PAKJES KOFFIE f BURG IZOEN E'S JES KOFFIE rMIDDEL Aanbesteding. EERSTE BLAD NUTSSPAARBANK eren- en Kinderkleeding vanaf 18.- alon 10.- IJZEN VAN 5 ets. per half ponds-pak 8 3 0 5 0 E GEBRUIKT ALS Het bouwen van een LAND- BOUWSCHUUR in den „Van Paliandtspolder" te Middeltiarnis. ZATERDAG 4 APRIL 1925 AAN HET ALTAAR. MIDDELHARNIS—SOMMELSDIJK KANTOORVOORSTRAAT 5, MIDDELHARNIS Jr. -Du mrdoor de geëtaleerde artikelen beter •en-, Jongeheeren- en Kinderkleeding. 99 99 99 99 99 zoo geroemd? c eiwitten bevatten, heeft. ndvoer of Ochtend den leg zijn en In de Melkelwlt, groeien oer gevoederd, niet 5-5 *tikelen-handel etiwe Totige. De ARCHITECT M, KOERT te Lelden, zal namens het Bestuur van den .VAN PALLANDTSPOL- DER" te MIDDELHARNIS, op Vrijdag 10 April 1925 In HötelMEIJERteMiddelharnls Aanbesteden In vakken en in massa Bestek met twee teekenlngen zijn ad 4,—, I. p. p. ƒ4,10 per stel, zoolang de voorraad strekt, na ontvangst van het bedrag te ver krijgen bij den ondergeteekende, Pieterskerkgracht 16ieLEIDEN. Aanwijzing volgens bestek. 2—2 M. KOERT. Prijs per kwartaal. f l Losse nummersf 0,075 Advertentiën v. 1—6 regels f 1,20 Elke regel meer. f 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dieustuanvrugeu f 1,per plaatsing tot oen maximum van 10 regels elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woensdag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Middelharnis. 7e JAARGANG. - N°. 43 NAAR CANADA, liet zal toch tot emigratie moeten koineu. Alleen landbouwers hebben goede kans. In Maart staken reeds verscheidene Hol landers den Oceaan over en in April en Mei volgen de anderen. Dan dient de emigratie naar Canada voorloopig vry wel stopgezet te worden dit jaar, niet omdat er dan geen behoefte meer zal bestaan aan landbouwers en landarbeiders, maar omdat dan deland- bouwwerkzaamheden reeds druk aan den gang zijn en het voor de nieuwelingen ge- wenscht is het geheele bedrijf van het be gin af mede te maken en vele farmers dan reeds van werkkrachten voorzien zyn. Zoodra de ploeg de eerste voor maakt, dient de emigrant daar by te aijn. Wie dus emigreeren wil, dient zich te haasten, of zijn plannen uit te stellen tot het voorjaar van 1926. Heel groot zal dit bezwaar van uitstellen wel niet wezen; in tegendeel, men heeft nu nog een mooien tijd voor den boeg om zich goed voor te bereiden en met alles zich ter dege op de hoogte te stellen. En'dat is toch ook veel waard. Van den anderen kant beschouwd kun nen zij, die nog niet aan emigreeren dach ten, nog eens ernstig overwegen of zij hier zullen blijven, of evenals zoovelen hun geluk in Canada zullen gaan beproeven. Het Platte land wordt al voller en voller, dat valt niet te ontkennen. Ieder ziet het in zyn eigen omgeving; trouwens de statis tieken wijzen het met cijfers uit. Vijftig jaar geleden telde Nederland 3| millioen inwoners, en nu reeds 7 millioen. En ieder jaar komen er weer duizendenen duizenden b£j. Nu neemt de bevolking op het platte land sterker toe dan in de steden. De gezinnen op het land winnen het in kindersterkte. Voor den boerenstand zijn groote gezin nen een belangrijke steun in den strijd om het bestaan, omdat de kinderen belangrijke eigen werkkrachten kunnen zijn. Zijn de kinderen nog klein, dan heeft het boerenge zin het lang niet zoo breed, doch met het ouder worden der kinderen, die dan in va ders bedrijf gaan werken, neemt de welvaart ieder jaar toe. Dat duurt dan tot de groote kinderen over trouwen gaan spreken en op eigen beenen willen gaan staan. Dan raakt vader zijn goedkoope knechts kwyt, die hij door vreemde en veel duurdere hulp moet gaan vervangen. „En als het „heele nestje" is uitgevlogen, zitten vader en moeder weer voor dezelfde moeilijkhe den als toen zij begonnen. Nu zijn wij van de veronderstelling uit gegaan, dat ieder der groote kinderen zijn bestemming buiten vaders bedrijf heeft kun nen vinden, maar helaas, dat is niet meer het geval. Velen zoeken vergeefs. En het aantal der zoekenden wordt met den dag grooter, zoodat de strijd om het bestaan steeds vinniger wordt. Voor de meeste jongelui uit den boeren stand komt er nog deze bezwarende om standigheid by, dat zy alleen het landbouw- FEUILLETON. VAN E. WERNER. (Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE). 61) Bernhard zag hem verbaasd aan. „Bruno, ik begrijp je niet! Spreekt gij zóo over den man, die je dood heeft bevolen?" „Hij offerde mij op aan zijne overtuiging, zooals hij zijn broeder, zooals hij diens zoon zou hebben opgeofferd, indien zij hem vijandelijk hadden tegen gestaan. Hij stelt zich maar één doel voor oogende macht en eer zijner kerk, en iedere menschelijke opwelling moet voor het priesterbelang wijken. Ik kan zijne handelwijs verklaren, hoezeer ik haar ook veroordeel. Mij zal hij in het vervolg ongemoeid laten. Met een onnoodigc misdaad zal die man zijn geweten niet bezwaren; hij is even hoog verheven boven lage wraak, als hij altijd boven lagen haat verheven is geweest." „Dat was weer de Rhaneck, die daar sprak," zeide Gunther op min of meer verwijtenden toon. „Gij bezit ook iets van die onverbiddelijke hard heid van dat geslacht, Bruno, dat iedereen en alles naar zijn eigen wil kneedt en buigt. Ge zijt veel meer de neef van uw oom, dan ge de zoon uws vaders waart. Vergeeft gij den prelaat ook, wat hij tegen je moeder heeft misdreven?" Een uitdrukking van haat flikkerde weer in de vak verstaan en buitengewoon moeiiyk in een ander vak zyn te plaatsen. Bovendien is er in die andere vakken ook al een te veel, zelfs van geschoolde arbeiders. Er zit voor de jonge landbouwers niets anders op, dan dat zy elders, buiten onze grenzen, zich op een bedryf trachten te ves tigen. Verschillende Hollandsche jonge boeren zyn reeds werkzaam in Engeland. Ook daar is gelegenheid zich te vestigen, maar dat kost geld. De beste kansen voor hen die over weinig of geen geld beschikken, biedt Canada, omdat er zoo enorm veel cultuurgrond ligt, die nog nooit onder den ploeg is genomen en die op zeer biliyke voorwaarden in pacht of in koop is te krijgen. Vandaag of morgen moei het toch tot emigreeren van landbouwers en landarbeiders koynen, want de gevaren der bevolkingsver meerdering stijgen met den dag, niet alleen voor de individuen afzonderiyk maar ook voor de bevolking in haar geheel. Nederland is wat de voeding der bevol king betreft, voor een belangrijk deel afhan kelijk van het buitenland. En die afhanke lijkheid wordt door de toename der bevol king iederen dag grooter. De zorg voor de huisvesting eischt enorme sommen. Alle staatsuitgaven stijgen. En nu verkeeren de jonge landbouwers en landarbeiders in deze gelukkige positie, dat zij feitelijk in de geheele wereld overal direct aan den slag kunnen en hun brood kunnen verdienen. Het klimaat, de bodem, de gewoonten en gebruiken mogen verschillen, in hooflijnen is de landbouw overal dezelfde. De jonge boer of landarbeider behoeft dus niet alleen geen vrees te hebben, dat hij ooit gebrek zal hebben te lijden welke zekerheid zoovele anderen missen wan neer hij zich vestigt in nog jonge cultuur landen met een uiterst dunne bevolking zooals Canada en Australië, dan wordt hem daar de gelegenheid geboden zich op te werken tot een welvarend manbeschik kend over eigen boerdery met toebehooren. Natuurlijk vliegen de gebraden eenden, ook in den vreemde niet rond; er moet gewerkt, hard en veel gewerkt worden, maai de kans op welvaart bestaat. Het zal in ons land wel niet voorkomen, dat onbemiddelde boerenzoons oflandarbei- ders zich kunnen opwerken tot eigenaars van onbezwaarde groote bedryven van 60 tot 100 H.A. Dat is in ons land volmaakt uitgesloten. De immigratie-landen bieden die kansen wel, al zal het niet iedereen gelukkeD, om dat tenslotte de persoonlijkheid van den emigrant een beslissende factor is. Ook in ons eigen land slaagt de een beter dan de ander. Wanneer we dus opwekken tot emigratie in het belang van onze jonge boeren en landarbeiders, dan voegen we er direct deze waarschuwing of goeden raad bij: Gaat niet over één nacht ijs, laat U terdege voorlich ten en vooral, laat U onderzoeken of gij de geestelijké eigenschappen bezit die vereischt worden voor den emigrant. Wij bedoelen hiermede of gjj geestelijk sterk genoeg zijt om teleurstelling en ontberingen in den eersten tijd te dragen Als het bijv. in Canada direct „botertje tot op den boom" was, dan zat natuurlijk heel Canada reeds lang vol. oogen van den jongen man. „Hij? Hij heeft haar nooit gekend! Voor hem was zij een vreemde, die zich in zijne familie had ingedrongen; hij had geen eed te houden, geen gelofte te vervullen; toen hij haar levensgeluk verwoestte, geschiedde dit met de ijzeren consequentie, die nu eens de grondtrek van zijn karakter is; hem beschuldig ik het aller minst. Op haar echtgenoot, die verplicht was, zijne vrouw te verdedigen en te beschermen, en die haar integendeel op zulk een wijs verliet, op hem alleen valt grootendeels de verantwoording 1" „Hebt gij een nadere verklaring met je vader gehad?" „Met graaf Rhaneck, meent ge?" hernam hij op terechtwijzenden toon. „Ik geloof, dat hij er niet tegen zou hebben, ook mij dien titel toe te kennen^ maar ik Heb hem geantwoord, datik de nagedach tenis van mijne moeder weet te eeren en dat otize wegen zich in der eeuwigheid niet zullen verceni- gen." „Gij gaat te verl Graag Rhaneck heeft toch „Zwijg, als 't u belieft!" viel Bruno hem driftig in de rede. „Die naam wekt niet anders dan haat en verbittering bij mij op, en ik wil niets daarmee hebben uit te staan, noch met den graaf, noch met den ander!" Bernhard zweeg; hij begreep, dat hij dit punt, voor het oogenblik althans, moest laten rusten. „Gij zult hier toch vooreerst wel moeten blij ven," begon hij opnieuw na een korte pauze. „Bij het proces, dat nu gevoerd zal worden, kan men natuurlijk je getuigenis niet ontberen." Bruno glimlachte bitter. „Mijn getuigenis zal zich bepalen bij mijn optreden van lieden en bij de verklaring, die ik voor den rechterlijken ambtenaar heb afgelegd. Het proces zal niet plaats vinden." Maar zóó is het er niet. Ieder moet zijn eigen bestaan, zyn eigen toekomst zelf ma ken en zelf veroveren. En de gelegenheid er voor is daar, in ons eigen land is voor de meerderheid der jonge boeren en land arbeiders die gelegenheid niet; dat is het verschil. Onpartijdige, volledig juiste inlichtingen worden gratis verstrekt door de „Nederland- sche Vereeniging Landverhuizing" (opgericht 12 Dec. 1913), wier adres is Bezuidenhout- scheweg 97, den Haag. Dit bureau geeft alleen inlichtingen, aan iederen Nederlander, die emigreeren wil, naar welk land der wereld dan ook. En al die inlichtingen worden gratis verstrekt. Blijkt na onderzoek dat de candidaat- emigrant geschikt is om in den landbouw in Canada te gaan werken, dan wordt hem aangeraden zich in verbinding te stellen met de Emigratie Centrale Holland, Anna-Pau. lownastraat 6 den Haag Deze Emigratie Centrale Holland (E.C.H.) zorgt dan voor eventueele plaatsing op boer derijen in Canada, waar zy bureaux heeft, die onder leiding van Hollanders aan de emigranten hulp, steun en voorlichting geven. Met deze bureaux bly ven de emigran ten in voordurend contact, zoodat onze boe ren en landarbeiders, als zy eenmaal in Canada aan het werk zijn, niet aan hun lot worden overgelaten. En waarop vooral moet gewezen worden: Laten de a.s. emigranten toch „wat Engelsch leeren". Men heeft nu nog een jaar dentyd; laat men dat nu goed gebruiken. Uit brieven blijkt, dat het niet kennen van het Engelsch voor velen het grootste struikelblok is. Nu is het Engelsch wel een wat knoestige taal, maar waar meer dan 400 millioen menschen, over de geheele wereld verspreid, die taal hebben geleerd te spreken en te lezen, daar kan het voor de Hollandsche boeren en landarbeiders niet zoo'n groot be zwaar zijn zich die taal ook eigen te maken. Eenmaal moet het tot emigreeren komen niemand kan dat tegenhouden, want de be vol king wast en blijft wassen. Dat onze jonge boeren en landarbeiders zich dan daartoe voorbereiden. De tijd is er gunstig voor. Ingezonden Mededeeling. Kantooruren dagelijks van 9-12 uur v.m. 2-4uurn.m. Maandagen Donderdagn.m.6-7uur Commissarissen: A. W. NYGH; T. C. NIPIUS; A. A MIJS en P. J. GROENENDIJK Thes. Boekh.A. W. KOLFF VEILIGE EN SOLIDE BELEGGING STRIKTE GEHEIMHOUDING RENTEVERGOEDING 3,6 Spaart voor uw Belasting, Hypotheek rente of andere jaarlijks terugkeerende betalingen SPAREN BRENGT WELVAART NIETSPARENVERGROOTDEARMOEDE „Waarom niet?" vroeg Gunther verwonderd. „Ge wilt toch niet zeggen, dat men het nu nog zou durven wagen, de geheele zaak te smoren nadat zij reeds in handen van den rechter is gesteld?" „Neen, zoover reikt de geestelijke macht niet! zelfs aan Rome's arm zou dit niet gelukken. Maar gij vergeet, dat de prior zich voorloopig nog in de kloostergcvangenis bevindt, totdat al de formali teiten van zijne uitlevering hebben plaats gehad. Men zal hem nog juist den tijd laten, zijne beken tenis en bovenal zijne aanklacht tegen den abt te herroepen, en dan zal men wat nalatig wor den. Hij zou de eerste monnik zijn, die in een der gelijk geval deuren en grendels bij zijne vlucht ge sloten had gevonden; en ieder afgelegen klooster opent zijn poorten voor den schuldige, als 't er op aankomt, hem aan het zoo gehate wereldlijke ge recht te ontrukken. „Mogelijk 1 Men zou dan moeten beproeven, om den rechter „Doe geen moeite 1 Alles is toch vergecfsch, als dc orde hem redden wil, en deze zal aan het land voor geen geld ter wereld het schouwspel gunnen, dat zulk een proces zou aanbieden. Denkt gc, dat ik het gewaagd zou hebben, een lijkdienst met mijne aanklacht te ontwijden, als ik het ge tuigenis van anderen had kunnen ontberen? Hij zou van te voren ontvlucht zijn; nu geschiedt dit ten minste na de bekentenis, die uw naam van alle verdenking zuivert." „Ik zal den rechter toch de noodigc inlichtingen geven," hernam Bernhard vastberaden. „Wat er overigens ook gebeuren tnogc, dc indruk van die eerste bekentenis en van dat woord tegen den abt gaat niet verloren. De misdaad zelf zou wellicht vergeten worden, maar dat zij bevolen was, dat GEMEENTERAAD MIDDELHARNIS. Spoedeischend kwamen de leden in den avond van den lsten April byeen om hun meening te verkondigen over slechts twee punten, die, na de voorlezing, goedkeuring en teekening der notulen van de vorige ver gadering in drie minuten afgehandeld wa ren. Het eerste was, dat B. en W. den Raad voorstellen tot aankoop van het vroegere woonhuis van wyien den heer de Ruiter, groot 47 c. A. en het daarnaast gelegen pand in de Nieuwstraat groot 30 c.A. Het eerste kostte ƒ2070 met nog ƒ214,45 onkosten en het tweede ƒ920,met als onkosten ƒ93,10. Een vraag van den heer Nipius aan den Voorzitter of het nu het plan is deze pan den af te breken tot verbreeding der Nieuw straat beantwoordde de Voorzitter met de mededeeling, dat in een volgende vergade ring hierover beslist zal worden. Men hoopt dan met voorstellen te komen. Het tweede punt waarover van gedachten verwisseld kon worden was het voorstel van B. en W. tot het aangaan van een geldlee- ning groot 3298,05. Dit om de gekochte panden te betalen, wyi de gemeentekas niet zoo styf momenteel is. Een der heeren meende dat men beter deed om ƒ3300, als rond getal aan te vragen, doch de Voorzitter oordeelde dat het voorgestelde voldoende was. Niemand der heeren had eenig bezwaar, zoodat ook dit voorstel werd aangenomen. Waarna de Voorzitter de openbare byeen- komst weer sloot, om in een geheime zit ting verder te vergaderen. DRANKWETGEVING IN LETLAND. Bij de onlangs door den Landdag voor Letland aangenomen drankwetswyziging werden o.m. de volgende bepalingen inge voerd 1. Als alcoholhoudende dranken gelden alle dranken met een alcoholgehalte van meer dan 1| 2. Elke reclame voor alcoholhoudende dranken is verboden. 3. Op markten, in ontspanningslocalen, winkels, op schepen en stations is de ver koop verboden. 4. Aan officieele maaltijden wordt geen alcohol meer gedronken. 5. Een fonds wordt gevormd uit 1/3 der boeten op grond dezer wet worden geheven en uit een der Staatsinkomsten uit het Brandewijnmonopolie. Uit dit fonds wordt steun verleend aan drankbestrljdersvereeni- gingenbibliotheken,theehuizen e.d.en drank- weer tentoonstellingen, muziek- en zang verenigingen gesubsidiëeerd. 6. De brandewijn-productie wordt van jaar tot jaar verminderd. De aflevering der Staatsbranderijen geschiedt aan de consu menten met uitschakeling van belangheb benden bij den drankverkoop. INGEZONDEN MEDEDEELING. Overspannen zenuwen hebben een kalmeerend en zenuwsterkend middel noodlg Mijnhardt's Zenuwtabletten beantwoorden volkomen aan dit doel. Koker 75 ct. Bij apoth. en drogisten. Leest de advertentie van Campfens Stof f eerder! j (Adv,) zij bevolen kon worden, dit doet het klooster tot op zijn grondslagen wankelen. Met de blinde ver eering, die men daardoor had, is 't voor eeuwig gedaan." De aankomst te Dobra brak hier het gesprek af. Gunther werd reeds reikhalzend verwacht, want de landrechter had zijne „afschuwelijke handelwijs van eergisteren," zooals juffrouw Reich de inhechtenisneming nog altijd bleef noemen, weer goed trachten te maken, door zich terstond van het klooster naar de dames te Dobra tc be geven en haar de toedracht der zaak mede te deelen Lucie klemde zich nog met hartstochtelijke teeder- lieid aan haar broeder vast, terwijl Franciska, nadat de eerste hartelijke begroeting was afgeloopen zich terstond tot diens jongen reisgenoot wendde. „Gij zijt zeker die pater Bcncdikt, van wien de landrechter ons verteld heeft!" dus sprak zij hem op haar ongedwongen wijs aan. „Dat kan ik wel denken! Een ander uit die omgeving zou mijnheer Gunther niet licht hebben meegebracht! Ik heb anders een bepaalde antipathie tegen iedereen, die een pij draagt, want neem mij niet kwalijk, Eerwaarde lieer! daar steekt gewoonlijk weinig goeds onder; maar gij maakt een uitzondering, gij zijt zeker een voortreffelijk mensch, al zouden uw voorkomen en uw klecding ook het tegendeel doen vermoedenen zoo doet het mij recht veel genoegen kennis met u te maken." Bruno hoorde de zonderlinge, half in ernst en half in scherts uitgesproken begroeting van deze hem geheel onbekende dame met zichtbare ver bazing aan. Hij boog zwijgend, zonder te ant woorden, en naderde daarop het jonge meisje. „Lucic, Ik heb je beloofd, je broeder vrij terug te bezorgen hier Is hij 1" INGEZONDEN MEDEDEELING. www ptooC; dc/laf A.J.P/5 BITTERKOEKJES-PUDDING BEDE VAN EEN VISSCHERSVROUW. Met angstige blikken, En wanhopig snikken, Staart zy op de zee. Het aanhoudend hikken, Doet haar by na stikken, De storm loeit, o, wee. O Heer wil beschermen, Waarom moet ik derven, My'n grootste geluk. Waarom moet hy sterven, Laat de zee niet erven, Wat heeft het voor nut. Och, laat toch bedaren, Die woest-hooge baren, Want hy is in nood. Helpt hem in gevaren, Wil zyn leven sparen, Dat hy my eens bood. Laat nu onze morgen, Van vreugd en van zorgen, Toch niet ondergaan. Laat zwy'gen de stormen, Wil my het waarborgen, Lang naast hem te staan. Fbits. DE SOERAKARTA. De rijkswaterstaat heeft aan de firma Van der Tak opgedragen de Soerakarta op ruim 2 door te branden, om daarna het achterschip te kunnen bergen. Het voorschip zal dan met dynamiet worden opgeruimd. Weer twee mijnwerkers gedood. HEERLEN, 30 Maart. Wederom hebben in de staatsmijnen een tweetal ongelukken plaats gehad. In de mijn „Maurits" raakte de 37-jarige machinist R., wonende te Elslo, bij het ophalen van ledige wagens bekneld tusschen locomotief en wagen. Hij werd naar het hospitaal te Sittard over gebracht en overleed daar kort na aankomst. Een tweede ongeval deed zich hedenmorgen voor in de Staatsmijn „Wilhelmina" te Ter- winselen, waar de houwer P. J. W. uit Bocholz, door vallend gesteente werd getroffen en gedood. De man was gehuwd en vader van één kind. EEN ONTPLOFFING TE MUIDEN. Een arbeider gedood. AMSTERDAM, 30 Maart. Hedenmiddag tusschen drie en vier uur werden de bewoners van Muiden opgeschrikt door een hevige ont ploffing. Het bleek al spoedig, dat op het terrein van de kruitfabriek „De Krijgsman", toebehoo- rende aan de springstoffenfabrieken, een hoe veelheid zwart buskruit tot explosie was gekomen. De oorzaak van de ontploffing is nog onbekend. In het gebouwtje bevond zich slechts één werkman, Jan Koster, die ernstige brand wonden en eenige fracturen opliep. Hoewel spoedig hulp verleend werd, is de zwaar gewonde zeer kort na het gebeurde overleden.» Franciska, min of meer ontstemd naar het scheen dat hij hare welwillende ontvangst zoo koel had opgenomen, keerde zich eensklaps ten hoogste verbaasd om. Dat „Luice" waarmede hij haar kweekeling durfde aanspreken en de hoogroode blos van het meisje brachten haar ten eenenmale van haar stuk. Bernhard boog zich over zijne zuster heen en zag haar vorschend aan. „Ik wist niet, Lucie, dat ik alleen aan uwe be moeiing mijne redding te danken heb gehad. Gij zocht Bruno op en hebt hem tot handelen aange spoord, zonder dat ik zelfs vermoedde, dat gij elkander van nabij kendetl" Het jonge meisje gaf geen antwoord en zag voor zich; in hare plaats nam Bruno het woord. „Mag ik n verzoeken, mijnheer Gunther. mij een afzonderlijk onderhoud met uwe zuster toe tc staan? Gij behoeft den uitslag hiervan niet te vreezen. Lucie heeft altijd zoo'n angst voor mij gehad, dat haar een pak van het hart zal gewenteld worden bij het bericht, dat ik mij voor goed uit den omtrek en waarschijnlijk zelfs uit het land ver wijder." Hij uitte de laatste woorden weer op zijn ouden, bitteren toon, maar Luci.' was opgesprongen, zoo- dra zij den zin daarvan begreep; haar gelaat gaf zulk een doodelijke schrik en onrust te kennen, dat Bernhard ook omtrent haar niet langer in twijfel verkeerde, toen hij hare handen met een toestemmende beweging losliet. „Wat be teekent dit alles toch?" vroeg Fran ciska, ten toppunt van verbazing, zoodra Bruno het jonge meisje naar dc zijkamer gevolgd was. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1925 | | pagina 1