ZUID-HOLLANDSCHE EN ZEEUWSGHE EILANDEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD, OTHEEKBANK LIGATLËN srnationale lotheekbank IRDHOLLANDSGH VDBOUWGREDIET. ordreehtsehe Nederlandsche Staatsloterij,! 20f 25.- sorloofcL). 3 Rotterdam en bij HH. agenten, RINGEN zijn NDEREN met F Co's I HANDEL. GRACHT 410. EN 100. ZIGER. irvan een REIZIGER, die hande- t om een gemakkelijk mede te an concurreert, te plaatsen, i de firma LEITER-NIJPELS, te Apeldoorn. .nk geeft 5 °/0 Pandbrieven uil len koers van 96 °L, plus i rente in stukken van f 2506. ƒ500,—/250,- en/'lOO; ijgbaar ten kantore der Bank en eeren iE GAST ZOON te sommelsdijk. 3KANT00R 4M C 11. ALKMAAR. Telefoon 73. AGENTSCHAPPEN: ORN, iarkt 16. [DEN, aponburg reestraat. 1LFT, 4 aarkt 99. ENKHUIZEN, Westerstraat 6. 's-GRATENHAGE, Molenstraat 4ö. ROTTERDAM, Leuvehaven 107. al: Drte Millloeii Gnldet jeplaatst en volgestort f 2.000.000. ENNOOTSCHAP verleent Credie- hat gelden in déposito, belast zich aan- en verkoop van effecten en sluit beleeningen en prolongatie cht verder alle werkzaamheden hassiersvak behoorende. \FE DEPOSIT. Deposito rente 3 °/o A AT op 31 Maart 1915. e Credieten f 7.349.903.15 •s- 976.693.71 - 302.187.42 ■-«■Voorzitter ntnissarissen De Directie J. F. MOENS. P. v. FOREEST. Mr. M. MOENS, pondent voor Middelharnis en Ibu: rAN DER KOOGH TE IHIDDELHARWIS. iffd te JDOFtDFtEOJElT, De Bank geeft uit: /O id brieven worden afgelost k par en door middel van jaarlijkschi ;en worden verstrekt door den heet Ui, tfl VIDDELRARSIS rpipip&ppiiiiiflvpiiiïiiil VOOR OE Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen. Prijs per kwartaalf 0,50 Afzonderlijke nummers- 0,05 No 35 Zaterdag 17 Juli 1915 22E Jaargang Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiên worden uiterlijk Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis. Prijs per advortentiën van 1—5 regels f 0,50 Iedere regel meer- 0,10 Groote letters naar plaatsruimte. Officiëele Mededeelingen. PROCES-VERBAAL VAN DE ZITTING VAN HET HOOFDSTEMBOREAU, BEDOELD BIJ ARTIKEL 93 DER KIESWET. Proces-verbaal van de zitting van het lioofdstem- hurean tot het vaststellen van den uitslag der herstem ming ter verkiezing van vier leden van den Gemeen teraad van MiddelharniB, in de Gemeente Middelharnis (Gemeentelijk kiesdistrict Middelharnis), op den 14 Juli 1915. Het hoofdstemburean neemt zitting in het stem lokaal des avonds ten 7'/a ure. De Voorzitter maakt bekend, dat zijn uitgebracht 590 geldige stembiljetten en wel op. C. Alblas 275, J. C. Bom 292, W. Buth 261, J.J.Nipins 2S6, D. Slis 270, J. Zaaijer 292, J.H. Zeedijk 302, S. Zeedijk 304. terwijl 8 stembiljetten van onwaarde zjjn verklaard. De Voorzitter maakt bekend, dat alzoo de meeste stemmen hebben verkregen J. C. Born, J. Zaaijer, J. H. Zeedijk, S. Zeedijk. Zijn derhalve benoemd tot leden van den Gemeen teraad van Middelharnis J. C. Born, J. Zaaijer, J. H. Zeedijk, S. Zeedijk. En zijn door de in het lokaal aaowezige kiezers geene bezwaren ingebracht. En is na afloop van dit een en ander proces verbaal opgemaakt in tegen woordigheid van allen, die zich in het lokaal bevonden. Gedaan te Middelharnis, den 14 JuU 1915. (was get.) J. J. SLIS C. T. ZEEDIJK LEDEN. J. BRABER (was get.) ULBO J. MIJS Voorzitter. Voor Afschrift. Burgemeester en Wethouders van Middelharnis. De Secretaris, De Burgemeester, NIJGH. ULBO J. MIJS. UITSLAG VERKIEZING. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Mid delharnis maken bekend, dat een afschrift van het proces-verbaal, meldende den uitslag der op 14 dezer gehouden herstemming, ter verkiezing van vier leden van den gemeenteraad is aangeplakt en voor een ieder ter Gemeentesecre tarie ter inzage ligt. Middelharnis, den 15 Juli 1915. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Secretaris, Dc Burgemeester, NIJGH. ULBO J. MIJS. rekening". Het is duidelijk wanneer de over heid hetzfj Rijks-, Provinciale- ofGeineen- telijke weigert haar personeel duurte- toeslag te geven, dat, aangezien het eene in het andere grijpt, de geheele arbeiders klasse er van de dupe wordt. Niemand zal de juistheid dezer bewering, die de feiten in het volle licht stelt, kunnen ontkennen. Duurte-toeslag is ook naar onz9 meening noodig om de arbeiders in den duren tijd tegemoet te komen. (Uit de Vrijz. Dem.) Duurtetoeslag. In deze tijdsomstandigheden is het meer dan ooit noodzakelijk, dat eisch van duurte toeslag op het loou worde ingewilligd. De gemeente als overheid hierin voorgaan, zij behoort een modelwerkgeefster te zijn. Geeft de gemeente het goede voorbeeld, door duur tetoeslag te verstrekken aan hare arbeiders en lagere ambtenaren in het algemeen, dan is dit niet een rechtvaardige daad, die slechts ten goede komt aan een bepaalden kring op zichzelf. Neen, het is een daad van onme telijk verre, zedelijke strekking. Het is een krachtig zedelijk argument, wanneer de over heid erkent, dat duurtetoeslag noodzakelijk is, voor hen, die werkzaam zijn in particu liere bedrijven en inrichtingen. Het is een opwekkingsleuze voor alle vakvereenigingen en arbeiders tot het instellen van een alge meens actie voor duurtetoeslag. Men onder schatte niet bet effect van de erkenning van den rechtmatigen eisch „DUURTE TOESLAG" door de overheid. Wat was toch het gevolg van de weigering der regeering om aan hare werklieden en lagere ambte naren in 't algemeen, een duurte-toeslag toe te kennen? Een sprekend voorbeeld hiervan is gelegen in het feit dat de Holl. IJzeren Spoorw. Mij. weigerde haar personeel duurte toeslag te geven en zich geenszins daartoe verplicht achtte, op grond, dat zelfs de Regee ring geen termen aanwezig achtte duurte toeslag aan haar ambtenaren toe te kennen. Deze Regeeringsdaad oefent, het is niet te ontkennen, een zeer in het oog springendeu slechten invloed uit op de particuliere werk gevers. Deze daad vloekt met de moraal- spreuk, die de zedelijke kracht aan de over heid geeft„Wat de overheid doet is goed, en wat ze verbiedt is kwaad." Het sprak toch wel van zelf, dat de geheele arbeidersklasse er door belemmerd zou worden in haar actie voor den rechtmatigeu-eisch van duurte- Buiteiilandsch Overzicht. Weigert de Rijksregeering duurtetoeslag, vele groote, particulieren bedrijven en in richtingen beroepen zich op het voorbeeld der Regeering. Weigert de gemeentelijke overheid, de nadeelige gevolgen voor alle in de gemeente wonende arbeiders zullen öiet uitblijven. Vragen in die gemeenten de door de tijdsomstandigheden ondersteu- den aan de steuncomité's verhooging van uitkeering, de weigering van duurte-toeslag door den Gemeenteraad bewijst weer groote diensten, in slechten zin altoos. De onder steunden zijn dan ook het .kind van Kort voor de heirlegeis van NapoleoD, einde Juni 1812, de Russische grenzen over schreden, vaardigde Tsaar Alexander een manifest uit, waarin hij alle SlaveD tot den heiligen krijg voor Godsdienst en Vaderland opriep. Tsaar Nicolaas heeft thans iets dergelijks gedaan en hij tracht Rusland tot de uiter ste iuspanning te bewegen, door o.a. de sa menroeping der Doema toe te staan. Ongeveer tegelijkertijd kon een Nowoje Wremja-artikel de censuur passeeren. dat zeer de aandacht verdient en dat bewijst, hoe Rusland zich het ontzettend recept te gen Napoleon herinnert. Ruslaud gaat weer zyn onmetelijkheid in het geding breugen en een reusachtig offer plengen. De invaller mag enkel een woestenij binnenvallen. De grensbevolking moet optrekken het binnen land in met al haar meeneembare have en goed en het overige ten vure doemen. En zoo de bevolking in het vernielingswerk niet bedreven genoeg mocht zijn, geen nood, de achterhoede der legers zal het land vol komen kaal maken, zoodat de vijand geen grasspriet meer vindt. Napoleon deinsde niet terug en hij groef zijn graf, wat zal Duitschland doen? Blijkbaar overdenkt ook Duitschland Na poleon's lot, of hebben de zonderlinge, laco nieke Duitsche telegrammen van het Ooste lijk front, dat er niets voorviel, een andere beteekenis? Een week geleden gewaagden die telegrammen nog van alles omver ren nende marschen, van onstuitbare élans en van schitterende wapenbuit en nu opeens is het stil geworden. En ook de Oostenrij kers zijn hun spraak kwijt, nadat zij bij Krasnik een gevoeligen stoot in de borst kregen, die hen eenige mijlen achteruit wierp. Wat beteekent dit? Is het een ver zamelen tot den laatsten stoot, die den Rus buiten heel Galicié moet werpen? Of heeft het Hoofdkwartier het „Staat en houdt vast" bevolen, terwijl alle te missen troepen naar het Westen worden vervoerd, zooals tal rijke particuliere berichten ons willen doen gelooven Uit een artikeltje van den bekenden ma joor Morath in het Berl. Tagebl. blykt, dat ook deze deskundige zich niet zeker van zijn zaak noch gerust gevoelt. Het schijnt, zegt hy met het oog op het artikel der Nowoje Wremja, voor de Rus sen zeker, dat wij, na het laatste verzet der Russen neergeslagen te hebben, verder voor uit zullen rukken. Hoe ver, vragen wij (Moraht). Het Rus land van 1915 is niet meer de aan menscben arme steppe van 1812 en Napoleon's opera tie basis was een andere, dan de onze zou kunnen zijn. Hy steunde op onderworpen volken, wij hebben twee tot alle offers be reid zijnde volken achter ons. Een dief achtige, onbekwame intendance bemoeilijkte den opmarsch van het Groote Leger, wy hebben spoorwegen en auto's. De afstan den schrompelen in een, en een platgebrand Rusland zal ons prachtig toegerust leger niet ophouden. Moraht schijnt er ook aan te twijfelen, of de Russische bevolking het verwoestings bevel wel zou opvolgen. Duitschland en Oostenrijk zaaiden, zegt hij, geen baat, richten geen scheidingsmu ren op en den oorlog wierp neer, wat het Tsarisme tegen ons opbouwde: het denkbeeld van het verpletteren van onze zelfstandig heid. Uit den grond van Rusland schiet zonder onze hulp een grooter gevaar voor al het bestaande op, dan onze legers en dit gevaar zal de gewenschte brandfurie slechts kunnen vergrooten. Voor eenige dagen werd door den Duit- schen kroonprins op het Westelijk front een poging tot doorbraak gedaan by Four de Paris. Zoodra de Franschen, dio blijkbaar door den aanval verrast waren geworden, hunne reserves naar voren konden brengen, sloot zich de yzeren muur weer, en week niet ten tweede male voor den aanvaller. Het schijnt echter dat dit slechts een in leidende operatie is geweest, en dat men het thans in diezelfde streek is gaan be proeven op verschillende punten tegelijk. Four de Palis ligt tusachen de twee punten waarop nu de aanval geschiedde. Het volgende moge dienen om zich eenigs- zins te oriönteeren. Four de Paris ligt ongeveer halfweg tus- schen Vienne le Chateau, dat aan de Aisne, en Varennes, dat aan de Aire gelegen is. Westwaarts van Vienne le Chateau begin nen de gevechtslinies van Champagne Oost waarts van Varennes richt de frontlijn ^ich naar de Maas, ten N. van Verdun. De ge heele afstand is; van Varennes tot Four de Paris 10 K.M. van Four de Paris naar Vienne le Chateau 8 K.M. De aanval werd uitgevoerd door onder scheidene regimenten. Volgens het Fran- scbe bericht herkende men er reeds 5, alle behoorende tot het zesde legercorps, en on der oppercommando staande van den Duit- schen Kroonprins. Bij Vienne la Chateau werd de voorste Fransche linie door den onverhoedschen aanval over een front van 1000 Meter door de Duitschers veroverd. Het aantal gevan genen bedroeg 140. Op het tweede punt van aanval, nabij het dorpje Boureuil, ten Z. van Varennes, was het succes der Duitschers van meer beteekenis. Zij veroverden de stelling der Franschen op een heuvel, „La Ville Morte", drongen op andere plaatsen tot in de stel lingen der Franschen door, maakten konon- nen buit, namen 2600 FraDSCben gevangen, en dwongen de overigen tot terugtrekken, waarbij dezen genoodzaakt waren, 8 hunner kanonnen in den steek te laten, na ze vooraf onklaar ,te hebben gemaakt. De Franschen wij volgden bij bovenstaande beschrijving nog altijd het Duitsche bericht, waren ten gevolge van dit alles genoodzaakt zich in hunne meer achterwaarts gelegen stel lingen terug te trekken, terwijl de voorste door de Duitschers bezet schijnen te zijn. De vernagelde kanonnen tusschen deze twee in Nemen wy nu het Fransche bericht ter hand, dan vinden wy daar het gebeurde ver meld als een échec der Duitschers. Welis waar weken de linies der Franschen een oogenblik terug. Maar zoodra de Franschen zich hersteld hadden en een tegenaanval deden, moesten de Duitschers achterwaarts. Voorts wordt in het Fransche bericht de onderneming voorgesteld als gericht tegen een kort geleden door de Franschen ver overde strook grond in deze streek, maar tevens als geheel mislukt. Daar er tusschen die twee berichten een onverzoenlijke tegenstelling bestaat, is het niet mogelijk de juiste toedracht van het voorgevallene er met zekerheid uit op te maken. In het opgeven van hunne gevan genen echter zijn de Duitschers in den regel zeer accuraat. Trouwens in het Fransche bericht wordt niet ontkend (hoewel ook niet bevestigd), dat men zulke groote verliezen geleden heeft. Meestal komen nadere bijzonderheden, die in staat zijn om van het gebeurde een hel der denkbeeld te geven, eerst later, soms na dagen. En daarop zullen we dus moeten wachten. Dit echter schijnt reeds nu vast te staan De Duitschers in de Argonne laten het denk beeld niet varen om, door het verbreken van de Fransche linies, te trachten Verdun aan de westzijde dichter te naderen. Dit toch is het duidelijke strategisch doelwit van de herhaaldelijk terugkeerende doorbraakpogin gen in die buurtnu eens in het klein (zoo als by Four de Paris), dan weder op groo ter schaal, zooals nu bij Vienne le Chateau en Boureullles. Of zij ooit slagen zullen, zal afhangen van verschillende factoren aan weerszijden en wel: de sterkte der troepen, de wyze waar op de artillerie haar taak vervulten voor de Franschen vooralde snelheid waarmee hun reserves naar het bedreigde punt kun nen worden overgebracht. dat Dinsdag werd afgedaan, was het ont werp van Minister Lely tot uitvoering van verschillende werken ter bestrijding der werkeloosheid. Dit ontwerp gaf den Minister gelegenheid na de redevoeringen van de H.H. Albarda en de Muralt aan te toonen, dat de werkloosheid in de bouwvakken door den oorlogstoestand een dusdanigen omvang heeft aangenomen, dat het hoogst noodig ia de werken, die minister Lely voorstelt, te doen uitvoeren. Woensdagmorgen kwam het ontwerp- Vlootwet aan de orde. Zooals men weet, vraagt de minister twee snelvarende krui sers en twee onderzeebooten die tezamen 25 millioen moeten kosten. Dat was het oorspronkelijke bedrag. Er is intusschen tusschen de Memorie van Antwoord en de Openbare Beraadslaging nog eens eventjes 3 millioen bijgekomen, omdat de tonnenmaat der schepen van 6000 op 7000 ton is ge bracht, daar men zich vergist had in de berekeningen. Zoo'n paar müUoentjes zyn in den tegenwoordigen tyd maar kleinig heden. Tot heden hebben over het vlootontwerp gesproken de H.H. v. d. Voort van Zyp, Hugenholtz, Bichon van IJselmonde, Van Deventer, Boogaerts en de Meester. Uit alle redevoeringen krijgt men dezen indruk Als de minister deze schepen krijgt, b'ijgl hij ze, terwijl bijna de geheele Kamer er tegen is. De heer de Meester kondigde aan het slot van zyn redevoering een motie aan, waarin de minister wordt uitgenoodigd den bouw van twee kruisers voorloopig terugte nemen. Men stelle zich nu eens voor, hoe het met die kruisers staat. Zy zullen klaar zijn over twee of drie jaar. Door de duurte der mate rialen, moet op het oogenblik een veel groo ter prijs betaald worden dan anders. Uit het buitenland kunnen geen grondstoffen bv. pantserplaten worden betrokken. Het staat dus geenszins vast, dat de contractee- rende maatschappijen op tijd zullen kunnen leveren. Om al deze redenen kondigde de heer de Meester de bovengenoemde motie aan. Als men nu weet, dat de voorzitters der antirevolutionaire,christelyk-historische, katholieke en vrijzinnigdemocratische ka merclub met deze motie instemmen, ziet men wel, dat de kamer niets van de kruisers op dit moment moet hebben. Kry'gt de minister ze niettemin, omdat hy de kabinetskwestie stelt, dan blijkt hier uit wel, dat men den minister in de buiten gewone omstandigheden niet naai huis wil sturen, doch noodgedwongen, zonder een greintje van sympathie voor het in den Oceaan werpen van 20 millioen stemt. Over ettelijke jaren wordt de collectie oud-roest opnieuw vermeerderd. Wij begrijpen dan ook niet, hoe de kamer nu in dezen tyd, nu de materialen zoo buitengewoon duur zyn, met deze aanvraag kan komen. De verantwoordelijkheid berust dan ook alleen by den minister. Het zal nog wel een week of drie aanloopen, eer de kamer op reces zal gaan. Tal van wetsontwerpen moeten nog worden afgedaan, terwijl verschillende nog in de afdeelingen der kamer onderzocht moeten worden. Het zomerreces zal dus ditmaal kort zyn 1 Uit de Tweede Kamer. In de zitting van de Kamer van Dinsdag waren allereerst verschillende kleinere ont werpen aan de orde. Het meest belangrijke SCHETSEN UIT DE RECHTZAAL. „Adviseur" „Buitenkansje" Neen, mijnheer" zei de nieuwe kennis van renteniertje, toen de andere leden van clubje zoo-ongeveer waren vertrokkenzy met hun beiden nog wat zaten na te hoo rnen,„neen, mynheer" als ik U een goeden raad schuldig mag blijven, houdt u dan in vredesnaam buiten al zulke speculaties En nieuwe kennis nam een zeer voorzichtig slokje van z'n glas bier. De ander, sinds een half jaar uit provincie-plaats in groot centrum gekomen, was zeer wantrouwend. Z'n vrouw had weten door de dryven dat ze naar groote stad verhuisden.'t Was feite lijk tegen z'n zin geweest. Hij voelde zich zeer genoegelykin het klein stadje. Wascandidaat voor den Gemeenteraad geweest, secretaris van de „Nuts" afdeeling geworden. Elk jaar maakte hij en z'n vrouw een bescheiden uitstapje. Vroeger, toen hun Annetje nog niet getrouwd was, op reis werd meege nomen, ging dat heel zuinigjes. Later kon den zy 't er wat ruimer van nemen. En de leiding met stevige hand. Hij, mannie, had er zich aan gewend, maar toch waren er mo menten, waarin onafhankelijksheidsdwang zich aan hem openbaarde. Maar, mevrouw wist precies, tot in de kleinste finesses, van hun beider bezit. Hield notitie van den tijd, waarop couponnetje vervielen, huurpennin gen moeten geïnd, kleine pachtsom geïn casseerd. Dat ging met een regelmaat van een welverzorgde klokMeneer had z'n zakduitje, en wanneer 't eens gebeurde, dat hy eenige „suppletie" behoefde, dan kostte dat steeds tikje-strijd. Mevrouw was de „caissière"- En als-ie zoo zinspeelde, niet zonder zweem van schuchterheid, op aan vulling van z'n kasje voor „meneer plaiair", dan ging dat tusschen een paar ietwat- nerveuse pijpblazingen. „Apropos, vrouw" zei hij dan. „Geef me's effentjes een rijksdaalder... 'tis goed, dat ik er aan denk. Ik ben totaliter blut!" En mevrouw de renteniersche was bet beeld van matelooze verbazing. Deed of-ie een grapje verkocht. „Schei toch uit met je malligheid", zei ze „my krijg je toch niet te pakken. Maar hy hield aan. Waarachtig, z'n portemonnaie was leeg. Hy verzon iets van extra contri butie, of van bijdrage voor den krans op 't graf van deze of geneJe kunt je nu eenmaal niet van zulke dingen steeds af maken, hè? En meestal eindigde mevrouw met prui lend, knorrig, een simpel guldentje voor den dag te halen. Verklarend, dat al3 zy ook niet voor de belangen van hun bezit zorgde, 't eind nog zou wezen dat „ze alle bei op stroo moesten sterven" want mannie mocht dan in theorie nog zoo'n pienter zakenmannetje geweest zyn, „hy was veel le „royaal" En het sermoentje duurde nog een poos. Maar 't gebeurde ook wel eens, dat de kas gesloten bleef... En toen ze in grootstad waren gaan wonen, had mevrouw haar strenge controle gehandhaafd. Hy was braaf solied mannetje, maar de echtelijke hoede drukte hem nu wat ergerZonder dat hij een middel wist om er verbetering in te brengen. Toen ontmoette hy nieuwe kennis in café clubje. Lang, zeer lang zelfs, was hy gereser veerd, koel teruggetrokkengaandeweg, zachtjes aan, ontplooide hy zich. De nieuwe kennis deed hem telkens denken aan de vrienden uit kleine stad. Hij was sober, bedachtzaam, ernstig, drong zich niet op. Had nooit een poging beproefd om hem over te halen tot eenige speculatie, van welken aard ook, wat een paar andere leden van de club wel hadden geprobeerd. Rentenier begon wel wat toeschietelijker te worden, zelfs wel eens hoogst-vertrou- welyk... ondertusschen nog steeds behoed zaam oog in 't zeil houdend. Hij had eens, o, heel in 'tvaag algemeen, alsof 't hem in 't allerminst niet betrof, „gezinspeeld op „eigenaardigheden van sommige dames", die naast en met vele voortreffelijke prach tige, sublieme eigenschappen, toch wel Ja, hoe zou hy 't noemen uitdrukken Iets bazigs, „een bijzonder stevig willetje over zich hebben Nieuwe kennis deed of rentenier 't had over vrouwen, die hy nooit van aangezicht tot aangezicht had aanschouwd „Tja" zei hij, „wat zal ik U daarvan zeg gen 1 In sommige gevallen is 't wel goed, als een vrouw de leidsels in handen houdt, somsMaar ik erken volkomen zeker, zeker IWaarop de heeren een gansch ander chupitu aanroerden. Een poos later was rentenier,—die soms behoefte scheen te hebben om z'n hart uit te storten, op 't onderwerp teruggekomen. En gaandeweg werden zy vertrouwelijker in hun toespelingen en bespiegelingen. 't Zeer groote treffende toeval deed zich voor, dat nieuwe kennis/n precies hetzelfde geval verkeerde1 „Maar U is toch te veel man van de wereld, man van doorzicht en ervaring, zou 'k zoo zeggen", aldus begon meneer Gerbrandsz, de meergenoemde nieuwe-kennis, „om niet te weten, hoe men zulke zaken behandelt. Mijn devies en daar ben ik, mag 'k rust zeggen, altyd goed bij gevaren, - mijn devies was steeds primo uiterst voorzichtig niks wat op speculatie of zoo lijktDaar komt men ten slotte toch altyd bedrogen mee uit. En secundo geen ruzie, geen kra keel. Men mag niet vergeten, dat de vrouw, die op de duitjes past, 't niet om loffelijk maar overigens mevrouw had mannie steeds onder controle gehouden: paste zyn quantum sigaren,z'n doel doet, hè?., half flescbje feestelijke reiswijn af. Hield Ivoor de eerste maal dat zij met elkander

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1915 | | pagina 1