rua mm. EERSTE BLAD ld aa" ffimn^vliet. Not. f«liadd Kama"bijOost- •|ktui'Vne% b°eren wageus, «tuigen. Not. v. d. Blink- coper H. Go«em« Jpudciorp op do Oude sten erven ot.' v"t dsn Bern lê iÏÏh,,,°B°uwland ff; luschrtivjngsbilieitpn Pt. by Not. Van deröiuj's f'&f/^Bouwland te ■cptember 1919. hervormde kerk. ra collecte)™'aa,..(Doop) erlem C""'' ,Sclli'lckamp, cteK (loteido n As. Jv'oV nAa 0i'Wand. pccdikaoieoi. °°r fsta'k en om. dhr Hact r ds. Van der Plassche da. Polhuvs. uur ds. Timmer. 1 "ur ds. Priester. Js- He Voogd can ds. Witkop, ds. Haar. ■•2 uur (Doop) ds. Peter. TE KERK. Jr ds- Dujjvendack uit »enbond. 10 uur ds. Oldeman, ÏDE KERK. ds van Ve)ZPn. •U.30uurds. De Bruin. andaun°Sl' i,|V ersteeg. en 'sav. Jeeskerk. nrn. .-> uur leeskerk, ■T ,Dra.' 5 uur leeskerk. ■skerk. uur ds. Mol. uur ds. Van Lummel. enten in nederl. Verhage. ;rde kerk. 3aVi uur leeskerk •m-en'sav. leeskerk. kerk. r ePl- des voorm. Here, op dit eiland Grafl in do zaal ■iiingeweg alhier. Ia' d. v. Joost >GAARD, Secretaris. ren een (lescli n. heer- 1 prijs. - ten aan de elharnls, Dit blad verschijnt iederen ZATERDAGMORGEN. Prijs per kwartaal bij vooruitbetaling. f 0,75 Losse nummersf 0,07' Zaterdag 13 SEPTEMBER 1919 t Jaargang. N°. 45 Advertentie!) van 1—6 regels Elke regel meer Bij contract aanzienlijk korting. f 0,90 f 0,15 Uitgegeven onder leiding van J. 1. L. VAN ZUYLEN door de H.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Voorstraat A 16 Middelharnis. Telef. Interc. No. ZO. Adres voor Redactie en Administrate: Bureau „Onze Eilanden" te Middelharnis. AGENTEN te: Brielle: Boekhandel L. Kluit. HellevoetsluiaBoekhandel G. M. van der Maesen. Ooltgensplaatfa. Breur Zonen. Oude Tonge: H. Simonse. Nieuwe Tonge: W. van de Ree. OuddorpC. deMooij. Stad aan 'l Haringvliet: J. C. Elvé. Birko/and: fa. Binkhorst Zaaycr. Molmaut: ft. Tieleinau Cz,. Her king en: A. Munters. DenBommel: J. Woudstra. Oudenhoorn: A. Tuk. Zwartewaal: D. Hoftyzer Tzn. Nieuw Helvoet J. Nootehoom. Rockanjc: PI. Monster. Goedereede: Jac. v. d. Tol. Stellendam: N. J. van Dongen. Eiland Rozenburg: J. v. d. Vliet Cz., Zanddijk D 38. Middelharnis en Sommelsdyk: Bureau „Onze Eilanden". Zuidland: C. ZevenbergenNz.. Spykcnisse: G. E. van Gent. Heenvliet: W. Hoepel Bz. Alle brievengaarders nemen advertentiën en abonnementen op dit blad aan. LORD NORTHCLIFFE. (Slot). Niet van trede tot trede is Northcliffe gestegen, maar als het ware met sprongen, met rukken is hij omhoog gegaan. Voor beelden als het zijne zijn er niet elders te vinden, want mrutner heeft één enkele persoonlijkheid zich zoo groolen invl jod kunnen verschaffen in de journalistieke wereld. Voor den oorlog heelt men dit niet zoodanig bemerkt, al was bekend, welk een anti-Duitscho campagne Norlh- clilïe en ziju bladen leidden Toen hij de „Times" overnam, heeft men zich af gevraagd of hij nu de politieke richting, welke door dit blad eenmaal was voor- geslaan, zou overnemen. Niets ecliler van dit alles, omdat iNorthcliffe onafhankelijk wenschle te blijven. Hij stelde in deze zaak, die de publieke belangstelling ver kreeg, zijn eigen diagnosehij liel zich niet door eenige poliiieke partij op sleeptouw nemen, maar oordeelde uaareigen inzicht. Dat is zijn kracht geweest, waardoor men hem vreesde en waardoor men hem achtte. Want hoevelen er zijn, die hem hitier haten in het Koninkrijk en daarbuiten, de „Oaily News, die tot zijn verbitterdste tegenstanders heeft behoord, heelt het er kend, dat, al moge zijn reclame, zij u zaken' doen bijzonder zijn, nimmer daarop een smet van ook maar de geringste grootte is gevallen. Wie zich voorstelt, dat Lord North cliffe aan zijn redactiebureaux te Londen is vastgeketend, vergist zich. Zeker, wan neer hij in Engeland is, komt hü elke week twee of drie dagen in Londen, maar uit den aard der zaak neemt hij ook dan aan het zuiver redactioneele werk slechts gering aandeel. Nortcblilfe bepaalt de gruote lijnen, langs welke de bladen zullen worden geredigeerdhij heeft een gelukkigen en goeden kijk op personen, maar schenkt ze na hun aan stelling ook zijn geheele vertiouwenen laat ze volle vrijheid; slechts dan, wan neer dit dringend noodzakelijk blijkt, grijpt hij in. Northcliffe is de meester, wiens gezag onbetwist wordt erkend, maar hij daalt niet af tot kleingeestige conlröle, die tien arbeid van zijn mede werkers slechts zou bemoeilijken. Meestal is hij op reis; den winter brengt hij re- gelmalig in het warme Zuiden door; reeds twintig keeren heelt hij een reis door Amerika gedaan, en er zijn weinig gedeelten van het Europeesch vasteland, in het bijzonder van Frankrijk en Italië, die hem onbekend zijn. Hij is een groot liefhebber van de jachteen uitnemend jager en visscher tevens. Hij weet op merkwaardige wijze, te midden van de grootste overlading van werkzaamheden, zijn ontspanning te kiezen vandaar, dat bijna immer zijn geest frisch is. Wie hem eens ontmoet heeftaldus het ge tuigenis van Andree Vielles, vergeet hem nooiter is iets van den Napoleon in hem, en men voelt dit reeds door de wijze, waarop hij zijn vragen stelt. In den oorlog heeft Northcliffe een jroote en belangrijke rol gespeeld, al j hoorde hij niel tot degeneD, die eenige officieels positie in Engeland innamen. Meer dan eens is hem een portefeuille, ook die van oorlog aangeboden,omdat raen hem kende als uitnemend administrateur, maar steeds heeft hij voor die aanbie dingen bedankt, wijl hij zija volkomen vrijheid van critiek ook volkomen wilde behouden. Northcliffe meen de zijn vader land nuttiger te kunnen dienen door FEUILLETON. JOHANNA VAN VRIJENBAN. Oorspronkelijke Roman door JAN VAN GELDER (Nadruk verboden). .Ik liad dit van ons eerzaam landje niet gedacht" zei Labori „je merkt daar in zoo'n stadje als Deventer al bitter weinig van. Ik vind dat maar goed ook, want al die uitspattin gen bederven, een mensch zijn gezondheid maar. „Och kom," weerde Van Vloten af... Zien Tarkof en ik er nu zoo zwak uil?" „Nu ja, U is er bijtijds uitgescheiden". „Dal doet iedereen, die zyn versland by elkaar houdt. Trouwens, wat men eenzijdig opvat, is altyd verkeerd. Tegenwoordig zou ik wijzer zijn, maar geen van de kennissen uit die dagen zou nu nog weer dien kant uit willen. Er moet toch verschil zijn tusschen'jongelui en raenschcn op meer geposeer- den leeftijd". Uier werd het gesprek gestoord door Mevrouw Van Zandwijk, die de lieeren uilnoodigde aan don gei ra pro viseerden disch-Voor men zich echter in den kring vereenigde om den landelyken maaltijd te gebruiken, hield Van Vrijenban een toast, waarin hij dank zegde aan den eigenaar van den „Dollenkamp", die zijne uitgestrekte terreinen voor de jacht beschikbaar had gesteld, middel van ziju bladen, waarin hij op wekte tot nimmer rustende energie hij is het geweest, die het eerst den foualen held bij uitnemendheid, lort Kilchenex', durfde aanvallendie den kreet van „meer munilie" aanhief, en die ten slotte erin slaagde allen te overtuigen. Van hem is uitgegaan, dat men niet zou mogen rusten, voordal de overwinning was ver kregen; de invloed van de „Times" heeft in hooge mate medegewerkt tot het tot sland komen en doorvoeren van dien dienstplicht in Engeland. Er zijn er, die hem hitter haten, voor een deel juist om dal doorzettingsvermogenvoor een ander deel om het succes, dat hij al spelenderwijze bereikte. Maar geen is er, die dezen karakteristieken man, die op nauwelijks 50 jarigen leeftijd grooter macht over de wereld uitoefent dan welke koning ook, van eenige opzette lijke verkeerdheid kan beschuldigen. Wanneer men spreekt van de pers als Koningin der aarde, steil men zich als onbewust personen voor gelijk North cliffe er een is. Hij moge het doen niet naar den smaak van enkelen, maar niet ontkend kan worden, dat hij van uit zijn redacliebui'eau een bijna onbeperkte macht onverantwoordelijk uitoefent. Hij gelooft in het instinct van de groote massahij schrijft niet naar haar zin maar hij houdt rnet haar oordeel reke ning H. Ch. G. J. v. d. M. Uit Rotterdam. IX Koninginnedag alweer achter den rug. Do stad had bepaald behoefte aan een beetje feest, want ofschoon er officieel niets te doen was deden de menschen toch alsof, namen en gaven vacantie, trokken bun beste pakje aan, tooiden zich met linten en strikken en maakten er een rumoerigen Zondag van. Jammer dat de gemeente-bureaus en de open bare scholen geen vrijaf hadden gekregen, ofschoon op de laatste menige jongen op eigen houtje vacantie had genomen en met vader, moeder, groote broer of zus naar het sportterrein TÉoMdensfem was getogen. Daar werd namelijk gevlogen. De ondernemende heer Tuschinski, exploitant van een paar bioscopen hier ter stede, had ditmaal zaken willen doen met vliegdemonstratles en een paar vliegtuigen met vliegeniers afgehuurd van de Elta, zoodat Rotterdam ook heeft kunDen genieten van de „loopiDgs", de „tonneau", de „feuille morte" en hoe de bunsten meer mogen heeten.En deiiefhebbers ook ad f40 zeven minuten hebben mogen vliegen. Kopje duikelen kon ook. Kostte f 100. Nachtvluchten hebben wij niet gehad, komen misschien nog over tien jaar bjj de volgende demonstraties.Tenzy wij voordien tyd geregelde vliegverbindingen over ons geheele land hebben, waarby de „Eilanden" niet. vergeten worden. Ik kaü mij zoo goed begrijpen, dat het initiatief van jelui eiland bewoners is uitgegaan. Laatst ben ik eens naar Middelharnis geweest. Een reis kom Om helsch en tureluursch te worden. Enfin jelui weet dat beter dan ik, zultde reis vaker gemaakt hebbeD. Daarom let op, dat het niet by initiatief blijft. Dat jelui het pracht idee van vliegverbindingen hebt, en dat ze er straks komen en jelui toch liüks laten liggen. Past toch op, want met die tram bun je toch niet blyven zitteD. Daar boor je op den duur de „Eilanden" mee den put in. Zelfs schrale, arme streken in Overysel en Drente hebben hun sporen gekregen en zou den de welvarende rijke klei-eilanden met hun ellendig speelgoed trammetje blyven zitten Ik zie helder in, dat er moeilijkheden zyn, Maar waar een wil is, is een weg. Het ken merk van den wil is, dat men nooit vergeet, wat men wil. Het zal me een feestelijk oogeDblik zyD, als ik bet laatste „schreeuw- mirakel" heb zien voorbijrijden. Want schreeuwen kan dat diDg geweldig. Als je waarop deze antwoordde, zich gelukkig te rekenen zyn kleine bydrage tot het welslagen van het feest te hebben kunnen schenken. Toen releveer de hij het feit, dat hy eerst kort in het bezit van het hoekje grond was gekomen, waarop zij zich nu bevonden en hy het tot een eer rekende, als men hem voor een korte spanne tyds als gastheer wilde beschouwen. Vervolgens verzocht gasten een glas wijn als welkomst te Irinkeu. Men deed de champagnekurken knallen en ging daarna over lot den maaltijd- Er werd veel gepraat en veel gelachen, men legde zich languit in het gras en genoot volop van hel heerlijke gevoel, dat de vrije natuur geeft. Meu gevoelde zich los van alle maatschap pelijke verplichtingen, en ging ongestoord op in een door niets belemmerden vrijen omgang. Alle verschil scheen tusschen dit heterogeene gezel schap weggevallen. Men wist zich ver van eenige menschelyke woning en waande zich volkomen onbespied. Waarom zou meu niel zonder aarzeling genieten vau dit samenzyn. Morgen zouden allen weer der- en herwaarts vertrokken zjjn en de gelegenheid, om weer eens een dag zichzelve te vergeten, in de schoono natuur zou in lange niet terugkeeren. Nadat de maallyd afgeloopen was, verspreidde men zich allengs in den omtrek, de dames oui bloemen te plukken, de heeren quasi met het geweer onder den arm, doch inderdaad om naar de schoone sexe te kijken en wat te lanterfanten. Van Vloten zag Rose geflankeerd door Renswoudc en de graaf van Asperou de struiken ingaan, elders verdween Romelia met Jonker Jan langs den vijver, Vau Zandwijk zocht met zyn echt- genoote, Van Vrijenban, den notaris en den overste een beschut plekje midden in het kreu pelhout, zoodat de landeigenaar de gelegenheid schoon zag en Johanna aanbood wat zeldzame bloemen met hem te gaan zoeken. Zij ging op zijn verzoek in en vroeg ondeugend: „Heb je zooveel verstand van de Hollandsche flora „Een moeilijke vraag," antwoordde hij en daar zij op dit oogenblik juist den boschrand bereikt hadden, vervolgde hij: „Ik heb althans een der zeldzaamste bloemen in jou ontdekt." Daarna omhelsde hy haar eu kuste haar hartstochtelijk. Zwijgend giugenzy eenigemiunleD door het eikenhout en bereikten ten laatste de heide, langs welke het jachtgezelschap dien morgen het „Biesebosch" bereikt had. .Laten wij ons niet vermoeien en hier gaan zitten. Ik houd van een ruim gezicht." Voor hen lag de paarsbruine vlakte, heel ia de verte begrensd door vaag aaDgeduid bosch. Kerktorens zagen ze omhoogsteken en als kleine roode en bruine vlekjes onderscheidden ze de daken der huizen. Vol geweldig licht stond con hemel bedekt met reusachtige witte wolken op den horizon. Zware slagschaduwen wierpen ze op het landschap, dat daardoor verscheen op de eene plaats tooverachtig overgoten met goud licht, elders somber en donker, toch van een I raadselachtige duidelijkheid. Waar dc zon scheen het eenmaal weet, hoor je het juweeltram metje over heel Rotterdam bulken. Net als iets heusch 1 Je begrijpt niet, dat die loco motiefjes al niet lang van schaamte uit elkaar zyn gebarsten. En onderhand hebben we ook een nieuwen Raad gekregen en een nieuw stel wethouders, d.w.z. er zyn een paar oude bij, maar ook een paar nieuwe „Rooie"natuurlijk. Beu zeer benieuwd, hoe dat af zal loopen. Vooral met „kameraad" Heykoop. Die heeft nog geen jaar geleden geprobeerd den boel onderste boven te keeren en ons te verheugen met „arbeidersraden". Hoe zal hy nu dat wethouderschap opknappen. Zij hebben hem Bedrijven gegeven. Zonderlingen tijd, die we tegenwoordig beleven. Iedereen, die iemand in een verantwoordelijke positie moet aan- stelleu, zoekt naar bekwaamheid, verstand, ondervinding. Maar wethouder van Gemeen tebedrijven wordt men enfiD. 'tGaat me niet aan, de kiezers hebben gesproken en vervolgens de Raad. Misschien is het ook wel mogelyk, dat de sfeer van politieke vergaderingen ontwikkelend op iemands hersens inwerkt, zoodat hij heel vlug van alles verstand begint te krijgen. Een soort wonderproces dus, waarvan wy, gewone stervelingeu „stemvee" om het nog eens zoo te zeggen, Dooit eenig benul zullen krijgen. t Flakkeesche brieven. Zie, het loon der werklieden die uwe landen gemaaid hebben, hetwelk van U verkort is, roept, en het g schrei der- genen die geoogst hebben, is gekomen tot in de ooren des Heeren Zebaölh. Jacobds 54. Voor de strekking van dezen brief vond ik bovenstaande tekst zoo bijzonder toe passelijk, dat ik die tot motto koos. Wanneer we eens een blik in het rond slaan, zien we allerwegen actie voor betere belooning dtr werklieden. Actie in schier elk bedrijf, ook in dat der landarbeiders. Ook op FJakkee beginnen de landarbeidexs sluierden gouden nevels door de heide en op de verre dorpen, waar haar licht onderschept werd, kwam..alles te voorschyn in een wonder lijke nuchterheid, die veeltijds de bekoring van de Hollandsche dreven uitmaakt. Van Vloten zag peinzend naar het heerlijke spel van licht en schaduw, dat zich over het land bewoog. Hij steunde het hoofd op de elleboog en Johanna had zich naast hem neergelegd in dezelfde houding. Wauneer hij zijn oogen van den hemel afwendde, blikte hy voortdurend in haar blauwe oogen die als saffieren schitterden. Zijn arm beroerde de hare en deze aanraking was voldoende ora hem een huivering langs het lichaam te jagen en hem te doen overbuigen om haar te kussen. Inderdaad begon thans te gebeuren, wat zjj misschien nooit een van beiden begrepen hadden, namelijk, dat iu hen ging ontwaken een zeer krachtige liefde, die zich tijdens haar wasdom aan den mensch onttrekt eh zich op haar beurt opwerpt als meester niet alleen, maar als blind en redeloos heerscber. Jarenlang had Van Vloten zijn hart gesloteu voor alle teedere gewaarwordingen, hy was een ruw en pracliscb man geworden, een zwerver met een hart vol verachting en hoogmoed. En nu langzamerhand betere gevoelens in hem wakker worden, spreekt het vanzelf, dat hjj ze sceptisch en aarzelend begroet. Hy gelooft aan het huwelijk, aan de vormen van het dageljjkscbe leven, maar hy gelooft niet meer aan het onzeg bare verlangen, de opperste vreugde gemengd met dien eiudeloozen weemoed, dien men liefde noemt. Maar het ontwaakt in hem, het is, of er een pantser wegsmelt ora zijn ziel, of een reeks verschieten zich voor hem openen en de wereld zich verjongt. Eu naast hem zit Johanna. Ilaar liefde is eerder opgegaan dan de zijne Zij werd geïnteresseerd door zijn persoonlijkheid, haar nieuwsgierigheid hield zich met hem bezig, uiaar het kou ook bij haar niet lang du< en, of by zou haar verschijnen als de redder uil haar lang zame verzinking, als de eenigste die leven, kleur en bezieling kon geven aan haar toekomst. Zij vraagt niet, wat hij wil, wat hy doen zal. Zjj staart hein in de oogen en als hy den blik afwendt naar de verschieten voor hem, dan blijft zij hem aanzien alsof zij de gedachten, die in zijn brein rondgaan raadt, als aan haar gewijd, geniet, als waren zij divine realiteit. Het was voor beiden een der grootste momen ten van hun leven. Jaren na dien bleef hun den aaublik bij van die heide en dat bosch, aan welks rand zij lagen. Het was de kracht van de belofte, die bun daar gedaan werd, welke het oogenblik voor hen onvergetelijk en onsterflijk maakte. Slechts een korte tijd was hun gegund, toen naderden in de verte de paarden, die de graaf om drie uur besteld bad. AlvoreDs op Ie staau verloren zij zich iu een innige omhelziug, daarna gingen zy hand iu hand weer tusschen het groen en liet gebladerte Teruggekeerd bij bet gezelschap aan den vijver, bleken zij de eersten te zyn van de afgedwaaldeu. (Wordt vervolgd.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1919 | | pagina 1