JDIJK. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD, ZUID-HOLLANDSCHI IN ZIEDWSGHI EILANDEN :ekbank i Papierhandel school en kenschool LANDSC3 fGREDIET. ioederen, enz. 'AARDF! adressen N, Dirksland. ER, Nieuw-Helvoot. fchtsche ^OJRDHEOHT. appelijk Kapitaal n gestort f200.000,—. lijk uit: ivena 96 a 100%% erstrekt door den heer Dz., ie MIDDELHOTS. (r. P. N. SICKENGA. I. PHILIPSE. RTENTIE BUREAU MIDDELHARNIS 'oor de oorraad TEEKENHAKEN. ÏNSEELEN, DECI- in verschillende INKT stukjes en ENPENNEN, 1DOOZEN, enz. enz. ■an alle benoodigde PAPIER Jigdheden die moch- in beslist de laagste n en kwaliteit! i 9 KR SCHENK. It ALKMAAR. Telefoon 73. HAPPEN: ENKHUIZEN, Westerstraat 6. 's-GRAVENHAGE, Molenstraat 45. ROTTERDAM, Lenvehaven 107. Hillioen Hulden en volgestort. HAP verleent Cre- n in deposito, belast - en verkoop van i, sluit beleeningen verricht verder alle het Kassiersvak inte 3 o/o. 0 Jnni 1912. f 6.156.624.54 - 1.312.513.31 - 270.447.42 De Directie J. F. MOENS. :ST. Mr. M. MOENS )V Middel harnis en R KOOGH LHARH18. IlillilVjllilVJiVjlIjl ulidii ONZE EILANDEN VOOR DB Dit Blad verschijnt eiken Zaterdagmorgen. Prijs per kwartaalf 0,50 Afzonderlijke nummers- 0,05 No. 45 Zaterdag 28 September 1912 19E Jaargang Alle voor de Redactie en Administratie bestemde stukken en Advertentiën worden uiterlijk Vrijdagmorgen ingewacht bij de Administratie te Middelharnis. Prijs per adv srtentièn van 1—5 regels f 0,50 Iedere regel meer- 0,10 Groote letters naar plaatsruimte. Buiteulandsch Overzicht. Het s. d. jaar-congres te Chemnitz is Zaterdag geëindigd. Het is geen „belangwekkende" partijdag geweest in den zin als zoovele vorige: door een eindelooze ruzie en krakeel, welke een alleronverkwikkelyks beeld moesten geven van den toekomstigen heilstaat. Voor wie de belangwekkendheid van een congres zulk een maatstaf aanleggen, is hetChemnit- zer congres, ook al ontbraken de gebruikelijke schermutselingen tusscben radicalen en revisionisten ook nu niet „saai" en verve lend". Doch voor wie hooger en juister maatstaf aanlegt, was het congres zeer belangrijk. Omdat het verloop daarvan de bevestigng heeft gebracht van wat velen reeds lang als onafwijsbaar hebben voorspeld; het „afglijden" ook van de Duitache s.-d. partij naar het revisionisme, en een verder afwij ken van de onvruchtbare „radicale* partij politiek. In twee feiten is dit vooral duidelijk tot uitdrukking gekomen In de eerste plaats in het besluit, met groote meerderheid genomen, om tegen den dolzinnigen bewapenings-wedstrijd der mo gendheden te kampen door een kiachtige actie voor beperking van de oorlogstoerus tingen. Van radicale zijde, door Pannekoek en de zijnen, was tegen deze resolutie ge protesteevd, omdat zij in strijd was met Max' stelling, dat de oorlog alleen tegelijk met het kapitalisme overwonnen kon wor den, en dat men van den kapitalistischen staat niet in ernst mocht verwachten, dat deze zich voor een vermindering van bewa pening zou laten vinden. Dat de partijdag voor dit argument zoo weinig bleek te gevoelen, bewijst, dat de s.-d. partij ook In dit opzicht baar kracht aan practische hervormingen wil geven. Het tweede feit is, dat de partijdag even eens met groote meerderheid zijn goedkeu ring hechtte aan het beleid van het bestuur, dat bij de jongste herstemmingen, om 'n nieuwe blauw-zwarte meerderheid in den Rijksdag onmogelijk te maken, het compro mis en de samenwerking met de liberalen tot stand bracht, en zelfs in 16 districten beval de socialistische propaganda tijdelijk te staken „Dampfung" om het den liberalen candidaat mogelijk te maken er zonder conservatieve hulp te komen „Sedert den catostrofalen partijdag te Drïsden" aldus schrijft de vooruitstrevend liberale Frankf. Ztg. naar aanleiding van deze goed keuring „is de sociaal-democratie ten opzichte van een practische politiek van het oogenblik, aanmerkelijk vooruitgegaan. De wijze, waarop het partij-congres te Chem nitz stelling heeft genomen ten opzichte van de verkiezingstaktiek, laat het partijbestuur ook voor de toekomst de Vrije hand. Bij een toenemende erkenning van wat voor de naaste toekomst in politiek opzicht noodza- Ik ontmoette mijnheer Pharos vanmiddag en hij was zoo vriendelijk mij uit te noo- digen om vanavond bij hem te komen dineeren. Daar steekt toch geen gevaar iD. Indien echter mijne tegenwoordigheid in eenig opzicht u onaangenaam is, kan ik gemakkelijk een excuus vinden en ver trekken „U weet, dat dit niet het geval is," ant woordde zy snel, even op den grond met haar voet Stampende. „Het is voor u zelf. dat ik u smeek om heen te gaan. Als u zooveel van dit huis fcendet ais ik, zoudt u er geen minuut langer in blijven." „Mijn lieve juffrouw," zeide ik, „als u slechts wat duidelijker wilde zijn, zou ik u beter begrijpen." „Ik kan niet duidelijk zijn," antwoordde „zoo iets is niet in mijne macht. Maar denk er aan, indien er iets gebeurt, heb ik u gewaarschuwd en uw lot zal in uwe eigen handen zijn." „Maar..* riep ik uit, half van mijn stoel opstaande. kelijk is, kan juist hierin de kiem liggen voor een ontwikkeling, die op de verdere politieke constellatie van beslissenden invloed moet zijn." Dat de s.-d. partij echter nog niet als geheel „revisionistisch" beschouwd kan wor den, blijkt uit een besluit, dat nog op den laatsten zittingdag werd genomende uitzetting uit de partij van den bekenden wetenscbappelijken schrijver Hildebrand, die in zijn boek „Die ErschÜtterung der Industrieherrschaft" tot de conclusie was gekomen, dat, in de verre toekomst, een beschermend invoerrechten stelsel vooreen West-Europeescüen Statenbond een practi sche, economisch-politieke eisch zou zijn. Men weet, dat over dit boek van Hilde brand, heel veel in de Duitsche s.-d. partij te doen is geweest en dat de schr. by den partijdag in hooger beroep is gegaan tegen zijn uitsluiting, reeds door zijn plaatselijke organisatie uitgesproken. De bekende revisio nist Heine, toch ook niet een van de domste onder de Duitsche sociaal-democraten, ver dedigde hem o. a. aldus: „Hy beoefent een vakstudie, die ik niet beoordeelen kan, omdat mijn wetenschappelijke arbeid juist zoover gaat, dat ik begrepen heb, dat men Diet moet oordeelen over dingen die men niet heeft bestudeerd." De meerderheid van den Chomnitzer par tijdag vermocht blijkbaar niet zulk een breed standpunt in te nemen. „Zy meende", schrijft het Berl. Tageblatt, „over dingen te mogen oordeelen, die abacadabra voor haar zyn en een man te mogen veroordeelen en uit haar gemeenschap te stooten, omdat zij hem niet begreep. Deze meerderheid heeft den partijdag gesloten met een gewelddaad, die geen cultuur-daad is.* Hildebrand zelf, die bijna 10 jaar lid der partij is, heeft na zijn uitstooting, aan een journalist verklaard, dat hij overtuigd was, dat een volgende partydag zou inzien, dat te Chemnitz een dwaling was begaan. Hij veranderen. zou er zijn overtuiging echter niet door laten Datde sociaaldemocratie iu geen land over zoo'n macht beschikt als in Duitschland hangt ongetwijfeld samen met het voorge- volgde regeerstelsel of beter gezegd met de opvatting van het parlementaire stelsel en de Duitsche belastingpolitiek Het ministerie dat bij de genade van den vorst zitting heeft, en dus niet is voort gekomen uit de kringen, die in het algemeen h6t best weten, wat de volksmenschen zijn, dat ministerie loopt uit den aard der zaak door zijn afhankelijke positie van de hooge klingen, aan den leiband van den adel en groot-kapitalisten. De gevolgen zijn dan ook voor Duitschland niet uitgebleven. In zijn belastingstelsel is dit land zeer onrechtvaardig. Men is gebaseerd op de protectie, een belastingstelsel waarvan de onrechtvaardigheid onuitsprekelijk groot is. Wie het minste heeft, moet vaak het meeste betalen. Een huisgezin van vader, moeder en drie kinderen en een wekelyksch inkomen van ongeveer f 12 betaalt op de allereen „Sstl" antwoordde zy. „Er is geen tijd meer. Hij komt." Een oogenblik later, kwam Pharos de kamer binnen. Hy bad zich van zijne zware, bonten jas ontdaan, en was nu gekleed, zooal3 ik hem in Medenhara House had gezien dat is te zeggen, hy droeg eene nauwsluitende, zwartfluweelen jas, die tot onder zyne kin was dichtgeknoopt, en eeD kalotje van dezelfde stof. Nauwelijks was by binnen, of het diuer werd aangekondigd. „Als u miine pupil wilt geleiden," zeide hy, „wil ik u volgen." Ik deed, als hij voorstelde en nooit, zoo lang als ik leef, zal ik de trilling die door mij voer, vergeten, toen ik den druk van hare kleine hand op myn arm gevoelde. Schoon als ik haar altijd had gedacht, ik had baar nog nooit schooner gezien dan op dezen byzonderen avond. Toen ik naar hare trotsche en bevallige gestalte keek, kon ik wel gelooven, zooals mevrouw Medenbam gezegd had, dat zy van een der oudste geslachten uit Europa afstamde. Zy had iets over zich, wat ik niet kon be grijpen, ofschoon ik het herhaaldelijk trachtte te ontleden eene vage, onbe schrijfelijke bekoorlijkheid, die haar geheel verschillend deed zyn van alle andere vrouwen, die ik ooit ontmoet had. De kamer, waarin wij dineerden was een voudigste levensmiddelen 4 HX zooveel als de alleenwonende, die misschien f 120 per week inkomen heeft. Enkel omdat de eerste een grooter huisgezin heeft, is ook zyn indirect belastingbiljet zooveel hooger. Het jonkerdom heeft zich in Duitschland altoos zeer goed tegen te zwaren belasting druk weten te beschermen. Als gevolg daar van is de ontevredenheid zoo hoog geloopen, dat bij de laatste verkiezingen de kiezers zich in grooten getale van deze regeerings- partij hebben afgewend, en zonder sociaal democraat te zyn, zijn overgeloopen naar de socialistische party, die zy met 110 zetels in den Rijksdag deden terugkeeren. En toch is het in Duitschland bestaanbaar, dat een wettelijk gekozen presidium, waarin een sosiaal-democraat als voorzitter, door den Keizer geweigerd wordt te ontvangen. Ook moties als gevolg van interpalaties zijn in dit constitutioneele land nog onbe kend. Een dergelijk teeken van afkeuring van zyn beleid kan een Duitsch minister ten minste niet treffen. Die toestand ia on gezond en dient noodzakelijk te veranderen. De gevolgen blijven niet uit. Wat zou na- tuuilyker zyn, dan dal twee landen waarin beide de democratie den toon kan aangeven, - we bedoelden Engeland en Duitschland dat zulke landen elkander steunden. Het tegendeel is veeleer waar. En dat zit niet in de volken, o.i. is er geeD sprake van, dat het Duitsche volk het En- gelsche haat. Het elkaar niet kennen brengt mee elkaar niet waardeeren. En slechts door het Bpelen op de lagere volkskarakter eigenschappen is het mogelijk tydelyk twee volken tegeD elkander op te zetten. Hoe komt het dan dat op het oogenblik toch altoos de nayver tusschen Engeland en Duitschland nog zoo groot blijft. Om het plaatsje in de zon kan het niet zijn, de wereld is groot genoeg en de zon beschijnt de geheele aarde. Wy vinden als reden voor dien naijver, de slechte vertegenwoordigers, die het volk naar buiten ziet optreden. In Duitschland de vertegenwoordigers ran het groot-kapitaal, die by alles wat Engeland voortbrengt, de concurrentie voelen. In Engeland een minister van buitenlandsche zaken, die al zit hy dan in een liberaal ministerie, zeker behoort tot den meest conservatieven vleugel, want het is eigen- aardig, dat de beste diplomaten over het aigemeen voortkomen uit de conservatieve kringen, al kunnen we waarschynlyk dit verschynsel verklaren uit het nooit in de gelegenheid zyn zich op dat gebied te be kwamen van de andere klassen. In tusscben het treurige gevolg van die nayver is bekend genoeg en ook daarom is het noodig, dat het politieke leven hoe eerder hoe beter gezuiverd wordt. Deze week is baron von Marschall von Bieberstein, de nieuwe Duitsche gezant te Londen, in Badenweiller, waar hy voor een kuur vertoefde, overleden. Zyn dood was geheel onverwacht. Sedert eenige dagen moest by op raad van den dokter wegenB somberder vertrek dan de anderen, die ik gezien had. De muren waren met een zwaar geweven behangsel behangen, dat Diet uit kwam, door lichte afscbit.terende kleuren. De bedienden vielen my ook op als zeer merkwaardig te zyn. Ze waren lang, oud achtig, donker van huid en, als de waarheid moet gezegd worden, van een eenigermate somber voorkomen en als het my gevraagd was, zou ik gezegd hebben, dat ze geen Italianen waren. Zy deden goed en stil hun plicht, maar hunne tegenwoordigheid wekte een gevoel van afschuw by my op, evenzeer als Pharos dit gedaan had, de keeren.toen ik hem had ontmoet. Onder anderen was er eene zonderlinge omstandigheid, die myne opmerkzaamheid aantrok. Terwyl het diner in elk opzicht te bewonderen was en het Maison Dorée of het Caté de la Paix niet tot oneer zou hebben gestrekt, nam Pharos er geen deel aan. By het begin van den maaltyd werd een bord met kleine koekjes voor hem geplaatst. Hy raakte niets andera aan, behalve dat, wan neer hy gedaan had, hy een wy'nglas met water vulde en een lepel vol wit poeder er in deed dat hy uit een klein zilver doosje, 't welk voor hem stond nam. Dit dronk hy in ééne teug leeg. „U is klaarblykelyk verwonderd," zeide hy, zich tot my wendende, „over de soberheid van myn voedsel, maar ik kan u verzekeren een onpasselijkheid, welke tot geenbyzon- dere vrees aanleiding gaf, zyn kamer hou den. In von Marschall heeft Duitschland een zyner beste staatslieden verloren. Voor by zyn diplomatieke loopbaan begon, is hy eeni ge jaren lid geweest van de Badensche Eerste Kamer en daarna van den Ryksdag, waar hy deel uitmaakte vandeconservatieve party. In 1883 werd hy gezant van Baden te Beryln en gevolmachtigd in den bonds raad, die hem van 1884 tot 1890 met zyn vertegenwoordiging in hetryksverzekerings- bureau belastte. In 1890 werd hy werkelyk geheimraad en staatssecretaris van buiten landsche zaken In 1897 legde hy zijn mi nisterschap neer en kwam als gezant te Kon8tantinopel. In deze hoedanigheid wist by door zyn volharding en bekwaamheid de Duitsche handel en ny verheid in de Le vant een goede positie te verschaffen en Sultan Abdoel Hamid van de waarde van Duitschlands vriendschap te overtuigen. Vijftien jaren heeft de overledene den post van gezant in de Turksche hoofdstad bekleed. Toen graaf Wolff—Metternich uit Londen teruggeroepen werd, was men te Berlyn algemeen overtuigd, dat v Marschall de aangewezen persoon was, om hem te vervangen. Vol moed nam de 69-jarige di plomaat de moeilyke taak op zich. In Juli van dit jaar stelde Sir Eduard Grey hem aan koning George voor, wien hy zyn ge loofsbrieven overhandigde. Men zag in hem den man, die naar Londen overgeplaatst was met de byzondere opdracht, om de betrekkingen tusschen Engeland en Duitsch land, die zoo laDg te weuschen hadden ge laten, te verbeteren. Juist op het oogenblik, nu Sasonof met de regeering in Engeland onderhandelt, en Duitschland daar meer dan ooit een bekwaam diplomaat noodig heeft, zou von Marschall, vertrouwd als hy was met de Balkan-kwesties, in Londen op zyn plaats zyn geweest. De Londensche bladen huldigen de nage dachtenis van den overledene en beschouwen zyn dood als een onherstelbaar verlies voor Duitschland. Het doodsbericht kwam zoo onverwacht in de Engelsche hoofdstad.dat het Duitsche gezantschap er in het begiD geen geloof aan wilde schenken. dat het tot een stryd van man tegen man kwam, waarby zelfs de Italiaansche artillerie tot een bajonet-aanval moest overgaan. Volgens de opgave van generaal Ragii hadden de Italianen 200 dooden en gewonden terwyl de verliezen der Turken, niet met juistheid vastgesteld konden worden, doch „zeer groot" moeten zyn. Generaal Rag»i raamt het aantal Turksche geregelde troe pen, die aan den slag deelnam, op 1500. Het feit, dat nu nog altyd zoo hevig ge streden moet worden In de onmiddellyke nabjjheid van Tripoli, om het bezit van eea oase, die naai wy meenden, reeds lang ia handen der Italianen was, en dat in dien stryd de Italiaansche kanonnen een oogen blik blykbaar zoo groot gevaar hebben geloopen, dat de artilleristen ze zelf met de bajonet hebben moeten verdedigen, geeft, evenals bet hooge verlies-cyfer aan Italiaan sche zyde, te denken. En men is byna geneigd te betwyfelen, of het doel van deze actiever oorlogscampagDe pressie op de Turksche vredesonderbaDdelaars uit te oefe nen met de beide jongste groote gevechte» wel bereikt zal worden. Over den stryd by Derna van den 17de* lezen wy nog, dat Enver bey zelf daar de Turken en Arabieren zou hebben aangevoerd. Het schynt inderdaad of de benoeming van de beide vechtgeneraals Ragni en Rie- soeli, als plaatsvervangers van generaal Caneva als opperbevelhebber by het Italiaan sche leger een nieuwe fase van krachtiger actie in Lybie heeft ingeleid. Het gevecht by Derna is er de eerste openbaring van geweest. En thans bevatten de Italiaansche bladen uitvoerige mededeelingen over een uieuw, niet veel minder heftig gevecht, dat den 20sten dezer is geleverd ten Z, W. van Tripoli. VolgeDs een telegram van generaal Ragni hebben de Italianen daarby, na een hard- Dekkigen stryd die 10 uur duurde, de oase Zanzoer, de westelyk daarvan gelegen Sidi- Rel-Kai en een nog iets zuidelyker gelegen heuvel veroverd. Zoo verwoed was de stryd dat ik byna niet meer eet. Behalve een weinig fruit in den morgen en een glas water, waarin ik een dezer poeders oplos, en eenmaal, zooals u my in den avond ziet gebruiken, neem ik niets anders en toch ben ik sterker dan vele lieden, die half zoo oud zyn als ik. Als u belang stelt in de zaak, wil ik u daarvan een bewys geven-" Op deze redevoering gaf ik eenig ant woord en keek toen naar Frdulein Valerie. Haar gelaat was nog altyd doodsbleek, en ik kon zien op de wyze, waarop hare han- deh boven haar bord beefden, dat de woor den van deu ouden kerel op eene of andere manier er de oorzaak van waren geweest. Had ik toen datgeen geweten, wat ik nu weet, dan zou ik ongetwyfeld zelf ook ge beefd hebbeD. Op het oogenblik dacht ik, dat zy ziek moest zyn en zou dit gezegd hebben, hadden niet myne oogen deDhare ontmoet, waarin ik de smeekbede las geen notitie van hare ontroering te nemen. Dus richtte ik my tot Pharos met het onderwerp van de reis van Parys naar Napel3 en gaf haar dus ty'd om hare zeifbeheersching terug te winneD. Toen de maaltyd teneinde was, stond zy op en veriiet !de kamer, niet echter voordat zy een anderen smeekblik op my geworpen had, die, zooals ik eruit las, scheen te zeggen. „In 's hemelsnaam, denk er aanwaar je bent en wees voorzichtig op wat je zegt of doet," Echter hoe meer de tyd nadert, dat het Home Rule ontwerp in behandeling zal komen, zooveel te harder begint men ook in Ulster zich tegen deze zelfregeering te verzetten. En dezer dagen is de stryd feiteiyk goed begonnen. Groote protestmeetings zou den worden gehouden alle onder leiding van Sir Edward Carson. Deze heer ia verte genwoordiger van de Universiteit van Dublii en leider der Unionisten in Ierland. Al» zoodanig is hy de aangewezen persoonom het verzet in Ulster te regelen. De bewoners van Ulster zyn in hoofdzaak Protestanten en deze vreezen een onderdruk king wanneer het in meerderheid Roomsche Ierland zyn eigen parlement krijgt. Het zijn altoos deze leiders geweest, die zich verzet ten tegen alles wat de overige bewoners van Ierland ten goede zou komen. Toen indettyd onze stadhouder Willem III ook koning van EDgeland werd, had hy zyn gebied nog te veroveren op den Katholieken koning Jacobus II. Weer waren het de bewoners van Ulster, die Willem III trouw in zyn strijd tegen den Katboliekén vorst hielpen. En nog altyd zyn het die Orangisten, die in Ierland elke vrijere beweging, elke losmaking van het moederland tegen trach ten te gaan. Zy verzetten zich inderiyd heftig tegen Gladstone, toen deze zijn bekend Home Rule-ontwerp voorstelde, dat de eerste maal is gestruikeld in het Lagerhuis ao tweede maal het Hoogerhuis, zy verzetten zich thans weer tegen het Home-Rule-ont- werp en wel des te heftiger, nu althans het Hoogerhuis in deze geen beslissende stem meer heeft. De stryd is hoogst ernstig gemeend en wie mocht denken, dat het met een sisser nog zou afloopen, vergist zich. In dieD stryd heeft Sir Edward Carson De deur was nauwelyks achter haar ge sloten, of een tweede aan de andere zyde der kamer werd geopend, en een knecht kwam binnen, die in zyne armen een aap, gewikkeld in eene kleine reisdeken, droeg, waaruit zyn boosaardig gezichtje naar my gluurde, even alsof hy zich over myne tegenwoordigheid daar verwonderde. „Laat my u in kennis brengen met myn tweede ik," zeide hy en daarop, zich koe rende tot den aap, ging hy voortPektur, geef je groet De aap echter, toen hy zich in zUns meesters armen zag, viyde zich tegen hem aaD, en bekommerde zich niet meer om my, waarop Pharos de wynkaraffen, die de knecht voor my had geplaatst, naar my' toeschoof en my verzocht myn glas te vullen. Ik dankte hem maar weigerde. „Als u my verlof geeft het u te zeggen, denk ik, dat u dwaas zyt," antwoordde hy'. „Men heeft my dikwyïs een compliment gemaakt over dien wyn, inzonderheid uwe landgenooten." Ik vroeg my af, wie die landgenooten zouden geweest zyn, die aan deze tafel gezeten hadden, en wat de reden ko* ge weest zijn, die hen aangespoord hadden z\jne gastvrijheid aan te nemen. Kon Le- grath ouder het getal geweest zyn en indien dit het geval ware welke afschuweiyke

Krantenbank Zeeland

Onze Eilanden | 1912 | | pagina 1