I VERSLAGEN. Gemengd Nieuws. ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 7 JULI 192 3. 3 ont de kronkelwegen der moderne diplomatie. Hij spreekt met een krachtige openhartigheid. „Voor de meeste regeerende vorsten is het leven tegenwoordig als een film de gebeurte nissen volgen elkaar zoo vliegensvlug op, dat iemands blik er door beneveld wordt", zeide de vorst. Het onderhoud, dat de interviewer met den koning had duurde ruim een uur en vond plaats in de bibliotheek van het koninklijk paleis. Er werd over heel wat zaken gesproken: vrede, oorlog, de internationale verhoudingen en het verleden en de toekomst van Bulgarije. Op een vraag, van den persman, waarom de koning nog steeds ongetrouwd is, antwoordde hij glimlachend: ,,lk geef u de verzekering, dat hieraan geen gebroken hart of de een of andere geheime liefde ten grondslag ligt. Mijn reden er" is van veel meer nuchteren aard. Ik ben name- ee~ lijk voor mijn leven aan mijn werk verbonden. 0IJ" Deze tijden zijn hoogst ernstig en mijn plicht iat" tegenover mijn land laat mij slechts weinig tijd n»s voor de liefde. Overigens ben ik nog geheel vrij" en nog niet „uitgehuwelijkt". Toch ben ik volgens de pers minstens een hte keer per maand verloofd met de een of andere aat r - !_i. tel- ige- /er- oet. rik- r 14 aret lijk, der. oor- ïbe- nen die terd )aas )liek erie- aien erig ioor tjes, igen irtje een ven. nen. lijdt loe- n de ven puft )ijna 'De een ogen zich arm ■ingt :ekt; rup- >rdu. leeft iom- ioor- >ver- wers een tig... pet, (Hé, plus aalf. ecies olens kens ligen aasd it de IS. Vaar- »pon- ngen meer 'nter- )ning n en een in de 1 prinses. Deze aankondigingen interesseeren mij steeds ten zeerste. Volgens de jongste nieuw tjes zou ik verloofd zijn met prinses Ileana van Roemenië, die, naar men mij zeide, zeer schoon van is. doch die ik tot mijn spijt niet de eer heb nÜÜ persoonlijk te kennen." nen Trouwens, de taak van een regeerend vorst is heden ten dage geen sinecure en men schrikt er voor terug om een hooggeplaatste dame het aanbod te doen, om den troon te deelen. Indien ik geen koning was, zou ik journalist ëf buitenlandsch correspondent willen zijn. Dat is veel beter dan het metier van een koning Men heeft dan ten minste de gelegenheid om zijn persoonlijkheid te doen gelden, terwijl vorsten zooals ik, te zeer gebonden zijn aan het enge pad van den plicht." Koning Boris gaf ook blijk van een goed doorzicht, toen hij zich over andere, meer ern stige aangelegenheden uitsprak. Hij verklaarde me dat hij Groot-Brittannië zeer dankbaar is voor ™?e den moreelen steun aan Bulgarije verleend in de laatste uren der beproeving. „Mijn land", zeide hij, „maakt tegenwoordig een crisis door, doch mijn vertrouwen in het gezond verstand - van het Bulgaarsche volk geeft mij de hoop, 21Jn dat alles weer in normale banen zal worden oeleid." Velen zijn van meening, dat de Bul gaarsche 'boeren, die het ruggemerg van Bul garije vormen, met de Schotten te vergelijken ',n°.s zijn. Ook de Bulgaarsche boer is een harde werker, vaderlandslievend en heeft een flinke dosis gezond verstand. Bulgarije heeft onder de 'oor deelneming aan twee oorlogen geleden, waar- door een zekere mate van economische onrust fsJ? is ontstaan. Maar het heeft geen doel achter- waarts te kijken en over 't verleden te treuren, Het volk ziet integendeel naar de toekomst. Het wenscht niets liever, dan de schadelijke gevolgen van den oorlog op te heffen en weer rustig te kunnen werken. Wij hebben geen oorlogszuchtige bedoelingen. De tijd zal be wijzen, dat deze woorden geen phrase zijn. De jongste gebeurtenissen in Bulgarije zijn een zuiver binnenlandsche aangelegenheid en de omverwerping der vroegere regeering is in geen enkel opzicht toe te schrijven aan wat men zou kunnen noemen „buitenlandsche in vloeden". Het Bulgaarsche volk deed niet anders, dan zijn rechten toepassen, door zijn ontevredenheid te uiten met de parlementaire leiders." Koning Boris heeft ook een geheel eigenaar dige filosofie. „Koningen," zegt hij, „zijn ge wone stervelingen, evenals andere menschen en moeten zich ook opofferingen getroosten voor de algemeene lasten. Met al hun beperkte be voegdheden kunnen zij zeer gemakkelijk fouten begaan en het schip op een klip leiden. Dan worden zij door de wereld veroordeeld, doch de wereld begrijpt niet steeds." Koning Boris heeft een zeer groote neiging tot het maken van reizen, want, „Bulgarije is toch maar een klein landje in vergelijking met het overige deel van Europa." Koning Boris leidt een afgezonderd leven in de hoofdstad. Het meest gevoelt hij zich thuis bij het landvolk. Hij houdt er van incognito door het land te trekken, onverwachte bezoe ken te brengen aan steden en dorpen, met de boeren en hun vrouwen en kinderen te spreken en schept er genoegen in, om een paar bank biljetten in de spaarpot van „moeder de vrouw' als aandenken aan zijn bezoek achter te laten. In den winter doet hij zeer veel aan ski-loopen in de Bulgaarsche Alpen. Zoo nu en dan trekt hij een werkpak aan en fungeert als machinist op een passagierstrein tusschen Sofia en Svil- lengrad. in alles," zegt de correspondent van de Daily Chronicle", „neemt hij den prins van Wales tot voorbeeld en benijdt dezen open lijk om zijn groote mate van populariteit." LONDENSCHE CAUSERIEËN. Over initiatief. Kleine Maud, zes jaar oud, vond dat ik de nieuwe poesjes moest zien, en trok me mee naar de scullery om ze te bewonderen. Er waren er vier. Ik houd niet van katten, zelfs niet van zulke nietige, die nog geen vogels en muizen kunnen doodmartelen, maar nog minder zou je kleine Maud kunnen tegen spreken. Dus huichelde ik vervoering, riep „Aren 't they sweet!" en sprak van „the tiny dears", met Maud en haar Ma. „Wanneer laat je ze wegbrengen?" vroeg Maud's Pa op ongevoeligen toon, r.adat zijn dochter naar bed was gebracht. Zijn vrouw antwoordde dat er drie iets te ruiken zouden krijgen, en de moeder ook, maar dat Randolph moest blijven. Randolph bleek de weidsche naam te zijn van den eeni gen kater in het gezelschap. „We kunnen geen vrouwtjes poesen meer houden legde zij uit. ,,'t Is zoo'n vreeselijke last. ledereen laat ze tegenwoordig doodmaken, en nu zijn er hier in Wimbledon zoowat twaalf katers tegen één poes. Het kan ine niet zooveel schelen, vanwege al die kleintjes, zie je, maar avond-aan-avond zitten al die katers op een rij in den tuin te krijschen, en dan vechten ze natuurlijk. Onze Victoria is erg kieskeurig met haar aanbidders, en bovendien een flirt! je hebt er geen idee van. In het begin moe digt zij ze allemaal aan, en dat maakt het dan natuurlijk maar erger. Het is een ver schrikkelijk lawaai." Maud's Pa maakte de opmerkingen, die een man in zoo'n geval maakt, en die teveel voor de hand liggen om ze te herhalen. „Wees nou maar blij", zei zijn vrouw. „We houden den eenigen man die er bij is, omdat je van een kater geen last hebt. De vrouwtjes moeten dood. Van Randolph zullen we geen moeite hebben. Als hij maar alleen is." Maud's Pa en ik waren natuurlijk gevleid. „Is zoo'n kater niet ondernemender?" vroeg mijn Britsche vriend alleen nog. „Heeft hij niet méér initiatief?" „Heelemaal niet", zei zijn vrouw. Dezer dagen kwam ik weer op bezoek. Het was op dien eersten warmen avond van het jaar, zoowat een maand nadat het doodvonnis over' de poesen voltrokken was. Er heerschte hevige consternatie in huis, of liever gezegd in den tuin. Kleine Maud huilde tranen met tuiten, haar moeder was ontdaan, de keuken meid heelemaal overstuur. Boven in de hooge linde, in het topje, ver boven de dakgoot, zat de zeer-ondernemende Randolph en krischte wild en zonder ophouden. Hij zat er al uren in, en durt'de niet naar omlaag. „Damn the brute", vloekte Maud's vader. ''.Waar is nou jouw mannelijk initiatief?" vroeg zijn vrouw. „Hoe krijgen we hem er uit?" Hij wist het niet. Hij en ik beraadslaagden vergeefs. We beklommen zelfs den boom, maar konden niet verder komen dan tot een meter of drie benden het krijschende ge dierte. Wij werden uitgelachen. „Ik weet wel wat", sprak de moeder van Maud ten slotte. „Als je me volstrekten vol macht geeft „Doe wat je wilt," zei mijn vriend. Toen nam zij de telefoon van den haak, zonder een oogenblik aarzelen, en sprak het magische woord „Fire!" dat in dit land zonder verdere uitlegging de brandweer doet toe snellen. Wij waren ontzet. We sprongen op. Maud's vader begon te protesteeren. „Houd je nu maar kalm," sprak zijn vrouw rustig. „Ik zal wel zeggen dat je niet tuis bent." Uit een bovenraam zagen we het gebeuren Een groote vuurroode auto-branspuit, een dito ladderwagen. Tal van koene mannen in leeren uniformen en martiale helmen. Met dreunend motorgeraas en doordringend bel gejengel kwamen ze de stille straat doorstor men, en stopten voor de deur. Wild rinkelde de deurbel. Alle buren stoven naar buiten Mijn vriend kreunde. Beneden onderhandel de zijn vrouw met den leider der geheimden. Het duurde kort. „Hoeveel boetebegon Maud's vader. Toen zweeg hij. Een ladder werd afgeladen en naar den boom gebracht, onder algemeen gelach en vroolijkheid. Twee koene geheim den klommen omhoog, bereikten den top, hingen in levensgevaarlijke posities aan den ladder om Randolph te grijpen die van tak tot tak sprong en slaagden ten slotte. „Aan fooien kost me datbegon Maud's vader nog eens zwakjes. Maar ook dat bleek onwaar. Het liep af met acht sigaren, en de leider kreeg een kusje van kleine Maud, die dolgelukkig was. Haar moeder begon 's avonds weer over het mannelijk initiatief, maar het gesprek vlotte niet erg Overigens raad ik u niet aan om dezelfde methode in Holland te probeeren. R. P. koopprijzen niet. Een of twee jaar geleden gingen in deze tijd van het jaar, als er werken lij k opruiming werd gehouden, de prijzen sterker naar beneden dan nu. Maar mogelijk komt dat nog, als de magazijnen bemerken, dat het publiek zich niet laat lokken door deze eerste opruiming onder de zomervoorra- den. Nu de natuur zich wat meer inschikkelijker toont, gaan onwillekeurig de gedachten uit 1 naar een paar gelegenheden en kleine uitstap- I jes te maken door de stad. Ik herinner me niet, dat ik u daarover aleens schreef. Voor wie in I den zomertijd naar Amsterdam mocht over komen, zou ik deze toertjes willen aanbevelen. I Het eene uitstapje gaat te water. Aan het Rokin, tegenover het gebouw van de Neder- landsche Bank ongeveer, liggen een paar kleine motorbooten, die rondvaarten maken door de stadsgrachten, door de havens en over het IJ. Om 11 uur, 1 uur en 3 uur zijn daarvan de afvaarten. De toer duurt ongeveer 1| uur en kost voor volwassenen 1,25 en voor kinderen naar ik meen 75 cent. Men krijgt dan Amster dam te zien van den waterkant; van een ge heel ander punt dus dan men al wandelende of trammende gewoon is. Bovendien komt men in stadsgedeelten, waar men als gewoon burger nooit komt, omdat men geen gelegen heid heeft om te voet aan de havens te komen, of men moet beschikken over goede wandel- beenen en drommels goed den weg weten. De bootjes van 3 uur zijn gewoonlijk het meest overvuld met passagiers, zoodat men altijd het beste doet een der vroegere dien sten te nemen. En dan kan men een tweeden toer maken met de toerauto's van Lissone, die afrijden voor het paleis op den Dam. Met deze auto's maakt men een tocht door oud en door nieuw Amsterdam. Een twintigtal toeristen kunnen er in mede. En een geleider zorgt voor de aan wijzing van bezienswaardige en merkwaar dige gedeelten en gebouwen. Zoo'n rondtoer kost drie gulden. Deze prijs is natuurlijk te hoog voor de meeste beurzen. Maar de Hol- landsche auto's schijnen nu eenmaal verknocht aan hooge tarieven. Het gevolg is dan ook, dat het meestal vreemdelingen zijn, die zich aldus laten rondrijden door de hoofdstad. Het geen jammer is, want ook voor ons, Neder landers, is er in Amsterdam nog heel wat merkwaardigs te zien, dat men eigenlijk pas goed leert waardeeren, wanneer men er eens peciaal opmerkzaam op wordt gemaakt. En nu moet ik een of twee keer mijn corres pondentie stopzetten. Want als het Zaterdag nummer van de Eilanden is verschenen, dan ben ik op weg naar de Tiroler bergen. Ik wil er gaan klimmen en klauteren en hoop u dan later eens te kunnen vertellen, hoe het er daarginds in de hoogte in dezen zomer uit ziet. K. 1 AMSTERDAMSCH SCHETSBOEK. CXXVIII. Neen, de confectiezaken en in 't algemeen de kledingmagazijnen hebben dit jaar geen geluk gehad. Terwijl men met de nieuwe voor raden zomergoed en zomerstoffen zat, liet de zomer op zich wachten. En al hadden de groote zaken in het centrum van de stad ook met elkaar afgesproken, om de gewone zomer- uitverkoopen, die altijd de meeste koopers trekken, dit jaar te verschuiven van midden Juni naar einde Juni en begin Juli, het heeft niet mogen baten. Zelfs aan het einde van Juni waren de warme dagen nog steeds wegge bleven en met de warme dagen bleven ook de geregelde klanten weg. Met het gevolg, dat er van de zomervoorraden tot het einde der vorige maand eigenlijk niet noemenswaard verkocht werd. Maar toen dan eindelijk het onderling afgesproken uitverkoopsverbod was opgeheven en de groote borden aan de win kelpuien en ramen werden aangeslagen, daar verscheen ineens de warmte. Een paar dagen nu „reeds" genieten we van zomerweer. En voor de uitverkoopende winkels verdringen Z'ch de koopsters, die maar steeds met het aanschaffen van zomergoed hebben gewacht en gewacht, uit vrees dat we mogelijk ineens van de lente mochten overglijden naar de herfst zoodat de dunne stoffen geen dienst zouden kunnen doen. Heel groot schijnt zelfs de koop lust nu nog niet te zijn. Blijkbaar is men nog niet gerust op, dat het warme weder van deze paar dagen zal aanhouden. Men heeft zich al zoo herhaaldelijk in deze lijzigen zomer door een dood-enkelen warmen dag beet laten ne- men dat men het beu is geworden en liever eerst eens overal de prijzen gaat vergelijken, voordat men tot den koop overgaat. Want dol-goedkoop zijn de tegenwoordige uitver- VERSLAG van de vergadering van den Raad der Gemeente OUDE TONGE op Donderdag 5 Juli des v.m. lOuur 30< Voorzitter: Burgemeester P. van Schouwen. Aanwezig alle leden met uitzondering van den heer Kosters. Ingekomen stukken: a. De goedkeuring van Ged. Staten over de geldleening groot 11.000. b. Idem over de Gem. Begrooting van 1923. c. Idem over de verordening tot heffing van PI. Belastingen. d. Procesverbaal van de kasopname bij den Gemeente-ontvanger, waaruit bleek dat op 27 Juni in kas was 4470,14i overeenkomstig de boeken. e. Het verslag '22 en de begrooting '24 van de Gezondheidscommissie. Hieruit bleek, dat de gemeentelijke bijdrage ƒ78,70 bedroeg. Werd besloten deze goed te keuren. Deze sruk- ken werden voor kennisgeving aangenomen. Een missieve van den Minister van O., K. en W. waaruit bleek, dat deze Gemeente over het tijdvak 1 Sept.—31 Dec. '22 873,70 moet bijdragen aan de kosten der R. H. B. S. B. en W. stelden voor dezen post op de begrooting te plaatsen en te protesteeren tegen deze wetswijziging, dat de gemeente 2400 per jaar zal kosten. TUNS vroeg of er geen ontkomen aan is. V. D. SWALUW vond ook zoo'n wetswij ziging ongepermitteerd. VOORZITTER zeide, dat op het oogenblik een weigering toch niets uitmaakt, omdat Ged. Staten dan dit bedrag op de begrooting zullen plaatsen. PRINS stelde voor om liet bedrag niet op de begrooting te plaatsen. TUNS ondersteunde dat voorstel en het werd in stemming begracht en aangenomen met 4 tegen 1 stem. Tegen Vreeswijk. (O. C. van Schouwen was nog niet aanwezig.) Een zelfde schrijven was ingekomen van een school te 's Hertogenbosch, Huibergen en Stad a. h. Haringvliet, resp. met de volgende bedragen 5,46, 11,56 en 8,34. En schrijven was ingekomen van de ge meente Smilde waarin werd verzocht adhaesie te betuigen aan het besluit van dien raad om de heffing van den H. O. weer te verdeelen over 3 jaren. Een schrijven was ingekomen van den Sme den-patroonsbond, waaruit bleek, dat een 4-tal smeden niet aan de verlaging van 20 cent per uur wilden, waardoor slechts één smid ge meentewerken heeft. Hij vond deze regeling niet goed op grond, dat een smid hooger ex ploitatiekosten heeft dan een ander ambachts man. VOORZITTER lichtte even toe, dat alle andere ambachtslieden op deze regeling van B. en W. zijn ingegaan, op de/i$meden na. BEIJER vroeg of er van de smeden alhier geen schrijven is ingekomen. :;d VOORZITTER zeide, dat de smeden bij B. en W. geweest zijn om over deze kwestie te spreken. BEIJER zeide niet te begrijpen, dat een smid meer onkosten heeft als een ander am bachtsman en verzoekt dit stuk nog aan te houden tot een volgende vergadering. V. D. SWALUW was dit met Beijer eens. V. SCHOUWEN meende dat de smeden thans reeds 50 ets. per uur berekenden. Het voorstel van Beijer werd daarna met alge meene stemmen aangenomen. Op het verzoek van de gemeente Wijnbrit- seradeel om adheasie te betuigen aan haar be sluit om H. M. de Koningin te verzoeken de openbare Godslastering bij het Wetboek van strafrecht te verbieden. VOORZITTER dat hieromtrent in de vorige vergadering reeds besluit is genomen en daar om voorstelt zulks voor kennisgeving aan te nemen. Een schrijven van den Min. van Arbeid om zoo mogelijk voor 1 Aug. de woningen, die in aanmerking komen voor onbewoonbaar verklaring, zulks te doen om de bewoners te vrijwaren voor huuropdrijving. BEIJER vroeg wat B. en W. reeds hebben besloten. Voorzitter deelde mede, dat B. en W. voor stellen een commissie te benoemen, die de ge meente zullen inspecteeren. Dat zij verder voorstellen om in deze commissie een wet houder, een lid van den raad en den Gem. opzichter te laten zitting nemen. Deze regeling werd met algemeene stemmen goedgekerud. Benoemd werd, om deel der Com missie uit te maken de heer Beijer, die deze benoeming aannam. Een voorstel van B, en W. om den cursus voor het vervolgonderwijs op te heffen werd aangenomen. Een schrijven was ingekomen van den Ned. Bond voor Onderwijzers, afd. Oost-Flakke waarin werd verzocht om salarieering van het werk buiten de schooluren. Voorzitter zeide de totaal kosten berekend te hebben en gespecificeerd is als volgt: Mej. Larooij 394,50. Mej. Nelis 220,—. Mej..v. d. His 200. Mej. Schenk 137,50. Mej. Holleman 93,75. Mevr. Polee 62,50. De heer Polee 390. Alzoo te samen 1426,25. VOORZITTER stelde voor afwijzend te be schikken, omdat de toestand der Gem. niet te rooskleurig is. B. en W. meenden ook, dat men het nog een jaar kon verhinderen even eerst zien hoe de begrooting sluit. BEIJER stelde voor uit te betalen die in het adres zijn vermeld. TUNS ondersteunde ditdit en door stem ming werd dit voorstel met 2 tegen 4 verwor pen. Tegen v. d. Swaluw, Vreeswijk, Prins en v. Schouwen. Voorzitter deelde mede, dat in de vorige vergadering een schrijven is ingediend om verlaging der marktgelden. B. en W. hadden, nadat een toelichting van de Winter was ingekomen geen aanleiding ge vonden om te verlagen, ofschoon voorzitter wel van meening was, dat het tarief voor de waren van de Winter wel wat hoog was. BEIJER vroeg of men niet een lager tarief kan vaststellen voor de inwoners VOORZITTER zeide dat men geen privilege mag geven. V. SCHOUWEN vroeg of het niet mogelijk was abonnementen te verstrekken met een merkelijke reductie. VOORZITTER achtte dit het beste en hier toe werd besloten. In een volgende vergadering zal een coneept wijziging ter tafel worden ge bracht. De Voorzitter deed mededeeling, dat Ged. Staten den toestand der Gem. niet zoo slecht achten om het besluit tot verhaal der 81 voor pensioen te verhalen op de ambtenaren. VAN SCHOUWEN zeide nog op hetzelfde standpunt te staan als toen dat besluit is ge nomen en stelde voor in beroep te gaan bij de Kroon. Prins ondersteunde dit voorstel. In stemming werd dit met 5 tegen I stem aangenomen. Tegen Vreeswijk. De geloofsbrieven der nieuw-gekozen raads leden werden nagezien en in orde bevonden. Allen werden toegelaten. Benoeming leden schattingscommissie. VOORZITTER deed mededeeling dat af traden de lieeren P. van Schouwen, Prins, J Pulleman en J. M. Fabert. Allen werden na stemming, herstemming en loting herkozen. Het hondenkohier werd vastgesteld met 110 honden ie klas, 11 2de klas en 203e klasse. VOORZITTER deed mededeeling, dat een begrooting is opgemaakt voor het verharden van den weg en de terreinen bij de pakhuizen aan de haven. VAN SCHOUWEN vond het nog te vroeg om tot het verharden over te gaan. Na onderlinge discussies werd besloten nog een jaar den weg met koolascli te begooien. Aangeboden werd de Rekening van liet Armbest., het Weeshuis en den Boedel Dabbe. Tot leden der Commissie van onderzoek wer den benoemd de heeren Prins, Tuns en Kosten. Laatste punt, vaststelling verordening op de samenscholingen. Deze werd voorgelezen en in stemming ge bracht. De stemming staakte, voor stemden de heeren Vreeswijk, van Schouwen en Prins. BEIJER verzocht daarna nog een enkel woord te spreken. Hij zeide dat voor de verordening was bekend de Politie misbruik heeft gemaakt van haar macht en illustreerde een geval dat hem zelf was overkomen. Hij was op weg naar de Lang straat en hem werd de weg versperd en vree- selijk lastig gevallen en hem woorden toe gevoegd die alle perken te buiten gaat, o.a. „terug G. V.D. anders krijg je op je G. V.D." Den agent kon hij niet, wel had hij gezien, dat hij een neus had van ungeveer ij d.M. lang. Hij vond het geen werk zoo op te treden en vroeg nog of ze hiertoe orders hadden. Wordt er iets misdaan dan moet er worden opgetreden, maar het past niet om maar di rect de karabijn op iemand te richten. Voorzitter zeide niet de instructie uit andere gemeenten te weten. BEIJER zeide als ooggetuige gezien te heb ben dat straatschending in de hand werd ge werkt door de politie en dat ze alleen tegen de landarbeiders optraden. En U mijnheer de Voorzitter, plaatst gij U als hoofd der Politie aan den kant der werkgevers, in plaats van neu traal op te treden. Voorzitter zeide, dat zijn optreden neu traal is geweest. Niemand meer het woord verlangende, sluit de voorzitter de vergadering. KOSTSCHOOL-SCHANDAAL IN BELGIË. Yreesel\jke toestanden. ANTWERPEN, 29 Juni. Gisterennamid dag heeft de justitie zich in verband met schillende klachten begeven naar een parti culiere kostschool te Ranst, nabij Antwerpen ten einde aldaar een onderzoek in te stellen. Er werden toestanden ontdekt, waarvoor het woord „vreeselijk" te zwak is. In het gesticht, een gewoon boerenhuis, waar hoogstens vijftig kinderen een behoor lijk onderkomen zouden kunnen vinden, wa ren meer dan honderd jongens van acht tot veertien jaar oud en een enkel meisje. Het zoogenaamd pensionaat verkeerde in een toestand van totale verwaarloozing en ver vuiling. Het voedsel dat de kinderen ontvin gen, was afschuwelijk en ten eenenmale onvoldoende, maar 't ergste was, dat vele kinderen, waaronder ook het meisje, klaag den het slachtoffer te zijn van onnoembare handelingen van de zijde van den directeur en een der zoogenaamde leeraars te zyn ge wórden. Men vraagt zich af. hoe ouders hun kinde ren aan dit gesticht konden toevertrouwen. Maar de meeste dezer ongelukkigen zijn zoon tjes van ongetrouwde of hertrouwde moeders arme verschoppelingen. Zelfs is onder hen een oorlogswees. De beschuldigde leeraaris gevankelijk naar Antwerpen gebracht. De oorzaak van den wereldoorlog. RIJSSEN IN TWENTE, 2 Juli. - By den raad van deze gemeente was ingekomen een verzoek der Oranjevereeniging, om bij de aanstaande feesten voor het kinderschoolfeest 75 cent per kind beschikbaar te stellen. De wenkbrauwen van den wethouder, den heer Baan, fronsten zich, en ernst, maar ook een tikje verontwaardiging straalde er uit zijn oog. „Weet gij", sprak hij, en er kwam een lichte beving in zyn stem en zijn voor hoofd rimpelde, „weet gij, dat er in 1913 een groot feest is geweest. Zie, 1914 kwam het jaar van den vreeselijken oorlog. Uit feesten vloeien allerlei goddeloosheden voort, de groote God wordt er door onteerd". De heer Lichtenberg staat aan de zijde van den somberen wethouder. „Met alle feestjes", zegt hij, „gaan we den afgrond in, de wereld wankelt en de straf zal volgen". Met 7 tegen 4 stemmen stond de raad een subsidie toe. De tien geboden van het verkeer. De Apeldoornsche politie heeft aan alle hoofden van onderwijsinrichtingen en aan eigenaars of beheerders van localiteiten, waarin veel publiek komt, ook aan fabrikan ten, toegezonden een slap cartonnen biljet, in twee kleuren bedrukt, met de op rijm gebrachte 10 geboden voor de veiligheid van het verkeer. Zij luiden: Voor alles, r(jdt rechts van weg en pad, En links langs den man, dien gij voor U hadt, In bochten, ry dt rechts en ziet voor U uit Laat tijdig steeds klinken, bel, hoorn of fluit. In 't midden des volks bij kruisweg of hoek. Geef richting van weg, ïjjdt kalm en rijdt kloek. Houdt achter elkander, passeerend op 't pad En kruist gij, die rechts komt, den voorrang steeds had, In weif'ling zegt snel: ik stop en sta stil Denkt: „veiligheid slechts, dat is wat ik wil". Bezuiniging. Het bijkantoor der Accijnzen te Drieborg, dat 1 Sept. 1887 aldaar opgericht werd, is heden opgeheven Een jaarlijks salaris van 66 wordt daardoor bespaard Tusschen de machines. Te midden van de talrijke in werking zijn de machines in de N. V. Culemborgschc stoe- lenfabriek is een nestje met jonge zwaluwen ontdekt. DE BRAND TE PEKING. Een schade van millioenen Zooals gemeld heeft de brand, die dezer dagen in de Verboden Stad te Peking heeft gewoed, een der keizerlijke paleizen geheel verwoest. Het Paleis, dat den poetischen naam droeg van „het Paleis van den On- bewolkten hemel", was een der schoonste op het keizerlijk gebied. De ex-keizer, die thans 17 jaar oud is, woonde meestentijds in dit paleis. Hij en zijn hofhouding worden nog steeds met hooge onderscheiding dooj de regeering behandeld, ondanks het feit., dat men zich al meer dan tien jaar aan de republiek heeft kunnen gewennen Naast zjjn titel van Tsj'ing heeft hy ook tal van privilegies behouden. Het instituut van de Verboden Stad, waar slechts enkele Chineezen mogen komen, bleef volkomen gehandhaafd Vandaar dan ook de aarzeling, waarmede men aanvankelijk de brandweer lieden binnen den muur, die deze paleizen- stad omgeeft, toeliet, een aarzeling, die men trachtte te rechtvaardigen door te beweren, dat men plundering van het paleis vreesde. Dit heeft er toe bijgedragen, dat het fraaie oude paleis totaal is afgebrand. Het spreekt van zelf, dat daardoor voor een waarde van millioenen aan Chineesche oud heden is verloren gegaan, waarvan anders wellicht nog een gedeelte gered had kunnen worden. Het is wellicht minder bekend, dat de „keizer" eenigen tijd geleden den meer we- reldschen en Engelschen naam van Henry heeft aangenomen. Zijn vrouw, met wie hij zeven maanden geleden in het huwelijk trad, is met den naam „Elisabeth" gedoopt. Vuurwerk-ongeluk. In kampong Soegei-Matti te Medan waren naar de „Sum. Post"mededeelt, twee inlan ders met vuurwerk aan het spelen. Ze hadden daarbij de gevaarlijke aardigheid om een ijze ren buis vol met kruit te stoppen Nadat er een lont aan was bevestigd, werd het kruit flink in de buis aangestampt, waarna men de lont aanstak. Met een ontzettenden knal sprong de buis uit elkaar. Het ongeluk wilde, dat een der inlanders met zulk een kracht een stuk ijzer tegen de keel kreeg, dat de hoofdslagader werd doorgesneden. In korten tijd was hy doodgebloed. De tweede inlander kreeg een stuk ijzer tegen den pols. Bij hem werd de polsader doorgesneden. Omstanders bonden snel den bovenarm af, waarna hij naar het Stadsverband werd over gebracht. Na verbonden te zijn kon hij het Stads verband echter weer verlaten. Het lot der stakers. Naar men aan de „Loc." meedeelde, heeft het comité van bestuur der N.I.S. na over weging der door de stakers ingediende ver klaringen omtrent de redenen van hun weg bleven van het werk in de jongste stakings dagen besloten, geen der stakers, die niet voldaan hebben aan den eisch binnen drie dagen het werk te hervatten, weer in dienst te nemen. De stakers die wel binnen den gestelden termijn van drie dagen het werk hervatten zyn gestraft met inhouding van 5 dagen salaris terwyl later zal worden overwogen in hoeverre zij zullen in aanmerking komen voor de gewone gratificatie, welke jaarlijks aan het personeel wordt uitgekeerd. In het geheel zyn door dezen maatregel ongeveer 150 personen ontslagen. Te Soerabaja zijn drie stakers, machinisten bij de S.S. weder in dienst genomen, echter op voorwaarde, dat het tractement hetwelk zij op den dag vóór de staking genoten, met twee verhoogingen wordt verminderd, ter wijl de eerstkomende promotie met drie maanden word uitgesteld. Bovendien is het vaste, maandelijksche salaris veranderd in daggeld, zoodat by niet binnenkomen wegens ziekte of anderszins, korting zal plaats hebben. Verder zullen zij geen duurtetoeslag en geen vlijtpremie meer ontvangen. Onder de drie weer in dienst gestelden bevindt zich een Europeaan. EEN MOORDENAAR ONTMASKERD. Het „meisje" met de glimlachende oogen. Mrs. Tesmer, de weduwe van een vermoor den verzekeringsagent, wees onlangs ineen politiepost te N ew York uit een aantal vrouwe- ïyke gevangenen een elegant gekleed jong meisje aan als de moordenares van haar echtgenoot. Toen het gevaarlijke dametje daarop werd overgeleverd aan de directrice der „vrouwen gevangenis, bleek „zij" een man te zijn! Het is een bijna ongelooflijke geschiedenis: Op zekeren avond werd rnr. Tesmer, die vergezeld van zijn vrouw, zyn auto in een garage bracht, overvallen door tweepersonen, een man en een „meisje", beiden met revol vers gewapend Zy dwongen Tesmer zijn horloge en geld af te geven. Toen gelastte de „vrouw" glimlachend aan mrs. Tesmer hare juweelen af te staan met inbegrip van haar trouwring Mr. Tesmer kon een be weging van protest niet ondrukken, waarop de jonge dame nog glimlachend, hem een voudig neerschoot Dat meisje nublykteen man te zijn, Frederick Thompson geheeten, die met zijn medeplichtige, zekeren Garrick, een mecanicien, jaren lang een dubbel leven leidde en zoodoende de politie om den tuin heeft weten te leiden. Thompson kleedde zich n 1. steeds wanneer zulks noodig was als vrouw en speelde voor de buitenwereld ook wanneer dit noodig was de rol van echtgenoote van Garrick. Dit viel hem niet moeilijk, daar zijn geverd en ge poederd gelaat een vrouwelljke-weeke uit drukking vertoont, zyn handen fijn gevormd zijn en zijn stem meer op die van een vrouw dan op die van een man gelijkt. Garrick en Thompson bewoonden een paar weelderige appartementen. Toen de politie aldaar een inval deed, vond zy een uitge breide vrouwelijke garderobe, waaronder verscheidene zeer fraaie costuumpjes. Bij de confrontatie herkende mrs. Tesmer den moordenaar van haar man onmiddellyk. O God! riep ze uit, dat is ze! Dat is het meisje dat Richard neerschoot Uit duizenden zou ik haar oogen en haar glimlach herkennen.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1923 | | pagina 3