ONZE EILANDEN
TWEEDE BLAD
ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 5 JULI 1919.
5
No. 35 5 Juli 1919.
Vrede geen uitbundigheid.
Er zijn oogenblikken, waarin wij eens
iep ademhalen, opzien naar den blauwen
eaiel en de zon en ons innig-gelukkig
evoeïen omdat het weer vrede is. Naar
ate de verschrikking langer duurde,
aar die mate is onze vreugde grooter.
Maar dat zijn toch niet meer dan oogen-
likken. Wij voelen doorloopend, dat de
ruk nog niet geweken is. Ons leger is
iet meer gemobiliseerd,en dedistribuiie-
"nsielJingen en bepalingen worden gere-
eld meer ingetrokken. En toch is tnu
vrede. Althans indien wij dit woord
durven gebruiken voor den toestand, dien
wij nu wachten. Vrede is. immers veel
meer dan niet-oorlog, Waar geen oorlog
is, is daarom nog geen vrede.
Het zal dus nu het einde zijn van den
oorlog.
En wij merken het bijna niet op.
Iloe hebben wij ons dezen dag geheel
anders voorgesteld! Het zou een stralende
morgen zijn, waarop wij plotseling ons
werk in den steek zouden laten, de straat
op zouden loopen, de menschen lachend
aanzien, een koffiehuis zouden doen dave-
reu van onze vreugdekreten, en thuis
komend. zouden zeggenVrouw, vrouw,
het is vrede!
Zoo hadden wij gemeend dat de tegen
hanger zou wezen van den 31sten Juli
1914, toen wij vernamen dat het oorlog
was.
En nu alles anders. liet is alsof, als
wij dwaze dingen zouden willen doen,
in het openbaar den dolle zouden willen
spelen, van vreugde ons als dwazen
zouden willen gedragen, men tot ons
zegt: wees stil, daar is een doode in huis.
Gewis, er is meer dan een doode in
ons huis.
Ons rustig, tevreden bestaan is dood.
Wij kunnen niet meer leven van wat
ons vroeger een rojaal bestaan gaf. Wij
willen allen steeds meer. Wij móeten
wel, waut de geheele menschheid zit
achter ons en jaagt ons voort.
Onze idealen zijn voor een goed deel
dood. De meesten onzer jonge mannen
hebben langer of korter gediend, en
al het goede, het ideëele is uit hun wezen
getrapt, mobilisatie, dat weten wij nu
uit een heel harde les, is demoralisatie.
Slechts nog wat puinhoopen zijn er
over van wat voor 1914 onze trots uit
maakte.
In ons huis is meer dau éen doode
En erom heen, bij onze buren, is nog
meer reden tot stilzijn en zwijgen bij
dezen vrede. In alle landen, ook die der
overwinnaars is de schade eindeloos
grooter dan de winst. De wonden zijn
ontelbaar.
Zoo zullen wij dan gaan neerzitten
en treuren.
Neen, waarachtig niet. Op elke puin
hoop kan een nieuw gebouw gezet worden,
schooner en hooger dan het vorige.
Men kan bijna dankbaar zijn, voor
wat de oorlog heeft vernield. Want vóór
1914 was er bijna geen plaats rneer voor
nieuwe gebouwen. Er was schier geen
werk meer voor onze handen.
En nu ligt de gansche wereld voor
ons te wachten, te wachten op óns. En
zij roept om onze hulp. Zij smeekt ons
aan den arbeid te gaan. Zij laat ons geen
tijd tot treuren.
Het is nu meer dan ooit zondeom
moedeloos te zijn. Wij mogen niet tot
elkaar zeggen, dat deze vrede den kiem
legt voor een nieuwen oorlog. Of dat
zoo zal zijn, zal liggen aan óns. Wij zijn
de makers van de toekomst. Als wij zien
hoe verward het in Europa is, mag ons
dat. niet doen wanhopen. Wijzelf zijn
het, die over tien, over twintig jaar onzen
wil zullen doen zegevieren. Het geslacht,
dat dezen oorlog maakte, zal voorbijge
gaan zijn.
Wij kunnen bijna vroolijk worden, als
wij zien op het groolsche werk, dat ons
wachl. Zooveel gelegenheden, zooveel
kansen als nooit tevoren. Het kwam
nooit zoo aan op den arbeid van ieder,
ook den geringste, als juist nu.
Als onze oude idealen dan weg zijn,
vernietigd voor goed, welaan dan, wij
zullen nieuwe scheppen uit het niet. Ja
ze zullen grooter zijn dan ooit tevoren,
zoo groot, dat we er ons vijf jaar geleden
ziek aan zouden hebben gekeken zonder
ze nog te hebben overzien.
„De wereld wacht den hoogen Held,
Die 't al herstelt,
Wat ligt verneerd, onteerd,
Terneer geveld."
Zouden niet wij allen zulke Helden
willen en kunnen zijn? Ook in het kleine
werk, dat misschien ónze laak is?
Distributie van Levensmiddelen.
BROODKAART.
De directeur van het Rijksbureau voor
de Distributie van Graan en Meel, maakt
bekend, dat de broodkaart van 't 102de tijd
vak geldig is van 9 Juli tot en met 17 Juli.
MIDDELHARNIS.
De Burgemeester van Middelharnis maakt
bekend, dat voor de week van 7 Juli
1919, tot en met 12 Juli 1919 zal worden
beschikbaar gesteld op:
Bon 61 3ons Suiker.
STAD AAN 'T HARINGVLIET. Deze week
wordt gedistribueerd op:
Bon 244 3i/a ons suiker.
11 van de kinderkaart 3i/2 ons suiker.
ZWARTEWAAL. De komende week is bij
de verschillende winkeliers verkrijgbaar op
Bon 68 3'/i ons suiker.
Zomerrantsoen steenkolen.
Losse bons zijn ongeldig.
ROCKANJE. Volgende week verkrijgbaar
Bon 25 31/2 ons suiker.
NIEUW HELVOET. Voor de volgende-
Op bon 7 der Suikerkaart 3'/j H.t-I.
Plaatselijk Mieuws.
MIDDELHARNIS- Te IJmuiden zijn binnen
gekomen de vischsloepen „Albatros", ach.
J. de Waard en „Oranje Nassau", sch. D.
Koster, met een besomming van respect,
f 2600 en f 2280.
In het 2e kwartaal van dit jaar zyu
door de schutsluizen alhier geschut, 258
vaartuigen met een tonneninhoud van 20.640
ton.
De viscbsloep „Albatros" van de reederij
P. L. Slis Zn. alhier is verkocht aan de
heeren Poortman te Maassluis, waardoor de
visschersvloot, behalve de „Oranje Nassau"
tot het verleden behoort.
De metselaar H. P. v. d. V. had het
ongeluk met zijn rijwiel te vallen en zich
bloedend aan het hoofd te verwonden.
Dr. Cleyndert uit deze gemeente komt
als no. 1 voor op de voordracht voor genees
heer-directeur aan het gemeente-ziekenhuis
te Gouda.
Een kind van J. Auperlee geraakte al
spelende in de sloot aan den Oudelandschen
dijk. Haar zusje, die bij het ongeluk aan
wezig was, begaf zich schreiend op weg
naar huis, wat de aandacht van den heer
W. Peeman trok, die haar tegemoet kwam.
Gevraagd wat zij scheelde, zeide zü, dat haar
zusje in de sloot lag; de heer Peeman spoed
de zich naar de aangewezen plaats, begaf
zich gekleed te water en had het genoegen
het kind, dat reeds zinkende was, nog in
tjjds te redden.
De heer J. Hartogs uit deze gemeente
slaagde te Utrecht voor candidaat-Arts.
Naar wij vernemen is de heerTiggel-
man door de Nationale Bankvereeniging
niet benoemd tot procuratiehouder van haar
op te richten bijkantoor alhier, maar evenals
de heer Zaaijer tot directeur.
Postcheque en Girodienst.
Aan het postkantoor Middelharnis en de
daaronder ressorteerende hulpkantoren werd
gedurende de maand Juni 1919 gestort
f 112031,22, uitbetaald wegens chèques
f 17041,03.
Op de postrekeningen van dit postkantoor
werd bijgeschreven: a. wegens stortingen
f 40368 85; b. wegens overschrijvingen
f 11173,64. Afgeschreven: a. wegens over
schrijvingen f 13539,61; b. wegens chèques
f 28706,22. Op den laatsten der maand wa9
't aantal rekeninghouders van dit kantoor 27.
De zoon van A. S. had het ongeluk
den inhoud van een ketel kokende koffie
over zijn voet te krijgen, waardoor deze
ernstig verbrandde.
—Donderdag werden alhier voor het laatst
de aardappelen gedistribueerd, zoodat de
handel daarin vrij is.
De landbouwer O. Verhage wondde
zich bij zijn werkzaamheden zoodanig met
een mestriek aan den voet, dat genees
kundige hulp moest worden ingeroepen.
Posterijen. Met ingang van 20Julia.s.
wordt de bestelling op Zondag en Hemel
vaartsdag beperkt tot brieven, briefkaarten,
kennisgevingen van overlijden en exem
plaren van het kort verslag der vergadering
van de 2e kamer der S. O., voor zoover die
'stukken voorzien zijn van eene strook
„Bestellen op Zondag."
Nieuwsbladen zullen met ingang van dien
datum slechts besteld worden indien zij ten
minste éénmaal per werkdag verschijnen.
Kennisgevingen van aankomst van aan-
geteekende en geadviseerdestukken, alsmede
brieven en briefkaarten uit het buitenland
worden ook besteld.
Voor expresse bestelling en de bestelling
van portvrije stukken blijven de bestaande
bepalingen van kracht.
Strooken „Bestellen op Zondag" worden
met ingang van 10 dezer aan alle kantoren
der posterijen voor het publiek verkrijgbaar
gesteld tegen betaling vanl cent per lOstuks.
Vergadering der Veiling.
Vrijdag 28 Juni had een buitengewone
ledenvergadering der Centrale Veiling plaats
in hotel Meijer.
De Voorzitter zegt in zijn openingswoord,
dat deze vergadering uitsluitend is belegd
op verzoek van den heer van den Boogaard c.s.
Men wil, gelijk bekend is, op deze vergade
ring een stemming uitlokken over de uit
betaling der in kas zijnde gelden, de meer
opbrengst der geveilde uien. Het standpunt
van het Bestuur is voldoende bekend en
daarom geeft de voorzitter dadelijk het
woord aan den eersten onderteekenaar van
den brief aan het bestuur,
den heer Van den Boogaard. Deze acht
zich ook ontslagen, na al wat er op de
vorige vergadering is gezegd, van den plicht,
breed over de zaak uit te weiden. Het bestuur
is het persoonlijk blijkbaar eens met de
onderteekenaars van het adres, maar men
is niettemin tot nog toe weinig opgeschoten.
Wij wenschen stemming over de vraag of
de meeropbrengst der uien toekomt aan
ons of aan de partij van Mozes de Haas.
De heer Ouwens krijgt het woord. Hü is
voor ons slecht te volgen. Hij leest, zooveel
maken wij eruit op, een vorig pleidooi vóór
de zaak der onderteekenaars voor, haalt er
Wilson, minister van Karnebeek, de hyena's
en de Bolsjewiki bij, vertelt eenige voor
gevallen feiten, en raakt ten slotte zoo in
vuur, dat hij overgaat in dichtvorm. Mee-
sleepende poëzie wordt het, als hij het goede
recht bezigt van de adressanten; het gaat
zoo snel, dat we slechts de laatste regels
weten te noteeren:
„Steunt Boogaards eisch met vaste hand,
En stuurt de Haas naar Ouddorp's strand!"
Men ziet, de heeren zijn niet erg wraak
gierig. In Ouddorp is het zomers nog wel
uit te houden, beterdanopdeMookerheide.
Tenzij de reis per R.T.M. de straf inhoudt.
Ja, dan maar de heer de Haas zal, als
hij naar Ouddorp moet, wel gebruik maken
van zijn auto, dunkt ons.
De Voorzitter, na de groote opgewonden
heid der vergadering en het luide applaus,
weer aan hetwoord komende, had nietdurven
hopen, zegt hij, dat deze vergadering zoo
genoegelijk zou worden. Hij is den dichter
erkentelijk voor zijn woorden en deelt voor
de duidelijkheid nog eens in zeer prozaïsche
woorden mee, wat blijkbaar zijn bedoeling
is. Is er nu in de vergadering iemand die
het standpunt-de Haas nog wil toelichten?
De heer de Haas is zelf blijkbaar afwezig.
Wellicht reeds in Ouddorp?
De heer van den Doel wil niet veel woor
den vuil maken over het standpunt der
wederpartij. We kunnen niet zeggen, dat
hy zijn positie zeer versterkte, toen hy niets
anders deed, dan een persoonlijk feit tegen
over den heer van de Boogaard ophalen.
De Voorzitter onderdrukte dan ook met
alle macht deze pogiDg, niets ter zake doende
particuliere kwesties in het debat te brengen.
De beer Slis vraagt of stemming wel tot
iets zal leiden.
De Voorzitter antwoordt, dat dat bekend
is. Het resultaat zal zeer gering zyn. Niet
temin heeft het bestuur geen bezwaar, tot
de stemming over te gaan.
Nu ontstaat er eenige moeilykheid. De
schiü vers van den brief hebben zich blykbaar
niet precies ingedacht in den vorm, die ge
kozen moet worden. Ze willen stemming
over de wenschelykheid van uitbetaling,
dat is duidelyk. Maar moet dat in den vorm
van een motie, of van een lastgeving aan
het bestuur?
Het bestuur voelt voor een motie niets.
De heeren Kolff en van Schouwen verdedigen
dat. Maar het is, als of de heeren onder
teekenaars daar ietwat huiverig voor zijn.
De heer Overdorp vraagt nog, of, als de
heer de Haas het proces eens mocht winnen,
behalve de eene, ook de andere party zyn
geld zou kunnen krygen.
De Voorzitter: Neen, al het geld zou op
gaan aan uitbetaling tot 8i/2 cent en be waar-
loon.
De heer J. Born deelt nog mee, dat het
bestuur volgens zyn advocaat gerust kan
uitbetalen; wie het geld het eerst heeft,
heeft het en dan is er geen verhaal meer
op voor de Haas c.s.
Dit is evenwel voor bet bestuur niet
voldoende, om morgen-aan-den-dag het geld
te verdeelen.
De stemming heeft dan plaats. Men zal
beslissen of de leden het wenschelyk achteD,
dat de meeropbrengst der uien, berustend
by bet bestuur, zal worden uitbetaald aan
hen, die minder hebben ontvangen dan
81/2 cent Per kilogram.
Met overweldigende meerderheid,(118 vóór.
22 tegen en-6 blanco) wordt deze wensche
lykheid uitgesproken.
De heer D. Joppe vraagt thans nadrukke
lijk aan het bestuur, of het zal overgaan
tot de uitbetaling.
De Voorzitter antwoordt dat het bestuur
hiertoe gaarne zou overgaan, maar het voors
hands niet kan doen.
Een tweede vraag van den heer Joppe
luidt: Zou het bestuur bereid zyn, over to
gaan tot de verdeeling der gelden, als de
beide partyen tot overeenstemming konden
geraken over de wyze? En ten derde vraagt
hy, of het bestuur bereid is, een nieuwe
vergadering, niet alleen van leden, maar
van alle veilers samen te roepen.
De Voorzitter zegt in antwoord op het
eerste punt: De beide partyen de Haas en
Joppe vertegenwoordigen niet alle belang
hebbenden. Zouden deze beide partyen echter
een schikkingsvoorstel doen, dan zal het
bestuur al het mogelijke doen, om lang3
rechtvaardigen weg daaraan te voldoen, en
ieder, die aanspraak kan maken op de gelden,
tevreden te stellen. Een vergadering, dit in
de tweede plaats, waar ook niet leden der
veiling tegenwoordig zouden- zyn, acht het
bestuur niet in overeenstemming met de
reglementen en bovendien zeer onvruchtbaar.
De heer J. VroegindeweijHet zal nooit
zoover komen, dat allen ervoor zyn, dat
recht gedaan wordt. Wat zal echter het
bestuur doen met de uitspraak der vergade
ring. Wy willen de centen deelen, roept hy
uit op een toon, alsof by op den preekstoel
stond. Hy komt in vuur. Er moet recht
gedaan worden! Het bestuur zal in ons aller
achting stijgen, als het recht zal doen. Het
zal er nooit kwaad mee kunnen, als het
tot de verdeeling besluit. Hoeveel, vraagt
hy vervolgens, zou er noodig zyn om tot
8 1/2 cent uit te betalen?
De Voorzitter wil op die laatste vraag wel
antwoorden. Het Bestuur heeft geen bezwaar
tegen openhartigheid. Maar de heer Vroegin
deweij moet niet meer van voren af aan
beginnen. Het bestuur kan niet tot uitbe
taling overgaan, dat weten de heeren, en
als we nu niet opschieten, dan is dat niet
de schuld van bestuur of voorzitter, maar
van menschen, die praten als een kip zon
der... ik bedoel als Vroegindeweij.
De heer Vroegindeweij blykt dit niet te
begrijpen. 't Was anders nogal duidelyk.
Maar hy herhaalt zyn 2e vraag, waarop de
Voorzitter antwoordtVoor hetuitkeeren van
de meeropbrengst der uien tot 81/2 cent per
geleverde kilogram is noodig de som van
f126.000. Dan is er bynaf 200.000 over. Om
ook nog het bewaarloon uit te keeren zooale
dat destyds geregeld was, zou noodig zyn
f 225.000, zoodat men hiervoor f 25.000 te
kort zou komen.
Na nog twee opmerkingen te hebben be
antwoord, sluit de Voorzitter de vergadering.
SOMMELSDIJK- Vrijdag jl. had de vrouw
van P. v. d. V. het ongeluk uit te glijden
en te vallen, waardoor zy haar enkel brak.
De he6r M. J. de Gast slaagde dezer
dagen voor het eindexamen A aan het
gymnasium te Delft.
L. O. alhier werd door een stier, dien
hy uit de weide wilde halen, zoodanig aange
vallen, dat by zich bloedend verwond onder
geneeskundige hulp moest stellen.
De dochter van Mde V., die eens fietsen
wilde leeren, reed pardoes in een sloot. Zy
kon zich spoedig uit haar benarde positie
redden, zoodat zy er met een nat pak en de
schrik afkwam.
D1RKSLAND- De heer B.J.Mooyaart alhier
is benoemd Lot lydelyk onderwijzer aan de
Openbare school te Ooltgensplaat.
De brievenbesteller P. Poortvliet had
Zondag het ongeluk toen hy voor een paar
kinders moest uitwijken met zyn flets te
vallen waarby hy een sleutelbeen brak.
Woensdag werden onze brandspuiten
geprobeerd. Alle waren in de beste orde.
Voor de jongens was het een heel pretje.
Verscheidene zyn met een nat pak naar
huis gemoeten.
A.s. Woensdagmiddag te 4 ure zal ten
gemeentehuize alhier gelegenheid bestaan
tot kostelooze in en herinenting.
MELISSANT- Heul praatjes of klachten van
publiek. Klokkelina nog niet erg in orde,
ongeregelde polslag nog steeds merkbaar.
De slooten slecht voorzien van water. Dien
tengevolge de karreman een kanaal? aan
't graven. Hierdoor is in geen 2 weken de
vuilnis opgeruimd van de gemeentewegen
en straten... Ieder inwoner kweet zich van
de in de politieverordening voorkomende
regel onder Art. 69 welkealdusluidt. „Daarna
zal ieder hunner het vuil aan bekwame
hoopen aan den kant derstraatbyeenvegen".
Elke landbouwer in de kom der gemeente
woonachtig kreeg juist in die vuile weken
aanzeggingdat zyn mestvaalt binnen veertien
dagen moet worden leeggereden, en zulks
voortaan elke maand zal moeten bijgehou
den worden. By de beproeving der brandspuit
veel publiek tegenwoordig. De hilariteit was
groot doordat veel jongens een nat pak
kregen. Dit brak echter op toen de geaf-
fecteerden der brandspuit hun karig loon
van 15 cent werd uitbetaald. Er waren er
die 30 cent hadden verlet en nog meer. Een
ander klaagde dat hy zyn aanslagbiljet van
den Hoofdelyken omslag had ontvangen en
2 maal zooveel moest betalen als hel vorige
jaar. En dit was toch ook maar een daglooner.
Hedenmiddag kwam hier langs de
gemeente een windhoos, welke alles op zijn
weg voorkomende vernielde. Te beginnen
aan den buitendijk der polder Roxenisse
baande hy zich een weg door alle voor
komende gewassen, het hooi werd opge
nomen en hoog door het luchtruim geslin
gerd. De nog vaststaande gewassen werden
plat tegen den grond geslagen. Over de
geheele breedte van het eiland is de weg
door de polders te zien.
De heer W. v. d. Werff heeft zijn woon
huis met broodbakkery onderhands ver
kocht aan de heer L. Maaskant van Ridder
kerk voor de som van f 11000.
Van den landbouwer L. J. Kwak is een
koe uit nood geslacht. Het vleesch werd
voor de consumptie goedgekeurd en ver
kocht voor f 0,50 het pond.
Onze vroegere dorpsgenoot de heer
S. v. d. Zande, thans werkzaam op het
kantoor der Registratie en Domeinen te
Eindhoven, is met ingang van 1 Juli be
vorderd tot Ryksklerk derde klasse.
De beer P. Nagtegaal Pz. heeft zyn
woonhuis met schuur en erf onderhands
verkocht aan W. v. d. Werff voor de som
van f 4500.
In den nacht van Zondag op Maandag
is van het emplacement der R. T. M. een
waschkuip ontvreemd, toebehoorende aan
den agent der R. T- M., A. v. d. Klundert.
Een krasse oude. Den 68 jarigen L. v.
Oudenaren ziet men nog dagelijks het maai-
erswerk verrichten. Hierbij doet hij zelfs
niet onder voor zyn kameraden welke nog
in de kracht van hun leven zyn. En dit
reeds 3 volle weken lang.
Alle oude leden der muziekvereeniging
„Tot Nut en Genoegen" worden opgeroepen
tegen Zaterdagavond 7 uur oude tyd in het
voormalig distributiekantoor. En zy die lid
wenschen te worden op Dinsdagavond op
hetzelfde uur en plaats.
HERRINGEN- De geloofsbrieven der geko
zen raadsleden zyn onderzocht en in orde
bevonden, zoodat tot toelating is besloten.
Het Distributiebedrijf behoort tot het
verleden. Alle loopende zaken worden ter
Secretarie op de gewone wyze afgedaan zoo
als broodkaarten, suikerbons enz. Voor even-
tueele distributiezaken vervoege men zich
dus nog ter Secretarie.
Naar aanleiding van een ingediend adres
van het brandweerpersoneel iB door den
Gemeenteraad besloten het loon van 15 op
30 cent te brengen by het beproeven der
brandspuit.
Jl. Maandag sloeg het paard van bakker
A. B. uit Oude-Tonge op hol met de brood-
kar, doordat naar meD zegt het dier door
kinderen werd verschrikt. Kar en tuigage
beliep nog al schade.
Tot 2e helpster in de nuttige handwer
ken aan deO.L. school alhier, is met ingang
van 1 Juli jl. benoemd Mej. J. C. Kalle.
Door den Gemeenteraad is het tracte-
ment van den telegrambesteller verhoogd
en gebracht op f 100,— 'sjaars.
Het grasgewas aan den zeedijk van den
polder Oud-Herkingen beeft dit jaar by pu
blieke verkooping ruim f 1900,— opgebracht.
Verleden week zyn over deze gemeente
een tiental lepelaars overgekomen, welke
vogels hier zeldzaam worden gezien.
STELLENDAM- Tengevolge van het slechte
weer hebben de garnalenvisschers weinig
gevisebt. Sommigen gingen 1 anderen 2,
sommigen 3 dagen uit. Gemiddeld werd per
dag en per vaartuig 80 K.G. aangebracht.
In deze gemeente woedt de ziekte
onder het vee zeer hevig. By één boer
stierven reeds 7 beesten, terwy'l ook andere
landbouwers één of meer dieren verloren.
Door de visschers worden gevischt en
aangebracht kleine ronde zakjes, die gevuld
zyn met kruit.
Woensdagavond is door verscheidene
ingezetenen vergadering gehouden met het
bestuur van de Ned. Herv. kerk alhier, ten
einde middelen te beramen om den finan-
tiëelen toestand der kerken der diakonie
te verbeteren en dientengevolge ook het
traktement van den predikant te verboogen.
Daar de heer P. Roon zijn benoeming
tot lid van den gemeenteraad niet heeft
aangenomen is de heer W. v. Eek verkozen
verklaard.
GOEDEREEDE- Op het strand alhier zyn
5 mijnen aangespoeld, die door militairen
zyn onschadelijk gemaakt.
De opbrengst van de verkooping van
het grasge was in den Woutrinapolder bedroeg
tweemaal zooveel als vorige jaren.
OUDDORP- Mej. Arends, onderwijzeres in
de Handwerken had tegen 1 Juli ontslag
aangevraagd en heeft dit gekregen tegen
1 Augustus.
Alhier worden pogingen aangewend
voor het oprichten van een Gymnastiek-
vereeniging.
Naar we vernemen zal hier een Auto-
dienst worden ingericht op de Middelhar-
nissche boot, reden daarvan zullen zyn dat
de reizigers die hier 's morgens 7,20 uur met
de tram vertrekken te laat voor hun zaken
te Rotterdam aankomen.
Door de garnalenvisschers werd vorige
week om de andere dag gevischt en werd
70 Kilo garnalen per dag en per vaartuig
gevangeD.
De abonné C. van Dam alhier vond
Woensdagmiddag te Middelharnis een boek
Wereld bibliotheek, en omdat Onze Eilanden
zooveel gelezen wordt verzocht de abonné
dit te plaatsen en is het boek by hem terug
te bekomen.
NIEUWE TOXGE- Op Maandag 7 Juli a.s.
des avonds ten 6 ure (oude tyd) zal er een
aanbesteding worden gehouden van 800M.