2
ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1919.
bruikbaar is en in de tweede plaats zaait
men planten, die blijkens hare aanwezig
heid in de omgeving voor de grondsoort
gepast zyn en waarvan men dus met vrü
grooie zekerheid mag aannemen, dat ze flink
zullen groeien en een zoo hoog mogelijke
opbrengst zullen bereiken.
Maar het middel, dat de „bouwboer"
ter bereiking van zyn doel wil toepassen,
zal beslist falen (aldus de heerït.) Want—
de verschillende grassoorten bloeien te onge
lijk, dan dat men per slot een goed mengsel
zou bekomen van de diverse soorten. „Op
een goed stuk grasland, althans op de klei.
komen minstens een achttal verschillende
grassoorten voor. Daarvan bloeien sommige
vroeg, andere laat en weer andere tusschen
deze bloeityden in, de een naar den vroegen,
de andere naar den laten kant." 't Gaat er
net als op een akker, welke bezaaid ware
met wintergerst, zomergerst, wintertarwe,
zomertarwe, haver, winterrogge en zomer-
rogge. Wanneer hier de wintergerst ryp zou
zy'n, stond misschien de haver pas in bloei.
Als men den maaitijd voor de eene graan
soort op lijd koos, zou men voor de andere
al reeds te laat zijn en voor een derde nog
te vroeg.
Ik sta te dezen opzichte heelemaal aan
de zijde van den heer R. Alleen geloof ik,
dat de practische boer het in zyn macht
heeft, dat al te groote verschillen in oogst-
rijpbeid een weinig te doen verdwijnen.
Door de voor „zaadwinning" te bestemmen
perceelen eerst vóór te weiden, zéér kort,
zullen de vroeg in 't zaad schietende soorten
knap worden „geremd" en is de kans op
meer gelijkmatig ry'pen van de diverse soor
ten beslist heel wat grooter.
Doch ik geloof, dat de boer, die een goede
wei wil aanleggen ten aanzien van het zaad
maar 't beste doet, 6@n goed graszaadmengsel
te koopeD, een mengsel van goed zaad wel
te verstaan. Dat hij daarbij de hulp van het
bekendeLandbouwproefstation voor de zaad-
contröle moeilijk, ja onmogelijk missen kan
da's dunkt my - buiten kyf.
Dan volgt bespreking van een derden
brief te weten, van iemand, die over een
paar jaar nog al wat graszaad zal moeten
gebruiken. Schrijver meent dat het heel goed
mogelijk zijn zou zelf te telen, wat hy noodig
heeft.
De heer R. zegt in dit verband er zich
altijd over te hebben verwonderd, dat in
Friesland de zaadteelt in het algemeen en
die van graszaad in het bijzonder zoo weinig
wordt beoefend. Hy acht er den grond, zoo
wel op zand als op klei, uitstekend.geschikt
voor en de cultuur staat in het algemeen
hoog genoeg om in staat te zijn, de moeilijk
heden, welke zich mochten voordoen te over
winnen.
Toch zou de heer R. op dit oogenblik niet
gaarne den raad geven, om als boer nu maar
te beginnen met de teelt van eigen graszaad.
Schrijver meent dat het juiste oogenblik van
den oogst by graszaad moeilijk te kiezen
zyn zal en feitelijk door en in de practyk
moet worden aangeleerd. Te vroeg en te
laat maaien beide zullen te veel invloed
hebben op het resultaat, dan dat niet heel
gemakkelijk zeer duur zaad zal worden ge
oogst. Waarmee de heer R. echter niet wil
afraóeD, doch de risico's goed wil doen voelen.
Ik ben van meening, dat ervaren graan
verbouwers ook wel heel gauw een goeden
kyk zullen hebben op den juisten oogsttyd
van diverse graszaadsoorten.
Volledigheidshalve zij hieraan nog toege
voegd, dat de heer R. het gerstgras uitzon
dert van laatst bedoelde raadgeving. Het
zaad hiervan is niet in den handel. En toch
is 't hoogst wenschelyk het in graszaadmeng
sel voor nieuw aan te leggen weiland op te
nemen. Waarom ten sterkste wordt aange
raden met het zelf winnen van dit zaad
proeven te nemen. Het wordt niet gauw te
duur.
g. van der molen,
Landbouwonderwyzer.
Vlaardingen, Augustus 1919.
Eindelijk weer Chilisalpeter in den
Herfst.
Men schrijft ons:
Gedurende den oorlog, dus gedurende vy'f
lange jaren is het chilisalpeter ons zoo raond-
in Samarinda met een klein clubje Europeanen,
allemaal ongetrouwd eD met den luitenant Müller
en den sergeaDl-majoor, wiens naam ik vergeten
ben hebben wy veel gejaagd op orang-oetaugs
en krokodillen."
Van Vlolens oogen schilterden. Zyn belang
stelling word gewekt en hij herinnerde zich zijn
eigen avonturen.
„De jacht op apen is een mooie jacht. Ge
vaarlijk! Wat zyn die beesten sterk." 't Gaf
daar dat dooie nest wat afwisseling. Ik geloof
dat we onze ziel zouden verkocht hebben om
eón dag ons verdriet tc kunnen vergelen Ik
zie Van Vrijenban hall houden. Waar is dat voor?
„We moeten afstijgen. De jacht gaat beginnen.
De heide was ten einde en men was het bosch
genaderd dat tot den „Dollenkamp" behoorde.
Een troepje mannen dat by hun aankomst op
den grond lag, was opgestaan en hoorde de
bevelen aan, hen door den graaf gegeven. Hun
taak zou bestaan ïq het oppassen der paarden,
liet gezelschap begaf zich nu onder leiding van
Van Vloten hel bosch in. Men volgde een smal
pad dal aan weerszijden door zwaar begroeid
kreupelhout was begrensd. Van Vloten die de
eenigste was, die hier goed bekend was, ging
voorop, terwijl de anderen hem volgden. Na een
kwartier bereikte men een laagte, die een open
plek vormde in hel bosch. Deze lag als een
smalte rechthoek tusschen het geboomte. I.inks
daalde de bodem af en zag men een meertje,
aan de oevers begroeid met hoogopgaand riet.
Dit grasveld behoorde tot de bezitting van den
jesmaat toebedeeld geworden, dat er aan
een bemesting met chilisalpeter in den Herfst
niet gedacht kon worden. Het weinige, dat
we machtig konden worden hadden we noo
dig in het voorjaar en den vroegen zomer
voor suikerbieton e.d. Nu echter weer nor
male tijden gaan aanbreken, de kunstmest
vry is, en er genoegzaam chilisalpeter voor
radig zal zy'd, moeten we weer met ver
dubbelde energie aan 'twerk. We zyn aan
ons zelf en aan de gemeenschap verplicht
den bodem zooveel mogelijk te doen produ-
ceeren. Tot de voornaamste producten be
hoort nog altijd het graan. De TOgge en de
wintertarwe, ziedaar de twee cultures op
welker intensieve verbouwing wy ons moeten
toeleggen. En daarom moeten we in den
herfst even na deo uitzaai of na de opkomst,
zoo mogelyk na beide een kleine hoeveel
heid chilisalpeter uitstrooien op de tarwe
en rogge.
De granen zyn daardoor vóór den winter
reeds wat krachtiger van bouw en doorstaan
de vorst beter dan de kleinere tengere plant
jes. Per Hectare kan men voor de herfst-
bemesting met chilisalpeter volstaan met
50 h 100 KG.
Correspondentie.
Van den heer K. te S. ontving ik een
schrijven om inlichting in zake de teelt van
uien op een stuk grond dat thans suikerbieten
draagt.
Volgende week hoop ik hem van antwoord
te dienen.
o
Brief uit Kopenhagen.
De bijzondere R.A.P.A.-correspondent
schrijft ons uit Kopenhagen:
In de Deenscbe hoofdstad bemerkt men
by een reis naar het Noorden voor het eerst
iets van de actie door de Russische bolsje-
wiki in het leven geroepen. In de haven
liggen verschillende oorlogsschepen der ge
associeerden, welke schepen van Rusland
komen; in Tivoli, Kopenhagens wereldbe
roemde en dan ook uitgebreide en vermake
lijke zomerkermis, drentelen Fransche,
Engelsche, Italiaansche en Amerikaanscbe
zeelieden gemoedelijk tusschen de feestvie
rende Denen.
Te Kopenhagen mocht ik ontmoeten den
kapitein van hetDeensche leger C.V.Nyholm,
met wien ik in hotel Phonix eon laDgdurig
onderhoud had. Kapitein Nyholm is enkele
dagen geleden teruggekeerd uit Finland en
bracht eenige weken door bij het witte,
Russische Noord-West leger en wat hy mij
vertelde over het optreden der bolsjewiki
nadert het ongelooflijke. Edoch, kapitein
Nyholm is, naar mij verscheidene Denen
vertelden, een zeer achtenswaardig, botrouw-
baar en algemeen gezien man. Wij Neder
landers zyn evenwel al te bereid om by de
berichten over het bolsjewiki-wanbeheerte
meenen, „dat het wel niet zoo erg zal zyn",
maar kapitein Nyholm verzekerde my, dat
het veel erger was, dan men zou kunnen
beschrijven.
In het Russische Roode Leger, aldus ver
klaarde my de Deensche kapitein, behoort
geen 10% der manschappen tot de bolsje
wiki, maar een kleine minderheid terrori
seert op de ontzettendste wijze de meer
derheid. Desertie moeten vrouw en kinderen
van den deserteur met den dood bekoopen.
Ook officieren van het oude Russische leger
dienen by de bolsjewiki. Zy doen het staf-
werk, doch mogen geen wapens dragen en
steeds zijn hun eenige commissarissen toe
gevoegd. De aviateurs by het Roode Leger
zijn voor het allergrootste deel evenmin
vrienden der bolsjewiki en dat weten de
leiders ook wel. Daarom worden van een
vliegenier, zoodra hy opstijgt, drie bloed
verwanten, of zyn deze er niet, vrienden
in gijzeling gesteld. Keert de vliegenier
niet terug en is niet volkomen zeker, dat
hij is neergeschoten door den tegenstander,
dan worden de gijzelaars ter dood gebracht.
Als deze „roode" vliegeniers evenwel met
bommen werpen, waken zij zeer zorgvuldig,
dat de projectielen geen doel raken. Zoodra
het Roode Leger den indruk krygt, dat de
Witten de overwinning zullen behalen, is
het getal deserties legio. Kapitein Nyholm
maakte het persoonlijk mede, dat drie regi
menten, het Sminovsky-regiment en het le
jonker van Zandwijk en was eerst kort tot den
.Dollenkamp" overgegaan.
„Hier op het „Muizenveld" zullen wij ons
posteereD. ik zal ieder een plaats aanwijzen en
dan is afwachten de boodschap".
Het was op dat oogenblik half elf. De graaf
verklaarde, dat men nog een half uur den tyd
had eQ dal men dat brood noodig zou hebben.
Ieder kreeg nu een plaatsje in den boschrand
aan weerskanten van bet veld.
„De beste schutters blijven aan dezen kant",
zei Van Vloten, want ik vrees, dat jelui anders
op elkaar gaat schieten."
Na een kwartier lag hel veld verlaten. De
officieren, die eerlijk verklaard hadden, niet zeker
van hun schot tc zijn bevonden zich aan bet
andere uiteinde met do dames, twee aan twee
verborgen achter het groen. Halverwege hadden
do graaf, Van Asperen en Van Wittekerke een
plaats ingenomen. De jonker bevond zich met
den notaris ter hoogte van den vijver. Zij vorm
den de élite van het gezelschap, want de jonker
jaagde gedurende het ganschc seizoen en Labori
had een zeer vaste hand. Van Vioten maakte
een verkenning in bet bosch en verscheen na
eenige minuten aan den boschrand, roepende:
„Attentie. Ik hoor ze in de verte."
„Dc vent heeft vervloekt fijne ooreu", zei Van
Wittekerke, „ik hoor niets dan liet gelach van
nicht Romelia".
„Ik verbeeld me toch iets le hooren", gaf Van
Asperen ten antwoord, die naast hem in het gras
lag. „Of zou bet de wind zyn?"
en 2e Kroonstad-regiment in hun geheel
naar het Witte leger overliepen. HetSemi-
novsky-regiment kwam zelfs met volle mu
ziek eu voerde de commissarissen, die aan
dat regiment waren toegevoegd, geboeid
met zich mede.
Daar van de mannen van het Witte Leger
de meesten een of meer familieleden ver
loren door terechtstelling, is de verbittering
tegen de bolsjewiki ontzettend hevig. Daar
komt nog b(j, dat de bolsjewiki bun krijgs
gevangenen op de onmenschelijkste wyze
mishandelen. Wat kapitein Nyholm me
daarvan vertelde, wil mij nog niet uit de
pen. Ik zelf hoop binnenkort de gelegenheid
te hebben my van deze dingen van meer
nabij persoonlijk te overtuigen. Het zyn
Chineesehe compagnieën die de straffen ten
uitvoer brengen. Een groot deel dier Cbi-
neezen was vroeger als arbeiders toegevoegd
aan het oude Russische leger en deze
menschen zyn, eenvoudig omdat ze toch te
eten moesten hebben en zonder zich reken
schap te geven van wat er om hen heen
gebeurde, by de bolsjewikische legermacht
overgegaan.
Om aan het verschrikkelijke lot, dat den
krijgsgevangenen by de bolsjewiki beschoren
is, steeds te kunnen ontkomen, dragen de
mannen der best uitgeruste regimenten van
het Witte leger, steeds een doodelyk portie
zeer snel werkend, vergif by zicb.
Aan de andere zijde treedt het Witte Le
ger ook zeer streng op tegen de krijgsgevan
genen, van wie men zeker weet, dat zij wer
kelyk uit eigen verkiezing met het bolsje-
wiki-leger mede uittrokken. Deze heeren,
een klein deel echter slechts der gevangenen,
krygen een koord en moeten dan zichzelf
ophangen. De Chineezen, die in haDden der
Witten vallen, worden eenvoudig achter
het front aan den arbeid gezet, zonder ge
straft te wordeD, daar deze menscheD slechts
werktuigen zyn in banden der bolsjewiki.
De bevolking in het door de bolsjewiki
bezette gebied ziet reikhalzend uit naar be
vrijding van het bloedig regime en kapitein
Nyholm maakte het mede, dat in bevrijde
dorpen de bevolking nederknielde yoor de
Witte troepen en soldaten en officieren
dankbaar de hand kuste.
De geest in het Witte Leger is uitstekend
groote geestdrift heerscht er voor de bevrij
ding van het vaderland, niettegenstaande
de verpleging zeer veel te wenschen over
laat. Er is namelijk geen voldoende aan
voer, noch van levensmiddelen noch van
ammunitie. Dit gebrek aan levensmiddelen
is den Witten al herhaaldelijk noodlottig
geworden. Zoo b.v. gedurende het groote of
fensief in Mei j.l. Hetbolsjewiki-leger werd
toen volkomen verslagen en vluchtte in de
grootste verwarring. Petrograd lag open
voor den inmarsch der Witte troepen, maar
dezen konden, aangezien geen levensmidde
len werden aangevoerd, niet optrekken en
moesten wachten. Van dezen tijd maakten
de bolsjewiki gebruik volkomen betrouwbare
troepen aan te voeren en de Witten, zoo
dicht by een zeer belangrijke overwinning,
moesten 50 K.M. terugtrekken. De val van
Petrograd zou wel niet de gobeele neder
werping der bolsjewiki met zich brengen,
doch zou een onschatbare moreele uitwer
king hebben.
Het Witte noordwest-leger telt ongeveer
zestigduizend man, maar heeft geen vlieg
machines, terwijl er duizenden in Europa
ongebruikt liggen. De eenige vliegmachine,
die het had, is onlangs nedergestort. De
legermacht, die de bolsjewiki tegenover deze
zestigduizend man stellen, bedraagt200.000
man, doch indien de Witten slechts van
het noodige voorzien waren, zou Petrograd
by na zonder een schot te lossen zijn te nemen.
Indien de bolsjewistische troepen zouden
beseffen, dat een ernstige, goed georganiseer
de aanval gaande was, zou de groote meer
derheid, die anti-bolsjewistisch gezind is,
niet meer voor de straf van de zyde der
bolsjewiki vreezen en in groote massa's
overloopen. De Witten hebben een dringende
behoefte aan voedsel, ammunitie en geld.
Zy moeten zich heel veel ontzeggen en de
eenvoudigste dingen zijn er luxe. Zoo was
een enkele sigaret, die kapitein Nyholm een
generaal aan bood, een kostbaar geschenk.
Nu en dan als een hoofdkwartier der bolsje
wiki werd genomen, was dit tijdelijk anders.
Dan werden groote hoeveelheden wyn en
delicatessen buit gemaakt, want de bolsje-
„Ja, dat is de wind".
Op dat oogenblik sprong een baas te voorschijn,
die met onzekere bewegingen links en rechts over
het veld liep en langs den vyver verdween.
Volgens afspraak mocht men niet schieten voor
het eerste schot gelost werd door Van Vloteü,
om hel wild niet te vroeg te verschrikken, zoo
dat het niet iu de goede richting zou vluchten.
,,Hij heeft hel al in de gaten", zei de jonker
op den haas wijzend.
„Er zullen wel meer komen", zei Labori, die
ernstig achter zijn buks lag met den vinger aan
den trekker.
„Hoor je nog niets?" vroeg Van Vloten die
naar hen toekwam.
Zy luisterden oplettend. Zwakjes klonken van
heel ver verwarde geluiden door de lucht, ver
oorzaakt door de drijvers, die het wild voor zich
uitjoegen.
„Ja, het is nu erg duidelijk", verzekerden
beiden.
Er kwam meer leven in het bosch. Voortdu
rend kwamen dieren te voorschijn, bazen, konij
nen, wezels, bunzings en muizen. Zy namen
spoedig weer de wijk links en rechts in het
hout, doch schenen ook daar niet op hun gemak
te zijn en keerden terug, om ten slotte alle den
weg langs het meertje le nemen.
„Nu is het tyd"! zei de notaris.
.Vooruit dan maar".
Zij legden alle drie aan. Kort na elkander
weerklonken de losbrandingen, men zag een aan tal
dieren over den kop duikelen en andere verschrikt
wistische leiders leven er goed van en wonen
in de keurigste salonwagens.
Wat in Rusland gebeurt, aldus kapitein
Nyholm heelt mot klassenstrijd, met eman
cipatie der arbeidersklasse, in het algemeen
met politiek of economie, niets te maken.
De bolsjewistische leiders hebben de macht
in handen en genieten ervan, zonder zich
ook in het minst om rechtvaardigheid of
om het welzijn der massa te bekommeren.
Op papier bestaat er een grondwet, waarby
de rechten der Russen zeer nauwkeurig
zijn omschreven, maar deze groDdwet is
niet meer dan een vodje papiei. De arbei
ders- en soldatenraden hebben in werkelijk
heid niets, maar dan ook totaal niets, te
zeggen. Er heerscht een dictatuur, zoo abso
luut en zoo wreed, dat het régime van
Iwan den Verschrikkelijke erby in het niet
verzinkt. Verbazingwekkend is het, merkte
kapitein Nyholm op, dat in sommige landen,
met name in Engeland, nog groepen der
arbeiderspartijen sympathie toonen voorde
bolsjewiki. De eenige verklaring biervoor
is, dat de menschen absoluut verkeerd zyn
ingelicht. De bolsjewiki besteden namelijk
millioenen aan de propaganda in bet buiten
land. Alle beschaafden van welken stand,
van welke nationaliteit zij ook mogen zyn,
behoorden samen te gaan tegen de misda-
digersbende, die, onder het mom van maat
schappelijke hervormers, zich verrijkt ten
koste van het geluk en het bloed van mil
lioenen.
De leiders der bolsjewiki zyn thans vele
malen millionnair en zy hebben er voor
gezotgd, zelf waardevolle papieren en goud
in handen te hebben. Voor de anderen
laten zy papieren geld drukken, zooveel er
noodig is. Elke bolsjewiki-divisie heeft haar
eigen machine om bankpapier te vervaar
digen, en dat er met dat papier zonderling
wordt omgesprongen, kan blyken uit het
feit, dat onlangs door de Witten een een
voudig soldaat werd gevangengenomen, die
600,000 roebel aan papieren geld by zich
had. Hoe weinig de leiders der bolsjewiki
zich bekommeren om het welzyn van ande
ren. bleek bij den opmarscb der Witten in
Mei jl. In een hoofdkwartier der bolsjewiki
vond men toen groote voorraden w(jn, de
fy'nste sigaren en sigaretten, allerlei gecon
serveerde levensmiddelen, maar nog geen
tien minuten verder was een hospitaal,
waar de zieken en gewonden, die niet meer
in staat geweest waren om verder te trek
ken ten einde zich voedsel te verschaffen,
den hongerdood waren gestorven.
Op myn vraag, in hoeverre Joden mede
schuldig zyn aan de ontzettende bolsjewiki
tyrann'e, antwoordde kapitein Nyholm:
„De eigenlijke leiders zyn voor het mee-
rendeel geen Joden, maar ze maken een
dankbaar gebruik van het Joodsche intel
lect. De Joden zijn hun goede dienaren,
daar een Jood zich by de Russen niet ge
makkelijk aansluit en dus door hen moei
lijk een samenzwering op touw gezet kan
worden. In de van de bolsjewiki bevryde
streken is de haat tegen de Joden dan ook
ontzettend groot. Natuurlijk mag men de
wandaden van enkele Joden niet schuiven
op het geheele Joodsche volk, maar de
onontwikkelde Rus beseft dit niet. In het
belang der Russische Joden zou het myns
inziens zyn, dat hun geloofsgenooten iu
andere landen zich aaneensloten om de
besti ijders der bolsjewiki krachtig te steunen.
Dit zou zeer veel goed maken en van groote
beteekenis zijn voor het toekomstig lot der
Joden in het toekomstige Rusland".
Ingezonden Stukken.
Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.
Mijnheer de Redacteur1
Tijdens den oorlog waren alle levensbe
hoeften tegen door het Rijk vastgestelde
prijzen verkrijgbaar.
Dit heeft het gevolg gehad dat de verkoo-
pers van die levensbehoeften zich hebben
vereenigd om zoodoende gedaan te krygen
dat zij in hun winst niet al te veel benadeeld
zouden worden.
Nu er geen maximumprijzen meer zyn,
komen die heeren tot de conclusie dat het
heel best mogelyk is, niet als concurrent
naast elkaar te leven, maar als vrienden,
om zoodoende een hoogere winst te kunnen
het bosch weer invluchten. Van alle kanten
begon men nu te schieten.
„Het veld is niet groot genoeg", merkte de
jonker ontevreden op, „je zult zien dat de uitslag
niet mee zal rallen".
„De dieren zyn oogenblikkelyk weg. Ze schieten
daarginds slecht. Ik heb aan den overkant nog
niets zien vallen.
„Ze maken zich te druk mei de dames. 11c
een paar fasanlen. Vlug anders jagen ze ginds
de beesten weer weg".
Bijna zonder aan te leggen, schoten ze naar
de vogels, die eenige oogenblikken met de vleu
gels klapperend in het rond draaiden en vervol
gens dood neervielen. Van alle kanten nam het
getier toe. De drijvers schenen le naderen eu
het veld en het omringende hoscli wemelde van
levend gedierte. Het was den deelnemers echter
streng verboden in het hout te schieten vanwege
het gevaar, dat dat opgeleverd zou hebben. Van
Vloten schoot zelden. Deze wijze van jagen, die
veel op doodschieten in koeien bloede geleek
beviel hem niet. Hij liet de andereu rustig hun
geweer afirekken en speurde onverschillig over
het veld, Ilel was een aardig hoekje grond, in
gesloten als het daar lag iussclien het eikenhak
hout en weelderig begroeid met gras. Daar hij
voorover op den grond lag, scheen de zon hem
op den rug en by gevoelde zich in de koeslering
van de warme straten, lekker gestemd. In stilte
nam hij zich voor in de toekomst vaker van dit
mooie plekje te profiteereD.
„Het is bjjna idyllisch", ducht bij, „bosch,
maken.
Er is geen enkele tak van nijverheid,
industrie of nering in iedere gemeente of ze
zyn vereenigd. Deze vereeniging heeft niet
ten doel om gezamentlijk al het benoodigde
te koopen om zoo doende een flinke winst
te behalen tegen verminderde verkoopsprij
zen. Neen, al deze vereenigingen hebben
geen ander doel dan hun eigen belang en
voeren allen bet wapen „boe worden wy
het vlugst ry'k."
Zie eens naar de slagers. Waar men ook
gaat de prijzen zyn overal precies even
hoog. Terwyl iu Rotterdam de prijzen onge
veer f0,50 per pond lager zyn dan op de
gemeennte ten plattenlande. Spykenisse
maakt, naar ik hoor daarby een uitzonde
ring. Daar is een nieuwe slagerij opgericht,
waarvan de baas nog niet bij de vereenigiug
is aangesloten, die het vleesch ook veel
lager verkoopt dan de andere slagers. Nu
beweren de slagers wel dat dat allemaal
minderwaardig vleesch is maar by onder
vinding kan ik hier getuigen dat dit een
leugen is. Het vleesch is minstens zoo goed
als het vleesch dat men hier van de slagers
ontvangt.
Er zullen meer dergelijke voorbeelden,
ook van andere neringdoenden kunnen wor
den opgesomd, maar dat is nu niet mijn
bedoeling.
Het doel van myn schrijven is alleen te
vragen of wij ons die afzetterij moeten laten
welgevallen? Moeten wij ons laten knijpen
en uitzuigen door die categorie van de
menschen die toch feitelijk geheel van ous
moeten leven? Ik zeg neen. Het is hoog
tijd dat ook wij ons gaan vereenigen met
het doel onze inkoopen te doen tegen prij
zen die te verantwoorden zyn.
Wie doet er mee.
UW ABONNÉ.
Wy hoeven ons dat alles zeker niet te
laten welgevallen. Wat we kunnen is in
de eerste plaats elkaar aanbevelen de win
kels, waar geen woekerwinsten worden
gemaakt, en in de tweede plaats coöperatie.
Het doet ods geweldig genoegen, dat daar
aan gewerkt wordt. Onze Inzender zal daar
ook al wel van gehoord hebben.
Red.
Zy sluim'ren niet!
Zy sluim'ren niet in erafkuil vuns eu kil,
Die w' oDze dooden wanen en beweenen
Wat op de baar gaat plechtig grafwaarts
[henen...
Is niet de doodeslee hts zij u aardscheschil
Die grove schil diende den geest tot kluis,
Was voor dit kort bestaan zijn werktuig tevens
Tot aanbrak daar de dag des nieuwen levens,
En dood slaakte den band met 't wrakke huis.
In reiner sfeer gaat voort dan 't geest'lyk leven
Van wat op aarde zorgen baarde ontheven
Was hier door naastenliefde 't leven schoon.
Maar was het aardsch bestaan zoo grof, zoo
[zinn'lijk
Slechls koude zelfzuchtIrols ..zoo onbe
[minn'lyk
Geen vreugd wacht nog de geest in nieuwen
[woon.
Rock.
Dalend zonlicht.
In gouden bark gaat scheideD trouwe zod,
Beeld van die Liefdemacht, die nimmer
[draalde,
Die wenkt weer't licht, hoe zwart een nacht
[ook daalde,
En scheidend nogde rijkste schoonheids-
(bion
Waarputzelfsuithetstommeveeaan't strand,
Dat opgetogen staakt het traag herkauwen
Zelfs 't meeuwgekrysch vergaat in stil aan
schouwen
Van 't lichtfestyn bereid aan zee en land
En langlangs purpre zee reeds weggevaren
Vol majesteit... die trouwe dagvorstin...
Blikt nog het oog een rozenrijkdom in.
GehaDgen daar aan schucht're wolkenbrok-
[keD
Tot 't stargebloemt' geheimnisvol ontluikt.
Nieuw troostvol licht uit donk're diepte duikt.
Ro ck.
zandgrond en water byeen vereenigd. Ginds zijn
een paar zwaardere stammen, waarlusschen met
gemak een hangmat kan uilgespannen worden.
Ik zal hier met Johanna eens terugkeeren".
Hy zag op zyn horloge en bemerkte, dat het
twaalf uur was. Er zou spoedig een eind aan
gemaakt worden. Johanna had beloofd om twaalf
uur hier te zullen zijn met het rijtuig maarhy
wist niet, van welken kant ze moest opdagen.
Hy informeerde bij Van Zandwyk:
„Je vrouw komt immersom een uur of twaalf"?
„Ja", antwoordde deze zonder opzien tevens
zyn buks afvurende.
„Van welken kant komt ze al"?
„Van den Apeldoornschen straatweg, achter
hel Riesebosch, een minuut of vijf'.
Van Vloten zag in de aangeduide richting.
Laogs den vyver liep een pad, dat waarschijnlijk
vanzelf ontstaan was Men kon zyn loop slechts
koit volgen, daar het spoedig verdween in het
riet. Na een minuut of tien zag hij inderdaad
de dames te voorschijn komen, met groote behoed
zaamheid zicli voortbewegend door hel hoogop-
gaande gras. Hy boorde Jobanna zeggen.
„Hier is het, maar ik zie niets."
Van Vloten sprong op en liep op-de dames
toe.
„Loopt U niet verder", zeide hij „men schiet
nog, zooals U hoort".
„Veel geluk gehad"? vroeg Mevrouw.
Wordt vervolgd.)