6 ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 21 JUNI 1919. op de voortbrenging van den nationalen bodem, maar het bestaan van een krach- tigen landbouw en landbouwersstand hangt ten nauwête samen met de aan wezigheid van een welvarende landar beidersbevolking. Deze belichting van het ingediende ontwerp heelt van enkele zijden aanleiding gegeven om de meeniDg te doen post vatten, als zou slechts in dit licht de zaak zijn bezien. Niets is minder juist dan dat. De Landarbeiders- wet zal indirect aan de landbouwersbe volking ten goede komen, maar zal, waar afstand en onteigening van den grond ten bate dezer wet haar in de eerste plaats treilen, haar ook aanzienlijke offers kosten. En het bevorderen van de stabi liteit der landarbeiders, het voorkomen van het rusteloos heen en weer trekken naar verschillende streken en ook naar het buitenland, is een belang evenzeer van de landarbeiders zelve, als van de landbouwers in wier dienst zij zijn. Het tweeledig karakter dezer wet heeft reeds bij de schrïltelijke behandeling geleid^ tot een misverstand, hetwelk zich ook bij de openbare beraadslagingen heeft doen gevoelen. Immers, mede in verband met de beperkende bepalingen, die oor spronkelijk in het ontwerp aan den eens verkregen eigendom waren verbonden heeft men gevraagd of deze wet bedoelde aan de landarbeiders grond dan wel aan de landbouwers goedkoope werkkrachten te verschaffen. Vooropgesteld dient daar tegenover, dat uit de Memorie van Toe lichting voldoende bleek, dai van het kunstmatig goedkoop verkrijgen van werkkrachten geen sprake was, doch dat reeds in de normale tijden vóór den oorlog het behouden van anders ontbre kende werkkrachten voor de ontginning van den bodem een algemeen belang werd geheeten. Met kracht is de Regee ring, als welker vertegenwoordigers de opeenvolgende Ministers Talrna, Treub en Poslhuma optraden, tegen dit verwijt als zou het economisch karakter der wet bet sociale bebeerschen, opgekomende wet bedoelt in de eerste plaats en is voortgokomen uit den wensch om den socialen toestand der landarbeiders te verbeterenis slechts een eerste schrede op den weg, die verder zal behooren te worden afgelegd. Dat mag echter geens zins het oog doen sluiten voor het feit, dat een vanzelf uit de wet voortspruitend voordeel daarnevens is gelegen in de waarschijnlijkheid, dat werkkrachten, die anders van bet platteland naar de groote steden trokken, juist om de Aussichts- losigkeit van de toekomsttenplaltenlande, nu ten plattelande zullen blijven en aan de voor allen vooral in de naaste toekomst zoo belangrijke ontginning van eigen bodem hun krachten zullen blijven ver- leenen. Daarin schuilt niets kunstmatigs; daarmee wordt alleen een kunstmatig door de omstandigheden opgewekt weg vloeien der werkkrachten naar de groote steden gekeerd! Dat intusschen niet het eenige bezwaar tegen de principieel© gedachte van deze wet in dit misverstand school, is bij de openbare beraadslaging duidelijk geble ken. De houding der verschillende par tijen tegenover de wet werd vrijwel door bet eerste artikel beheerscht. Van de zijde der sociaal-democratische fractie werd toen bij monde van den heer Schaper voorgesteld om den eigendom van het plaatsje te doen vervallen, omdat mon door dien eigendom den landarbeider te zeer aan den bodem gebonden achtte wijl men vreesde, dat hij zijn belang stelling in den klassenstrijd zou gaan verliezen, wijl men zelfs de positie van den landarbeider, in het geval van de Landarbeiderswet verkeerende, verzwakt achtte, zoodra hij, bijv. ingeval van sta king, door grondeigendom aan de plaats wereldstad geweest waren, gaf bjj daardoor een nieuwe attractie aan bet gesprek. De beeren dronken een stevig glas wün, langzaam werden zjj opgewonden en met aandacht volgden zy de verhalen van Van Vloten over de boulevards, de cabarets en de chansonniers de Montmartre, die hij beschreef roet de levendigheid en den gloed van iemand, die ze zelf gezien had. Men tafelde lang en het was half acht eerdeheeren weer naar de veranda verbannen werden om hun after-diner te rooken. Daar bekoelde de opge wektheid weer en terwijl Johanna de Ihee presen teerde, maakte zich een loome stemming van bet gezelschap meester. Rustig begon dc avond te vallen. Iloog in de lucht dreven enkele kleine geuden wolkjes, beschenen door de laatste stralen der ondergaande zon. De natuur was stil, want de wind die den ganschen dag zwakjes gewaaid had, was geheel gaan liggen. Rimpelloos lag de gracht onder hun voeten, geen blad bewoog in de boomen aan den overkant en zelfs de vogels zwegen wachtend met hun lied tot den volgen den morgen. De zon slond reeds te laag, dan dat haar stralen den grond of het water nog konden raken, maar vreemd en in een bijzonderen glans piekten de toppen der populieren aan den water kant omhoog. Laag tusschen het riet en op het gras hing een wonderlijk licht, dat geen licht meer was en kwijnend en droomend een teeren sch\jn op de planten zette als wachtte dit alles roerloos op den avond en den nacht. Men sprak niet op het balkon, men genoot van de koelte en de verademing, dié na den zijner inwoniDg zou zijD verbonden. Dit amendement werd verworpen. Van an dere zijde daarentegen werd voorgesteld om - het verkrijgen van los land niet alleen in pacht, maar ook in eigendom mogelijk te makenvan weer andere zijde om het verkrijgen van een plaatsje, woning met omliggend land, niet alleen in eigendom, maar ook in pacht mogelijk te makenten slotte, om de erfpacht, die ter verkrijging van bouwgrond vooral in de groote steden toepassing vindt, voor het plaatsje mogelijk te maken. De Mi nister heeft al deze drie denkbeelden bestredenhet laatste op grond van de overweging, dat erfpacht in agrarische aangelegenhedenzeerzeldzaam voorkomt; de beide andere uit overweging, dat het karakter van het ontwerp daardoor zou worden aangetast en een uitbreiding zou ondergaan, waarvan de gevolgen niet waren te overzien. Zoo doende is de wet gebleven binnen het inderdaad ietwat beperkt karakter van het ontwerp; zoo doende zet deze wet niet meer dan een eersten stap op den weg naar verbete ring van den toestand der landarbeiders, die verbetering zal zijn van den toestand ten platten lande in het algemeen. Beperkt wordt de wet door sommigen ook geacht in verband met degenen, op wie zij van toepassing is. Landarbeider wordt door deze wet geacht ieder per soor, die van bet in loondienst verrich ten van landarbeid zijn hoofdberoep maakt; landarbeid worden geacht alle werkzaamheden in den landbouw, den tuinbouw, den boschbou w, de veehouderij of veenderij. Arbeidt dus de landarbei der hoofdzakelijk in loondienst, dan valt hij onder de bepalingen van deze wet, die zoowel op mannen als vrouwen van toepassing is. 01 de loondienst op een bepaald oogenblik bij een bepaalden persoon al dan niet hoofdberoep is, zal in onderscheidene gevallen afzonderlijk moeten worden uitgemaakt. Maar een amendement om de werking dezer wet uit te breiden tot allen, die van het ver richten van anderen handenarbeid in loondienst hun gewone beroep maken, doen daarnaast in belangrijke mate land arbeid verrichten, zooals met andere grondwerkers dan turfgravers of met werklieden eener zuivelfabriek bet geval is, werd verworpen. Zoowel het karakter der wet als de toepassing op degenen, voor wie zij van kracht wordt gerekend, is dus beperkt, doch men kan daartegen geen te scherp verwijt doen hooren, wanneer men maar bedenkt, dat telkenmale, zoowel in de gewisselde stukken als in het openbaar debat op den voorgrond is gesteld, dat deze wet een voorloopig karakter draagt, door andere maatregelen zal dienen te worden gevolgd, zoodra de landarbeider rijp blijkt voor de toepassing dier maat regelen. Wordt vervolgd). Een belangrijk vonnis. xv. Waar wy de levende getuigen ervan geweest zyn tot Augustus 1914, dat er opkwam een wereldstaat, zoo zjjn wjj er ook getuigen van geweest, dat de wereld staat door den oorlog verscheurd werd. Wij hebben gezien hoe bandeD, die sedert tien tallen van jaren bestonden, verscheurd werden, verdragen vertrapt, maar wij hebben ook gezien, dat daarginds aan de overzijde van den Oceaan eeu man optrad, die aan vankeljjk althans scheen te zjjn de apostel van een nieuwe wereldorde, die metterdaad wilde voortzetten het werk van zijn voor ganger: Roosevelt, als deze in 1904 aarzelend voor den dag komt in zijn presidentsbood- schap met zijn plan van de internationale politie en als by zjjn aarzeling in 1910 te Kristiania heeft overwonnen met de hulde warmen dag neerviel, men kwam nu eerst tol het besef van zjjn vermoeidheid en tevens van het verrukkelijke, dat er in is gelegen, gedurende een schoone zomeravond op zijn verhaal te komen. Zy zaten daar uren, langzaam werd het donker, de sterren fonkelden één voor één aan den hemel, die .allengs pralend en schitterend boven hun hoofden stond. Vau uit de donkerte van het huis hoorden zij van tijd tot tijd de ouderwelsche pendule rammelende en op hoogen toon de uren aaDgeven. Er werd gesproken van licht opsteken, maar eenstemmig was men van oordeel, dat het theestoofje, dat eenzaam binnen stond, voldoende was. Heel in de verte hoorden zjj een paar malen een trein voorbijrijden. Dit was als een somber geluid, dat dreigend opkwam uit de hen om ringende duisternissen. Toen bet half tien sloeg, zei de graaf: .Kom kind, we stappen op". „Hè papa", verzocht zijn dochter. „Ja, ja, jelui moet heengaan", verzekerde Mevrouw van Zandwyk. „Niet, dat ik jelui weg wil hebben, maar je moet nog een heel eind ryden en 't wordt laat". Zij stonden dan op. De heeren gingen naar het koetshuis en verzorgden zelf de paarden, daar Van Zandwijk maar één knecht had. Het dier, dat de jonker bereden had, moest den nacht maar overblijven, dan kon het den volgenden dag wel gehaald worden. Van Zandwyk en zyn vrouw deden hen tot aan den weg uitgeleide. .,Komt U nog eens terug, mijnheer Van Vloten vroeg Mevrouw. woorden aan den man of den staat die kans zag een internationale politiemacht in hot leven te roepen, bekwaam om de besluiten van het arbitrage hof door te zetten. Dit idee van ontwapening gepaard met een internationale politiemacht bene vens meerdere algemeen geldende rechts beginselen heeft Wilson in zyn bekende 14 punten belichaamd, zijn 14 punten waarmee by Duitschland verlokt en verleid heeft totdat het in den mond is terecht gekomen van het oude monster: machts vrede. Dit soort vrede heeft mengeknepon uit de rechtsvrede der 14 punten. Punt I. Openbare vredesverdragen heeft men „geleidelijk getemperd" totdat het geworden is tot het feit, dat maandenlang de hoofdmannen der entente in het geheim gekonkeld en geknoeid hebben. Punt 4 alge- meene beperking van de militaire uitrusting der staten tot den kleinsten omvang, is gebonden tot den pliebt alleen Duitschland opgelegd, alle schietvoorraad in te leveren eu zijn leger tot 100.000 man terug te brengen. En zoo gaat het maar door. Erger vrede is sedert de Romeinen niet gesloten en dit niettegenstaande Wilsons punten alles inbielden, wat een mensch, bezield met hooge idealen en strevend naar een betere wereldorde maar kon verlangen, Want het eerste doel moet zyn: algemeens ontwapening, internationale arbeiderswet gevingen, verplichte arbitrage voor alle geschillen en instelling van een internatio nale strijdmacht, een werktuig in de hand van het arbitrage hof, benevens instelling van een orgaan gegrond op Volksrepresen tatie, dat het wereldrechtsbewustzyn op elk gebied tot gelding vermag te brengen. En de weg waarlangs na het sluiten van den vrede, de gedachte van den wereldstaat zich zal hebben te verwezenlijken zal de zelfde moeten zyn, als wy gezien hebben bij het nationale Recht, waai wij gezien hebben, dat eerst nadat hot centrale gezag ontstaan,was: de Overheid; het recht kon geschonken en gehandhaafd worden, kon in stand blyven en met eerbied behandeld zyn door de volkeren, die in hun overheid Godes vertegenwoordiger zagen op aarde die hun koning toekenden „het heerschen bij de Gratie Gods". En toen dat Overheids- reebt, van nature tot bevelen bestaande, eenmaal wortel geschoten had in het rechts bewustzijn der menschen, toen was althans voor een lange reeks van jaren naar binnen het recht beveiligd. Ik heb U geschetst hoe dat Overheidsrecht heeft plaats moeten maken voor recht dat zyn geldende kracht alleen aan 's menschen rechtsbewustzijn ontleende. Welnu niets anders zal de ontwikkelings gang zyn om den wereldstaat. Ontstaan moet een zelfstandige overheid, staande boven de Staten met een natuurlijk recht van bevelen, de Staten makend tot provinciën. Wanneer het egoisme der natie's zal overwonnen zyn, is dat mogsljjk. Die zelfstandige overheid kan men zich denken, hoe men wil hetzij een gerechtshof met een internationale politie hetzij door de vorming van een staat ad hoe een tijdelijke staat, alleen bestemd om de internationale rechtsidee te verwer kelyken en te handhaven. Onder het afbreken van het monopolie der RegeeriDgen inzake het buiteDlandacbe beleid, is ddt het eerste wat onze hand vindt om te doen. Daarom na den vrede niet ge talmd, maar gestadig de naties bewerkt in geschrift en in woord, niet meer „Vrede door Recht" maar „Vrede door een interna tionale krijgsmacht om het Recht te hand haven". Dat zy ons devies. Mr. W. J. C. A. NIJGH. Slot volgt.) Onze Financieele Zelfkant. Landbouw-OngevallenVerzekcring. CENTRALE-LANDBOUW-ONDERLINGE. Te Amsterdam werd op den 12den Juni 1919 onder leiding van den heer K. Czn, de Boer uit Assendelft de Algemeene Leden- Vergadering gehouden der Centrale Land bouw Onderlinge. Van de 10 provinciale Landbouw-Onder- lingen en de Nederlandsche Heide-Maat- „Ongetwijfeld". ,Ja, over een jaar misschien". „Neen, heel gauw. Dus tot Maandag, Van Zandwijk". ,Tot Maandag". De paarden zetten zich in beweging en met forsche stappen gingen ze langzaam vooruit. IJselo was een klein half uur verwyderd en toen Van Vloten geen woord repte van vlug ryden, hielden de anderen wijselyk den mond, want beide, Johanna vooral hadden van den ongewonen tocht een gevoel, of zy overal gekneusd en gebroken waren. De freule reed in het midden en men sprak weinig gedurende het laatste gedeelte van den rit. Zy gingen onder zware boomen, terwyl links en rechts de kikkers kwaakten en de krekels sjirpten. De lucht was vervuld van bedwelmende geuren, die het hart licht en het hoofd zwaar maakten. Johanna zag Daar don kop van haar paard, vrywel het eenigste, wat zjj in hel duister onder de boomen, goed kon onderscheiden. Doch als by noodlottige ingeving dwaalden bare oogen telkens naar haren buurman, die meestal recht voor zich uit in den nacht keek, maar haar soms, alsof hij haar blikken door het donker heen op zich voelde rusten, aanzag met oogen, die als sterren schitterden. Het werd Johanna soms baug te moede, een verbijsterende stroom van gewaar wordingen en gedachten trok haar door het hoofd en niettegenstaande de koelte van den avond, voelde zij haar wangen gloeien. Soms kreeg zjj, als bjj schokken een gevoel van mateloos geluk, dat haar op andere oogenblikken voorkwam een schappy, die te zamen de Centrale Land- bouw-Onderlinge uitmaken, waren 9 onder linge alsmede de Nederlandsche Heide Maatschappij in deze vergadering vertegen woordigd. De Balans en Rekening en Verantwoording over het jaar 1918 werden onveranderd goedgekeurd, Aan het jaarverslag ontleenen wy het volgende: Het aantal aangesloten landbouwers nam ook in bet jaar 1918 weder belangrijk toe, al bleven de buitengewone tijdsomstandig heden ook op de toename van het ledental niet zonder invloed. Op 81 December 1918 telde de organisatie 14714 leden. Het over het verslagjaar uitbe taalde loon met inbegrip van het bedrag, waarvoor patroons zich zeiven verzekerden bedroeg f26.176.000. Van de gelegenheid om zich zelf tegen ongevallen te verzekeren wordt door 15u4 landbouwers gebruik gemaakt, vertegenj woordigende oen verzekerd bedrag van f 1.262.000. hoornvee 116, varkens 4, honden 4, land bouwmachines 134, waarvan 2 met doode- lijken afloop, val van het slachtoffer 464, waarvan 3 met doodeljjken afloop, val van het voorwerp 56, beknelling 100, krachts inspanning 273, waarvan één met doode lyken afloop; gebruik van snijdende werk tuigen 376, waarvan 1 met doodelyken afloop; infectie 383, oogkwetsingen 78, brandwonden 41, verdrinken 1, breken van gereedschap 22, bedrijfsziekten 48, allerlei oorzaken 92. Voor de Commissie van Scheidslieden werd 6 maal een beroepszaak aanhangig gemaakt. Het totaal der ongevallen- en adminis tratiekosten van de Centrale Landbouw-Oa- derlinge hebben bedragen in 1918 f235.797 87. De onkosten der Centrale Landbouw On derlinge bedragen in 1918 per f100 loon f 0.91. Hierbijkomen nog vooriedereprovincie de kosten der ongevallen, die korter duurden dan 2 maandeu. Voegt men deze kosten, die voor de onderscheidene provincies ver schillen, bjj de 0,91, dan beloonen de kosten De uitvoering der Ongevallen-Verzekering per f 100 jaarloon voor: in de 249 afdeelingen is opgedragen aan De Groninger Landbouw-Onderlinge f 1,15; de ter plaatse gevestigde Commissies be-jDe Friesche Landbouw-Onderlinge f 1,30; staande uit 1356 leden. De Drentsche Landbouw-Onderlinge f 1,32 De Landbouw-Onderlinge acht het zich De Overijsselscbe Landbouw-Onderlinge een voorrecht te kunnen conBtateeren, dat f 1,28; De Geldersche Landbouw Onderlinge die leden geheel belangloos hun werkzaam-'1,41De Utrechtsche Landbouw-Onderlinge heden met groote opgewektheid en toewjj- '1,50; De Noord-Hollandsche Landbouw- ding verrichtten. Zij dankt daaraan voor Onderlinge f 1,35; De Zuid-Hollandsche Land- een groot deel den goeden gang van zaken. pouw-Onderlinge f 1,44De Zeeuwsche Land- De Ziekte-Regeling voor inwonende arbei- pouw OnderÜDge f 1,35De Noord-Brabant- ders bljjft zich gestatig uitbreiden. Zjj teltkhe Landbouw-Onderlinge f1,35. thans 6034 leden. Wanneer wjj de bedragen omslaan over Van de 2732 in het jaar 1918 aangegeven een jaarloon van een arbeider en dit stellen ongevallen liepen 2533 af biünen 2 maanden op f500, dan bljjkt dat de onkosten voor en hadden 16 een doodeljjken afloop. Dede ongevallen-verzekering voor zoo'narbeider overige 183 getroffenen waren na 2 maanden bedragen per week: niet hersteld. Bovendien behandelde het lu Groningen Hoofdkantoor 75 ongevallen voorgekoroon lo Fiiesland bij de Nederlandsche Heide Maatschappij lu Drenthe in Overijssel en 33 voorgekomen bjj leden die niet tot het ressort eener Plaatselijke Commissie behooren. VaD de 183 ongevallen, die na 2 maande niet waren afgeloopen, gaven er reeds 1 tot toekenning van een blijvende rent aanleiding, terwyl er bjj het schrijven va dit verslag nog 60 in behandeling warei In hoeverre het noodig zal zjjn aan dez getroffenen een blijvende uitkeering toe t kennen valt op het oogenblik niet te zegger Van de hierboven genoemde 16 ongevalle met doodeljjken afloop, hebben er 14 t( toekenning van een bljjvende uitkeerin aan nagelaten betrekkingen aanleidir gegeven. De bevoordeelden zijn 11 weduwe en 34 kinderen, waaronder 4 volle weeze voorts 1 moeder en van één getroffene i ouders. Op 1 April 1918 waren nog in bebandelil 50 ongevallen van het jaar 1917, 2 v: het jaar 1916 en 1 van het jaar 193 Omtrent bet verdere verloop van de gevallen kunnen wy mededeelen, dat er vi de 2 getroffenen van het jaar 1916 hersteld verklaard kon worden en de p nog in behandeling is. De patiént van het jaar 1914 kon. 3 hersteld afgevoerd worden. Van de 50 bovenbedoelde ongevallen ti het jaar 1917 hebben er 15 tot bljjveie invaliditeit van den getroffene aanleid? gegeven en zijn 22 getrofferren inmides geheel hersteld. De 13 overige patiéno zjjn nog in het genot van een tydelle uitkeering. Bovendien werden nog 2 ongevallen n het jaar 1917 opnieuw in behandelinge nomen, die bij het opmaken van bet verg over 1917 aid geëindigd waren beschoui. In den loop van het jaar 1918 werdJö malen de hulp van een specialist iDgeroen om een contróle-onderzoek in naar een getroffene. Voor rekening der Organisatie ween binnen den termjjn van 2 maande67 getroffenen in een ziekeninrichting ge nomen. De ongevallen waarvan de gevien langer dan 2 maanden duurden, hebb 25 malen aanleiding gegeven tot opnanfran den patient in een ziekenhuis. Röjen opnamen werden 38 malen gemaakt. De bovenbedoelde ongevallen werdffer- oorzaakt door: gebruik van voertuige287, waarvan 2 met doodeljjken afloop: 284, waarvan 3 met doodeljjken ïop: In Gelderland In Utiecht In Noord-Holland In Zuid-Holland In Zeeland In Noord-Brabant ruim 11 cent. 12V» ruim 121/j ruim 12 ruim 13'/2 ruim 14 18 ruim 13i/a 13 13 Voor dit kleine bedrag per week worden ook de gevolgen gedragen van de zwaarste ongevallen. Nachtegaal. In 't dichtst van 't park van 't weelderig hotel In duisternis zit nachtegaal te kweelen, Maar 't lied zal wel geen luistrend oor daar [streelen, Waar alles er in slaap reeds zocht herstel. Maar ondanks eenzaamheid en donkren nacht, Verbreekt steeds lieflijker dat diepe zwjjgen Diezang, wiens reinetrillersstaagdoenstygen Uit teeren gorgelliefdes zoete klacht. geheim verdriet te xijn. Zjj was zich z een raadsel; dwaze verlangens kwamen in fc op, zjj stelde zich voor, dat zjj van het paf zou vallen en Van Violen haar zou opbeuren,mals drie weken geleden in het zeiljacht en-ysiek ondervond zjj de gewaarwording van zjjn aden, die haar als schroeven in de armen baln ge kneld- Zjj kreeg de behoefte, om wat tfggen en maakte do opmerking, dat het donl was. „Ja", zoi de graaf. Maar Van Vloten zweeg; daarom vervde zij: „Er is groote kans, dat wjj in een sloofden". „Die zjjn toch droog", spotte haar jrman Van Vrijenban ontging de ironie van dander i hjj zei zwaarwichtig: „Droog of niet. Wo zouden een ernsligmimel maken. Inderdaad mogen we wel goedtzien. Als 't maar niet zoo verfoeilijk donl was". „U zegt daar een goed woord. Als maan scheen, kon ik ook goed zien. MjjnbeerVVloten is zeker niet bang. U laat ons maaiver de duisternis praten. Zoo'n padvinder, all bent, ziel ongel wjjfeld een uur ver, al is hel pijister". Naast haar klonk een zacht lachen. „U lacht maar, mynheer Van Vlotei? lacht, geloof ik, altjjd. Waarom nu weer?" „Och, ik vind het een beetje naïf U, dat U bjj voortduring in mij nog zoo'n hab wilde blijft zien." J Naïf! Het woord klonk Jobunnajflyk en ontnuchterend in de ooren. En lochfJjad niet gemeend, hem te zullen kwetsen, nöhad zjj hem willen plagen. Zjj voelde óch bovoröen, Daar van 't balkon gaanplots'lingdeuren open, En komen daar als schimmen aangeslopen In nachtgewaad de gasten van 't hotel, Ontwaakt toch door dien teedren minne tzanger, En opgetogen luistrend lang en langer Tot 't licht doet eindigen zjjn tonenwel. Rock. Duinweeldo. Geen grooter weelde, als daar zomerlacht Te dwalen door der duinen geur'ge dreven, En voelend zich aan 't woelig aardsch ont- [heven, In vredig reine sfeer vol kleurenpracht. Daar heuvels op en dalen door te gaan, Begroetend in zjjn ziel weer dat ontwakon Dier heiige stemming, die behoeft het slaken Een jubeltoon by 't telkens stille staan; Om straks op 't mos in scha'uw van berke- fboomen Bij 't golfgeruisch van alles weer te droomen, Wat daar in 't leven ons aan liefs ontvlood; Om even bjj der meeuwen klaaggezangen Te geven 't ljjf aan 't golvenspel gevangen En langzaam heen uit 't oord, dat zooveel [bood. Rock. doch toen zjj in het donker zjjn gezichtsuitdruk king trachtte te raden en het vermoeden kreeg, dat hjj het evenmin kwaad bedoeld had, hield zjj haar rechtvaardiging voor zich en gunde hem het terrein. De graaf, die aan de woorden van zijn ouden vriend dacht, werd uit dit gesprek niet veel wijzer. Het eenigste, wat hjj begreep, was dat het overigens nog nl eigenzinnige meisje zich gemakkelijk gewonnen gat aan den vreemdeling, maar iets bjjzonders was dit niet, want iedereen, die met Van Vloten in aanraking kwam, was gewend dit te doen. Omgekeerd kon Van Vrijen ban met geen mogelijkheid coucludeeren, dat de ander eenige voorliefde koesterde voor zyn doch ter. Zij praatten graag samen, dat kon niet ont kend worden. Echter was de graaf wereldwjjs genoeg, om te weten, dat zulks op zich zelf be schouwd, niets beteekende. Hoe meer hij er over dacht, boe meer hjj vond, dat de raad van Van Zandwyk uit een goed hart en een gezond ver stand kwam. Inderdaad was Van Vloten een uitgelezen party voor Johanna. De ander had ranmorgen wel degelijk den vinger op do wonde plek gelegd. Volgens alle waarschijnlijkheid was zijn meisje veroordeeld om als oude vrjjsler le sterven en hjj voelde dit als een droevig voor uitzicht. Van Vrijenban had zjjn vrouw zielslief gehad en zijn huwelijk was op het financieels na, zeer gelukkig geweest. (Wordi vtiioJgd.)

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1919 | | pagina 2