ZUID-HOLLANDSGHE EN ZEEDWSCHE EILANDEN
NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD,
deeding
ai, doch
dan in
i"
TTERDAM.
jes
ken
I tot 6 uur.
Rosendaalsch
Klaverzaad,
ede Provence
ngelsche
ns-mengsels
[IJS, Sommelsdijk.
Het Egyptische Monster.
illiiS
I 20,— 23,—
vij eenige speciaal
■urns die door de
en fraaie dessins
in de
7,50 20,-
3,75 4,25
g7,25 7,75 enz.
Blousepakjes
met overkraag
2,10 en 3,40
0 6,75
SENSTRAAT
IEDINGEN
klaver- of graszaden,
Irie- of meerjarige weiden'
ie tijdig ingewacht.
ONZE EILANDEN
VOOR 08
Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen.
Prijs per kwartaalf 0,5(1
Afzonderlijke nummers- 0,05
No. 26
Zaterdag 17 Mei 1913
20E Jaargang
Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk
Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis.
Prijs per adv irtentiën van 1—5 regels f 0,50
Iedere regel meer- 0,10
Groote leIters naar plaatsruimte.
Buiteiilaudsch Overzicht.
Ofschoon er officieol rust heeracht ten op-
opzichte van de Albaneesche kwestie, is
natuurlijk elk land en in het bijzonder
Oostenrijk-Hongarije, Italië en Rusland,
bezig de andere regeeringen te polsen over
wat elk dezer betreffende Albaniö op het
oog heeft. Oostenrijk verlangt natuurlijk
een vrije staat, onafhankelijk van Slavische
als van Romaansche invloeden. Slavische
invloeden duldt Oostenryk-Hongarye in zijn
omgeving niet. Het heeft van zijn 46 pCt.
Slavische onderdanen blijkbaar al last ge
noeg en het vreest maar al te zeer een nog
teederder omhelzing van zijn Slavische te
genstanders. Want het woord slavisch is
voor Oostenrijk-Hongarije synoniem met
Russisch. En omdat Oostenryk-Hongarije
in de Balkanstaten slechts de vooruitgescho-
ten posten van de Slavische gedachte ziet,
heeft het zich ook zoo met alle macht ver
zet tegen de oplossing van Albanië in ver
schillende stukken, die aan de Balkanstaten
zouden komen. Nu het Oostenrijk in dat
opzicht is gelukt de slaven deze overwinning
te onthouden wil het natuurlijk trachten
dit land van „vreemde" smetten vrij te
houden. Daarom tracht het opdeambassa
deursconferentie bepalingen aangenomen
te krygen, waarvan de strekking bet Oos-
tenryksche ideaal zou benaderen. In verband
daarmee moet Oostenrijk in vennootschap
met Italiö reeds een ontwerp-grondwet
hebben opgesteld en aan hun ambassadeurs
op de Londeneche conferentie opdracht
hebben gegeven te trachten deze bepalingen
eventueel aangenomen te zien, te krijgen.
Officieel zijn de gegevens niet. Het ontwerp
wat we zullen meedeelen is ontleend aan
verschillende bladen, die beweren dat zy
de juiste gegevens hebben. Dit wordt al
dadelijk geloochend door het feit, dat ver
schillende bladen den tekst verschillend
opgóven. We zullen meedeelen den tekst,
zooals die allereerst door de Neue Freie
Presse is gepubliceerdDe keuze van een
staatshoofd wordt voorloopig nog aange
houden. Direct wordt ingesteld een nationale
gendarmerie, geleid door officiereD, aange
wezen door Oostenrijk en Italië of door een
kleine mogendheid, Belgie of Zwitserland,
of door alle groote mogendheden. De benoo-
digde sommen ter dekking van de eerste
uitgaven stelt het ontwerp voor te verkrij
gen door een leening by Oostenrijk en Italië
of door een gewone internationale leening.
Deze leening moet betrekkelijk groot zijn,
omdat het innen van belastingen de eerste
jaren wel groote bezwaren zal opleveren.
Het rechtswezen wordt Egyptisch geregeld,
rechtbanken voor zaken tusschen inboor
lingen onderling, voor zaken tusschen in
boorlingen en vreemdelingen en voor zaken
tusschen vreemdelingen onderling. Een
internationaal hof van op appèl zal het
gerecht in tweede instantie moeten dienen.
Het ontwerp moet ook voorstellen bevatten
PEtriLLETON,
49
„Maar ik moet hem zien!" riep ik wan-
hoopig uit. „U weet niet wat u doet, als u
my tracht tegen te houden. Ik heb hem
eene bekentenis af te leggen en wil die
afleggen ten koste van wie ook. Breng mij
dadelyk naar hem of ik zal hem zelf vinden.
De man kwam reeds op mij af, klaar
blijkelijk met de bedoeling mij op straat te
zetten, toen eene deur geopend werd en de
Minister, sir Edward Grangenfield vóór mij
stond. Toen ik hem den Taatsten keer op
het bal van de Hertogin van Amersham
gezieD had, had hy er uitgezien alsof hy in
den bloei van zijn leven was. Nu was hij
een oude mau, neergedrukt door het gewicht
uet smart en verantwoordelijkheid, dat de
P0at op zijne schouders had geplaatst. Naar
de wjjze waarop hij naar my keek, was het
duidelijk, dat hij mij niet herkende.
„Sir Edward" zeide ik, „ben ik werkelijk
zooveel veranderd, dat u mij niet kent?Ik
ben Cyril Forrester!"
„Cyril Forrester!" riep hij in verbazing
uit,een stap naderbijkomende, toen hij sprak.
„Het is toch niet waar Maar ja, toch, ik
inzake onderwijs, wegen, havens en spoor-
Thans volgen de bepalingen zooals die
door de Daily Telegraph en de Vossische
Zeitung worden medegeeeeld. Albanië zal
een autonome staat worden onder een vorst
van vreemden bloede, maar tegelijk onder
souvereiniteit of suzereiniteit van den sultan
staan. Het zal grenzen aan Montenegro en
Griekenland. Waarschijnlijk wordt het ge-
heele land onzijdig verklaard, in elk geval
de kust.
Serviö krijgt een toegang naar de Adriati-
sehe zee. De spoorwegen voor dit doel komt
onder controle der mogendheden. Overeen
internationale gendarmerie zeggen deze
bladen hetzelfde. De haven van het eind
van den spoorweg wordt een vrijhaven.
Valona wordt hoofdstad.
Dit is het voornaamste wat de bladen
meedeelen, hoewel we voor de offlcieele ge
gevens tot de volgende bijeenkomst van de
ambassadeurs zullen moeten wachten.
Tusschen Frankrijk en Spanje heeft een
enorme spanning geheerscht tengevolge van
beider optreden in Marokko. Telkens deden
zich kwesties voor tusschen beide partijen
en menigmaal dreigde de woordenwisselin
gen, die er het gevolg van waren in een
meer ernstige strijd te ontaarden. Gelukkig
echter is dat voorkomen. Dank zy den goe
den wil van beide kanten iB er een schik
king getroffen, waarbij ieders belangensfeer
duidelijk is aangegeven zoodat de kans op
verwikkelingen vrijwel voorbij is.
Na die ontspanning van den toestand is
de verhouding tusschen beide landen veel
verbeterdook vooral door het optreden van
Engeland.
Die verhouding is tbana zelfs zoo goed,
dat koning Alfons bij zyn buurman Fran
krijk op visite is geweeBt. Natuurlijk is aan
dit bezoek een politiek karakter toegekend.
Wel werd dit direct tegengesproken, maar
men weet dat in de politiek heel vaak een
dementi een bevestiging beteekent.
Als een ontkenning van eenig politiek
doel voerde de Spaansche premier Romanes
aan dat hy en niet de Spaansche minister
van buiten lacdsche zaken den koning ver-
Aan den anderen kant wees men er
echter op, dat zoowel van de zijde van
Frankrijk als van die van Spanje een nau
were toenadering vrij algemeen gewenscht
wordt.
In deze dagen van angstige spanning in de
Europeesche politiek, tracht elke party zich
dermate te versterkeD, datheteeD, eventu-
eele vijand zou kunnen verpletteren Vandaar
dat de Driebond zich in het algemeen verzet
heeft tegen te sterke Balkanstaten die door
hun vriendschappelijke gevoelens voor Rus
land een te groote steun konden worden
voor de Triple Entente.
Ondertusschen zou Frankrijk de steun van
Spanje zeer goed kunnen gebruiken. Het zou
een eventueele oorlog (met Duitschland
denken natuurlyk de chauvinisten) aan de
Spaansche zijde gedekt zyn.
zie het. Wel, man, hoe veranderd ben je)
Wat breDgt je hier en wat moet je van me?
Ik heb niet veel tijd over. Ik moet over een
kwartier eene zaak bespreken met de Com
missie tot Bevordering der Algemeene Ge
zondheid.
„Des te beter," antwoordde ik, „want u
zult dan in staat zyn hen in kennis te stellen
met hetgeen ik u zoo dadelyk zal openbaren.
Sir Edward, ik moet u eenige minuten
alleen spreken. Ik heb u eene bekentenis
te doen, de afschuwelijkste geschiedenis,
die ooit de eene menscb aan den anderen
toevertrouwd heeft." Daarop aan myzelven
denkende, ging ik voort: „Maar het mag
niet hier zijn. Het moet in de open lucht
zyn, of ik zal u besmetten."
Hy keek my op eene zonderlinge wijze
aan.
„Je behoeft daarvoor niet bevreesd te zyn,"
zeide hy. „Ik heb de pest gehad en ben er
van hersteld. Voor zoover men weet, kan
men er niet twee keer door aangetast
worden, Maar, daar je my alleen wenscht
te spreken, kom dan mede."
Hiermede leidde bij my de lange gang
af naar een kantoor aan bet achtereinde.
Evenals de anderen was dit verlaten. Een
maal binnen, sloot hy de deur.
„Weeszoo kortmogelyk," zeide hy, „want
in dezen benardeu toestand behoort de tijd
niet aan my. Wat wensch je my te zeggen?"
Het best laten zich de verwachtingen
afleiden uit een artikel van den oud-minister
Gabriel Hanotaux, in de Figaro.
Allereerst wijst hij er op, dat Frankryks
hoofdstad en de pers den Spaanschen koning
zoo'n hartelijke ontvangst hebben bereid en
hy voegt er beteekenisvol aan toe, dat dit
bezoek juist valt in een tijd nu aller oogen
op Frankryk zyn gevestigd.
Dan wyst de heer Hanotaux op den tyd
van wantrouwen en eveneens op de omme
keer die in die verhouding heeft plaats gehad
en dan zegt hij verderFrankryk moet zeker
zyn dat het in den rug gedekt is, omgekeerd
heeft Spanje er belang by bevriend te zyn
met Frankryk, het eenige land waardoor
Spanje met de buitenwereld verbinding kan
krygen.
Dan zegt hy' over de zeekusten het vol
gende De bevriende Spaansche kusten ver
zekeren Frankryk een veilige uitvaart naar
de Middelandsche zee en Atlantische Oceaan.
Spanje van zijn kant is volkomen veilig,
wanneer de entente met Frankrijk wordt
aangevuld door een entente met Engeland.
Wie zou het durven aanvallen, wanneer
de zee bewaakt wordt door zulk een macht
De Spaansche eskaders geflankeerd door de
beide bevriende vloten, zouden een zee
macht vormen als willicht noch nimmer
bestaan heeft.
Het koningklijk bezoek aan Parijs heeft
ongetwijfeld ten doel gehad de Pransch-
Spaansche entente tot een feit te maken.
De Europeesche politiek kenmerkt zich
steeds meer door machtige verbonden.
Het wordt in Engeland hoe langer hoe
gekker met de kiesrechtdames. Niet genoeg,
dat zy manifesteeren eD daarmee het de
politie ïeeds lastig genoeg maken, zyn zy
overgegaan tot handtastelijkheden van de
ergste od ergerlijkste soort. Ministers werden
aangevallen en geslagen of op andere wijze
mishandeld. Maar dit bracht de gemoederen
blijkbaar nog meer in de war. Zoo zyn de
de Engelsche kiesrechtdames gekomen tot
apachenstreken, die werkelijk aanhetLon-
densche of Parijsche geboefte, als voorbeel
den van boevenstukken kunnen worden
voorgehouden. Villa's zyn in brand gestoken,
samenzweringen zyn gemaakt om verschil
lende gouvernementsgebouwen een gelijk
lot te doen ondergaan. Wat echter in onze
oogen wel het allerlaagste is, wat tot nu
toe is uitgehaald is de verbranding van de
St. Catharine's Church te New Cross, één
der zuidelijke voorsteden van Londen.
Hoewel de definitieve bewyzen niet voor
handen zijn, wijzen toch alle verschijnselen
er op, dat men aan een wraakneming der
kiesrechtvrouwen heeft tedenken.Allereerst
heeft de geestelijke een uur voor dat men
den brand ontdekt heeft slechts drie vrou
wen in de kerk gezien. Deze kerk is den
geheelen dag geopend voor het publiek, doch
niemand anders dan deze vrouwen zijn
gezien. Bovendien is gebleken, dat drie
kerkkussens in petroleum gedrenkt waren.
Hieraan is dan ook waarschijnlijk te wijten,
„Ik wensch u te bekennen," zeide ik en
mijne stem klonk in mijne ooren als eene
doodsklok, „dat ik de oorzaak der ellende
ben, waaronder Engeland en Europa tegen
woordig weenen."
Nog eens keek sir Edward my aan, zooals
hy in de gang buiten had gedaan.
„Ik ben bang, dat ik je nietgoed begrijp"
zeide hij, maar dezen keer op een eenigszins
anderen toon. „Meen je, dat ik wensch te
gelooven, dat jy, Cyril Forrester, de oorzaak
van de pest bent, die de menschen in En
land op deze verschrikkelijke manier in
grooten getale ombrengt?"
„Ja," antwoordde ik, en wachtte toen af,
wat hy zou zeggen.
In antwoord daarop vroeg hy, of ik zelf
de ziekte had gehad.
„Ik was de eerste, die ze moest hebben,"
antwoordde ik. „Mijne geschiedenis is eene
zonderlinge, maar ik kan u verzekeren, dat
elke bijzonderheid daarvan waar is. Ik werd
met de smetstof ingeönd, terwijl ik in Egypte
was dat is te zeggen in de Koninginne-
Zaal van de Groote Pyramide Gireh. Later
stierf ik er bijna aan in eene Arabische tent
buiten in de woestijn voorbij Lux or. Later
werd ik door een man, van wion ik u dade
lijk meer wil vertellen, naar Constantinopel
gebracht, vandaar door Oostenrijk en
Duitschland en ten slotte over het Kanaal
Engeland binnengesmokkeld.
dat de brandweer van het gebouw niets
heeft kunDen sparen.
Intusschen is in de St. Paulskerk te Lon
den een bom gevonden, die wanneer het
mechaniek goed had gewerkt, aanzienlijke
schade zou hebben aangericht. Gelukkig is
deze aanslag dus mislukt.
Om - zich medestanders te verschaffen
hebben de kiesrechtjuffers iets nieuws be
dacht.
Een dame had een hond, die herhaaldelijk
bekroond was; dezer dagen overleed de hond
onder verschijnselen van vergiftiging.
Thans meldt de „Standard" dat deze dame
de volgende briefkaart ontving:
„Mevrouw! Het spijt ons, dat uw mooie
hond moest worden opgeofferd, onze wil
moet echter doorgedreven worden en wij
zyn vastbesloten ods nu door niets meer te
laten weerhouden. Iedere kostbare prjjswin-
ner zal, als wy er kans toe zien, verminkt
of gedood worden, tot dat ons, vrouwen,
kiesrecht zal zijn verleend. Gij en andere
eigenaars en eigenaressen van kostbare
dieren zult alleen zeker zyn van uw buit,
als gy ons helpt om het stemrecht te ver
werven."
De militanten hebben zeker niet bedacht
dat deze methode wel eens averechtsche
resultaten kon opleveren.
De regeering heeft begrepen, dat er thans
een eind aan diende te komen en heeft stren
ge maatregelen genomen.
Voortaan is strafbaar gesteld het steunen
met geld van de suffragettes.
„The Suffragette" mag niet meer worden
uitgegeven.
Verder gaat men streng optreden tegen
de militanten en hen die tot militantisme
aansporeD, Zoo is dezer dagen het oud-par
lementslid Lansbury veroordeeld tot het
stellen van twee borgstellingen van 500
pond elk en het afleggen der belofte gedu
rende 12 maanden niets te doen dat tot
ordeverstoringen zou kunnen leiden, subsi
diair drie maanden gevangenisstraf. Eerst
koos hy het laatste doch later stelde hii de
borgen en ging in beroep.
Deze heer heeft indertijd bedankt als
parlementslid om zich direct weer herkies
baar te stellen als de candidaat voor vrou
wenkiesrecht. Toen viel hü en de tegen
stander werd met groote meerderheid
gekozen. Wel een bewijs, hoe de antipathie
tegen de kiesrechtvrouwen groeiende is.
Deze zullen voortaan ook niet zoo gemak
kelijk van hun straf ontkomen. Vroeger
hongerden zij slechts een poosje in de ge
vangenis eD zy werden ontslagen. Thans
gebeurt dit ook, doch zoodra zy buiten de
gevangenis hersteld zyn, worden zy opnieuw
gevangen gezet om zoo telkens de opgelegde
straftijd uit te zitten.
't Is te hopen, dat het nu wat beter zal
worden.
„En wie was de man, die je inentte,"
vroeg de minister nog altyd met dezelfde,
bijzondere stembuiging. „Kun jejezyn naam
herinneren
„Hy is in Engeland als Pharos, de Egyp
tenaar bekend," antwoordde ik. „Hy is de
laagste boosdoener, dien deze wereld gezien
heeft. In werkelijkheid ishy Ptahmes, de
Toovenaar, en hy heeft op de menschheid
wraak gezworen. Onder anderen was hy
de werkelijke moordenaar van Clausand,
den antiquiteitenkoopmau in Bon well Street,
die verleden jaar Juni vermoord werd, en
niet de onschadelijke Duitschor, die zich in
Bonn Street doodschoot, na zijne bekentenis
van de misdaad. Hij smokkelde mij van
Hamburg naar Engeland en eergisteren
nacht leidde hy my overal door Londen
heen naar de Club, de Oudheidkundige,
bet Renaissance Theatre, het Lagerhuis, de
Westersche Concertzaal, naar het bal van
de Hertogin van Amersham, naar Convent
Garden en naar vele andere plaatsen. Ie
dereen, met wie ik sprak, werd besmeten
en zoo, dit verzeker ik u op myn woord
van eer, was het, dat de pest hier ontkiemde.
O, sir Edward, u kunt niet weten, welke
smart ik geleden heb, sinds mij dit alles
bekend was."
Eene korte stilte volgde, en toen, biervan
ben ik overtuigd, hoorde ik myu metgezel
heel zacht tot zichzel ven zeggen„Dat beslist
Haagsche Brieven.
CCXXVH.
De Hollandsche voorvechters voor vrou
wenkiesrecht hebben aan de Engelsche
kiesrechtfuries een goed voorbeeld gegeven.
Ook zij hebben willen demonstreeren voor
haar goede zaak, zy hebben door een by-
zonderen vorm van uiterlijk vertoon getracht
de aandacht op haar streven te vestigen,
om van het oogenblik waarop ge haar
reclame aanschouwt, gebruik te maken u
een strijdschrift in de hand te stoppen.
Ze reden in auto's, rijtuigen, met vlaggen
en linten en biljetten opgesmukt door de
straten der residentie op den dag vóór dien
waarop zij in grooten getale betoogden tegen
de kiesrecht paragraaf in de grondswets-
voorstellen van deze regeering. Leep hadden
zy een omnibus, een Engelsche omnibus
gebuurd, die aan de zijwanden schoon
gelegenheid bood voor reclamevlakte,terwijl
de dames boven-op zaten. Die bus was dan
ook het eenige Engelsche dat er gelukkig
aan de straat-demonstratie was. En men
kent in den Haag die bussen niet eens meer
als specifiek Engelsch, integendeel, eerder
als specifiiek Scheveningsch. Er is een tyd
geweest dat een aantal bussen trachten te
concurreeren tegen de tram. Het waren
ongure, vieze, waggelende, rammelende
kasten. Wat in andere landen kon, kon hier
ook wel, heeft men stellig gedacht. Doch
het gelukte niet. De maatschappij ging op
de flesch, de bussen werden verkocht. Een
maal heb ik er nog eens een terug gezien,
die al een zonderlinge loopbaan had gehad.
Het vehikel was tuinhuisje geworden, 't Vol
deed inderdaad zeer goed aan zijn nieuwe
bestemming. Een stalhouder teScheveningen
kocht er ook een paar en hy stelde er een
geregelden dienst mee in tusschen Scheve-
ningen en den Haag. Het publiek, dal van
deze, zeer concurreerende vérhouding ge
bruik maakt, bestaat geheel enaluitScbe-
veningers. Vandaar dat de bus den naam
van haring-auto of joeien-tram heeft gekre
gen. Joeien is de scheldnaam van de Sche-
veningers. Wat het woord beteekent, weet
ik niet.
Na dit uitstapje met de bus, komen wij
weer terug op onze kiesrecht vrouwen. Ze
hebben daar gedemonstreerd, met zacht
geweld betoogd het goed recht van hun
smachtend verlangen naar het stembiljet.
Ik mag die straat-demonstraties wel. Zij
zyn heel wat prettiger dan de straat-collectes
die, geheel en al daargelaten het goede doel,
criant vervelend zyn. In bet begin, toen
zoo'n collecte een snufje was, was het aardig.
Vriendelijk aangerand door een aardige
jonge dame, gaf iedere heer ongetwijfeld
meer dan hij anders wel gedaan zou hebben.
Maar dat nieuwe snufje is er al lang af.
Wilden wij heel gewichtig zyn,dan zouden
we zeggen dat er principieel iets tegen te
zeggen is. Tusschen het doel waarvoor ge
geven wordt en de gift zelf, schakelt men,
door de wyze waarop deze gegeven wordt,
een element in, dat bi) de beoefening der
hetl" Daarop zich tot mij wendende, ver
volgde hy „Je zegt, dat ik eergisterenavond
op het bal van de Hertogin van Amersham
waart. Meen je dit?
„Natuurlyk," antwoordde ik. „Wel u zelf
sprak my daar en wenschte my geluk met
mijne verloving. En nu ik er aan denk,
zag ik u daar met Pharos praten."
„Juist zoo," zeide hij. „Ik sprak daar
werkelijk tot mijnheer Pharos. Maar weet
je wel zeker, dat het eergisteren nacht was.
Dat is, wat ik zou willen weten."
„Ik ben er zoo zeker van als iets, ant
woordde ik.
„Wat je mij vertelt is heel interessant,"
zeide hy, van zijn stoel opstaande, „heel
interessant zelfs en ik ben je zeer voor je
komst verplicht. Nu als je me wilt veront
schuldigen, moet ik heengaan, want zooals
ik je zei, heb ik over eenige minuten eene
vergadering. Als ik u was zou ik naar huis
gaan en my rustig houden. Men wint er
niets door zich angstig te maken, zooals ge
blijkbaar gedaan hebt."
„Ik kan zien, dat u niet gelooft, wat ik
u gezegd heb," riep ik met groote bitterheid.
„Sir Edward, ik smeek u zulks te doen. Ik
verzeker u op myn woord van eer, ik wil
bij eiken eed, dien u ,mij noemt, zweren,
dat alles wat ik zeg tot in elke bijzon
derheid waar is. Pharos is nog te Londen
op Park Lane, en als u er vlug bij bent,