i
én tegen
uur si erf,
iën 49.500.
1923
EERSTE BLAD
Nationale BaÉvereeniging
chardos? CtlOGOMö lïlGt HopjöS
ÏICHT5".
„UNION" RIJWIELEN
IIEUWSTE ARTIKEL
C. VIS Jz.
Verkooping.
"Woon- en
Winkelfïtiis
AMSTERDAM.
ZATERDAG
21 APRIL 1923
VRIJE BAAN.
Landbouw en Veeteelt.
ZITDAGEN - tijdens BEURS.
Woensdag, SOIflIBELSDIJKTABBERS
Donderdag, BIRKSLANDY. d. DOEL
Donderdag. OUDDORPFLOHIL
Vrijdag, OUDE TONGEGELUK
VERSLAGEN.
ongetwijfeld onze veel gevraagde
[DEL-PASTILLES Probeert
>k eens dit nieuwe artikelwij zijn er
uigd, dat het U even goed zal bevallen.
>rpijn. Gebruit]
TABLETTEn
EN DROGISTEN.
INGEN.
i 28 April en
is dos avonds 7
SPEE te Som-
Afslag van het
'U on don Lango
ELSDIJK,
mer 1SS5, groot
den heer DIRK
IN BUUR EN.
mah'ge
B1-ETT£r*
,fl-en Drogisten
KOOPT
Uw [iets bij uitnemendheid
Nooit meer genoegen bij oud en jonj
Ieder roemt de lichte gang
Onbegrijpelijk sterk en sierlijk
Non plus ultraI
Verkrijgbaar bij
Tel. 215 - SOMMELSDIJK,
Op Vrijdagen 20 en 27
April 1923, 's avonds 7 uur
te Dirltslaitd, respectievelijk ij
Hótels VAN DEN DOEL en KEÜ
VELAAK, veiling en afslag van eei
te DIRKSLAND
aan den Ring- - Dadelijk te aan
vaarden.
Notaris VAN DEK SLUY
per
halfpondspafc
ook in ons
en 'Is ons pakjes
igatie tijdig
n Effecten.
)00 enz.
.■rkrijgbaar bij den Emittent dezer leening:
aar bij de Leden van den Bond n.l.:
s- G M v. D. MAESSEN, Kerkstraat 54;
d-Beijerland: J. STOLK, Coiffeur; Putters-
eijerland: J. DE RUIJTER, Sig. Magazijn;
r*rijs per Kwatrtaai
Losse nummers
f I
f O 07'
Ailvertentiën v. i—6 regels f 1,20
Elke reye! meerf Ü.2C
Bij contract aanzienlijk kortiiiu.
Dienstaanbiedingen en Dieiistaanvrageii
f i,por plaatsing tut een maximum
van 10 regels; elke regel meer 15 cent.
Oit blad verschijnt iederen Woens
dag- en Zaterdagmorgen. Het wordt
uitgegeven door de
N.V. Uitgeversmaatschappij
„Onze Eilanden", Tel. Int. No. 15
Voorstraat Widdelharnis.
56 JAARGANG. - N°. 47.
AMSTERDAMSCH SCHETSBOEK.
cxx.
Mag ik het eens hebben over de belasting-
schroef? Oh, ik weet 't wel, we praten er
liever over, dan dat we er over lezen. Maar het
is ook niet mijn bedoeling een gewichtige ver
handeling te schrijven over fiscale aangelegen
heden. Ik wil niet anders dan schrijvende een
praatje met u houden over een paar onder
werpen.
In de eerste plaats over de quaestie van den
dag, de navorderingen van gemeentebelasting.
Onder het binnenlandsch nieuws van de groote
dagbladen, in de nieuwsberichten van plaatse
lijke couranten, in de advertentiekolommen,
allerwege vindt men melding gemaakt van
deze booze daad van gemeentelijke belasting
administraties, om nog navorderingsaanslagen
op te leggen over reeds lang verstreken "be
lastingjaren. En ook telkens weer verneemt
men de onderstelling, of de gemeenteadmini
straties wel bevoegd zijn tot deze navorderin
gen. Zoodat enkele gedupeerden de hoofden
ïiebben bijeen gestoken, een bond hebben ge
sticht en bij advertentie ieder die in het zelfde
schuitje vaart uitnoodigen zich bij hen aan te
sluiten teneinde gemeenschappelijk een actie
op touw te zetten.
Met deze navordering van gemeentebelasting
moet men wel bedenken, dat verschillende
gemeenten in ons land in haar plaatselijke ver
ordeningen reeds de bevoegdheid hadden om
de over"vroegere jaren te weinig geheven be
lasting door middel van een aanvullingsbiljet
nog nader binnen te halen. In Amsterdam heeft
men omstreeks 1916 de plaatselijke verorde
ning op dit punt aangevuld met de bepaling,
dat navordering mogelijk zou zijn, zoolang
sedert den aanvang van het belastingjaar geen
drie (of twee, dit weet ik niet zeker) jaren
verstreken waren. Met zulk een bepaling ston
den de gemeenteadministraties dus sterk ge
noeg, om, wanneer bleek dat de rijksambtena
ren een hoogeren aanslag hadden opgelegd ook
voor de gemeente belasting een naderen aan
slag voor het meerdere bedrag vast te stellen.
Dat men van deze navorderingen den laatsten
tijd zoo veel meer hoort dan vroeger, komt
naar mij dunkt, daaruit voort, dat de gemeente
administraties door den overgang der aan
slagsregeling sedert 1 Mei 1921 (voor enkele
gemeente 1 Mei 1922) naar de rijksadministra
tie de handen voldoende vrij kregen, om eens
in de aanslagsregisters van het Rijk een extra
snuffeltocht te ondernemen en bij bevonden
verschillen de in de gemeentebelasting te laag
aangeslagen klanten op aanvullingsregisters
te brengen.
Zijn deze navorderingen aldus inderdaad
gegrond op een bestaande gemeentelijke ver
ordening, dan lijkt het mij allerdwaast om
collectief, zooals de bovenbedoelde gelegen
heidsbonden dit willen, op te treden. Het gaat
hier immers over de individueele inkomsten
der personen over bepaalde jaren. Een ge
zamenlijk bezwaarschrift heeft hier dus aller
minst beteekenis. leder voor zich zal hebben
na te gaan, of inderdaad het door de rijks
administratie in aanmerking genomen inkom
stenbedrag wel juist was en of het tot het
bedrag, dat daar in aanmerking is genomen
ook voor den aanslag in de gemeentelijke be
lasting als grondslag mag dienen. Het is toch
FEUILLETON.
VAN
E. !iVE". 'ER.
{Geautoriseerde uitgave van D. BOLLE).
51)
De juist beginnende wals maakte een eind aan
dit gesprek. Een jong luitenant, wien de dochter
des huizes dezen dans had beloofd, kwam haar
daarvoor afhalen. Maja, die voor den eersten keer
in zulk een groot gezelschap danste, genoot kin
derlijk, maar hare oogen dwaalden weldra terug
naar de plek, waar de baron stond, of liever had
gestaan, want hij was er niet meer. Ze zocht hem
vergeefs; hij scheen de zaal te hebben verlaten.
Erik had zijne jonge vrouw naar haar kamer
gebracht en zich vervolgens naar zijn eigen ver
trekken begeven om zich te verkleeden. Hij lachte
over de overdreven bezorgdheid van den genees
heer, die niet kon nalaten hem altijd nog als patiënt
te behandelennooit had hij zich beter en prettiger
gevoeld dan juist dien dag! Met het bevel zei'
•was hij 't echter volkomen eens tot hiertoe
had men hem nog geen minuut met zijn vrouw
alleen gelaten! Het reiskostuum was schielijk
aangetrokken en nu bleef hem nog een half uur
voor een ongestoord gezellig praatje over.'
Vol ongeduld keerde de jonge man terug om
z'ch naar zijne vrouw te begeven, maar onderaan
<je trap bleef hij een oogenblik staan en keek dbor
de wijd geopende deuren van de groote vestibule
naar buiten.
geenszins onmogelijk, dat dc rijkswet voor de
berekening van liet zuivere belastbare in
komen een andere regeling inhield dan de ge
meentelijke verordening. Vooral kan dit moge
lijk zijn, wanneer de gemeenten haar heffing
baseerden volgens de "inkomstenbronnen, die
op 1 Januari van een jaar bestonden, terwijl
de rijkswet steeds uitgaat van de bronnen, die
op 1 Mei bestaan. Tusschen 1 Januari en 1 Mei
kunnen belartgrijke veranderingen hebben
plaats gehad door het ontstaan of wegvallen
van bepaalde bronnen, waardoor de rijks
aanslag liooger of lager moest uitkomen dan
de gemeentelijke aanslag.
Mocht dan ook in Uw omgeving de manie
voor navordering over de gemeenteadministra
tie zijn gekomen, dan zou ik ieder, die de ver
rassing van een navorderingsaanslag thuis
kreeg, den raad willen géven, nauwkeurig na
te gaan of het in aanmerking genomen bedrag
inderdaad tot grondslag voor den gemeente
lijken aanslag mocht dienen en als dit niet
het geval is, tijdig een bezwaarschrift tegen
zulk een aanslag in te dienen.
In een collectief optreden, ik herhaal dit
nog eens, zie ik dus inderdaad geen heil.
Een volgende maal wil ik u nog iets ver
tellen over eene belastingquaestie. Maar dat
is er eene, die aanleiding kan geven tot eene
meerdere geruststelling van bepaalde personen.
Oprichting Centrale Fokvereeniging „Goeree en
Overflakkee".
Woensdag jl. is in Hotel Spee een vergade
ring gehouden om tot de oprichting van boven
genoemde vereeniging te komen.
De heer M. de Haas opende deze vergadering
en heette allen hartleijk welkom.
Spreker zeide dat hij eigenlijk niet de rechte
man op de rechte plaats was ,doch het voor-
loopig voorzitterschap had aanvaard. Hij
wees verder op den slechten afzet der land
bouwproducten, dat als gevolg heeft het
bloeien der veehouderij, terwijl bovendien de
prijs van het vee nog stabiel blijft. Dit was dan
ook een der motieven waarom het voorloopig
bestuur getracht heeft deze vergadering uit te
schrijven om tot de oprichting te komen van
een fokvereeniging welke de kwaliteit van den
veestapel kan helpen verhoogen.
Daarna stelde hij den heer Willes, inspecteur
van liet Ned. Rundveestamboek voor, welke
een lezing zou houden over fokvereenigingen.
De heer Willes zeide dat naast akkerbouw ook
de veehouderij hier een bron van inkomsten zal
kunnen zijn en worden zal. Dit aan de hand
dat ook bij een malaise in 1880 zulks is ge
weest en bij jaren waarmede met akkerbouw
goede winsten werden afgeworpen, de vee
stapel op den achtergrond kwam te staan. Ook
het vele gebruik van rtindvleesch door alle
volkskringen geeft moed dat de prijs stabiel
zal blijven.
Spreker zeide dat het fokken vroeger geheel
op ondervinding gegrondvest was, terwijl
zulks tegenwoordig "op wetenscliappelijken
leest is geschoeid.
Spr. geeft daarna enkele beelden van dingen
die bij het paren in acht genomen dienen te
worden om tot een goeden stamboom te
komen. Allereerst ligt het dan op den weg om
een goeden stier aan te schaffen en indien
noodig coöperatief.
Geeft nog eenige cijfers over de opbrengst.
Het landschap baadde zich in de avondzon, die
met haar gouden glans ook het met bloemen be
strooide terras bescheen en een breeden lichtenden
straal in de vestibule wierp. Van de werken in
het verschiet, waar de arbeiders feestvierden,
klonk muziek en gejuich, en door de open vensters
van de danszaal, waar juist pauze werd gehouden,
drong vroolijk gepraat en gelach tot hem door.
Erik haalde diep adem verheugd en blij.
't Was een heerlijke dag geweest, zijn trouwdag!
En nu begon hij eerst te leven, nu wenkte hem de
wijde wereld, het zonnige zuiden, waar geer plich
ten hem drukten en waar hij aan het strand van de
blauwe zee, aan de zijde van een lieve vrouw zijn
leven in zalige droomen zou mogen slijten. In het
diepst van zijn hart was hij den hemel dankbaar
die hem met zooveel zegeningen overstelpte.
Vlug ging hij de trap op, met het plan om het
kleine salon binnen te treden, dat de kamers van
Cecilia en haar broeder scheidde, toen hij be
merkte dat de deur van binnen gesloten was. Ook
op zijn zacht geklop opende niemand. Hij werd
ongeduldig en nam een anderen weg.
Oscar's kamer had nog een anderen ingang,
een kleine tusschendeur, die zelden of nooit ge
bruikt werd. Erik opende deze en ging de kamer
van zijn zwager en liet daaraan grenzend salon
door. De zachte tapijten smoorden het geluid van
zijn voetstappen en bovendien was de deur van
Cecilia's kamer dicht. Nu drong Wildenrod's stem
hem echter in de ooren. Hij bleef staan.
Waarschijnlijk had Oscar zijne zuster opge
zocht om haar nog eens alleen te zien en even goe
dendag te zeggen. Dit was niet meer dan natuur
lijk en Erik gunde hen.dat afscheid, 't Zou zeker
niet lang duren. Maar wat was dit? Dc stem
Wijst in verband met de melkgifte dat de
statistiek heeft geleerd dat de beste koe 709
meer per jaar oplevert als de slechtste en van
een fokvereeniging in Noord-Brabant, waar
van 20 van de beste leden, hebbende 128
koeien, 65000,meer trokken als 20 van
de slechtste leden met 128 koeien. Wees op het
nuttige van melkcontrole en zeide dat om tot
een productieven veestapel te komen noodig is
een stierenhoudcrij, Controle-commissie en
Registratie.
De Haas gaf daarna een voorbeeld hoe hier
een vereeniging zou kunnen werken en gaf nog
gelegenheid tot het stellen van vragen, waar
van druk gebruik gemaakt werd.
Daarna gaven zich ter vergadering 26 aan
wezigen zich op als lid der vereeniging met een
totaal van 55 koeien. Van de bestuurstafel
werd nog medegedeeld dat nog velen zich als
lid hebben opgegeven, welke niet ter vergade
ring konden komen.
Hierna sluiting. v. E.
Ingezonden Mededeelingen.
Kantoor MIDDELHARNIS.
Verslag van de vergadering van den Raad der
Gemeente Dirksland op Dinsdag 17 April
des vm. 9.15 uur.
Voorzitter Burgemeester L. de Winter.
Aanwezig alle leden.
Voorzitter opende de vergadering met ge
bed waarna de notulen der vorige vergadering
werden voorgelezen en onveranderd goedge
keurd.
3. Ingekomen stukken.
De voorzitter deed mededeeling van de na
volgende ingekomen stukken:
a. De goedkeuring van Ged. Staten over
de Gem. Begr. 1923.
b. idem over dc wijziging in de Gem.-
begrooting 1922.
c. idem over de wijziging in de verordening
op de jaarmarkt ingevolge art. 45. der Veewet
cl. idem over het besluit waarbij liet ver
volgonderwijs komt te vervallen en alzoo de
U.L.O. school tot een O. L. is gedaald.
e. idem over het besluit, waarbij het huis,
staande aan den Ring voor 5 jaren is verhuurd
voor de huursom ƒ350,aan den heer Touw,
hoofd der O. L. school.
idem de wijziging in de instructie van
den Gem.-ontvanger.
g. idem over het besluit waarbij de lessen
in nuttige handwerken zijn gewijzigd.
h. idem over het verleenen van het voor
schot ingevolge art. 101 der L. O. wet, hetwelk
13040,bedraagt.
i. idem over voorschot van de Ver. van
Landarbeiders groot 7200,
Procesverbaal van de kasopname bij den
Gem.-ontvanger, waaruit bleek dat in kas was
20334,54 en 693,291.
Ie. Het verslag van den keurmeester over
den dienst der Vleeschkeuring.
Het verslag over de uitvoering der Wo
ningwet.
m. Een schrijven van den heer Mooijen,
waarin deze bericht dat hij voor 500,af
stand doet van den grond, voor bijkomende
kosten zal betaald moeten owrden 400,
zoodat de Gemeente dien grond voor 900,
zal kunnen krijgen. Hiertoe werd besloten.
Een verzoek van de vereeniging „Het
Groene Kruis" om toetreding tot den ontsmet-
tingsdienst en ct. per inwoner te voteeren
voor steun.
o. Een schrijven der Mij. „Mabech" te
Utrecht waarin mededeeling werd gedaan dat
met ingang van 1 Mei a.s. de gasprijs zal wor
den verlaagd tot 16 ets. per M3. en het munt-
gas op 16| ets.
p. Een missive van Ged. Staten waarbij
mededeeling werd gedaan dat zij niet accoord
kunnen gaan met de verhaling der 8£ pen
sioenbijdrage op het salaris der Gem.-amb-
te naren.
WARNAER deelde mede dat enkele ge
meenten tegen deze missive in hooger beroep
zijn gegaan bij de Kroon en stelde voor dat
ook te doen, omdat hij de meening der Ged.
Staten niet deelt.
v. d. SLUIJS zeide het met Warnaer eens
te zijn, de toestand der Gemeente eischt zulks
wel.
DE BONTE merkte op dat Ged. Staten
steeds meer en meer voogdij over de Gemeen
ten gaan uitoefenen en was er ook voor tegen
deze beschikking te protesteeren door in hoo
ger beroep te gaan. Het voorstel van den heer
Warnaer werd in stemming gebracht en aan
genomen met 6 tegen 1 stem. Tegen v. d. Poel.
9. Een verzoek was nog ingekomen van
Mej. A. Heijmans, hoofd der Bewaarschool
waarin zij tegen 1 Augustus a.s. eervol ontslag
vraagt als zoodanig. Onder dankzegging voor
j de door haar gedane diensten zal haar zulks
overeenkomstig het verzoek ontslag worden
j verleend.
4. Voorstel goedkeuring verslag Gezond-
heidscommissie.
I De VOORZITTER deelde mede, dat het
batig saldo 289,16 bedroeg en de Gem. bij
drage 88,95.
Eenparig werd deze rekening daarna goed
gekeurd.
5. Afrekening nieuwen verkeersweg, werd
nog aangehouden tot een volgende vergade
ring.
6. Benoeming Schattingscommissie Rijks
inkomstenbelasting.
De VOORZITTER deed mededeeling dat de
heeren L. de Winter, C. Warnaer, H. Kooman
en M. G. de Graaff allen aftreden, doch als
zoodanig herkiesbaar waren.
Na stemming bleken allen herbenoemd te
zijn.
'7. Voorstel gerechtelijke invordering tuin-
liuur en te veel genoten jaarwedde.
De voorzitter deed de mededeeling dat P.
Lugtenburg weigert de jaarlijksche pacht, van
den door hem gehuurden tuin, te voldoen en
stelde derhalve voor om die 13,50 gerechtelijk
te innen.
van den baron klonk hard en dreigend en nu barst
te er iemand in wanhopig snikken uit. Was dat
Cecilia's stem? Dat kon zijn jonge vrouw toch
niet zijn, die zoo bitter, zoo angstig weende?
Erik verbleekte; een somber voorgevoel maakte
zich eensklaps van hem meester en deed hem het
bloed als bevriezen in de aderen.
Roerloos bleef hij staan; maar.elk woord drong
duidelijk tot hem door.
Gebruik je verstand, Cecilia!" hoordé hij Wil-
denrod zeggen. „Hebt gij dan al je zelfbeheersching
verloren? Gij moet je bij het afscheid weer aan
het geheele gezelschap vertoonen Erik kan je
elk oogenblik komen halen. Houd je toch be
daard!"
Geen antwoord. Niets dan dat wanhopig ge
ween en gesnik.
„Ik heb iets van dien aard gevreesd en ben daar
om hier gekomen; maar zulk een uitbarsting had
ik toch niet verwacht. Cecilia, hoort gij mij niet?
Ge moet bedaren!"
„Ik kan niet!" bracht Cecilia op gesmoorden
toon uit. „Laat mij toch, Oscar! Ik heb den gehee-
len dag moeten lachen en liegen, moet 't weer
opnieuw doen als ik met Erik in het rijtuig zit
ik houd 't niet uit, als ik niet ééns, niet een enke
len keer mag uitschreien."
Haar broeder scheen tc begrijpen, dat hij hier
met bevelen niets gedaan kon krijgen en hernam
dus op wat zachter toon: „Je zenuwachtigheid
speelt je ook hier weer parten. Ge moest begrijpen,
dat. ge althans in deze oogenbiikken daaraan niet
moogt toegeven. Ik heb alles gedaan om je geluk
te verzekeren, en nu
„Mijn geluk?" herhaalde Cecilia op bitteren
toon. „Lieg toch niet, Osctfr wij zijn immers
onder ons. Ge hebt mij kunnen misleiden, zoolang
ik nog een gedachteloos kind was; maar ge weet
den dag en het uur, toen mij de oogen zijn open
gegaan. Gij hebt je den weg tot je eigen geluk
willen banen, toen ge alles op het spel zettet om
mijne verloving met Erik tot stand te brengen.
Gij wildet heer en meester worden te Odensberg
en daarom moest ik het offer zijn!"
„En als ik dit beoogde, heb ik uw toekomst mede
verzekerd," riep Wildenrod met nadruk. „Dik
wijls genoeg heb ik je voorgehouden, dat ons ge
heele bestaan daarvan afhing. En beschouwt gij
je als een slachtoffer? Ge zijt als een vorstin ge
huldigd, en toen al die scharen je voorbijtrokken,
zal 't je toch wel duidelijk zijn geworden, welk
een groote beteekenis de naam, dien ge thans
draagt, in de wereld heeft. En het leven te Odens
berg, dat je altijd zoo afschrikte, blijft je immers
bespaard. Ge gaat naar Italië terug, Erik aanbidt
je, bedient je op je wenken en zal je geen enkelen
wensch ontzeggen, maar je met alles overstelpen,
wat geld slechts kan geven. Wat verlangt ge nog
verder in je huwelijk? Dat is geluk, en eens zult
gij mij daarvoor danken."
„Nooit! Neen, nooit!" riep de jonge vrouw,
buiten zichzelve van smart. ,,0, was ik dat geluk
maar ontvlucht doch gij gij hebt mij be
dwongen met de vreeselijke bedreiging, dat ge
het voorbeeld van onzen vader volgen zoudt,
en ik moest dus wel blijven om je te redden. Ik
kan je niet zeggen, welke martelingen ik na dien
tijd heb uitgestaan bij alle goedheid en teeder-
heid van Erik. Ik heb hem nooit liefgehad en zal
hem nooit liefhebben, en nu nu de band tus
schen ons onverbrekelijk is, nu voel ik, dat ik
daaronder zal bezwijken. O, mocht ik toch maar
Idem van mej. Huisman-Touw, welke ƒ90,
te veel ontvangen heeft als salaris voor 't ver
volgonderwijs en weigert terug te betalen.
8. Opheffing cursus vervolgonderwijs.
Thans werd besloten deze officieel op te
heffen en dan in 't najaar te zien welke maat
regelen getroffen zullen kunnen worden om
nog vervolg- of herhalingslessen te kunnen
laten volgen.
DE BONTE drong aan om reeds vroeg in
het najaar met de plannen ter tafel te komen.
De voorzitter zeide zulks toe.
9. Verbod tegen vloeken en misbruiken
van Gods Heiligen Naam.
VOORZITTER deelde mede dat van den
Bond tegen het vloeken en misbruiken van
Gods Heiligen Naam, gevestigd te Den Helder,
verzocht om een verordening te maken waarbij
zulks verboden zal zijn.
Hij zeide verder dat B. en W. het wel met
het schrijven eens waren, doch dat er aan de
uitvoering van dit verbod zeer groote be
zwaren zijn verbonden en stellen derhalve
voor het voorloopig voor kennisgeving aan te
nemen om er over een tijdje als het rapport
der Commissie, welke tracht die bezwaren aan
de uitvoering van dit verbod verbonden op te
heffen, is verschenen en mede naar aanleiding
van de aanhangige rijks-regeling.
WARNAER zeide dat enkele bezwaren
toch op den duur wel te overwinnen zijn en
wijst als voorbeeld aan de Gemeente Zwijn-
drecht en gaf in overweging om enkele ver
ordeningen aan te vragen.
v. d. SLUIJS drong op spoedige afdoening
aan.
DE BONTE zeide het vreemd te vinden dat
B. en W. nu zoo ingrijpend werken op een
simpel verzoekje van een vereeniging boven
uit ons land. Hij zeide niet te kunnen begrij
pen dat, daar de raad dezer Gemeente zoo
overwegend anti-revolutionair is, een der
A. R. leden dan al lang niet met een dergelijk
voorstel is gekomen. Spreker verwachtte van
de uitvoering der verordening niet veel en
stelde voor het stuk voor kennisgeving aan te
nemen.
WARNAER vindt het verwijt den a. r.
leden gemaakt een reden oni des te spoediger
af te handelen en hij verwachtte er wel wat
van en vond dat de overheid in moet grijpen.
Besloten werd af te handelen met 6 tegen 1
stem. Tegen de Bonte.
10. Verzoek gemeente Herkingen bijdrage
in geschatte waarde gebouw openbare school.
Hiertoe werd besloten.
11. Verzoek van „Het Groene Kruis". Be
sloten werd op voorstel van B. en W. om de
gevraagde subsidie, k ets. per inwoner, toe te
staan voor één jaar."
12. Voorstel vaststelling instructie voor
schoonhouders openbare dag"-en bewaarschool.
De voorzitter deelde mede dat voorstel ge
daan zal worden op het verzoek van den heer
Touw.
De secretaris las de ontwerp-verordening
voor.
DE BONTE merkte op, dat steeds de woor
den „zoo noodig" in die verordening voor
komen en vraagt wie bepaalt of iets al dan
niet noodig is. Hij stelde daarna voor die
beslissing aan het hoofd der school over te
laten.
VOORZITTER achtte het beter zulks aan
B. en W. te laten, daar dit college zelfstandig
staat.
Alzoo werd besloten.
13. Behandeling balans en winst- en ver
sterven!" Zij zweeg plotseling. „Wat was dat?"
vroeg zij haastig.
„Wat?"
„Ik weet niet 't klonk net als een zucht!"
„Verbeelding! We zijn alleen en kunnen niet
beluisterd worden. Wat beteekent die wanhopi
ge uitbarsting? Is 't je soms pas op je trouwdag
duidelijk geworden, dat ge een ander liefhebt?
Weet ge de waarheid niet of wilt ge haar niet
weten? Ik vermoedde die sedert den dag, toen gij
met Egbert Runeck op den Albenstein zijt ge
weest. Ge waart half krankzinnig bij de gedachte,
dat die man je zou verachten, dat hij" je voor
avonturierster zou uitmaken. Ik heb je niet willen
waarschuwen, niet op eens wakker maken
nachtwandelaars wekt men niet op hun gevaar
lijken weg. Maar nu is 't tijd om te ontwaken.
Sinds die Egbert een deel van je leven uitmaakt
„Neen! Neen!" kwam Cecilia angstig en ge
jaagd hiertegen op.
„Ja wel!" hernam Oscar met ijskoude verzekerd
heid. „Denkt ge, dat ik 't niet heb gemerkt, hoe
gij van morgen, toen ik met je naar de kerk reed,
doodsbleek werdt en als bet'ooverd naar die éene
plek in het bosch tuurdet? Gc hadt hem in het
oog gekregen en hij was waarschijnlijk gekomen
om je nog eens voor het laatst te zien. Hij stond
veraf, half achter de boomer, verborgen. Op zulk
een afstand herkent men alleen zijn doodvijand
of den man dien men liefheeft en wij hebben
hem beiden herkend."
(Wordt vervolgd.)