mm ONZE EILANDEN MAART 1913. geen plan heeft zij q zuidelijke naburen aan te vallen. Het schijnt dus dat Oostenrijk Hongarye verder geen militair optreden in den zin heeft tegenover Serviö en ook over de kwestie of Skoetari Janina en Djakowa tót Albanië zullen behooren, geen oorlog zal beginnen. Een oorlog wordt te meer on waarschijnlijk, nu Serviö verklaard heeft zich aan de uitspraak van de mogendheden betreffende Durazzo te zullen onderwerpen. Het „Bulgaarsche Telegraaf-agentschap" en de „Samouprava", bet Bulgaarsche en en 't Servische officieuse orgaan publiceeren thans tegelijkertijd het antwoord der Balkan Staten, op het bemiddelingsvoorstel der mogendheden. Volgens deze publicatie, die men wel als authenthiek mag aannemen, zijn de Balkan Staten bereid de bemiddeling der mogendheden onder de volgende voorwaarden aan te nemen 1. Als grondslag voor de vredesonder handelingen moet dienen, dat de nieuwe grens wordt getrokken van MidianaarRo dosto. Al het gebied ten Westen hiervan komt aan de bondgenooten, behalve Albanië welks grenzen en staatskundigen vorm de Londensche gezantenbijeenkomst zal regelen. Gallipoli blijft aan Turkije. 2. Adrianopel en Skoetarie worden vóór 't sluiten van vrede aan Bulgarije en Montenegro overgegeven. 3. Overgave van de Egeische eilanden aan Griekenland. Turkije moet afstand doen van alle rechten op Creta. 4. Turkije neemt op zich, den bondge nooten een oorlogsschatting te betalen, waarvan 't bedrag voor 't sluiten van den vrede moet zijn vastgesteld. 5 Aan de Christelijke onderdanen der Balkanstaten in Turkije, worden bijzondere voorrechten, ook in godadieDstigen zin ver zekerd. 6. Ingeval er zich vraagstukken van finan-, cieelen aard, uit den oorlog voortvloeiende voordoen, zullen van elk der Balkanstaten aan de bespreking daarover afgevaardigden deelnemen. 7. De vijandelijkheden worden voortgezet tot dat de vrede gesloten is. Men ziet, dat de eischen der Balkan staten sedert de hervatting van den oorlog aanmerkelijk [hooger zijn geworden. En er schijnt inderdaad weinig kans, dat zij een bruikbaren grondslag voor de bemiddeling der mogendheden zullen vormen. In de eerste plaats zal het de oorlogsparty in Turkije tegenover deze nieuwe eischen niet moeilijk vallen ook de wankelmoedigsten van de noodzakelijkheid van een „vechten tot het bittere eind" te overtuigen. En in de tweede plaats zullen de mogendheden zelf de voorwaarden niet kunnen aanvaar den. Daarin wordt toch o. a. de afstand van Skoetari aan de Balkan-Staten Montenegro) geöischt, terwijl zij deze stad bij 't auto nome Albaniö willen voegen. Verder zou hot ontnemen der Egeische eilanden aan Turkije een volkomen verandering brengen in den toestand in het Oostelijk deel der Middellandsche Zee, en zulk een ingrijpende verandering zullen de mogendheden liever zelf onderling regelen. Zoo schijnt het antwoord der Balkan-Sta ten voorloopig geen ander uitzicht te openen dandoorvechten. Want van een dwang der „groote" mogendheden op de geallieer den om dezen tot inbinden te dwingen is natuurlijk thans evenmin sprake als in 't verleden. Zelfs het onthouden van gelde- lijken steun aan deze, door een Duitsch blad bepleit, is, hoe probaat 't ook zou kun nen zijn, in de praktijk onuitvoerbaar ge bleken. Haagsche Brieven. CCXIX. Een Fransch spreekwoord zegt„Charité bien ordonnée, soighe pour sol mêrne," of in het Hollandsch letterlijk vertaald Goed begrepen liefdadigheid zorgt het eerst voor zichzelf. Wie naleest, wat de heer Bianchi en anderen schrijven over het Leger des Heils, ontkomt niet aan den indruk, dat het heilsleger dit Fransche spreekwoord al heel goed begrijpt. Het heilsleger, de lezer weet het zonder twijfel, heeft in tal van plaatsen toevluchtsoorden voor dakloozen, inrichtin gen, waar maaltijden worden verstrekt en ook een landkolonie, waar aan lager wal geraakten aan het werk worden gezet in het landbouwbedrijf. Al deze inrichtingen die een philantropisch karakter behooren te dragen, ziin voor het Heilsleger belangrijke bronnen van inkomsten en leveren elk jaar een zoet winstje van duizenden guldens op In de toevluchten wordt geen maaltijd om niet verschaft en velen, die daar alleen tegen betaling een nachtverblijf vinden, komen een gratis middagmaal halen in een dat hier en daar met boscbjes riet en ruw gras begroeid was, en sloegen ten slotte-den grooten weg in op een punt, waar deze een mijl of twee boven het dorp afsloeg. Hier wachten wy eenige minuten, naast een hek, waar Pharos, nog zonder tespreken, overwoog in welke richting wy nu zouden voortgaan. Tot op dezen dag weet ik niet in 't minst of hij met de streek bekend was, of dat hij op zijn goed geluk vertrouwde en op zijn eigen bijzonder instinkt, dat hem naar een station zoude brengen. Eindelijk kwam hij tot een besluit en wjj trokken dus verder langs dien weg, die links afsloeg Naar de stof, die er op lag was het duidelijk, dat men in dit gedeelte gedurende den laataten tyd geen regen bad gehad en toen wy voort sukkelden, vroeg ik me eenigszins vaag af, hoe wij er zouden uitzien, wanneer wij een trein vonden en onze bestemming bereikten. Ruim een uur liepen wij op deze wijze en in dien tijd legden wij nauwelijks een afstand van vier mijlen af. Was het aan het begin van onze kennismaking geweest, dan zou ik niet kunnen begrijpen hoe Pharos, zijn leeftijd en zwak voorkomen in aan merking genomen, zooveel kon hebben gedaan. Sinds de kennismaking echter, had ik zoovele gelegenheden reeds gehad om de enorme kracht en levensvatbaarheid, die in zijn mager lichaam bevat waren, op te merken, dat ik mij niet meer verwonderd andere inrichting, niet aan het Heilsleger behoorende, de Metropool. Efet Heilsleger bedelt alle oud papier en afval op, er wordt een aardige winst opgemaakt. Het heilsleger zendt op aanvrage menschen uit voor aller lei hulp bv. bestellers met SLnt-Nicolaas. Het vraagt daarvoor t 2 f 3 per dag, het keert de bestellers een schijntje uit. Verschillende genootschappen in ons land trekken zich het lot van ontslagen gevangenen a3n en trachten hen op den goeden weg terug te brengen. Voor dezen reclasseeringsarbeid geeft het Ryk onder behoorlijke contróle rijkssubsidie. Het heilsleger houdt zich ook zoogenaamd met dien arbeid bezig, het pro beert echter geen rijkssubsidie te krijgen, dat zou contróle noodig maken. En juist deze contróle schijnt bij het Heilsleger vol komen onvoldoende te zijn. Het is dan ook niet te verwonderen, dat het heilsleger by de vele aanvragen, die het voortdurend doet, aan doovemaus deur begint te kloppen. De feiten door den accountant Bianchi en anderen vermeld, zijn te ernstig dan dat niet volledige opening van zaken door het heilsleger zal moeten worden gegeven, voor men er velen toe brengen zal de koorden van de beurs open te trekken. Waar zooveel duizenden jaarlijks in ons land aan deze Engelsche instelling worden geschonken is het niet meer dan billijk dat het heilsleger aantoont, dat het geschonken geld in zijn geheel ten goede komt aan den nood van degenen, die het heilsleger zegt te willen helpen. Van de eene contróle kom ik op de andere. Sinds de sectescholen millioenen uit de staatskas trekken, blykt meer en meer, dat contróle, dat inderdaad het geld aan het onderwijs ten goede komt, veel scherper door de regeering moet wordeD geoefend en de subsidiewet van dr. Kuyper, die maar met kwistige hand het staatsgeld uitdeelde, tot gevolgen leidt, die niemand kan goed keuren. Reeds bij de behandeling der wet moest mr. Lobman spijtig erkennen en de Roomsche baron Van Wijnbergen gaf het hem toe dat het staatsgeld voorde kloosterscholen gegeven, ten bate komt voor den bouw van Roomsche kerken en kapellen. De lezer zie nu eens naar de vol gende cijfers betreffende kloosterscholen te Maastricht. De niet-kostelooze broederschool in de Capucijnengang aldaar gaf uit f 468G nl. f 2000 aan salarissen en f 2686 aan overige kosten. Zij ontving f 8484,58, nl. f 2397,32 aan schoolgeld en f 6116,66 aan rijkssubsidie. Zij maakte dus een winst van f 3789,58, 62"lo van het rijkssubsidie kon dus voor andere doeleinden worden besteed dan voor onderwijsbelangen I Voor de kostelooze scholen werd uitge geven f 14541, nl. f 6500 aan salarissen eu f 8041 aan overige ko3ten. Alleen aan rijkssubsidie werd ontvangen f 16675,24 zoo dat ook hier, een winst gemaakt werd van f 2134. Ia Brabant en Limburg zijn de meeste scholen kloosterscholen. Een zeer belangrijk deel van de ruim acht millioen subsidien die thans de sectescholen krijgen, gaat naar deze kloosterscholen en een groot deel ervan komt door den trechter dier scholen ten bate van de Roomsche kerk I Het is waarlijk geen wonder, dat baron van Wijnbergen en zijn vrienden zoo tuk er op zijn, dat de coalitie blijft bestaan. Hun boezemvriend, dr. Kuyper, zal immers den goudregen voor hen nog milder doen vloeien! Ook de rechtsche mannen beginnen het gevaarlijke en het volkomen onrechtvaar dige in zoo'n subsidieregeling in te zien. In het bekende blad: Troffel en Zwaard schrijft Ignotus (de schuilnaam van dominee P. J. Kromsigt, de bekende orthodoxe pre dikant) o.a. het volgende: „Volgens de tegenwoordige regelingont- vangfc Rome voor hare onderwijzers en onderwijzeressen wel formeel evenveel als wij, Protestanten, maar feitelijk te veel. Immers, onze onderwijzers zijn meestal gehuwd en de onderwijzeressen'behoeven het geld voor haar onderhoud, doch de Roomsche ordebroeders en nonnen zijn ongehuwd en leven bovendien zeer goedkoop in een klooster in coöperatie. Van bet minimum-salaris van f 600, dat by meer dienstjaren, hoofdacte en andere acten natuurlijk nog veel meer wordt, heeft een broeder slechts plm. f 300noodig. Het overige mag hy niet eens behouden, daar hij geen eigendom mag bezitten. Hij schenkt dit dus weg aan familie, armen of kerk. Rome kan dan, van dit surplus, dat zij overhoudt, hare prachtige Seminaria etc. bouwen." De lezer ziet, dat ook rechtsche mannen het ongeoorloofde van zoo'n subsidieregeling gaan inzien. Men zal echter ter wille der katholieken die de coalitie geheel in hun macht hebbeD, dominee Kromsigt stilletjes laten praten. kon gevoelen. Voor Valerie had ik de meeste zorg. Slechts twee dagen geleden was zij door de pest aangetast; gisteren moest zy nog hare hut houden. Nu was zij hier, blootgesteld aan eene overmatige opgewon denheid en aan geen kleine hoeveelheid lichamelijke inspanning. Pharos moest de zelfde gedachte gekoesterd hebben, want meer dan eens hield hy stil om te vragen of zij nog kon voortgaan en eens goot hy voor haar wat vocht uit een flescbje, dat hij in zyn zak droeg, in een klein kopje. Zeker had hij het voor het doel medege nomen. Eindelijk zagen wy eene spoorlijn in het gezicht komen. Ze kruiste den weg en zoodra wij deze zagen, beraadalaagden wy tezamen. De vraag, die wjj ons moes'en doen, was of het wijzer zou zyn onze wan deling langs den weg voort te zetten, op goed geluk af, dat deze ons naar een station zou brengen, of dat wij den dyk zouden opklimmen naar de spoorlijn en die volgen in de hoop tot denzelfden uitslag te komen. Aan deD eenen kant bestond de waarschijn lijkheid, dat wij een grooteren omweg moesten maken en aan den anderen de achterdocht, dien wy zouden kunnen wek ken by de spoorwegbeambten, indien wy ons op zulk eene ongewone wyze aan het station vertoonden. Zooals het gebeurde echter, besloten wij naar de spoorlijn te gaan. Dus wy bestegen den opstap naa3t Op het oogenblik schijnt het in de coalitie nog niet tot een vast accoord te zijD geko men. al zal men elkaar zeker wel weer vinden. Dr. Kuyper stelt aan zyn christelijke his torische broeders positieve eischen, het dis trict Ede moet terugkomen aan de antirevo lutionairen en in Omm6n mag in geen geval de heer Bichon van IJselmonde meer worden gecandideerd. Het laatste kamerlid dat ia de Kamer heeft duiven spreken van Kuypers leugenpolitiek moet allereerst aan de wraak des grooten mans worden opgeofferd. JOf de Ommensche kiezers dit zoo gewillig zullen doen, is een andere vraag. De heer Bichon is overigens zeer tegen gevallen. Zyn tweede redevoerinkjeoverde sluiting van postkantoren werd door nie mand ernstig genomen en sinds hij in December dit speecbje afstak, heeft hij zich in de Kamer niet meer laten zien. Hij heeft trouwens reeds in zijn verkiezingstijd te kennen gegeven, dat hy in September wel niet meer in de Kamer zou zijn. Maar anders wordt de zaak, nu dr. Kuyper gaat decre- teeren: Bichon er in elk geval uit! Ommen kon daarop wei eens een even vernietigend antwoord geven als het voor enkele maanden Plaatselijk Nieuws. .MIDDELIIARMS- Door den conducteur Verhoeve van de R. T. M. is by de politie keDnis gegeven dat door hem is gevonden een Heeren-Portemonnaie met eenig geld. Zondagvoormiddag zal in de Ned. Herv. Kerk een collecte worden gehouden ten bate der Zending. Donderdagavond vergaderde voor het eerst de nieuw opgerichte vereeniging der Geref. bond tot vrijmaking der kerken. Tot leden van 't bestuur werden gekozen A. Krygaman en C. Westplate van Middel- harnis en T. Buurveld, G. v. d. Boogert on H. v. d. Velde uit Sommelsdyk, tevens werd A. Krijgsman tot Voorzitter gekozen. Met het aanleggen van de telegraaf en telefoondraad naar het nieuwe postkan toor is reeds een begin gemaakt, het verbin dingstoestel zal nu niet op bet gebouw doch op een ijzeren paal bevestigd worden. is tydens den storm de Seinpaal aan de haven OllDDORP. een stuk van afgebroken, - A. s. Woensdagmorgen 10 uur zal in de Noordzee de reddingsboot beproefd wor den, een aardig uitstapje in de Paasch vacan- tieweek een kykje daar naar te gaan nemen. Schipper P. Sperling had het ongeluk kopje onder overboord in de haven te vallen doch werd bytyds gered door Gebr. v. d. Klooster. NIEUWE TONGE- De vorige week zijn door Dr. C. van Gelder alhier, 44 kinderen ge vacieneerd. Buitenland. Koning George I van Griekenland vermoord. Het belicht van den moord op hun vorst moet den Grieken, sedert weken levend in de roes hunner overwinningen, waarvan de berichten te Athene een onafgebroken feestelijke stemming wekten, die baar hoogtepunt bereikte ua de bezetting van het lang begeerde Samos, wel met verbijs tering slaan. De hoofdstad van het Helleensche rijk, waar geruimen tijd achtereen de vlaggen als het ware niet van de huisgevels ver dwenen, zal zich in diepen rouw moeten dompelenkoning George als jongeling van 18 jaar, haast een knaap nog, tot souverein der Grieken uitgeroepen, en die zich, door zijne goedhartigheid en rond borstigheid, zyn open oog en hart voorde belangen van het volk, dat het zijne was geworden, een duurzame plaats had weten te veroveren in de harten zyner onderda nen de koning met het zacht melan cholieke gelaat, de open blauwe oogen en het spierwitte haar is ocder moordenaars hand gevallen, en alle lasten, alle moeilijk heden van zyn koninklijk ambt, door den oorlog oog verzwaard, komen nu nog op de schouders van den diagogos, den 41ja- rigen Konstantinos, die, zich in den huidigen oorlog herhaaldelijk onderscheidde, laatste lijk by de inneming van Janina, waar zyn den boog en nadat wy den dyk beklommen hadden en op het voetpad naast den spoor weg stonden, hervatten wy onzen tocht als eerst achter elkaar loopende. Zooals het bleek, hadden wij niet veel verder te gaan, want toen wij door de uit holling, die op een korten afstand van den bedoelden boog begon, waren gekomen zagen wy een flikkerend licthje, dat, zooals wy later ontdekten, uit het seinbokje aan de andere zijde van het station kwam. Ik kon niet nalaten mij af te vragen, hoe Pharos onze tegenwoordigheid op zulk een uur zou verklaren maar ik kende hem nu goed genoeg om zeker te zyn, dat hy het zou kunnen doen en niet alleen tot zyn eigen maar ook tot ieders voldoening. De plaats zelve bleek een eenvoudig gebouwtje aan den weg te zyn met een kleine gegal vaniseerde schuilplaats voor de passagiers en een huisje verderop, dat wij terecht voor de verblijfplaats van den stationschef aan zagen. De eenige lichten, die te zien waren, eene olielamp boven de deur van het huisje en eene in de wachtkamer. Geen spoor van een beambte was te ontdekken. „Wy moeten uitvinden," zeide Pharos, „op welken tyd de eerstvolgende trein naar de beschaafde wereld vertrekt. Zelfs in zulk een gat als dit, moeten zij een spoorweglijst hebben." Zoo zeggende, ging hij de reeds genoemde schuilplaats binnen en draaide de strategisch doorzicht den Grieken vooreen groot deel de overwinning bezorgde. Koning George I van Griekenland, prins van Denemarken, werd op 24 December 1845 te Kopenhagen geboren, als zoon van koning Christiaan IX van Denemarken, die in 1842 gehuwd was met prinses Louise van Hessen- Kassei. De vader van den thans vermoorden monarch stierf in 1906, de moeder in 1898. Daar George op een na de oudste zoon was van koning Christiaan, kon hij, mensche- lykerwijs gesproken, niet verwachten, ooit den koniDgskrooD te zullen dragen Hy werd voor de vloot opgeleid, zooals zoo menig prins van den bloede, en was adelborst op bet oogenblik, dat Griekenland met verlan. gen uitzag naar een „neutraal" vorst, die een einde zou kunnen maken'-aan den on- dragelijken toestand van anarchie, die bet land omstreeks 1863 teisterde. Koning Otto was van den troon gestooten en drie of vier staatspartijen betwistten elkander de macht met alle middelen die tot hun beschikking waren. De regeering te Athene zag geen andere uitkomst dan de keuze van een nieuwen koning, een keuze die, zooveel als mogelijk was," alle partijen gelykelyk moest bevredigen. Waarschijnlijk is dit een der redenen geweest, dat de opge wonden zuiderlingen zich naar hei noorden wendden, om van daar den nieuwen koning te gaan inhalen. In het voorjaar van 1863 begaf een deputatie van hooggeplaatste Grieken, aangevoerd door den held van den onafhankelijkheidsoorlog, admiraal Canaris, zich naar Kopenhagen, om den jongen adelborst, prins George, de koninklijke waar digheid te gaan aanbieden. En reeds in October van hetzelfde jaar trok de 18-jarige monarch, hartelijk toegejuicht, door een vriendelijk gezinde menigte, zijn nieuwe hoofdstad binnen. In den aanvang viel het regeeren deD jongen vorst, die nog niets van de landtaal verstond zeer, zeer zwaar, maar door zich vastberaden aan het werk te zetten, wist hy langzamerhand den vrede in zyn oproe rig ryk te herstellen. Vier jaar, nadat hy den Griekschen troon besteeg, trad koning George te Petersburg in het huwelijk met de destijds eerst 18 jarige buitengewoon schoone grootvorstin Olga, de dochter van grootvorst Constanlyn, een broeder van czaar Alexander II. Ook de gade van ]den vermoorden koning heeft door haar lieftalligheid en zachtmoedigheid, de harten weten te winnen van haar Grieksehe onderdanen. Zelden is een koninklijk huwe lijk zoo gelukkig geweest als van deze beide vorsten, wior grootste genoegen en geluk elkanders by'zijn en hun kinderen vormden. Uit de echtverbintenis van koning George met grootvorstin Olga zyn zeven kinderen geboren, zes zonen en een dochter, prinses Alexandia, die gehuwd was met grootvorst Paul, maar op 20-jarigen leeftijd in het kraambed stierf. Kroonprins Konstantinos is in 1889 ge huwd met Sophie, prinses van Pruisen. Zy hebben vijf kinderen, drie jongens en twee meisjes, waarvan het oudste, prins George, 12 jaar is. Hoe de vermoorde koning over zyn oud sten zoon dacht, blykt uit de enkele woorden die de grijze monarch na den val van Janina sprak „Hy heeft me hierdoor den gelukkigsten dag van mijn leven bezorgd. En tevens het geluk, van te kunnen zeggen, dat nu myn levensideaal in vervulling is gegaan. Onder myD 50-jarige regeering (in October van dit jaar zou hctregeerings-jubileum met grooten luister gevierd worden) is Griekenland groot geworden, en is byna gansch het Hellenen- dom van Europeesch Turkije Grieksch ge worden. Ik had als koning en als vader, geen heerlijker besluit kunnen wenschen van myn regeering. iTel.) Heldendood van brandweermannen. Er is wel niets zoo aangrijpend, schrijft de correspondent van de Telegraaf d.d. 19 Maart, als wanneer iemand zijn leven ver liegt by een heldhaftige poging om anderen uit levensgevaar te jedden. Dal overkwam hier Dinsdagmiddag twee Londensche brandweermannen op zeldzaam tragische wijze. Ergens in het westen der stad, v as een lek in een gaspijp onder den grond ontdekt. Vier stadswerklieden en een werkman der gasfabriek giiïgen dat in een van de drie driekwart tot vijf meter hooge rioolgang onderzoeken. Zy klommen dool het mangat op straat naar beneden, fn de gemetselde gang kwam hun een gevaarlijke laag riool- en steeDkoolgas tegemoet. Hunne noodkre ten werden gehoord door den wachter by het mangat op straat, die hulp ontbood. Een tiental brandweermannen met veilig heidshelmen kwamen ter redding opdagen. lamp op. Hy had goed geraden, want 'n aan tal biljetten waren aan den muur geplakt. „Heb je soms ook den naam van het station gelezen, toen je langs het perron giug?" vroeg my ray, toen hy op de bank knielde en zyn oog over de gedrukte vellen liet gaan. „Neen," antwoordde ik, „maar ik zal het spoedig te weten komen." Hen achterlatende, liep ik langs het per ron naar het huisje. Hier stond in groote letters op eene plank, die aan de heg was opgehangen de naam „Tebworth." Ik keerde terug en lichtte Pharos in, die onmiddellijk zijn mageren vinger op het biljet vóór hem plaatste. „Tebworth "zeide hy. „Hier is het. De vol gende trein naar Norwich vertrekt om 2,48." „Hoe laat is het nu?" Ik raadpleegde myn horloge. „Tien minuten voor twee," antwoordde ik. Wij moeten ongeveer een uur wachten." „Wy behoeven gelukkig niet langer te wachten," zeide Pharos. „Het is een waar geluk, zoo vroeg nog een trein te kunnen krijgen." Daarop ging hy in een hoek zitten en sloot zijne oogen, alsof hy voor een slaapje aanstalte maakte. Hier in deze kleine wachtkamer wachtten wy nu tot twee uur in den morgen in het halfduister in een station aan den weg, Maw anmtödels jwerd niets meer gehoord j00st-ten-Noode en k J~" f" J jjg vermoorde, een mji van de vyf mannen onder in de ganj bewusteloos waren geworden. Zoo snel als zy maar konden, gingen de brandweermannen naar beneden. Na'n pooJj je werden drie der stadswerklieden bewui teloos door het mangat naar boven gebaald behandeld door een dokter en een verpleeg ster, die juist passeerden, Men maakte zich ongerust over het lot der beide andere werklieden. De menigte op straat, door de? politie op eenigen afstand gehouden, stond zoo'ais zF'beweerden angstig het reddingswerk gade te slaan. Na werkelijkheid naar G eenigen tijd werden twee brandweermannen ïjjk onder den naam bewusteloos en met slyk bedekt naar boven j)6 twee Hollande gehaald. Zij zagen er ontzettend uit, werden 17 op straat neergelegd, door den dokter be handeld en daarop naar het hospitaal ge bracht, waar zy weer bijkwamen. Andere brandweermannen gingen daarnh in de rioolgang. De drie eerstgeredde stade werklieden keerden hersteld naar de plek terug en waren met moeite te weerhouden, om voor het reddingwerk naar beneden te gaan. De werkman der gasfabriek werd ook. nog gered. Maar de vierde stadswerkman kon nog niet worden ontdekt. En toen ging ook het gerucht, dat twee brandweerman nen werden vermist. Eerst uren later werden hunne lijken naar boven gehaald. De hoop: op redding van den achtergebleven stads werkman moest worden opgegeven. D rioolgang werd van 't gas gezuiverd, en de avonds vond -men het derde lyk. ladden dit verteld aa Opraken dan tevens t toestand der oude jyksch inkomeD had Dit deed in het br den lust opkomen, d desnoods te vermooi En, om alle verdei zij een paar dagen voo oud, en Annie 1 itisehe denkbeelden 1 Ijet onder stoelen o) given zij don naac Het parket zon n de stellige bewijzen moordenaars zijn Pelsef; de signale: dachten zün rondgei Prins Constanlyn,, fld tot den troon g _eest op den voorg jn de groote Balkan-' kenland zoovele lai Het is nauwelijks v dat de kroonprins zegevierend binnen c na gevoerd heeft. D Jang-belegerde stad Biet alleen aan zyn Auto-bandieten te New-York. Als resultaat van de arrestatie vanzeke-^^ ren John Taylor, die eenigen tyd geleden7' -dienst bewezen, wai te New-York een automobiel trachtte tel 'mogelijk zal zyn 1 stelen, heeft de politie Dinsdag huiszoeking overwonnene te ste ,de overwinnaar - ifl gedaan bij een tiental personen, onder wit J een vrouw, allen veidacht van deel uit teil maken van een auto-baudietenbende. De? negen mannelijke gearresteerden zyn allenj mechaniciens en chauffeurs. Taylor beeft bekend, dat hy en andeiwij verantwoordelijk zyn voor do berooving van' drie wisselloopers en voor een diefstal in een juwelierswinkel. In alle vier gevallen hadden de bandieten van een auto gebruik!] gemaakt, om zichzelf en hun buit in veilig-; heid te brengen. Gedurende vijf dagen levend begraven. Donderdag 13 Maart 1.1., werden door e plotselinge overstrooming in deyzerertsmijnf te Egremont in Cumberland drie miiuwer f kers van de bovenwereld afgesneden. Alhoe wel onmiddellijk het reddingwerk een aan vang nam en men dag en nacht doorweil-Je, slaagde men er niet in vóór Dinsdag mu de daaropvolgende week, des namidJaga om vier uur, twee der mijnwerkers uit hun benarde positie te bevrijden. Zes dagen eui vijf nachten hadden zy op 227 voet diepte in de aarde doorgebracht. Zy waren beiden ongedeerd en zeer vroolyk. Een hunner, Cavins geheeten, verklaarde, dat zij proviaüd ln overvloed en nog wel voor 14 dagec j voorraad overgelaten hadden, zoodat zy id J hun gevangenschap geen honger behoefdec te lijden. Wy hadden niet veel anders doen, dan te eten, wij waren niet ongerust,I want wy wisten, dat men ons te huipzom komen en wy bevonden ons op een veiliger plaats. Als wy koud waren, liepen wij wat rond om ods te verwarmen. Veel geslapesj hebben wij niet. Nu en dan probeerden wff het, maar ons bed was niet zeer zacht. De! tweede mijnwerker, Ward geheeten ver-I klaarde, nu en dan wel wat angstig ge weest te zijn, maar voegde hy er bij met Cavins by zich behoeft niemand bang| te zyn. De derde mijnwerker is omgekomen. Wt', schijnt hij in staat geweest te zijn, zichiorj veiligheid te breDgen, maar in zijn haas;:1 heeft hij blijkbaar eeD verkeerden laddc:,! genomen, die hem in plaats naardeopperl vlakte, naar de machinekamer voerde, waai. het water hem achterhaalde. Deze vergissing kostte hem het leven. De moord te Ukkel. Men zal zich de nog de misdaad herinneren J welke op Maandag 6 Januari de gemeentel Ukkel in opschudding bracht. Een 70-j*arige[ dame, mevrouw Pelsef, werd in haar woning verwurgd gevonden. Volgens het „Handelsblad van Antwor-l pen", zou de Belgische justitie thans ontde' hebben, wie de moordenaars der oude darm J zijn. Uit het onderzoek, door de justitie J steld, is n.l. gebleken, dat de bovenverdiepii. van het door de echtgenooten Pelsef, der J zoon en schoondochter der vermoorde, beI woonde huis, zekeren tijd bewoond is ge-» weest door een Hollander, een huisschilder» en zijn gezellin, een Hollandsch meisje. De echtgenooten Pelsef woonden teSintl waarvan wy zelfs den naam weinige ra; i nuten geleden, niet geweten hadden. Iïf geloof, dat ik na een poosje was ingedutj want ik kan mij verder niets herinnerend totdat ik gewekt werd door de voetstappe; van een man buiten op het perron en z(jiil stem, die een zekere joel aanriep om weten of er ook eenig bericht was van derl trein, waarop wy wachtten. Voordat de ander tyd had om te an: L woorden was Pharos opgestaan en nat I buiten gegaan. De uitroep van verwonderin: om niets te zeggen, van de verbaasde uitjJ drukking op bet gelaat van deD stationscbf want het insigne op zyne muts zeide mf dat hy het was toen by Pharos vóij zich zag staan, was uiterst komisch. .Goeden avond," zeide de laatste op meest hoffely'ke wyze, „of liever, aangezi^ het naar drieën toeloopt, geloof ik, zoui goeden morgen moeten zeggen. Zal c'{J trein misschien laat zijn, denkt u „Ik zou het niet denken, mijnheer,* art woordde de man. „Hy komt altyd op ti: binnen." Toen niet langer zijne nieuwsgif righeid kunnende bedwingen, ging hij voorilr „Ik hoop, dat ik u niet beleedig, mijnbeer! maar wy hebben gewoonlijk niet veel pa' Bagievs alsu voor dezen vroegen trein. Het a heel vroeg voor dames en heeren om dez^ kant uit buiten te reizen." Wordt vervolgd ■positie niet weinig Zooals men zich de kroonprins gem opperbevelhebber va Janina bevond, op. Dien, dat de nieuwe zijn doortastendheid zou wagen en hij he irgesteld. Kalm 'goed generaal zijn t maar toen hy dan gekomen achtte, aa Iop te treden en. zij» 1 succes, dat hy me heeft, heeft hy bewe: de rechte man op In 1897, na de noo Turkije, toen aan d> van opperbevelheb" leger opgedragen w lande gemeend, dat belang meer dan nc troonopvolger zulk r delykheid op de sc gevolge van de rei militaire liga georg prins, na lang weer: zich genoodzaakt g mande afstand te echter bewezen, b der oppositie gewe Zooals bekend, b zijn militaire opleii waarna hy in een ment trad. Toen d garnizoen lag, trok dacht van den oi diens zoon, den 1 Frederik. Aan bet dorik kwam de Constantyn enprir den tegenwoordige stand. Hun huwe liefde werd acl 1889, gesloten. De beginne niet zeer ar het volk ge Griekenland wilde 'Alliantie toe te tre er evenwel sp doen vergeten, dal toen haar oudstez geboren werd, w. volk uitgelaten va Men herinnerde „Wanneer een met een prinses die uit dit huweli, stantinopel regeer- nog eenmaal in v Twee jaar na bai prinses tot de Griel wat te Berlijn een ging, doch in Griel- verwekte. Nu was van Griekenland geworden I Resodrono, een 1 doeran, werd nat I richt door den heei vermoord. Hy ki I buik en stierf bijr richt „Midd. Java' Karjo Berot beg [hebben gepleegd n daar alles bloot v Als aanleiding |gende worden vei Resodrono raai lop de vrouw va ■drie kinderen ha kwam dit te we voor, om zyn vro waarde, dat by oo t op zich zou ner ■voorstel aan. Doch nu gebeur R.'s liefde voor s dag al flauwer er Bn den steek, to- ■jbevallen was. D< tiaar vroegere mr armen ontving, te best gehad. Ni met haar man, Resodrono wer j 'iefd. e° trachtte I te verleiden. Toen liep de ir kon zich niet lac I Hy heeft tea s vrouw gedood.

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1913 | | pagina 2