mm
ONZE EILANDEN
MAART 1913.
geen plan heeft zij q zuidelijke naburen aan
te vallen.
Het schijnt dus dat Oostenrijk Hongarye
verder geen militair optreden in den zin
heeft tegenover Serviö en ook over de
kwestie of Skoetari Janina en Djakowa tót
Albanië zullen behooren, geen oorlog zal
beginnen. Een oorlog wordt te meer on
waarschijnlijk, nu Serviö verklaard heeft
zich aan de uitspraak van de mogendheden
betreffende Durazzo te zullen onderwerpen.
Het „Bulgaarsche Telegraaf-agentschap"
en de „Samouprava", bet Bulgaarsche en
en 't Servische officieuse orgaan publiceeren
thans tegelijkertijd het antwoord der Balkan
Staten, op het bemiddelingsvoorstel der
mogendheden. Volgens deze publicatie, die
men wel als authenthiek mag aannemen,
zijn de Balkan Staten bereid de bemiddeling
der mogendheden onder de volgende
voorwaarden aan te nemen
1. Als grondslag voor de vredesonder
handelingen moet dienen, dat de nieuwe
grens wordt getrokken van MidianaarRo
dosto. Al het gebied ten Westen hiervan
komt aan de bondgenooten, behalve Albanië
welks grenzen en staatskundigen vorm
de Londensche gezantenbijeenkomst zal
regelen. Gallipoli blijft aan Turkije.
2. Adrianopel en Skoetarie worden vóór
't sluiten van vrede aan Bulgarije en
Montenegro overgegeven.
3. Overgave van de Egeische eilanden aan
Griekenland. Turkije moet afstand doen van
alle rechten op Creta.
4. Turkije neemt op zich, den bondge
nooten een oorlogsschatting te betalen,
waarvan 't bedrag voor 't sluiten van den
vrede moet zijn vastgesteld.
5 Aan de Christelijke onderdanen der
Balkanstaten in Turkije, worden bijzondere
voorrechten, ook in godadieDstigen zin ver
zekerd.
6. Ingeval er zich vraagstukken van finan-,
cieelen aard, uit den oorlog voortvloeiende
voordoen, zullen van elk der Balkanstaten
aan de bespreking daarover afgevaardigden
deelnemen.
7. De vijandelijkheden worden voortgezet
tot dat de vrede gesloten is.
Men ziet, dat de eischen der Balkan
staten sedert de hervatting van den oorlog
aanmerkelijk [hooger zijn geworden. En er
schijnt inderdaad weinig kans, dat zij een
bruikbaren grondslag voor de bemiddeling
der mogendheden zullen vormen. In de
eerste plaats zal het de oorlogsparty in
Turkije tegenover deze nieuwe eischen niet
moeilijk vallen ook de wankelmoedigsten
van de noodzakelijkheid van een „vechten
tot het bittere eind" te overtuigen. En in
de tweede plaats zullen de mogendheden
zelf de voorwaarden niet kunnen aanvaar
den. Daarin wordt toch o. a. de afstand van
Skoetari aan de Balkan-Staten Montenegro)
geöischt, terwijl zij deze stad bij 't auto
nome Albaniö willen voegen. Verder zou
hot ontnemen der Egeische eilanden aan
Turkije een volkomen verandering brengen
in den toestand in het Oostelijk deel der
Middellandsche Zee, en zulk een ingrijpende
verandering zullen de mogendheden liever
zelf onderling regelen.
Zoo schijnt het antwoord der Balkan-Sta
ten voorloopig geen ander uitzicht te openen
dandoorvechten. Want van een dwang
der „groote" mogendheden op de geallieer
den om dezen tot inbinden te dwingen is
natuurlijk thans evenmin sprake als in
't verleden. Zelfs het onthouden van gelde-
lijken steun aan deze, door een Duitsch
blad bepleit, is, hoe probaat 't ook zou kun
nen zijn, in de praktijk onuitvoerbaar ge
bleken.
Haagsche Brieven.
CCXIX.
Een Fransch spreekwoord zegt„Charité
bien ordonnée, soighe pour sol mêrne," of
in het Hollandsch letterlijk vertaald Goed
begrepen liefdadigheid zorgt het eerst voor
zichzelf. Wie naleest, wat de heer Bianchi
en anderen schrijven over het Leger des
Heils, ontkomt niet aan den indruk, dat het
heilsleger dit Fransche spreekwoord al heel
goed begrijpt. Het heilsleger, de lezer weet
het zonder twijfel, heeft in tal van plaatsen
toevluchtsoorden voor dakloozen, inrichtin
gen, waar maaltijden worden verstrekt en
ook een landkolonie, waar aan lager wal
geraakten aan het werk worden gezet in
het landbouwbedrijf. Al deze inrichtingen
die een philantropisch karakter behooren te
dragen, ziin voor het Heilsleger belangrijke
bronnen van inkomsten en leveren elk jaar
een zoet winstje van duizenden guldens op
In de toevluchten wordt geen maaltijd om
niet verschaft en velen, die daar alleen
tegen betaling een nachtverblijf vinden,
komen een gratis middagmaal halen in een
dat hier en daar met boscbjes riet en ruw
gras begroeid was, en sloegen ten slotte-den
grooten weg in op een punt, waar deze een
mijl of twee boven het dorp afsloeg.
Hier wachten wy eenige minuten, naast
een hek, waar Pharos, nog zonder tespreken,
overwoog in welke richting wy nu zouden
voortgaan. Tot op dezen dag weet ik niet in
't minst of hij met de streek bekend was,
of dat hij op zijn goed geluk vertrouwde en op
zijn eigen bijzonder instinkt, dat hem naar
een station zoude brengen. Eindelijk kwam
hij tot een besluit en wjj trokken dus verder
langs dien weg, die links afsloeg Naar de
stof, die er op lag was het duidelijk, dat
men in dit gedeelte gedurende den laataten
tyd geen regen bad gehad en toen wy voort
sukkelden, vroeg ik me eenigszins vaag af,
hoe wij er zouden uitzien, wanneer wij een
trein vonden en onze bestemming bereikten.
Ruim een uur liepen wij op deze wijze
en in dien tijd legden wij nauwelijks een
afstand van vier mijlen af. Was het aan
het begin van onze kennismaking geweest,
dan zou ik niet kunnen begrijpen hoe Pharos,
zijn leeftijd en zwak voorkomen in aan
merking genomen, zooveel kon hebben
gedaan. Sinds de kennismaking echter, had
ik zoovele gelegenheden reeds gehad om de
enorme kracht en levensvatbaarheid, die in
zijn mager lichaam bevat waren, op te
merken, dat ik mij niet meer verwonderd
andere inrichting, niet aan het Heilsleger
behoorende, de Metropool. Efet Heilsleger
bedelt alle oud papier en afval op, er wordt
een aardige winst opgemaakt. Het heilsleger
zendt op aanvrage menschen uit voor aller
lei hulp bv. bestellers met SLnt-Nicolaas. Het
vraagt daarvoor t 2 f 3 per dag, het keert
de bestellers een schijntje uit. Verschillende
genootschappen in ons land trekken zich
het lot van ontslagen gevangenen a3n en
trachten hen op den goeden weg terug te
brengen. Voor dezen reclasseeringsarbeid
geeft het Ryk onder behoorlijke contróle
rijkssubsidie. Het heilsleger houdt zich ook
zoogenaamd met dien arbeid bezig, het pro
beert echter geen rijkssubsidie te krijgen,
dat zou contróle noodig maken. En juist
deze contróle schijnt bij het Heilsleger vol
komen onvoldoende te zijn. Het is dan ook
niet te verwonderen, dat het heilsleger by
de vele aanvragen, die het voortdurend doet,
aan doovemaus deur begint te kloppen.
De feiten door den accountant Bianchi
en anderen vermeld, zijn te ernstig dan
dat niet volledige opening van zaken door
het heilsleger zal moeten worden gegeven,
voor men er velen toe brengen zal de koorden
van de beurs open te trekken. Waar zooveel
duizenden jaarlijks in ons land aan deze
Engelsche instelling worden geschonken is
het niet meer dan billijk dat het heilsleger
aantoont, dat het geschonken geld in zijn
geheel ten goede komt aan den nood van
degenen, die het heilsleger zegt te willen
helpen. Van de eene contróle kom ik op de
andere. Sinds de sectescholen millioenen uit
de staatskas trekken, blykt meer en meer,
dat contróle, dat inderdaad het geld aan het
onderwijs ten goede komt, veel scherper
door de regeering moet wordeD geoefend
en de subsidiewet van dr. Kuyper, die maar
met kwistige hand het staatsgeld uitdeelde,
tot gevolgen leidt, die niemand kan goed
keuren. Reeds bij de behandeling der wet
moest mr. Lobman spijtig erkennen en
de Roomsche baron Van Wijnbergen gaf
het hem toe dat het staatsgeld voorde
kloosterscholen gegeven, ten bate komt
voor den bouw van Roomsche kerken en
kapellen. De lezer zie nu eens naar de vol
gende cijfers betreffende kloosterscholen te
Maastricht. De niet-kostelooze broederschool
in de Capucijnengang aldaar gaf uit f 468G
nl. f 2000 aan salarissen en f 2686 aan
overige kosten. Zij ontving f 8484,58, nl.
f 2397,32 aan schoolgeld en f 6116,66 aan
rijkssubsidie. Zij maakte dus een winst van
f 3789,58, 62"lo van het rijkssubsidie kon
dus voor andere doeleinden worden besteed
dan voor onderwijsbelangen I
Voor de kostelooze scholen werd uitge
geven f 14541, nl. f 6500 aan salarissen
eu f 8041 aan overige ko3ten. Alleen aan
rijkssubsidie werd ontvangen f 16675,24 zoo
dat ook hier, een winst gemaakt werd van
f 2134.
Ia Brabant en Limburg zijn de meeste
scholen kloosterscholen. Een zeer belangrijk
deel van de ruim acht millioen subsidien die
thans de sectescholen krijgen, gaat naar
deze kloosterscholen en een groot deel ervan
komt door den trechter dier scholen ten
bate van de Roomsche kerk I Het is waarlijk
geen wonder, dat baron van Wijnbergen en
zijn vrienden zoo tuk er op zijn, dat de
coalitie blijft bestaan. Hun boezemvriend,
dr. Kuyper, zal immers den goudregen voor
hen nog milder doen vloeien!
Ook de rechtsche mannen beginnen het
gevaarlijke en het volkomen onrechtvaar
dige in zoo'n subsidieregeling in te zien.
In het bekende blad: Troffel en Zwaard
schrijft Ignotus (de schuilnaam van dominee
P. J. Kromsigt, de bekende orthodoxe pre
dikant) o.a. het volgende:
„Volgens de tegenwoordige regelingont-
vangfc Rome voor hare onderwijzers en
onderwijzeressen wel formeel evenveel als
wij, Protestanten, maar feitelijk te veel.
Immers, onze onderwijzers zijn meestal
gehuwd en de onderwijzeressen'behoeven
het geld voor haar onderhoud, doch de
Roomsche ordebroeders en nonnen zijn
ongehuwd en leven bovendien zeer
goedkoop in een klooster in coöperatie.
Van bet minimum-salaris van f 600, dat
by meer dienstjaren, hoofdacte en andere
acten natuurlijk nog veel meer wordt,
heeft een broeder slechts plm. f 300noodig.
Het overige mag hy niet eens behouden,
daar hij geen eigendom mag bezitten. Hij
schenkt dit dus weg aan familie, armen
of kerk.
Rome kan dan, van dit surplus, dat zij
overhoudt, hare prachtige Seminaria etc.
bouwen."
De lezer ziet, dat ook rechtsche mannen
het ongeoorloofde van zoo'n subsidieregeling
gaan inzien. Men zal echter ter wille der
katholieken die de coalitie geheel in hun
macht hebbeD, dominee Kromsigt stilletjes
laten praten.
kon gevoelen. Voor Valerie had ik de meeste
zorg. Slechts twee dagen geleden was zij
door de pest aangetast; gisteren moest zy
nog hare hut houden. Nu was zij hier,
blootgesteld aan eene overmatige opgewon
denheid en aan geen kleine hoeveelheid
lichamelijke inspanning. Pharos moest de
zelfde gedachte gekoesterd hebben, want
meer dan eens hield hy stil om te vragen
of zij nog kon voortgaan en eens goot hy
voor haar wat vocht uit een flescbje, dat
hij in zyn zak droeg, in een klein kopje.
Zeker had hij het voor het doel medege
nomen. Eindelijk zagen wy eene spoorlijn
in het gezicht komen. Ze kruiste den weg
en zoodra wij deze zagen, beraadalaagden
wy tezamen. De vraag, die wjj ons moes'en
doen, was of het wijzer zou zyn onze wan
deling langs den weg voort te zetten, op
goed geluk af, dat deze ons naar een station
zou brengen, of dat wij den dyk zouden
opklimmen naar de spoorlijn en die volgen
in de hoop tot denzelfden uitslag te komen.
Aan deD eenen kant bestond de waarschijn
lijkheid, dat wij een grooteren omweg
moesten maken en aan den anderen de
achterdocht, dien wy zouden kunnen wek
ken by de spoorwegbeambten, indien wy
ons op zulk eene ongewone wyze aan het
station vertoonden. Zooals het gebeurde
echter, besloten wij naar de spoorlijn te
gaan. Dus wy bestegen den opstap naa3t
Op het oogenblik schijnt het in de coalitie
nog niet tot een vast accoord te zijD geko
men. al zal men elkaar zeker wel weer
vinden.
Dr. Kuyper stelt aan zyn christelijke his
torische broeders positieve eischen, het dis
trict Ede moet terugkomen aan de antirevo
lutionairen en in Omm6n mag in geen geval
de heer Bichon van IJselmonde meer worden
gecandideerd. Het laatste kamerlid dat ia de
Kamer heeft duiven spreken van Kuypers
leugenpolitiek moet allereerst aan de wraak
des grooten mans worden opgeofferd. JOf de
Ommensche kiezers dit zoo gewillig zullen
doen, is een andere vraag.
De heer Bichon is overigens zeer tegen
gevallen. Zyn tweede redevoerinkjeoverde
sluiting van postkantoren werd door nie
mand ernstig genomen en sinds hij in
December dit speecbje afstak, heeft hij zich
in de Kamer niet meer laten zien. Hij heeft
trouwens reeds in zijn verkiezingstijd te
kennen gegeven, dat hy in September wel
niet meer in de Kamer zou zijn. Maar anders
wordt de zaak, nu dr. Kuyper gaat decre-
teeren: Bichon er in elk geval uit! Ommen
kon daarop wei eens een even vernietigend
antwoord geven als het voor enkele maanden
Plaatselijk Nieuws.
.MIDDELIIARMS- Door den conducteur
Verhoeve van de R. T. M. is by de politie
keDnis gegeven dat door hem is gevonden
een Heeren-Portemonnaie met eenig geld.
Zondagvoormiddag zal in de Ned. Herv.
Kerk een collecte worden gehouden ten bate
der Zending.
Donderdagavond vergaderde voor het
eerst de nieuw opgerichte vereeniging
der Geref. bond tot vrijmaking der kerken.
Tot leden van 't bestuur werden gekozen
A. Krygaman en C. Westplate van Middel-
harnis en T. Buurveld, G. v. d. Boogert on
H. v. d. Velde uit Sommelsdyk, tevens
werd A. Krijgsman tot Voorzitter gekozen.
Met het aanleggen van de telegraaf
en telefoondraad naar het nieuwe postkan
toor is reeds een begin gemaakt, het verbin
dingstoestel zal nu niet op bet gebouw doch
op een ijzeren paal bevestigd worden.
is tydens den storm
de Seinpaal aan de haven
OllDDORP.
een stuk van
afgebroken,
- A. s. Woensdagmorgen 10 uur zal in
de Noordzee de reddingsboot beproefd wor
den, een aardig uitstapje in de Paasch vacan-
tieweek een kykje daar naar te gaan nemen.
Schipper P. Sperling had het ongeluk
kopje onder overboord in de haven te vallen
doch werd bytyds gered door Gebr. v. d.
Klooster.
NIEUWE TONGE- De vorige week zijn door
Dr. C. van Gelder alhier, 44 kinderen ge
vacieneerd.
Buitenland.
Koning George I van
Griekenland vermoord.
Het belicht van den moord op hun vorst
moet den Grieken, sedert weken levend in
de roes hunner overwinningen, waarvan de
berichten te Athene een onafgebroken
feestelijke stemming wekten, die baar
hoogtepunt bereikte ua de bezetting van
het lang begeerde Samos, wel met verbijs
tering slaan.
De hoofdstad van het Helleensche rijk,
waar geruimen tijd achtereen de vlaggen
als het ware niet van de huisgevels ver
dwenen, zal zich in diepen rouw moeten
dompelenkoning George als jongeling
van 18 jaar, haast een knaap nog, tot
souverein der Grieken uitgeroepen, en die
zich, door zijne goedhartigheid en rond
borstigheid, zyn open oog en hart voorde
belangen van het volk, dat het zijne was
geworden, een duurzame plaats had weten
te veroveren in de harten zyner onderda
nen de koning met het zacht melan
cholieke gelaat, de open blauwe oogen en
het spierwitte haar is ocder moordenaars
hand gevallen, en alle lasten, alle moeilijk
heden van zyn koninklijk ambt, door den
oorlog oog verzwaard, komen nu nog op
de schouders van den diagogos, den 41ja-
rigen Konstantinos, die, zich in den huidigen
oorlog herhaaldelijk onderscheidde, laatste
lijk by de inneming van Janina, waar zyn
den boog en nadat wy den dyk beklommen
hadden en op het voetpad naast den spoor
weg stonden, hervatten wy onzen tocht als
eerst achter elkaar loopende.
Zooals het bleek, hadden wij niet veel
verder te gaan, want toen wij door de uit
holling, die op een korten afstand van den
bedoelden boog begon, waren gekomen
zagen wy een flikkerend licthje, dat, zooals
wy later ontdekten, uit het seinbokje aan
de andere zijde van het station kwam. Ik
kon niet nalaten mij af te vragen, hoe
Pharos onze tegenwoordigheid op zulk een
uur zou verklaren maar ik kende hem nu
goed genoeg om zeker te zyn, dat hy het
zou kunnen doen en niet alleen tot zyn
eigen maar ook tot ieders voldoening. De
plaats zelve bleek een eenvoudig gebouwtje
aan den weg te zyn met een kleine gegal
vaniseerde schuilplaats voor de passagiers
en een huisje verderop, dat wij terecht voor
de verblijfplaats van den stationschef aan
zagen. De eenige lichten, die te zien waren,
eene olielamp boven de deur van het huisje
en eene in de wachtkamer. Geen spoor van
een beambte was te ontdekken.
„Wy moeten uitvinden," zeide Pharos,
„op welken tyd de eerstvolgende trein naar
de beschaafde wereld vertrekt. Zelfs in zulk
een gat als dit, moeten zij een spoorweglijst
hebben." Zoo zeggende, ging hij de reeds
genoemde schuilplaats binnen en draaide de
strategisch doorzicht den Grieken vooreen
groot deel de overwinning bezorgde.
Koning George I van Griekenland, prins
van Denemarken, werd op 24 December 1845
te Kopenhagen geboren, als zoon van koning
Christiaan IX van Denemarken, die in 1842
gehuwd was met prinses Louise van Hessen-
Kassei. De vader van den thans vermoorden
monarch stierf in 1906, de moeder in 1898.
Daar George op een na de oudste zoon was
van koning Christiaan, kon hij, mensche-
lykerwijs gesproken, niet verwachten, ooit
den koniDgskrooD te zullen dragen Hy werd
voor de vloot opgeleid, zooals zoo menig
prins van den bloede, en was adelborst op
bet oogenblik, dat Griekenland met verlan.
gen uitzag naar een „neutraal" vorst, die
een einde zou kunnen maken'-aan den on-
dragelijken toestand van anarchie, die bet
land omstreeks 1863 teisterde.
Koning Otto was van den troon gestooten
en drie of vier staatspartijen betwistten
elkander de macht met alle middelen die
tot hun beschikking waren. De regeering
te Athene zag geen andere uitkomst dan
de keuze van een nieuwen koning, een keuze
die, zooveel als mogelijk was," alle partijen
gelykelyk moest bevredigen. Waarschijnlijk
is dit een der redenen geweest, dat de opge
wonden zuiderlingen zich naar hei noorden
wendden, om van daar den nieuwen koning
te gaan inhalen. In het voorjaar van 1863
begaf een deputatie van hooggeplaatste
Grieken, aangevoerd door den held van den
onafhankelijkheidsoorlog, admiraal Canaris,
zich naar Kopenhagen, om den jongen
adelborst, prins George, de koninklijke waar
digheid te gaan aanbieden. En reeds in
October van hetzelfde jaar trok de 18-jarige
monarch, hartelijk toegejuicht, door een
vriendelijk gezinde menigte, zijn nieuwe
hoofdstad binnen.
In den aanvang viel het regeeren deD
jongen vorst, die nog niets van de landtaal
verstond zeer, zeer zwaar, maar door zich
vastberaden aan het werk te zetten, wist
hy langzamerhand den vrede in zyn oproe
rig ryk te herstellen.
Vier jaar, nadat hy den Griekschen troon
besteeg, trad koning George te Petersburg
in het huwelijk met de destijds eerst 18
jarige buitengewoon schoone grootvorstin
Olga, de dochter van grootvorst Constanlyn,
een broeder van czaar Alexander II. Ook de
gade van ]den vermoorden koning heeft door
haar lieftalligheid en zachtmoedigheid, de
harten weten te winnen van haar Grieksehe
onderdanen. Zelden is een koninklijk huwe
lijk zoo gelukkig geweest als van deze beide
vorsten, wior grootste genoegen en geluk
elkanders by'zijn en hun kinderen vormden.
Uit de echtverbintenis van koning George
met grootvorstin Olga zyn zeven kinderen
geboren, zes zonen en een dochter, prinses
Alexandia, die gehuwd was met grootvorst
Paul, maar op 20-jarigen leeftijd in het
kraambed stierf.
Kroonprins Konstantinos is in 1889 ge
huwd met Sophie, prinses van Pruisen. Zy
hebben vijf kinderen, drie jongens en twee
meisjes, waarvan het oudste, prins George,
12 jaar is.
Hoe de vermoorde koning over zyn oud
sten zoon dacht, blykt uit de enkele woorden
die de grijze monarch na den val van Janina
sprak
„Hy heeft me hierdoor den gelukkigsten
dag van mijn leven bezorgd. En tevens het
geluk, van te kunnen zeggen, dat nu myn
levensideaal in vervulling is gegaan. Onder
myD 50-jarige regeering (in October van dit
jaar zou hctregeerings-jubileum met grooten
luister gevierd worden) is Griekenland groot
geworden, en is byna gansch het Hellenen-
dom van Europeesch Turkije Grieksch ge
worden. Ik had als koning en als vader, geen
heerlijker besluit kunnen wenschen van myn
regeering. iTel.)
Heldendood van brandweermannen.
Er is wel niets zoo aangrijpend, schrijft
de correspondent van de Telegraaf d.d. 19
Maart, als wanneer iemand zijn leven ver
liegt by een heldhaftige poging om anderen
uit levensgevaar te jedden. Dal overkwam
hier Dinsdagmiddag twee Londensche
brandweermannen op zeldzaam tragische
wijze.
Ergens in het westen der stad, v as een
lek in een gaspijp onder den grond ontdekt.
Vier stadswerklieden en een werkman der
gasfabriek giiïgen dat in een van de drie
driekwart tot vijf meter hooge rioolgang
onderzoeken. Zy klommen dool het mangat
op straat naar beneden, fn de gemetselde
gang kwam hun een gevaarlijke laag riool-
en steeDkoolgas tegemoet. Hunne noodkre
ten werden gehoord door den wachter by
het mangat op straat, die hulp ontbood.
Een tiental brandweermannen met veilig
heidshelmen kwamen ter redding opdagen.
lamp op. Hy had goed geraden, want 'n aan
tal biljetten waren aan den muur geplakt.
„Heb je soms ook den naam van het
station gelezen, toen je langs het perron
giug?" vroeg my ray, toen hy op de bank
knielde en zyn oog over de gedrukte vellen
liet gaan.
„Neen," antwoordde ik, „maar ik zal het
spoedig te weten komen."
Hen achterlatende, liep ik langs het per
ron naar het huisje. Hier stond in groote
letters op eene plank, die aan de heg was
opgehangen de naam „Tebworth." Ik keerde
terug en lichtte Pharos in, die onmiddellijk
zijn mageren vinger op het biljet vóór hem
plaatste.
„Tebworth "zeide hy. „Hier is het. De vol
gende trein naar Norwich vertrekt om 2,48."
„Hoe laat is het nu?"
Ik raadpleegde myn horloge.
„Tien minuten voor twee," antwoordde
ik. Wij moeten ongeveer een uur wachten."
„Wy behoeven gelukkig niet langer te
wachten," zeide Pharos. „Het is een waar
geluk, zoo vroeg nog een trein te kunnen
krijgen."
Daarop ging hy in een hoek zitten en
sloot zijne oogen, alsof hy voor een slaapje
aanstalte maakte.
Hier in deze kleine wachtkamer wachtten
wy nu tot twee uur in den morgen in het
halfduister in een station aan den weg,
Maw anmtödels jwerd niets meer gehoord j00st-ten-Noode en k
J~" f" J jjg vermoorde, een mji
van de vyf mannen onder in de ganj
bewusteloos waren geworden.
Zoo snel als zy maar konden, gingen de
brandweermannen naar beneden. Na'n pooJj
je werden drie der stadswerklieden bewui
teloos door het mangat naar boven gebaald
behandeld door een dokter en een verpleeg
ster, die juist passeerden, Men maakte zich
ongerust over het lot der beide andere
werklieden. De menigte op straat, door de?
politie op eenigen afstand gehouden, stond zoo'ais zF'beweerden
angstig het reddingswerk gade te slaan. Na werkelijkheid naar G
eenigen tijd werden twee brandweermannen ïjjk onder den naam
bewusteloos en met slyk bedekt naar boven j)6 twee Hollande
gehaald. Zij zagen er ontzettend uit, werden 17
op straat neergelegd, door den dokter be
handeld en daarop naar het hospitaal ge
bracht, waar zy weer bijkwamen.
Andere brandweermannen gingen daarnh
in de rioolgang. De drie eerstgeredde stade
werklieden keerden hersteld naar de plek
terug en waren met moeite te weerhouden,
om voor het reddingwerk naar beneden te
gaan. De werkman der gasfabriek werd ook.
nog gered. Maar de vierde stadswerkman
kon nog niet worden ontdekt. En toen ging
ook het gerucht, dat twee brandweerman
nen werden vermist. Eerst uren later werden
hunne lijken naar boven gehaald. De hoop:
op redding van den achtergebleven stads
werkman moest worden opgegeven. D
rioolgang werd van 't gas gezuiverd, en de
avonds vond -men het derde lyk.
ladden dit verteld aa
Opraken dan tevens t
toestand der oude
jyksch inkomeD had
Dit deed in het br
den lust opkomen, d
desnoods te vermooi
En, om alle verdei
zij een paar dagen voo
oud, en Annie 1
itisehe denkbeelden 1
Ijet onder stoelen o)
given zij don naac
Het parket zon n
de stellige bewijzen
moordenaars zijn
Pelsef; de signale:
dachten zün rondgei
Prins Constanlyn,,
fld tot den troon g
_eest op den voorg
jn de groote Balkan-'
kenland zoovele lai
Het is nauwelijks v
dat de kroonprins
zegevierend binnen c
na gevoerd heeft. D
Jang-belegerde stad
Biet alleen aan zyn
Auto-bandieten te New-York.
Als resultaat van de arrestatie vanzeke-^^
ren John Taylor, die eenigen tyd geleden7' -dienst bewezen, wai
te New-York een automobiel trachtte tel 'mogelijk zal zyn 1
stelen, heeft de politie Dinsdag huiszoeking overwonnene te ste
,de overwinnaar
- ifl
gedaan bij een tiental personen, onder wit J
een vrouw, allen veidacht van deel uit teil
maken van een auto-baudietenbende. De?
negen mannelijke gearresteerden zyn allenj
mechaniciens en chauffeurs.
Taylor beeft bekend, dat hy en andeiwij
verantwoordelijk zyn voor do berooving van'
drie wisselloopers en voor een diefstal in
een juwelierswinkel. In alle vier gevallen
hadden de bandieten van een auto gebruik!]
gemaakt, om zichzelf en hun buit in veilig-;
heid te brengen.
Gedurende vijf dagen levend begraven.
Donderdag 13 Maart 1.1., werden door e
plotselinge overstrooming in deyzerertsmijnf
te Egremont in Cumberland drie miiuwer f
kers van de bovenwereld afgesneden. Alhoe
wel onmiddellijk het reddingwerk een aan
vang nam en men dag en nacht doorweil-Je,
slaagde men er niet in vóór Dinsdag mu
de daaropvolgende week, des namidJaga
om vier uur, twee der mijnwerkers uit hun
benarde positie te bevrijden. Zes dagen eui
vijf nachten hadden zy op 227 voet diepte
in de aarde doorgebracht. Zy waren beiden
ongedeerd en zeer vroolyk. Een hunner,
Cavins geheeten, verklaarde, dat zij proviaüd
ln overvloed en nog wel voor 14 dagec j
voorraad overgelaten hadden, zoodat zy id J
hun gevangenschap geen honger behoefdec
te lijden. Wy hadden niet veel anders
doen, dan te eten, wij waren niet ongerust,I
want wy wisten, dat men ons te huipzom
komen en wy bevonden ons op een veiliger
plaats. Als wy koud waren, liepen wij wat
rond om ods te verwarmen. Veel geslapesj
hebben wij niet. Nu en dan probeerden wff
het, maar ons bed was niet zeer zacht. De!
tweede mijnwerker, Ward geheeten ver-I
klaarde, nu en dan wel wat angstig ge
weest te zijn, maar voegde hy er bij
met Cavins by zich behoeft niemand bang|
te zyn.
De derde mijnwerker is omgekomen. Wt',
schijnt hij in staat geweest te zijn, zichiorj
veiligheid te breDgen, maar in zijn haas;:1
heeft hij blijkbaar eeD verkeerden laddc:,!
genomen, die hem in plaats naardeopperl
vlakte, naar de machinekamer voerde, waai.
het water hem achterhaalde. Deze vergissing
kostte hem het leven.
De moord te Ukkel.
Men zal zich de nog de misdaad herinneren J
welke op Maandag 6 Januari de gemeentel
Ukkel in opschudding bracht. Een 70-j*arige[
dame, mevrouw Pelsef, werd in haar woning
verwurgd gevonden.
Volgens het „Handelsblad van Antwor-l
pen", zou de Belgische justitie thans ontde'
hebben, wie de moordenaars der oude darm J
zijn.
Uit het onderzoek, door de justitie J
steld, is n.l. gebleken, dat de bovenverdiepii.
van het door de echtgenooten Pelsef, der J
zoon en schoondochter der vermoorde, beI
woonde huis, zekeren tijd bewoond is ge-»
weest door een Hollander, een huisschilder»
en zijn gezellin, een Hollandsch meisje.
De echtgenooten Pelsef woonden teSintl
waarvan wy zelfs den naam weinige ra; i
nuten geleden, niet geweten hadden. Iïf
geloof, dat ik na een poosje was ingedutj
want ik kan mij verder niets herinnerend
totdat ik gewekt werd door de voetstappe;
van een man buiten op het perron en z(jiil
stem, die een zekere joel aanriep om
weten of er ook eenig bericht was van derl
trein, waarop wy wachtten.
Voordat de ander tyd had om te an: L
woorden was Pharos opgestaan en nat I
buiten gegaan. De uitroep van verwonderin:
om niets te zeggen, van de verbaasde uitjJ
drukking op bet gelaat van deD stationscbf
want het insigne op zyne muts zeide mf
dat hy het was toen by Pharos vóij
zich zag staan, was uiterst komisch.
.Goeden avond," zeide de laatste op
meest hoffely'ke wyze, „of liever, aangezi^
het naar drieën toeloopt, geloof ik, zoui
goeden morgen moeten zeggen. Zal c'{J
trein misschien laat zijn, denkt u
„Ik zou het niet denken, mijnheer,* art
woordde de man. „Hy komt altyd op ti:
binnen." Toen niet langer zijne nieuwsgif
righeid kunnende bedwingen, ging hij voorilr
„Ik hoop, dat ik u niet beleedig, mijnbeer!
maar wy hebben gewoonlijk niet veel pa'
Bagievs alsu voor dezen vroegen trein. Het a
heel vroeg voor dames en heeren om dez^
kant uit buiten te reizen."
Wordt vervolgd
■positie niet weinig
Zooals men zich
de kroonprins gem
opperbevelhebber va
Janina bevond, op.
Dien, dat de nieuwe
zijn doortastendheid
zou wagen en hij he
irgesteld. Kalm
'goed generaal zijn t
maar toen hy dan
gekomen achtte, aa
Iop te treden en. zij»
1 succes, dat hy me
heeft, heeft hy bewe:
de rechte man op
In 1897, na de noo
Turkije, toen aan d>
van opperbevelheb"
leger opgedragen w
lande gemeend, dat
belang meer dan nc
troonopvolger zulk
r delykheid op de sc
gevolge van de rei
militaire liga georg
prins, na lang weer:
zich genoodzaakt g
mande afstand te
echter bewezen, b
der oppositie gewe
Zooals bekend, b
zijn militaire opleii
waarna hy in een
ment trad. Toen d
garnizoen lag, trok
dacht van den oi
diens zoon, den 1
Frederik. Aan bet
dorik kwam de
Constantyn enprir
den tegenwoordige
stand. Hun huwe
liefde werd acl
1889, gesloten. De
beginne niet zeer
ar het volk ge
Griekenland wilde
'Alliantie toe te tre
er evenwel sp
doen vergeten, dal
toen haar oudstez
geboren werd, w.
volk uitgelaten va
Men herinnerde
„Wanneer een
met een prinses
die uit dit huweli,
stantinopel regeer-
nog eenmaal in v
Twee jaar na bai
prinses tot de Griel
wat te Berlijn een
ging, doch in Griel-
verwekte. Nu was
van Griekenland
geworden I
Resodrono, een
1 doeran, werd nat
I richt door den heei
vermoord. Hy ki
I buik en stierf bijr
richt „Midd. Java'
Karjo Berot beg
[hebben gepleegd n
daar alles bloot v
Als aanleiding
|gende worden vei
Resodrono raai
lop de vrouw va
■drie kinderen ha
kwam dit te we
voor, om zyn vro
waarde, dat by oo
t op zich zou ner
■voorstel aan.
Doch nu gebeur
R.'s liefde voor s
dag al flauwer er
Bn den steek, to-
■jbevallen was. D<
tiaar vroegere mr
armen ontving,
te best gehad. Ni
met haar man,
Resodrono wer
j 'iefd. e° trachtte
I te verleiden.
Toen liep de ir
kon zich niet lac
I Hy heeft tea s
vrouw gedood.