L slier die» ONZE EILANDEN VAN ZATERDAG 29 MAA'RT 191$ UITSLAG van de jpp 18 Maart j.l. door Notaris Akkerman g kennen „Nooit Gedacht" auuuou dat er dit jaar buitengewoon veei tw i me,fc diverse pei vraag naar pootaardappolen was, zoodat ook gemeenten Den Bommel en Ooltgensplaat, tezamei de niet te velde goedgekeurde poters werden Inzetters. verkocht. Dit neemt echter niet weg, dat J. Korteweg Lz vele solide afnemers steeds eerst trachten J. van Ree te velde goedgekeurde aardappelen te koopen H. C. van Rossum' en slecbts noodgedwongen de ongekeurde J. Korteweg kochteD- jj van Ree ^et a,S- 8eiZ0en zullen de te velde P*. M. v. d. Capelle' goedgekeurde pootaardappelen gemakkelijk J. Korteweg T. van Gurp c.a. Perceel 1 woning, schuur, zaadschuur, wagenhuis, paardenstal, pulpbak, varkenshok, ajuinrennen, te plaatsen zijn. De vooruitzichten voor den afzet zyn zeer 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 24 25 34 35 36 39 J. Both Snnstig. Men wil in vele provincies poot- u£/2jiu/mii imt JSJülOÜL, in den ouderdom van 52 jaar en 7 maanden, na een gelukkige echt- vereeDÏging van bijna 2(5 jaren. Allen die hem hebben gekend zullen heseffen hoe zwaar ons dit verlies valt te dragen, doch we hopen Gode te zwijgen, die geen rekenschap geel't van Zijne daden. Ons van Uwe deelneming over tuigd houdende, Wed. L. VAN DEN TOL- Breesnee. C. VAN DEN TOL. M. C. VAN DEN TOL. j Ooltgensplaat, 15 Maart 1919. C. Snijder Pz, C. Snyder C. Snijder L. Jansen B. Jongeling G. M. van Oorschot T. van Everdink C. Snijder J. P. Mast. B. Melissant J. van Oorschot C. v. d. Capelle denzelfde B. Jongeling J. Korteweg J. van Oorschot C. Snijder C. Snijder C. Snyder B. Melissant J. van Oorschot. denzelfde J. van der Zanden L. Wolfert. J. Mijs Azn. J. van der Zanden H. C. van Rossum. J. Melissant J. P. Polie. D. Wolfert aardappelen betrekken uit Zuid-Holland. Wil men dus zijn afnemers tevreden stellen en zekerheid hebben dat zij als geregelde af nemers jaarlijks terug komen, dan is het een eerste vereischte dat goede waar wordt ge leverd en steeds groote hoeveelheden voor aflevering beschikbaar zijn. Teneinde a.s. najaar over een flinke voor raad te velde goedgekeurde pootaardappelen te kunnen beschikken, is het gewenschtdat zooveel mogelijk alle pootaardappelen, af komstig van de in 191S te velde goedgekeur de gewassen, welke dit jaar worden uitge- poot, voor keuring te velde worden aange geven. De gelegenheid tot aangifte blijft voorloopig nog open gesteld, doch echter met dien verstande dat geen aangiften in aanmerking komen, waarvan de herkomst van het pootgoed vóór het poten niet kan worden vastgesteld. De Hoofdcontroleur v\d Holl. Mij, v. Landbouw, G. A. v. d. WAAL. Het veilingsbestuur heeft het volgende request verzonden: Middelharnis, Maart 1919. Heden overleed du een kortslon- I I dig lijden, bnze geliefde Broeder I J en Zwager, de lieer j LEENDERTVAN DEN TOL, j j ïu den ouderdom van 52 jaar en 7 maanden. Oude Tönge, B. VRÈESWIJK- van den Tol, Z. VREESWIJK. Middelharnis, As. VAN DEN TOL. L. VAN DEN TOL-Sus. Ooltgensplaat, A. VAN DEN TOL. C. VAN DEN TOL- de R citer. Wed. J. VAN DEN TOL- van Beek. Oude Tonge, Wed. C. VAN DEN TOL- Veriiaas. Oollgensplaat, 15 Maart 1919. Heden overleed Le Ooltgensplaat, j na een kortstondig lijden, onze 9 geachte Schoonzoon en Zwager, de Heer ILEENDERT VAN DEN TOL, in den ouderdom van ruin 52jaren. Nieuwe Tonge, Wed. M. C. RREESNEE. D. BREESNEE. Nieataerkerkbij Zierikzee, Aan Zijne Excellentie den Minister van I Souime Landbouw. 'm!'i Geeft met verschuldigen eerbied te ken- L.'jnen het bestuur der Vereeniging Centrale Veiling voor Overflakkee en Goeree, geves- Sommclsitigd te Middelharnis, zoo voor hare leden ais voor een groot aantal uientelers, niet leden der veiling, binnen het gebied waarin de veiling bovengenoemd werkt. In pi; Dat de uien op het eiland Goeree en Voor dp Overdakkee, oogst 1918, blijkens destijds gedane mededeeliog door het Rijkskantoor neming, o voor Qr0enten en Fruit voor de distributie lijden onz bestemd waren en daarvoor beschikbaar huwdzustt moesten blijven voor zoover ze niet direct A n R11 °P de stapelplaatsen te Middelharnis konden (7. worden opgeslagen. Weduwe rW mnr Ho „ion betuigen dank. Dit voor de uien die niet direct werden afgenomen een bewaarloon werd vastgesteld ingaande 1 December en vanaf dien datum geleidelijk stijgende. Dat de prijs werd vastgesteld op S'/a cent per kilo plus bewaarloon. Middelha] Dat er reeds in December en later by herhaling door het Veilingbestuur, o.a. bij v r monde van den Voorzitter, op is gewezen voor ae v ,jat voor ,j0 Distributie om zeer voor de neming uOband liggende redenen, veel minder uien het overli gevraagd zouden worden dan door bet Rijks- vrouw, ni kantoor werd verwacht, en op vrijlating grootmoedi voor uitvoer werd aangedrongen. Dat echter het Rijkskantoor geen vrijheid daartoe meende te kunnen vinden en speciaal voor het eiland Flakkee uitsluitend verlof gaf tot veilen in beperkte hoeveelheden van die uien, welke niet houdbaar waren en alzoo voor distributie ongeschikt. Dat aan dit systeem uitsluitend voor Flak kee door het Rijkskantoor is vastgehouden tot en met den veilingsdag van 11 Maart voor welke veiling het Rijkskantoor voor het eerst verlof gaf 20 der nog aanwezige uien te veilen, onverschillig of de uien houd baar of niet houdbaar waren. Dat deze machtiging tot vrije veiling eerst kwam op een tijdstip waarop alle uien reeds hadden moeten zijn, in plaats van betuigen dank. 's-Gravenb Lincoln Nebraska I 's-Gravenb 's-Gravenh Zoo sp vraagt! e0 slechts 51 o/© van den geheelen voorraad, zooals het Rijkskantoor blijkens schrijven dd. 10 Maart, no. 21569 (waarvan hierbij copie) systematisch ten behoeve van de binnenlandsche distributie had bewerkt. Dat het naar het oordeel van ons bestuur in hooge mate onbillijk is, dat de schade die tengevolge van de maatregelen van het rijkskantoor door vele telers wordt geleden, geheel komt voor rekening dezer telers, die gedwongen werden hun uien voor distributie beschikbaar te houden tot op hetoogenblik Loon f Adres Ho' G tig gebouwde grijsaard, die zich aan hem voor stelde als Van Vrijenban. „Is U soms mijn buurman? Ik heb gehoord, dat naast mij een graaf Van Vrjjenbaan woont?" vroeg Van Violen, verwonderd dezen naam in dit hötel en in dit gezelschap aan te treffen; immers hjj had aanstonds in den ander den edelman herkend. „Ongetwjjteld," antwoorde de grijsaard. En daar op had zich tusschen beiden een aanvankelijk stijf, later ongedwongen gesprek ontwikkeld, dat langzamerhand hun respectieve bezittingen tot onderwerp had. Zy behandelden elkander met veel deferentie. Van Vloten respecteerde in den graaf den adeljjken titel, omgekeerd werd hij door dezen, die geljjk later bleek, zoo arm was als een kerkrat, gewogen naar zyn rijkdommen. Het spel had een snaf verloop, geen der vier spelers was een matador, zoodat het feit, dat Van Vloten in meer dan tien jaren de queue niet gehanteerd had, niet tot zijn recht kwam. Aan tafel had Van Vloten zich naast den graaf geplaatst en geïnformeerd, wanneer hjj weer naar zijn bezittingen dacht te vertrekken. Hjj vernam toen dat Van Vryenban zich nooit langer dan één dag van zyn kasteel verwijderde en voornemens was zich nog dienzelfden avond naar huis te begeven. Toen bij vernam, dat Van Vloten ook nog huiswaarts wilde, boodlhij hem een plaats aan in zyn rjjtuig, maar gene had zich moeten verontschuldigen met het oog op zyn zeiljacht, dat in de haven lug. Het bleek nu dat de graaf een oud liefhebber was, en er ont stond een geanimeerd gesprek over dézeilsport, „Ja ik heb U meermalen benyd als ik U over den IJsel zag vliegen," liet Van Vrijenban zich ontvallen, „zelf bad ik vroeger een aardigschuitje „De Meteoor," maar 't is allengs te oud geworden, Ik kan er niet meer mee voort en wegens om standigheden heb ik mij geen nieuw kunnen aanschaffen." Van Vloten begreep, dat die omstandigheden wel beslaan zouden hebben in geldgebrek. Tevens dat de graaf zich meer met hem bezig gehouden had, dan hij vermoed had. Hij kreeg een ge moedelijke bui en zeide: „Laat ik dan Uw voorstel overnemen en U aanbieden met mij mede te gaan. De avond zal overheerlijk zyn, ik verwacht niet veel wind, maar toch genoeg om U niet al te laat thuis te brengen." Van Vryenban dacht even na over het voor stel, maar by zag er toch niets bijzonders in, Hij kon eenvoudig zijn rijtuigje wegsturen, Weliswaar was Van Vloten een eigenaardige persoonlijkheid, die sinds jaren verzuimd had, zich te laten voorstellen, maar hij scheen toch een fatsoenlijk man, keurig gekleed en hy was bovendien schatrijk. Trouwens Van Vrijenban had zich gedurende de jaren van zijn armoede wel eens meer over zyn adeltrots moeten heen- zetten en het zeiltochje lokte hem buitengewoon aan. „Och ik heb eigenlijk niets, dat mij belet, met U mede te gaan. 't Is meteen een goede gelegen- beid om eens kennis te maken. U hebt lang bjj dat ze verrot en waardeloos waren. Dat het Bestuur met de meer-opbrengst boven 8 c®nt per kilo der tijdig vrijge geven, niet houdbare uien het tekort op 81/2 cent plus bewaarloon der te laat vrijgegeven uien meende te kunnen dekken. Dat echter krachtens Uwer Excellence's laatste beschikkingen ter zake, de verkoo- pers der partijen die meer opbrengst gaven op die meer opbrengst aanspraak maken en zelfs langs gerechtelijken weg hun doel zul len trachten te bereiken, waardoor het vei lingbestuur machteloos staat om langs ge noemde weg de grove onbillijkheid ten deze eenigszins te verzachten. Redenen waarom het Bestuur voornoemd er ernstig by Uwe Excellentie op aandringt aan die houders en telers van uien, die geen compensatie voor geleden schade hebben gevonden in prijzen boven 81/2 cent per K. G. voor oen deel van hunnen oogst, als nog uit ie betalen een bedrag van S cent voor de door hen geteelde uien. Als maatstaf voor schadevergoeding zouden de veiiingre- gisters kunnen dieneD, waarin reeds in Octo ber 1918 de schatting van het door iedere verbouwer geteelde kwantum staatgeboekt. Het Bestuur voornoemd A. A. MIJS, Voorzitter. C. KOLFF, Secretaris. Gierstmelde. In de Haagsche Post van S Maart j. 1. vond ik een opstel over de gierstmelde. Schrijver vertelt ons van de proefresul- taten die hij bereikte door den uitzaai van 5 grammen zaad op 160 M2 grond. „De opbrengst bleek te zyn 19 K.G. of 3800 maal de hoeveelheid, welke werd uitgezaaid. Zóó sterk vermenigvuldigden onze graange wassen niet. Als die „80 voudige Vrucht" voortbrengen, is 't al heel veel. Maar die „30 voudige vrucht" is in totaal gewicht heel wat zwaarder dan de overweldigendt( opbrengst van de gierstmelde. Enkele cijfers mogen dit verduidelijken. 160 M2 grond leverde 19 K G. gierstmelde. Laten we er, omdat de opbrengst volgens den schrijver niet zoo groot was als men voorspelde, 24 K.G. van maken. Da's dan per 10 M2 1,5 K.G., per 100 M2 of Are 15 K.G. en per H.A. 1500 K.G. Wintertarwe levert gemiddeld per H.A. 45 H L. zaad van gemiddeld 76 K.G. Alzoo 45x76 K.G. 3420 K.G. Zomertarwe alswintertarwejgewoonlyk iets minder. Winterrogge (op gewone zandgronden) gemiddeld 22% H.L. ;i 72 K.G. 1620 K.G. op betere gronden 35 H.L. of 2520 K.G. Zomerrogge vaak veel minder doch zelden beneden 1500 K.G. Wintergerst 50 H.L. d 62s K.G. is ruim 3000 K.G. Zomergerst heel wat minderdoch zeker niet beneden 170.0 K.G. Allemaal dus opbrengsten, die vry wat grooter zyn dan die van de gierstmelde. Gierstmelde bevat van 17—23 °/0 ruw eiwit, dus gemiddeld 20 en 57 71 stikstofvryeextractiefstoffen, gemiddeld 64% Van 1 H.A. oogst men alzoo 300 K.G. ruw- eiwit en 960 K.G. extraciiefstoffen. Deze getallen zyn voor wintertarwe: eiwit 12,1 en extractiefstoffen 69 °/0; of per H.A.: ruim 400 K.G. eiwit en 2365 K.G. extractiefstoffen Voor winterrogge (met 11,5 eiwit en 1,5 stikstofvrije extractiefstoffen) 275 K.G. eiwit en. 1700 K.G. extractiefstoffen; Voor zomerrogge (met 14,5 eiwit en 62,6 stikstofvrije extractiefstoffen. Het blijkt dus duidelijk, dat de gierstmelde het in totaal hoeveelheden eiwit en extrac tiefstoffen alleen wint van zommerrogge. Tegen onze wintergraangewassen legt het 't ver af. En dan wordt nog stilzwijgend verondersteld dat de ver teer baarheid van de genoemde voedende bestanddeelen in de zaden van gierstmelde gelijk staat met die in de bekende graankorrels, wat op z'n minst twijfelachtig heeten mag. Immers fijne zaadsoorten met niet minder dan 3% honderdduizend zaden in 1 liter van 625 gram (gelijk we In het betrekkelijk opstel lezen) bezitten zeker met z'n allen heel wat meer zaadhuidjes dan grovere soorten en dus ook meer minder goed verteerbare of voor de voeding haast waardelooze deelen. Uw tenten zitten morren. Waarom is U niet eens komen op loopen? Zoo prettig zult U het op den „Dollenkamp" ook niet hebben. „Omstandigheden, graaf," glimlachte Van Vlo ten, den ander ongemerkt te recht wijzende, „de verveling heeft my niet gehinderd, anders was ik er weer tusschenuit getrokken," Van Vryenban moest met deze vage opmer king, die hoogmoedig genoeg was, tevreden zijn. Na het diner gingen zij onder het genot van een sigaar de stad in. De graaf, die Deventer goed kende, liet hem een en ander van de stad zien. Zij maakten een wandeling langs de oude ves tingwerken, die juist gesloopt werden, en be gaven zich langs de „Linden" naar de haven. „Als U weer eens in Deventer komt," zeide Van Vrijenban, „kunt U ook wel een ander hotel nemen. De „Moriaan" is waarschijnlijk beter ge- geschikt voor U. Ik maak daar ook meermalen gebruik van. Maar ik moest vandaag met dien Hulzen confe- reeren over den verkoop van eenig te veld staand graan. „Die raenschen zyn wel eens lastig." „Zoo, lachte Van Vloten, die den ouden graaf beter begon te begrijpen, „ik had geen kans, want myn knecht had mjj uitgelegd dat ik van uit de „Keizerskroon" het gemakkelijkst notaris Labori kon vinden. Trouwens het kan my bitter weinig schelen, waar ik ben, als het maar goed is." „O, ik hecht ook weinig aan stand. De tijden zyn wel veranderd en iemand, die zooveel ge reisd heeft als U, zal onze Hollandsche begrip voor de volksvoeding zal dus het nuttig effect van een H.A. gierstmelde zeker heel wat lager blijven dan dat van een H.A. tarwe, rogge of gerst, inzonderheid, wanneer men de wintervariöteïten bedoelt. Ook van een practisch standpunt bezien, verdient de gierstmelde weinig aanbeveling. Ze levert pas begin October ryp zaad. De dan afgesneden stengels, „moeten nog gerui- men tijd buiten drogenzegt onze Haagsche Post schryver. Doch wanneer moet de oogst dan geborgen worden, stel dat er de boer dén, twee H.A. mee bezaaid had? Zou dit kunnen geschieden, terwyl men met aardap- pelrooien druk doende is en er voor den bietenoogst haast handen en paarden te kort zyn? Ten slotte is ook nog dit op te merken. In geval van voedernood kan de boer na een gewonen korenoogst nog eenig stoppel- gewas verbouwen. Spurrie en herfstknollen zyn als zoodanig al zeer bekend. De stop pelwortelen in sommige streken „moren" genoemd niet minder. Na gierstmelde is natuurlijk niets meer te winnen van dien aard. Het is dus mijns inziens niet wel mogelijk dat de gierstmelde een blijvende plaats zal innemen op de lijst der geregeld verbouwde gewassen. De ophef, welke er in 1917—1918 door onze Oostelijke buren van gemaakt is, zal wel vooral toe te schrijven zyn geweest aan het feit, dat men daar ontzettend krap in z'n broodkoren zat en dus ook voorden uitzaai voor een nieuwen oogst uitermate zuiüig zyn moest. En zeker kon men moei lijk een gewas vinden, waarvoor men minder „zaaigoed" noodig had dan van degierstmelde. Te dezen opzichte spande het de kroon. Maar voor 't overige? M\j lijkt de teelt van gierstmelde voor onze streek en ons klimaat weiDig de aan dacht waard. Ja met het oog op den invoer van een lastig onkruid (want dat zal het ook worden) zelfs ongewenscht. Vlaardingen 17 Maart 1919. G. van der Molen, Landbouwonderwijzer, Aardappelen of Suikerbieten. (INGEZONDEN). Ofschoon de heer v. d. Molen in uw blad van 22 Maart een zeer goed overzicht geeft van de finantiöele uitkomst vermoedelijk to wachten van de twee bovengenoemde producten, vergeet hy toch een paar factoren, die de balans al meer naar de suikerbieten teelt zullen doen overslaan, le de risico der aardappelziekte; menig jaar komt daar door de opbrengst der aardappelen op en minder dan de heer v. d. M. aanneemt, terwyl van suikerbieten iedere geteelde kilo tot zyn recht van betaling komt. 2e de kosten van rooien, sorteeren, bewaren, nog eens en nog eens sorteeren en uitzoeken van aardappelen met het gebruik van stroo zyn aanzienlijk en by een groot gewas tegenwoordig veilig te stellen op f200 per Hectare terwyl het rooien van suiker bieten hoogstens op f70 is te stellen. 3e De suikerbieten zyn half of laatst November verzilverd; de helft van den aard appeloogst eerst Mei of Juni van het volgend jaar. 4e de pry's der suikerbieten moge f30 zijn bij de speculatieve fabrieken: die pry's was in 1918 bij de coöperatie fél a f42 (DiDteloord). Goedereede 22 Maart 1919. C. A. VOGEL. Rijks- en provinciale Stierenkeuring te Heenvliet op 2G Maart 1919. Staat Flakkee wat qualiteit van den paar- denstapel betreft in Zuid-Holland in het voorste gelid, Voorne en Putten is zeer terecht trots op zijn rundvee en de vier aldaar gevestigde fok vereenigingen bet wisteD elkaar jaarlijks den eerepalm op de districts keuring te Heenvliet. Het aantal aangiften bedroeg 57. De stieren zyn onder verdeeld in rubrieken. Rubriek I Stieren ouder dan 81/2 jaar met bekende afstamming en voldoende productie gegevens. Rubriek II Stieren van 21/23i/2 jaar als boven. Rubnek Hl Stieren van U/2—2% jaar al boven. Rubriek IV Stieren beneden 1% jaar al: boven. Rubriek V Stieren zonder bekende afstam ming of onvoldoende productie. Aan de laatste rubriek kunnen slecht! diploma's worden toegekend. De stieren krijgen een aantal puntei voor exterieur, dat kan worden vermeerden voor afstamming met 2 voor preferent! ouders of groot ouders met 2 en voor melk productie der moeder met 2 punten ah maximum. In rubriek I was de ranglijst als volgt 1. Ceres Albert geboren in 1915 van di stierhoudery' Ceres te Abbenbroek met" punten voor exterieur, 1 punt voor afstam ming, 2 punten voor preferentie en 1 2 punt voor melkproductie te zamen 87.8 punten 2. Dorus geboren in 1912, Eigenaar S. van der Eijk te Hof van Delft gestationneerd by den heer Vyfvinkel te Nieuwenhoorn met 84.2 1 1 0.8 87 punten 3. De Verwachting, geboren in 1915. Eig de Heer A. Vyfvinkel te Nieuwenhoorn met 82.7 1 1 2 S6.7. In rubriek II geboren in 1916. 1. Adolf van de stierhoudery Concordia te Nieuw-Hel voet met 80.9 0 0+ 2=82 9J 2. Jonge Albert van den Heer P. J. v. d, ZandeteSpijkenisse75.6 1 0+1.2=77 8, 3. Cornelis v/d Heer A. Wevels te Biert met 75.7 0.75 0 1.20 77.65. Rubriek III. Stieren geboren in 1917. 1. Jonge Ceres van P. Scheygrond e. a. te Abbenbroek 82.1 1.25 0.5 2 85.85, 2. Hendrik V van W. Scheygrond Azn, van Vierpolders 80,8 0.5 0 2 83.3. 3. Lucht en Veld Gerard van H. Noor- dermeer Czn. te Hekelingen 78.7 1+1 1.2 81.9. 4. Nico van P. v. d. Linde te Vierpolders met 78 6 1 0 0.8 80.4. 5. Eduard II van K. de Snoo Lzn. te Geervliet met 75.5 0.75 0 2 78.25. In rubriek IV jarige stieren zyn er negen gepunt geworden. 1. Kooisteö's Dorus van A Vyfvinkel te Nieuwenhoorn met 83 punten (Vader Dorus.) 2. Roosjes Barend van L. v. d. Hoonaard teAbbenbroek met79.95 (VaderCeresAlbert.) 3. Wim van L. Hoogvliet te Nieuwen hoorn met 79.S5 (Vader Cor.) 4. August Hendrik II van H. Emmerzaal te Nieuwenhoorn 79.55 (Vader August Hendrik.) 5. Adolf van K. Biesheuvel te Nieuwen hoorn. 6. President III, A. Tol te Simonshaven, 7. Gustaaf, F. v. d. Meer te Hekelingen, 8. Hubrecht, A. Troost te Simonshaven, Zoodra alle districtskeuringen zyn afge- loopen, kunnen eerst definitief de pryzeD naar het aantal punten worden meegedeeld. De jury bestaande uit de heeren Hartog, chef-inspecteur van het N. R. S. en Dr. Over boek te Rotterdam deelde ons mede, dat Heenvliet dit jaar zeker het beste district in de provincie moet worden genoemd. Prachtexemplaren hebben de fokkers laten zien. Men vindt hier voor een groot deel een fokken langs een goed beraamd plan, dat met zorg en zaakkennis uitgevoerd, uitsluitend en alleen verbetering kan bren gen. Byna alle hoogstbekroonde dieren zijn aangekocht in Friesland en wel van het allerbeste bloed, wat deze provincie bezit. Zijn ze feilloos? Zeker niet. Zoo noemen enkelen Ceres Albert iets overfokt, vinden anderen de Verwachting wat minder lieflijk, veroordeelen Doris om zijn slechte horens, misprijzen de sabelbeenen van de Jonge Ceres, keuren Hendrik V om zijn billen af, maken gegronde aanmerkingen op het kruis van den stier van den Wolvenpolder, zouden Adolf gaarne wat sterker rug en lenden gunnen, maar tegenover al deze fouten staan prachtige eigenschappen die moeten worden gewaardeerd. De goede fokker, die zyn dieren van a tot z kent, zal het geen moeite kosten een extra passende stier voor zyne beste stamboekkoe te vinden. Hy zal er gaarne een reisje voor over hebben. De andere stieren vooral werden netjes en in extra conditie voorgebracht. 't Lijdt geen twyfel of de stieren van Voorne en Putten zullen op de Centrale keuring te Rotterdam op 24 April a.s. wel nader van zich doen spreken. Adverten li pen wel heelemaal vergeten zyn. U hebt immers veel gezworven." „Ja, <le omstandigheden zyn mij wel ongunstig geweest en ik heb een groot deel van myn leven zonder vaste woonplaats doorgebracht. Holland is een zeer geregeld land en ik weet zeer goed, dat men daar den graaf Van Vrijenban anders behandelt en hem ook andere eischen stelt dan op andere plaatsen der wereld. Maar ik ben b v. in Italic geweest met zijn gedesorganiseerden adel en in Amerika, waar heelemaal geen adel is en ik heb altyd ondervonden, dat men my weegt naar mijn geld, onverschillig waar ik wood. Ik wil eerlyk bekennen, dat ik mij niet erg geciviliseerd gevoel. Zoo pas hadden wij bet over de kwestie, waarom ik nooit bjj U geweest ben. De oorzaak is, dat ik daaraan geen behoefte gevoeld heb en uit louter beleefdheid je moet mjj dat vergeven, Van Vryenban, maar de be leefdheid vergeet men allengs in deD strijd des levens." „Ik had dit wel begrepen, Van Vloten," ant woordde de graaf rustig, hem vanzelf ook be ginnende te tutoyeeren, „wjj hebben het wel eens over je gehad en je dan voor lomp en verwaand uitgekreten. Maar 't zal wel zoo zijn, als je zegt, dat je noodzakelijk op de menschen gaat neerzien, als je veel reist in onafhankelijk heid." „Neerzien is het woord, niet," verbeterde Van Vloten, „maar ik vond jelui net zoo min wat bijzonders, als ik zelf bjjzonder ben en ik ben niet van Amerika gekomen, om hier weer de zelfde vervelende komedie te moeten meespelen, die mjj vroeger in Holland zoo hinderde." Zjj waren nu aan de haven genaderd en Van Vloten ging naar de woning van Staalman, om hem kennis te geven, dat hjj weer vertrok. De schipper, die den graaf zeer goed kende, was veel onderdaniger dan 's middags, waar Van Vloten in zjjn hart om moest lachen. Doch hij deed, of hij die voorkomendheid zeer op prjjs stelde en liel Staalman het vaartuig losmaken en de zeilen in orde breDgen. Het was nu acht uur iu deu avond. De zon was juist onder, de wind was uitgeschoten en begon zich met zuchten te verheffen uit het Noorden. Staalman gaf de „Zwaluw" een duw en Van Vloten roeide het jacht de haven uit. Eenmaal op de rivier dreef het spoedig stroom afwaarts en dreigde tegen den schipbrug op te loopen. Van Vrijenban, die zeer enthousiast was over het sierljjk gebouwde vaartuig, hielp aan stonds mede om het grootzeil op te zetten en de „Zwaluw" voor den wind ie brengen. Toen ook de fok geheschen was, draaide het jacht den kop stroomopwaarts en begon vlug voor den wind weg te loopen. Het bleek, dat de oude edelman een juiste waardeering had voor de snelheid en de kwaliteiten van het vaartuig. Hjj verzocht het roer te mogen houden, wat de ander hem onverschillig toestond, na gevraagd' te hebben, of hjj zwemmen kon, want hij besefte zeer goed het gevaar, dat eraan verbonden was, het roer te doen voeren door een onhandig stuurman. (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1919 | | pagina 2