'iiiiilinis
Schuifraamkozijntie
rivaatzittingen.
Hoei-roosters
louzieroosters
Ankers.
uw- en Weiland
BOUWLAND
lbouwstelling,
EDE „Hoog en Laag"
EERSTE BLAD
e Centrale Proeftuin
voor
eree en Overflakkee
lUiddeUiarnls (Langeweg)
p eiken werkdag voor belannstel-
en GRATIS TOEGANKELIJK 1
.ewenscht geeft de tuinman alle
nltngeu, die moclitcn worden ver-
KOOP aangeboden:
n zeer net afgemaakt
'.eer goschikt voor draalb. lichthal
lang 2.50 M., breed 1.75 M.
81 cM., breed 3Gi/ocM. (dagmaal),
boutzwaarto 10 X t2 cM.
e gebruikte
ïks muis-dichte
6 X 22 cM.
e
20 X 25 cM.
artjjljc oude
3D zeer concurecrende p
e bevragen by:
.VAN ZIELST, Nieuwe Tonge.
erkoopingen.
Maandag, 16 Juni 1919, by
Maandag, 23 Juni 1919, bij
telkens des avonds 7 uur
•tijd) in het Hötol Meijer te
Iharnis:
J.87.88 heet. (20 gem. 127
i V.M.)
polder den Ouden Oostmoer
delharnis kad. Sectie C. num-
244 t/m 254
.uurd aan den Heer Mars. den
tot blootschoof 1920 voor
72 per jaar en daarna tot
hoof 1927 voor f 1021,17 per
perceelen en combinatiën.
25.70 heet. (7 gem. 28 roe-
41en Blok in don polder
lo te Oude Tonge, kad. Sectie
Imer 219.
uurd aan den Heer Jacob
k Mz. tot blootschoof 1928
200 per jaar.
perceelen en combinatiën,
/erzoeke van Mej. L. WAR-
e Dirksland en den WelEdel-
Heer Dr. J. ZAAIJER Az.
3rsum. 3—3
Notaris VAN BUUREN.
ire Vrijw. Verkooping
andag 23 Juni 1919, te Nieuwe
er herberge van Schippers
n
andag 30 Juni 1919, te Nieuwe
•r herberge van v.Paasschen
lkens 's avonds 7 uur (zomer-
een nog uiouwe
TUIN EN BOUWLAND
oof 1919 te aanvaarden) te
?n, nabij Battenoord, aan
Pietersweg, kad. no. 341 en
nen groot 2.51.60 H.A. (5
i R.) in perceelen en corn-
ten verzoeke van den beer
jjs. 3—3
jaris VAN DER SLUYS.
jdagen 4 en 11 Juli 1919,
a nam. 2 uur (zomertyd)
TONGE, in hot, logemeDt
k, VEILING en AFSLAG
uit Huis, voorzien van
iding, grooto stoenon
vscliuur.arboidorswoning,
mgaard enaaneongologon
i Wellanden, te OUDE
n polder „Oostende", aan
?rgafscheu Weg en den
reg, kad. Sectie A nos.
I 1S7-190, 192-198, 231,
>n 479, tez. groot 40.69 81
gem. 186 R. V. Maat),
A de pacht. Breeder om-
by Notitie, die na 28 Juni
jgbaar is.
L. P. VAN DEN BLINK
en Notaris VAN DER
3-1
Dit blad verschijnt iederen ZATERDAGMORGEN.
Prijs per kwartaal bij vooruitbetaling. f 0,75
Losse nummersf 0,07'
ZATERDAG 28 JUNI 1919
1E Jaargang. N°. 34
Advertentiën van 1—6 regelsf 0,90
Elke regel meerf 0,15
Bij contract aanzienlijk korting.
Uitgegeven onder leiding van J. J. L. VAN ZUYLEN door de N.V. Uitgeversmaatschappij „Onze Eilanden", Voorstraat 210 Middelharnis. Telef. Interc. No. 15.
Adres voor Redactie en Administratie: Bureau „Onze Eilanden" te Middelharnis.
AGENTEN te: Briclle: Boekhandel L. Kluit. HellevoetaluisBoekhandel P. J. C.Pieters. Ooltgensplaat: fa. Breur Zonen. Oude Tonge: H. Simonse. Nieuwe Tonge: W. van de Ree. Ouddorp: G. de Mooij. Stad
aan't Haringvliet: J. C.Elvé. Dirkaland: fa. Binkhorst Zaaijer. MelissantH. Tïeleman Cz'.. Herkingen: A. Munters. DenBommel: J. Woudstra. Oudenhoorn: A. Tuk. Zwartewaal: D. Hoftyzer Tzn. Nieuw Helvoet:
J. Nooteboom. Rockanje: PI. Monster. Goedereede: Jac. v. d. Tol. Stellendam: N. J. van Dongen. Eiland Rozenburg: J. v. d. Vliet Cz., Zanddijk D 38. itiddelhamis en Sommclsdijk: Bureau „Onze Eilanden".
Zuidland: C. ZevenbergenNz.. Spijkenisse: G. E. van Gent. Heenvliet: W. Hoepel Bz. Alle brievengaarders nemen advertentiën en abonnementen op dit blad aan.
De Landarbeiderswet.
li.
De Landarbeiderswet kent tweeërlei:
het plaatsje en het losse land. Het plaatsje
is de woning van den landarbeider met
een klein stukje land er omheenhet
losse land is land, weliswaar in do nabij
heid van de woning, maar niet vast daar
aan verbonden, wijl op het plaatsje zich
de woning van den landarbeider bevindt;
ware het niet goed mogelijk hem dien
grond onder een anderen rechtsvorm in
gebruik te geven dan de daarop staande
woning; met het losse land komt dit
bezwaar vanzelf niet voor. Eenerzijds
werd van de zijde der Regeering volge
houden, dat uit het gehouden onderzoek
een drang om den eigendom van een
een plaatsje te verwerven bij de land
bouwbevolking duidelijk merkbaar was;
deze gehechtheid aan den bodem, die
inderdaad door den eigendom wordt ver
sterkt, werd van andere zijde niet toe
gegeven. Het spreekt wel vanzelf, dat de
wet voor het iu eigendom verkrijgen
van plaatsjes do grootste kosten met zich
brengtdat het verkrijgen van los land
in pacht met aanmerkelijk minder kosten
gepaard gaat. Evenzeer echter mag wel
aangenomen worden, dat de eigendom
tot grooter energie zal prikkelen ;dat juist
het verkrijgen van een plaatsje, hoezeer
ook voorloopig met lasten bezwaard, den
landarbeider meer zal prikkelen tot het
zich opheffen uit zijn Aussich'slosigkeit
dan met de pacht van los land het geval
kan zijn. In beide gevallen echter beoogt
deze wet niet anders dan voor den land
arbeider te openen een perspectief van
FEUILLETON.
JOHANNA VAN VRIJENBAN.
Oorspronkelijke Roman door JAN VAN GELDER
(Nadruk verboden).
een beteren toestand, hetwelk bij de thans
bestaande practische onmogelijkheid om
land in eigendom of in pacht te verkrijgen,
nimmer voor hem geopend kon worden.
De Momorie van Toelichting voorzag
reeds, dat de verbeteringen, die de Land
arbeiderswet zal brengen, vanzelf nieuwe
maatregelen zullen noodig maken, en
bleek daarvan allerminst afkeerig. Men
vergete niet, dat het ontwerp weid in
gediend vóór den oorlog; dat nadien veel.
niet alleen in economisch, maar ook in
sociaal opzicht is veranderd veel wat
ertoe zal kunnen leiden, dat sueller wordt
ingegrepen dan aanvankelijk was gedacht.
Naar het oordeel van de ontwerpers
der Landarbeiderswet heeft het stelsel
der Woningwet goede vruchten afgewor
pen. Al zeggen zij dit niet met zuovele
woorden, het blijkt uit hun voorstellen
Immers, de toepassing der Landarbei
derswet geschiedt op vrijwel gelijken
grondslag als Jmet de Woningwet het
geval is. Er is geen ambtelijk college, dat
de uilvoering der Woningwet in banden
heeft; er is slechts een Rijks-Woning
college, dat toezicht houdt op de pogin
gen, die te dien opzichte door particu
lieren worden ingesteld, omdat dit ge
schiedt met 's Rijks renteloos verleende
voorschotten. Art. (j van de Landarbei
derswet nu bepaalt, dat ter bereiking
van haar doel wordt medegewerkt in de
eerste plaats door de rechtspersoonlijk
heid bezittende vereenigingen of stich
tingen, die uitsluitend ter bevordering
van de verkrijging van onroerend goed
door landarbeiders werkzaam zijn en die
als zoodauig door de Kroon, Gedepu
teerde Staten geboord, worden erkend
Alleen in die gemeenten, waar geen zoo
danige vereeniging of stichting wordt op
gericht, wordt de uitvoering der wet aan
de gemeenten en aan de gemeentebe
sturen toevertrouwd. Bij de beraadslaging
bleek er een sterke neiging te bestaan
om aan de medewerking der gemeente
besturen den voorrang te geven boven
die van particuliere instellingen de Re
geering heeft duidelijk doen verstaan,
dat zij het vooral ten plattenlande niet
uitgesloten achtte, dat in gemeentebe
sturen zoodanige elementen zouden over-
heerschen, dat van de toepassing van de
Landarlip.iHf>re«»'"», u.,„
medewerking, niets zal komen. Het ligt
niet in de bedoeling, om, evenals dit in
de Woningwet geschiedt, de mogelijk
heid te openen, dat verschillende van
dergelijke vereenigingen in eenzelfde
plaats werkzaam zijn.
Het land wordt ingedeeld in kringen
waarbinnen zich de werkzaamheden van
één vereeniging of stichting uitstrekt;
een zoodanige kring kan meer dan één
gemeente omvatten, doch is nimmer
grooter dan het rechtsgebied van een
kantongeiecht. De werkzaamheid der
gemeenten omvat natuurlijk slechts de
gemeenten zelve, aangezien anders het
aantal conflicten tusschen de gemeente
besturen niet te overzien zou zijn.
Wenscht dus een vereeniging zich te
wijden aan de uitvoering van de Land
arbeiderswet, dan heeft zij de Koninklijke
erkenning te vragen en in haar statuten
neer te schrijven over welk gebied zij
haar werkzaamheden denkt uittestrek
ken. Is eenmaal over een bepaald gebied
een vereeniging of stichting werkzaam
dan kan niet eenig gemeentebestuur
haar den arbeid uit handen nemenkan
ook niet een tweede vereouiging of stich
ting naast haar verrijzen. Is daarentegen
een gemeentebestuur werkzaam en wordt
overgegaan tot de oprichting van een
vereeniging of stichting, dan kan het
omgekeerde wel geschieden, omdat de
wetgever blijkbaar meer vertrouwen stelt
in deze particuliere instellingen dan in i
de gemeentebesturen, die ten plattenlande
nog veelal worden beheerscht door de|
landbouwende bevolking en die dus de
Landarbeiderswet naast zich zouden kun
nen neerleggen of wel een uitlegging
daaraan geven, die van eenigszins beden-
kclijken aard is. Wel te verwonderen
is het, dat de wet niet, geheel op den
rrmnrlQlarr ilm-nwnino.vji y-«• >-
roept een college als het College van
Bijstand in de Woningwet iseen centraal
college dus, dal in zekeren zin toezicht
Houdt op de verleende voorschotten en
op de uitvoering der maatregelen; een
ook, dat tot voorlichting bij deze uitvoe
ring zou kunnen strekken. Bij de uit
voering dezer nieuwe wettelijke regeling,
die nu rechtstreeks onder een der afdee-
lingen van het overladen Departement
van Lanndbouw, Nijverheid en Handel
Ressorteert, zou dit ongetwijfeld geen
overbodige weelde kunnen heelen.
Ziedaar vanzelf het antwoord op de
vra g, waarom de wet er de voorkeur
aan heeft gegeven de staatshulp, die in
de Landarbeiderswet wordt verleend,
aan andere dan aan ambtelijke handen
toe te vertrouwen. Het behoeft echter
nauwelijks betoog, dat de taak der ver
eenigingen, tot uitvoering van de Land
arbeiderswet geroepeD, omvangrijk zal
zijn en somwijlen aanzienlijke geldsom
men zal vorderen. Daarom bepaalt art.
7 van deze wet, dat aan de gemeenten
rentegevende voorschotten - uit 's Rijks
kas ter bevordering van het doel der
Landarbeiderswet worden verstrekt, ter
wijl art. 8 vaststelt, dat bij besluit van
den gemeenteraad rentegevende voor
schotten worden verstrekt aan de veree
lt»
En wanneer Johanna nu beide kon krijgen,
een echtgenoot, die haar liefde waard was en
bovendien zich kon verheugen in een welvarende
brandkast, dan zou het onverantwoordelijk zijn
ten opzichte van het geluk van zjjn eenig kind
een dergelijke verbintenis met zooveel mogelijk
te bevorderen
Zij hadden den straatweg bereikt. Do boomen
waren hier veel kleiner en men kon elkauder
duidelijk onderscheiden. De hoefijzers der paarden
botsten op de stcenen en dit geluid deed vreemd
in de stilte van den nacht. Van Vloten stak een
sigaar op en maakte van het licht van de lucifer
gebruik om to zien hoe Iaat het was. Het bleek
kwart na tien te zijn. Toen zij dan ook bij de
oprijlaan van IJselo gekomen waren, zei Van
Vloten:
„Ik vergezel U niet verder. De paardeu Iaat
ik wel halen, U kunt zich toch zonder mjj wel
redden".
„Geef je geen moeite. We zijn je buitengewoon
verplicht voor het genoegeD, dat je ons bezorgd
hebt Je komt zeker gauw wel weer eens aan-
loopen
„Ik zal het niet verzuimen".
Hjj drukte den graaf de hand en vervolgens
zijn dochter. Toen gaf hij zjjn paard de sporen
en reed in vliegenden galop weg.
„De vent is van ijzer", zei de oude graaf be
wonderend.
Johanna gaf geen antwoord. Zjj poogde te be
denken, of de handdruk van Van Vloten iets
beteekend had Hij was hartelijk en stevig ge
weest, doch met hot oog op zijn krachtige ham
kou men daar uit geen besluit trekken. Van
Vloten zelf hield, nadat hjj een eindje door gc
draafd had, zyn paard weer in en ging stapvoet
naar den „Dollenkamp". Hjj ging het bosch door
waar hjj met de uiterste voorzichtigheid voor
waarts moest. Toen hjj de boschlaan ten eind
was, lag de hoeve in de verte als een donker
massa voor hem. Bjj de barakken brandde ce
laanlaarn. Naderbij gekomen, bemerkte by, dat
hot werkvertrek nog verlicht was. Labori was
dus blijkbaar nog niet naar bed. De deur van
de hoeve stond wjjd open en Gerrit zat naast
den secretaris builen op een stoel een pijpje te
rooken. Toen het paard trappelend over de brug
kwam, stond de knecht op om het beest over
te nemen en naar don stal te brengen. Van Vloten
groette .Goeden avond" en ging op den stoel
naast Labori zitten.
„Zit je naar de sterren te kijken?" vroeg
hij.
„Ja", zei de ander, gelrofTen door deD jovialcn
toon van zijn chef, „het is op het oogenblik prach
tig mooi om te zien".
„Het weer is goed. Zie Jupiter eens heerljjk
flonkeren".
„Waar zoo? vroeg Labori, die totaal geen ver
stand had van sterrenbeelden en dus ook niet
wist, waar hjj de bedoelde planeet moest vinden.
„Ginds, langs rajjn vinger. En daar vlak boven
de boomen staal Venus, 't Is verbazend gemak
kelijk ze te vindeD. Je zoekt maar naar de twee
helderste sterren aan den hemel".
„Ja, ja", antwoordde Hendrik quasi overtuigd.
Van Vloten stond op en haalde zjju tabakspijp-
Hij wierp zijn sigaar weg, stak zijn meerschuimer
op en ging nog een kleine wandeling maken. Het
was overal vreedzaam en rustig. De hemel span
de zich over de vlakte uit als een reusachtige
bol van binnen behangen met diamanten sluiers.
Hier in de eenzaamheid moest iedereen onder
den indruk komen van het majestueuse der na
tuur. Naar het Noorden stond een bleeke glans
aan den hemel, die daar in den zomer niet ver-
dwjjnt. Voor Van Vloten was hel alsof die licht
glans voor hem een bijzondere bcleekenis had,
als verscheen daar te midden van den nacht
als het symbool van de belofte van een heerlijke
toekomst. Hjj wandelde tusschen de schuren en
zag aan den waterkant een man zitten. Toen hij
naderbij kwam, zag by, dut het de vrooljjke
Duitscher was.
„Nog niet naar bed vroeg Van Vloten, weten
de, dat de knechts allen wel zouden slapen.
„Neen, het is mij te warm. En het is hier goed
zitten".
„Als je maar niet ziek wordt van hel natte gras.'
nigingen of stichtingen een en ander
geheel dus als hij de Woningwet, die
ook de bemiddeling der gemeenten kent
omdat alleen dan een afdoende controle
werd mogelijk geacht. In verband met
de taak, die aan de zedelijke lichamen
wordt opgedragen, zijn bij algemeeuen
maatregel van bestuur(KoninklijkBesluit
waarover de Raad van State is gehoord)
vastgesteld niet alleen de voorwaarden,
lichamen rentegevende voorschotten kun
nen verkrijgen, maar ook de vereischten,
waaraan de zedelijke lichamen zullen
moeten voldoen, willen zij woroen erkend.
In het oorspronkelijk ontwerp werd
nog bedoeld lichamen in te stellen, die
rechtstreeks contact met de landarbeiders
zouden zoekentusschenpersonen zouden
zijn tusschen de landarbeiders en deze
vereenigingen of stichtingen, ot gemeente
besturen in die plaatsen, waar geen ver
eeniging of slichting wordt gevormd. Deze
landarbeiderscommissiên, gelijk zij heet
ten, zouden in eiken kring worden be
noemd door Gedeputeerde Staten en
zouden tenminste één landarbeider^ tot
lid tellen. Zij zouden rechtstreeks aan
raking met de landarbeiders hebben te
zoeken, dezen van advies en van voor
lichting hebben te dienen en bovendien
toezicht hebben te houden op den slaat,
waarin het in eigendom of in pacht af
gestane onroerend goed zou verkeeren.
Er zijn tegen de instelling van deze com-
missiën tal van argumenten te berde
gebracht; het voornaamste was wel, dat
men ze totaal overbodig achtte. Immers,
zoo redeneerde men, de vereenigingen
of stichtingen, die vermoedelijk spoedig
in voldoend aantal zullen worden opge
richt, kunnen alleszins aangewezen wor
den geacht om de landarbeiders voor te
lichtenspeciale commissies zijn daarvoor
,U weet wel beter, ik heb het schöne weiter
myn kop en zit te grubelen over haus, mein
Weibchen".
„Ben je getrouwd?"
„Nein, ik wolde in den herfst heiralhen".
.Dat had je in het voorjaar moeten doeD.'.
„Ja, mjjn MUdel wolde wel, maar ich halte
kein geld".
„Hm, prakkezeer niet te veel over je meisje.
Is ze blond of zwart?"
„Een bischen blond, een bischen zwart, een
bischen van alles".
„Grappenmaker. Nu blijf maar niet te lang
zitten. Slaap wel".
„Gut abeDd Herr".
Van Vloten liep door naar den rivieroever.
De IJsel stroomde donker in den zomernacht
voort en van tjjd lot tjjd hoorde hjj het gemur
mel van liet water uit de duisternis opkomen.
De gedachte, dat hij hier in de wijde eenzaam
heid van den rusteloos voortspoedenden stroom
stond te peinzen over iets, dat hjj zelf niet duide
lijk voor zich zag, gaf hem zonderlinge gewaar
wordingen. Langzaam rees voor zijn oogen hel
kolossale beeld van de rivier, zooals zy zich sedert
eeuwen slingerde door de weiden, de bosschen
en de diereu cn plantenwereld, die deze bevolk
ten. Wat al menscheugcslachten waren niet ver
schenen aan de oevers en hadden er geleden en
gestreden 1 Onmetelijk stond de hemelslolp boven
Izjjn hoofd en in bcm kwam een verdriet, dat
hem toescheen even groot te zijn als de oneindig
heid builen hem. liet besef van zijn kleinheid
drukte hem zwaar en evenwel had hy daarnevens
de verbeelding, dat er iels heerljjks voor hem
was weggelegd, ergens buiten de grenzen van
zyn tegenwoordig bestaan. Als een draaikolk
maalden de gedachten iu zijn hoofd om, hy zag
de blauwe luchten van Italie's landschappen en
die kopcreD gewelven, die zich over de Ameri-
kaansche woeslyuen boge® Bleekblauw zag hy
het firmament afgeteekend op de verre zee
horizonnen, violette bergen zag by voort golven
aan den gezichteinder. In zijn ooren klonk de
muziek, het gelamtam van tamboerijueu, het
heldere geluid van triangels en de souore klank
van horens en bazuinen. Vioolmuziek hoorde hy
ruischen in de verte en als robijnen vielen daar
buiten harptonen in den nacht...
„Wat wil ik?" vroeg hy hardop en zag om
zich heen.
Zachljes suizelde de wind door het wilgenbosch
en eentonig kabbelde de IJsel bjj kortere en
langere tusschenpoozen aau zjja voelen. Hjj giug
terug Weer vroeg hij zich af, wal dan toch zjju
verlangens waren. Moest hij terug in de wijde
wereld, die hem lokte, die hem haar vrjjheid
en haar schoonheid voorhield, hem tergend met
de bekrompenheid van zjjn tegenwoordig bestaan
Want de „Dollenkamp" was bij nader inzien
toch kleinna eenige jaren had bij er alle hoeken
en galen van bezocht cn bood het landgoed hem
niets vreemds. En vooral nu alom de ploeg door
den grond suecd, nu hel wildo en natuurlijke
overal ging plaats maken voor orde en regelmaat
en kuituur, zou bjj spoedig elk gevoel van vrjj-