1LAND
EERSTE BLAD
Tandarts KROS
Donderdag,
MARKEN
ÏUSSE
OEKHANDEL
iddelharn1s
Te koop
Saks No. 16.
tberïchten,
au uit het
dbouw-comité
WIJ VLIEGEN
jmsaüÊ
f beroemd wrijfmiddel j
bij rheumatiek,»pit,
ZATERDAG
24 November 1923
VIN ETA.
19 2 3.
|>r diens adjudant, von
van den kroonprins
fug voor
weer „in der Heimat"
kinderen op rnjju be-
weer te midden mijner
pn en met hen te dragen
Duitschland ia ge-
Ik, weer te midden m\j-
vrede en müu kame-
M\jn doel is, om my
persoonlijken plicht te
bestek van mijn arbeid
ide te werken aan den
schijnlijk door deze kabeljauw voor een klei
neren soortgenoot gehouden, en derhalve in
geslikt.
Huwelijksmakelaar-oplichter gearresteerd.
ROTTERDAM, 16 Nov. De Centrale Re
cherche heeft in bewaring gesteld S. F., direc
teur van het bureau „Fortuna", gevestigd aan
de Wijnstraat, verdacht van verduistering van
500 ten nadeele van een koopman uit Slie-
drecht, dien hij bewogen had deelnemer te
worden in zijn zaak. Het gedeelte, dat deze
inbracht, zou zijn eigendom blijven.
Eenige dagen later was het echter verdwe-
vv. - ,ien- F- hield zich hoofdzakelijk bezig met het
n vaderland, aan welkeverhuren van woningen, waarvan hij een lijst
et twijfel." aanlegde. Tegen betaling van 10 mocht men
I die lijst raadplegen. Gewoonlijk hoorde men
ner deelde daarna nogj er niets meer van, en was men zijn geld kwijt,
n mede, in verband met j F. was ook huwelijksmakelaar, particulier
detective en rechtskundig adviseur.
De verdwenen secretaris van Didam.
ZEVEN AAR, 16 Nov. Sedert eenige da
gen loopen hier hardnekkige geruchten, dat de
verdwenen gemeente-secretaris van Didam, H.
van U. zich in Beieren zou bevinden. Gezegd
vordt, dat hij te München werkzaam is. Be
kenden moeten hem dezer dagen nabij de
grens ontmoet hebben. Zekerheid omtrent een
en ander ontbreekt nog.
oonprins van de Hol
IDels
ier dagen afgelegd
aren gesteld twee groote
rin de „Kriminal-Ober-
n, van de Berlijnschel
plaats genomen.
had onderweg in de na- j
sr een panne. Door een
Istuurinrichting reed de
en werd Klein eruit
|hli eenige fracturen en
den ruggegraat opliep
fed niet verder, voordat
Ï'ging en het transport
heer Klein had verzorgd
werd in de buurt van
jacht bij den heer Von
Iht van Zondag op Maan-
ponprins door by majoor
abyheid van Hannover,
fertoefde de ex-kroonprins
1 ongeveer 14 K M. van
Iden vorst Solms Baruth
bsitiefs in dien zin werd
Itoch gelegenheid gevon-
le geruchten over samen-
van den ex kroonprins
Ludendorff te bespreken
lorlogssouvenir.
lewsland", die te Grimsby
pn deze haven binnen-
,er opvarenden een halve
Iden dag, welke hij in de
luw had gevonden, welke
ust gevangen was.
915, en zal naar alle waar-
e zonderlinge plaats zijn
:fing van een schip temeer
s verwrongen is. Al zin-
pkende geldstukje waar-
Een waakhond heeft het beter.
Men schrijft ons:
Het leggen van nieuwe kabels in verschil-
.ende deelen des lands is door den Rijkstele
foondienst aan een aannemer te Rotterdam op
gedragen, welke niet zeer op de belangen van
personeel schijnt te lette. Bij de vestinggracht
te Naarden, waar een nieuwe kabel naar Bus-
sum gelegd wordt, moet een bewaker, die tegen
het stelen van gereedschappen de wacht moet
houden, gedurende een week eiken nacht zon
der eenige beschutting op zijn post staan. Een
simpel schildwachthuisje is hem geweigerd.
Een gevaarlijk jongmensch
Toen gistermiddag eenige schooljongens aan
den Voorheuvel te Zeist twist kregen, stak een
13-jarige jongen een 9-jarigen makker onver
hoeds zijn knipmes in den rug. Hevig bloedende
werd de getroffen knaap opgenomen. De jeug
dige dader zei aan de politie, dat hij in drift
had gestoken. Het mes werd in beslag genomen.
Valsche aangifte.
De politie te Doetichem heeft proces-ver
baal opgemaakt tegen een vrouw aldaar, ter
zake van valsche aangifte. Om zich zelf schoon
te wasschen had ze aangifte gedaan, dat men
haar had aangerand. De persoon in quaestie is
toen gearresteerd en 24 uur in arrest gehou
den. Na scherp verhoor viel de vrouw ten slotte
door de mand.
|dt voortaan nlel Zaterdags
day maar iederen
iolel Meueh te PAiddelharms.
llNGENAAID f 2.90
7EGE VEEL GE-
ZAL WORDEN
"BOEK!
in der schenk
wegens aanschaffing van wentelploeg,
Een zoo goed nis nieuwe
Voor zachten prijs, bij H. J. VAN
NIEUWENHUIJZEN, Achthuizen.
blad van het
beginsel werkende
500 plaatselijke
aangesloten,
i K.G. Meststoffen
Voederartikelen
wT te* MM ft
«BA Tl» «TM»
■miHmmMM mm hm
na tat IMi
«LURTKÖ9 ZMIUBBUO
AKKER'S
r KLOOSTERB ALSEPfl
apierverrekkingen^
en stramheid.
Prijs por Kwartaalf I.
Losse nummers f 0.07'
Advertentiën v. I6 regels f 1,20
Elke rayel meer. f 0.20
8i| contract aanzienlijk korting.
l>ieiistn»nbi(uliiigeii en Dienstuanvragen
f I,per plaatsing tot een maximum
van 10 regels; elke regel meer 15 cent.
Dit blad verschijnt iederen Woens
dag- en Zaterdagmorgen. Het wordt
uitgegeven deer de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Middelharnis.
6E JAARGANG. - N°. 7.
SPANNING.
Wij leven om der wille van de spanning.
En van de daarop volgende ont-spanning.
Wij kunnen niets anders. Wij zijn nu een
maal zoo aangelegd: de wisseling van deze.
twee elkaar tegengestelde zielestaten geeft
ons het gevoel van te leven. Hoe grooter de
spanning en ontspanning, des te dieper, in
tenser, verrukkender ons levensgevoel.
Want wij vreezen de regelmatigheid, den
tredmolen van het dagelijksche bestaan,
de eindelooze reeks der dagen, werkzaam
heden, pleiziertjes en zorgen, die wij over
zien kunnen, voorspellen kunnen, en geen
charme meer hebben als de nieuwjaars
kaartjes of de Slag-bij-Waterloo-dag. Wij
vreezen dat omdat het ons verveelt,
grenzenloos verveelt.
De spanning nu verdrijft de verveling,
doet ons hart kloppen, bevleugelt de ver
beeldingskracht. De onzekere uitslag
maakt een wedstrijd pas spannend; hei
gevaar alleen geeft bekoring aan zelfs
het onschuldigst schooljongens-avontuur.
Wij leven werkelijk om de spanning
alléén.
In je ouderlijk tehuis rondloopen door de
bekende gangen en kamers is razend on
interessant, maar ze terugzien na een
lange, gevaarlijke reis, of een dreigende
ziekte dat is ontspanning na spanning.
En: met bekende menschen alledaagsch
praatjes houden aan je Café-stammtisch?
Hoe vervelendMaar daar zitten, terwijl je
hart popelt van verlangen naar „haar":
en onder de nietsvermoedende oogen van
een saaie omgeving een roekelooze lief-
desintrigue uitspinnen, dat is wel
spannend.
Als een van de duizenden naamloozen
door de ^straten van 's Rijks hoofdstad te
slenteren is soms criant vervelend: maar er
te loopen met een bom in je zak, te spelen
met de gedachte aan de consternatie, langs
de politie heen. te loopen met een onnoo-
zel gezicht, ofschoon je een gevaarlijk in
dividu bent.dat is spannend.
Om der wille van die - en van andere!
spanning leven wij. Toch weten de
meeste menschen niet wat de diepere zin
is van het woord spanning hoe vaak het
ook tegenwoordig gebezigd wordt.
De meeste menschen, vooral stadsmen-
schen, kennen eigenlijk alleen de gespan
nenheid, de strakke, soms volkomen doffe,
soms ook nerveus-overbewuste trilling
waarin zij voortdurend leven door hun
drukke bezigheden, hun tot in de kern on
natuurlijke leven. De heete brand' van
het stadsleven brengt op de gezichten dat
strakke kijken, dat ineens omslaan kan in
doffe verslagenheid, geeft het toomeloos
onrustige, gejaagde, onstandvastige aan
den mensch, die daardoor wel zijn leven
uiterlijk in eene dolle gespannenheid houdt
maar innerlijk dof dood, koud en armoedig
FEUILLETON.
VAN
E. WERNER.
Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE).
25)
Met een schielijke beweging richtte Waldemar
zich op en onttrok zich aan den op hem gevestig-
den blik. „Laat ik niet altijd het onderwerp van
ons gesprek zijn! De dokter heeft gezegd dat ge
de frissche lucht weer moogt inademen zal
ik het venster openzetten?"
Fabian zuchtte; hij merkte dat hier weinig of
niets was uit te richten. Bovendien werd het ge
sprek thans door Witold afgebroken.
„Daar ben ik al terug," zeide hij binnentredende.
„Waldemar, gij zult naar beneden moeten gaan.
De jonge vorst Baratowski is er."
„Zoo?" vroeg Waldemar verbaasd opziende.
„Ja, hij- verlangt je te spreken, en daarbij zal
ik wel gemist kunnen worden. Ga maar schielijkI
Ik zal ondertusschen onzen patiënt gezelschap
houden."
De jonge man verliet het vertrek, terwijl Wi
told zijn vroegere plaats bij het bed innam.
„De Baratowski's zijn vreeselijk ongeduldig om
hem weer bij zich te krijgen," zeide hij met een blik
op de deur, waarachter zijn pleegzoon was ver
dwenen. „Reeds voor drie dagen kwam er een
brief van de vorstin-moedef. Bij mijn weten heeft
Waldemar dien niet beantwoord hij was niet
is. De kakelbonte wemeling van het leven
leidt af, verstrooit, zweept op maar
verarmt ook, knijpt de ziel dicht, zuigt het
hart uit. Die gespannen mensch is een
mensch van zinnen en zenuwen, die, in
gewelddadige omwending van machinaal
werk naar uitspattend amusement en om
gekeerd, zijn frischheid poogt te bewaren.
Dat leven lijkt vol, maar is ledig, en door
schijnend als een versleten pak. Een van
de treffendste verbeeldingen van dat type
van den modernen gespannen mensch is
Felix Imhof in den bekenden roman
„Christian-* Wahnschaffe" van Wasser-
mann. In één rage van zaken afsluiten,
kranten en banken en naamlooze vennoot
schappen oprichten, altijd door op reis
en op sjouw en onder menschen, met
altijd weer andere gezichten, zich stortend
in steeds weer nieuwe avonturen, van een
onverzadelijken levensappetijt en dan
in den grond volstrekt eenzaam, ontwor
teld, toegeknepen, zonder eenige diepere
ten; zij wuiven stil zoo wat heen en weer
op hun stengel als bloemen in een beslo
ten hof maarzij volgende zon en bloeien
open naar de hooge Ruimte. Zij, zij zijn
de menschen van de spanning bij uitne
mendheid, de spanning tusschen Aarde
en Hemel. Leven met je heele ziel en
doormaken moeten, (daemonisch gespro
ken: ook doormaken willen) het heele le
ven der wereld, dat, en dat alles is de
groote spanning.
Nu kan het bovendien gebeuren, dat
een mensch deel heeft aan de spanning
van het innerlijke leven en aan de ge
spannenheid van het moderne bestaan;
dat hij bew.ogen wordt, zonder ophouden
en door de zedelijke conflicten waarin
zijn leven steekt, en door het leven heen-
gejaagd wordt met zijn verstrooiingen en
zijn energie-hoogspanningen. Dan ont
staat eene dubbele innerlijke spanning
die alles omwoelt in de ziel, en de grond
wordt van de ellendigste maaatschappe-
Ingezonden Mededeelingen.
ZITDAGEN TIJDENS BEURS
Woensdag, SOMMELSDIJK Hotel TABBERS
Donderdag, DIRKSLAND v. d. DOEL
Vrijdag, OUDE TONGE GELUK
en de le Zaterdag der maand van 2-6 uur te Ouddorp FLOHIL
hechting, waar of waarin dan ook in de
maatschappij, noch in de liefde, noch aan
zijn land. Uiterlijk gespannen, inner
lijk dood.
De meest volstrekte omkeering van
Felix Imhof-type zijn de menschen uit
Dostojewsky's romans. Neem den staretz
Sossima, of den Idioot, of Raskolnikoff, of
wien dan ook het zijn allen menschen
der innerlijke spanning, en heel dikwijls
menschen die midden in den geweldigen
strijd staan tusschen het innerlijke leven
van de ziel en eene bezetenheid door de
wereld; of 't zijn menschen die staan in
de geweldige spanning, waaronder hun
ziel trilt onder de goddelijke en daemo-
nische krachten binnen in haar. Want dat
is het spanning-rijke leven, versta: het
leven der ziel, het overoude en eeuwig
nieuwe thema van den strijd tusschen God
en Daemon, ziel en wereld, het Eeuwige
en het Tijdelijke. Uiterlijk zijn de levens
van Dostojewsky's menschen erg on
belangrijk een vreemd zoodje zelfs!
Maar: dichter bij de voedende moeder
Aarde en dichter bij het brandende blauw
van den Hemel. Zij vegeteeren als plan
ten maar hebben ook wortels als plan
van je ziekbed af te slaan. En daar komt nu zijn
broer in eigen persoon! Hij heeft een knap uiter
lijk, die jonge Poolsche loot dat moet gezegd
zijn! Wel is waar gelijkt hij zijne moeder opeen
haar en dat brengt hem. weer bij mij in diskrediet.
Apropos, ik heb je nog niet eens gevraagd, hoever
ge met je ontdekkingen te C. zijt gevorderd? In
mijn zorg en angst voor je heb ik dagen lang niet
aan die zaak gedacht."
Doctor Fabian zag vóór zich en plukte verlegen
aan het beddelaken. „Ik kan u daaromtrent on
gelukkig niets meedeelen, mijnheer Witold," ant
woordde hij. „Slechts kort en vluchtig ben ik te
C. geweest en ik zeide u immers vooraf" hij
glimlachte weemoedig „dat ik al zeer weinig
diplomatischen aanleg bezit."
„Gelukkig is die onderneming ten minste niet
afgeloopen getuige dat gat in je hoofd I" her
nam de landheer. „Nu, ik zal je in het vervolg
niet met dergelijke opdrachten lastig valllen. En
dus zijt ge niets te weten gekomen? Dat's jammer!
Hoe staat het nu met Waldemar? Hebt ge hem
eens goed den tekst gelezen?"
„Hij heeft mij beloofd al het gebeurde te zullen
vergeten."
„Goddank! Ik heb 't wel gezegd dat gij nu alles
van hem gedaan zult krijgen. Voor het overige,
doctor, hebben wij den jongen altijd verkeerd
beoordeeld, als wij zeiden dat hij geen gevoel had.
Ik had nooit gedacht dat hij zich die zaak zoo
zou aantrekken."
„Ik ook niet," stemde de doctor zuchtend toe.
Hij dacht er het zijne van, maar dit begreep
Witold natuurlijk niet.
De hoekkamer binnentredende, trof Waldemar
hier zijn broeder aan. De jonge man, die reeds
lijke mislukking ook van de pieest fa-
me bze „bekeeringen".
En dan de ont-spanning, vraagt ge,
lezers? Ja wat dunkt u? Wat is, na zoo
zware, zoo tragische spanning de ont
spanning? Is het, na het leven de dood?
Of in den Dood het Eeuwige leven? Dat
is de vraag, die de levende ziel in ademlooze
spanning houdt tot hij komt, die Dag
der ontspannnig. En dan? N.A.C.
AMSTERDAMSCHE SCHETSBOEK.
CXLI.
Wie de laatste maanden weieens een bezoek
heeft gebracht aan de hoofdstad zal bemerkt
hebben, dat de afdeeling Publieke Werken een
meer dan gewone werkzaamheid demonstreert.
In alle deelen van de stad is de bestrating,
of liever de verharding der wegen, het onder)
werp van de belangstelling. En dit alles is
blijkbaar nog slechts een voorbode van nog
meer ingrijpende veranderingen. Want we
gaan in de richting van een steeds grootere
versterking van het wegendek, teneinde dit
voor wat langer tijdvak dan tot dusver weer
stand te kunnen doen bieden aan de eischen
van het zware verkeer.
In de oorlogs- en in de eerste na-oorlogs
jaren is er aan de bestrating niet veel gedaan
bij zijne aankomst een verbaasden blik had ge
worpen op het ouderwetsche, vrije lage woonhuis,
zoowel als op de eenvoudige bijgebouwen, mon
sterde thans met niet minder bevreemding de
inrichting van het vertrek, waar mén hem had
binnengelaten. Hij was van zijn jeugd af aan een
gemakkelijke en sierlijke omgeving gewend en be
greep volstrekt niet hoe iemand, die toch zóo
rijk was als zijn broeder, 't hier kon uithouden.
Het salon van de te C. gehuurde villa, dat hem
en de vorstin armzalig gemeubileerd toescheen,
was nog prachtig, bij die receptiekamer op den
Oldenhof vergeleken.
Al deze overdenkingen namen echter een eind,
toen Waldemar binnentrad. Leo ging hem tege
moet en zeide haastig en gejaagd, alsof hij zich
zoo schielijk mogelijk van een onaangenamen plicht
wilde kwijten: „Bevreemdt je mijn komst? Gij
hebt je sedert acht dagen niet bij ons laten zien
en zelfs mama's brief niet beantwoord, 't Is dus
niet meer dan natuurlijk dat ik je eens kom op
zoeken."
Men kon echter duidelijk merken dat de jonge
man niet uit eigen beweging kwam; groet en hou
ding waren gedwongen en hij scheen zijn broeder
de hand te willen toesteken, maar kon het blijk
baar niet zóóver brengen, 't Bleef althans bij de
poging daartoe.
Waldemar zag dit of wilde 't niet zien.
„Komt gij op last van moeder?"
Leo bloosde. Hij wist maar al te goed, hoeveel
moeite het de vorstin gekost had hem daartoe
te bewegen en hoe ze eindelijk al haar moederlijk
gezag te hulp had moeten roepen.
„Ja," antwoordde hij aarzelend.
't Spijt mij voor je, Leo, dat ge tot iets gedwon-
door de duurte en schaarschte van materialen
Met het gevolg, dat het in sommige stads-
deelen wel wat Turksch of Russisch begon uit
te zien. Het beste was dit merkbaar, als men
een fietstoer door de stad maakte en zich
daarbij speciaal hield aan de asphaltstraten.
In de laatste maanden zijn verschillende
groote verkeerswegen echter geducht onder
handen genomen. Waarbij men tevens proe
ven heeft genomen, welk soort bedekking op
den duur het beste bestand zou blijven voor
namelijk ten opzichte van het verkeer met
zware personen- en lastauto's. Op den duur
schijnt men het te moeten zoeken in een steeds
zwaarder maken van de bedding, waarop dan
ten slotte de met asphalt overeenkomende
homogene dekking moet komen.
Dit verzwaren van de bedding brengt echter
weer mede, dat de in den grond liggende lei
dingen voor water- gas- en electriciteitsvoor-
ziening verplaatst moeten worden. Het zou
ondoenlijk worden telkens en telkens weer
voor eventueele veranderingen en herstellin
gen de betonharde massa te moeten uithakken
en opnieuw invullen met de onvermijdelijke
gevolgen, dat men er bijna zeker van kan
zijn de vroegere effenheid van het bovendek
te verspelen. De bedoelde leidingen gaat men
dan ook, zooveel als doenlijk is, verplaatsen
naar de trottoirs, welke ten koste van den
rijwegbreedte eenige verbreeding ondergaan.
Welk een reuzenwerk dit alles is kan men
nagaan als men bedenkt, wat aan zulk een
verandering van elk straatstuk de verschillende
diensten: rioleering, waterleiding, gas, electra,
telefoon moeten medewerken ieder met hun
eigen mannetjes. In de straten, waar het ver-
.keer niet overdruk is en waar tramverkeer
'ontbreekt, kan men althans nog geregeld door
werken. Maar in de drukke winkelstraten, waar
elke paar minuten een tram de werkzaamheden
onderbreekt, is het een eindeloos ploeteren
om een paar meter per dag gereed te krijgen.n
Dat het werk aldus ontzettend duur wordt
bij de tegenwoordige vrij hooge loonen van
veertig a vijftig gulden per week is duidelijk.
En met angst vraagt men zich dan ook af,
hoe het mogelijk zal zijn deze kostbare plannen
tot een nog meer versterken van den onder
grond te financieren zonder sterke verzwaring
van de gemeentelasten in den vorm van ver
hooging der inkomstenbelasting.
In de Plantage-Middell.aan, de hoofdver
keersweg in de Artisbuurt laat men' de straat
vernieuwing nu gepaard gaan met een ver
planting van de daar staande volwassen hoo
rnen. De rijweg ondergaat daardoor èen ver
breeding, welke noodzakelijk geacht werd. De
omgeving heeft echter een krachtigen strijd
gevoerd voor het behoud van de laan, die een
sieraad was voor de buurt. Een terugverplaat
sing over een breedte van een paar meter moet
nu de laan in stand doen blijven. Het kan
gelukken, maar zal natuurlijk schatten kosten
daar elke boom uitgegraven moet worden en
door een geul weggetakeld naar zijn nieuwe
standplaats.
Het trottoirplaveisel vervangt men bij elke
vernieuwing door cementen "plavuizen. De
oude klinkerbestrating heeft ook daarvoor af
gedaan. Waar het aankomt op een herhaald
opbreken voor ondergrondschen arbeid geeft
dit natuurlijk arbeidsbesparing. Maar er staat
tegenover, dat men bij regenweer feitelijk
voortdurend in het water loopt. De klinker
bestrating slorpte het vocht altijd vrij spoe-
dit op. Maar de aaneengesloten plavuizen hou
den het water aan de opppervlakte en laten
gen zijt, wat je natuurlijk als een vernedering
moet voorkomen. Ik had je dit bespaard, als 't
in mijne macht had gestaan."
Leo zag verrast op; 't was hem even vreemd,
Waldemar op dien toon te hooren spreken, als
zulk een verschoonend gezegde uit zijn mond
te vernemen.
„Mama beweert dat ge bij ons aan huis belee-
digd zijt," hernam hij. „Door mij beleedigd, zegt
zij; daarom moest ik den eersten stap tot ver
zoening doen. Ik heb ingezien dat zij gelijk heeft.
Ge gelooft toch, niet waar, Waldemar," liet hij
er min of meer zenuwachtig op volgen, „dat ik,
zonder zelf daarvan overtuigd te zijn, nooit hier
zou zijn gekomen?"
„Ja, dat geloof ik," was het korte maar stellige
antwoord.
„Neem dan ook zonder verdere omwegen mijne
verontschuldigingen aan!" riep Leo, terwijl hij
thans werkelijk de hand uitstrekte. Zijn broeder
wees deze echter terug.
„Ik kan je verontschuldigingen niet aannemen.
Noch moeder noch gij hebt schuld aan de kwet
sende behandeling, die ik ten uwen huize heb
ondervonden. Overigens heb ik die al lang ver
geten. Laten we niet meer daarover spreken."
Leo's verbazing steeg van minuut tot minuut.
Hij had zich alles voorgesteld slechts niet hem
in zulk een kalme en bedaarde stemming aan te
treffen. Was hij zelf niet getuige geweest van
Waldemar's woedende drift, nauwelijks acht dagen
geleden? Hij begreep cr niets van.
„Ik had niet gedacht dat gij zoo schielijk iets
kondt vergeten," antwoordde hij met ongeveinsde
bewondering.
„Als mijn verachting is opgewekt ja zekerl"
Ingezonden Mededeelingen.
[DRAISMAvanVALKENBURG'S-'
A ••iLEVERTRAAÏ-
Zijn Uw handen en lippen
pijnlijk, schraal of gesprongen door de koude,
gebruik dan de heerlijk verzachtende en snel ge
nezende Purol. In doozen van 30, 60 en 90 ets.
Bij apoth. en drogisten.
bij elke lichte inzinking direct een meertje
ontstaan. Elke verandering is dan ook hier
nog geen verbetering.
i Het groote stadsverkeer stelt echter eenmaal
zijn eischen. En daarvoor zullen andere over
wegingen dienen te wijken. Al zou men toch
ook mogen verwachten, dat men niet in alle
opzichten behoeft te voldoen aan de wel wat
ver gaande eischen ten aanzien van het over
matig verkeer met zware lastauto's. Een straat
verkeer met jumbo's behoeft men toch niet
ongelimiteerd toe te laten. Niet voor niets
heeft Amsterdam zijn tallooze waterwegen voor
het zeer zware vervoer. K.
INFLATIE VAN DEN GULDEN?
Vooral de laatste weken is het publiek met
groote bedragen aan staatsfondsen aan de
markt. Maar tevens ontwikkelt zich van andere
zijde een [uitgebreide koopbeweging, zoodat
het omvangrijk aanbod niet alleen zonder
moeite wordt geabserveerd maar de kooplust
moet steeds tot hoogere koersen worden be
vredigd.
Vooral de bankiers in de hoofdstad zijn de
laatste dagen sterk als koopers opgetreden
daar men in deze kringen de daling als vol
komen ongemotiveerd beschouw.t
De koersstand toch van de beleggingsmarkt
wordt niet beinvloed door een verzwakking
van het ruilmiddel integendeel als men ziet
naar landen als België, Frankrijk en Duitsch
land dan ziet men met de waardedaling der
valuta's de koersen van beleggings-fondsen
sprongsgewijs omhoog loopen.
De daling is aan technische omstandigheden
toe te schrijven.
Of het publiek wordt slecht geadviseerd of
het denkt zelf niet na.
Het is altijd goed zijn bezit te verdeelen
over diverse fondsen o.a. Hollandsche obli-
gatie-aandeelen, dollar- en ponden-obligaties,
maar men moet niet tot het andere uiterste
overgaan en zijn geheele bezit omzetten in
dollar-obligaties tegen koersen, die vrij zeker
te eeniger tijd weer op een lager niveau zullen
komen.
Ten slotte moet dan ook gewaarschuwd wor
den tegen de sterke overdrijving, waaraan ons
publiek zich thans schuldig maakt.
De vlucht uit onze Hollandsche fondsen is
ongemotiveerd en niet te billijken daar zij
ons staatscrediet in gevaar brengt in een tijd,
dat wij dit het meest noodig hebben.
Thans nog is de stemming voor onze Neder-
landsche Staats-fondsen in Londen en New-
York zoo gunstig, dat wij meenen te kunnen
zeggen, dat leeningen van eenige honderden
millioenen daar plaatsing kunnen vinden.
Laat ons allen medewerken om dat ver
trouwen te laten voortduren.
Waldemar, dat klinkt hard!" bracht Leo hier
tegen in. „Gij beoordeelt Wanda verkeerd; zelve
heeft ze mij opgedragen, je
„Spaar je de moeite die boodschap van freule
Morynska over te brengen," viel zijn broeder op
snijdenden toon hem in de rede. „Het betreft hier
alleen mijne opvatting van de zaak en deze ver
schilt natuurlijk ten eeneninale van de uwe. We
willen dit onderwerp nu echter laten rustenMama
verlangt immers niet dat ik haaT persoonlijk goe
dendag kom zeggen? Ze zal begrijpen dat ik voor
het oogenblik haar huis vermijd en ook dit najaar
niet op Wilicza kom, zooals wij hadden afgespro-
keb. Misschien het voglend jaar."
De jonge vorst trad verstoord een schrede achter
uit.
„Ge zult toch niet onderstellen, dat wij na deze
oneenigheid ,na die koele afwijzing, die ik mij van
je moet laten welgevallen, nog je gasten kunnen
zijn?" vroeg hij driftig.
Waldemar sloeg de armen over elkander en
leunde tegen den schrijflessenaar. „Gij vergist
je; van oneenigheid tusschen ons is geen sprake.
Moeder heeft het voorgevallene in den brief, dien
ik van haar heb ontvangen onvoorwaardelijk
afgekeurd. Gij hebt dit van uw kant nu evenzeer
gedaan, en als mij nog een formeele genoegdoening
ontbrak, zoo geeft ge mij die thans door hier te
komen. Wat heeft dat heele geval eigenlijk met
je verblijf op mijn goederen te maken? 't Is waar,
gij hebt van het begin af iets tegen dit plan gehad.
Dat weet ik. Waarom eigenlijk?"
„Omdat het mij vernedert. En wat mij vroeger
hinderde, is mij nu geheel onmogelijk geworden.
Mama mag doen wat zij wil, ik zet geen voet
(Wordt vervolgd