iden Bank JUREENS' PRIJSVERLAGING ie ze ook repareert Jok Kern, HÈliiris Dordreehtsehe BYPÖTHEEOAM. VNIT AS N:H.W. TOLENAARs PRES OPFLAKKEE WIELHOUWER VOEDZAAM-HEERLIJK-VOORDEELIG THANS GO ct.p. ponD 5t pCt. Pandbrieven a 100 pCt. 5 pCt. Pandbrieven a 97 pCt. F. i van Bnnren te Miflflelharni?. nginrichtingen SINGEL 196 ROTTERDAM rvaard1ging aakvolle meubileering TAPIJTEN - GORDIJNEN 99 SOMMELSDIJK cht alle Bankzaken. WOENSDAG 19 September 1923 5e jaargang. - n°. 89. feu i lleton. VINETA. Tijdelijk tot een beperkt bedrag verkrijgbaar af te lossen pari uiterlijk in 25 jaren door verplichte uitloting van ten minste pCt. per jaar. De Pandbrieven dezer Hank be- hooren tot de beleggingsfondsen der Rijkspostspaarbank. Inlichtingen bij Notaris Horlogemaker en Goudsmid. Het beste en soliedste adres voor GOUD, ZILVER, HORLOGES, KLOKKEN, PENDULES, BAROMETERS en BRILLEN. Prima kwaliteit werken Laagste prijsnotearing Eigen werkplaats Levering van Brillen en Pincenez ook op voorschrift v. H.H. Doctoren. VAKKUNDIGE BEDIENING I EG 7 - ROTTERDAM kousen in alle soorten en maten. [BANDEN, BUIKGORDELS, aliteit Geneesmiddelen. - che artikelen voor Dames en Heeren ns Inlichtingenboek a f 1,25. lAR en u zijt tevreden. Karpetten, Vloerzeilen ijnstoffen, Cocosartikelen en, Behangselpapieren enz. is VAN OUDGAARDEN, gevestigd 1831. :lle, midoelharnis, ooltgensplaat met rentevergoeding tot 5 °/0, rente 4-]/4 30RP den len en 3«n Zaterdag van elke gs van 26 uur In Hotel AKERSHOEK. Prijs per kwartaal. f I, Losse nummers f 0.07' Advertentiën v. 1—6 regels f 1,20 Elke regel meer. f 0,20 Bij contract aanzienlijk korting. Dienstaanbiedingen en Dionstaanvragen f 1,per plaatsing tot een maximum van 10 regels; elke regel meer 15 cent. Dit blad verschijnt iederen Woens. dag- en Zaterdagmorgen. Het wordt uitgegeven deer de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15 Voorstraat Hiddelharnis. VAN DE VIERDE ALGEMEENE VERGADE RING VAN DEN VOLKENBOND. I. Voor den vierden keer thans is de Alge- meene Vergadering van den Volkenbond bij eengekomen. Wanneer men de ontwerpen van vroegere eeuwen, die betrekking hebben op den Volkenbond in den zin zooals wij dezen thans nog verstaan, raadpleegt, zal men daar uit ontwaren, dat ten allen tijde groote betee- kenis aan deze Algemeene Vergadering is ge hecht. Ja, in de zeventiende en achttiende eeuw gingen meerdere der ontwerpers zoo ver, dat zij aan de Algemeene Vergadering wilden opdragen de beslissing van alle conficten, die i zich tusschen de leden van den Bond zouden voordoen; mitsdien aan de Algemeene Ver gadering wilden geven de functie, die de tegen woordige Volkenbond juister aan een Inter nationaal Gerechtshof heeft toevertrouwd. Dat de Volkenbond daarmede inderdaad heeft gezien, blijkt wel uit het voorspel van deze vierde bijeenkomst, welk voorspel van een zekere sensationeele spanning niet vrij is te pleiten. Griekenland geniet, gedeeltelijk door zijn schuld, gedeeltelijk daarbuiten, een slechte reputatie, wat de rust der Volkenbondsverga deringen aangaat. Toen men in December 1920 voor den eersten keer bijeenkwam en wat ner veus, gespannen, geirriteerd was onder de nieuwe kennismaking, zorgde Griekenland geheel onnoodig voor verhooging van de span ning, doordat juist in diezelfde dagen Veni- zelos werd onttroond en Koning Georges, in wien de Geallieerden althans niet het minste vertrouwen hadden, werd teruggeroepen. Toen het vorig jaar de Algemeene Vergade ring bijeenkwam, werd juist de Turksch- Griekschen oorlog een urgente kwestie, door dat de Grieken plotseling terugweken en zoo doende geheel de tenuitvoerlegging van het tractaat van Sèvres in gevaar kwam. Toen men den eersten keer te Lausanne in conferentie bijeenkwam, was het de even onverwachte als wreede fusilleering van oud-Ministers, die zelfs een breuk tusschen de geallieerden niet onmo gelijk maakte. En nu, terwijl voor de vierde Algemeene Vergadering zooveel en zooveel belangrijker werk ligt opgestapeld, heeft Grie kenland, door het incident betreffende den moord op de Italiaansche missie in Albanië, opnieuw sensatie geschapen, waarvan de ver werking natuurlijk oponthoud heeft gebracht. De feiten behoeven hier niet herhaald. De Italiaansche generaal, behoorende tot de Com missie voor de Grieksch-Albaneesche grens- afbakening, is met geheel zijn geleide vermoord. Naar het zeggen der Grieksche regeering door Albaneesche roovers; naar het zeggen der Al- baneezen en Italianen rechtstreeks of indirect i door de intriges der Grieken, die een nadeelige beslissing te kunnen opzichte aan de Italianen hebben toegeschreven en sedert dien vol wan trouwen tegenover hun werk staan. Dat Italië genoegdoening eischte voor deze moord, op Grieksch- grondgebied begaan en waarvoor dus aan de Grieksche regeering zekere verant woordelijkheid moet worden toegeschreven, verwonderde niemand. Voor den Volkenbond lag daarin geen reden tot ingrijpen. Italië echter stelde reeds dadelijk een scherp ultimatum, waarin elk onderzoek naar den moord met medewerking van Italiaansche autoriteiten werd verlangd. En ging, wat erger was, tot de bezetting van het eiland Korfu over toen dit ultimatum niet snel genoeg werd ingewilligd. Ingezonden Merïedeelingen. VAN E. WEBNEB. (Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE). 9) Waldemar kwam langzaam naderbij; slechts één oogenblik nam hij de hem aangeboden hand in de zijne en liet haar daarop terstond weer los. Van een omhelzing was bij geen van beiden sprake. Het voorkomen der vorstin was ondanks het diepe rouwgewaad indrukwekkend schoon, zooals zij daar in den helderen zonneschijn, stond maar dit scheen niet den minsten indruk op den jongen man te maken, hoewel hij den blik onafgewend op haar gevestigd hield. Zijne moeder zag ook hem vast in het gelaat, maar zij zocht hier vergeefs naar een enkelen trek, die van haar afkomstig was of ten minste aan haar herineerde. Niets straalde haar hieruit tegemoet dan de sprekende gelijkenis met den man, dien ze tot in het graf haatte trek voor trek was haar zoon het evenbeeld van zijn vader. ..Ik verlangde reeds naar je komst," ging de ''orstin voort, terwijl zij zich op de sofa nederzette p-n hem met een beweging van de hand de plaats aan hare zijde aanwees. Niettemin bleef Walde mar staan. ..Wilt ge niet gaan zitten?" De vraag klonk «alm, maar liet geen weigering toe en herinnerde jongen Nordeck, dat hij toch niet kon blijven PLANTA De bezetting nu van Korfu gaf Griekenland aanleiding om een beroep te doen op den Raad van den Volkenbond, die ingevolge de bepalin gen van het statuut van dezen bond bevoegd is om van zoodanige klachten jkennis te nemen. Wat moest nu de Raad van den Volkenbond doen? Het zuiver politieke werk van dezen raad is in deze vier jaren niet zoo onbelangrijk ge weest als men het wel eens wil doen voorkomen ten aanzien van de Alands-eilanden is het de vraag of niet een oorlog tusschen Zweden en Finland is voorkomen; ten aanzien van ver schillende brandende vraagstukken op den Balkan, en ook tusschen Polen en Lithauen is de Raad niet zonder succes werkzaam geweest. Maar een dergelijk scherp conflict als het Ita- staan, zoolang zijn bezoek duurde. Hij schoof een stoel naderbij en zette zich tegenover zijne moe der. De plaats naast haar bleef ledig. De demonstratie was duidelijk genoeg éen oogenblik perste de vorstin de lippen opeen, maar overigens bleef haar gelaat onveranderd. Walde mar werd nu evenzeer door het volle daglicht beschenen. Hij droeg ook thans een soort van jacht kostuum, dat ditmaal wel is waar geen sporen van de jacht vertoonde, maar evenmin bijzondere zorg verried en hemelsbreed verschilde van een elegant rijgewaad. In de linkerhand, evenmin als de rechter met een handschoen bekleed, hield hij zijn ronden hoed en zijn zweep. Zijne laarzen ge tuigden van den rit, twee uren achtereen door het stof; de ruiter had het niet noodig geacht ze af te slaan, eer hij binnentrad, en de manier waarop hij ging zitten bewees duidelijk, dat hij zich in een salon volkomen vreemd gevoelde. De moeder zag dit alles met een enkelen blik, maar zij zag ook den trots en de weerbarstigheid, waarmede haar zoon zich gewapend had. Ze straalden hem de oogen uit. Hare taak was niet licht dat ge voelde zij. „Wij zijn van elkander vervreemd, Wildemar," begon zij, „en ik kan bij dit eerste weerzien niet van je verlangen, dat gij mij terstond als een zoon omhelst. Van je kindsheid af heb ik je aan vreemde handen moeten overlaten. Men heeft je moeder nooit toegestaan, zich bij je van hare plichten te kwijten en van hare rechten gebruik te maken." „Ik heb bij oom Witold alles gehad wat ik noodig had," antwoordde Waldemar norsch. „En in elk geval voelde ik mij bij hem meer thuis dan ik 't ooit in de woning van vorst Baratowski zou geworden zijn," Hij legde een bitteren klank op dien naam, wat de vorstin niet ontging. „Vorst Baratowski is dood," zeide zij ernstig. „Ge ziet zijne weduwe vóór je." Waldemar sloeg de oogen op. Eerst thans scheen hij op te merken dat zij in den rouw was. „Dat doet mij leed om uwentwil," antwoordde hij koel. Zijne moeder maakte een afkeurend gebaar. „Zwijg, wat ik je verzoeken mag! Gij hebt den vorst nooit gekend en ik kan geen sympathie van je verwachten voor iemand, alleen omdat hij mijn echtgenoot is geweest. Maar ik ontveins het mij- zelve niet, dat het verlies, dat mij zoo zwaar heeft getroffen, een slagboom opheft, die ons tot hier toe heef t gescheiden. Gij hebt in mij nooit anders dan dan de vorstin Baratowska willen zien. Misschien herinnert gij je thans, dat ik ook je moeder, de weduwe van je vader ben?" Bij deze laatste woorden stond Waldemar drif tig op, zoodat zijn stoel een eind achteruit week. „Dat zullen we maar laten rusten, dunkt mij. Ik ben hier gekomen om u te toonen, dat ik mij aan geenerlei dwang onderwerp, dat ik alleen mijn eigen zin volg. Gij verlangt mij te spreken hier ben ik. Wat wilt gij van mij?" Al de ruwheid en het gebrek aan ontzag, die den jongen man kenmerkten openbaarden zich iil deze woorden. De toespeling op zijn vader had hem blijkbaar diep gekwetst; maar ook de vorstin had zich van haar zetel opgericht en stond nu tegenover hem. „Wat ik wil? Ik wil den tooverclrkel verbreken, dien een mij vijandige invloed rondom je heeft gerrokken. Ik wil je herinneren, dat het thans tijd voor je is met eigen oogen te zien en je eigen oor deel te laten spreken, in plaats van blindelings liaansch-Grieksche conflict van thans kreeg hij nog niet te behandelen, en zeker niet in zoo korte spanne tijds. Italië heeft ongetwijfeld gedacht, dat de Raad van den Volkenbond zich wel competent zou gevoelen, maar niet compe tent zou durven verklaren. Zulks, omdat Musso lini met de hem eigen voortvarendheid aan de onbevoegdheid van den Volkenbond het drei gement verbond van uittreding. De vraag was daarmede gesteld zoo scherp als men haar met mogelijkheid maar stellen kon. Italië heeft vermoedelijk de meening gekoesterd, dat de groote meerderheid in den Raad op zijn hand zoude zijn. Nu deed reeds een eerste beraad slaging in den Volkenbondsraad bemerken, dat deze meening geheel onjuist was; dat wellicht in het openbaar slechts Frankrijk aarzelde, maar dat vrijwel alle overige Staten de bevoegd heid van den Volkenbond boven twijfel vast gesteld rekenden. De argumenten dan ook, die Salandra, de Italiaansche vertegenwoordi ger in den Raad, aanhaalde om die bevoegdheid te ontkennen, waren dusdanig onbeteekenend, dat zij zelfs geen grondslag van discussie kon den vormen. Robert Cecil, die thans Enge land in den Raad vertegenwoordigt, kwam op den werkelijk lumineuzen inval om slechts voorlezing en vertaling van de betreffende artikelen 10, 12 en 15 van het Pacte te vragen. Toen men den tekst nog eens woordelijk had gehoord, kon aan de bevoegdheid geen twijfel meer bestaan, en Cecil kon met deze eenvoudig ge constateering genoegen nemen. Toch heeft de Volkenbondsraad, ondanks deze sprekende meerderheid in zijn midden, zich ermede tevreden gesteld om slechts in direct aan de oplossing van het Italiaansch- Grieksche geschil mede te werken. Hij heeft aan den Gezantenraad, die belast is met de uit voering van het Verdrag van Versailles, e.v., een aantal aanbevelingen doen toekomen, en deze Gezantenraad heeft de aanbevelingen over genomen. Zij bevatten de genoegdoening, die Griekenland aan Italië verschuldigd is, en waar tegenover Italië zich heeft bereid verklaard de bezetting van Korfu ongedaan te maken. Die genoegdoening bestaat uit een aantal formeele eerbewijzen, uit schadeloosstelling en uit een gestrenge bestraffing van de schuldigen;'wat het bedrag der schadeloosstelling aangaat, is de bemiddeling van het Hof te 's-Graven- hage ingeroepen om dit, in verband met het rapport der Commissie van onderzoek naar de schuldigen vast te stellen. De Raad van den Volkenbond heeft geoordeeld, dat het hier betrof een woord op een missie, door de Geal lieerden benoemd, zoodat in verband daar mede de Gezantenraad meer rechtstreeks daar bij betrokken was dan de Volkenbond. Maar, in zijn binnenste heeft de Raad van den Vol kenbond vermoedelijk Mussolini, den terug tocht willen mogelijk maken na zijn wat al te haastige verklaring van de onbevoegdheid van den Volkenbond. De Raad heeft terecht begrepen, dat omtrent een eventueele uit spraak over dege bevoegdheid geen twijfel meer behoeft te bestaan, maar dat, indien de oplossing van het geschil aan deze bevoegd heidskwestie direct bieef verbonden, de op lossing zelve in gevaar raakte. Nu mag, omdat èn Griekenland èn Italië de eisehen van den Gezantenraad hebben aan vaard, het Itaiiaansch-Grieksche vrijwel opge lost heeten. Blijft dus de bevoegdheid van den Volkenbond. De vraag, die daarin opge sloten ligt, is waarlijk niet van geringe betee- kenis. Zij is zelfs van zoo groote beteekenis voor het verder bestaan van den Volkenbond, aan den leiband van anderen te loopen. Men heeft je geleerd je moeder te haten dat wist ik reeds lang. Onderzoek eerst of zij dien haat verdient en neem dan zelf een beslissing! Dat is 't wat ik van je wensch en verlang, mijn zoon, indien gij mij dwingt je op zulk een vraag te antwoorden." Dit werd met zulk een onbeschrijfelijke bedaard heid, met zulke een ongenaakbaren trots uitge sproken, dat het niet naliet indruk op Waldemar te maken. Hij gevoelde dat hij zijne moeder be- leedigd had, maar hij gevoelde ook dat die belee- diging haar vrij onverschillig liet; haar beroep op zijne zelfstandigheid was echter niet tot een doove gericht. „Ik haat u volstrekt niet, moeder," zeide hij. 't Was de eerste maal dat hij den naam van moeder uitsprak. „Maar gij vertrouwt mij evenmin," antwoordde zij. „En toch is dit het eerste, wat ik van je moet eisehen. 't Zal je niet gemakkelijk vallen dat begrijp ikvan jè vroegste jeugd af heeft men menig zaadje van wantrouwen in je ziel gestrooid. Je voogd heeft alles gedaan wat in zijn vermogen was, om je van mij te vervreemden en aan zich te hech ten. Ik vrees maar, dat zijne opvoeding alles behalve geschikt is geweest voor den eigenaar van Wilicza." De blik, waarmede zij den jongen man monsterde vulde haar woorden aan; ongelukkig werd hij slechts al te goed begrepen en deed Waldemar in drift opstuiven. „Ik wil geen kwaad van oom Witold hooren," barstte hij uit. „Hij is een tweede vader voor mij geweest, en als ik slechts hierheen ben ontboden om aanmerkingen op hem te hooren, is het beter dat ik hoe eer hoe liever vertrek. Wij zullen toch dat men in deze week van een crisis heeft ge sproken, en dat het reeds heette, dat de Scan dinavische staten de vergadering zouden ver laten, indien de Raad zich hier incompetent zou verklaren. Juist, omdat men aanvankelijk de oplossing van het geschil aan de bevoegd heidskwestie bleef verbinden, werden de ge dachten meer gespannen dan voor een beraad slaging in rust en stilte gewenscht was. Men vergete daarbij niet, dat de discussies, dlor den Volkenbondsraad gevoerd, over de be voegdheid, in het openbaar hebben plaats gehad, een op zichzelf al belangrijk en eenig feit in de diplomatieke geschiedenis. Dit is op aandrang van Cecil geschied, maar de toe loop was zoo onverwacht groot, dat het Serce- tariaat van den Volkenbond niet de noodige maatregelen had kunnen nemen om de be raadslagingen in orde en rust te doen plaats vinden. Het gepraat van de menigte daarbui ten hinderde den Raad in zijn beraadslagingen. Den volgenden dag had men in een en ander beter voorzien, en waren ook betere maat regelen genomen om de toelating te verzkee- ren van degenen, die daarbij in de eerste plaats behoorden tegenwoordig te zijn; de journalis ten. Toen de is beraadslaging ook veel rusti ger gevoerd kunnen worden. En uit deze open bare beraadslaging van een lichaam, niet ex- preseslijk voor deze aangelegenheid aange wezen, is dan toch de oplossing, zij het ook een voorloopige, van het Itaiiaansch-Grieksche geschil voortgekomen. Op zichzelf al een feit van niet geringe beteekenis. Men zou de overwinning, die de Volkenbond in deze eerste week van haar vierde algemeene bijeenkomst heeft behaald, een tweeledige wil len noemen. Op den ouden oorlogszuchtigen geest, en, wat nog sterker spreekt, op zichzelf. Door de verklaring van Mussolini was niet alleen deze oude oorlogszuchtige geest op nieuw ontwaakt, maar ook de vraag van het prestige van den Volkenbond scherp gesteld. Nu bleek al spoedig, door de verheugende sa menwerking van Frankrijk en Engeland in den Raad, dat de oorlogszuchtige geest van Mussolini, weinig kans had om te zegevieren. Zelfs de bedreiging met Italië's uittreden kon een bevoegdheidsverklaring van den Volken bondsraad blijkbaar niet voorkomen. Maar stel, de Raad had zich bevoegd verklaard, vóór dat de Gezantenraad zich had uitgesproken, en had zelf opgesteld welke genoegdoening Griekenland aan Italië verschuldigd zou zijn, opdat dit laatste de bezetting van Korfu on gedaan kon maken; stel het ware aldus ge beurd. Dan was het prestige van den Volken bond, volgens het beweren van sommige theo retici, nog beter gehandhaafd dan nu. Maar het prestige dan toch van een geschonden Vol kenbond, een Volkenbond waaruit Italië al thans enkele jaren verwijderd ware geweest. In plaats van nu, terwijl de overwinning be treffende de bevoegdheid voor het grijpen was, de zaak op de spits te drijven, heeft de Raad van den Volkenbond zich'wat op den achter grond gehouden, en door een herhaald uitstel len van zijn beraadslagingen, den Gezanten raad in dien tusschentijd gelegenheid gegeven om in te grijpen. Dat ingrijpen van den Ge zantenraad is geschied bijna woordelijk op de grondslagen door den Volkenbondsraad vast gesteld, maar het feit alleen, dat het door den Gezantenraad en niet door den Volkenbonds raad geschiedde, maakte het resultaat voor Italië aannemelijk. Er is geen sprake van, dat de Volkenbondsraad zich heeft teruggetrokken; de meerdere bevoegdheid van den" Gemeente- nooit met elkaar overweg kunnen." De vorstin zag in, dat zij zich vergist had met aan hare vijandige gezindheid tegen den gehaten voogd lucht te geven, maar 't was nu eens geschied. Gaf zij toe, dan zette ze tevens haar geheele auto riteit op het spel. Zij gevoelde, dat ze dit in geen geval mocht doen, en toch hing alles voor haar van Wildemar's blijven af. Daar kwam onverwachts hulp opdagen en dit wel van een kant, van waar zij deze het minst verwachtte. Juist op dit beslissend oogenblik werd een zijdeur geopend en trad Wanda het vertrek binnen. Ze had een wandeling met haar vader gedaan en nog niets vernomen van den inmiddels aangekomen bezoeker. Waldemar was werkelijk op het punt van heen te gaan, maar bleef opeens als vastgenageld staan. Een schielijke en heftige blos verspreidde zich over zijn aangezicht. Al de toorn en trots, die nog zoo even daaruit spraken, verdwenen als met een too- verslag; éene seconde stond hij als verlamd van schrik, de oogen strak op de jonge gravin gericht. Deze wilde zich verwijderen, zoodra zij een vreem de bij hare tante gewaar werdmaar toen die vreem de zijn gelaat naar haar toekeerde, ontsnapte ook haar een half luide kreet van verrassing. Wel is waar geraakte Wanda volstrekt niet van haar stuk en werd ze zelfs in het minst niet verlegen; integen deel scheen zij door een onweerstaanbaren lach lust overvallen te worden, dien 't haar moeite kostte te onderdrukken, 't Was nu in elk geval te laat om zich terug te trekken. Zij sloot dus de deur achter zich en trad op hare tante toe. o f Wordt vervolgd J,

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1923 | | pagina 1