno, dat iedereen en alles
naar zijn eigen wil kneedt en buigt. Ge zijt veel
meer de neef van uw oom, dan ge de zoon uws vaders
waart. Vergeeft gij den prelaat ook, wat hij tegen
je moeder heeft misdreven?"
Een uitdrukking van haat flikkerde weer in de
vak verstaan en buitengewoon moeiiyk in
een ander vak zyn te plaatsen. Bovendien
is er in die andere vakken ook al een te
veel, zelfs van geschoolde arbeiders.
Er zit voor de jonge landbouwers niets
anders op, dan dat zy elders, buiten onze
grenzen, zich op een bedryf trachten te ves
tigen.
Verschillende Hollandsche jonge boeren
zyn reeds werkzaam in Engeland. Ook daar
is gelegenheid zich te vestigen, maar dat
kost geld.
De beste kansen voor hen die over weinig
of geen geld beschikken, biedt Canada, omdat
er zoo enorm veel cultuurgrond ligt, die nog
nooit onder den ploeg is genomen en die op
zeer biliyke voorwaarden in pacht of in koop
is te krijgen.
Vandaag of morgen moei het toch tot
emigreeren van landbouwers en landarbeiders
koynen, want de gevaren der bevolkingsver
meerdering stijgen met den dag, niet alleen
voor de individuen afzonderiyk maar ook
voor de bevolking in haar geheel.
Nederland is wat de voeding der bevol
king betreft, voor een belangrijk deel afhan
kelijk van het buitenland. En die afhanke
lijkheid wordt door de toename der bevol
king iederen dag grooter. De zorg voor de
huisvesting eischt enorme sommen.
Alle staatsuitgaven stijgen.
En nu verkeeren de jonge landbouwers en
landarbeiders in deze gelukkige positie, dat
zij feitelijk in de geheele wereld overal direct
aan den slag kunnen en hun brood kunnen
verdienen.
Het klimaat, de bodem, de gewoonten en
gebruiken mogen verschillen, in hooflijnen
is de landbouw overal dezelfde.
De jonge boer of landarbeider behoeft dus
niet alleen geen vrees te hebben, dat hij
ooit gebrek zal hebben te lijden welke
zekerheid zoovele anderen missen wan
neer hij zich vestigt in nog jonge cultuur
landen met een uiterst dunne bevolking
zooals Canada en Australië, dan wordt hem
daar de gelegenheid geboden zich op te
werken tot een welvarend manbeschik
kend over eigen boerdery met toebehooren.
Natuurlijk vliegen de gebraden eenden,
ook in den vreemde niet rond; er moet
gewerkt, hard en veel gewerkt worden, maai
de kans op welvaart bestaat.
Het zal in ons land wel niet voorkomen,
dat onbemiddelde boerenzoons oflandarbei-
ders zich kunnen opwerken tot eigenaars
van onbezwaarde groote bedryven van 60
tot 100 H.A. Dat is in ons land volmaakt
uitgesloten.
De immigratie-landen bieden die kansen
wel, al zal het niet iedereen gelukkeD, om
dat tenslotte de persoonlijkheid van den
emigrant een beslissende factor is. Ook in
ons eigen land slaagt de een beter dan de
ander.
Wanneer we dus opwekken tot emigratie
in het belang van onze jonge boeren en
landarbeiders, dan voegen we er direct deze
waarschuwing of goeden raad bij: Gaat niet
over één nacht ijs, laat U terdege voorlich
ten en vooral, laat U onderzoeken of gij de
geestelijké eigenschappen bezit die vereischt
worden voor den emigrant. Wij bedoelen
hiermede of gjj geestelijk sterk genoeg zijt
om teleurstelling en ontberingen in den
eersten tijd te dragen Als het bijv. in Canada
direct „botertje tot op den boom" was, dan
zat natuurlijk heel Canada reeds lang vol.
oogen van den jongen man. „Hij? Hij heeft haar
nooit gekend! Voor hem was zij een vreemde, die
zich in zijne familie had ingedrongen; hij had geen
eed te houden, geen gelofte te vervullen; toen hij
haar levensgeluk verwoestte, geschiedde dit met
de ijzeren consequentie, die nu eens de grondtrek
van zijn karakter is; hem beschuldig ik het aller
minst. Op haar echtgenoot, die verplicht was, zijne
vrouw te verdedigen en te beschermen, en die
haar integendeel op zulk een wijs verliet, op hem
alleen valt grootendeels de verantwoording 1"
„Hebt gij een nadere verklaring met je vader
gehad?"
„Met graaf Rhaneck, meent ge?" hernam hij op
terechtwijzenden toon. „Ik geloof, dat hij er niet
tegen zou hebben, ook mij dien titel toe te kennen^
maar ik Heb hem geantwoord, datik de nagedach
tenis van mijne moeder weet te eeren en dat otize
wegen zich in der eeuwigheid niet zullen verceni-
gen."
„Gij gaat te verl Graag Rhaneck heeft toch
„Zwijg, als 't u belieft!" viel Bruno hem driftig
in de rede. „Die naam wekt niet anders dan haat en
verbittering bij mij op, en ik wil niets daarmee
hebben uit te staan, noch met den graaf, noch
met den ander!"
Bernhard zweeg; hij begreep, dat hij dit punt,
voor het oogenblik althans, moest laten rusten.
„Gij zult hier toch vooreerst wel moeten blij
ven," begon hij opnieuw na een korte pauze. „Bij
het proces, dat nu gevoerd zal worden, kan men
natuurlijk je getuigenis niet ontberen."
Bruno glimlachte bitter. „Mijn getuigenis zal
zich bepalen bij mijn optreden van lieden en bij de
verklaring, die ik voor den rechterlijken ambtenaar
heb afgelegd. Het proces zal niet plaats vinden."
Maar zóó is het er niet. Ieder moet zijn
eigen bestaan, zyn eigen toekomst zelf ma
ken en zelf veroveren. En de gelegenheid
er voor is daar, in ons eigen land is voor
de meerderheid der jonge boeren en land
arbeiders die gelegenheid niet; dat is het
verschil.
Onpartijdige, volledig juiste inlichtingen
worden gratis verstrekt door de „Nederland-
sche Vereeniging Landverhuizing" (opgericht
12 Dec. 1913), wier adres is Bezuidenhout-
scheweg 97, den Haag.
Dit bureau geeft alleen inlichtingen, aan
iederen Nederlander, die emigreeren wil, naar
welk land der wereld dan ook. En al die
inlichtingen worden gratis verstrekt.
Blijkt na onderzoek dat de candidaat-
emigrant geschikt is om in den landbouw
in Canada te gaan werken, dan wordt hem
aangeraden zich in verbinding te stellen met
de Emigratie Centrale Holland, Anna-Pau.
lownastraat 6 den Haag
Deze Emigratie Centrale Holland (E.C.H.)
zorgt dan voor eventueele plaatsing op boer
derijen in Canada, waar zy bureaux heeft,
die onder leiding van Hollanders aan de
emigranten hulp, steun en voorlichting
geven. Met deze bureaux bly ven de emigran
ten in voordurend contact, zoodat onze boe
ren en landarbeiders, als zy eenmaal in
Canada aan het werk zijn, niet aan hun
lot worden overgelaten.
En waarop vooral moet gewezen worden:
Laten de a.s. emigranten toch „wat Engelsch
leeren". Men heeft nu nog een jaar dentyd;
laat men dat nu goed gebruiken. Uit brieven
blijkt, dat het niet kennen van het Engelsch
voor velen het grootste struikelblok is.
Nu is het Engelsch wel een wat knoestige
taal, maar waar meer dan 400 millioen
menschen, over de geheele wereld verspreid,
die taal hebben geleerd te spreken en te
lezen, daar kan het voor de Hollandsche
boeren en landarbeiders niet zoo'n groot be
zwaar zijn zich die taal ook eigen te maken.
Eenmaal moet het tot emigreeren komen
niemand kan dat tegenhouden, want de be
vol king wast en blijft wassen.
Dat onze jonge boeren en landarbeiders
zich dan daartoe voorbereiden.
De tijd is er gunstig voor.
Ingezonden Mededeeling.
Kantooruren dagelijks van 9-12 uur v.m.
2-4uurn.m. Maandagen Donderdagn.m.6-7uur
Commissarissen: A. W. NYGH; T. C. NIPIUS;
A. A MIJS en P. J. GROENENDIJK
Thes. Boekh.A. W. KOLFF
VEILIGE EN SOLIDE BELEGGING
STRIKTE GEHEIMHOUDING
RENTEVERGOEDING 3,6
Spaart voor uw Belasting, Hypotheek
rente of andere jaarlijks
terugkeerende betalingen
SPAREN BRENGT WELVAART
NIETSPARENVERGROOTDEARMOEDE
„Waarom niet?" vroeg Gunther verwonderd.
„Ge wilt toch niet zeggen, dat men het nu nog zou
durven wagen, de geheele zaak te smoren nadat
zij reeds in handen van den rechter is gesteld?"
„Neen, zoover reikt de geestelijke macht niet!
zelfs aan Rome's arm zou dit niet gelukken. Maar
gij vergeet, dat de prior zich voorloopig nog in de
kloostergcvangenis bevindt, totdat al de formali
teiten van zijne uitlevering hebben plaats gehad.
Men zal hem nog juist den tijd laten, zijne beken
tenis en bovenal zijne aanklacht tegen den abt
te herroepen, en dan zal men wat nalatig wor
den. Hij zou de eerste monnik zijn, die in een der
gelijk geval deuren en grendels bij zijne vlucht ge
sloten had gevonden; en ieder afgelegen klooster
opent zijn poorten voor den schuldige, als 't er op
aankomt, hem aan het zoo gehate wereldlijke ge
recht te ontrukken.
„Mogelijk 1 Men zou dan moeten beproeven, om
den rechter
„Doe geen moeite 1 Alles is toch vergecfsch,
als dc orde hem redden wil, en deze zal aan het
land voor geen geld ter wereld het schouwspel
gunnen, dat zulk een proces zou aanbieden. Denkt
gc, dat ik het gewaagd zou hebben, een lijkdienst
met mijne aanklacht te ontwijden, als ik het ge
tuigenis van anderen had kunnen ontberen? Hij
zou van te voren ontvlucht zijn; nu geschiedt dit
ten minste na de bekentenis, die uw naam van
alle verdenking zuivert."
„Ik zal den rechter toch de noodigc inlichtingen
geven," hernam Bernhard vastberaden. „Wat er
overigens ook gebeuren tnogc, dc indruk van die
eerste bekentenis en van dat woord tegen den abt
gaat niet verloren. De misdaad zelf zou wellicht
vergeten worden, maar dat zij bevolen was, dat
GEMEENTERAAD MIDDELHARNIS.
Spoedeischend kwamen de leden in den
avond van den lsten April byeen om hun
meening te verkondigen over slechts twee
punten, die, na de voorlezing, goedkeuring
en teekening der notulen van de vorige ver
gadering in drie minuten afgehandeld wa
ren. Het eerste was, dat B. en W. den Raad
voorstellen tot aankoop van het vroegere
woonhuis van wyien den heer de Ruiter,
groot 47 c. A. en het daarnaast gelegen pand
in de Nieuwstraat groot 30 c.A. Het eerste
kostte ƒ2070 met nog ƒ214,45 onkosten en
het tweede ƒ920,met als onkosten ƒ93,10.
Een vraag van den heer Nipius aan den
Voorzitter of het nu het plan is deze pan
den af te breken tot verbreeding der Nieuw
straat beantwoordde de Voorzitter met de
mededeeling, dat in een volgende vergade
ring hierover beslist zal worden. Men hoopt
dan met voorstellen te komen.
Het tweede punt waarover van gedachten
verwisseld kon worden was het voorstel van
B. en W. tot het aangaan van een geldlee-
ning groot 3298,05. Dit om de gekochte
panden te betalen, wyi de gemeentekas niet
zoo styf momenteel is. Een der heeren
meende dat men beter deed om ƒ3300, als
rond getal aan te vragen, doch de Voorzitter
oordeelde dat het voorgestelde voldoende
was.
Niemand der heeren had eenig bezwaar,
zoodat ook dit voorstel werd aangenomen.
Waarna de Voorzitter de openbare byeen-
komst weer sloot, om in een geheime zit
ting verder te vergaderen.
DRANKWETGEVING IN LETLAND.
Bij de onlangs door den Landdag voor
Letland aangenomen drankwetswyziging
werden o.m. de volgende bepalingen inge
voerd
1. Als alcoholhoudende dranken gelden
alle dranken met een alcoholgehalte van
meer dan 1|
2. Elke reclame voor alcoholhoudende
dranken is verboden.
3. Op markten, in ontspanningslocalen,
winkels, op schepen en stations is de ver
koop verboden.
4. Aan officieele maaltijden wordt geen
alcohol meer gedronken.
5. Een fonds wordt gevormd uit 1/3 der
boeten op grond dezer wet worden geheven
en uit een der Staatsinkomsten uit het
Brandewijnmonopolie. Uit dit fonds wordt
steun verleend aan drankbestrljdersvereeni-
gingenbibliotheken,theehuizen e.d.en drank-
weer tentoonstellingen, muziek- en zang
verenigingen gesubsidiëeerd.
6. De brandewijn-productie wordt van
jaar tot jaar verminderd. De aflevering der
Staatsbranderijen geschiedt aan de consu
menten met uitschakeling van belangheb
benden bij den drankverkoop.
INGEZONDEN MEDEDEELING.
Overspannen zenuwen
hebben een kalmeerend en zenuwsterkend middel
noodlg Mijnhardt's Zenuwtabletten beantwoorden
volkomen aan dit doel. Koker 75 ct. Bij apoth.
en drogisten.
Leest de advertentie van
Campfens Stof f eerder! j
(Adv,)
zij bevolen kon worden, dit doet het klooster tot
op zijn grondslagen wankelen. Met de blinde ver
eering, die men daardoor had, is 't voor eeuwig
gedaan."
De aankomst te Dobra brak hier het gesprek
af. Gunther werd reeds reikhalzend verwacht,
want de landrechter had zijne „afschuwelijke
handelwijs van eergisteren," zooals juffrouw Reich
de inhechtenisneming nog altijd bleef noemen,
weer goed trachten te maken, door zich terstond
van het klooster naar de dames te Dobra tc be
geven en haar de toedracht der zaak mede te deelen
Lucie klemde zich nog met hartstochtelijke teeder-
lieid aan haar broeder vast, terwijl Franciska, nadat
de eerste hartelijke begroeting was afgeloopen zich
terstond tot diens jongen reisgenoot wendde.
„Gij zijt zeker die pater Bcncdikt, van wien de
landrechter ons verteld heeft!" dus sprak zij hem
op haar ongedwongen wijs aan. „Dat kan ik wel
denken! Een ander uit die omgeving zou mijnheer
Gunther niet licht hebben meegebracht! Ik heb
anders een bepaalde antipathie tegen iedereen, die
een pij draagt, want neem mij niet kwalijk,
Eerwaarde lieer! daar steekt gewoonlijk weinig
goeds onder; maar gij maakt een uitzondering,
gij zijt zeker een voortreffelijk mensch, al zouden
uw voorkomen en uw klecding ook het tegendeel
doen vermoedenen zoo doet het mij recht veel
genoegen kennis met u te maken."
Bruno hoorde de zonderlinge, half in ernst en
half in scherts uitgesproken begroeting van deze
hem geheel onbekende dame met zichtbare ver
bazing aan. Hij boog zwijgend, zonder te ant
woorden, en naderde daarop het jonge meisje.
„Lucic, Ik heb je beloofd, je broeder vrij terug
te bezorgen hier Is hij 1"
INGEZONDEN MEDEDEELING.
www
ptooC; dc/laf
A.J.P/5 BITTERKOEKJES-PUDDING
BEDE VAN EEN VISSCHERSVROUW.
Met angstige blikken,
En wanhopig snikken,
Staart zy op de zee.
Het aanhoudend hikken,
Doet haar by na stikken,
De storm loeit, o, wee.
O Heer wil beschermen,
Waarom moet ik derven,
My'n grootste geluk.
Waarom moet hy sterven,
Laat de zee niet erven,
Wat heeft het voor nut.
Och, laat toch bedaren,
Die woest-hooge baren,
Want hy is in nood.
Helpt hem in gevaren,
Wil zyn leven sparen,
Dat hy my eens bood.
Laat nu onze morgen,
Van vreugd en van zorgen,
Toch niet ondergaan.
Laat zwy'gen de stormen,
Wil my het waarborgen,
Lang naast hem te staan.
Fbits.
DE SOERAKARTA.
De rijkswaterstaat heeft aan de firma Van
der Tak opgedragen de Soerakarta op ruim
2 door te branden, om daarna het achterschip
te kunnen bergen. Het voorschip zal dan met
dynamiet worden opgeruimd.
Weer twee mijnwerkers gedood.
HEERLEN, 30 Maart. Wederom hebben
in de staatsmijnen een tweetal ongelukken
plaats gehad. In de mijn „Maurits" raakte
de 37-jarige machinist R., wonende te Elslo,
bij het ophalen van ledige wagens bekneld
tusschen locomotief en wagen.
Hij werd naar het hospitaal te Sittard over
gebracht en overleed daar kort na aankomst.
Een tweede ongeval deed zich hedenmorgen
voor in de Staatsmijn „Wilhelmina" te Ter-
winselen, waar de houwer P. J. W. uit Bocholz,
door vallend gesteente werd getroffen en
gedood. De man was gehuwd en vader van
één kind.
EEN ONTPLOFFING TE MUIDEN.
Een arbeider gedood.
AMSTERDAM, 30 Maart. Hedenmiddag
tusschen drie en vier uur werden de bewoners
van Muiden opgeschrikt door een hevige ont
ploffing.
Het bleek al spoedig, dat op het terrein van
de kruitfabriek „De Krijgsman", toebehoo-
rende aan de springstoffenfabrieken, een hoe
veelheid zwart buskruit tot explosie was
gekomen. De oorzaak van de ontploffing is
nog onbekend.
In het gebouwtje bevond zich slechts één
werkman, Jan Koster, die ernstige brand
wonden en eenige fracturen opliep. Hoewel
spoedig hulp verleend werd, is de zwaar
gewonde zeer kort na het gebeurde overleden.»
Franciska, min of meer ontstemd naar het scheen
dat hij hare welwillende ontvangst zoo koel had
opgenomen, keerde zich eensklaps ten hoogste
verbaasd om. Dat „Luice" waarmede hij haar
kweekeling durfde aanspreken en de hoogroode
blos van het meisje brachten haar ten eenenmale
van haar stuk. Bernhard boog zich over zijne
zuster heen en zag haar vorschend aan.
„Ik wist niet, Lucie, dat ik alleen aan uwe be
moeiing mijne redding te danken heb gehad. Gij
zocht Bruno op en hebt hem tot handelen aange
spoord, zonder dat ik zelfs vermoedde, dat gij
elkander van nabij kendetl"
Het jonge meisje gaf geen antwoord en zag voor
zich; in hare plaats nam Bruno het woord.
„Mag ik n verzoeken, mijnheer Gunther. mij
een afzonderlijk onderhoud met uwe zuster toe
tc staan? Gij behoeft den uitslag hiervan niet te
vreezen. Lucie heeft altijd zoo'n angst voor mij
gehad, dat haar een pak van het hart zal gewenteld
worden bij het bericht, dat ik mij voor goed uit den
omtrek en waarschijnlijk zelfs uit het land ver
wijder."
Hij uitte de laatste woorden weer op zijn ouden,
bitteren toon, maar Luci.' was opgesprongen, zoo-
dra zij den zin daarvan begreep; haar gelaat gaf
zulk een doodelijke schrik en onrust te kennen,
dat Bernhard ook omtrent haar niet langer in
twijfel verkeerde, toen hij hare handen met een
toestemmende beweging losliet.
„Wat be teekent dit alles toch?" vroeg Fran
ciska, ten toppunt van verbazing, zoodra Bruno
het jonge meisje naar dc zijkamer gevolgd was.
(Wordt vervolgd).